<Desc/Clms Page number 1>
"Apparaat voor het reinigen van mosselen en andere schelpdieren"
De uitvinding heeft betrekking op een apparaat voor het reinigen van mosselen en andere schelpdieren.
Tot op heden is het reinigen van mosselen zeer arbeidsintensief aangezien dit meestal manueel geschiedt. Dit heeft dan ook een relatieve belangrijke invloed op de consumptieprijs van mosselen. Om aan dit probleem enigszins te verhelpen wordt in sommige gevallen gebruik gemaakt van een speciaal apparaat. De kostprijs van een dergelijk apparaat is relatief hoog en biedt bovendien het nadeel dat, afhankelijk van de aard van de mosselen, relatief vele mosselen vernield worden en dus niet bruikbaar zijn voor consumptie.
De uitvinding heeft dan ook tot doel aan deze nadelen te verhelpen en een apparaat voor te stellen dat niet alleen relatief goedkoop is maar bovendien toelaat de mosselen zeer grondig te reinigen met een minimale manuele tussenkomst en dit zonder dat een noemenswaardige hoeveelheid mosselen vernield wordt.
Tot dit doel bevat het apparaat, volgens de uitvinding, een om zijn as draaibaar gemonteerde trommel, waarin de te reinigen mosselen en/of andere schelpdieren en waswater kunnen gebracht worden, waarbij deze draaiingsas schuin of horizontaal ingesteld is of ingesteld kan worden.
Doelmatig vertonen de zijwanden van deze trommel een concave binnenzijde.
<Desc/Clms Page number 2>
Volgens een bijzondere uitvoeringsvorm van de uitvinding zijn aandrijfmiddelen voorzien om de trommel aan een rotatie om zijn schuin of horizontaal ingestelde as te onderwerpen met een omtrekssnelheid van de orde van grootte van 50 ä 100 meter per minuut.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding is de binnenzijde van de trommel met een anti-sliplaag voorzien, die bij voorkeur eveneens geluiddempend is, zoals een rubberlaag.
De uitvinding heeft eveneens betrekking op een werkwijze voor het reinigen van mosselen en andere schelpdieren bij middel van het apparaat volgens de uitvinding, waarbij men de te reinigen mosselen of andere schelpdieren samen met waswater in de trommel van het apparaat brengt en men die trommel aan een draaibeweging rond zijn as in schuine of horizontale stand onderwerpt.
Deze werkwijze is gekenmerkt door het feit dat men de hoeveelheid waswater dat aan de mosselen of andere schelpdieren toegevoegd wordt zodanig doseert dat de hoeveelheid mosselen voor 2/3 ä 3/4 in het water ondergedompeld zijn en men de rotatiesnelheid van de trommel om zijn as regelt zodat de schelpdieren over elkaar glijden en rollen zonder dat een noemenswaardige hoeveelheid ervan met de binnenzijde van de trommel boven het waterniveau meegesleurd worden.
Andere bijzonderheden en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hierna volgende beschrijving van een bijzondere uitvoeringsvorm van de uitvinding ; deze beschrijving wordt enkel als voorbeeld gegeven en beperkt de draagwijdte van de uitvinding niet ; de hierna gebruikte verwijzingscijfers hebben betrekking op de hieraan toegevoegde figuren.
Figuur 1 is een schematisch vooraanzicht van
<Desc/Clms Page number 3>
deze bijzondere uitvoeringsvorm van het apparaat volgens de uitvinding.
Figuur 2 is een doorsnede volgens de lijn IIII van Figuur 1.
Figuren 3,4 en 5 stellen een langse dwarssnede voor van de trommel van desbetreffend apparaat in drie specifieke opeenvolgende standen.
In de verschillende figuren hebben dezelfde verwijzinfscijfers betrekking op dezelfde elementen.
Het in de figuren voorgesteld apparaat voor het reinigen van mosselen of eventueel andere schelpdieren bestaat hoofdzakelijk uit een trommel 1 die op een verplaatsbaar gestel 2 gemonteerd is.
Hiertoe zijn onderaan het gestel vier wieltjes 3 met een rubbere bekleding voorzien.
De trommel 1 is draaibaar om zijn langsas 4 die, in deze specifieke uitvoeringsvorm, schuin uitgesteld is.
Verder is de zijwand 5 van de trommel 1 concaaf, zodanig dat bij schuin of horizontaal ingestelde stand van de as 4 de binnenzijde van deze zijwand 5 onderaan een soort kuip vormt waarin de te reinigen mosselen of andere schelpdieren kunnen opgehoopt worden.
Op de buitenzijde van de zijwand 5 van de trommel 1 is een cirkelvormige tandheugel 6 voorzien in een vlak loodrecht op de as 4, die samenwerkt met een tandwiel 7 dat van een geluiddempende kunststof vervaardigd is, zoals "nylon".
De trommel 1 is opgehangen in een beugel 8 via drie spillen 9, 10, 11. De spillen 9 en 10 strekken zieh coaxiaal en horizontaal uit langs weerzijden van de trommel 1, doorheen de vrije uiteinden van de beugel, tegenover het midden van de zijwand 5.
<Desc/Clms Page number 4>
Het tandwiel 7 is gemonteerd op de spil 9, waarbij deze laatste aangedreven wordt door een motor, eventueel via een overbrenging, die ondergebracht is in een kast 12.
De spil 10 is draaibaar gemonteerd op het gestel 2. Een van de uiteinden van deze spil 10 werkt samen met de zijwand 5 en is gemonteerd op het overeenkomstige uiteinde van de beugel 8, terwijl het andere uiteinde ervan van een bedieningswiel 13 voorzien is dat toelaat deze spil 10 om haar as te draaien.
De spil 11 strekt zich coaxiaal uit met de draaiingsas 4 van de trommel 1 en is, enerzijds, vast op het midden van de beugel 8 en, anderzijds, draaibaar gemonteerd in het bodem 14 van de trommel 1.
Op deze manier is het dus mogelijk de trommel
EMI4.1
zowel aan een rotatie om zijn as 4 als aan een I kantelbeweging om de gemeenschappelijke as van de spillen 9 en 10, die loodrecht is op de draaiingsas 4, te onderwerpen.
De motor met de eventuele overbrenging zijn zodanig gekozen dat de trommel aan een rotatie om zijn schuin of horizontaal ingestelde as 4 onderworpen kan worden met een omtrekssnelheid van de orde van 50 à 100 meter per minuut.
Bovendien laten de hierboven beschreven aandrijvingsmiddelen van de trommel om deze loodrecht op elkaar gelegen assen toe de hellingshoek van de draaiingsas 4 in verschillende standen in te stellen en in elk van deze standen de trommel 1 aan een rotatie om zijn as 4 aan te drijven. Verder kan desnoods een niet voorgesteld maar op zichzelf bekend ontkoppeling- mechanisme voorzien worden dat toelaat de trommel van de motor af te koppelen en de trommel manueel om zijn as 4 te draaien tot in een willekeurige stand.
<Desc/Clms Page number 5>
De tegenover de bodem 14 van de trommel 1 gelegen zijde kan gedeeltelijk door een rooster 15 afgesloten worden, terwijl het andere gedeelte van deze zijde open is en een vul- of laadopening 16 vormt voor het brengen van de te reinigen mosselen en/of andere schelpdieren in de trommel.
De afmetingen van de mazen van dit rooster 15 zijn zodanig dat in een voorafgaandelijke ledigingsstand, wanneer het rooster zich onderaan de vulopening 16 bevindt, de mosselen weerhouden worden en enkel doorgang verleend wordt aan het waswater met onzuiverheden van kleinere afmetingen dan deze van de te reinigen mosselen of schelpdieren.
De binnenzijde van de zijwand 5 en de bodem 14 van de trommel 1, zijn bij voorkeur met een antisliplaag 17 voorzien die bovendien geluiddempend is, zoals een rubberen bekleding.
Hierna wordt meer in detail de werkwijze, volgens de uitvinding, voor het reinigen van mosselen en andere schelpdieren bij middel van het hierboven beschreven en in de figuren voorgesteld apparaat besproken.
Hierbij wordt verwezen naar de opeenvolgende figuren 3,4 en 5.
De trommel 1 wordt eerst in zijn werkstand gebracht, t. t. z. met zijn as in schuine of horizontale stand. In figuur 3 vormt de draaiingsas 4 van de trommel 1 een hoek ten opzichte van het horizontaal vlak van ongeveer 30 à 400.
In deze stand worden de te reinigen schelpdieren, m. b. mosselen 18, in de trommel gebracht. Aan deze mosselen wordt vervolgens de nodige hoeveelheid waswater toegevoegd zodanig dat ze voor nagenoeg 2/3 ä 3/4 in dit water ondergedompeld zijn.
In figuur 3 wordt het niveau van het waswater door een
<Desc/Clms Page number 6>
horizontale lijn 19 voorgesteld. Daarna wordt de trommel 1 aan een rotatie om zijn as 4 onderworpen met een zodanige omtreksnelheid dat de mosselen 18 over elkaar glijden en rollen zonder dat een noemenswaardige hoeveelheid ervan met de binnenzijde van de zijwand 5 van de trommel 1 boven het waterniveau meegesleurd wordt.
Vastgesteld werd dat goede resultaten verkregen werden met een omtreksnelheid van de orde van grootte van 50 ä 100 meter per minuut.
Indien de snelheid te hoog is, worden de mosselen, ingevolge de middelpuntvliegende kracht, tegen elkaar en de binnenzijde van de wand 5 van de trommel 1 gedrukt, waardoor niet alleen het risico toeneemt dat mosselen vernield worden, maar waardoor bovendien de reinigende werking snel afneemt gezien het feit dat de mosselen in een dergelijke situatie veel minder ten opzichte van elkaar bewegen.
Het komt er dus op aan zowel de hoeveelheid mosselen die in een bewerking dienen gereinigd te worden, als de relatieve hoeveelheid waswater en de rotatiesnelheid van de trommel met de hellingshoek van zijn as (4) te regelen, zodanig dat tijdens deze rotatie de mosselen zo veel mogelijk onderling ten opzichte van elkaar bewegen zonder dat ze aan een noemenswaardige uitwendige druk onderworpen worden en dit zonder dat ze door de binnenwand naar boven meegesleurd worden.
Op deze manier stelt men vast dat zelfs mosselen met een zeer dunne schelp zeer zuiver gereinigd kunnen worden zonder dat er vernield worden. Verder is het eveneens belangrijk, volgens de uitvinding, dat geen enkel bijkomend mechanisch middel gebruikt wordt om de mosselen onderling te bewegen, zoals bijvoorbeeld een in de trommel draaiende arm. Het reinigen mag dus
<Desc/Clms Page number 7>
enkel geschieden door het zacht wrijven van de mosselen op elkaar en tegen de binnenzijde van de wand 5 en bodem 14 van de trommel 1.
De reinigingstijd is verder eveneens afhankelijk van de vier hierboven gedefinieerde parameters alsook van het volume zelf van de trommel.
Meestal variëert deze tijd tussen 30 en 45 minuten.
Aangezien echter, zoals hierboven reeds vermeld werd, dit reinigen de mosselen niet beschadigt, is de maximale reinigingstijd meestal niet kritiek, zodanig dat dit reinigen kan gebeuren zonder dat een regelmatige controle vereist is. Dit houdt dus in dat in de praktijk de duur van deze reiniging van ondergeschikt belang is aangezien, tijdens deze bewerking, de restauranthouder bijvoorbeeld ander werk kan uitvoeren.
Nadat de mosselen aldus gereinigd zijn wordt de trommel tot stilstand gebracht en wordt deze eventueel manueel nog aan een bijkomende hoekverdraaiing onderworpen, zodanig dat het rooster 15 onderaan de vulopening 16 komt te liggen, zoals voorgesteld werd in figuur 3.
Op dit ogenblik wordt bij middel van het bedieningswiel 13 de trommel 1 naar voor gekanteld om de gemeenschappelijke as van de spillen 9 en 10 tot in de in de figuur 4 voorgestelde tussenstand. In deze stand wordt het waswater samen met de van de mosselen vrijgemaakte onzuiverheden afgescheiden en uitgegoten.
Het betreft hier uiteraard onzuiverheden waarvan de afmetingen kleiner zijn dan deze van de mosselen die door het rooster weerhouden worden.
Nadat al het waswater verwijderd is wordt de trommel in zijn gekantelde stand aan een verdere hoekverdraaing onderworpen tot het rooster 15 zich boven de vulopening 16 bevindt, zoals voorgesteld werd
<Desc/Clms Page number 8>
in figuur 5. Dit vormt de ledigingsstand, tijdens dewelke de gereinigde mosselen uit de trommel gekipt worden.
Aldus stelt men vast dat de totale tijd die besteed dient te worden door een persoon aan het effectief reinigen van bijvoorbeeld 25 kg mosselen ongeveer 5 minuten in beslag neemt, aangezien de reiniging zelf zonder enige controle kan geschieden. Het betreft hier dus alleen de tijd voor het kippen van de mosselen in de trommel, het bijvoegen van de nodige waswater, het starten van de aandrijfmotor, het kantelen en scheiden van het waswater en tenslotte het uitkippen van de gereinigde mosselen.
Zei volledigheidshalve nog vermeld dat de praktische proeven, waarop deze uitvinding gesteund is, uitgevoerd werden bij middelen van een trommel met een volume van 120 1 en een diameter van 1 m, waarbij de rotatiesnelheid ongeveer 24 toeren per minuut bedroeg.
Uiteraard, voor een restaurant met een relatieve belangrijke omzet aan mosselen, dient de voorkeur gegeven te worden aan een trommel met een grotere diameter en volume.
De uitvinding is uiteraard geenszins beperkt tot de hierboven beschrevenen in de figuren voorgestelde specifieke uitvoeringsvorm van het apparaat voor het reinigen van mosselen en/of andere schelpdieren, maar binnen het raam van de uitvinding kunnen er meerdere veranderingen overwogen worden, o. m. wat betreft de afmetingen, vorm en aandrijfmiddelen van de trommel. Desnoods kan de binnenwand van de trommel enigszins geribd zijn.