NL9400597A - Inrichting voor het sluiten van een wond. - Google Patents

Description

Inrichting voor het sluiten van een wond

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het sluiten van een wond, in het bijzonder een zich in hoofdzaak volgens een rechte lijn uitstrekkende operatie-wond, die een uit twee textiel-draagbanden en daarop aangebrachte sluitdeelreeksen bestaande ritssluiting met rits-sluitingschuif omvat en langs de wondranden op de huid van de patiënt lijmbaar is. De inrichting volgens de uitvinding vormt geen wondbedekking, doch een wondafsluiting, waarmee een openstaande wond, bijv. een openstaande operatiewond, kan worden samengetrokken en met op gelijk niveau liggende wondranden stotend kan worden gesloten. In zoverre vervangt de inrichting het bekende naaien of nieten van een dergelijke wond. Alhoewel de inrichting volgens de uitvinding in het bijzonder geschikt is voor een zich in hoofdzaak volgens een rechte lijn uitstrekkende operatiewond, kan desalniettemin de inrichting volgens de uitvinding ook bij bochtvormig, bijv. S-vormig of boogvormig, lopende wonden worden toegepast, onafhankelijk van het feit, of het openstaande, snij-, scheur- of kneuswonden in het operatie- alsmede in het gele-genheidswondgebied betreft.

De uitvinding gaat uit van een bekende inrichting van de in de aanhef genoemde soort alsmede voor het in de aanhef beschreven doel (DE 37 06 599 C2). Bij deze uitvoeringsvorm is de ritssluiting met betrekking tot de sluitdeelreeksen en de draagbanden een voor textiel-kledingsstukken gebruikelijke, flexibele ritssluiting met rekarme draagbanden en in de gekoppelde toestand stuikvaste sluitdeelreeksen uit polyester of polyamide. Op de naar de wond toegekeerde onderzijde zijn op een afstand van de sluitdeelreeksen op de draagbanden een vrije ruimte voor de wond vormende afstandsstroken aangebracht. De inrichting voor de lijmverbinding bestaat uit met draagbanden verbonden, met een overmaat voorbij de draagbanden uitstekende lijmstroken met een aan de huidzijde gelegen, huidvriendelijke lijmlaag. De draagbanden zijn ten minste over een gedeelte van hun breedte aan de onderzijde bekleed met de lijmstrook. De lijmstroken inclusief de over maten bezitten een breedte, die geschikt is voor het opnemen van de dwarstrekkrachten bij een door de ritssluiting gesloten wond met stotende, dat wil zeggen tegen elkaar gedrukte wondranden. De bekende inrichting heeft zich bewezen en voldoet in medicinaal opzicht aan alle vereisten. Ze is echter in fabricagetechnisch opzicht gecompliceerd, hetgeen in het bijzonder storend is vanwege het feit, dat het bij deze inrichtingen uitgesproken massaprodukten betreft.

Aan de uitvinding ligt het technische probleem ten grondslag, om een inrichting met de in de aanhef genoemde opbouw alsmede de in de aanhef beschreven bestemming zodanig te verschaffen, dat ze zeer eenvoudig kan worden vervaardigd en in het bijzonder een flexibele industriële massafabricage toestaat.

Voor het bereiken van deze doelstelling is het onderwerp van de uitvinding een inrichting voor het sluiten van een wond, in het bijzonder een zich in hoofdzaak volgens een rechte lijn uitstrekkende operatiewond, die een uit twee textiel-draagbanden en daarop aangebrachte sluitdeelreeksen bestaande ritssluiting met ritssluitingschuif omvat en langs de wondranden op de huid van de patiënt lijmbaar is, waarbij de combinatie van de volgende kenmerken is gerealiseerd: a) De draagbanden van de ritssluiting zijn om een langs-vouwrand tot een dubbel draagbandgebied met een op de sluitdelen aangesloten draagbandstrook en een omslag-draagbandstrook omgevouwen, b) tussen de op de sluitdelen aangesloten draagbandstro-ken en de omslagdraagbandstrook is een een vrije ruimte voor de wond vormende afstandsstrook aangebracht, c) op het vrijliggende oppervlak van de omslagdraagbandstrook is direct of indirect een huidvriendelijke lijm aangebracht, waarbij de op de ritssluitingdelen aangesloten draagbandstrook, de omslagdraagbandstrook en de afstandsstrook in het dubbele bandgebied met elkaar zijn verbonden.

Teneinde de dwarstrekkrachten op te nemen, die tijdens het sluiten van een openstaande wond door het sluiten van de tijdens het op de huid van de patiënt lijmen langs de beide wondranden lopende ritssluitingstrook optreden, moet een voldoende grote breedte van het plakkende oppervlak worden toegepast. Hiertoe leert de uitvinding, dat de draagbanden van de ritssluiting telkens een breedte van een aantal centimeters bezitten en in het midden van hun breedte de langsvouwrand is aangebracht. Bovendien is bij voorkeur de vormgeving zodanig, dat de van de lijmlaag voorziene omslag-draagbandstroken een breedte van een aantal centimeters bezitten.

De uitvinding gaat uit van het inzicht, dat een gebruikelijke ritssluiting gemakkelijk en zonder grote verandering van de fabricagetechniek van draagbanden kan worden voorzien, die een voldoende grote breedte bezitten om, indirect of direct van een lijm voorzien, de in het voorgaande reeds aangeduide, tijdens het sluiten van een wond door het sluiten van de ritssluiting optredende dwarstrekkrachten op te nemen. In zoverre past de uitvinding met de ritssluitingen, waarvan de draagbanden op de beschreven wijze zijn uitgevoerd, ritssluitingen toe, die met de gebruikelijke fabricage-inrichtingen voor ritssluitingen eenvoudig kunnen worden vervaardigd. Geschikte bandweefautomaten of bandbrei-automaten zijn in groten getale bekend en geschikt gebleken. De andere arbeidsstappen, die vereist zijn om uit dit voor-produkt in de vorm van een ritssluiting de inrichting volgens de uitvinding te vervaardigen, zijn eenvoudig en kunnen zowel op eenvoudige wijze met de hand alsmede op eenvoudige wijze automatisch worden uitgevoerd.

In detail bestaan binnen het kader van de uitvinding diverse mogelijkheden voor het verder ontwikkelen en vormgeven. Aangezien de een vrije ruimte voor de wond vormende afstandsstroken in het gebied van de sluitdeelreeksen de vrije ruimte voor de wond definiëren, geniet het de voorkeur, om de een vrije ruimte voor de wond vormende afstandsstroken ongeveer de breedte van het dubbele bandgebied te verschaffen en als invoegingen uit te voeren. De afstandsstroken kunnen geweven, gebreid of uit nonwoven vliesstroken met voldoende grote dikte vervaardigd zijn, waarbij natuurlijke vezels of kunststofvezels resp. kunststoffilamenten kunnen worden toegepast.

De huidvriendelijke lijm kan op diverse manieren worden aangebracht. Bij een uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding is de huidvriendelijke lijm als hecht-pleisterlijm uitgevoerd en direct op het vrijliggende oppervlak van de omslagdraagbandstrook aangebracht. Er bestaat echter ook de mogelijkheid, om de vormgeving zodanig te kiezen, dat de huidvriendelijke lijm op een hechtpleisterkleef-band is aangebracht en deze tegen het vrij liggende oppervlak van de omslagdraagbandstrook is gelegd alsmede met de omslagdraagbandstrook is verbonden. Wanneer grote dwarstrekbe-lastingen moeten worden opgenomen, wanneer het bijvoorbeeld ver openstaande wonden betreft, leert de uitvinding, dat de hechtpleisterkleefband aan de van de sluitdeelreeksen afgekeerde zijde voorbij de omslagdraagbandstrook uitsteekt.

De verbinding van de beschreven onderdelen met elkaar kan op verschillende manieren geschieden, bijvoorbeeld ook door lijmen. Volgens een de voorkeur genietende uitvoeringsvorm van de uitvinding zijn de draagbandstrook, de een vrije ruimte voor de wond vormende afstandsstrook en de omslagdraagbandstrook in het dubbele bandgebied door naainaden en/of hechtnaden met elkaar verbonden.

Bij een andere uitvoeringsvorm zijn de draagbandstrook, de een vrije ruimte voor de wand vormende afstandsstrook, de omslagdraagbandstrook alsmede de hechtpleisterkleefband aan elke langszijde van de ritssluiting in het dubbele bandgebied door naainaden en/of hechtnaden met elkaar verbonden. Uit bedieningstechnische overwegingen tijdens het sluiten van een wond is het aan te bevelen om op de draagbanden aan de beginzijde en aan de eindzijde vasthoud-lussen aan te sluiten.

De uitvinding wordt hierna aan de hand van een slechts een uitvoeringsvoorbeeld weergevende tekening nader toegelicht. Hierin tonen in schematische weergave Fig. 1 een bovenaanzicht van een inrichting volgens de uitvinding,

Fig. 2 een doorsnede in de richting A-A door het voorwerp van fig. 1,

Fig. 3 overeenkomstig fig. 2 een doorsnede door een andere uitvoeringsvorm van de inrichting,

Fig. 4 overeenkomstig fig. 2 een doorsnede door een andere uitvoeringsvorm van de inrichting,

Fig. 5 overeenkomstig fig. 2 een doorsnede door nog een andere uitvoeringsvorm, en

Fig. 6 een bovenaanzicht van een inrichting volgens de uitvinding met geopende ritssluiting tijdens het sluiten van een operatiewond met behulp van deze inrichting. De in de figuren weergegeven inrichting dient voor het sluiten van een wond, in het bijzonder een zich hoofdzaak volgens een rechte lijn uitstrekkende operatiewond W, die een uit twee textiel-draagbanden 1 en daarop aangebrachte sluitdeelreeksen 2 bestaande ritssluiting met ritsslui-tingschuif 3 omvat en langs de wondranden op de huid van een patiënt lijmbaar is. In zoverre wordt verwezen naar fig. 6.

Uit een vergelijkende beschouwing, in het bijzonder van de fig. 2 tot 5, blijkt, dat de draagbanden 1 van de ritssluiting om een langsvouwrand 4 tot een dubbel bandge-bied met een op de ritssluiting deelreeksen 2 aangesloten draagbandstrook 5 en een omslagbandstrook 6 zijn omgevouwen. Tussen de op de ritssluitingdeelreeksen 2 aangesloten draagbandstrook 5 en de omslagdraagbandstrook 6 is een een vrije ruimte voor de wond vormende afstandsstrook 7 aangebracht.

Op het vrijliggende oppervlak van de omslagdraagbandstrook 6 is direct of indirect een huidvriendelijke lijm 8 aangebracht. De rangschikking is zodanig, dat de op de ritssluitingdeelreeksen 2 aangesloten draagbandstrook 5, de omslagdraagbandstrook 6 en de afstandsstrook 7 in het dubbele bandgebied met elkaar zijn verbonden.

De draagbanden 1 van de ritssluiting kunnen telkens een breedte van een aantal centimeters bezitten, en in het midden van hun breedte is de langsvouwrand 4 geplaatst. Wanneer grote dwarstrekkrachten moeten worden opgenomen, zal men de rangschikking zodanig kiezen, dat de van lijm 8 voorziene omslagdraagbandstroken 6 een breedte van een aantal centimeters bezitten.

De een vrije ruimte voor de wond vormende afstands-stroken 7, die in het bijzonder in het gebied van de wond W moeten werken, bezitten zoals in de tekeningen is weergegeven bij voorkeur ongeveer de breedte van het dubbele bandge- bied. Ze zijn als textiel-invoegingen uitgevoerd. Ze kunnen geweven, gebreid of als nonwoven-vliesstroken met een voldoende grote dikte zijn uitgevoerd.

Volgens een de voorkeur genietende uitvoeringsvorm van de uitvinding is de huidvriendelijke lijm 8 als hecht-pleisterlijm uitgevoerd, doch direct op het vrijliggende oppervlak van de omslagdraagbandstrook 6 aangebracht. In zoverre wordt verwezen naar de fig. 2 en 5. Uit een vergelijkende beschouwing van deze beide figuren ziet men tevens, dat de zogenaamde vrije ruimte 9 voor de wond met betrekking tot zijn breedte verschillend kan zijn uitgevoerd, waarbij het slechts vereist is, om de omslagdraagbandstrook 6 en de afstandsstrook 7 breder of minder breed uit te voeren. De huidvriendelijke lijm 8 kan echter ook op een hechtpleister-kleefband 10 worden aangebracht. Hiertoe wordt verwezen naar de fig. 3 en 4. Men ziet, dat de hechtpleisterkleefband 10 tegen het vrijliggende oppervlak van de omslagdraagbandstrook 6 is gelegd alsmede met de omslagdraagbandstrook 6 is verbonden. Zonder meer kan, wanneer zeer grote dwarstrek-krachten moeten worden opgenomen, de vormgeving zodanig gekozen worden, dat de hechtpleisterkleefband 10 aan de van de afsluitdeelreeksen 2 afgekeerde zijde aan elke ritssluiting-zijde voorbij de omslagdraagbandstroken 4 uitsteekt. Dit verduidelijkt fig. 4. De breedte van de overmaat hangt af van de op te nemen trekbelastingen.

In de figuren werd aangeduid, dat de draagbandstroken 1, de een vrije ruimte voor de wond vormende afstandsstrook 7 en de omslagdraagbandstrook 6 in het dubbele bandgebied door naainaden en/of hechtnaden 11 met elkaar zijn verbonden. Bij de uitvoeringsvorm met hechtpleisterkleefbanden 10 zal men de draagbandstroken 1, de een vrije ruimte voor de wond vormende afstandsstroken 7, de omslagdraagbandstroken 6 alsmede de hechtpleisterkleefbanden 10 in het dubbele bandgebied door naainaden of hechtnaden 11 met elkaar verbinden, hetgeen de figuren 3 en 4 aanduiden. In de fig. 1 en 6 werd aangeduid, dat op de draagbanden 1 aan de beginzijde en aan de eindzijde vasthoudlussen 12 zijn aangesloten. Tijdens het sluiten van de ritssluiting, een proces waarbij de randen van de eerst openstaande wond W als het ware stotend op een gelijk niveau tegen elkaar worden getrokken, grijpt de chirurg enerzijds de ritssluitingschuif 3 met zijn handgreep 13 vast en anderzijds de aan het gesloten uiteinde van de ritssluiting aangebrachte vasthoudlus 12. De ritssluitingschuif 3 wordt zo ver schuivend bewogen, totdat de ritssluiting volledig is gesloten, waarbij de wondranden zoals beschreven naar elkaar worden getrokken. Wanneer de ritssluiting wordt geopend zal men omgekeerd aan het open uiteinde van de ritssluiting de vasthoudlus 12 vasthouden en de ritssluitingschuif 3 in de openingsrichting bewegen. Dat kan bijvoorbeeld ter controle van het genezingsproces ter plaatse van de wond W vereist zijn. In ieder geval kan met behulp van de vasthoudlussen 12 worden bewerkstelligd, dat de trekkrachten, die optreden wanneer de ritssluiting met behulp van de ritssluitingschuif 3 wordt gesloten of opnieuw wordt geopend, niet via de lijm 8 door de huid van de patiënt moeten worden opgenomen, doch veeleer door de handen van de chirurg, die enerzijds de ritssluitingschuif 3 en anderzijds een voor het opnemen van de trekkrachten uitgevoerde vasthoudlus 12 vastgrijpen. Het spreekt voor zich, dat de draagbanden 1 van de ritssluiting, de een vrije ruimte voor de wond vormende afstandsstroken 7 en eventueel de lijm 8 resp. de hechtpleisterkleefbanden 10 ventilatiegaten 14 in de vorm van uitponsingen kunnen bezitten.

Claims (10)

1. Inrichting voor het sluiten van een wond, in het bijzonder een zich in hoofdzaak volgens een rechte lijn uitstrekkende operatiewond, die een uit twee textiel-draagban-den en daarop aangebrachte sluitdeelreeksen bestaande ritssluiting met ritssluitingschuif omvat en langs de wondranden op de huid van de patiënt lijmbaar is, waarbij de combinatie van de volgende kenmerken is gerealiseerd: a) De draagbanden van de ritssluiting zijn om een langs-vouwrand tot een dubbel draagbandgebied met een op de sluitdelen aangesloten draagbandstrook en een omslag-draagbandstrook omgevouwen, b) tussen de op de sluitdelen aangesloten draagbandstro-ken en de omslagdraagbandstrook is een een vrije ruimte voor de wond vormende afstandsstrook aangebracht, c) op het vrijliggende oppervlak van de omslagdraagbandstrook is direct of indirect een huidvriendelijke lijm aangebracht, waarbij de op de ritssluitingdelen aangesloten draagbandstrook, de omslagdraagbandstrook en de afstandsstrook in het dubbele bandgebied met elkaar zijn verbonden.

2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de draagbanden van de ritssluiting telkens een breedte van een aantal centimeters bezitten en in het midden van hun breedte de langsvouwrand is aangebracht.

3. Inrichting volgens een der conclusies 1 of 2, waarbij de van de lijmlaag voorziene omslagdraagbandstroken een breedte van een aantal centimeters bezitten.

4. Inrichting volgens een der conclusies 1 tot 3, waarbij de een vrije ruimte voor de wond vormende afstands-stroken ongeveer de breedte van het dubbele bandgebied bezitten en als textielinvoegingen zijn uitgevoerd.

5. Inrichting volgens een der conclusies 1 tot 4, waarbij de huidvriendelijke lijm als hechtpleisterlijm is uitgevoerd en direct op het vrijliggende oppervlak van de omslagdraagbandstrook is aangebracht.

6. Inrichting volgens een der conclusies 1 tot 4, waarbij de huidvriendelijke lijm op een hechtpleisterkleef-band is aangebracht en deze tegen het vrijliggende oppervlak van de omslagdraagbandstrook is gelegd alsmede met de om-slagdraagbandstrook is verbonden.

7. Inrichting volgens conclusie 6, waarbij de hecht-pleisterkleefband aan de van de sluitdeelreeksen afgekeerde zijde voorbij de omslagdraagbandstrook uitsteekt.

8. Inrichting volgens een der conclusies 1 tot 6, waarbij de draagbandstrook, de een vrije ruimte voor de wond vormende afstandsstrook en de omslagdraagbandstrook in het dubbele bandgebied aan elke langszijde van de ritssluiting voor naainaden en/of hechtnaden met elkaar zijn verbonden.

9. Inrichting volgens conclusie 7, waarbij de draag-bandstrook, de een vrije ruimte voor de wand vormende afstandsstrook, de omslagdraagbandstrook alsmede de hecht-pleisterkleefband aan elke langszijde van de ritssluiting in het dubbele bandgebied door naainaden en/of hechtnaden met elkaar zijn verbonden.

10. Inrichting volgens een der conclusies 1 tot 9, waarbij op de draagbanden aan de beginzijde en aan de eind-zijde vasthoudlussen zijn aangesloten.