NL1026834C2

NL1026834C2 - Bereiden van thee met behulp van een theepad en een koffiezetapparaat.

Info

Publication number: NL1026834C2
Application number: NL1026834A
Authority: NL
Inventors: Gustaaf Frans Brouwer; Maria Constantina Johan Perton; Joost Jan De Vries
Original assignee: Sara Lee De Nv
Priority date: 2004-08-12
Filing date: 2004-08-12
Publication date: 2006-02-14
Also published as: WO2006016813A2; US20080089982A1; ATE527185T1; CN101263066A; WO2006016813A8; US7832328B2; ES2374924T3; CA2576992C; EP1784346A2; EP1786298A2; CA2576992A1; US20080050488A1; WO2006016814A8; WO2006016814A3; ATE517567T1; DK1784346T3; ES2370502T3; EP1784346B1; EP1786298B1; US20140157993A1

Description

Titel: Bereiden van thee met behulp van een theepad en een koffiezetapparaat

De uitvinding heeft betrekking op een theepad voor het bereiden van thee, meer in het bijzonder ten minste een theeconsumptie, met behulp van een koffiezetapparaat. De uitvinding heeft voorts betrekking op een werkwijze voor het bereiden van thee, meer in het bijzonder van ten minste 5 een theeconsumptie, met behulp van een koffiezetapparaat, waarbij het koffiezetapparaat is voorzien van een houder voor het opnemen van tenminste een pad waarbij de houder is voorzien van tenminste een uitstroomtraject en middelen voor het onder druk door de pad heen persen van heet water ter verkrijging van een extract dat via het uitstroomtraject 10 de houder verlaat.

Voorts heeft de uitvinding betrekking op een samenstel van een houder die een binnenruimte omvat gevormd door een bodem en een opstaande zijwand van de houder en een in de houder opgenomen pad die is gevuld met een te extraheren product, waarbij de houder is voorzien van een 15 uitstroomtraject dat aanvangt in de bodem van de houder en eindigt buiten de houder voor het afgeven van het extract waarbij, in gebruik, heet water aan de houder wordt toegevoerd en door de pad wordt geperst ter verkrijging van het extract dat vervolgens de pad verlaat en dan de binnenruimte en de houder via het uitstroomtraject verlaat.

20 De uitvinding heeft tevens betrekking op een koffiezetapparaat voorzien van een houder of een dergelijk samenstel.

Het gebruik van koffiezetapparaten waarbij koffie met behulp van een met gemalen koffie gevulde pad wordt bereid is de laatste jaren sterk toegenomen. Het gaat hier om het Senseo koffiezetapparaat. Het 25 koffiezetapparaat is hiertoe voorzien van een houder voor het opnemen van een pad en middelen voor het onder druk door de pad heen persen van heet 1026834 i 2 water ter verkrijging van een koffie-extract. Bij voorkeur gaat het om een koffiezetapparaat waarbij de toegepaste druk van het water 1-2 bar bedraagt.

De uitvinding beoogt nu een theepad te verschaffen opdat het 5 mogelijk wordt om met een dergelijk koffiezetapparaat, waarbij de toegepaste druk van het water bij voorkeur 1-2 bar bedraagt, tevens thee te bereiden. Volgens de uitvinding is hiertoe de theepad voorzien van een omhulling zoals filtreerpapier die althans voor een deel doorlaatbaar is voor een vloeistof zoals water en die althans nagenoeg ondoorlaatbaar is voor 10 thee, waarbij de omhulling ten minste een ruimte omvat die is gevuld met thee. Bij voorkeur zal de theepad hierbij een platte vorm hebben. De theepad heeft meer in het bijzonder de vorm van een schijf.

Voorts geldt bij voorkeur dat de thee in de ruimte een theebed vormt met een platte vorm. Meer in het bijzonder geldt dat het theebed de 15 vorm heeft van een schijf.

Het is belangrijk dat wordt voorkomen dat tijdens het bereiden van thee-extract kanalen worden gevormd in het bed van de thee via welke het hete water door de theepad kan stromen. Dit heeft immers als nadeel dat er geen goede extractie van de thee plaatsvindt met als gevolg dat een relatief 20 slap extract wordt verkregen. Voorts is het van belang dat de toegepaste druk van het water bij voorkeur 1-2 bar kan bedragen. Ook zou de theepad, indien men het wil, geschikt moeten zijn om een (1) consumptie thee te bereiden ter grootte van bij voorbeeld 100-170 ml, meer in het bijzonder bijvoorbeeld rond de 140 ml, plus of min 15%. Hierbij zou een hoeveelheid 25 water bij voorkeur in een periode van ongeveer 20-40 seconden door de theepad moeten kunnen worden geperst ter verkrijging van het thee-extract. Hierbij kan het water bijvoorbeeld een temperatuur hebben van 88-95 °C, waarbij het voorts van belang is dat neerslag van kalk, die samen met polifenolen een onaantrekkelijke film op de thee vormen, kan worden 30 voorkomen, zo men dit wil. Ook is van belang dat, in gebruik, de thee in de 1026834 3 pad voldoende kan zwellen voor het verkrijgen van een goede smaak van het extract.

Ten minste aan een aantal van deze doelen kan worden tegemoet gekomen wanneer het theebed een grootste diameter heeft van 30-55 mm.

5 Meer bij voorkeur geldt dat het theebed een grootste diameter heeft van 35-45 mm. Bij voorkeur geldt voorts dat het theebed een grootste hoogte heeft die kleiner is dan 10 mm, meer bij voorkeur een grootste hoogte heeft die kleiner is dan 7 mm. Dergelijke afmetingen brengen met zich dat de kans op genoemde kanaalvorming wordt verminderd.

10 Bij voorkeur geldt dat de theepad is gevuld met 1-6 gr thee, meer in het bijzonder met 1-2,5 gr thee. Bij voorkeur geldt dat de theepad is gevuld met een hoeveelheid thee die kleiner is dan ongeveer 1,9 gr thee. Ook geldt voor het realiseren van ten minste een aantal van de genoemde doelen dat het volume van de thee 60-90% bedraagt van het volume van de ruimte in 15 de theepad waarin de thee is opgenomen. Meer bij voorkeur geldt dat het volume van de thee 75-85% bedraagt van het volume van de ruimte in de theepad waarin de thee is opgenomen. Op deze wijze kan, in gebruik, de thee voldoende zwellen.

In het bijzonder geldt dat de theepad is gevuld met 3-8 ml thee.

20 Meer bij voorkeur geldt dat de theepad is gevuld met 4-7 ml thee.

Bij voorkeur geldt voorts dat de theedeeltjes een grootte hebben van 0,1-1,2 mm, meer in het bijzonder van 0,24-0,96 mm. Dergelijke afmetingen kunnen bij voorbeeld door malen van thee worden gerealiseerd. Er blijkt dat bij dergelijke afmetingen in het koffiezetapparaat een goede 25 extractie kan worden verkregen. Anders gezegd, omvat de theepad thee met een grofte die bij voorkeur groter is dan PD, en kleiner dan OP. Volgens een bijzondere uitvoeringsvorm geldt echter dat de theepad thee omvat met deeltjes die een grootte hebben die groter is dan 0,8 mm en/of deeltjes die een grootte hebben die kleiner is dan 0,35 mm.

i 1026834 4

Bij voorkeur geldt dat de thee ten minste een eerste soort thee en een tweede soort thee omvat waarbij een grootste diameter van de deeltjes van de eerste soort thee verschilt van de grootste diameter van de deeltjes van de tweede soort thee. Hierbij geldt bij voorkeur dat de grootte van de 5 deeltjes van de eerste soort thee kleiner is dan 0,5 mm, meer in het bijzonder kleiner is dan 0,35 mm. Meer in het bijzonder geldt hierbij dat de grootte van de deeltjes van de tweede soort thee groter is dan 0,6 mm, meer in het bijzonder groter dan 0,8 mm.

In deze aanvrage wordt onder thee onder meer verstaan zwarte 10 thee, vruchtenthee, groene thee, rooibosthee, kruidenthee of kruidenmelanges en bepaalde samenstellingen hiervan. Onder thee wordt " ^ voorts verstaan de eventuele aroma’s, vruchtendelen en specerijen die voorts zijn toegevoegd.

De werkwijze volgens de uitvinding wordt gekenmerkt in dat in de 15 houder van het koffiezetapparaat tenminste een theepad wordt geplaatst die is voorzien van een omhulling zoals filtreerpapier die althans voor een deel doorlaatbaar is voor een vloeistof zoals water en die althans nagenoeg ondoorlaatbaar is voor thee waarbij de omhulling tenminste een ruimte omvat die is gevuld met thee. Hierbij geldt bij voorkeur dat met behulp van 20 het koffiezetapparaat heet water met een druk van 1-2 bar aan de tenminste ene theepad wordt toegevoerd. Voorts geldt bij voorkeur dat een drukval over de tenminste ene theepad 0,1-0,2 bar bedraagt. Meer in het bijzonder geldt dat een drukval over het uitstroomtraject groter is dan een drukval over de tenminste ene theepad.

25 Een samenstel volgens de uitvinding heeft als kenmerk dat de pad een theepad omvat zoals hiervoor is omschreven. Bij voorkeur geldt hierbij dat een theebed van de theepad een grootste hoogte heeft die kleiner is dan een grootste hoogte van de binnenruimte. Op deze wijze kan, in gebruik, de thee goed zwellen. In het bijzonder geldt hierbij dat het theebed van de 1026834 5 theepad een grootste hoogte heeft die tenminste 10% en bij voorkeur tenminste 20% kleiner is dan de grootste hoogte van de binnenruimte.

Verder geldt bij voorkeur dat de theepad een breedte heeft die althans nagenoeg overeenkomt met een breedte van de binnenruimte.

5 Volgens een zeer geavanceerde uitvoeringsvorm geldt voorts dat het uitstroomtraject is voorzien van een stromingsrestrictie zodat, in gebruik, een drukval over de theepad kleiner is dan een drukval over het uitstroomtraject. Dankzij de stromingsrestrictie wordt drukval over de theepad kleiner waardoor wordt voorkomen dat het hete water in het 10 koffiezetapparaat te snel door de theepad wordt geperst. Zou dit gebeuren dan zou geen optimale extractie kunnen plaatsvinden en zou bovendien kanaalvorming kunnen plaatsvinden. De stromingsrestrictie kan bijvoorbeeld bestaan uit een nauwe doorgang die gevormd is in een kanaal, maar kan ook bijvoorbeeld bestaan uit een semidoorlatend materiaal, zoals 15 een sintelplaat waar het gevormde thee-extract doorheen zou moeten stromen. Bij voorkeur geldt dat de binnenruimte een diameter heeft van 40-60 mm waarbij een theebed van de theepad een diameter heeft van 35-45 mm.

Een koffiezetapparaat voorzien van een dergelijke houder is 20 gekenmerkt in dat het koffiezetapparaat is voorzien van een in- en uitschakelbare stromingsrestrictie stroomopwaarts van de houder voor het bereiden van thee met een theepad in de houder onder gebruikmaking van de stromingsrestrictie en voor het bereiden van koffie met een koffiepad in de houder zonder gebruikmaking van de stromingsrestrictie. De in- en 25 uitschakelbare stromingsrestrictie kan bijvoorbeeld zijn aangebracht in de toevoer via welke het hete water naar de houder wordt geleid. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan een kraan die gedeeltelijk kan worden gesloten en weer worden geopend. Wanneer de kraan gedeeltelijk is gesloten zal een groot gedeelte van de drukval plaatsvinden over de kraan en niet 30 over de theepad. Dit heeft als voordeel dat het hete water niet te snel door 1026834 6 de theepad zal stromen waardoor een goede extractie wordt gewaarborgd. Wanneer met hetzelfde koffiezetapparaat koffie wordt bereid, kan de stromingsrestrictie worden uitgeschakeld door bijvoorbeeld de kraan te openen en in dat geval kan ten behoeve van het bereiden van koffie de 5 stromingsrestrictie in het uitlaattraject van de houder worden aangebracht, bijvoorbeeld op een dusdanige wijze dat schuim wordt gevormd. Het gevolg is dan dat ook bij het bereiden van koffie met behulp van een koffiepad een gedeelte van de druk zal vervallen over de restrictie en derhalve niet over de koffiepad, waarbij thans tevens wordt bereikt dat een extract wordt 10 gevormd met een fijnbellige schuimlaag. Gebruikt men vervolgens voor de thee een houder die niet is voorzien van een dergelijke restrictie wordt geen schuim gevormd, maar wordt ten gevolge van het inschakelen van de in- en uitschakelbare stromingsrestrictie voorkomen dat, bij gebruikmaking van de theepad in de daarvoor bestemde houder, het hete water te snel door de 15 theepad wordt geperst.

De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van de tekening. Hierin toont:

Fig. 1 een dwarsdoorsnede van een theepad volgens de uitvinding;

Fig. 2 een bovenaanzicht van de theepad volgens Fig. 1; 20 Fig. 3 een mogelijke uitvoeringsvorm van een houder en een theepad die in de houder is opgenomen, alsmede een deel van een koffiezetapparaat waarin de houder met de theepad is opgenomen;

Fig. 4 een bovenaanzicht van de houder volgens Fig. 3;

Fig. 5 een bovenaanzicht van een alternatieve uitvoeringsvorm van 25 de houder volgens de uitvinding;

Fig. 6 een dwarsdoorsnede van de houder volgens Fig. 5;

Fig.7 een aanzicht van de houder van Fig. 5; en

Fig. 8 een bovenaanzicht van een alternatieve uitvoeringsvorm van een deel van de houder van Fig. 5.

1026834 7

In Fig. 1 is met referentienummer 1 een theepad voor het bereiden van thee met behulp van een koffiezetapparaat aangeduid. Een deel van een dergelijke koffiezetapparaat 2 is getoond in Fig. 3. Het koffiezetapparaat 2 is voorzien van een houder 4 met een binnenruimte 6 waarin de theepad 1 is 5 op genomen. De binnenruimte wordt gevórmd door een bodem 8 en een opstaande zijwand 10 van de houder. In de bodem zijn een aantal groeven 12 aangebracht die zich uitstrekken naar een uitstroomopening 14 die eveneens in de bodem van de houder is aangebracht. De houder is voorts voorzien van een uitlaat 16 via welke een thee-extract de houder kan 10 verlaten.

Het koffiezetapparaat 2 is voorts voorzien van een deksel 18 waarmee de houder 4 kan worden afgesloten. Tussen deksel en de houder wordt een fluïdumafdichting gevormd. De houder is in dit voorbeeld voorzien van ten minste een instroomopening 20 via welke heet water aan 15 de houder kan worden toegevoerd. Het koffiezetapparaat is voorts voorzien van een heetwatereenheid 22 die is ingericht voor het onder druk afgeven van heet water. Dit hete water wordt via een slang 24 aan de instroomopening 20 van de deksel 18 toegevoerd. In gebruik wordt met behulp van de heetwatereenheid 22 heet water aan de houder toegevoerd.

20 Dit hete water wordt onder druk door de theepad geperst ter verkrijging van een thee-extract. Dit thee-extract verlaat vervolgens de theepad aan zijn onderzijde en verlaat vervolgens de houder via een uitstroomtraject dat in dit voorbeeld wordt gevormd door de groeven 12, de uitstroomopening 14 en de uitlaat 16 en welk uitstroomtraject derhalve aanvangt in de bodem van 25 de houder en eindigt buiten de houder voor het afgeven van het extract. Andere uitstroomtrajecten zijn echter ook mogelijk.

In dit voorbeeld geldt dat de heetwatereenheid 22 heet water afgeeft met een druk, die bij voorkeur 1-2 bar bedraagt.

De theepad 1 is voorzien van een omhulling 26 zoals filtreerpapier 30 die althans voor een deel doorlaatbaar is voor een vloeistof zoals water en 1026834 8 die althans nagenoeg ondoorlaatbaar is voor thee. De omhulling omvat ten minste een (eerste) ruimte 28 die althans voor een deel is gevuld met thee 30 (de thee is gearceerd aangeduid in Fig. 1). Zoals te zien is in Fig. 1 heeft de theepad een platte vorm. Tevens geldt dat de theepad de vorm heeft van 5 een schijf. Voorts geldt, zoals te zien is in Fig. 1, dat de thee in de ruimte een theebed 32 vormt met een platte vorm. Tevens blijkt dat het theebed in deze uitvoeringsvorm de vorm heeft van een schijf.

In dit voorbeeld geldt dat het theebed 32 een grootste diameter heeft van 30-55 mm. Omdat het theebed in dit voorbeeld de vorm heeft van 10 een schijf zal de grootste diameter in dit voorbeeld in feite zijn gevormd door de diameter van de schijf. Zou een bovenaanzicht van de pad vierkant zijn, dan zou de grootste diameter worden bepaald door een diagonaal tussen twee tegenover elkaar gelegen hoekpunten van het theebed.

Meer in het bijzonder geldt dat het theebed een grootste diameter 15 heeft van 35-45 mm. Het blijkt dat bij een dergelijke diameter, in gebruik, de kans op kanaalvorming in het theebed wordt verkleind. Voorts geldt dat het theebed een grootste hoogte h heeft die kleiner is dat 10 mm. Meer bij voorkeur geldt dat het theebed een grootste hoogte heeft die kleiner is dan 7 mm. Deze hoogte wordt verkregen wanneer de thee in de pad min of meer 20 uniform verdeeld is aangebracht. Meer in het bijzonder geldt voorts dat het theebed een grootste hoogte h heeft die groter is dan 2 mm. Meer in het bijzonder geldt dat het theebed met een grootste hoogte h die groter is dan 3 mm. De hoogte van het theebed zal bij voorkeur variëren van 4-7 mm.

De omhulling 26 is in dit voorbeeld voorzien van een bovenvel 34 25 en een ondervel 36 die met hun langsranden met elkaar zijn verbonden, waarbij de met elkaar verbonden langsranden een sealnaad 38 vormen en bij elk vel is vervaardigd van een materiaal zoals fïltreerpapier dat althans voor een deel doorlaatbaar is voor een vloeistof zoals water en dat althans nagenoeg ondoorlaatbaar is voor thee 30.

1026834 9

In dit voorbeeld geldt dat de sealnaad een breedte b heeft die groter is dan 4 mm. In het bijzonder geldt dat de sealnaad een breedte heeft dan 5 mm. Een dergelijke sealnaad voorkomt dat de pad in gebruik kan openscheuren wanneer de thee gaat zwellen. Immers, een relatief brede 5 sealnaad geeft een stevige verbinding tussen het bovenvel en het ondervel. Meer in het bijzonder geldt dat de sealnaad een breedte heeft die kleiner is dan 10 mm. Een grotere sealnaad blijkt niet noodzakelijk te zijn. Er kan dus anderzijds worden gesteld dat de sealnaad een grootte heeft van bijvoorbeeld 5-12 mm, meer in het bijzonder een grootte heeft van 5-10 mm, 10 en nog meer in het bijzonder van 6-10 mm.

Voorts geldt dat het volume van de thee 30 60-90% bedraagt van * het volume van de ruimte 28 in de theepad waarin de thee is opgenomen. Een en ander is in Fig. 1 schematisch aangeduid doordat het bovenvel 34 zich op enige afstand boven de thee 30 bevindt. In de praktijk kan het 15 bovenvel 34 uiteraard op de thee 30 rusten zodat de tekening voor wat dit betreft schematisch dient te worden opgevat. Meer in het bijzonder geldt dat het volume van de thee 75-85% bedraagt van het volume van de ruimte 28 waarin de thee is opgenomen. Aldus wordt bewerkstelligd dat, in gebruik, de thee voldoende kan zwellen. Zou de thee niet voldoende kunnen zwellen, 20 dan wordt de thee niet optimaal geëxtraheerd hetgeen nadelige gevolgen kan hebben voor de sterkte en de smaak van het extract.

De theepad is met name geschikt voor het bereiden van een theeconsumptie in de vorm van een extract waarbij de hoeveelheid extract 100-170 ml bedraagt. Bij voorkeur gaat het om ongeveer 140 ml, plus of min 25 15%.

De tot op dit punt omschreven theepad kan met name voor dit doel optimaal worden gebruikt.

Voorts geldt hierbij dat de theepad in dit voorbeeld kan zijn gevuld met 3-8 ml thee. Meer in het bijzonder geldt hierbij dat de theepad is gevuld 30 met 4-7 ml thee.

1026834 10

De thee kan hierbij rooibosthee omvatten die eventueel is aangevuld met aroma's en vruchtendelen. Ook kan de thee een kruidenmelange omvatten op basis van diverse blends van kruiden, die eventueel is aangevuld met aroma's en vruchtendelen. Ook kan de thee een 5 vruchtenthee omvatten op basis van een zwarte theeblend, die eventueel is aangevuld met aroma's en vruchtendelen. In de laatste drie gevallen geldt dat bij voorkeur 2-8 vol.% van de thee bestaat uit aroma's en 1-2 vol.% van de thee bestaat uit de vruchtendelen.

Daarnaast is het mogelijk dat de thee tevens specerijen en/of 10 aroma's omvatten waarbij in de theepad voorts suiker en/of zoetstoffen is opgenomen alsmede melkpoeder voor het bereiden van een Chai-thee. Onder melkpoeder wordt hier ook elke op zich bekende creamer, whitener e.d. verstaan.

Meer in het algemeen geldt dat de theepad in dit voorbeeld is 15 gevuld met 1-6 gr thee, meer in het bijzonder met 1-2,5 gr thee. In het bijzonder geldt dat het theebed een grootste hoogte heeft die groter is dan 2 mm. Onder thee wordt hier onder meer verstaan zwarte thee, groene thee, vruchtenthee, rooibosthee en kruidenthee. Hieraan kunnen eventueel nog aroma's en vruchtendelen zijn toegevoegd.

20 Volgens een mogelijke uitvoeringsvorm is de theepad gevuld met 1- 4 gr zwarte thee, meer in het bijzonder met 1-2,5 gr zwarte thee. Het is echter eveneens mogelijk dat de theepad is gevuld met 1-4 gr vruchtenthee, meer in het bijzonder met 1-2,5 gr vruchtenthee. Ook is het mogelijk dat de theepad is gevuld met 1-4 gr groene thee, meer in het bijzonder met 1-2,5 gr 25 groene thee. Ook is het mogelijk dat de theepad is gevuld met 1-6 gr rooibosthee, meer in het bijzonder met 1,5-5 gr rooibosthee. Ook kan het zijn dat de theepad is gevuld met 1-6 gr thee in de vorm van een kruidenmelange, meer in het bijzonder met 1-5 gr kruidenmelange.

Bepaalde mengsels van dergelijke theesoorten zijn eveneens mogelijk.

1026834 11

Ook is het mogelijk dat de theepad is gevuld met 6-11 gram bestanddelen voorzien van een thee omvattende tevens specerijen en/of aroma's, waarbij de bestanddelen voorts een melkpoeder, alsmede suiker en/of zoetstoffen omvatten voor het bereiden van Chai-tbee. In het bijzonder 5 geldt hierbij dat de bestanddelen 1,5-3 gram thee omvatten. Voorts kan hierbij gelden dat de bestanddelen 3,5-6,5 gram suiker omvatten of een vergelijkbaar equivalent van zoetstoffen of een vergelijkbaar equivalent van een combinatie van zoetstoffen en suiker.

Voor het verkrijgen van een optimaal extract (goed zetrendement 10 en goede smaak) geldt in dit voorbeeld dat de thee deeltjes omvat met een grootte van 0,1-1,2 mm. De grootte van de deeltjes is hierbij gebaseerd op een zeeffractie. Wanneer de thee is verkleind met behulp van de CTC-methode (Crushing-Tearing-Curling) gaat het om theedeeltjes met een bolletjesachtige structuur waarbij de grootte correspondeert of gerelateerd is 15 aan de diameter van de bolletjes. Is de thee verkleind volgens de orthodoxe methode hebben de deeltjes meer de vorm van een staafje en heeft de genoemde grootte betrekking op of is gerelateerd aan de dikte van de staafjes. In het bijzonder geldt in dit voorbeeld dat de thee deeltjes omvat met een grootte van 0,24-0,96 mm. Bij voorkeur geldt dat de thee deeltjes 20 omvat met een grootte van 0,2-0,85 mm, meer in het bijzonder van 0,36-0,84 mm.

Ook kan bij voorkeur gelden dat de theepad thee omvat met deeltjes die een grootte hebben van 0,8 mm en/of deeltjes die een grootte hebben die kleiner is dan 0,35 mm.

25 Ook kan de theepad dusdanig zijn gevuld met thee dat de theepad thee omvat met een groffce die groter is dan PD en kleiner dan OP.

Volgens een zeer geavanceerde uitvoeringsvorm voor het verkrijgen van een optimaal thee-extract geldt dat de thee ten minste een eerste soort thee en een tweede soort thee omvat, waarbij een grootte van de deeltjes van 30 de eerste soort thee verschilt van de grootte van de tweede soort thee. Het 10 2 G 8 3 4 12 blijkt dat in dat geval de kans op kanaalvorming in het theebed wordt verkleind terwijl het zetrendement en de smaak optimaal is.

Volgens een nadere uitwerking hiervan geldt dat grootte van de deeltjes van de eerste soort thee kleiner is dan 0,5 mm, meer in het 5 bijzonder kleiner is dan 0,35 mm.

Meer in het bijzonder geldt hierbij dat de grootte van de deeltjes van de tweede soort thee groter is dan 0,6 mm, meer in het bijzonder groter dan 0,8 mm.

In dit voorbeeld van de theepad volgens Fig. 1 geldt dat het vel 36, 10 althans deels van buiten de theepad gezien, convex is uitgevoerd. Tevens geldt dat het bovenvel 34, althans deels van buiten de theepad gezien, convex is uitgevoerd. Noodzakelijk is dit echter niet. Zo kan bij voorbeeld het bovenvel 34 eveneens in hoofdzaak vlak zijn uitgevoerd. Het bovenvel 34 ligt dan in het vlak van de sealnaad 38.

15 In dit voorbeeld van het samenstel volgens Fig. 3 dat enerzijds de houder 4 en anderzijds de theepad 1 omvat, geldt dat het theebed 32 van de theepad (in droge toestand) een grootste hoogt h heeft die kleiner is dan grootste hoogte H van de binnenruimte 6 van de houder 4. Meer in het bijzonder geldt dat theebed van de theepad een grootste hoogte heeft die ten 20 minste 10% en bij voorkeur ten minste 20% kleiner is dan de grootste hoogte H van de binnenruimte. Voorts geldt dat het theepad een breedte B heeft die nagenoeg overeenkomt met een breedte van de binnenruimte 6 van de houder 4. Op de hiervoor geschetste wijze is bereikt dat, in gebruik, de pad voldoende ruimte heeft om in de ruimte 28 van de houder te kunnen zwellen 25 door het zwellen van het theebed. Zou dit niet het geval zijn, dan kan de thee minder goed worden geëxtraheerd met als gevolg een negatieve invloed op de smaak en het zetrendement.

Doordat tegelijkertijd is gewaarborgd dat het volume van de thee kleiner is dan het volume van de ruimte in de theepad zoals hiervoor 1026834 13 besproken, kan genoemde optimale bereiding van een extract plaatsvinden met behulp van het koffiezetapparaat.

In dit voorbeeld geldt voorts dat het uitstroomtraject van de houder is voorzien van een stromingsrestrictie in de vorm van de uitlaat 16, zodat, 5 in gebruik, een drukval over de theepad kleiner is dan een drukval over het uitstroomtraject. In het bijzonder geldt hier bijvoorbeeld dat de drukval over de theepad tussen 5 en 20% bedraagt van de druk van het hete water dat aan het samenstel wordt toegevoerd. Gedacht kan bijvoorbeeld worden aan een drukval over de theepad in de orde van grootte van 0,1-0,2 bar. De druk 10 van het hete water kan hierbij, zoals gezegd, bij voorkeur 1-2 bar bedragen.

Het is ook mogelijk dat de uitlaat 16 niet als een restrictie wordt uitgevoerd, bijvoorbeeld doordat de uitlaat 16 een relatief grote diameter heeft. In dat geval kan bijvoorbeeld in het koffiezetapparaat stroomopwaarts van de houder een stromingsrestrictie zijn aangebracht.

15 Deze stromingsrestrictie kan bijvoorbeeld in de slang 24 zijn aangebracht. Deze stromingsrestrictie 40 kan bijvoorbeeld zijn uitgevoerd als een regelbaar ventiel dat een in- en uitschakelbare of regelbare stromingsrestrictie vormt. Hierbij kan de stromingsrestrictie worden ingeschakeld onder gebruikmaking van de houder 4 met de relatief brede 20 uitlaat die geen stromingsrestrictie vormt, zodat - ook al geeft de heetwatereenheid 22 heet water af met een druk van 1-2 bar - de drukval hoofdzakelijk plaatsvindt over de stromingsrestrictie 40 zodat de drukval over de theepad beperkt blijft tot bijvoorbeeld minder dan 0,2 bar. De theepad zal hierdoor niet te snel worden doorstroomd waardoor een goede 25 extractie kan plaatsvinden. Wordt de houder 4 vervolgens vervangen door een andere houder waarin de uitlaat 16 een nozzle vormt en waarbij de nieuwe houder 4' is gevuld met een koffiepad, dan zal - wanneer met behulp van de heetwatereenheid 22 heet water aan het samenstel van koffiepad en houder wordt toegevoerd, waarbij de stromingsrestrictie 40 is uitgeschakeld 30 en derhalve geen stromingsrestrictie vormt - de drukval hoofdzakelijk 1026834 14 plaatsvinden over de uitlaat 16. Een gevolg is enerzijds dat de drukval over de koffiepad wederom kleiner is dan de genoemde 1-2 bar zodat de koffiepad op een gewenste stroomsnelheid wordt doorstroomd waardoor een optimale extractie van de koffie plaats kan vinden. Tegelijkertijd kan met behulp van 5 de uitlaat 16 een straal van koffie-extract worden gegenereerd op basis waarvan op zich bekende wijze lucht in het kofifie-extract kan worden ingeslagen. Dergelijke systemen worden onder meer beschreven in de Europese octrooiaanvrage EP-878158-A en de Europese octrooiaanvrage EP-1371311-A. Het is uiteraard ook mogeüjk dat - wanneer gebruik wordt 10 gemaakt van de theehouder 4 met een theepad - de stromingsrestrictie 40 achterwege wordt gelaten, terwijl een stromingsrestrictie in het genoemde uitstroomtraject wordt aangebracht van bijvoorbeeld semidoorlatend materiaal, zoals een sintelplaat. Ook is het denkbaar dat het boven- en/of het benedenvel van de theepad wordt uitgevoerd uit een semidoorlatend 15 materiaal, zodat weliswaar een grote drukval over de theepad kan plaatsvinden zonder dat echter de theepad te snel wordt doorstroomd. Dit semidoorlatende materiaal kan bijvoorbeeld bestaan uit filtreerpapier met een vrij dichte coating en/of membraan. Indien de houder 4 wordt voorzien van een uitlaat 16 die een nozzle vormt kan stroomafwaarts van de nozzle 20 bijvoorbeeld nog een slang zijn opgenomen die voorkomt dat lucht wordt ingeslagen in het thee-extract. Bij voorkeur wordt immers het thee-extract zonder een fijnbellige schuimlaag gevormd. Ook is het mogelijk om juist wel een houder toe te passen voor het genereren van thee met schuim. Dit kan onder meer voor het bereiden van Chai-thee worden toegepast.

25 De uitvinding is geenszins beperkt tot de hiervoor geschetste uitvoeringsvormen van theepad, houder en koffiezetapparaat. Het is mogelijk (zie Fig. 5-7) dat althans een deel 42 van de bodem 8 van de houder 4 is voorzien van opstaande uitsteeksels, waarbij tussen de uitsteeksel groeven zijn gevormd die zich uitstrekken naar de uitstroomopening 14. Ook 1026834 15 kan het deel 42 uitsteeksels 44 omvatten die bijvoorbeeld zijn gegroepeerd zoals getoond in Fig. 8.

Onder aroma's wordt in deze aanvrage ook verstaan instant-thee. De theepads kunnen dan een combinatie van echte thee en instant-thee 5 omvatten. Voorts kan in de ruimte van de theepad een melkpoeder zijn opgenomen. Ook is het mogelijk dat de theepad is voorzien van een tweede ruimte die is gescheiden van de eerste ruimte. In de tweede ruimte kan bijvoorbeeld een oplosbaar product zijn opgenomen, zoals een melkpoeder. Ook kan hierbij worden gedacht aan een product, zoals cacao. De tweede 10 ruimte kan een omhulling omvatten van dezelfde soort als voor de eerste ruimte is omschreven. Beide omhullingen kunnen dan met elkaar zijn verbonden. Zo kan de pad zijn voorzien van een bovenvel, een tussenvel en " een ondervel die met hun langsranden met elkaar zijn verbonden, waarbij tussen het bovenvel en het tussenvel de eerste ruimte is gevormd, en 15 waarbij tussen het tussenvel en het ondervel de tweede ruimte is gevormd.

Ook is het mogelijk dat in de genoemde houder twee van elkaar gescheiden pads worden opgenomen.De onderste pad bestaat bijvoorbeeld uit een bovenvel en een ondervel die met elkaar zijn verbonden, zoals hiervoor omschreven, waarbij de onderste pad is gevuld met bijvoorbeeld 20 een melkpoeder of cacao danwel een ander oplosbaar product. Boven op deze pad kan dan de hiervoor omschreven theepad worden geplaatst. Op deze wijze kan met het koffiezetapparaat bijvoorbeeld thee met melk worden bereid.

Dergelijke varianten worden elk geacht binnen het kader van de 25 uitvinding te vallen.

1026834

Claims

1. Theepad voor het bereiden van thee, meer in het bijzonder ten minste een theeconsumptie, met behulp van een koffiezetapparaat, waarbij het koffiezetapparaat is voorzien van een houder voor het opnemen van tenminste een pad gevuld met een te extraheren product en middelen voor 5 het onder druk door de pad heen persen van heet water ter verkrijging van een extract waarbij de toegepaste druk van het water bijvoorkeur 1-2 bar bedraagt en waarbij de theepad is voorzien van een omhulling zoals filtreerpapier die althans voor een deel doorlaatbaar is voor een vloeistof ^ zoals water en die althans nagenoeg ondoorlaatbaar is voor thee waarbij de 10 omhulling tenminste een ruimte omvat die althans voor een deel is gevuld met thee. j

2. Theepad volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat theepad een platte vorm heeft.

3. Theepad volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de theepad de 15 vorm heeft van een schijf.

4. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de thee in de ruimte een theebed vormt met een platte vorm.

5. Theepad volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het theebed de vorm heeft van een schijf.

6. Theepad volgens conclusie 4 of 5, met het kenmerk, dat het theebed een grootste diameter heeft van 30-55 mm.

7. Theepad volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat het theebed een grootste diameter heeft van 35-45 mm.

8. Theepad volgens een der conclusies 4-7, met het kenmerk, dat het 25 theebed een grootste hoogte heeft die kleiner is dan 10 mm.

9. Theepad volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat het theebed een grootste hoogte heeft die kleiner is dan 7 mm. 1026834

10. Theepad volgens een der conclusies 4-9, met het kenmerk, dat het theebed een grootste hoogte heeft die groter is dan 2 mm.

11. Theepad volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat het theebed een grootste hoogte heeft die groter is dan 3 mm.

12. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de omhulling is voorzien van een bovenvel en een ondervel die met hun langsranden met elkaar zijn verbonden waarbij de met elkaar verbonden langsranden een sealnaad vormen en waarbij elk vel is vervaardigd van een materiaal zoals filtreerpapier dat althans voor een deel doorlaatbaar is voor 10 een vloeistof zoals water en dat althans nagenoeg ondoorlaatbaar is voor thee.

13. Theepad volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de sealnaad een breedte heeft die groter is dan 4 mm.

14. Theepad volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de sealnaad 15 een breedte heeft die groter is dan 5 mm.

16. Theepad volgens conclusie 13 of 14, met het kenmerk, dat de sealnaad een breedte heeft die kleiner is dan 10 mm.

17. Theepad volgens conclusie 12, met het kenmerk, de sealnaad een grootte heeft van 5-12 mm.

18. Theepad volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat de sealnaad een grootte heeft van 5-10 mm, meer in het bijzonder van 6-10 mm.

19. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de theepad is gevuld met 1-6 gram thee, meer in het bijzonder met 1-2,5 gram thee.

20. Theepad volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de theepad is gevuld met een hoeveelheid thee die kleiner is dan ongeveer 1,9 gram thee.

21. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de theepad is gevuld met 1-4 gram zwarte thee, meer in het bijzonder 30 met 1-2,5 gram zwarte thee. 1026834

22. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de theepad is gevuld met 1-4 gram vruchtenthee, meer in het bijzonder met 1-2,5 gram vruchtenthee.

23. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, 5 dat de theepad is gevuld met 1-4 gram groene thee, meer in het bijzonder met 1-2,5 gram groene thee.

24. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de theepad is gevuld met 1-6 gram rooibosthee, meer in het bijzonder met 1,5-5 gram rooibosthee.

25. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de theepad is gevuld met 1-6 gram thee in de vorm van kruidenmelange, meer in het bijzonder met 1-5 gram kruidenmelange.

26. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de theepad is gevuld met 6-11 gram bestanddelen voorzien van een thee 15 omvattende tevens specerijen en/of aroma's, waarbij de bestanddelen voorts een melkpoeder, alsmede suiker en/of zoetstoffen omvatten voor het bereiden van Chai-thee.

27. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de bestanddelen 1,5-3 gram thee omvatten.

28. Theepad volgens conclusie 26 of 27, met het kenmerk, dat de bestanddelen 3,5-6,5 gram suiker omvatten of een vergelijkbaar equivalent van zoetstoffen of een vergelijkbaar equivalent van een combinatie van zoetstoffen en suiker.

29. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, 25 dat het volume van de thee 60-90% bedraagt van het volume van de ruimte in theepad waarin de thee is opgenomen.

30. Theepad volgens conclusie 29, met het kenmerk, dat het volume van de thee 75-85% bedraagt van het volume van de ruimte in de theepad waarin de thee is opgenomen. 1026834

31. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de theepad is gevuld met 3-8 ml thee.

32. Theepad volgens conclusie 30, met het kenmerk, dat de theepad is gevuld met 4-7 ml thee.

33. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de thee rooibosthee omvat die eventueel is aangevuld met aroma’s en/of vruchtendelen.

34. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de thee een kruidenmelange omvat op basis van diverse blends van 10 kruiden die eventueel is aangevuld met aroma's en/of vruchtendelen.

35. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, ' dat de thee een vruchtenthee omvat op basis van een zwarte theeblend die eventueel is aangevuld aroma's en/of vruchtendelen.

36. Theepad volgens conclusie 33, 34 of 35, met het kenmerk, dat 2-8 15 volumeprocent van de thee bestaat uit de aroma's en 1-2 volumeprocent van de thee bestaat uit de vruchtendelen.

37. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de thee tevens specerijen en/of aroma's omvatten waarbij in de theepad voorts suiker en/of zoetstoffen is opgenomen alsmede melkpoeder voor het 20 bereiden van een Chai-thee.

38. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de thee deeltjes omvat met een grootte van 0,1-1,2 mm, meer in het bijzonder van 0,24-0,96 mm.

39. Theepad volgens conclusie 38, met het kenmerk, dat de thee 25 deeltjes omvat met een grootte van 0,2-0,85 mm, meer in het bijzonder van 0,36-0,84 mm.

40. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de theepad thee omvat met deeltjes die een grootte hebben die groter is dan 0,8 mm en/of deeltjes die een grootte hebben die kleiner is dan 0,35 mm. 1026834

41. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de theepad thee omvat met een grofte die groter is dan PD en kleiner dan OP.

42. Theepad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, 5 dat de thee tenminste een eerste soort thee en een tweede soort thee omvat waarbij een grootte van deeltjes van de eerste soort thee verschilt van een grootte van deeltjes van de tweede soort thee.

43. Theepad volgens conclusie 42, met het kenmerk, dat de grootte van de deeltjes van de eerste soort thee kleiner is dan 0,5 mm, meer in het 10 bijzonder kleiner is dan 0,35 mm.

44. Theepad volgens conclusie 42 of 43, met het kenmerk, dat de grootte van de deeltjes van de tweede soort thee groter is dan 0,6 mm, meer in het bijzonder groter dan 0,8 mm.

45. Theepad volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat een eerste vel 15 van de twee vellen althans deels van buiten de theepad gezien convex is uitgevoerd.

46. Theepad volgens conclusie 45, met het kenmerk, dat een tweede vel van de twee vellen althans deels van buiten de theepad gezien vlak of convex is uitgevoerd.

47. Werkwijze voor het bereiden van thee, meer in het bijzonder ten minste een theeconsumptie, met behulp van een koffiezetapparaat, waarbij het koffiezetapparaat is voorzien van een houder voor het opnemen van tenminste een pad die gevuld is met een te extraheren product waarbij de houder is voorzien van tenminste een uitstroom traject en middelen voor het 25 onder druk door de pad heen persen van heet water ter verkrijging van een extract dat via het uitstroomtraject de houder verlaat, met het kenmerk, dat in de houder van het koffiezetapparaat tenminste een theepad wordt geplaatst die is voorzien van een omhulling, zoals filtreerpapier, die althans voor een deel doorlaatbaar is voor een vloeistof zoals water en die althans 1026834 nagenoeg ondoorlaatbaar is voor thee waarbij de omhulling tenminste een ruimte omvat die is gevuld met thee.

48. Werkwijze volgens conclusie 47, met het kenmerk, dat met behulp van het koffiezetapparaat heet water met een druk van 1-2 bar aan de 5 tenminste ene theepad wordt toegevoerd.

49. Werkwijze volgens conclusie 47 of 48, met het kenmerk, dat een drukval over de tenminste ene theepad 0,1-0,2 bar bedraagt.

50. Werkwijze volgens conclusie 49, met het kenmerk, dat een drukval over het uitstroomtraject groter is dan een drukval over de tenminste ene 10 theepad.

51. Werkwijze volgens een der conclusies 47-50, met het kenmerk, dat 100-170 ml heet water door de tenminste ene theepad wordt geperst voor " het bereiden van een theeconsumptie.

52. Werkwijze volgens een der conclusies 47-51, met het kenmerk, dat 15 de temperatuur van het heet water 88-95°C bedraagt.

53. Werkwijze volgens een der conclusies 47-52, met het kenmerk, dat een theeconsumptie van 100-170 ml extract wordt bereid waarbij per theeconsumptie gebruik wordt gemaakt van een (1) theepad.

54. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies 47-53, met het 20 kenmerk, dat de houder een binnenruimte omvat gevormd door een bodem en een opstaande zijwand waarbij de binnenruimte een grootste hoogte heeft van tenminste 6 mm en bijvoorkeur tenminste 8 mm.

55. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies 47-54, met het kenmerk, dat de houder een binnenruimte omvat gevormd door een bodem 25 en een opstaande zijwand waarbij een theebed van de theepad in droge toestand in de houder een grootste hoogte heeft die tenminste 10% en meer in het bijzonder tenminste 20% kleiner is dan de grootste hoogte van de houder. 1026834

56. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies 47-55, met het kenmerk, dat het hete water gedurende 20-40 seconden door de tenminste ene theepad wordt geperst.

57. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies 47-56, met het 5 kenmerk, dat de drukval van het hete water in het koffiezetapparaat stroomopwaarts van de theepad en/of stroomafwaarts van de theepad groter is dan de drukval over de theepad zelf.

58. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies 47-57, met het kenmerk, dat de houder een binnenruimte omvat gevormd door een bodem 10 en een opstaande zijwand waarbij de theepad in droge toestand een breedte heeft die althans nagenoeg overeenkomt met een breedte van de binnenruimte.

59. Werkwijze volgens een der conclusies 47-58, met het kenmerk, dat gebruik wordt gemaakt van een theepad volgens een der voorgaande 15 conclusies 1-46.

60. Samenstel van een houder die een binnenruimte omvat gevormd door een bodem en een opstaande zijwand van de houder en een in de houder op genomen pad die is gevuld met een te extraheren product, waarbij de houder is voorzien van een uitstroomtraject dat aan vangt in de bodem 20 van de houder en eindigt buiten de houder voor het afgeven van het extract waarbij, in gebruik, heet water aan de houder wordt toegevoerd en door de pad wordt geperst ter verkrijging van het extract dat vervolgens de pad verlaat en vervolgens de binnenruimte en de houder via het uitstroomtraject verlaat, met het kenmerk, dat de pad een theepad is volgens een der 25 voorgaande conclusies 1-46.

61. Samenstel volgens conclusie 60, met het kenmerk, dat een theebed van de theepad een grootste hoogte heeft die kleiner is dan een grootste hoogte van de binnenruimte. 1026834

62. Samenstel volgens conclusie 61, met het kenmerk, dat het theebed van de theepad een grootste hoogte heeft die tenminste 10% en bij voorkeur tenminste 20% kleiner is dan de grootste hoogte van de binnenruimte.

63. Samenstel volgens een der conclusies 60-62, met het kenmerk, dat 5 de theepad een breedte heeft die althans nagenoeg overeenkomt met een breedte van de binnenruimte.

64. Samenstel volgens een der conclusies 60-63, met het kenmerk, dat het uitstroomtraject is voorzien van een stromingsrestrictie zodat, in gebruik, een drukval over de theepad kleiner is dan een drukval over het 10 uitstroomtraject.

65. Samenstel volgens een der conclusies 60-64, met het kenmerk, dat de binnenruimte een diameter heeft van 40-60 mm waarbij een theebed van ·? de theepad een diameter heeft van 35-45 mm.

66. Samenstel volgens een der voorgaande conclusies 60-65, met het 15 kenmerk, dat de bodem is voorzien van tenminste een uitstroomopening en groeven die zich naar de tenminste ene uitstroomopening uitstrekken.

67. Samenstel volgens een der conclusies 60-66, met het kenmerk dat de theepad rust op de bodem van de houder en zich over de bodem uitstrekt tot nabij de opstaande zijwand van de houder.

68. Koffiezetapparaat voorzien van een houder van het samenstel volgens een der conclusies 60-67, met het kenmerk, dat het koffiezetapparaat is voorzien van een in- en uitschakelbare stromingsrestrictie stroomopwaarts van de houder voor het bereiden van thee met een theepad in de houder onder gebruikmaking van de 25 stromingsrestrictie en voor het bereiden van koffie met een koffiepad in de houder zonder gebruikmaking van de stromingsrestrictie.

69. Koffiezetapparaat voorzien van een houder van het samenstel volgens een der conclusies 60-67, met het kenmerk, dat het koffiezetapparaat is voorzien van een stromingsrestrictie stroomopwaarts 30 van de houder voor het bereiden van thee met een theepad in de houder. 1026834