NL9401444A - Vacuum- en perspomp. - Google Patents

Description

VACUUM- EN PERSPOMP

De onderhavige vinding heeft betrekking op een door zijn vormgeving comfortabel in de hand liggende inrichting voor een in hoofdzaak met de hand te bedienen vacuüm- en perspomp die op een vacuüm- of persdop gedrukt dient te worden waardoor de kwaliteit van bijvoorbeeld koolzuurhoudende frisdrank, via de persdop, of wijn, via de vacuümdop, in flessen langer behouden blijft. Een dergelijke vinding is bijvoorbeeld bekend uit het Nederlandse octrooischrift 8600111.

Deze bekende pompcombinatie heeft een afdichtingsorgaan, dat het nadeel heeft, dat bij temperatuurschommelingen de vloeistof spontaan uit een liggende fles loopt, indien men vergeten is vacuüm te trekken.

De uitvoering van octrooischrift 8600111 is anders dan in het octrooi is weergegeven. Dit is echter een bestaande techniek namelijk dat de persplunjer slechts naar één kant kan worden gebruikt doordat het O-ringetje in een aan één zijde onderbroken opsluitingsrand wordt opgesloten. Als de afsluit-rand aan de andere zijde wordt onderbroken dan zal de pomp in plaats van vacuüumtrekken uitsluitend kunnen persen.

De onderhavige vinding is klantvriendelijker dan de beschreven pomp in octrooischrift 8600111 omdat bij dit nieuwe systeem de pomp niet telkens van de vacuüm- of persdop hoeft te worden genomen om een nieuwe werkende slag te verkri jgen.

Het doel van de onderhavige vinding is een pompconstructie te vervaardigen zonder de nadelen van de alom bekende pompen.

Dit doel wordt bereikt doordat de pompconstructie zodanig wordt uitgevoerd, dat het geheel goed is te hanteren met de beoogde wijzigingen en geen problemen kent tijdens het gebruik van de pomp.

In eerste instantie is de pompcombinatie ontworpen voor een langere houdbaarheid van kwaliteit van bijvoorbeeld dranken. Bij veel vloeistoffen doet zich het probleem voor dat de kwaliteit van bijvoorbeeld dranken achteruit gaat zodra de standaardafdichting is verwijderd en een restant moet worden bewaard. Doordat de vloeistof in de houder in contact komt met lucht zal de kwaliteit in snel tempo afnemen.

Door de onderhavige vinding te gebruiken zal de koolzuurhoudende vloeistof, die onder druk is geperst, langer houdbaar zijn, dat wil zeggen, zijn smaak behouden.

Om de kwaliteit en smaak van een geopende fles wijn langer te kunnen bewaren dient deze fles met de pomp vacuüm te worden getrokken.

Het doel van de onderhavige vinding om vacuüm te trekken wordt bereikt door een zogenaamde stop-kurk-constructie.

Deze kurkconstructie is zodanig uitgevoerd dat de vloeistof, die zich in de houder bevindt er niet spontaan kan uitlopen als de fles wordt 'neergelegd en men vergeten heeft vacuüm te trekken. Dit zal gebeuren als de druk in de fles toeneemt door temperatuursverhoging.

Het doel van de onderhavige vinding om druk in een houder te persen wordt bereikt door een zogenaamde schroefdop; deze schroefdopconstructie is zodanig uitgevoerd dat de vloeistof die zich in de houder bevindt er niet spontaan kan uitlopen als men vergeten is de houder onder druk te zetten; bij een temperatuursverhoging zal de druk oplopen zonder dat er lekkage op zal treden.

De onderhavige vinding wordt gerealiseerd doordat in de persdop een membraam is geconstrueerd van een elastisch materiaal, dat zich uitsluitend laat openen als er van buitenaf druk op komt te staan. Doordat de persdop met schroefdraad is uitgevoerd kan deze niet uit zichzelf van de houder af. Door de speciale klepconstructie kan er geen lucht of gas uit de houder ontsnappen; de lucht, die een drukver-hoging in de houder veroorzaakt, kan door een pomp zoals de onderhavige vinding weergeeft in de houder worden geperst.

De samengeperste lucht kan alleen uit de houder ontsnappen als de schroefdop wordt losgedraaid.

verder wordt de onderhavige vinding verkregen doordat er in de vacuümstop een afsluitorgaan is geconstrueerd van een elastisch materiaal, dat zich uitsluitend laat openen als van buitenaf vacuüm wordt getrokken.

Het unieke van de onderhavige vinding is dat bij het gebruik van de pomp niets mis kan gaan, bijvoorbeeld dat er geperst wordt als er vacuümgetrokken moet worden en andersom.

De onderhavige vinding heeft een·pomp met een zuiger, die niet te klein is, omdat bij een te kleine zuiger de druk in de houder zo hoog opgevoerd zou kunnen worden dat deze zou kunnen exploderen. Verder is voor een niet te kleine zuiger gekozen om te voorkomen dat flessen tijdens het vacuümtrekken zouden barsten.

Bij de onderhavige vinding is in de pomp gekozen voor een O-ring, die opgesloten zit in de zuiger. Deze O-ring zorgt ervoor dat de lucht geperst of vacuüm getrokken kan worden; er is een tweede O-ring onder in de pomp opgesloten die funktioneert als er geperst moet worden; hij drukt dan naar buiten waardoor de openingen afgesloten worden; deze openingen gaan open als de pomp weer in werkende stand komt. Bij het vacuümtrekken heeft de laatste O-ring geen funktie; dan wordt namelijk de flexibele buitenring om de vacuümdop geplaatst.

Als de zuiger naar boven wordt getrokken onstaat er een vacuüm doordat in de dop, door middel van de pomp, het flexibele afsluitorgaan iets naar beneden wordt gedrukt.

Dan kan met de hand vacuüm worden getrokken in de houder.

Als de pomp terug moet in de werkende slag kan de lucht langs de aansluiting van de stop en de pomp ontsnappen doordat er als het ware een ballon wordt opgeblazen.

Het is met geen enkel ander pompprincipe mogelijk om te kunnen persen zonder een klepje om te stellen of te kunnen blazen zonder de pomp van de stop of dop af te nemen om hem in een werkende stand te krijgen.

Bij de vervaardiging is bij voorkeur gekozen voor een vrij harde kunststof, bijvoorbeeld ABS, voor de niet flexibele delen Γ

De flexibele delen worden vervaardigd van een soepele kunststof die voldoende veerkracht heeft, zogenoemde thermoplastische materialen. De kunststofdelen zullen, waar nodig, in elkaar geklikt, gelijmd of gelast worden.

De onderhavige vinding kan ook van staal of ander materiaal worden vervaardigd maar dan zal de prijs voor de gebruiker veel te hoog worden.

Onder verwijzing naar de in de tekeningen weergegeven uit-voeringsvoorbeelden zal de inrichting overeenkomstig de onderhavige vinding nader worden toegelicht.

Figuur 1. Toont de bedieningsknop voor het persen of zuigen in doorsnede.

Figuur 2. Toont een doorsnede van het pomphuis met een vooraanzicht.

Figuur 3. Toont een doorsnede van de pers/zuigplunjer met een vooraanzicht, een onderaanzicht en een bovenaanzicht. Figuur 4. Toont het onderste gedeelte van het pomphuis in een doorsnede met een onder- en een bovenaanzicht.

Figuur 5. Geeft een doorsnede, een onderaanzicht en een bovenaanzicht weer van de conische persdop met aansluitrand. Figuur 6. Geeft een doorsnede van het afsluitorgaan weer ten behoeve van de afsluiting op de dop.

Figuur 7. Geeft het afsluit/persdopje weer in doorsnede en in bovenaanzicht.

Figuur 8. Geeft de afsluitdop voor het persen weer in doorsnede, bovenaanzicht en vooraanzicht.

Figuur~ 9. Geeft het huis weer van de vacuümdop in doorsnede Figuur 10. Geeft de flesaansluiting weer, half in doorsnede en de linkerkant in aanzicht.

Figuur 11. Geeft het afsluitorgaan weer dat in de vacuümdop gemonteerd dient te worden in doorsnede.

Figuur 12. Geeft het binnenhuis van de vacuümdop weer in doorsnede.

Figuur 13. Geeft de samengestelde vacuümdop weer in doorsnede.

Figuur 14. Geeft een samengestelde persdop in doorsnede en bovenaanzicht weer.

Figuur 15. Geeft een doorsnede weer van de samengestelde pomp.

Oe bedieningsknop in figuur 2 zal door middel van een lijm-, las- of kliksysteem worden bevestigd aan de in figuur 3 afgeheelde pers/zuigplunjer die, na gemonteerd te zijn met O-ring heen en weer gaat door het in figuur 2 aangegeven cylindrische pomphuis. Aan de onderzijde van het pomphuis wordt de ring uit figuur 4 gemonteerd, die als aanslag dient voor de persplunjer en er tevens voor zorgt dat de O-ring op zijn plaats blijft. Na de in figuur 5 weergegeven aansluitpersdop wordt het elastische aansluitorgaan van figuur 6 gemonteerd op het verbindingsringetje van figuur 4. De vacuümdop, weergegeven in figuur 13, bestaat uit het in figuur 9 weergegeven huis waarin het afsluitorgaan in figuur 11 gemonteerd wordt weergegeven. Nadat dit gebeurd is zal het binnenhuis, weergegeven in figuur 12, gemonteerd worden. Vervolgens zal de in figuur 10 weergegeven flesaansluiting de vacuümdop completeren.

De persdop, weergegeven in figuur 14 bestaat uit slechts 2 onderdelen, namelijk de in figuur 7 aangegeven schroefdop met daarin de in figuur 8 aangegeven gemonteerde afsluitdop die er voor zorgt dat - na op een fles te zijn geschroefd - er druk in de houder gepompt kan worden.

De voornaamste kenmerken van de onderhavige vinding worden hieronder weergegeven.

De afdichtingsring (1) opgesloten in de zuiger (3) met een kleine ruimte tussen twee dwarsribben (2) zorgt ervoor dat in beide richtingen een goede afdichting ontstaat.

Bij het omhoogtrekken van de zuiger (3) door het pomphuis (8) door middel van een handgreep (fig.l) zal de pomp lucht aanzuigen.

Deze lucht wordt aangezogen via de aansluitmond (5) en via de luchtkanaaltjes (6) die zich in het persdopje bevinden.

Dit gebeurt doordat de O-ring (4) iets naar binnen wordt gezogen en zodoende een opening maakt waar de lucht door aangevoerd wordt. De O-ring (4) zal telkens door zijn eigen spanning weer naar buiten worden gedrukt tegen de schuine wand (7) van fig. 4 en fig. 5.

Bij het naar beneden bewegen van de zuiger (3) zal de pomp lucht naar buiten persen.

Om te bepalen of de pomp moet zuigen of persen heeft deze pomp een zuigklep (4) en een persklep (5). Beide kleppen hebben ieder hun eigen functie.

Om nu de juiste werking van de pomp te verkrijgen zonder iets om te moeten stellen is gekozen voor 2 verschillende doppen die de pomp commanderen hetzij te persen (fig.14) hetzij vacuüm te trekken (fig.13)

Bij het vacuümtrekken zal de persklep (5) functioneren door open te gaan. Bij het persen zal de zuigklep (4) functioneren door naar buiten toe af te sluiten.

De zuigklep (4) bestaat uit een O-ring (4) die door eigen veerkracht in een V-vormige groef (9) onder in de cylinder tegen de wand drukt. Achter de ring (4) bevindt zich een zuigkanaal met verbindinsgaatjes (6) door de persdop (fig.5). De zuigklep (4) kan lucht naar binnen laten doordat de ring (4) door het vacuüm iets kleiner wordt en zo de lucht langs de ring (4) in het pomphuis (8) kan stromen.

Er kan geen lucht naar buiten stromen bij het persen omdat door de persdruk de ring (4) iets groter wordt en afdicht in de V-groef (9). Hoe hoger de druk zal zijn des te beter de ring (4) zal afdichten.

De persklep (5) bestaat uit een elastische manchet, die door zijn eigen veerkracht de rand van de vacuümdop afsluit.

Er kan nu geen lucht naar binnenstromen omdat de persklep (5) tegen de buitenrand van de vacuümdop (10) zal afdichten. Tijdens het naar beneden bewegen van de zuiger (3) zal de lucht wel naar buiten stromen, doordat de manchet (5) iets groter wordt en er ruimte ontstaat tussen de persklep (5) en de rand van de vacuümdop (10).

Het vacuümtrekken gebeurt door de zuiger (3) omhoog te . bewegen waardoor de lucht aangezogen wordt via de perstuit (11). De persklep (5) sluit af om de rand; dit voorkomt dat de lucht van buiten naar binnen stroomt. De lucht kan dus nu alleen uit de houder worden gezogen.

Tijdens het naar beneden bewegen zal de persklep (5) als uitlaatklep fungeren. De lucht stroomt nu via de opening (12) door de perstuit (11) naar buiten. De zuigklep (13) in de dop (14) voorkomt dat de lucht de houder instroomt. De lucht stroomt aan de buitenkant van de perstuit (11) omhoog en ontsnapt via de persklep (5). Dit omdat er een opening blijft tussen de përstuit (11) en het conische gat (15) in de vacuümdop (10).

Het proces zal zich telkens herhalen bij het heen en weer bewegen van de zuiger (3). De pomp heeft een minimale schadelijke ruimte tussen de zuiger (3) en de zuigklep in de dop (14). Door deze ruimte te beperken wordt het pomprende-ment hoger.

Bij het onder druk zetten van een houder zullen de perstuit (11) en het conische gat (16) in de dop nauwkeurig op elkaar passen. De persklep (5) heeft nu voldoende ruimte tussen de buitenwand (17) van de persdop en de binnenwand van de persklep (5) om lucht te laten ontsnappen.

Tijdens het naar beneden bewegen van de zuiger (3) wordt de lucht via de perstuit (11) in de houder gepompt. De persklep (18) in de dop voorkomt dat de lucht weer uit de houder kan stromen. Bij het omhoog bewegen van de zuiger (3) zal de pomp lucht moeten aanzuigen. Dit kan binnenstromen door de openingen (6) in de persklep.

De persdop (17) bestaat uit een voorgevormd schroefdraad (19) aan de~ binnenzijde en een geribbelde (20) buitenzijde.

In deze dop zit een hoedvormige (18) elastische kunststof afdichting met luchtgaten (29) en sleufgaten (21).

De sleufgaten (21) hebben tot doel het middengedeelte van de klep (23) bij het persen soepel te laten bewegen.

Doordat de perstuit (11) iets op het midden drukt wordt het middengedeelte van de klep (23) iets naar binnen gedrukt, zodat de lucht via de gaatjes (21) in de houder zal stromen. De lucht kan niet uit de houder stromen omdat het instroom-kanaal (6) aan de zijkant wordt afgedicht door de elastische afdichting. De vacuümdop (10) heeft een bijzondere klep (13). Deze klep (13) heeft een dubbele functie.

Als er vergeten is vacuüm te trekken zal de vloeistof niet uit de houder kunnen stromen als deze horizontaal is opgeborgen en de druk in de fles oploopt. Dit komt omdat de armpjes (24) verend zijn en ervoor zorgen dat de instroom-opening wordt afgedicht.

Tijdens het vacuümtrekken wordt de klep (13) door de perstuit (11) naar beneden gedrukt. Het kleine conische klepje (25) is vrij en de schotelklep (13) sluit af en voorkomt dat er lucht in de houder zal stromen. De flexibele schotelklep is dus een zuigklep. Voor het aanbrengen op een houder is gekozen voor een flexibele kunststof aansluiting (fig. 10).

Claims (4)

1. Pompgarnituur omvattend een pomporgaan en een aantal op een houder aan te brengen doppen, welk pomporgaan is ingericht om samen te werken met een op een houder geplaatste dop van een eerste type, teneinde in de houder een onderdruk te creëren, met het kenmerk, dat het pomporgaan tevens is ingericht om samen te werken met een op een houder geplaatste dop van een tweede type, teneinde in de houder een overdruk te creëren.

2. Pompgarnituur volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat een dop van het eerste type een in bedrijf afdichtend in een houderopening reikend eerste deel en een op het pomporgaan aansluitend tweede deel omvat, waarbij het tweede deel een inzetstuk omvat en waarbij tussen het inzetstuk en het tweede deel een in hoofdzaak paddestoelvormig kleporgaan van flexibel materiaal is gemonteerd en waarbij het inzetstuk en een daarmee samenwerkend mondstuk van het pomporgaan zodanig zijn gevormd, dat het mondstuk het kleporgaan enigszins indrukt, waardoor een aan de steel van het paddestoelvormige kleporgaan gevormd conisch klepje in de open stand geraakt.

3. Pompgarnituur volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat een dop van het tweede type een schroefdoporgaan omvat, dat is voorzien van een opneemgedeelte voor het opnemen van het mondstuk van een pomporgaan en van een onder het opneemgedeelte in het schroefdoporgaan aangebracht omgekeerd hoed-vorrnig kleporgaan van elastisch materiaal.

4. Pompgarnituur volgens conclusie l, 2 of 3, met het kenmerk, dat het pomporgaan is voorzien van een op afstand rond een mondstuk aangebrachte elastische manchet.