BE1010124A3 - Oprolinrichting voor weefsels. - Google Patents

Oprolinrichting voor weefsels. Download PDF

Info

Publication number
BE1010124A3
BE1010124A3 BE9600246A BE9600246A BE1010124A3 BE 1010124 A3 BE1010124 A3 BE 1010124A3 BE 9600246 A BE9600246 A BE 9600246A BE 9600246 A BE9600246 A BE 9600246A BE 1010124 A3 BE1010124 A3 BE 1010124A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
fabric
gripper
winding
self
roll
Prior art date
Application number
BE9600246A
Other languages
English (en)
Inventor
Ingnace Honore
Original Assignee
Honore Freddy
Honore Ignace
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Honore Freddy, Honore Ignace filed Critical Honore Freddy
Priority to BE9600246A priority Critical patent/BE1010124A3/nl
Priority to NL1005544A priority patent/NL1005544C2/nl
Priority to LU90040A priority patent/LU90040B1/fr
Priority to FR9703570A priority patent/FR2746382B3/fr
Application granted granted Critical
Publication of BE1010124A3 publication Critical patent/BE1010124A3/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H19/00Changing the web roll
    • B65H19/22Changing the web roll in winding mechanisms or in connection with winding operations
    • B65H19/2276The web roll being driven by a winding mechanism of the coreless type
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H18/00Winding webs
    • B65H18/08Web-winding mechanisms
    • B65H18/10Mechanisms in which power is applied to web-roll spindle
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H2701/00Handled material; Storage means
    • B65H2701/10Handled articles or webs
    • B65H2701/19Specific article or web
    • B65H2701/1922Specific article or web for covering surfaces such as carpets, roads, roofs or walls

Landscapes

  • Replacement Of Web Rolls (AREA)
  • Winding Of Webs (AREA)

Abstract

Een inrichting voor het om zichzelf oprollen van een weefsel (5), omvattende minstens één roteerbare grijper (22), (23) voorzien om het weefsel (5) plaatselijk vast te houden, zodat het weefsel (5) door het roteren van de grijper(s) (22), (23) om zijn vastgehouden gedeelte wordt opgerold. Deze inrichting omvat verder bij voorkeur ook minstens één draagelement (7,8) met een instelbare draaghoogte (h) voor het ondersteunen van de weefselrol, gedurende het oprollen van een weefsel (5). Deze inrichting is geschikt om poolweefsels zowel met naar binnen gerichte als met naar buiten poolzijde op te rollen, en kan volledig automatisch werken met een grotere oprolsnelheid van de gekende inrichtingen.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



   "Oprolinrichting voor weefsels". 



   De onderhavige uitvinding heeft betrekking tot een inrichting voor het om zichzelf oprollen van een weefsel, in het bijzonder van een poolweefsel zoals bijvoorbeeld een tapijt. 



   Er bestaan inrichtingen voor het op een buisvormig element oprollen van een weefsel. Zware weefsels zoals bijvoorbeeld tapijten, worden echter niet op die manier opgerold. Deze uitvinding heeft enkel betrekking tot een inrichting waarmee een weefsel om zichzelf kan opgerold worden, (waarbij het weefsel dus niet op een zich over de volledige breedte van het weefsel uitstrekkend element wordt opgerold). 



   Een gekende inrichting voor het om zichzelf oprollen van tapijten omvat twee evenwijdig naast elkaar opgestelde rollen die kunnen aangedreven worden om met dezelfde draairichting om hun lengteas te verdraaien. De rollen zijn zo opgesteld dat de naar elkaar toe gerichte rolopppervlakken bovenaan een goot vormen, waarin een tapijt, door het verdraaien van de rollen automatisch kan opgerold worden. 



   Een op te rollen tapijt wordt daarvoor met de poolzijde naar boven naast de rollen gelegd, terwijl een voorste gedeelte van het tapijt zich over   een   van de rollen   - die   op zijn oppervlak voorzien is van een antislipmateriaal-uitstrekt tot in de goot. Door het aandrijven van de rollen wordt het zich in de goot bevindende gedeelte van het tapijt aan het draaien gebracht in een draairichting die tegengesteld is aan de draairichting van de rollen, terwijl het tapijt door de genoemde rol met antislipmateriaal in de richting van de goot wordt meegenomen. Hierdoor wordt het tapijt automatisch opgerold in de goot. 



   Een nadeel van deze gekende inrichting is dat ze 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 niet geschikt is om tapijten zo op te rollen dat hun poolzijde ten opzichte van de rol naar buiten gericht is. 



   Om een dergelijke rol te bekomen zou het tapijt met de poolzijde naar beneden gericht op de inrichting geplaatst moeten worden. De rollen zouden dus op de poolzijde van het tapijt moeten aangrijpen. Het tapijt kan hierdoor niet tot een vaste rol opgerold worden. 



   Een bijkomend nadeel van deze inrichting is dat het zich in de goot bevindende tapijt tijdens het oprollen niet steeds in een goede positie blijft om een vaste en goed gevormde rol te bekomen. De positie van het tapijt moet bijgevolg herhaaldelijk gecorrigeerd worden. Dit moet manueel gebeuren zodat het oprollen van een tapijt niet kan gebeuren zonder tussenkomst van een operator. 



   Een ander nadeel van de gekende inrichting is dat de oprolsnelheid beperkt is. Immers, hoe groter de draaisnelheid van de rollen is, hoe moeilijker het wordt om de rol in een goede positie in de goot te houden. 



  Bovendien zal een zich in de goot bevindende tapijtrol bij een relatief grote draaisnelheid, uit de goot geworpen worden. 



   Het doel van deze uitvinding is te voorzien in een inrichting voor het om zichzelf oprollen van een weefsel, zonder de hierboven genoemde nadelen. 



   Dit doel werd bereikt met een inrichting die, volgens deze uitvinding, minstens   een   roteerbare grijper omvat, terwijl deze grijper voorzien is om het weefsel plaatselijk vast te houden, zodat het weefsel door het roteren van de grijper (s) om zijn vastgehouden gedeelte wordt opgerold. 



   Met een dergelijke inrichting kan een poolweefsel zowel met de poolzijde naar binnen gericht als met de poolzijde naar buiten gericht opgerold worden tot een vaste rol. 



   Bovendien kan het oprollen gebeuren, zonder dat 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 een operator moet tussenkomen om de positie van de rol te corrigeren. De rol wordt immers gedurende het oprollen permanent door de grijper (s) vastgehouden. Hierdoor kan de rotatiesnelheid van de grijper (s) ook veel groter zijn dan de rotatiesnelheid van de rollen bij de gekende inrichting. Dit resulteert in een merkelijk grotere oprolsnelheid bij de inrichting volgens deze uitvinding. 



   Bij een voorkeurdragende uitvoeringsvorm is elke grijper voorzien om het weefsel vast te houden, zodat het vastgehouden gedeelte van het weefsel zich nagenoeg in het verlengde van de rotatieas van de grijper uitstrekt. 



   Hierdoor bekomt men een weefselrol met een minimale diameter en een optimale vastheid. 



   Bij voorkeur is de draairichting van elke grijper omkeerbaar. Dit is bijzonder voordelig bij het oprollen van poolweefsels, zoals bijvoorbeeld tapijten. Bij een grijperrotatie volgens de ene draairichting bekomt men immers een weefselrol, waarbij de poolzijde van het weefsel naar buiten gericht is, terwijl men bij een grijperrotatie volgens de andere draairichting een weefselrol bekomt, waarbij de poolzijde van het weefsel naar binnen gericht is. Door het omkeren van de draairichting is kan men gemakkelijk van de ene op de andere werkwijze overschakelen. 



   Aangezien de weefselrol niet over de volledige lengte gedragen wordt door de grijper (s) kan het vooral bij zware weefsels voorkomen dat de weefselrol op de niet ondersteunde plaatsen gaat doorbuigen. Om dit te vermijden wordt een bijzonder voorkeurdragende uitvoeringsvorm van de inrichting voorzien van minstens   een   draagelement met een instelbare draaghoogte voor het ondersteunen van de weefselrol gedurende het oprollen van het weefsel. 



   Enerzijds wordt de weefselrol gedragen door de op een vaste hoogte opgestelde grijper (s), en anderzijds 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 neemt de diameter van de weefselrol toe, naarmate het weefsel verder opgerold wordt. De hoogte waarop de onderkant van de weefselrol zich bevindt neemt dus af naarmate de roldiameter toeneemt. Om de weefselrol op verschillende hoogtes te kunnen ondersteunen is de draaghoogte van het draagelement instelbaar. 



   De instelling van de draaghoogte gebeurt bij voorkeur automatisch door een stuurinrichting, die gedurende het oprollen van het weefsel kan gestuurd worden om de draaghoogte te wijzigen in functie van de toenemende roldiameter. 



   Bij een bijzondere uitvoeringsvorm omvat elk draagelement een zich onder de weefselrol op een draaghoogte uitstrekkend draagvlak, terwijl het draagelement scharnierbaar bevestigd is, zodat het draagvlak opwaarts en neerwaarts kan scharnieren. 



   Bij de meest voorkeurdragende uitvoeringsvorm van de inrichting volgens deze uitvinding, omvat de inrichting twee tegenover elkaar opgestelde roteerbare grijpers, dewelke voorzien zijn om het weefsel vast te houden op respectievelijke aan weerszijden van de lengteas van het weefsel gelegen plaatsen. Hierdoor kunnen ook relatief brede weefsels tot een vaste rol opgerold worden. 



   Bij voorkeur kan minstens   een   grijper volgens een nagenoeg evenwijdig met zijn rotatieas lopende richting verplaatst worden. 



   Elke verplaatsbare grijper kan hierdoor vanuit de vastneemstand ten opzichte van een weefselrol verplaatst worden tot op een van de weefselrol verwijderde plaats. 



  Dit vergemakkelijkt het wegnemen of het op een afleveringsplaats deponeren van de weefselrol. 



   Als elke grijper bovendien verplaatsbaar is om een erdoor vastgehouden weefselrol te verplaatsen naar een afleveringsplaats, kan men de inrichting gebruiken als transportinrichting voor de opgerolde weefsels. De 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 inrichting wordt hierdoor bijzonder gebruiksvriendeljk. 



   Men bekomt een automatisch werkende inrichting, waarbij enkel het klaarleggen van een op te rollen weefsel en het wegnemen van het opgerold weefsel nog manueel moet gebeuren, als minstens   een   grijper roteerbaar is door een eerste aandrijfinrichting ; als elke grijper in een open en een gesloten stand kan gebracht worden door een tweede aandrijfinrichting ; als elke grijper door een derde aandrijfinrichting verplaatsbaar is volgens een eerste richting die nagenoeg evenwijdig loopt met de rotatieas ; en als de genoemde aandrijfinrichtingen kunnen gestuurd worden om automatisch   een   of meerdere van de volgende stappen uit te voeren :

   (a) elke in de open stand gebrachte grijper verplaatsen tot in een vastneemstand ten opzichte van een weefsel, (b) elke grijper sluiten zodat het weefsel vastgenomen wordt, (c) minstens   een   grijper roteren totdat het weefsel opgerold is, (d) elke grijper openen, (e) elke grijper verplaatsen tot in een niet- vastneemstand ten opzichte van het weefsel. 



   De inrichting kan bovendien ook voorzien zijn om de opgerolde weefsels automatisch naar een afleveringsplaats te brengen, doordat elke grijper door een vierde aandrijfinrichting verplaatsbaar is volgens een richting die verschilt van de genoemde eerste richting en doordat de vierde aandrijfinrichting kan gestuurd worden om automatisch   een   of meerdere van de volgende stappen uit te voeren : (c') na stap (c) en voor stap (d), elke grijper verplaatsen tot op een afleveringsplaats voor de weefselrol. 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 



   (e') na stap   (e),   elke grijper verplaatsen tot op de plaats waar een volgend weefsel moet opgerold worden. 



   De uitvinding wordt verder verduidelijkt in de hierna volgende gedetailleerde beschrijving van een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van de inrichting. In deze beschrijving wordt verwezen naar de hierbij gevoegde figuren, waarvan : figuur 1 een schematisch voorgesteld zijaanzicht is van de inrichting volgens deze uitvinding figuur 2 een schematisch voorgesteld vooraanzicht 
 EMI6.1 
 is van een bovenste gedeelte van de inrichting van figuur 1. 



  Een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van de inrichting voor het om zichzelf oprollen van een weefsel, volgens deze uitvinding, (zie figuur omvat een eerste (1) en een tweede draagconstructie (2), die van elkaar verwijderd opgesteld zijn en een respectievelijke eerste (3) en tweede horizontaal opgestelde plaat (4) dragen. De eerste plaat (3) is voorzien om er de op te rollen weefsels (5) op klaar te leggen, terwijl de tweede plaat (4) voorzien is om er de opgerolde weefsels (6) op te leggen. 



     Tussen de twee draagconstructies (1),   (2) bevindt zich een derde plaat (7,8) met twee tegenoverliggende zijden die respectievelijk aansluiten tegen de twee draagconstructies   (l),   (2). De derde plaat (7,8) is met de ene zijde verdraaibaar om een as (9) bevestigd aan de tweede draagconstructie (2) en is in de omgeving van de tegenoverliggende zijde ondersteund door het verschuifbare deel   (11)   van een onder de derde plaat (7,8) opgestelde pneumatische cylinder (10). Het lichaam (12) van de 
 EMI6.2 
 cylinder (10) is bevestigd aan de eerste draagconstructie (l) op een steunblokje (13). De derde plaat (7, 8) is uitgevoerd met een knik die evenwijdig loopt met de genoemde tegenoverliggende zijden, en die de plaat (7,8) 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 onderverdeelt in twee hoekvormende gedeelten (7), (8). 



   Boven de tweede (4) en de derde plaat (7,8) strekken zich twee evenwijdige geleidingsrails (14) uit, volgens de lengterichting van de inrichting. Deze rails (14) dragen elk een wagen (15) die door electromotoren (16) kan aangedreven worden om zich te verplaatsen in de geleidingsrails (14). 



   De wagens (15) dragen op hun beurt een zich loodrecht op de lengterichting van de inrichting uitstrekkend horizontaal profiel (17). 



   Op het profiel (17) zijn twee oprolinrichtingen (18), (19) voorzien (zie figuur 2), dewelke door middel van respectievelijke electromotoren (20), (21) kunnen verplaatst worden op het profiel (17). 



   Elke oprolinrichting (18), (19) omvat onder het profiel (17) een grijper (22), (23) met een om een horizontale rotatieas (30), (31) roteerbaar gedeelte dat twee ten opzichte van elkaar beweegbare zich horizontaal uitstrekkende klemmiddelen (24), (25) omvat, dewelke door gekende electrische aandrijfmiddelen (32), (33) ten opzichte van elkaar kunnen verplaatst worden om een weefsel (5) vast te klemmen of terug los te laten. 



   De klemmiddelen (24), (25) van beide grijpers (22), (23) bevinden zich tegenover elkaar en zijn naar elkaar toe gericht. De genoemde rotatieassen (30), (31) liggen in elkaars verlengde. 



   Op elke oprolinrichting (18), (19) is een electromotor (26), (27) voorzien die door middel van een riem (28), (29) het roteerbare gedeelte van een respectievelijke grijper (22), (23) kan verdraaien. 



   De klemmiddelen (24), (25) van de grijpers (22), (23) strekken zich symmetrisch uit ten opzichte van de rotatieassen (30), (31) van de grijpers (22), (23), zodat een vastgehouden gedeelte van een weefsel (5) zich in het verlengde van deze rotatieassen (30), (31) uitstrekt. 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 



   Met het vastgehouden gedeelte van een weefsel (5) wordt in deze beschrijving en in de conclusies bedoeld : de zich in het verlengde van de grijper (s) en over de volledige breedte van het weefsel uitstrekkende strook van het weefsel. 



   De draairichting van de electromotoren (26), (27) is omkeerbaar. 



   Het automatisch oprollen van een weefsel (5) gebeurt met deze inrichting als volgt : Een op te rollen weefsel (5) wordt op de eerste plaat (3) gelegd. Door het automatisch sturen van de electromotoren (16) voor het verplaatsen van de wagen (15), van de electromotoren (17) voor het verplaatsen van de oprolinrichtingen (18), (19), en van de electrische aandrijfmiddelen (32), (33) voor het openen en sluiten van de klemmiddelen (24), (25), zorgt men ervoor dat het weefsel (5) in de nabijheid van zijn voorste rand (5'), aan de tegenoverliggende zijdelingse randen wordt vastgenomen tussen de klemmiddelen (24), (25) van de grijpers (22), (23). Door het automatisch sturen van de electromotoren (26), (27) worden de roteerbare gedeelten van de grijpers (22), (23) vervolgens verdraaid om hun rotatieassen (30), (31).

   Hierdoor verdraaien ook de klemmiddelen (24), (25), zodat het weefsel (5) om het door de klemmiddelen (24), (25) vastgehouden gedeelte van het weefsel (5) wordt opgerold. 



   Tijdens het oprollen van een weefsel (5) wordt de hoogte (h) waarop het zich onder de weefselrol bevindend gedeelte (8) van de derde plaat (7,8) zich bevindt aangepast in functie van de toenemende roldiameter. 



  Dit gebeurt door het automatisch sturen van de pneumatische cylinder (10) om de derde plaat (7,8) te laten verdraaien om de as (9). De hoogte (h) wordt daarbij continu zo aangepast dat de onderkant van de weefselrol op elk ogenblik ondersteund wordt door het genoemde gedeelte (8) 

 <Desc/Clms Page number 9> 

 van de derde plaat (7,8). 



   Als het weefsel volledig opgerold is worden de electromotoren (26), (27) uitgeschakeld, zodat de rotatie van de klemmiddelen (24), (25) van de grijpers (22), (23) gestopt wordt. 



   Door het automatisch sturen van de electromotoren (16) voor het verplaatsen van de wagen (15), wordt het opgerolde weefsel (6) tot boven de tweede plaat (4) getransporteerd. 



   De electrische aandrijfmiddelen (32), (33) voor het openen en sluiten van de klemmiddelen (24), (25), en de electromotoren (17) voor het verplaatsen van de oprolinrichtingen (18), (19) worden tenslotte automatisch gestuurd om de weefselrol (6) los te laten zodat deze op de tweede plaat (4) gedeponeerd wordt. 



   De aandrijfinrichtingen, namelijk de electromotoren   (16) ;   (20),   (21) ;   (26), (27), de pneumatische cylinder (10), en de electrische aandrijfmiddelen (32), (33) voor het openen en sluiten van de klemmiddelen (24), (25) kunnen vervangen worden door eender welke andere aandrijfinrichting, en worden bij voorkeur zo gestuurd door een centrale stuurinrichting, dat de hierboven aangeduide opeenvolgende stappen volledig automatisch uitgevoerd worden.

Claims (11)

  1. CONCLUSIES 1. Inrichting voor het om zichzelf oprollen van een weefsel (5), met het kenmerk dat de inrichting minstens een roteerbare grijper (22), (23) omvat, die voorzien is om het weefsel (5) plaatselijk vast te houden, zodat het weefsel (5) door het roteren van de grijper (s) (22), (23) om zijn vastgehouden gedeelte wordt opgerold.
  2. 2. Inrichting voor het om zichzelf oprollen van een weefsel (5), volgens conclusie l, met het kenmerk dat elke grijper (22), (23) voorzien is om het weefsel (5) vast te houden, zodat het vastgehouden gedeelte van het weefsel (5) zich nagenoeg in het verlengde van de rotatieas (30), (31) van de grijper (22), (23) uitstrekt.
  3. 3. Inrichting voor het om zichzelf oprollen van een weefsel (5), volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat de draairichting van elke grijper (22), (23) omkeerbaar is.
  4. 4. Inrichting voor het om zichzelf oprollen van een weefsel (5), volgens een van de voorgaande conclusies, met hat kenmerk dat de inrichting verder voorzien is van minstens een draagelement (7,8) met een instelbare draaghoogte (h), voor het ondersteunen van de weefselrol, gedurende het oprollen van het weefsel (5).
  5. 5. Inrichting voor het om zichzelf oprollen van een weefsel (5), volgens conclusie 4, met het kenmerk dat de draaghoogte (h) van elk draagelement (7,8) automatisch instelbaar is door een inrichting (10), die <Desc/Clms Page number 11> gedurende het oprollen van het weefsel (5) kan gestuurd worden om de draaghoogte (h) te wijzigen in functie van de toenemende roldiameter.
  6. 6. Inrichting voor het om zichzelf oprollen van een weefsel (5), volgens conclusie 4, met hat kenmerk dat elk draagelement (7,8) een zich onder de weefselrol op een draaghoogte (h) uitstrekkend draagvlak (8) omvat ; en dat het draagelement (7,8) scharnierbaar bevestigd is, zodat het draagvlak (8) opwaarts en neerwaarts kan scharnieren.
  7. 7. Inrichting voor het om zichzelf oprollen van een weefsel (5), volgens een van de voorgaande conclusies, met hat kenmerk dat de inrichting twee tegenover elkaar opgestelde roteerbare grijpers (22), (23) omvat, dewelke voorzien zijn om het weefsel (5) vast te houden op respectievelijke aan weerszijden van de lengteas van het weefsel (5) gelegen plaatsen.
  8. 8. Inrichting voor het om zichzelf oprollen van een weefsel (5), volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat minstens een grijper (22), (23) verplaatsbaar is volgens een nagenoeg evenwijdig met zijn rotatieas (30), (31) lopende richting.
  9. 9. Inrichting voor het om zichzelf oprollen van een weefsel (5), volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat elke grijper (22), (23) verplaatsbaar is om een erdoor vastgehouden weefselrol (6) te verplaatsen naar een afleveringsplaats (4).
  10. 10. Inrichting voor het om zichzelf oprollen van een weefsel (5), volgens een van de voorgaande conclusies, met hat kenmerk dat minstens een grijper (22), (23) <Desc/Clms Page number 12> roteerbaar is door een eerste aandrijfinrichting (26), (27) ; dat elke grijper (22), (23) in een open en een gesloten stand kan gebracht worden door een tweede aandrijfinrichting (32), (33) ; dat elke grijper (22), (23) door een derde aandrijfinrichting (20), (21) verplaatsbaar is volgens een eerste richting die nagenoeg evenwijdig loopt met de rotatieas (30), (31) ; en dat de genoemde aandrijfinrichtingen kunnen gestuurd worden om automatisch een of meerdere van de volgende stappen uit te voeren :
    (a) elke in de open stand gebrachte grijper (22), (23) verplaatsen tot in een vastneemstand ten opzichte van een weefsel (5), (b) elke grijper (22), (23) sluiten zodat het weefsel (5) vastgenomen wordt, (c) minstens een grijper (22), (23) roteren totdat het weefsel (5) opgerold is, (d) elke grijper (22), (23) openen, (e) elke grijper (22), (23) verplaatsen tot in een niet-vastneemstand ten opzichte van het weefsel (5).
  11. 11. Inrichting voor het om zichzelf oprollen van een weefsel (5), volgens conclusie 10, met het kenmerk dat elke grijper (22), (23) door een vierde aandrijfinrichting (16) verplaatsbaar is volgens een richting die verschilt van de genoemde eerste richting ; en dat de vierde aandrijfinrichting (16) kan gestuurd worden om automatisch een of meerdere van de volgende stappen uit te voeren : (c') na stap (c) en voor stap (d), elke grijper (22), (23) verplaatsen tot op een afleveringsplaats (4) voor de weefselrol (6).
    (e') na stap (e), elke grijper (22), (23) verplaatsen tot op de plaats waar een volgend weefsel (5) moet opgerold worden.
BE9600246A 1996-03-19 1996-03-19 Oprolinrichting voor weefsels. BE1010124A3 (nl)

Priority Applications (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9600246A BE1010124A3 (nl) 1996-03-19 1996-03-19 Oprolinrichting voor weefsels.
NL1005544A NL1005544C2 (nl) 1996-03-19 1997-03-17 Oprolinrichting voor weefsels.
LU90040A LU90040B1 (fr) 1996-03-19 1997-03-19 Dispositif d'enroulement pour tissus
FR9703570A FR2746382B3 (fr) 1996-03-19 1997-03-19 Dispositif d'enroulement de tissus

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9600246A BE1010124A3 (nl) 1996-03-19 1996-03-19 Oprolinrichting voor weefsels.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1010124A3 true BE1010124A3 (nl) 1998-01-06

Family

ID=3889620

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE9600246A BE1010124A3 (nl) 1996-03-19 1996-03-19 Oprolinrichting voor weefsels.

Country Status (4)

Country Link
BE (1) BE1010124A3 (nl)
FR (1) FR2746382B3 (nl)
LU (1) LU90040B1 (nl)
NL (1) NL1005544C2 (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN107376163B (zh) * 2017-08-11 2022-06-07 泰州市中盛玻纤制品有限公司 一种灭火毯铺设装置

Citations (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
SU182104A (nl) *
DE879508C (de) * 1943-02-02 1953-06-15 Siemens Ag Anpressdruck-Regeleinrichtung zur Beeinflussung des Wickelhaerteverlaufs bei achsseitig angetriebenen Wickelrollen
US2962847A (en) * 1957-11-25 1960-12-06 Energy Machine Company Inc Newspaper wrapping machine
US3258136A (en) * 1964-09-28 1966-06-28 Cameron Machine Co Rewind roll handling and rewind roll core loading apparatus
US3580522A (en) * 1967-11-09 1971-05-25 Harnden Ltd C A Method and arrangement for winding up a continuous web
DE2318853A1 (de) * 1972-04-18 1973-10-25 Arthur Ronald Moore Wickelvorrichtung fuer bahnmaterial
DE2439126A1 (de) * 1973-08-15 1975-03-13 Masson Scott Thrissell Eng Ltd Vorrichtung zum herstellen und bewegen von papierrollen
US4034928A (en) * 1976-06-29 1977-07-12 Union Carbide Corporation Method and apparatus for producing coreless roll assemblies of separable bags
EP0216085A1 (de) * 1985-09-18 1987-04-01 Windmöller &amp; Hölscher Vorrichtung zum kernlosen Aufwickeln von von einer Materialbahn längs einer Querperforation abgerissenen Bahnabschnitten
DE3911250C1 (en) * 1989-04-07 1990-05-17 Lemo M. Lehmacher & Sohn Gmbh, 5216 Niederkassel, De Winding apparatus for foil webs
GB2254602A (en) * 1991-04-08 1992-10-14 Gerber Garment Technology Inc Winding lengths of webs
EP0567289A1 (en) * 1992-04-21 1993-10-27 Xerox Corporation Media feed and roller device for an electrographic printer

Patent Citations (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
SU182104A (nl) *
DE879508C (de) * 1943-02-02 1953-06-15 Siemens Ag Anpressdruck-Regeleinrichtung zur Beeinflussung des Wickelhaerteverlaufs bei achsseitig angetriebenen Wickelrollen
US2962847A (en) * 1957-11-25 1960-12-06 Energy Machine Company Inc Newspaper wrapping machine
US3258136A (en) * 1964-09-28 1966-06-28 Cameron Machine Co Rewind roll handling and rewind roll core loading apparatus
US3580522A (en) * 1967-11-09 1971-05-25 Harnden Ltd C A Method and arrangement for winding up a continuous web
DE2318853A1 (de) * 1972-04-18 1973-10-25 Arthur Ronald Moore Wickelvorrichtung fuer bahnmaterial
DE2439126A1 (de) * 1973-08-15 1975-03-13 Masson Scott Thrissell Eng Ltd Vorrichtung zum herstellen und bewegen von papierrollen
US4034928A (en) * 1976-06-29 1977-07-12 Union Carbide Corporation Method and apparatus for producing coreless roll assemblies of separable bags
EP0216085A1 (de) * 1985-09-18 1987-04-01 Windmöller &amp; Hölscher Vorrichtung zum kernlosen Aufwickeln von von einer Materialbahn längs einer Querperforation abgerissenen Bahnabschnitten
DE3911250C1 (en) * 1989-04-07 1990-05-17 Lemo M. Lehmacher & Sohn Gmbh, 5216 Niederkassel, De Winding apparatus for foil webs
GB2254602A (en) * 1991-04-08 1992-10-14 Gerber Garment Technology Inc Winding lengths of webs
EP0567289A1 (en) * 1992-04-21 1993-10-27 Xerox Corporation Media feed and roller device for an electrographic printer

Non-Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
SOVIET PATENTS ABSTRACTS Week 6611, Derwent World Patents Index; AN 182104, "Rolling Carpets" *

Also Published As

Publication number Publication date
LU90040B1 (fr) 1997-07-21
FR2746382B3 (fr) 1998-05-15
NL1005544A1 (nl) 1997-09-22
FR2746382A1 (fr) 1997-09-26
NL1005544C2 (nl) 1997-09-22

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP0281790B1 (de) Einrichtung zum kontinuierlichen Auf- oder Abwickeln von Flächengebilden zu bzw. ab einem Wickel
US4892119A (en) Changing cloth beams in a weaving mill
NL8100190A (nl) Verpakkingsinrichting.
JPS6141240B2 (nl)
US4730781A (en) Conveyor for feeding strip material in a machine for working on the same
JP2004537419A (ja) 高温の金属から成る熱間圧延された粗ストリップの巻取り及び巻戻しをするための装置
BE1010124A3 (nl) Oprolinrichting voor weefsels.
MXPA02002177A (es) Aparato y metodo para enrollar material de hoja comprimible.
JPH0132089B2 (nl)
JP2000118835A (ja) 個別に運ばれる平坦な物体を重なった形態で前進コンベア上に堆積させる装置
EP0424290B1 (fr) Dispositif de positionnement d&#39;un produit en forme de feuille souple
CA1080609A (en) Apparatus for handling cuttings from a shear
US4248414A (en) Panel folding machine and method
US4595328A (en) Apparatus for transferring support members for material
US5040358A (en) Method and machine for helically depositing a band of film on the vertical faces of a palletized load
NL1035575C2 (nl) Oprolinrichting en werkwijze voor het oprollen van een weefsel.
NL8001587A (nl) Wikkelinrichting.
JPH11208987A (ja) 延反機
KR100419649B1 (ko) 텐션릴 슬리브 인입장치
EP0992447B1 (fr) Dispositif de mise en torches d&#39;un élément longiligne
CN220549253U (zh) 移动装置和包括该移动装置的缠绕机
FR2639611A1 (fr) Dispositif de pose de coiffe sur une charge emballee par banderolage
NL8501270A (nl) Topsheet dispenser.
JP2610570B2 (ja) 延反機
CN116620920B (zh) 一种pvc压延膜生产用包装设备及方法