NL9400703A - Werkwijze en inrichting voor het banderolleren van gevormde kazen. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Werkwijze en inrichting voor het bande- rolleren van gevormde kazen.

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het aanbrengen van een banderol op de omtrek van een draaiende, gevormde kaas.

Een dergelijke werkwijze is bijvoorbeeld uit NL-A-8900177 bekend. Bij deze werkwijze wordt een op zijn kant staande kaas, die zijdelings is gecentreerd, door bewegende steunrollen geroteerd. Tijdens het roteren van de kaas wordt op de bovenzijde daarvan een kleefmiddel op de omtrek van de kaas aangebracht en daarna wordt het vooreinde van een aan te brengen banderolstrook dicht bij de kaasomtrek aangevoerd, zodat dit door de kaas wordt meegenomen. De kaas trekt door verdere draaiing daarvan het volgende deel van de strook mee om de omtrek van de kaas. De aangebrachte materiaalstrook wordt door de bewegende steunrollen op de kaas aangedrukt.

Een nadeel van deze werkwijze is, dat deze werkwijze alleen toegepast kan worden voor het banderolleren van ronde kazen met constante diameter. Andere niet-ronde kaasvormen kunnen op deze wijze niet worden gebanderol-leerd. Tot nu toe zijn zelfs geen werkwijzen bekend, waarbij niet-ronde kazen, in het bijzonder meerhoekige kazen zoals vierkante, rechthoekige of zeshoekige kazen, worden gebanderolleerd. Een ander nadeel van de bekende werkwijze is, dat deze werkwijze moeilijk in bestaande produktielij-nen voor het bereiden van gevormde kazen kan worden toegepast, omdat daarbij in het algemeen kazen horizontaal worden getransporteerd. In dat geval dient derhalve een positioneren van de kazen in een verticale stand, voorafgaande aan het banderolleren plaats te vinden. Ook na het banderolleren dienen de kazen te worden geherpositioneerd voor transport naar daaropvolgende bewerkingsstappen. De kans op beschadiging van de aangebrachte banderol en het kaasplastic door deze extra handelingen is aanzienlijk, omdat het kaasoppervlak en de vochtige banderolstrook onvoldoende sterkte bezitten om zware belastingen te kunnen weerstaan. Beschadiging van het kaasoppervlak kan leiden tot schimmelvorming. Beschadiging van de aangebrachte banderolstrook kan eveneens aanleiding geven tot schimmelvorming, bovendien wordt daardoor het uiterlijk van de kazen nadelig beïnvloed.

De uitvinding heeft ten doel de hierboven beschreven problemen te vermijden en een banderolleerwerkwijze te verschaffen, die bij elke kaasvorm, in het bijzonder bij meerhoekige kazen, toegepast kan worden.

Een verder doel van de uitvinding is een werkwijze te verschaffen, waarbij met grote nauwkeurigheid en hoge snelheid banderolstroken op achtereenvolgens toegevoerde kazen worden aangebracht.

De werkwijze van het hiervoor beschreven type volgens de uitvinding wordt gekenmerkt, doordat het aanbrengen van de banderol onder het in hoofdzaak constant houden van de omtrekssnelheid van de momentane positie van de kaas ten opzichte van een aan te brengen banderolstrook plaatsvindt door het op een punt langs de omtrek van de kaas bepalen van de omtrekssnelheid van de kaas en het op basis daarvan regelen van de draaisnelheid van de kaas.

Door het nagenoeg constant houden van de omtrekssnelheid van de momentane positie van de kaas, dat wil zeggen de omtrekssnelheid van het omtreksdeel dat zich op dat moment bij de aan te brengen banderolstrook bevindt, ten opzichte van de snelheid van de zich eveneens voortbewegende banderolstrook, vindt een gelijkmatige aanbrenging van de banderolstrook op de omtrek van de gevormde kaas plaats. Hierdoor treden bij het aanbrengen van de banderolstrook op het omtreksdeel van de kaas vanwege de geringe snelheids-verschillen geen extra belastingen van de strook op, waardoor scheuren van de banderolstrook en rimpelen van de op de kaas aangebrachte banderolstrook wordt voorkomen.

Het constant houden van de omtrekssnelheid ten opzichte van de aanvoersnelheid van de banderolstrook wordt uitgevoerd door continue aanpassing van de omtrekssnelheid aan een in het algemeen constante aanvoersnelheid van de banderolstrook. Door terugkoppeling van de gemeten omtreks-snelheid naar de gewenste omtrekssnelheid van de momentane positie van de kaas kan de hoeksnelheid van de kaas worden ingesteld op de gewenste waarde. Het is eenvoudiger de draaisnelheid van de kaas in te stellen dan de aanvoersnelheid van de banderolstrook, omdat de materiaalsterkte daarvan onvoldoende is om daarop grote krachten uit te oefenen.

Het aanbrengen van de banderolstrook wordt bij voorkeur uitgevoerd door de banderolstrook in hoofdzaak langs een raaklijn aan de momentane positie van de kaas aan te voeren. Op deze wijze wordt het aanbrengen van de banderolstrook op de omtrek van de kaas op een gelijkmatige en juiste wijze uitgevoerd, waarbij ongewenste belastingen van de banderolstrook worden vermeden.

De werkwijze volgens de uitvinding kan worden uitgevoerd met elke kaasvorm. Het is in het bijzonder voordelig de werkwijze toe te passen bij kazen, die een meerhoekige vorm bezitten. Voorbeelden van dergelijke kazen zijn driehoekige, vierkante, rechthoekige, zeshoekige en achthoekige kazen. Echter ook ellipsvormige of onregelmatige gevormde kazen kunnen met de werkwijze volgens de uitvinding worden gebanderolleerd.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een banderol-leerinrichting voor het aanbrengen van een banderol op de omtrek van draaiende, gevormde kazen, welke inrichting een gestel omvat, waarin transportmiddelen voor het transporteren van de kazen zijn opgesteld, alsmede rotatiemiddelen voor het laten draaien van de kazen en een strookaanbreng-inrichting voor het aanbrengen van een banderolstrook op de omtrek van de draaiende kazen, welke wordt gekenmerkt doordat de inrichting is voorzien van waarneemmiddelen voor het bepalen van de omtrekssnelheid van de kaas en een daarmee samenwerkende regeleenheid, die de draaisnelheid van de rotatiemiddelen instellen, zodanig dat de omtrekssnelheid van de momentane positie van de kaas ten opzichte van de strookaanbrenginrichting constant wordt gehouden.

Bij de inrichting volgens de uitvinding bepalen de waarneemmiddelen de omtrekssnelheid van de kaas. Een daarmee samenwerkende regeleenheid stelt, op basis van de gemeten omtrekssnelheid van de kaas, de draaisnelheid van de rotatiemiddelen op een gewenste waarde in, zodat de omtrekssnelheid van de momentane positie van de kaas ten opzichte van de strookaanbrenginrichting constant wordt gehouden.

Waarneemmiddelen voor het bepalen van de omtrekssnelheid zijn algemeen bekend. Een sensor is een voor dit doel geschikt waarneemmiddel.

Met voordeel omvatten de rotatiemiddelen een draaibare, in hoogte verstelbare tafel en daarmee samenwerkende aandrijforganen, die door de regeleenheid worden aangestuurd. Een dergelijke tafel kan eenvoudig in bestaande produktielijnen worden opgenomen. Na het opnemen van een kaas op de tafel vanaf een toevoerband wordt de tafel omhoog gebracht, zodat de omtrek van de kaas in de nabijheid van de strookaanbrenginrichting komt te liggen, waarna het banderolleren kan plaatsvinden.

Met voordeel is de draaitafel verder voorzien van een vrij draaibaar tegenhoudorgaan voor het op de tafel positioneren van de kaas om te voorkomen dat de door de bande-rolstrook uitgeoefende kracht op de kaas tot een verstoring van de omtrekssnelheid van de kaas leidt.

De strookaanbrenginrichting kan van een op zich bekend type zijn. Met voordeel omvat de strookaanbrenginrichting een langs de omtrek van een te banderolleren kaas opgestelde, beweegbare blaasmond. Met een dergelijke blaasmond kan de banderolstrook gelijkmatig en op de juiste positie op de omtrek van de kaas worden aangebracht.

In een voorkeursuitvoeringsvorm van de inrichting is een beweegbaar aandrukorgaan aanwezig, dat in de rotatie-richting van de kaas gezien na de strookaanbrenginrichting is opgesteld. Het beweegbare aandrukorgaan is in staat de vorm van de kaas te volgen en zodoende de banderolstrook op de kaas aan te drukken. Dit kan bijvoorbeeld worden uitgevoerd met een veermechanisme.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding is een doseerorgaan voor het bevochtigen van de kaas aanwezig, dat in de rotatierichting van de kaas gezien vóór de strookaanbrenginrichting is opgesteld. Door het bevochtigen van de kaas zal het kaas-plastic enigszins verweken, waardoor dit hechtende eigenschappen verkrijgt. Deze eigenschappen zijn voldoende om de banderolstrook aan het kaasoppervlak vast te maken. Het is uiteraard eveneens mogelijk de aan te brengen banderolstrook te voorzien van een kleefmiddel, dat de hechtende werking verschaft.

Gebruikelijk zal de inrichting verder een snij-orgaan voor het afsnijden van de op de kaas aangebrachte banderolstrook omvatten. De banderolstrook kan worden afgesneden door de strookaanbrenginrichting na het aanbrengen van de banderolstrook op de kaas langs het snij-orgaan, bijvoorbeeld een afsnijmes, te bewegen.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een inrichting voor het bereiden van gevormde kazen, welke inrichting is voorzien van een banderolleerinrichting volgens de uitvinding.

De uitvinding zal hierna worden toegelicht aan de hand van de bijgevoegde tekening, waarin de enige figuur een bovenaanzicht van een uitvoeringsvorm van een banderolleerinrichting volgens de uitvinding is.

In deze figuur is met 1 een banderolvoorraadrol aangeduid, die op een aangedreven opsteekdoorn 2 is opgesteld. Het banderolmateriaal kan uit de gebruikelijke voor dit doel toegepaste materialen, zoals zijdevloei- en theebuil-tjespapier of kunststof, worden gekozen, die bijvoorbeeld met informatie omtrent de herkomst, soort en kwaliteit kunnen zijn bedrukt. Een vanaf deze voorraadrol gewikkelde banderolstrook 3 wordt via een aandrukrol 4 en een aanvoer-rol 5 met constante snelheid naar een blaasmond 6 geleid. De aanvoerrol 5 wordt elektronisch geregeld, zodat de lengte van de overlap van de materiaalstrook 3 ingesteld kan worden. Door de blaasmond 6 wordt de banderolstrook 3 volgens een raaklijn aan het omtreksdeel tegen een vierkan te kaas 7 gedrukt. De blaasmond 6 is beweegbaar opgesteld, zodat deze langs een afsnijmes 8 kan worden bewogen om de materiaalstrook 3 door te snijden. Met verwijzingscijfer 9 is een spuitkop voor het bevochtigen van de kaas 7 aangeduid. Het op de kaas te brengen vocht kan leidingwater zijn, waaraan indien gewenst een hechtmiddel is toegevoegd. Een voorbeeld van een bruikbare oplossing is een zetmeele-mulsie. Een aandrukrol 10 zorgt ervoor dat de op een kaas 7 aangebrachte banderolstrook 3 wordt aangedrukt. Deze aandrukrol 10 kan een zodanige beweging uitvoeren, dat de aandrukrol 10 de vormen van kazen 7 altijd volgt en zodoende op de juiste wijze de banderolstrook 3 op de kaas 7 aandrukt. Een in hoogte verstelbare draaitafel 11, die van een speciale snelheidsregeling en aandrijforganen (beide niet weergegeven) is voorzien, wordt door waarneemmiddelen 12 voor het meten van de omtreksnelheid van de kaas 7 aangestuurd, zodat de omtrekssnelheid van de momentane positie van de kaas 7 ten opzichte van de blaasmond 6 constant blijft (en zodoende ook ten opzichte van de met constante snelheid aangevoerde banderolstrook 3) . De tafel 11 houdt tevens de hoogte van de kaas 7 ten opzichte van de blaasmond 6 gelijk. De kaas 7 wordt op de tafel 11 gepositioneerd met behulp van een vrij draaibaar tegenhoudorgaan 13. Na het banderolleren worden de kazen 7 via een afvoer-baan 14 verder geleid naar stroomafwaarts gelegen bewer-kingstations.

De hiervoor beschreven banderolleerwerkwijze en -inrichting zijn in het bijzonder voordelig voor het banderolleren van meerhoekige kazen, zoals vierkante of rechthoekige kazen of kaasprodukten, die deze vormen bezitten.

De inrichting kan op een vaste positie worden opgesteld, maar ook mobiel worden uitgevoerd. Hierdoor is de banderolleerinrichting volgens de uitvinding op meerdere plaatsen in het bereidingsproces van kazen toepasbaar. Niet alleen sierbanderollen, maar ook steunmanchetten, kunnen op de gevormde kaas worden aangebracht met de werkwijze en inrichting volgens de uitvinding.

Claims (11)

1. Werkwijze voor het aanbrengen van een banderol op de omtrek van een draaiende, gevormde kaas, met het kenmerk dat het aanbrengen van de banderol (3) onder het in hoofdzaak constant houden van de omtrekssnelheid van de momentane positie van de kaas (7) ten opzichte van een aan te brengen banderolstrook (3) plaatsvindt door het op een punt langs de omtrek van de kaas (7) bepalen van de omtrekssnelheid van de kaas (7) en het op basis daarvan regelen van de draaisnelheid van de kaas (7).

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het aanbrengen van de banderolstrook (3) wordt uitgevoerd door de banderolstrook (3) in hoofdzaak langs een raaklijn aan de momentane positie van de kaas (7) aan te voeren.

3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat de kazen (7) een meerhoekige vorm bezitten.

4. Banderolleerinrichting voor het aanbrengen van een banderol op de omtrek van draaiende, gevormde kazen (7) , welke inrichting een gestel omvat, waarin transportmiddelen (14) voor het transporteren van de kazen (7) zijn opgesteld, alsmede rotatiemiddelen (11) voor het laten draaien van de kazen (7) en een strookaanbrenginrichting (6) voor het aanbrengen van een banderolstrook (3) op de omtrek van de draaiende kazen (7) , met het kenmerk dat de inrichting is voorzien van waarneemmiddelen (12) voor het bepalen van de omtrekssnelheid van de kaas (7) en een daarmee samenwerkende regeleenheid, die de draaisnelheid van de rotatiemiddelen (11) instellen, zodanig dat de omtrekssnelheid van de momentane positie van de kaas (7) ten opzichte van de strookaanbrenginrichting (6) constant wordt gehouden.

5. Banderolleerinrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk dat de rotatiemiddelen een draaibare, in hoogte verstelbare tafel (11) en daarmee samenwerkende aandrijforganen omvatten, die door de regeleenheid worden aangestuurd .

6. Banderolleerinrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk dat de tafel (11) verder is voorzien van een vrij draaibaar tegenhoudorgaan (13) voor het op de tafel (11) positioneren van de kaas (7) .

7. Banderolleerinrichting volgens één van de conclusies 4-6, met het kenmerk dat de strookaanbrenginrichting een langs de omtrek van een te banderolleren kaas (7) opgestelde, beweegbare blaasmond (6) omvat.

8. Banderolleerinrichting volgens één van de conclusies 4-7, met het kenmerk dat een beweegbaar aandrukorgaan (10) aanwezig is, dat in de rotatierichting van de kaas (7) gezien na de strookaanbrenginrichting (6) is opgesteld.

9. Banderolleerinrichting volgens één van de conclusies 4-8, met het kenmerk dat een doseerorgaan (9) voor het bevochtigen van de kaas (7) aanwezig is, dat in de rotatierichting van de kaas (7) gezien voor de strookaanbrenginrichting (6) is opgesteld.

10. Banderolleerinrichting volgens één van de conclusies 4-9, met het kenmerk dat de inrichting verder een snij-orgaan (8) voor het afsnijden van de op de kaas (7) aangebrachte banderolstrook (3) omvat.

11. Inrichting voor het bereiden van gevormde kazen, welke is voorzien van een banderolleerinrichting volgens één van de conclusies 4-10.