BE1011678A5

BE1011678A5 - Laagvormig weergeefsysteem en werkwijze voor volumetrische presentatie.

Info

Publication number: BE1011678A5
Application number: BE9700375A
Authority: BE
Original assignee: Hughes Aircraft Co
Priority date: 1996-04-22
Filing date: 1997-04-22
Publication date: 1999-12-07
Also published as: GB2312584B; GB9708052D0; US5813742A; GB2312584A; JPH1039782A; NL1005868A1; NL1005868C2; JP3088966B2

Abstract

Een volumetrisch weergeefsysteem (20), omvattende een weergeefelement (22) dat verschillende elektrisch reagerende optische sluiters (26A-26N) vertoont die onderling laagvormig staan opgesteld. De optische sluiters bevatten lagen van een vloeibaar kristal (28) dat bij voorkeur kan worden verwezenlijkt in geometrische vormen die de volumetrische weergave verbeteren. Een projectiesysteem (24) projecteert opeenvolgende beelden op het weergeefelement, terwijl opeenvolgende van de optische sluiters worden omgeschakeld in hun doorschijnende toestand. Op elk tijdstip worden alle optische sluiters, met uitzondeing van de opeenvolgende, in hun transparante toestand gehouden.

Description

LAAGVORMIG WEERGEEFSYSTEEM EN WERKWIJZE
VOOR VOLUMETRISCHE PRESENTATIE ACHTERGROND VAN DE UITVINDING
EMI1.1
Gebied de uitvinding De huidige uitvinding heeft in het algemeen betrekking op optische weergeefsystemen en meer speciaal op volumetrische weergeefsystemen.

Beschrijving van de aanverwante techniek Veel beelden bevatten volumetrische, m. a. w. driedimensionale, gegevens. Voorbeelden van zulke beelden zijn terug te vinden bij luchthavenverkeerscontrole-weergevers, militaire tactische en strategische weergevers en medische beeldvorming-weergevers (bijvoorbeeld, magnetische resonantie-beeldvorming (MRI) en gecomputeriseerde axiale tomografie (CAT)). Belangrijke volumetrische gegevens gaan verloren wanneer zulke volumetrische beelden op een weergever met één enkel vlak worden gepresenteerd, m. a. w. een weergever die plaatselijk tweedimensionaal is.

Als een gevolg werden verschillende volumetrische weergeefsystemen ontwikkeld. Deze omvatten stereoscopische weergeefsystemen, autostereoscopische weergeefsystemen en systemen die lasers met draaiende spiegels, draaiende ruimtespiralen of roterende cilindrische holografische elementen combineren. Alhoewel deze systemen volumetrische gegevens kunnen weergeven, vertonen zij dikwijls een onvoldoende resolutie en genereren visuele verschijnselen. Bovendien bevatten zij doorgaans bewegende onderdelen en zijn ingewikkeld en duur.

SAMENVATTING VAN DE UITVINDING De huidige uitvinding beoogt een eenvoudig, goedkoop weergeefsysteem dat statische en "real-time"-volumetri- sche beelden voor het individueel bekijken of bekijken in groep kan weergeven, zonder dat bewegende delen, lichtafzwakkende elementen (bijvoorbeeld polarisators) of hulpmiddelen voor het kijken zijn vereist.

Deze doeleinden worden bereikt met de realisatie dat lagen van een volumetrisch beeld op realistische wijze kunnen worden gecombineerd om het beeld te vormen door ze opeenvolgend op een laagvormige opstelling van elektrisch reagerende optische sluiters te projecteren terwijl opeenvolgende van de optische sluiters in een doorschijnende toestand worden omgeschakeld en alle anderen in een doorlatende toestand worden gehouden. De laagvormige optische sluiters zijn bij voorkeur uit materialen gerealiseerd die in verschillende geometrische vormen kunnen worden gevormd. De geometrische vorm kan zodanig worden gekozen dat de volumetrische weergever wordt verbeterd, doordat de vorm van de oorspronkelijke bron van gegevens wordt benaderd, m. a. w. de optische sluiters worden ruimtelijk zodanig opgesteld dat zij de ruimtelijke opstelling van de gegevens nabootsen.

In een bepaalde uitvoering omvat een volumetrisch weergeefsysteem een weergeefelement dat verschillende elektrisch reagerende vloeibaar-kristallagen heeft en een projectiesysteem dat zodanig is gepositioneerd dat opeenvolgende beelden op het weergeefelement worden geprojecteerd. De lagen zijn gevormd uit vloeibaarkristalmaterialen, bijvoorbeeld een polymeer-gedispergeerd vloeibaar kristal of een polymeer-gestabiliseerd vloeibaar kristal met cholesterische structuur, die gemakkelijk vorm kunnen worden gegeven. Om het omschake-

len tussen haar doorschijnende en doorlatende toestanden te vergemakkelijken, is iedere vloeibaar-kristallaag aaneengrenzend opgesteld met elektroden van een optischtransparant materiaal, bijvoorbeeld indium-tin oxide. De beelden worden opeenvolgend met conventionele projectoren op het weergeefelement geprojecteerd.

Een volledig vast systeem is gerealiseerd met een vaste projector, bijvoorbeeld een actieve matrix-LCD en een projectielens.

Bij voorkeur is de projectiesnelheid voldoende om het waarnemen van flikkeren door een waarnemer te vermijden.

Indien gewenst, kan de gegevenssnelheid van componenten van het projectiesysteem worden verminderd door verschillende beeldbronnen erbij te betrekken die ieder op een respectievelijk segment van het weergeefelement projecteren. De gegevenssnelheid van de componenten kan ook worden verminderd door verschillende beeldbronnen erbij te betrekken die ieder op een respectievelijke groep van optische sluiters van de weergeefelementen projecteren.

Weergeefsystemen van de uitvinding kunnen "real-time"- beelden met volledig kleurbereik weergeven waarvan de resolutie alleen door de resolutie van het projectiesysteem wordt beperkt. De helderheid van de weergever is erop verbeterd daar het systeem niet het gebruik van lichtafzwakkende optische elementen vereist, bijvoorbeeld polarisators.

De nieuwe eigenschappen van de uitvinding zijn in het bijzonder uiteengezet in de aangehechte conclusies. De uitvinding zal het beste uit de volgende beschrijving worden verstaan wanneer zij gelezen wordt in samenhang met de bijgaande tekeningen.

KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN Fig. l is een gedeeltelijk doorgesneden bovenaanzicht van een volumetrisch weergeefsysteem volgens de huidige uitvinding ; Fig. 2 is een zicht op grotere schaal van een elektrodesysteem gelegen binnen de gekromde lijn 2 in fig. l ; Fig. 2B is een zicht op grotere schaal van een ander elektrodesysteem gelegen binnen de gekromde lijn 2 in fig. l ; Fig. 3 is een timing-diagram dat timing-pulsen toont die in het volumetrische weergeefsysteem van fig. 1 op de optische sluiters worden aangewend ; Fig. 4 is een perspectiefzicht van een ander volumetrisch weergeefsysteem ; Fig. 5 is een timing-diagram dat timing-pulsen toont die in het volumetrische weergeefsysteem van fig. 4 op de optische sluiters worden aangewend ;

Fig. 6 is een perspectiefzicht van een ander volumetrisch weergeefsysteem ; en Fig. 7 is een zijaanzicht van een projector in het volumetrische weergeefsysteem van fig. 6.

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE VOORKEURDRAGENDE UITVOERINGEN Fig. l toont een volumetrisch weergeefsysteem 20 dat een weergeefelement 22 en een projectiesysteem 24 bevat. Het weergeefelement 22 vertoont verschillende elektrisch reagerende optische sluiters 26A-26N (waarbij N een te kiezen getal is), die onderling laagvormig staan opgesteld (omwille van de duidelijkheid van de weergave zijn tussenliggende lagen tussen de optische sluiters 26D en 26N-1 door onderbroken verlenglijnen 27 aangeduid).

Ieder van de optische sluiters 26A-26N kan selectief tussen een doorschijnende toestand en een doorlatende toestand worden omgeschakeld.

Zoals getoond in fig. 2A, omvat ieder van de optische sluiters 26A-26N een vloeibaar-kristallaag 28 en een elektrodesysteem dat spanningen aanlegt die de vloeibaarkristallaag 28 in haar doorschijnende en doorlatende toestanden brengen. Fig. 2A illustreert een uitvoering 30A van het elektrodesysteem dat een laag 32 bevat uit een optisch transparant, elektrisch geleidend materiaal (bijvoorbeeld indiumoxide, tinoxide of indium-tinoxide), die telkens tussen ieder aaneengrenzend paar van de vloeibaar-kristallagen 28 is aangebracht.

Fig. 2B illustreert een andere uitvoering 30B van een elektrodesysteem, dat twee optisch transparante, elektrisch geleidende lagen 32 tussen ieder aaneengrenzend paar van vloeibaar-kristallagen 28 bevat, en een laag 34 uit een optisch transparant, elektrisch isolerend materiaal, bijvoorbeeld siliciumdioxide (SiO) dat tussen de lagen 32 is aangebracht.

Alhoewel het elektrodesysteem 30A eenvoudiger is, vereist het een meer ingewikkeld elektrisch systeem, daar de spanning, die op de vloeibaar-kristallagen 28, die in een doorlatende toestand zijn, wordt aangelegd, in functie is van hun plaats tot een bepaalde vloeibaar-kristallaag 28 die in een doorschijnende toestand is. Daar in het elektrodesysteem 30B iedere vloeibaar-kristallaag 28 gelsoleerd is van haar naburige lagen, zijn de omschakelspanningen die aan iedere vloeibaar-kristallaag 28 worden aangelegd, onafhankelijk van de toestand van naburige vloeibaar-kristallagen. In het elektrodesysteem 30B zou één van de elektroden 32 van iedere vloeibaar-kristallaag 28 kunnen worden geaard en omschakelspanningen aan de

andere elektrode worden aangelegd.

In het volumetrische weergeefsysteem 20 is het weergeefelement 22 gevormd in een hemisferische vorm met een basis 37 (de verlenging van de basis van het weggesneden gedeelte van het weergeefelement is aangeduid met behulp van een onderbroken lijn). De binnenste optische sluiter 26A vertoont een hemisferische frontzijde 38 die zich vanuit de basis 37 naar boven uitstrekt, en de buitenste optische sluiter 26N vertoont een buitenste hemisferische frontzijde 39. Het projectiesysteem 24 omvat één of meer projectoren 40 die op de frontzijde 38 zijn gericht. De projectoren 40 zijn zodanig gepositioneerd en onderling opgesteld dat ieder een verschillende vaste hoek van het weergeefelement 22 zal verlichten (omwille van de duidelijkheid van de weergave zijn alleen projectoren in het vlak van de doorsnede getoond).

Fig. 3 geeft een als voorbeeld dienend timing-diagram 42 weer dat spanningspulsen toont die tijdens de werking van het volumetrische weergeefsysteem 20 aan het weergeefelement 22 worden aangelegd (afhankelijk van de gekozen optische sluiters kan het niveau van de pulsen positief, negatief of nul zijn). In dit diagram wordt de puls 44A aan de optische sluiter 26A aangelegd om deze in zijn doorschijnende toestand te schakelen. Gelijktijdig wordt een spanning overeenstemmend met de transparante toestand aan alle andere optische sluiters 26 aangelegd. Op gelijkaardige wijze wordt de puls 44B aan de optische sluiter 26B aangelegd om deze in zijn doorschijnende toestand te schakelen terwijl alle andere optische sluiters in hun transparante toestand worden gehouden. Deze volgorde van pulsen gaat verder totdat puls 44N aan de optische sluiter 26N aangelegd is geworden.

Iedere groep van pulsen 44A, 44B... 44N vormt een deelbeeld dat in een deelbeeldtijd 46 voltooid is. De deelbeeldsnelheid

is daarmee de inversie van de deelbeeldtijd 46.

Het volumetrische weergeefsysteem 20 is in het bijzonder geschikt voor het weergeven van een volumetrisch beeld, dat N hemisferische lagen vertoont. Tijdens de werking worden de pulsen van het timing-diagram 42 aan de optische sluiters 26A-26N aangelegd, en tegelijkertijd worden door het projectiesysteem 24 opeenvolgende beelden op het weergeefelement 22 geprojecteerd. Ieder van de opeenvolgende beelden komt overeen met een laag van het originele volumetrische beeld, en deze laag komt overeen met één van de optische sluiters 26A-26N.

Zo bijvoorbeeld wordt een eerste beeld dat met de laag van optische sluiter 26A overeenkomt, gedurende de periode waarin de puls 44A van het timing-diagram 40 veroorzaakt dat deze optische sluiter in zijn doorschijnende toestand is, op het weergeefelement 22 geprojecteerd. Een tweede beeld dat met de laag van de optische sluiter 26B overeenkomt, wordt tijdens de periode waarin de puls 44A van het timing-diagram 40 veroorzaakt dat deze optische sluiter in zijn doorschijnende toestand is, op het weergeefelement 22 geprojecteerd. Deze operationele volgorde van het projecteren van opeenvolgende beelden op het weergeefelement en van het omschakelen van opeenvolgende optische sluiters in hun doorschijnende toestand gaat verder tot, bij de puls 44N, een N-de beeld op het weergeefelement 22 wordt geprojecteerd.

Ieder optische sluiter wordt in zijn doorlatende toestand gehouden, behalve wanneer hij een van de opeenvolgende wordt. Met deze volgorde wordt de weergave van een deelbeeld van het volumetrische beeld voltooid.

In zijn doorschijnende toestand laat een welbepaalde optische sluiter het doorlaten van licht toe, doch slechts met een zekere maat van verstrooiing en diffusie.

Daar zich de andere optische sluiters in hun transparante toestand bevinden, wordt licht van een welbepaald beeld door de binnenste frontzijde 38 en op de welbepaalde optische sluiter geprojecteerd, en wordt het beeld op deze sluiter zichtbaar vanaf de buitenste frontzijde 39. Indien de gecoördineerde opeenvolging van pulsen 44 en geprojecteerde beelden met een deelbeeldsnelheid wordt herhaald die voldoende is om flikkeren te vermijden, dan zal een waarnemer, die in de frontzijde 39 kijkt, tengevolge van de onderling laagvormige rangschikking van de optische sluiters 26 een waar volumetrisch beeld zien.

De vloeibaar-kristallagen 28 van de fig. 2A en 2B hebben een begrensde reactietijd die op typische wijze in milliseconden wordt gemeten. Bijgevolg kan het uiterlijk van de volumetrische weergever worden verbeterd door de schakelpulsen 44 met tussenruimten te voorzien zoals aangeduid in het timing-diagram 42 van fig. 3. Dit zorgt ervoor dat ieder gekozen beeld op zijn overeenstemmende laag wordt weergegeven en niet op een naburige laag.

Vloeibare kristallen voor het realiseren van de volumetrische weergeefsystemen van de uitvinding worden bij voorkeur gekozen uit die vloeibare kristallen die in geometrische vormen kunnen worden gebracht die het volumetrische beeld verbeteren, bijvoorbeeld polymeergedispergeerde vloeibare kristallen en polymeergestabiliseerde vloeibare kristallen met cholesterische structuur. Klassiek bevatten vloeibare kristallen op basis van polymeren verschillende druppels vloeibaar kristal die in een polymeer-matrix zijn gedispergeerd.

Daar de polymeer-matrix gemakkelijk kan worden gevormd, zijn deze vloeibare kristallen bijzonder geschikt voor het gebruik in weergeefelementen van de uitvinding.

De gekozen geometrische vorm van het weergeefelement

bootst bij voorkeur de ruimtelijke verhouding van de originele gegevensbron van het volumetrisch beeld na. Zo bijvoorbeeld zou de hemisferische vorm van het volumetrische weergeefsysteem 20 geschikt kunnen zijn voor een luchthavenverkeerscontrole-weergever waarbij opeenvolgende lagen de terug ontvangen signalen in opeenvolgende afstanden van een radarzender weergeven. Het aantal lagen in het weergeefelement kan zodanig worden gekozen dat zij met de lagen in de originele gegevensbron overeenstemt of deze benadert.

De spanningsniveaus van de schakelpulsen 44 van fig. 3 worden bepaald door het gekozen materiaal van het vloeibaar kristal. Zo bijvoorbeeld stemmen een positieve spanning en een spanning van nagenoeg nul respectievelijk overeen met de transparante en doorschijnende toestanden van typische polymeer-gedispergeerde vloeibare kristallen.

Fig. 4 geeft een andere uitvoering 60 weer van een volumetrisch weergeefsysteem, dat een weergeefelement 62 en een projectiesysteem 64 bevat. Het weergeefelement 62 heeft vijf elektrisch reagerende optische sluiters 66A- 66E die onderling laagvormig zijn opgesteld, en het projectiesysteem 64 bevat vier projectoren 66A-66D.

In tegenstelling tot de geometrische vorm van het weergeefelement 22 van fig. 1 is het weergeefelement 62 zodanig gevormd dat het een platte vorm heeft. Deze vorm kan, bijvoorbeeld, een MRI-weergave van een lichaamsdeel, bijvoorbeeld hersenen, verbeteren, waarin ieder laag een platte schijf van MRI-gegevens in een verschillende diepte in het lichaamsdeel weergeeft.

Ieder van de vier projectoren 68 is zodanig gepositioneerd dat hij op een respectievelijk segment van

het weergeefelement 62 projecteert. De vier segmenten zijn met de onderbroken lijnen 70 op het weergeefelement 62 aangeduid. Zo bijvoorbeeld projecteert de projector 68A op alle optische sluiters 66A-66D, doch evenwel alleen op een segment 72 van deze sluiters. Deze opstelling van het projectiesysteem vermindert beduidend de operatieve gegevenssnelheid van iedere projector.

Een timing-diagram 80 voor het projectiesysteem 64 wordt in fig. 5 getoond. In iedere deelbeeldtijd 82 schakelen pulsen 84A-84E de optische sluiters 66A-66E in hun doorschijnende toestanden. Een veldtijd 86 wordt gedefinieerd als de tijd tussen het starten van de doorschijnende toestanden van aaneengrenzende optische sluiters. De snelheid van het laden van gegevens van iedere projector wordt verminderd doordat ieder van de vier projectoren uitsluitend over zijn respectievelijk segment van het weergeefelement 62 dient te projecteren. Indien het beeld aan iedere optische sluiter zou bestaan uit 1024x1024 pixels, dan zou ieder van de vier segmenten bestaan uit 512x512 pixels. Door het gebruik van vier projectoren in de plaats van één werd het aantal pixels, dat tijdens de veldtijd 86 in een gegeven projector diende te worden geladen, dus een factor vier verminderd.

Fig. 6 geeft een ander volumetrisch weergeefsysteem 90 weer dat gelijkaardig is aan het volumetrische weergeefsysteem van fig. 4, waarbij gelijkaardige elementen met dezelfde referentiecijfers worden aangeduid. Het systeem 90 vertoont echter een projectiesysteem 94 dat twee projectoren 98A en 98B omvat. In dit projectiesysteem projecteert iedere projector over het volledige bereik van welbepaalde van de optische sluiters van het weergeefelement 62.

In een als voorbeeld dienend timingsysteem projecteert

projector 98A op de optische sluiter 66A, projecteert projector 98B op de optische sluiter 66B, projecteert projector 98A op de optische sluiter 66C, enzovoort. De projectoren dienen te worden geladen met het volledige aantal pixels die op ieder optische sluiter worden geprojecteerd, evenwel bedraagt hun laadtijd hoofdzake- lijk twee van de veldtijden 86 in fig. 5. In vergelijking tot het gebruik van één enkele projector halveert dit systeem de snelheid van het laden van de gegevens.

Fig. 7 geeft één van de projectoren 98 van fig. 6 weer. De projector 98 omvat een conventionele beeldbron 99, bijvoorbeeld een kathodestraalbuis, een actieve-matrix
LCD of een op een laser gebaseerde weergever, en een projectorlens 100 die het door de beeldbron gegenereerde beeld op het weergeefelement 62 overbrengt. Deze beeldbronnen kunnen een beeld genereren met behulp van eender welke conventionele techniek, bijvoorbeeld raster of willekeurig pixel-aftasten, en met eender welk conventioneel weergavemedium, bijvoorbeeld, vast of electronenbuis.

Een eenlagig prototype is met een polymeer-gedispergeerd vloeibaar kristal vervaardigd geweest geworden. Kwalita- tief hoogstaande beelden met het volledig kleurbereik werden weergegeven wanneer het vloeibaar kristal in zijn doorschijnende toestand werd gebracht.

Volumetrische weergeefsystemen van de uitvinding zijn goedkoop en eenvoudig (zij hebben bijvoorbeeld geen bewegende delen). De helderheid van de weergeefsystemen is verbeterd, daar zij geen lichtafzwakkende componenten, zoals polarisators, bevatten. Door hun laagvormige en vormgebonden weergeefelementen realiseren deze systemen i een werkelijke volumetrische weergave, dit in tegenstelling tot stereoscopische weergevers die een

dieptezicht creëren. Het weergeefelement kan worden bekeken vanuit eender welke positie voor zijn weergeefvlak, bijvoorbeeld de frontzijde 39 in fig. l, in tegenstelling tot een aantal conventionele weergeefsystemen die vereisen dat de ogen van de waarnemer zich op welbepaalde pupilplaatsen bevinden.

De systemen kunnen volumetrische beelden in het volledige kleurbereik weergeven die geschikt zijn voor niet-"real-time"- toepassingen, bijvoorbeeld MRI-beeldvorming, of "real- time"-toepassingen, bijvoorbeeld luchthavenverkeerscontrole.

Daar verschillende illustratieve uitvoeringen van de uitvinding werden getoond en beschreven, zullen talrijke varianten en alternatieve uitvoeringen bij de vakmensen invallen. Zulke varianten en alternatieve uitvoeringen zijn in overweging genomen en kunnen worden gerealiseerd zonder de geest en de reikwijdte van de uitvinding, zoals gedefinieerd in de aangehechte conclusies, te verlaten.

Claims

CONCLUSIES.

1 - Een volumetrisch weergeefsysteem (20, 60, 90), daardoor gekenmerkt dat het : - een weergeefelement (22, 62) bevat dat verschillende elektrisch reagerende optische sluiters (26A-26N, 66A-66E) bevat, waarvan ieder een doorschijnende toestand en een doorlatende toestand heeft en waarbij voornoemde optische sluiters onderling laagvormig zijn opgesteld ; en - een projectiesysteem (24, 64, 94) dat minstens een beeldbron (40, 68, 98) bevat en zodanig is gevormd dat het opeenvolgende beelden op voornoemde optische sluiters kan projecteren ;

- waarbij ieder van voornoemde optische sluiters (26A-26N, 66A-66E) welbepaalde van voornoemde beelden weergeeft door in voornoemde doorschijnende toestand te worden gebracht, terwijl andere van voornoemde optische sluiters in hun doorlatende toestand worden gebracht.

2.-Het volumetrisch weergeefsysteem (20, 60, 90) volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat voornoemd weergeefelement (22, 62) zodanig is gevormd dat het een welbepaalde geometrische vorm vertoont.

3.-Het volumetrisch weergeefsysteem (20, 60, 90) volgens conclusie 2, daardoor gekenmerkt dat voornoemd weergeefelement (22) een hemisferische vorm vertoont. <Desc/Clms Page number 14> 4.-Het volumetrisch weergeefsysteem (20, 60, 90) volgens een van de conclusies 1 tot 3, daardoor gekenmerkt dat ieder van voornoemde optische sluiters (26A-26N, 66A-66E) het volgende bevat : - een elektrisch reagerende vloeibaar-kristallaag (28) die een doorschijnende toestand en een doorlatende toestand heeft en die kan worden uitgevoerd in welbepaalde geometrische vormen ; en - een optisch transparant elektrodesysteem (30) dat zodanig is opgesteld dat het een elektrisch potentiaal kan ontvangen en dat het het voornoemd elektrisch potentiaal over voornoemde vloeibaar- kristallaag (28) kan aanleggen.

5.-Het volumetrisch weergeefsysteem (20, 60, 90) volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat voornoemde vloeibaar-kristallaag (28) een polymeer-gedispergeerde vloeibaar-kristallaag is.

6.-Het volumetrisch weergeefsysteem (20, 60, 90) volgens conclusie 5, daardoor gekenmerkt dat voornoemde vloeibaar-kristallaag (28) een cholesterische structuur bezit.

7. Het volumetrisch weergeefsysteem (20, 60, 90) volgens een van de conclusies 4 tot 6, daardoor gekenmerkt dat voornoemd elektrodesysteem (30) minstens één indiumoxidelaag (32) bevat die zieh bevindt tussen ieder naburig paar van optische sluiters (26A-26N, 66A-66E). <Desc/Clms Page number 15> 8. Het volumetrisch weergeefsysteem (20, 60, 90) volgens een van de conclusies 4 tot 6, daardoor gekenmerkt dat voornoemd elektrodesysteem (30) minstens één tinoxidelaag bevat die zieh bevindt tussen ieder naburig paar van optische sluiters (26A-26N, 66A-66E).

9. Het volumetrisch weergeefsysteem (30, 60, 90) volgens een van de conclusies 4 tot 6, daardoor gekenmerkt dat voornoemd elektrodesysteem (30) minstens een indiumtinoxidelaag (32) bevat die zieh bevindt tussen ieder naburig paar van optische sluiters (26A-26N, 66A-66E).

10.-Het volumetrisch weergeefsysteem (20, 60, 90) volgens een van de vorige conclusies, daardoor gekenmerkt dat tussen elk paar optische sluiters (26A-26N, 66A-66E) een laag (34) uit een optisch transparant, elektrisch isolerend materiaal is aangebracht.

11.-Het volumetrisch weergeefsysteem (20, 60, 90) volgens conclusie 10, daardoor gekenmerkt dat voornoemde laag (34) uit elektrisch isolerend materiaal een laag silicium-dioxide is.

12.-Het volumetrisch weergeefsysteem (60) volgens conclusie 10 of 11, daardoor gekenmerkt dat voornoemd EMI15.1 projectiesysteem (64) een aantal beeldbronnen (68) bevat en gevormd is om elk van deze beeldbronnen (68) op verschillende segmenten (72) van het weergeefelement (62) te projecteren. <Desc/Clms Page number 16> 13.-Het volumetrisch weergeefsysteem (90) volgens een van de conclusies 10 tot 12, daardoor gekenmerkt dat EMI16.1 voornoemd projectiesysteem (94) een aantal beeldbronnen (68) bevat en gevormd is om elk van deze beeldbronnen (68) op verschillende sluiters (26, 66) te projecteren om een snellere projectie van opeenvolgende beelden te vergemakkelijken.

14.-Het volumetrisch weergeefsysteem (90) volgens een van de conclusies 10 tot 13, daardoor gekenmerkt dat de beeldbron (98) een kathodestraalbuis, een actieve-matrix LCD of een laser gebaseerde weergever bevat en een projectorlens (100) opgesteld om een beeld van deze kathodestraalbuis, van dit LCD of van deze laser gebaseerde weergever op het weergeefelement (22, 62) te projecteren.

15. Een volumetrisch weergeefelement (22, 62) voor het weergeven van opeenvolgend geprojecteerde beelden, daardoor gekenmerkt dat het verschillende elektrisch reagerende optische sluiters (26A-26N, 66A-66E) bevat, die ieder een doorlatende toestand en een doorschijnende toestand hebben, waarbij voornoemde optische sluiters zodanig gevormd zijn dat zij een welbepaalde geometrische vorm vertonen en onderling laagvormig zijn opgesteld.

16.-Het volumetrisch weergeefelement (22, 62) volgens conclusie 15, daardoor gekenmerkt dat de optische sluiters (26A-26N, 66A-66E) hemisferisch zijn. <Desc/Clms Page number 17>

17. Het volumetrisch weergeefelement (22, 62) volgens conclusie 15 of 16, daardoor gekenmerkt dat ieder van voornoemde optische sluiters (26A-26N, 66A-66E) het volgende bevat : - een elektrisch reagerende vloeibaar-kristallaag (28), die een doorschijnende toestand en een doorlatende toestand heeft en die kan worden uitgevoerd in welbepaalde geometrische vormen ; en - een optisch transparant elektrodesysteem (30) dat zodanig is opgesteld dat het een elektrisch potentiaal kan ontvangen en dat het het voornoemd elektrisch potentiaal over voornoemde vloeibaar- kristallaag kan aanleggen.

18. Het volumetrisch weergeefelement (22, 62) volgens een van de conclusies 15 tot 17, daardoor gekenmerkt dat voornoemd elektrodesysteem (30) minstens een indiumoxide-laag, één tinoxidelaag, een indiumtinoxidelaag (32) bevat die zieh bevindt tussen ieder naburig paar van optische sluiters (26A-26N, 66A-66E).

19. Een werkwijze voor het weergeven van een volumetrisch beeld, daardoor gekenmerkt dat ze de stappen bevat van : - het projecteren van opeenvolgende beelden op een gelaagde configuratie van elektrisch reagerende optische sluiters, die ieder een doorschijnende toestand en een doorlatende toestand hebben ; - het omschakelen van opeenvolgende van voornoemde optische sluiters in hun doorschijnende toestand ; en, <Desc/Clms Page number 18> EMI18.1 - tijdens de doorschijnende toestand van ieder van de opeenvolgende van voornoemde optische sluiters, het in doorlatende toestand houden van alle andere optische sluiters (26A-26N,