NL9900010A

NL9900010A - Motor driven roller for protection blind - has motor output shaft connected to transmission shaft, which slides on shaft against spring, having external thread engaging thread in bore of transmission part connected to roller

Info

Publication number: NL9900010A
Application number: NL9900010A
Authority: NL
Inventors: Jakob Van Wageningen
Original assignee: Mado Nederland
Priority date: 1994-02-23
Filing date: 2000-12-07
Publication date: 2001-03-01
Also published as: FR2716922A1; LU88590A1; BE1010525A4; NL194833C; NL194091B; FR2716922B1; NL194091C; NL194833B; NL9400278A

Abstract

The roller for a canvas blind (1) is rotated by a drive motor (6) whose output shaft (8) is coupled to the transmission shaft (11). The transmission shaft driven by the motor slides on a shaft (9), against a spring (15) surrounding the shaft, but is not rotatable on the shaft. The transmission shaft has a thread (12) on its external periphery which engages a thread in the bore in the transmission part (14) connected to the canvas roller. The transmission shaft is surrounded by a tube (3) which engages a stationary controller (7) so as to disengage the motor when the motor has made a desired number of turns. The transmission shaft is provided with a key (17) located in a cut-out (5) in the tube (3) and extending in the longitudinal direction of the tube.

Description

Korte aanduiding: Schermconstructie.Short designation: Screen construction.

De uitvinding heeft betrekking op een schermconstructie voorzien van ondersteuningsmiddelen voor het ondersteunen van een doekrol waaromheen bij het in draaiing brengen van de doekrol om zijn langshartlijn een doek of dergelijk scherm op en af te wikkelen is, waarbij nabij ieder einde van de doekrol een riemschijf is aangebracht waarmede een band is gekoppeld, die tevens is gekoppeld met een aan een van de doekrol afgekeerd einde van het doek aangebrachte doekbalk, die bij het op- of afrollen van het doek met zijn uiteinden wordt geleid door met de uiteinden van de doekbalk samenwerkende armen, terwijl nabij een uiteinde van iedere arm een omleidorgaan voor de band is aangebracht voor het zodanig geleiden van de band, dat bij het oprollen van het doek op de doekrol de band van de riemschijf wordt afgewikkeld en omgekeerd bij het af rol! en van het doek van de doekrol de band op de riemschijf wordt opgewikkeld.The invention relates to a screen construction provided with support means for supporting a cloth roller around which, when the cloth roller is rotated about its longitudinal axis, a cloth or similar screen is wound on and off, wherein a pulley is provided near each end of the cloth roller arranged with which a belt is coupled, which is also coupled to a cloth beam arranged on an end of the cloth roller facing away from the cloth roller, which is guided with its ends when the cloth is rolled up or unrolled by arms co-acting with the ends of the cloth beam while a belt deflector is provided near one end of each arm for guiding the belt such that the tape is unwound from the pulley when the fabric is rolled onto the fabric roller, and vice versa when it is unwound! and from the cloth of the cloth roller the tape is wound onto the pulley.

Een dergelijke schermconstructie is bekend uit het Franse octrooi 2604203. Bij deze bekende constructie zijn de armen slechts in een zich loodrecht op de doekrol uitstrekkende stand op te stellen. Dit brengt met zich mee, dat in het algemeen de schermconstructie op de beoogde bouwplaats zal moeten worden samengebouwd, daar de schermconstructie in samengebouwde stand te volumineus zal zijn voor opslag en transport.Such a screen construction is known from French patent 2604203. In this known construction, the arms can only be arranged in a position extending perpendicular to the cloth roll. This means that in general the screen construction will have to be assembled at the intended construction site, since the screen construction in the assembled position will be too bulky for storage and transport.

Volgens de uitvinding zijn nu de nabij de uiteinden van de doekrol gelegen uiteinden van de armen scharnierend met de doekrol opnemende ondersteuningsmiddelen gekoppeld met behulp van de hartlijn van de doekrol tenminste nagenoeg loodrecht kruisende scharnierassen, zodanig, dat de armen met de in de van de scharnierassen afgekeerde uiteinden van de armen aangebrachte omleidorganen althans nagenoeg evenwijdig aan de doekrol kunnen worden opgesteld.According to the invention, the ends of the arms hingedly adjacent to the ends of the cloth roller are hingedly coupled to the cloth roller receiving support means with the center line of the cloth roll at least substantially perpendicularly crossing pivot axes, such that the arms with the in the pivot axes Diverting members arranged away from the arms can be arranged at least substantially parallel to the cloth roll.

Een voordeel van de constructie volgens de uitvinding is, dat de schermconstructie geheel in een fabriek of dergelijke kan worden samengebouwd, waarbij voor opslag en/of transport van de schermconstructie de armen evenwijdig aan de doekrol kunnen worden opgesteld, zodat de schermconstructie weinig ruimte in beslag zal nemen.An advantage of the construction according to the invention is that the screen construction can be completely assembled in a factory or the like, whereby for storage and / or transport of the screen construction the arms can be arranged parallel to the fabric roll, so that the screen construction takes up little space. will take.

Daarbij is een eenvoudige constructie te realiseren onder behoud van een gelijkmatige verplaatsing van de doekbalk langs de armen indien de uiteinden van een enkele band met de aan de uiteinden van de doekrol bevestigde riemschijven zijn gekoppeld, waarbij de band door de armen en door de doekbalk is geleid en nabij de uiteinden van de doekbalk geleidingsorganen voor de door de doekbalk geleide band zijn aangebracht.In addition, a simple construction can be realized while maintaining an even displacement of the cloth beam along the arms if the ends of a single band are coupled to the pulleys attached to the ends of the cloth roll, the band being through the arms and through the cloth beam guiding members are provided near the ends of the cloth beam for the band guided by the cloth beam.

Een schermconstructie van bovengenoemde soort, waarbij bij gebruik van de schermconstructie een goede ondersteuning van de armen te realiseren is* terwijl de schermconstructie toch in een compact geheel kan worden samengevouwen, is te bereiken indien aan de van de ondersteuningsmiddelen van de doekrol afgekeerde uiteinden van de armen verdere armen voor het geleiden van de uiteinden van de doekrol zijn aangebracht, welke verdere armen ten opzichte van de eerstgenoemde armen vanuit een gebruikstand van de schermconstructie waarin de armen een hoek met elkaar insluiten kunnen worden verzwenkt in een stand waarin de armen tenminste nagenoeg evenwijdig aan elkaar liggen.A screen construction of the above-mentioned type, in which a good support of the arms can be realized when using the screen construction *, while the screen construction can nevertheless be folded into a compact whole, can be reached if the ends of the screen roll facing away from the supporting means of the cloth roll arms further arms are provided for guiding the ends of the cloth roll, which further arms can be pivoted relative to the first-mentioned arms from a position of use of the screen construction in which the arms enclose an angle with each other in a position in which the arms are substantially parallel lie together.

Een en ander is constructief op bijzonder effectieve wijze te bewerkstelligen indien aan de buitenzijde van een nabij de ondersteuningsmiddelen van de doekrol gelegen uiteinden van een arm een in doorsnede in hoofdzaak L-vormig koppelstuk is aangebracht, waarbij aan een uiteinde van een been van dit koppelstuk met behulp van een scharnieras een koppelarm verstelbaar en in een gewenste stand vast-zetbaar is aangebracht, terwijl aan het van het koppelstuk afgekeerde uiteinde van de koppelarm een tweede koppelarm verzwenkbaar en in een gewenste stand ten opzichte van de eerste koppelarm vastzetbaar is aangebracht, waarbij de tweede koppelarm bestemd is voor bevestiging aan een ondersteuningsconstructie en waarbij het koppelstuk en de arm van de schermconstructie zodanig zijn uitgevoerd, dat het koppelstuk in een eerste stand aan de arm van de schermconstructie kan worden bevestigd waarin het de koppel armen dragende been onder de arm van de schermconstructie is gelegen en in een tweede stand waarin het de koppelarm dragende been van het koppelstuk zich langs een zijkant van de arm van de schermconstructie uitstrekt.All this can be effected in a constructionally particularly effective manner if, on the outside of an end of an arm located near the supporting means of the cloth roll, a substantially L-shaped coupling piece is arranged in cross-section, wherein on one end of a leg of this coupling piece a coupling arm is adjustable and can be secured in a desired position by means of a pivot shaft, while a second coupling arm is pivotally mounted at the end of the coupling arm remote from the coupling piece and can be fixed in a desired position relative to the first coupling arm, wherein the second coupling arm is intended for attachment to a supporting construction and wherein the coupling piece and the arm of the screen construction are designed such that the coupling piece can be attached in a first position to the arm of the screen construction in which the leg carrying the coupling arms is under the arm of the screen construction is located and in a second st and wherein the coupling arm carrying leg of the coupling extends along a side of the arm of the shield structure.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van enige in bijgaande figuren schematisch weergegeven uitvoeringsvormen.The invention will be explained in more detail below with reference to some embodiments schematically shown in the accompanying figures.

Figuur 1 toont een deel van een doekrol met een daarin aangebrachte aandrijfmotor.Figure 1 shows part of a fabric roller with a drive motor mounted therein.

Figuur 2 toont een doorsnede over figuur 1 volgens lijn II-II.Figure 2 shows a cross-section over figure 1 along line II-II.

Figuur 3 toont een deel van het overbrengingsmechanisme tussen motor en doekrol.Figure 3 shows part of the transmission mechanism between motor and cloth roller.

Figuur 4 toont schematisch een uitvoeringsvoorbeeld van een schermconstructie.Figure 4 schematically shows an exemplary embodiment of a screen construction.

Figuur 5 toont schematisch een zijaanzicht op een uit voeringsvorm van een dergelijke schermconstructie.Figure 5 schematically shows a side view of an embodiment of such a screen construction.

Figuur 6 toont op grotere schaal een deel van de in figuur 5 schematisch weergegeven schermconstructie.Figure 6 shows on a larger scale part of the screen construction schematically shown in Figure 5.

Figuur 7 toont een bovenaanzicht op figuur 6, gedeeltelijk in doorsnede en gedeeltelijk in aanzicht.Figure 7 shows a top view of Figure 6, partly in section and partly in view.

Figuur 8 toont de doekrol van de schermconstructie volgens de figuren 5-7, gedeeltelijk in aanzicht en gedeeltelijk in doorsnede.Figure 8 shows the fabric roller of the screen construction according to Figures 5-7, partly in elevation and partly in section.

Figuur 9 toont een uiteinde van de doekbalk van de schermconstructie volgens de figuren 5-8.Figure 9 shows one end of the screen beam of the screen construction according to Figures 5-8.

Figuur 10 toont een doorsnede over een arm van de in figuren 5-9 weergegeven schermconstructie met een steun voor het bevestigen van deze arm.Figure 10 shows a section through an arm of the screen construction shown in Figures 5-9 with a support for mounting this arm.

Figuur 11 toont een zijaanzicht op figuur 10.Figure 11 shows a side view of Figure 10.

In de figuur 1 is in doorsnede een deel van een doekrol 1 weergegeven, die bijvoorbeeld deel kan uitmaken van een zonnescherm of dergelijke schermconstructie en daarbij veelal gelegerd zal zijn in een bijvoorbeeld aan een muur van een gebouw bevestigde niet nader weergegeven schermkast, zodanig, dat de doekrol om zijn langsas 2 verdraaibaar is.Figure 1 shows in cross-section a part of a fabric roll 1, which can for instance form part of a sunshade or similar screen construction, and in this case will usually be alloyed in a screen box (not shown in more detail) attached to a wall of a building, such that the fabric roller can be rotated about its longitudinal axis 2.

In de doekrol 1 is een concentrisch door de doekrol omgeven buis 3 opgenomen, welke buis nabij een uiteinde is gelegerd in een de buis 3 omgevende en over een deel van zijn lengte in de rol 1 gestoken steunring 4.Included in the cloth roll 1 is a tube 3 concentrically surrounded by the cloth roll, which tube is mounted near one end in a support ring 4 surrounding the tube 3 and inserted into the roll 1 over part of its length.

Zoals nader in figuur 3 is weergegeven zijn in de wand van de buis 3 een tweetal diametraal tegenover elkaar gelegen gaten 5 aangebracht, die ieder symmetrisch zijn gevormd ten opzichte van een door het midden van het desbetreffende gat 5 verlopend de buis 3 doormidden delend vlak en waarvan de breedte van het ene uiteinde naar het andere uiteinde geleidelijk afneemt. Het doel van deze uitsparingen 5 zal hieronder nog nader worden uiteengezet.As shown in more detail in Figure 3, two diametrically opposed holes 5 are arranged in the wall of the tube 3, each of which is symmetrically formed with respect to a plane dividing the tube 3 in half extending through the center of the respective hole 5 and whose width gradually decreases from one end to the other. The purpose of these recesses 5 will be explained in more detail below.

In de buis 3 is een tijdens normaal gebruik van het zonnescherm een vaste stand innemende aandrijfmotor in de vorm van een elektromotor 6 gelegen. Met behulp van een regel orgaan 7 kan de motor worden stopgezet bijvoorbeeld nadat hij over een gewenst aantal omwentelingen is gedraaid om het doek vanuit de geheel afgerolde stand weer op de doekrol I op te wikkelen. Een dergelijk regel- en instel-orgaan is op zich bekend en zal hier dan ook niet nader behoeven te worden beschreven. Voor het bepalen van het aantal omwentelingen van de motor werkt het regel orgaan samen met de buis 3, die zoals hieronder is beschreven, door de draaiende motor wordt meegenomen.In the tube 3, during normal use of the awning, a fixed position-taking drive motor in the form of an electric motor 6 is located. The motor can be stopped by means of a control element 7, for example after it has been turned over a desired number of revolutions to rewind the cloth on the cloth roll I from the fully unrolled position. Such a control and adjustment member is known per se and will therefore not need to be described in more detail here. To determine the number of revolutions of the engine, the controller cooperates with the tube 3, which is carried by the running engine as described below.

De uitgaande onrond uitgevoerde as 8 van de motor 6 is ingestoken in een overeenkomstig gevormde uitsparing, die is aangebracht in het uiteinde van een as 9, waarvan de hartlijn samenvalt met de hartlijn 2 van de doekrol.The outgoing out-of-round shaft 8 of the motor 6 is inserted into a correspondingly shaped recess, which is arranged in the end of a shaft 9, the center line of which coincides with the center line 2 of the fabric roller.

Aan zijn buitenomtrek is de as 9 voorzien van een tweetal diametraal tegenover elkaar gelegen spiebanen 10.Het in de bus 3 gelegen gedeelte van de as 9 is omgeven door een overbrengingsorgaan 11, dat min of meer de vorm heeft van een schroefspindel en aan zijn buitenomtrek dan ook is voorzien vanschroefgangen 12. Aan zijn binnenomtrek is de schroefspindel voorzien van uitstekende nokken 13, die in de spiebanen 10 grijpen, een en ander zodanig, dat het overbrengingsorgaan 11 wel in de lengterichting van de 9 langs de as kan glijden, maar niet ten opzichte van deze as kan verdraaien.On its outer circumference, the shaft 9 is provided with two diametrically opposite keyways 10. The part of the shaft 9 located in the sleeve 3 is surrounded by a transmission member 11, which is more or less in the form of a screw spindle and on its outer circumference therefore it is provided with screw holes 12. On its inner circumference, the screw spindle is provided with protruding cams 13, which engage in the keyways 10, such that the transmission member 11 can slide along the axis in the longitudinal direction of the 9, but not can rotate relative to this axis.

Een buiten de bus 3 uitstekend einde van het overbrengingsorgaan 11 is gevoerd door een tegen het uiteinde van de bus 3 aanliggend ringvormig overbrengingsorgaan 14, waarvan een inwendige boring is voorzien van aan de schroefdraad 12 complementaire schroefdraad. Het ringvormige overbrengingsorgaan 14 is tegen verdraaiing ten opzichte van de doekrol 1 geborgd.An end of the transmission member 11 projecting outside the sleeve 3 is passed through an annular transmission member 14 abutting the end of the sleeve 3, an internal bore of which is provided with screw thread complementary to the screw thread 12. The annular transmission member 14 is secured against rotation with respect to the fabric roller 1.

Om het buiten de bus 3 en buiten het ringvormige over-brengingsorgaan 14 uitstekende uiteinde van de as 9 is een schroefvormige drukveer 15 aangebracht, die ligt opgesloten tussen het uiteinde van het overbrengingsorgaan 11 en een op het uiteinde van de as 9 aangebrachte opsluitring 16.A helical compression spring 15, which is enclosed between the end of the transmission member 11 and a retaining ring 16 arranged on the end of the shaft 9, is arranged around the end of the shaft 9 projecting outside the sleeve 3 and outside the annular transmission member 14.

Zoals verder nog in figuur 1 is weergegeven zijn bij een einde van het overbrengingsorgaan 11 aan de buitenomtrek van het overbrengingsorgaan 11 uitstekende nokken 17 aangebracht, die zijn gelegen in de uitsparingen 5.As further shown in Figure 1, protruding cams 17 are provided at one end of the transmission member 11 on the outer circumference of the transmission member 11, which are located in the recesses 5.

Bij toepassing van de constructie volgens de uitvinding kan voor het oprollen van het doek de motor 6 in werking worden gesteld. De motor 6 zal de as 9 en daarmede het overbrengingsorgaan 11 en de bus 3 in draaiing brengen. Aanvankelijk zal de veer 15 verhinderen, dat het overbrengingsorgaan 11 zich gaat verschuiven langs de as 9 en zal het overbrengingsorgaan 11 het overbrengingsorgaan 14 en daarmede de doekrol 1 meenemen, zodat het doek op de doekrol zal worden opgewikkeld.When the construction according to the invention is used, the motor 6 can be activated before the cloth is rolled up. The motor 6 will rotate the shaft 9 and with it the transmission member 11 and the bush 3. Initially, the spring 15 will prevent the transfer member 11 from shifting along the shaft 9 and the transfer member 11 will carry the transfer member 14 and thereby the cloth roll 1, so that the cloth will be wound on the cloth roll.

OP een gegeven moment zal het doek geheel kunnen zijn opgewikkeld en een verder opwikkelen van het doek en daarmee een verder draaien van de doekrol 1 worden tegengaan doordat bijvoorbeeld een aan het van de doekrol afgekeerde uiteinde van het doek aangebrachte doekbalk of dergelijke aanloopt tegen vast opgestelde aanslagen. De afstelling zal zodanig zijn, dat dan de motor 6 nog niet het ingestelde aantal omwentelingen heeft gemaakt en dus nog niet door het regel orgaan 7 zal worden uitgeschakeld. Daar het moervormige overbrengingsorgaan 14 geblokkeerd is terwijl het door de motor aangedreven overbrengingsorgaan 11 verder draait zal tengevolge van de schroefdraden 12 aan de buitenomtrek van het overbrengingsorgaan 11 en de complementaire schroefdraden in het inwendige van de ring 14 het overbrengingsorgaan 11 gezien in figuur 1 naar rechts gaan verschuiven over de as 9 tegen de werking van de veer 15 in. Zodoende kan de motor 6 nog over een zekere hoekafstand draaien nadat de rol 1 wordt tegengehouden voordat de motor 6 wordt uitgeschakeld.At a given moment the cloth can be fully wound up and a further winding of the cloth and thus a further rotation of the cloth roll 1 will be prevented by, for example, a cloth beam or the like arranged on the end of the cloth facing away from the cloth roll running against permanently arranged attacks. The adjustment will be such that the motor 6 has not yet made the set number of revolutions and thus will not yet be switched off by the control element 7. Since the nut-shaped transmission member 14 is blocked while the motor-driven transmission member 11 continues to rotate, due to the threads 12 on the outer circumference of the transmission member 11 and the complementary threads in the interior of the ring 14, the transmission member 11 seen in Figure 1 is to the right shift along the shaft 9 against the action of the spring 15. Thus, the motor 6 can still rotate a certain angular distance after the roller 1 is stopped before the motor 6 is switched off.

De nokken 17 zou men kunnen geleiden in zich evenwijdig aan de hartlijn 2 van de buis 3 uitstrekkende, in de wand van de buis aangebrachte groeven. Bij de uitvoeringsvorm van de constructie lopen daarentegen de nokken 17 langs door zijranden van de uitsparingen 5 gevormde geleidingsvlakken, die, zoals blijkt uit figuur 3, in bovenaanzicht op de bus 3 gezien een hoek insluiten met een door de hartlijn 2 verlopend vlak. Dientengevolge wordt bij de verschuiving van het overbrengingsorgaan 11, gezien in figuur 1 naar rechts, de bus 3 als het ware enigszins tegen de draairichting teruggedraaid, waardoor bij kleinere verplaatsing van het overbrengingsorgaan 11 in de langs-richting van de doekrol 1 een grotere hoekverdraaiing van de motor kan worden opgenomen dan bij een geleiding van de nokken evenwijdig aan de hartlijn 2. Door de toepassing van de V-vormige uitsparingen is deze uitvoering zowel voor montage aan het linker einde als voor montage aan het rechter einde van de doekrol geschikt, dit in tegenstelling met een uitvoering, waarbij in plaats van de V-vormige uitsparingen 5 bijvoorbeeld rechtlijnige gleuven met een linkse of rechts spoed in de wand van de buis zouden zijn aangebracht.The projections 17 could be guided in grooves extending parallel to the axis 2 of the tube 3 and arranged in the wall of the tube. In the embodiment of the construction, on the other hand, the cams 17 run along guide surfaces formed by side edges of the recesses 5, which, as can be seen from Figure 3, enclose a corner in plan view, seen from figure 3, with a plane extending through the center line 2. As a result, when the transmission member 11 is shifted to the right, as seen in Figure 1, the sleeve 3 is, as it were, rotated back slightly against the direction of rotation, so that with smaller displacement of the transmission member 11 in the longitudinal direction of the fabric roller 1, a greater angular rotation of the motor can be accommodated than by guiding the cams parallel to the center line 2. Due to the use of the V-shaped recesses, this version is suitable for mounting on the left end as well as for mounting on the right end of the fabric roller, this in contrast to an embodiment, in which instead of the V-shaped recesses 5, for example, rectilinear slots would be provided with a left or right pitch in the wall of the tube.

De bovenbeschreven aandrijfconstructie is niet alleen bijzonder goed geschikt voor het oprollen van doeken van de algemeen gebruikelijke zonneschermen, maar bijvoorbeeld ook van een constructie van het type, dat schematisch in figuur 4 is afgebeeld.The drive construction described above is not only particularly well suited for rolling up cloths of the commonly used sunshades, but also, for example, of a construction of the type shown schematically in Figure 4.

Zoals schematisch in de figuur 4 (zie ook figuur 8) is weergegeven gaat het hier om een schermconstructie voorzien van een doekrol 18 aan de uiteinden waarvan een tweetal riemschijven 19 en 20 zijn bevestigd. Het doek is hierbij aan een einde vastgezet aan de doekrol en aan het andere uiteinde aan een met stippellijnen aangeduide doekbalk 21. Aan de doekbalk zijn de uiteinden van een aandrijf-band 22 bevestigd, welke aandrijfband is geleid om omleidrollen 24 resp. 25 en door de doekbalk 21 langs omleidrollen 23. De uiteinden van de band 22 zijn bevestigd aan de riemschijven 19 en 20. De uitvoering is daarbij zodanig, dat bij het afwikkelen van het doek van de doekrol de banden 22 en 23 worden opgewikkeld op de riemschijven 19 en 20, terwijl bij het oprollen van het doek, waarbij de doekbalk 21 weer in de richting van de doekrol 18 wordt getrokken, de banden 22 en 23 van de riemschijven 19 en 20 worden afgewikkeld.As is schematically shown in figure 4 (see also figure 8), this is a screen construction provided with a cloth roller 18 at the ends of which two pulleys 19 and 20 are attached. The cloth is hereby secured at one end to the cloth roller and at the other end to a cloth beam 21 indicated by dotted lines. The ends of a drive belt 22 are secured to the cloth beam, which drive belt is guided around deflection rollers 24 and 24 respectively. 25 and through the cloth beam 21 along deflection rollers 23. The ends of the belt 22 are attached to the pulleys 19 and 20. The design is thereby such that when the cloth is unwound from the cloth roll the belts 22 and 23 are wound on the pulleys 19 and 20, while when the cloth is rolled up, in which the cloth bar 21 is pulled in the direction of the cloth roller 18 again, the belts 22 and 23 are unwound from the pulleys 19 and 20.

Een dergelijke schermconstructie wordt bijvoorbeeld gebruikt bij zogenaamde serres, waarbij, zoals schematisch is weergegeven in figuren 5-7, een doekrol is opgenomen in een schermkast 26 en de doekbalk 21 met zijn uiteinden wordt geleid langs op de scherm-kast 26 aansluitende, min of meer horizontaal verlopende geleidings-balken 27, op de van de schermkast 26 afgekeerde uiteinden waarvan nog zich naar beneden verlopende en zich bijvoorbeeld met een ondereinde op de grond afsteunende geleidingsbalken 28 voor de doekbalk 21 zijn aangesloten.Such a screen construction is used, for example, in so-called greenhouses, in which, as is schematically shown in Figures 5-7, a cloth roll is accommodated in a screen box 26 and the cloth beam 21 is guided with its ends along, minus or guide beams 27 which run more horizontally, on the ends remote from the screen box 26, of which still run downwards and for example with guide beams 28 supporting the cloth beam 21 which are supported on the ground with a bottom end.

Het zal duidelijk zijn, dat bij het op- en afwikkelen van het doek niet kan worden gewaarborgd, dat bijvoorbeeld bij het opwikkelen van het doek de banden geheel zijn afgewikkeld en omgekeerd dat indien de banden geheel zijn opgewikkeld het doek ook geheel is afgewikkeld, daar ook hier variaties tussen op- en afwikkelen kunnen ontstaan. Ook hier kan dan ook met succes de hierboven beschreven constructie worden toegepast.It will be clear that when winding and unwinding the cloth it cannot be guaranteed that, for example, when winding the cloth, the tapes are completely unwound and vice versa, that if the tapes are fully wound, the cloth is also completely unwound, since here too variations between winding and unwinding can occur. The construction described above can therefore also be used successfully here.

Zoals nader in figuur 8 is weergegeven is in het inwendige van de doekrolbuis 18 weer een concentrisch door de doekrol 18 omgeven koppelbuis 29 aangebracht, waarin een vast opgestelde aandrijfmotor 30 is gelegen. Aan een buiten de doekbuis uitstekend uiteinde van de koppelbuis 29 is de riemschijf 20 bevestigd.As is shown in more detail in Figure 8, a coupling tube 29 is again arranged in the interior of the fabric roller tube 18, concentrically surrounded by the fabric roller 18, in which a fixedly arranged drive motor 30 is located. The pulley 20 is attached to an end of the coupling tube 29 protruding outside the cloth tube.

In het binneneinde van de koppelbuis 29 is een verbindingsstuk 31 gelegen, dat is voorzien van een onrond gat, waarin de een overeenkomstige doorsnede bezittende uitgaande as 32 van de motor 31 is gestoken. In het verbindingsstuk 31 is tevens het uiteinde gestoken van een as 33, die aan zijn buitenomtrek is voorzien van spiebanen op soortgelijke wijze als de as 9 in het voorgaande uitvoeringsvoorbeeld.In the inner end of the coupling tube 29 a connecting piece 31 is provided, which is provided with an unround hole, into which the corresponding cross-section output shaft 32 of the motor 31 is inserted. The end of a shaft 33, which is provided with keyways on its outer circumference in the same way as the shaft 9 in the previous embodiment, is also inserted in the connecting piece 31.

Het uiteinde van de as 33 is aan het verbindingsorgaan 31 vastgezet met behulp van een stift 34 met behulp waarvan het verbindingsorgaan 31 tevens aan de koppelbuis 29 is vastgezet.The end of the shaft 33 is fixed to the connecting member 31 by means of a pin 34 by means of which the connecting member 31 is also fixed to the coupling tube 29.

De as 33 is omgeven door een een overbrengingsorgaan vormende bus 35, die uitwendig is voorzien van met de schroefdraad van het overbrengingsorgaan 11 volgens het eerste uitvoeringsvoorbeeld overeenkomende schroefdraad.The shaft 33 is surrounded by a bushing 35 forming a transmission member, which is externally provided with a thread corresponding to the screw thread of the transmission member 11 according to the first exemplary embodiment.

Het overbrengingsorgaan 34 ligt met een uiteinde in een in de doekrol gelegen een overbrengingsorgaan vormend schuifstuk 36, dat is voorzien van inwendige schroefdraad overeenkomend met de schroefdraad van het overbrengingsorgaan 35. In het overbrengingsorgaan 36 is een groef 37 aangebracht waarin het deel van de doekrol 18 uitmakende kanaal deel 38 voor het opnemen van een uiteinde van het doek is gelegen, een en ander zodanig, dat het overbrengingsorgaan niet ten opzichte van de doekrol kan verdraaien.The transfer member 34 lies at one end in a slider 36 forming a transfer member located in the cloth roll, which is provided with internal screw thread corresponding to the screw thread of the transfer member 35. In the transfer member 36, a groove 37 is provided in which the part of the cloth roll 18 is provided. channel part 38 for receiving an end of the cloth is located, such that the transfer member cannot rotate relative to the cloth roll.

Aan de van het overbrengingsorgaan 36 afgekeerde zijde is om een een verlenging van de as 33 een tegen het uiteinde van het overbrengingsorgaan 35 liggende drukveer 39 aangebracht, die ligt opgesloten tussen de drukveer en het uiteinde van een het uiteinde van de as 33 omgevende verbindingsbus 40, die met behulp van een stift 4Γ aan de as 33 is vastgezet. De bus 40 kan, indien gewenst, op een of meer plaatsen nog worden ondersteund door in de doekrol gelegen steunringen 41.On the side remote from the transmission member 36, a compression spring 39 lying against the end of the transmission member 35, which is enclosed between the compression spring and the end of a connecting sleeve 40 surrounding the end of the shaft 33, is arranged around an extension of the shaft 33. , which is secured to shaft 33 with a pin 4Γ. The sleeve 40 can, if desired, still be supported in one or more places by support rings 41 located in the cloth roll.

Het van de as 33 afgekeerde uiteinde van de bus 40 is opgenomen in een in het uiteinde van de doekrol gelegen en aan de bus 40 vastgezette verbindingsprop 42 waaraan de riemschijf 19 is vastgezet.The end of the sleeve 40 remote from the shaft 33 is received in a connecting plug 42 located in the end of the cloth roll and secured to the sleeve 40, to which the pulley 19 is fixed.

De boven omschreven doekrol kan zijn opgenomen in de schermkast 26, zoals meer in het bijzonder schematisch is afgebeeld in figuur 6.The cloth roll described above may be included in the screen box 26, as is more particularly schematically depicted in Figure 6.

Zoals meer in het bijzonder in figuur 7 is weergegeven zijn daarbij aan de uiteinden van de schermkast 26 steunen 43 bevestigd, waaraan de uiteinden van de armen 27 zijn gekoppeld. Daarbij zijn de armen 27 met behulp van de as van de doekrol verticaal kruisende stiften 44 scharnierend met de steunen 43 gekoppeld en in de in figuren 5-7 weergegeven normale gebruikstand tegen verdraaiing om de pennen 44 vastgezet met behulp van schroeven 45. In de steunen 43 zijn verder nog geleidingsrollen 46 gelegen voor de band 22.As is shown more particularly in Figure 7, supports 43 are attached to the ends of the screen box 26, to which the ends of the arms 27 are coupled. The arms 27 are hingedly coupled to the supports 43 vertically with the aid of the cloth roller shaft with the supports 43 and are secured in the normal anti-rotation position shown in figures 5-7 around the pins 44 by means of screws 45. In the supports 43 furthermore guide rollers 46 are positioned in front of the belt 22.

Zoals verder in figuur 9 is weergegeven zijn aan de uiteinden van de doekbalk 21 geleidingsrollen 47 bevestigd, met behulp waarvan de doekbalk wordt geleid langs de armen 27 en 28. Verder zijn aan de uiteinden van de doekbalk 21 uitstekende steunen 48 bevestigd, waarvan de van de uiteinden van de doekbalk afgekeerde uiteinden een halfcirkelvormig verloop hebben voor het geleiden van de band 22, die zoals hierboven reeds vermeld, verloopt door het inwendige van de doekbalk en door het inwendige van de armen 27 en 28.As shown further in Figure 9, guide rollers 47 are attached to the ends of the cloth beam 21, by means of which the cloth beam is guided along the arms 27 and 28. Furthermore, projecting supports 48 are attached to the ends of the cloth beam 21, the vanes of which the ends of the cloth beam turned ends have a semicircular course for guiding the belt 22, which, as already mentioned above, extends through the interior of the cloth beam and through the interior of the arms 27 and 28.

Doordat de armen 27 met behulp van de pennen 44 scharnierend met de kast 26 zijn gekoppeld en verder ook de armen 27 en 28 bij voorkeur zodanig met elkaar zijn gekoppeld, dat de arm 28 vanuit de in figuur 5 weergegeven stand omhoog kan worden geklapt tegen de arm 27, kunnen voor transport van de schermconstructie vanaf de fabriek naar de gebruikersplaats de tegen elkaar geklapte armen 27 en 28 evenwijdig aan de doekrol 18 tegen de kast 26 worden gezwenkt. In het algemeen zal er in de scharnieren voldoende speling aanwezig zijn om de verschillende armen boven elkaar en evenwijdig aan de lengterichting van de doekrol te leggen. Indien nodig kan men echter de scharnierpennen 44 enigszins schuin opstellen om een opstelling van de armen boven elkaar te kunnen waarborgen.Because the arms 27 are hingedly coupled to the housing 26 with the aid of the pins 44, and the arms 27 and 28 are preferably also coupled to each other such that the arm 28 can be folded upwards from the position shown in Figure 5. arm 27, for transporting the screen construction from the factory to the user location, the folded arms 27 and 28 can be pivoted parallel to the cloth roller 18 against the box 26. Generally, there will be sufficient clearance in the hinges to place the different arms one above the other and parallel to the length direction of the fabric roll. If necessary, however, the hinge pins 44 can be arranged slightly obliquely to ensure an arrangement of the arms one above the other.

Door deze verzwenkbare aankoppel ing van de armen 27 en 28 aan de kast 26 kan men in de fabriek de schermconstructie geheel monteren,zodat het op de bouwplaats nog slechts nodig is om de armen 27 en 28 in de gewenste stand ten opzichte van de schermkast 26 te verzwenken en de schermconstructie aan het gebouw of dergelijke vast te zetten.Due to this pivotable coupling of the arms 27 and 28 to the box 26, the screen construction can be completely assembled in the factory, so that it is only necessary at the construction site to place the arms 27 and 28 in the desired position relative to the screen box 26. to pivot and fix the screen construction to the building or the like.

Voor het vastzetten van de bovenbeschreven schermconstructie kan doelmatig gebruik worden gemaakt van de in de figuren 10 en 11 weergegeven steunorganen. Zoals in figuur 10 is weergegeven heeft de arm 27 in doorsnede een in hoofdzaak rechthoekige vorm en is in een hoekpunt van het profiel, waar twee loodrecht op elkaar staande wanden in een bochtgedeelte op elkaar aansluiten een van de buitenzijde van het profiel toegankelijke, in doorsnede T-vormige, in de. lengterichting van de arm verlopende groef 49 aangebracht.The support members shown in Figures 10 and 11 can advantageously be used for securing the above-described screen construction. As shown in Figure 10, the arm 27 has a substantially rectangular shape in cross-section and in a corner point of the profile, where two mutually perpendicular walls adjoin one another in a bend section, one is accessible from the outside of the profile. T-shaped, in the. groove 49 running in the longitudinal direction of the arm.

Een in doorsnede L-vormig koppelstuk 50 kan nu met behulp van bouten 51 en met deze bouten 51 samenwerkende in de groef 49 gelegen moeren 52 worden vastgeklemd in de in figuur 10 met getrokken lijnen weergegeven stand en de gedeeltelijk in figuur 10 met streep-stiplijnen aangeduide stand 50’.A cross-section L-shaped coupling piece 50 can now be clamped in the position shown in solid lines in Figure 10 and the partially broken lines in Figure 10 with the aid of bolts 51 and nuts 52 in the groove 49 cooperating with these bolts 51. indicated position 50 '.

Aan een uiteinde van het koppel orgaan 50 is met behulp van een zich loodrecht op de lengterichting van de arm 27 uitstrekkende as 53 een arm 54 met een uiteinde aan het koppelstuk 50 gekoppeld. De arm 54 kan in een gewenste stand ten opzichte van het koppel orgaan 50 worden verdraaid en in de gewenste stand worden vastgeklemd met behulp van een bout 55. Aan het van het koppelstuk 50 afgekeerde uiteinde van de arm 54 is met behulp van een zich evenwijdig aan de as 53 uit- strekkende as 56 een arm 57 verzwenkbaar gekoppeld. De arm 57 kan in een gewenste stand worden vastgeklemd met behulp van een bout 58.An arm 54 is coupled to the coupling piece 50 at one end of the coupling member 50 by means of a shaft 53 extending perpendicular to the longitudinal direction of the arm 27. The arm 54 can be rotated in a desired position relative to the coupling member 50 and clamped in the desired position by means of a bolt 55. At the end of the arm 54 remote from the coupling piece 50, a parallel an arm 57 pivotally coupled to shaft 53 extending shaft 53. The arm 57 can be clamped in a desired position by means of a bolt 58.

In de in figuren 10 en 11 weergegeven stand van het door de onderdelen 50, 54 en 57 gevormde steunorgaan kan de arm 27 bovenop een steunbalk of dergelijke worden vastgezet. Door het verzwenken van de armen 54 en 57 kan daarbij de hoogteligging van de arm 27 ten opzichte van de steunbalk of dergelijke worden ingesteld.In the position of the support member formed by the parts 50, 54 and 57 shown in figures 10 and 11, the arm 27 can be fixed on top of a support beam or the like. The height of the arm 27 relative to the support beam or the like can be adjusted by pivoting the arms 54 and 57.

In de in figuur 10 met gestippelde lijnen weergegeven stand van het steunorgaan kan de balk 27 aan de zijkant van een steunbalk of dergelijke worden vastgezet. Ook hier kan door verzwenken van de delen 54 en 57 weer een geschikte afstand worden ingesteld tussen de arm 27 en de de desbetreffende arm 27 ondersteunende steunbalk.In the position of the support member shown in dotted lines in Figure 10, the beam 27 can be secured to the side of a support beam or the like. Here too, a suitable distance can again be set between the arm 27 and the supporting beam supporting the arm 27 in question by pivoting the parts 54 and 57.

Indien met behulp van de motor 30 het doek moet worden opgewikkeld zal doekrol 18 me behulp van de motor 30 in draaiing worden gebracht. Aanvankelijk zal de doekrol 18 worden meegenomen via de beide overbrengingsorganen 35 en 36, die tijdens het oprollen van het doek op de doekrol 18 niet ten opzichte van elkaar zullen verdraaien. Indien het doek geheel is opgewikkeld zal in het algemeen, zoals hierboven beschreven, de motor 30 nog even doordraaien. Daarbij gaat het overbrengingsorgaan 15 verschuiven ten opzichte van het overbrengingsorgaan 36 tegen de werking van de verkracht van de veer 39 in. Hierbij kunnen de banden 20 nog een weinig worden afgewikkeld.If the cloth is to be wound up by means of the motor 30, the cloth roll 18 will be rotated by means of the motor 30. Initially, the fabric roll 18 will be entrained via the two transfer members 35 and 36, which will not rotate relative to each other during the roll-up of the fabric on the fabric roll 18. In general, as described above, the motor 30 will continue to run if the cloth has been fully wound. The transmission member 15 then shifts relative to the transmission member 36 against the action of the force of the spring 39. The tapes 20 can still be unwound a little here.

Claims

Screen construction provided with support means for supporting a cloth roll around which a cloth or the like screen is wound and wound around its longitudinal axis, when the cloth roll is rotated, wherein a pulley is provided near each end of the cloth roll, with which a belt is coupled, which is also coupled to a cloth beam arranged on an end of the cloth roller facing away from the cloth roller, which, when the cloth is rolled up, is guided with its ends by arms co-operating with the ends of the cloth beam, while near a At the end of each arm, a deflector for the belt is provided for guiding the belt such that when the cloth is rolled onto the cloth roller, the belt is unwound from the pulley and vice versa when the cloth is rolled off the cloth roll from the belt is wound on the pulley, characterized in that the ends of the arms located near the ends of the cloth roller are hinged with the cloth roller receiving support means are coupled by means of the axis of the fabric roller at least substantially perpendicularly crossing pivot axes, such that the arms with the diverting members arranged in the ends of the arms remote from the pivot axes can be arranged at least substantially parallel to the fabric roller.

Screen construction according to claim 1, characterized in that the ends of a single belt are coupled to the pulleys attached to the ends of the cloth roller, the belt being guided through the arms and through the cloth beam, and near the ends of the fabric beam guide members for the belt guided by the fabric beam are provided.

Screen construction as claimed in claim 1 or 2, characterized in that further arms for guiding the ends of the cloth beam are provided on the ends of the arms remote from the supporting means of the cloth roll, which further arms relative to the first-mentioned arms from a position of use of the screen construction in which the arms can enclose an angle with each other, in a position in which the arms are substantially parallel to each other.

Screen construction as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that a substantially L-shaped coupling piece is arranged on the outside of an end of an arm located close to the supporting means of the cloth roll, in which section an L-shaped coupling piece is provided. a coupling arm is adjustable and can be fixed in a desired position with the aid of a pivot axis, while a second coupling arm can be pivoted at the end of the coupling arm remote from the coupling piece and in a desired position relative to the the first coupling arm is mounted in a fixable manner, wherein the second coupling arm is intended for attachment to a supporting construction and wherein the coupling piece and the arm of the screen construction are designed such that the coupling piece can be fixed in a first position on the arm of the screen construction in which the the couple arms carrying leg is located under the arm of the screen construction and in a second st and wherein the coupling arm carrying leg of the coupling extends along a side of the arm of the shield structure.