BE1008505A3 - Wapeningsstrook. - Google Patents

Wapeningsstrook. Download PDF

Info

Publication number
BE1008505A3
BE1008505A3 BE9400675A BE9400675A BE1008505A3 BE 1008505 A3 BE1008505 A3 BE 1008505A3 BE 9400675 A BE9400675 A BE 9400675A BE 9400675 A BE9400675 A BE 9400675A BE 1008505 A3 BE1008505 A3 BE 1008505A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
wires
reinforcement
reinforcing
wire
strip
Prior art date
Application number
BE9400675A
Other languages
English (en)
Inventor
Alois Looverie
Pol Timperman
Original Assignee
Bekaert Sa Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Family has litigation
First worldwide family litigation filed litigation Critical https://patents.darts-ip.com/?family=3888262&utm_source=google_patent&utm_medium=platform_link&utm_campaign=public_patent_search&patent=BE1008505(A3) "Global patent litigation dataset” by Darts-ip is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.
Application filed by Bekaert Sa Nv filed Critical Bekaert Sa Nv
Priority to BE9400675A priority Critical patent/BE1008505A3/nl
Priority to PL95313447A priority patent/PL177099B1/pl
Priority to PCT/EP1995/002817 priority patent/WO1996002714A1/en
Priority to US08/602,798 priority patent/US5915745A/en
Priority to DE69516651T priority patent/DE69516651T2/de
Priority to AT95926930T priority patent/ATE192527T1/de
Priority to PT95926930T priority patent/PT719366E/pt
Priority to CA002171541A priority patent/CA2171541C/en
Priority to RU96106890A priority patent/RU2133806C1/ru
Priority to EP95926930A priority patent/EP0719366B1/en
Priority to CZ1996803A priority patent/CZ289201B6/cs
Priority to ES95926930T priority patent/ES2148537T3/es
Publication of BE1008505A3 publication Critical patent/BE1008505A3/nl
Application granted granted Critical
Priority to US09/317,153 priority patent/US6199344B1/en

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B23MACHINE TOOLS; METAL-WORKING NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B23KSOLDERING OR UNSOLDERING; WELDING; CLADDING OR PLATING BY SOLDERING OR WELDING; CUTTING BY APPLYING HEAT LOCALLY, e.g. FLAME CUTTING; WORKING BY LASER BEAM
    • B23K11/00Resistance welding; Severing by resistance heating
    • B23K11/002Resistance welding; Severing by resistance heating specially adapted for particular articles or work
    • B23K11/008Manufacturing of metallic grids or mats by spot welding
    • B23K11/0086Grids or mats used in concrete structures
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B23MACHINE TOOLS; METAL-WORKING NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B23KSOLDERING OR UNSOLDERING; WELDING; CLADDING OR PLATING BY SOLDERING OR WELDING; CUTTING BY APPLYING HEAT LOCALLY, e.g. FLAME CUTTING; WORKING BY LASER BEAM
    • B23K11/00Resistance welding; Severing by resistance heating
    • B23K11/002Resistance welding; Severing by resistance heating specially adapted for particular articles or work
    • B23K11/008Manufacturing of metallic grids or mats by spot welding
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04BGENERAL BUILDING CONSTRUCTIONS; WALLS, e.g. PARTITIONS; ROOFS; FLOORS; CEILINGS; INSULATION OR OTHER PROTECTION OF BUILDINGS
    • E04B1/00Constructions in general; Structures which are not restricted either to walls, e.g. partitions, or floors or ceilings or roofs
    • E04B1/38Connections for building structures in general
    • E04B1/41Connecting devices specially adapted for embedding in concrete or masonry
    • E04B1/4178Masonry wall ties
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04BGENERAL BUILDING CONSTRUCTIONS; WALLS, e.g. PARTITIONS; ROOFS; FLOORS; CEILINGS; INSULATION OR OTHER PROTECTION OF BUILDINGS
    • E04B1/00Constructions in general; Structures which are not restricted either to walls, e.g. partitions, or floors or ceilings or roofs
    • E04B1/38Connections for building structures in general
    • E04B1/41Connecting devices specially adapted for embedding in concrete or masonry
    • E04B1/4178Masonry wall ties
    • E04B1/4185Masonry wall ties for cavity walls with both wall leaves made of masonry
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04CSTRUCTURAL ELEMENTS; BUILDING MATERIALS
    • E04C5/00Reinforcing elements, e.g. for concrete; Auxiliary elements therefor
    • E04C5/01Reinforcing elements of metal, e.g. with non-structural coatings
    • E04C5/02Reinforcing elements of metal, e.g. with non-structural coatings of low bending resistance
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04CSTRUCTURAL ELEMENTS; BUILDING MATERIALS
    • E04C5/00Reinforcing elements, e.g. for concrete; Auxiliary elements therefor
    • E04C5/01Reinforcing elements of metal, e.g. with non-structural coatings
    • E04C5/02Reinforcing elements of metal, e.g. with non-structural coatings of low bending resistance
    • E04C5/04Mats
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G23/00Working measures on existing buildings
    • E04G23/02Repairing, e.g. filling cracks; Restoring; Altering; Enlarging
    • E04G23/0218Increasing or restoring the load-bearing capacity of building construction elements
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B23MACHINE TOOLS; METAL-WORKING NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B23KSOLDERING OR UNSOLDERING; WELDING; CLADDING OR PLATING BY SOLDERING OR WELDING; CUTTING BY APPLYING HEAT LOCALLY, e.g. FLAME CUTTING; WORKING BY LASER BEAM
    • B23K2101/00Articles made by soldering, welding or cutting
    • B23K2101/32Wires
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T29/00Metal working
    • Y10T29/49Method of mechanical manufacture
    • Y10T29/49826Assembling or joining
    • Y10T29/49828Progressively advancing of work assembly station or assembled portion of work

Abstract

Wapeningsstrook in roostervorm voor het wapenen van horizontale voegen van metselwerk. De strook is samengesteld uit een aantal in de langsrichting lopende stalen wapeningsdraden die voor de lasbewerking eerst werden platgewalst, en één of meerdere verbindingsdraden die aan de zijranden van de wapeningsdraden zijn gepuntlast en een ronde doorsnede hebben met een diameter die niet meer is dan de dikte van de wapeningsdraden. De zijranden van de wapeningsdraden waarvan gepuntlast wordt, kunnen afgeplat zijn door tegenwalsen. Zulke wapeningsstroken kunnen gemakkelijker gefabriceerd worden in zeer dunne uitvoeringen waarbij de voeghoogte van het metselwerk kan verminderd worden.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  WAPENINGSSTROOK 
De uitvinding heeft betrekking op een wapeningsstrook in roostervorm, en geschikt voor het wapenen van horizontale voegen van metselwerk. Met roostervorm wordt hier bedoeld een mazenstruktuur van aan elkaar gelaste stalen draden van om het even welke doorsnedevorm. 



   Bij metselwerk worden opeenvolgende horizontale rijen stenen boven op elkaar gemetst. Bij dit metsen wordt, na het beëindigen van een rij, de bovenkant ervan bestreken met een laag bindspecie, zoals   nortel   of lijm. Dan wordt een wapeningsstrook boven op die laag gelegd, en de bovenkant van die wapeningsstrook weerom bestreken met een laag bindspecie waarbij de beide lagen dan in elkaar vloeien doorheen de mazen van het rooster waardoor één enkele laag bindspecie ontstaat waarin de wapeningsstrook ingebed is. 



  Hierop wordt dan de volgende laag stenen bovenop gemetst, zodat er tussen de vorige en de volgende laag stenen een horizontale voeg ontstaat. Deze voeg is aldus gewapend tegen het optreden van vertikale scheuren die doorheen deze voeg zouden willen lopen. Indien de rij stenen langer is dan de lengte van   2 1ingsstrook,   dan worden uiteraard meerdere wapeningsstroKen In elkaars verlengde gelegd met een bepaalde overlapping die zorgt voor de continuiteit van de wapening. Hierbij zorgt men er dan voor dat de onderbrekingen van de wapening in opeenvolgende voegen dan geschrankt zijn ten opzichte van elkaar. 



   Teneinde geschikt te zijn voor het wapenen van zulke horizontale voegen van metselwerk, hebben zulke stroken een breedte van ongeveer   0, 6 à 0, 9   maal de dikte van de muur die ze dienen te wapenen, dit wil zeggen een breedte van de orde van grootte in het gebied van 3 cm tot 30 cm, meestal van 5 cm tot 18 cm. Een praktische lengte voor de handel- 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 baarheid ter plaatse van gebruik ligt in het gebied gaande van 2 tot 7 meter. In het algemeen zijn ze volledig vlak, maar dit belet niet dat ze indeukingen kunnen bevatten buiten het vlak, die dan kunnen passen in de spouw van de muur of in vertikale openingen in of tussen de stenen. 



  Bovendien, teneinde geschikt te zijn voor de wapening van horizontale voegen voor metselwerk, dient de mazenstruktuur van de strook voldoende open te zijn om de mortel, lijm of andere bindspecie voor de stenen, voldoende doorheen het rooster te laten vloeien bij het metsen, op een wijze dat er in de voeg tussen beide aanliggende rijen stenen zieh één laag specie kan vormen die beide rijen stenen met elkaar bindt en waarin de struktuur is ingebed. Tenslotte, teneinde geschikt te zijn voor de wapening van horizontale voegen van metselwerk, moeten een aantal van de stalen draden die deel vormen van de mazenstruktuur, elk rechtlijnig doorlopen in de langsrichting van het ene longitudinale uiteinde van de strook tot het andere, een doorsnede hebben in het gebied tussen 6 en 20 mm2 en een treksterkte van het staal boven de 450 N/mm2. Dit zijn de   wapening-   draden.

   De overblijvende draden van het rooster dienen dan voor de onderlinge verbinding van deze in langsrichting lopende wapeningsdraden tot een geheel in de vorm van een strook in roostervorm. Het geheel van deze overblijvende draden wordt hier de staaldraad-verbindingsstruktuur genoemd. Die verbindingsstruktuur kan allerhande vormen aannemen, bijvoorbeeld bestaan uit een aantal afzonderlijke dwarsdraden die aan weerszijden aan de wapeningsdraden gelast zijn tot vorming van een ladderstruktuur of bij voorkeur bestaan uit één enkele zigzagdraad zoals verder als voorbeeld zal gegeven worden. Afzonderlijk bekeken, zonder de wapeningsdraden, kan deze verbindingsstruktuur aldus op zichzelf zowel een samenhangend geheel vormen als een geheel van losse draden.

   De uitvinding zal niet beperkt zijn tot de specifieke uitvoeringsvorm van deze 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 verbindingsstruktuur, hoewel de uitvoering als   een   enkele zigzagdraad de voorkeursvorm zal zijn. 



   Voor een dergelijke wapeningsstrook in roostervorm is een gebruikelijke uitvoeringsvorm deze waarbij de strook in de langsrichting twee rechtlijnige en continue stalen wapeningsdraden bevat met ronde doorsnede, die de zijranden van de strook vormen, en waarbij beide aldus aanliggende wapeningsdraden met elkaar verbonden zijn door middel van een staaldraad-verbindingsstruktuur die aan weerszijden met de naar elkaar gekeerde zijden van de genoemde aanliggende wapeningsdraden gepuntlast is.

   Die verbindingsstruktuur bestaat bij voorkeur uit een enkele continue staaldraad met ronde doorsnede, die van het ene longitudinale uiteinde van de strook loopt naar het andere, en hierbij heen-en weer loopt volgens een V-vormige zigzaglijn van een kontaktplaats aan de binnenzijde van de ene van beide aanliggende wapeningsdraad naar een kontaktplaats aan de binnenzijde van de andere aanliggende wapeningsdraad, waarbij de draad in de opeenvolgende kontaktplaatsen gepuntlast is met de respectievelijke wapeningsdraad. Hierbij is de binnenzijde van een wapeningsdraad de zijde die naar de aanliggende wapeningsdraad gekeerd is. Bij voorkeur zijn de wapeningsdraden gekarteld om een goede hechting te verkrijgen met de bindspecie. Hierbij hebben de draden in deze strook een diameter in de orde van grootte van 3 à 4 mm.

   Daar de zigzagdraad, of meer in het algemeen de staaldraadverbindingsstruktuur gepuntlast is aan de binnenzijde van de wapeningsdraden, en niet aan de boven- of onderzijde, is de dikte van de strook gelijk aan de diameter der draden. 



   Teneinde te kunnen metsen met dunnere voegen, is het uit GB 1 403 181 bekend om dergelijke stroken, na het samenlassen van de draden met ronde doorsnede, plat te walsen. Hierbij verkrijgt men een wapeningsstrook waarbij 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 de zigzagdraad en beide wapeningsdraden van de strook afgeplat zijn in het vlak van de strook en met een dikte die minder kan zijn dan 1, 75 mm en met een diktebreedteverhouding die minder kan zijn dan   0, 3.   



   Het is de bedoeling van de uitvinding een gelijkaardige wapeningsstrook te verschaffen, geschikt voor zeer dunne voegen en die een aantal voordelen in combinatie biedt. Hierbij is het aantal wapeningsdraden van de strook niet noodzakelijk beperkt tot twee, en kunnen er dus meer dan twee wapeningsdraden in de strook aanwezig zijn. Tussen elke twee te onderscheiden paren aanliggende wapeningsdraden is er dan een respectievelijke staaldraadverbindingsstruktuur, die niet noodzakelijk beperkt is tot een draad die loopt volgens een V-vormige zigzaglijn. 



   In de wapeningsstrook volgens de uitvinding zijn de wapeningsdraden eveneens afgeplat in het vlak van de strook en met een dikte die in ieder geval minder is dan 1, 75 mm en dikte-breedteverhouding die minder is dan 0, 3, maar is de strook verder gekenmerkt doordat de puntlassen ongeplet zijn, en dat genoemde staaldraad-verbindingsstruktuur bestaat uit een aantal ronde staaldraden van een dikte die niet groter is dan die van genoemde wapeningsdraden. Bij voorkeur bestaat deze staaldraad-verbindingsstruktuur uit   een   enkele zigzagdraad zoals hierboven beschreven. 



   De kenmerken hierboven betekenen dat het om een wapeningsstrook handelt die niet dun gemaakt werd door middel van platwalsen van het geheel, maar door het samenlassen, enerzijds van vooraf platgewalste dunne banden die dienen als wapeningsdraden met anderzijds dunne ronde draden die niet dikker gekozen werden dan de dikte van de banden, en die dienen voor de verbindingsstruktuur. Dit nieuw concept biedt een aantal belangrijke voordelen. 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 



   Enerzijds vermijdt men met dit concept het feit dat de lassen nadien nog platgewalst moeten worden. Bij trekproeven op de bekende stroken moest men vaststellen dat de breuken zich steeds voordeden ter hoogte van een las, bij een spanning van ongeveer 500 N/mm2. Het had dus geen zin de wapeningsdraden een grotere treksterkte te geven dan die van zijn zwakste plaatsen. Door het feit dat deze platgewalste lassen niet meer aanwezig zijn, staat aldus de weg open naar het verhogen van de treksterkte van de wapeningsdraden tot 600 N/mm2 en meer, maar in het algemeen niet hoger dan 1000 N/mm2 om fabricageredenen. Bovendien, hoe platter de vroegere stroken gewalst werden, teneinde geschikt te zijn voor des te dunnere voegen, des te meer koudvervorming voor de lassen, en des te zwakker deze zwakke plaatsen.

   Hierdoor was het platwalsen van de stroken tot dikte-breedteverhoudingen van de oorspronkelijk ronde draden tot onder 0, 3 niet aan te bevelen, en waren plattere uitvoeringen geen gebruikelijke uitvoeringen op de markt. 



   Anderzijds, door het feit dat bij de uitvinding de wapeningsdraden vooraf gewalste draden zijn, verkrijgt men de mogelijkheid om, als een voorkeursuitvoering, gewalste draden te gebruiken die tegengewalst werden, waarbij dan minstens de zijden waaraan gepuntlast moet worden een afgeplatte, ongeveer rechte rand vertonen, ongeveer loodrecht op het vlak van de band, in tegenstelling met de afgeronde rand van een draad die als deel van een wapeningsstrook tussen twee walsrollen werd platgewalst. 



  Deze afgeplatte rand blijkt zeer nuttig te kunnen zijn om moeilijkheden te vermijden bij het lassen van zeer dunne banden aan de even dunne, of nog dunnere ronde draden van de verbindingsstruktuur. Het puntlassen van een afgeronde rand van een zeer dunne band, onder de 1, 75 mm, met een dunne ronde draad van de verbindingsstruktuur, eveneens onder de 1, 75 mm, blijkt moeilijk te doen met voldoende 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 lassnelheid en zonder gevaar van doorbranden van de dunne draad, omdat er te weinig kontaktoppervlak is. Dank zij de afgeplatte binnenrand wordt het gebruik van dunne banden en draden onder de 1, 75 mm, en de fabricage van dunne stroken onder de 1, 75 mm dikte veel gemakkelijker, althans in   economische fabricage-omstandigheden.    



   Ten opzichte van de vroegere, als een geheel platgewalste stroken, is er nog een verder voordeel die verband houdt met de draden van de verbindingsstuktuur. Die werden mee platgewalst tot brede banden zoals getoond in 
 EMI6.1 
 het genoemde GB-octrooischrift hierboven, en hierdoor vermindert, met een niet te verwaarlozen aantal procent, de maasopening, langswaar de bindspecie de verbinding maakt van de onderste rij stenen naar de bovenste rij. Dit laatste wordt in het bijzonder belangrijk wanneer met zeer dunne voegen wordt gemetst met zeer weinig bindspecie, in het bijzonder in de techniek waar lijm als bindspecie gebruikt wordt voor het verbinden van gladde, in vormen gefabriceerde stenen.

   In het concept volgens de uitvinding kunnen nu echter zeer dunne ronde draden gekozen worden op einddiameter die niet groter is dan de dikte van de wapeningsdraden, die niet meer platgewalst worden en hierdoor zouden verbreden. 



   Tenslotte ligt er een verder voordeel in de eenvoud van fabricage wanneer men wil walsen tot stroken met zeer kleine dikte. Bij de fabricage van stroken die in hun geheel worden platgewalst kan men moeilijk op economische manier de draden pletten tot een dikte-breedteverhouding onder de 0, 3. Hiervoor moet men al in meerdere passen beginnen te walsen met walsapparatuur van relatief grote afmetingen en relatief grote drukwaarden. Echter, het continu meerpassenwalsen in lijn van afzonderlijke ronde draden tot een zeer platte vorm, met mogelijkheid van 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 tegenwalsen in de laatste pas, bijvoorbeeld door middel van een turkse kop, is een voldoend gebruikelijke techniek, in reeds bestaande en bekende kleine gebruikelijke walsapparatuur, en die reeds een hoge kwaliteitsbetrouwbaarheid heeft bereikt.

   Hiervan kan dus gebruik gemaakt worden voor het afplatten van de wapeningsdraden in de wapeningsstroken voor de uitvinding. Hetzelfde geldt voor de dunne ronde draden van de verbindingsstruktuur, waarvan de vervaardiging tot kleine einddiameters in economische omstandigheden tot de routine behoort. Bovehdien kan men de platte zijden van de wapeningsdraden,   onmiddellijk   na het walsen en vóór het lassen, een karteling geven die ongewijzigd aanwezig blijft in de wapeningsstrook als eindprodukt. Bij de techniek waar de stroken als een geheel worden platgewalst, worden echter de eventueel vooraf aan de wapeningsdraden gegeven kartelingen weer weggewalst. Als men dan die kartelingen toch wil aanbrengen nadien op de strook zelf, dan is het moeilijk te vermijden dat de stroken zich gaan opkrullen bij het kartelen.

   De richtbewerking nadien van zulk een strook tot een aanvaardbare rechtheid is voldoende gecompliceerd om het kartelen op de gelaste strook dan maar op te geven. Bij afzonderlijk gekartelde platte draden echter, wanneer die die zich gaan   opkrull-n,   is de techniek van het richten tot een rechte vorm door afwisselende buiging tussen relatief kleine richterrollen een bekende eenvoudige techniek die de kartelingen niet aantast. Deze kartelingen zijn voordelig voor een betere hechting van de wapeningsdraden met de bindspecie. 



   De uitvinding zal hier nu verder uiteengezet worden aan de hand van een voorbeeld en met verwijzing naar een aantal figuren. Hierbij is : 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 
Figuur 1 een voorkeursuitvoering van de uitvinding, waar de strook twee wapeningsdraden bevat met ertussen een staaldraad-verbindings- struktuur die bestaat uit één enkele staaldraad in de vorm van een V-vormige zigzaglijn ; 
Figuur 2 toont de uitvoeringsvorm van Figuur   1,   in dwarsdoorsnede volgens de lijn AA van
Figuur 1. 



   Figuur 3 toont een analoge dwarsdoorsnede van een wapeningsstrook volgens de genoemde stand der techniek. 



   Figuur 4 toont schematisch een wijze waarop de uitvoeringsvorm volgens Figuur 1 kan worden vervaardigd. 



   De wapeningsstrook, zoals getoond in Figuur 1 bevat twee wapeningsdraden 1 en 2, waartussen er verbindingsdraad 3 loopt volgens een V-vormige zigzaglijn, dit wil zeggen : volgens een sinuslijn, waarvan de flanken rechtgetrokken zijn tot vorming van reeks aaneensluitende V's, zoals te zien is op de figuur. De breedte B van de strook is 10 cm, en de golflengte L van de zigzaglijn is 40 cm. 



   De wapeningsdraden zijn continue draden, dit wil zeggen zonder onderbreking, en lopen in parallel met elkaar van het ene longitudinale uiteinde 4 naar het andere (buiten de figuur en niet getekend). De doorsnede van de wapeningsdraden is rechthoekig, met de lange dimensie in het vlak van de strook, dit is het vlak waarin beide parallelle draden zieh bevinden. De breedte b van de wapeningsdraden is 8 mm en de dikte d is 1, 5 mm, zoals te 

 <Desc/Clms Page number 9> 

 zien in is de doorsnedefiguur van Figuur 2. De diktebreedteverhouding van die wapeningsdraden is hier dus gelijk aan 0, 1875.

   Deze wapeningsdraden zijn uit koolstofstaal van 0, 12% koolstofgehalte en met een treksterkte van ongeveer 600   N/mm2.   Hoewel dit niet op de tekening zichtbaar is, bevat het oppervlak van de platte zijden van de wapeningsdraden 1 en 3, dit wil zeggen, de zijden met de genoemde lange dimensie als breedte, een aantal inprentingen van 3 mm breedte in de dwarsrichting,   een   per 6 mm lengte. Deze inprentingen zijn de kartelingen die dienen voor om de hechting van de wapeningsdraden aan de bindspecie te verbeteren. 



   De verbindingsdraad 3 loopt volgens genoemde V-vormige zigzaglijn van het ene longitudinale uiteinde 4 van de strook naar het andere. Hierbij loopt die verbindingsdraad 3 ook heen en weer in dwarsrichting van een kontaktplaats 5 aan de binnenzijde van wapeningsdraad 1 naar een kontaktplaats 6 aan de binnenzijde van wapeningsdraad 2, waardoor de zigzaglijn ontstaat. De "binnenzijde" van een wapeningsdraad is dus de dunne zijde die gekeerd is naar de andere wapeningsdraad, zoals getoond in Figuur 2 voor de binnenzijde 7 van wapeningsdraad 2, en voor de binnenzijde 7'van wapeningsdraad 1 in de kontaktplaats 5. In de opeenvolgende kontaktplaatsen 5 en 6 die aldus ontstaan is telkens de draad 3 gepuntlast aan de wapeningsdraad waarmede het daar in kontakt is.

   Die draad 3 is uit relatief zacht staal, en kan gemakkelijk getrokken worden tot een ronde draad van 1, 5 mm diameter zodat die de dikte van de wapeningsdraden niet overschrijdt. De treksterkte van het draad ligt rond de 100 N/mm2. 



   Figuur 3 toont een analoge doorsnede van een wapeningsstrook volgens de genoemde stand der techniek. Die bestaat uit twee wapeningsdraden 8 en 9 en een zigzagdraad 

 <Desc/Clms Page number 10> 

 10, die oorspronkelijk een ronde doorsnede hadden van 4 mm diameter, die in die vorm werden samengelast tot een strook waar de draden 8,9 en 10 een zelfde verloop hebben als in Figuur   1,   en waar de aldus verkregen strook nadien als een geheel werd platgewalst tot de vorm die in doorsnede te zien is in Figuur 3. De las 18 waarmede de ronde draden met elkaar werden verbonden is aldus een koudgewalste geplette las. Verder hebben alle draden, zowel de wapeningsdraden als de zigzagdraad, aldus ook een afgeplatte vorm gekregen in het vlak van de strook.

   De randen, dit wil zeggen de korte zijden van de afgeplatte draden, zijn allemaal afgerond naar buiten door het platwalsen. Bij de uitvinding echter heeft bij voorkeur minstens de binnenzijde van de wapeningsdraden een afgeplatte rand, opdat de puntlas in het kontaktpunt 5 (Fig. 2) voldoende kontaktoppervlak zou kunnen hebben. Bij het platwalsen van de afzonderlijke draad voordien, wordt in de laatste pas deze rand tegengewalst, zodat de afronding naar buiten, ontstaan door het platwalsen in de vorige passen, weerom afgeplat wordt. 



  In het algemeen krijgt men aldus een rechte rand aan de binnenzijde, loodrecht op het vlak van de strook. Bij voorkeur wordt de buitenzijde ook tegengewalst, zodat de wapeningsdraden een rechthoekige doorsnede hebben. 



   Figuur 4 toont schematisch een voorkeurswijze voor het vervaardigen van de wapeningsstrook volgens Figuur 1. Elk der wapeningsdraden 1 en 2 werd vooraf afzonderlijk continu gewalst in een aantal walspassen in lijn, waarbij er in de laatste pas ook tegengewalst wordt tot een draad van rechthoekige doorsnede, met een dikte van 1, 5 mm en breedte 8 mm. Hiervoor kan een turkse kop gebruikt worden. Na de laatste pas loopt de draad nog doorheen een wals die de kartelingen drukt in het oppervlak van de draad. De aldus verkregen platte draden bevinden zich op grote spoelen (niet getekend) die in continu afgerold worden en elk via 

 <Desc/Clms Page number 11> 

 een richter (niet op de tekening) in parallel met dezelfde snelheid worden aangevoerd in de richting van de pijl 11 naar een puntlaspost, die in deze Figuur voorgesteld wordt door de zone Z.

   De richters dienen om de permanente buiging in de draden, veroorzaakt door het kartelen en oprollen, weg te werken teneinde een rechte draad te kunnen ingeven naar de puntlaspost en een rechte wapeningsstrook te verkrijgen zonder interne buigspanningen die de strook zouden doen opkrullen. Zulke richters zijn genoeg bekend in de draadverwerkingstechniek. Ze bevatten een aantal richterrollen, zodanig opgesteld dat het draad dat ertussen wordt doorgevoerd afwisselend in de ene en de andere richting plastisch wordt gebogen waardoor de residuele interne spanningen in het draad tot nul worden herleid. In deze toepassing worden de buigingen gegeven in het vlak, loodrecht op de breedterichting van de draad. 



   De draad 3 voor de staaldraad-verbindingsstruktuur is een vooraf getrokken draad met ronde doorsnede. Men kiest een diameter die niet groter is dan de dikte van de wapeningsdraden, bijvoorbeeld 1, 5 mm. Die draad wordt eveneens in continu afgerold van een spoel en aangevoerd in de richting van pijl 12 naar de puntlaspost. De positioneringslat 13   orn'oor   dat de draden 1 en 2 in parallel in   een   vlak   vrdeli   aangevoerd, met de afplatting in dat vlak, en dat draad 3 eveneens in datzelfde vlak wordt aangevoerd. De draden 1 en 2 worden doorheen de laspost gevoerd via geleidingsrollen 14 en 15 die elk over de omtrek een gleuf bevatten waar de buitenrand van de draden 1 en 2 in past, zodat die draden er in vastgehouden worden bij het puntlassen.

   In de puntlaspost wordt draad 3 doorheen een geleider 16 gevoerd, die ook dienst doet als laselectrode. Deze geleider heeft een V-vorm, in het vlak loodrecht op de richting van aanvoer van de draden 1 en 2. 



  Die geleider voert een heen-en weerbeweging uit in de 

 <Desc/Clms Page number 12> 

 dwarsrichting, in synchronisme met de doorloopsnelheid van de draden 1 en 2, waardoor de draad 3 afwisselend in kontakt gebracht wordt met de binnenzijde van wapeningsdraden 1 en 2. En bij die heen-en weerbeweging voert deze geleider ook nog een rotatie uit in zijn eigen vlak en rond de punt van de V-vorm. Aldus, wanneer in positie 16'tegen draad   1,   drukt het ene been van de V de draad 3 tegen de binnenzijde van draad   1,   zoals getekend in de figuur, en wanneer in positie 16" tegen draad 2 drukt het andere been van de V de draad 3 tegen de binnenzijde van draad 2. Bij dit aandrukken wordt dan een lasstroom vanuit deze geleider naar de draad 1 of 2 gestuurd, via het kontaktpunt van draad 3 met die draad 1 of 2.

   Op deze wijze wordt, in combinatie met het puntlassen, de staaldraadverbindingsstruktuur gevormd in de vorm van een V-vormige zigzaglijn. 



   Bij uitgang uit de laspost komt dan een continue wapeningsstrook te voorschijn, die op regelmatige afstanden van 3 meter wordt doorgesneden. Deze rechte stroken van 3 meter lang worden dan boven elkaar gelegd tot vorming van pakken van zulke stroken die dan verpakt worden. Voor de zeer dunne wapeningsstroken echter die dank zij de uitvinding mogelijk zijn, kan deze continue strook ook ongesneden blijven en opgerold worden tot rollen die dan ter plaatse bij gebruik op de juiste gebruikslengte kunnen gesneden worden.

Claims (12)

  1. CONCLUSIES 1. Wapeningsstrook in roostervorm, en geschikt voor het wapenen van horizontale voegen van metselwerk, welke strook in de langsrichting een aantal rechtlijnige en continue stalen wapeningsdraden bevat, die afgeplat zijn in het vlak van de strook en een dikte hebben van minder dan 1, 75 mm en een dikte-breedte-verhouding van minder dan 0, 3, waarbij de aanliggende wapeningsdraden met elkaar verbonden zijn door middel van een staaldraad-verbindingsstruktuur die aan weerzijden met de naar elkaar gekeerde zijden van de genoemde aanliggende wapeningsdraden gepuntlast is, met het kenmerk dat de puntlassen ongeplet zijn, en dat elke genoemde staaldraad-verbindingsstruktuur bestaat uit een aantal ronde staaldraden van een dikte die niet groter is dan die van genoemde wapeningsdraden.
  2. 2. Wapeningsstrook volgens conclusie 1, met het kenmerk dat genoemde naar elkaar gekeerde zijden een afgeplatte rand hebben.
  3. 3. Wapeningsstrook volgens één der conclusies 1 of 2, met het kenmerk dat de strook slechts twee wapeningsdraden bevat, die de zijranden van de strook vormen.
  4. 4. Wapeningsstrook volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat genoemde staaldraad-verbindings- struktuur tussen twee aanliggende wapeningsdraden bestaat uit één enkele continue staaldraad die van het ene longitudinale uiteinde van de strook loopt naar het andere, en hierbij heen-en weer loopt volgens een V-vormige zigzaglijn van een kontaktplaats aan de binnenzijde van de ene van beide aanliggende wapeningsdraden naar een kontaktplaats aan de <Desc/Clms Page number 14> binnenzijde van de andere aanliggende wapeningsdraad, waarbij de draad in de opeenvolgende kontaktplaatsen gepuntlast is met de respektievelijke wapeningsdraad.
  5. 5. Wapeningsstrook volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de wapeningsdraden een treksterkte hebben in het gebied tussen 600 en 1000 N/mm2.
  6. 6. Wapeningsstrook volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat alle wapeningsdraden een rechthoekvormige doorsnede hebben.
  7. 7. Wapeningsstrook volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de platte zijden van de wapeningsdraden voorzien zijn van kartelingen.
  8. 8. Werkwijze voor het continu vervaardigen van wapeningsstroken in roostervorm volgens conclusie 1, waarbij een aantal stalen wapeningsdraden in continu en in parallel in eenzelfde vlak met zelfde snelheid doorheen een puntlaspost gevoerd worden, waar verder nog een aantal staaldraden toegevoerd worden waarmede een aantal staaldraad-verbindingsstrukturen gevormd worden en in genoemde puntlaspost elk tussen een paar aanliggende wapeningsdraden gepuntlast worden aan de naar elkaar gekeerde zijden van dit paar wapeningsdraden, met het kenmerk dat men voor de wapeningsdraden vooraf afgeplatte draden gebruikt met een dikte van minder dan 1, 75 mm en met dikte- breedteverhouding van minder dan 0, 3, en men die draden doorheen de laspost voert met de afplatting in het vlak van de parallel lopende wapeningsdraden,
    waarbij de zijden van deze wapeningsdraden waaraan gepuntlast wordt een afgeplatte rand hebben, en dat men voor het staaldraad voor het genoemde aantal <Desc/Clms Page number 15> verbindingsstrukturen vooraf getrokken draad gebruikt met ronde doorsnede met een diameter die niet groter is dan de dikte van genoemde wapeningsdraden.
  9. 9. Werkwijze volgens conclusie 8, met het kenmerk dat, tot vorming van een staaldraad-verbindingsstruktuur in de vorm van een V-vormige zigzaglijn tussen twee aan- liggende wapeningsdraden en waarvan de punten aan de naar elkaar gekeerde zijden van beide wapeningsdraden gepuntlast worden, men een staaldraad in continu in de laspost invoert die in die laspost doorheen een draad- geleider loopt die in het vlak tussen beide parallel lopende wapeningsdraden een transversale heen-en weerbeweging uitvoert waardoor die draad afwisselend met de binnenzijde van de ene en van de andere wape- ningsdraad in een parallel kontakt komt en waarbij, op het ogenblik van zulk kontakt, die draad met de corresponderende wapeningsdraad wordt gepuntlast.
  10. 10. Werkwijze volgens een der conclusies 8 tot 10, met het kenmerk dat voor de wapeningsdraden bij ingang in de laspost gekartelde draden gebruikt worden.
    10. Werkwijze volgens één der conclusies 8 of 9, met het kenmerk dat slechts twee wapeningsdraden worden toegevoerd.
  11. 11. Werkwijze volgens een der conclusies 8 tot 11, met het kenmerk dat de wapeningsstook bij uitgang uit de laspost op regelmatige afstanden transversaal wordt doorgesneden.
  12. 12. Werkwijze volgens een der conclusies 8 tot 11, met het kenmerk dat de wapeningsstrook bij uitgang uit de laspost tot een rol wordt opgerold.
BE9400675A 1994-07-18 1994-07-18 Wapeningsstrook. BE1008505A3 (nl)

Priority Applications (13)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9400675A BE1008505A3 (nl) 1994-07-18 1994-07-18 Wapeningsstrook.
PT95926930T PT719366E (pt) 1994-07-18 1995-07-14 Faixa de reforco
RU96106890A RU2133806C1 (ru) 1994-07-18 1995-07-14 Арматурная полоса и способ ее непрерывного производства
US08/602,798 US5915745A (en) 1994-07-18 1995-07-14 Reinforcement strip
DE69516651T DE69516651T2 (de) 1994-07-18 1995-07-14 Verstärkungsband
AT95926930T ATE192527T1 (de) 1994-07-18 1995-07-14 Verstärkungsband
PL95313447A PL177099B1 (pl) 1994-07-18 1995-07-14 Siatkowy pas wzmacniający i sposób ciągłego wytwarzania pasa wzmacniającego
CA002171541A CA2171541C (en) 1994-07-18 1995-07-14 Reinforcement strip
PCT/EP1995/002817 WO1996002714A1 (en) 1994-07-18 1995-07-14 Reinforcement strip
EP95926930A EP0719366B1 (en) 1994-07-18 1995-07-14 Reinforcement strip
CZ1996803A CZ289201B6 (cs) 1994-07-18 1995-07-14 Výztuľný pás a způsob jeho výroby
ES95926930T ES2148537T3 (es) 1994-07-18 1995-07-14 Banda de refuerzo.
US09/317,153 US6199344B1 (en) 1994-07-18 1999-05-24 Reinforcement strip

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9400675A BE1008505A3 (nl) 1994-07-18 1994-07-18 Wapeningsstrook.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1008505A3 true BE1008505A3 (nl) 1996-05-07

Family

ID=3888262

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE9400675A BE1008505A3 (nl) 1994-07-18 1994-07-18 Wapeningsstrook.

Country Status (11)

Country Link
US (2) US5915745A (nl)
EP (1) EP0719366B1 (nl)
AT (1) ATE192527T1 (nl)
BE (1) BE1008505A3 (nl)
CZ (1) CZ289201B6 (nl)
DE (1) DE69516651T2 (nl)
ES (1) ES2148537T3 (nl)
PL (1) PL177099B1 (nl)
PT (1) PT719366E (nl)
RU (1) RU2133806C1 (nl)
WO (1) WO1996002714A1 (nl)

Families Citing this family (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US6735915B1 (en) 2002-11-06 2004-05-18 Masonry Reinforcing Corp. Of America Masonry anchoring system
US8122663B1 (en) 2004-09-10 2012-02-28 Mitek Holdings, Inc. Anchors and reinforcements for masonry walls
EA014171B1 (ru) * 2008-06-23 2010-10-29 Республиканское Унитарное Предприятие "Белорусский Металлургический Завод" Высокомодульные отрезки проволоки для армирования бетонных строительных конструкций
US10574016B2 (en) * 2011-03-13 2020-02-25 Norman R BYRNE Process for forming end product with initial and simultaneous formation of subcomponents from separate work pieces
EP2719842B1 (en) * 2011-04-29 2015-09-02 Geo-Hidrol, S.A. Framework for structural use
EP2537992A1 (en) * 2011-06-21 2012-12-26 NV Bekaert SA A method of reducing the width of cracks in masonry
CN104114785A (zh) * 2011-12-14 2014-10-22 Geo-海卓尔股份公司 用于加固砌砖或砌石墙的灰浆线加强件
MD1038Y (ro) * 2015-12-22 2016-05-31 Николай БОГУСЛАВСКИЙ Armătură pentru armare orizontală a zidăriei din piatră, procedeu de executare a armăturii pentru armare orizontală a zidăriei din piatră şi procedeu de armare orizontală a zidăriei din piatră
MD4558C1 (ro) 2017-01-27 2018-10-31 TS-Rebar Holding LLC Armătură pentru armarea orizontală a zidăriei din piatră şi procedeu de fabricare a acesteia (variante)
RU178622U1 (ru) * 2017-03-09 2018-04-13 Общество с ограниченной ответственностью "ОТЕЧЕСТВЕННЫЙ КОМПЛЕКС СИСТЕМ ОГРАЖДЕНИЙ" (ООО "ОКСО") Сетка металлическая рулонная
RU204050U1 (ru) * 2020-11-17 2021-05-05 Владислав Анатольевич Малафеев Кладочная проволочная арматура

Citations (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1646974A (en) * 1926-08-20 1927-10-25 Fredellia H Moyer Method of welding structural members
GB610406A (en) * 1946-04-03 1948-10-15 British Federal Welder Improved lattice forming and welding machine
AT181066B (de) * 1959-06-24 1955-02-10 Evg Entwicklung Verwert Ges Bewehrungsstahl für Stahlbetonkonstruktionen
NL7208124A (nl) * 1971-06-16 1972-12-19
GB1403181A (en) * 1973-02-08 1975-08-28 Bekaert Sa Nv Making reinforcing members for cavity walls
US3961738A (en) * 1973-04-11 1976-06-08 C-O, Inc. Apparatus for making truss members
DE2738292A1 (de) * 1977-08-25 1979-03-01 Reinking Gmbh Maschbau Schneidvorrichtung an gitterschweissmaschinen
US4227359A (en) * 1978-11-21 1980-10-14 National Wire Products Adjustable single unit masonry reinforcement
US4869038A (en) * 1987-10-19 1989-09-26 Dur-O-Wall Inc. Veneer wall anchor system

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1060577B (de) * 1953-02-10 1959-07-02 Evg Entwicklung Verwert Ges Stahlbeton-Bewehrungseinlage
AT181055B (de) * 1953-09-29 1955-02-10 Anton Brunnschmid Heizkörper
US3183628A (en) * 1962-10-12 1965-05-18 Lox All Sales Corp Masonry wall reinforcing means

Patent Citations (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1646974A (en) * 1926-08-20 1927-10-25 Fredellia H Moyer Method of welding structural members
GB610406A (en) * 1946-04-03 1948-10-15 British Federal Welder Improved lattice forming and welding machine
AT181066B (de) * 1959-06-24 1955-02-10 Evg Entwicklung Verwert Ges Bewehrungsstahl für Stahlbetonkonstruktionen
NL7208124A (nl) * 1971-06-16 1972-12-19
GB1403181A (en) * 1973-02-08 1975-08-28 Bekaert Sa Nv Making reinforcing members for cavity walls
US3961738A (en) * 1973-04-11 1976-06-08 C-O, Inc. Apparatus for making truss members
DE2738292A1 (de) * 1977-08-25 1979-03-01 Reinking Gmbh Maschbau Schneidvorrichtung an gitterschweissmaschinen
US4227359A (en) * 1978-11-21 1980-10-14 National Wire Products Adjustable single unit masonry reinforcement
US4869038A (en) * 1987-10-19 1989-09-26 Dur-O-Wall Inc. Veneer wall anchor system

Also Published As

Publication number Publication date
CZ80396A3 (en) 1996-08-14
US5915745A (en) 1999-06-29
CZ289201B6 (cs) 2001-11-14
ES2148537T3 (es) 2000-10-16
DE69516651T2 (de) 2000-11-23
DE69516651D1 (de) 2000-06-08
PT719366E (pt) 2000-10-31
ATE192527T1 (de) 2000-05-15
EP0719366B1 (en) 2000-05-03
US6199344B1 (en) 2001-03-13
EP0719366A1 (en) 1996-07-03
PL177099B1 (pl) 1999-09-30
RU2133806C1 (ru) 1999-07-27
WO1996002714A1 (en) 1996-02-01
PL313447A1 (en) 1996-07-08

Similar Documents

Publication Publication Date Title
KR840000199B1 (ko) I-빔구조
BE1008505A3 (nl) Wapeningsstrook.
US3698224A (en) Process for the production of steel structural shapes
AU682311B2 (en) Sheet material, method of producing same and rolls for use in the method
RU2007137019A (ru) Производственная линия и способ формирования профилей
GB989027A (en) Process for the manufacture of sections and apparatus for carrying out the process
IE59085B1 (en) Metal strip for use in stabilised earth structures
US3728066A (en) Joint for endless belts
CA2809043C (en) Method of and apparatus for making mesh-like metal mats
US3566643A (en) Apparatus for the manufacture of helically coiled pipes of thin sheet metal
SU1569050A1 (ru) Способ изготовлени гнутых профилей
JPS6167502A (ja) 金属線の製造方法
RU96106890A (ru) Арматурная полоса
CN1104133A (zh) 生产双层金属带的方法以及执行该方法的装置
EP0615474A1 (en) Machine for forming helically wound lock-seam tubing having multiple wall thickness
CA2171541C (en) Reinforcement strip
JPH02122921A (ja) 薄いストリツプまたはウエブ用のコルゲートを長さ方向に付ける装置
US11578490B2 (en) Lath with flattened tabs
JP3321020B2 (ja) 縦縞熱延鋼板および縦縞鋼板用ロール
JPS6317527B2 (nl)
US2246216A (en) Grating
SU1532115A1 (ru) Способ правки полосы и правильна машина дл его осуществлени
RU2147955C1 (ru) Профилегибочный стан
SU1526855A1 (ru) Способ получени листового проката
PL89783B1 (nl)

Legal Events

Date Code Title Description
RE Patent lapsed

Owner name: S.A. BEKAERT N.V.

Effective date: 20000731