NL9400124A - Bouwwerk en bouwelement daarvoor. - Google Patents

Description

BOUWWERK EN BOUWELEMENT DAARVOOR

De uitvinding betreft een bouwwerk en een bouwelement waarmee op eenvoudige wijze dat bouwwerk solide kan worden opgericht.

Er zijn vele bouwelementen bekend. Naast de van oudsher bekende bakstenen zijn grote bouwelementen bekend waarmee beoogd wordt een bouwwerk sneller op te kunnen richten. Grote bouwelementen hebben echter het bezwaar van een groter gewicht. Hedentendage bekende grote bouwelementen zijn veelal zo zwaar dat deze niet meer door een persoon zonder hulpmiddelen gehanteerd kan worden. De met dergelijke grote bouwelementen bereikte winst door sneller werken, gaat gedeeltelijk weer teniet doordat werktuigen gebruikt moeten worden voor het verplaatsen van de bouwelementen.

De uitvinding beoogt nu een bouwelement te verschaffen dat bij behoorlijke afmetingen een zodanig beperkt gewicht heeft dat dit nog door een persoon zonder werktuigen is te hanteren. Een met dergelijke bouwelementen vervaardigd bouwwerk is gekenmerkt in conclusie 1. Tussen de plaatvormige zijdelen kan een aanzienlijke tussenruimte aanwezig zijn zodat bij aanzienlijke buitenafmetingen van het bouwelement toch een relatief laag gewicht wordt verkregen. Doordat van elk bouwelement het verbindingsdeel passend uitsteekt tussen zijdelen van een aangrenzend bouwelement grijpen de bouwelementen van het bouwwerk stevig in elkaar, waardoor een solide constructie wordt verkregen. Voor bepaalde toepassingen kan het bouwwerk zelfs uit droog gestapelde bouwelementen worden samengesteld. De samenhang van de bouwelementen is daarvoor voldoende groot.

Bij voorkeur wordt de maatregel van conclusie 2 toegepast. Door de aanwezige aanzienlijke tussenruimte tussen de zijdelen te vullen met isolatiemateriaal kan een zeer hoge isolatiewaarde van het bouwwerk worden verkregen.

Een geschikte uitvoering wordt daarbij gekenmerkt in conclusie 3. Het uithardende bindmiddel verbindt het zich door de aangrenzende ruimtes tussen de zijdelen van de elementen uitstrekkende vulmiddel tot een samenhangend geheel, waardoor eveneens de bouwelementen tot een samenhangend solide bouwwerk worden verenigd.

De maatregel van conclusie 4 is gebleken een gunstig resultaat te hebben. De snippers van afvalhout geïntegreerd met het cementhoudende bindmiddel leveren een isolatiemateriaal met een zeer aanzienlijke isolatiewaarde. Bovendien wordt een goede stevige verbinding van de bouwelementen door het uitgeharde geïmpregneerde vulmiddel verkregen.

Een geschikte uitvoeringsvorm van een bouwelement volgens de uitvinding is gekenmerkt in conclusie 5. Door het verbindingsdeel plaatvormig uit te voeren kan met relatief weinig materiaal voor het verbindingsdeel worden volstaan, hetgeen bijdraagt tot het gewenste geringe totaalgewicht van het bouwelement.

Een zeer gunstige ontwikkeling is gekenmerkt in conclusie 6. In een halfsteens verband strekt het buiten de zijdelen uitstekend gedeelte van het verbindingselement zich uit ter hoogte van de voeg van de aangrenzende laag bouwelementen. De bouwelementen worden hierdoor nauwkeurig ten opzichte van elkaar uitgelijnd, zodat zonder bijzondere maatregelen bijzonder eenvoudig een strakke rechte wand is op te bouwen.

Met de maatregel van conclusie 7 wordt op gunstige wijze bereikt dat het bovenvlak van de verbindingsdelen van één laag bouwelementen in hoofdzaak op hetzelfde niveau komt te liggen als het ondervlak van de verbindingsdelen van de daarboven liggende laag bouwelementen. Hierdoor is het mogelijk om bij het opbouwen van een muur van de bouwelementen leidingen op de verbindingsdelen te leggen, eventueel nadat deze laatste van een uitsparing zijn voorzien, waarbij deze leidingen dan door de daarboven aan te brengen laag bouwelementen wordt gefixeerd.

Door toepassing van de maatregel van conclusie 8 wordt het mogelijk om van de bouwelementen wanden op te bouwen die onder een hoek van 90* op elkaar staan.

Een gunstige verdere ontwikkeling is gekenmerkt in conclusie 9. Het daar gekenmerkte bouwelement maakt een zeer fraaie afgeronde hoek tussen twee wanden mogelijk.

Een op geschikte wijze vervaardigd bouwelement volgens de uitvinding is gekenmerkt in conclusie 10. Plaatvormig materiaal kan over het algemeen voor relatief geringe kosten worden vervaardigd zodat het uit deze plaatvormige delen samengestelde bouwelement eveneens voor relatief geringe kosten kan worden vervaardigd.

Een geschikt materiaal voor het bouwelement volgens de uitvinding is gekenmerkt in conclusie 11.

De uitvinding wordt verder toegelicht in de volgende beschrijving aan de hand van de in de figuren getoonde voorbeelden.

Fig. 1 is een perspectivisch aanzicht van een bouwelement volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding.

Fig. 2 is een gedeeltelijk weggebroken perspectivisch aanzicht gedeeltelijk met uiteengenomen delen van een met de bouwelementen van fig. 1 vervaardigd bouwwerk.

Fig. 3 is een gedeeltelijk met fig. 2 overeenkomend aanzicht van een enigszins andere uitvoering van het bouwwerk volgens de uitvinding.

Fig. 4 toont een gedeeltelijk aanzicht met gedeeltelijk uiteengenomen delen van een andere uitvoeringsvorm van het bouwwerk volgens de uitvinding.

Het in fig. 1 getoonde bouwelement volgens de uitvinding omvat twee plaatvormige zijdelen 2 die op een afstand evenwijdig aan elkaar met elkaar zijn verbonden door een verbindingsdeel 3. Het verbindingsdeel 3 is bij deze voorkeursuitvoeringsvorm eveneens plaatvormig en door lijmen met de zijdelen 2 verbonden.

Zoals fig. l laat zien zijn de zijdelen 2 van het bouwelement 1 rechthoekig en is het verbindingsdeel 3 halverwege de zijdelen aangebracht dat zich dwars op de zijdelen 2 tussen deze uitstrekt. Het verbindingsdeel 3 steekt over de helft van de hoogte tussen de zijdelen 2 uit en over in hoofdzaak dezelfde afstand boven de zijdelen 2 uit. Het verbindingsdeel 3 heeft dus zelf een hoogte die ongeveer gelijk is aan de hoogte van de zijdelen 2. Verder is van het bouwelement 1 de lengte 4 tweemaal zo groot als de breedte 5.

Fig. 2 toont een bouwwerk 10 in de vorm van een muur dat met bouwelementen 1 is opgericht. De bouwelementen 1 zijn in een halfsteens verband opgenomen. Het zal duidelijk zijn dat van een bouwelement het gedeelte van het verbindingsdeel 3 dat boven de zijdelen 2 uitsteekt tussen de zijdelen van het zich daarboven bevindende bouwelement steekt. Door het halfsteense verband steken de uitstekende gedeelten van de verbindingsdelen 3 juist ter hoogte van de voeg tussen twee opeenvolgende bouwelementen uit. Hierdoor worden de zijdelen van deze opeenvolgende bouwelementen nauwkeurig in eikaars verlengde gepositioneerd. Daarbij worden deze zijdelen tegelijkertijd in hetzelfde vlak als het daaronder liggende zijdeel gepositioneerd. Deze onderlinge relatie geldt voor alle bouwelementen, zodat de zijdelen 2 van alle bouwelementen nauwkeurig in één vlak komen te liggen. De aldus opgebouwde muur 10 wordt dus zonder bijzondere maatregelen vanzelf recht en strak.

Doordat de verbindingsdelen 3 van de bouwelementen I dezelfde hoogte hebben als de zijdelen 2 liggen de bovenkanten van de verbindingsdelen van één laag bouwelementen nagenoeg in hetzelfde vlak als de onderkanten van de verbindingsdelen van de daarboven liggende laag bouwelementen.

In de muur 10 is deze eigenschap benut door op de verbindingsdelen van de derde laag van boven een leiding 11 te leggen die vervolgens gefixeerd is door de verbindingsdelen 3 van de tweede laag van boven. Wanneer deze leiding 11 een stijve leiding is, wordt in de bovenkant van de verbindingsdelen een uitsparing gevormd, bijvoorbeeld door daarvan een hoek af te zagen, De in fig. 2 getoonde leiding II is een elektrische leiding die uitkomt in een doos 12, en waardoorheen elektriciteitsdraden naar de doos 12 worden gevoerd. Indien gebruik gemaakt wordt van flexibele leidin- gen hoeven de uitsparingen in de uitstekende gedeelten van de verbindingsdelen 3 niet te worden aangebracht.

Zoals uit fig. 2 duidelijk zal zijn is tussen de op elkaar aansluitende zijdelen van de bouwelementen een zeer aanzienlijke holle ruimte aanwezig. Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding wordt deze ruimte na het opbouwen van het bouwwerk gevuld met isolatiemateriaal 14. Dit. isolatiemateriaal 14 kan elk geschikt isolatiemateriaal zijn, zoals keramische of glasvezel, schuim of dergelijke.

Bij voorkeur is dit isolatiemateriaal echter een los in de ruimte gestort vulmiddel dat met een uithardend bindmiddel is geïmpregneerd. Gunstig is bijvoorbeeld een vulmiddel dat bestaat uit snippers van afvalhout dat ge-mpregneerd is met een cementhoudend bindmiddel.

Wanneer de muur 10 de beoogde hoogte heeft bereikt wordt deze nog niet aan de bovenzijde afgewerkt maar wordt het vulmiddel in de vorm van snippers van afvalhout in de holle ruimte in de muur gestort waarna dun vloeibare cement-mortel van bovenaf over het bindmiddel wordt gegoten in een zodanige hoeveelheid dat dit tot onder in de ruimte kan druipen. Na het uitharden van de cementmortel vormt het isolatiemateriaal 14 een samenhangend geheel met een goede isolatiewaarde dat bovendien de bouwelementen volledig tot een geheel met elkaar verbindt. De muur 10 kan dus door droog stapelen worden opgebouwd en het onderlinge verband wordt, behalve door het mechanische verband van de in elkaar grijpende bouwelementen, verzekerd door het uitgeharde vulmiddel van het isolatiemateriaal.

De muur 10 van fig. 2 wordt aan de bovenkant afgewerkt door daarop dekelementen 15 te plaatsen. Ook deze dek-elementen worden door de uitstekende gedeelten van de verbindingsdelen 3 nauwkeurig gepositioneerd.

In plaats van dekelementen 15 kan ook de bovenste laag bouwelementen omgekeerd worden geplaatst waarbij de uitstekende gedeelten van de verbindingsdelen 3 dus naar beneden steken. De bovenkant van de muur kan dan met vlakke dekelementen 15 worden afgewerkt.

De kopse kant van de muur 10 wordt afgewerkt met sluitelementen 16 die dezelfde dikte hebben als de verbindingsdelen 3 en aan de randen over de helft van de dikte van groeven zijn voorzien, zodat een tussen de zijdelen uitstekend verdikt gedeelte wordt gevormd. Ter plaatse van de versprongen bouwelementen worden vulelementen 17 aangebracht, ter grootte van de helft van de zijdelen 2. De sluitelementen 16 kunnen in hoogterichting verschoven worden aangebracht, bijvoorbeeld over de helft van de hoogte van de zijdelen, zodat de vulelementen aan één zijkant aanliggen tegen een uitstekend gedeelte van het verbindingsdeel 3 en aan de andere kant tegen het uitspringende gedeelte van het sluitelement 16 en aldus nauwkeurig in het zijvlak worden gepositioneerd.

De sluitelementen 16 kunnen ook worden gebruikt indien twee haaks op elkaar staande muren ter plaatse van een hoek met elkaar moeten worden verbonden. De afstand tussen het buitenvlak van een aangebracht sluitelement 16 en het naar dezelfde zijde gekeerde zijvlak van het verbindingsdeel 3 is gelijk aan de breedte 5 van een bouwelement, zodat een dergelijke hoekoplossing op een voor een halfsteens verband gebruikelijke wijze kan worden gevormd.

Fig. 3 toont een alternatieve oplossing voor de kopse kant van een muur. Hierbij wordt een U-vormig sluitelement 18 toegepast dat nauwkeurig past in de uitsparingen ter grootte van ongeveer een half bouwelement. Aan de bovenkant van de muur kunnen de uitstekende verbindingsdelen 3 worden afgezaagd om een vlakke afwerking van de bovenkant van de muur mogelijk te maken.

Fig. 4 toont een hoekoplossing met speciale bouwelementen 20, 24 waardoor een afgeronde hoek wordt gevormd. Het bouwelement 20 heeft twee plaatvormige zijdelen 21, 22 die niet vlak zijn maar gekromd ten opzichte van een buiten het element liggend gemeenschappelijk middelpunt. De zijdelen 21 en 22 zijn daarbij beide over 90"gekromd. In het midden tussen de zijdelen 21 is weer een verbindingsdeel 23 aangebracht.

Teneinde het halfsteens verband ook ter plekke van deze hoekoplossing te kunnen voortzetten, is een tweede bouwelement 24 nodig waarvan de zijdelen 25, 26 dezelfde vorm hebben als de zijdelen 21 respectievelijk 22 van het bouwelement 20, met aan weerseinden een verlenging ter grootte van een half zijdeel van een bouwelement 1. Dit bouwelement 24 is voorzien van twee verbindingsdelen die op de juiste wijze versprongen ten opzichte van het verbindingsdeel 23 van een daaronder liggend bouwelement 20 zijn aangebracht. Eventueel kan voor de sterkte een extra verbindingsdeel worden toegepast dat in fig. 4 met stippellijnen is aangeduid.

Hoewel in de figuren telkens een verticale wand als bouwwerk volgens de uitvinding is getoond, kan een dergelijk bouwwerk ook een vloerconstructie zijn. Door de goede samenhang van de bouwelementen in het bouwwerk volgens de uitvinding kan een goed draagvermogen worden bereikt. Doordat de bouwelementen dus zowel in verticale wanden als horizontale vloeren kunnen worden toegepast, is een grote verscheidenheid van constructies mogelijk.

Een geschikt materiaal voor de bouwelementen is schuimbeton. De bouwelementen worden hierdoor licht van gewicht en verkrijgen een hoge isolatiewaarde. Andere materialen zijn uiteraard mogelijk. Indien die materialen worden toegepast met een goede warmtegeleidbaarheid, kunnen de verbindingsdelen zelfs zodanig geconstrueerd worden dat warmtetransport via deze verbindingsdelen wordt geminimaliseerd. Dit kan worden bereikt door gaten in deze verbindingsdelen aan te brengen waardoor koude-bruggen zoveel mogelijk worden vermeden.

De in de figuren getoonde uitvoeringsvormen van het bouwelement volgens de uitvinding zijn slechts een voorbeeld en vele andere mogelijkheden vallen binnen het kader van de conclusies. Zo kan elk bouwelement meer dan één tussendelen bevatten. Een mogelijkheid is bijvoorbeeld een variant van het bouwelement 1 waarbij een extra tussendeel aan één einde en over de helft van de dikte tussen de zijdelen uitstekend is aangebracht. Verder is ook een bouwelement mogelijk waarbij de zijdelen ten opzichte van elkaar evenwijdig aan hun vlak zijn verschoven. Een mogelijkheid is een verschuiving over de helft van de lengte van een zijdeel, met twee tussendelen, telkens één halverwege elk van de zijdelen. Al deze en andere mogelijke uitvoeringsvormen zoals liggend binnen het kader van de conclusies, zijn mede onder de uitvinding begrepen.

Claims (11)

1. Bouwwerk van een aantal bouwelementen elk omvattende twee plaatvormige zijdelen welke op een afstand evenwijdig aan elkaar met elkaar zijn verbonden door ten minste één verbindingsdeel dat gedeeltelijk buiten de omtrek van die zijdelen en passend tussen zijdelen van een aangrenzend bouwelement uitsteekt.

2. Bouwwerk volgens conclusie 1, waarbij de ruimte tussen de aaneensluitende zijdelen gevuld is met isolatiemateriaal.

3. Bouwwerk volgens conclusie 2, waarbij het isolatiemateriaal gevormd is door het met een uithardend bindmiddel impregneren van los in de ruimte gestort vulmiddel.

4. Bouwwerk volgens conclusie 3, waarbij het vulmiddel snippers van afvalhout omvat en het bindmiddel een dunvloeibare cementmortel die na het aanbrengen van het vulmiddel van bovenaf in de ruimte isgegoten.

5. Bouwelement voor een bouwwerk volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het verbindingsdeel eveneens plaatvormig is.

6. Bouwelement volgens conclusie 5, waarbij de zijdelen rechthoekig zijn en één verbindingsdeel aanwezig is halverwege de zijdelen, dat zich dwars op de lengte van de zijdelen uitstrekt.

7. Bouwelement volgens conclusie 6, waarbij het verbindingsdeel zich over een afstand gelijk aan de helft van de breedte van de zijdelen tussen de zijdelen uitstrekt en over een in hoofdzaak gelijke afstand buiten de zijdelen.

8. Bouwelement volgens één van de voorgaande conclusies 5-7, waarbij de zijdelen rechthoekig zijn en de lengte daarvan tweemaal zo groot is als de afmeting van het bouwelement dwars op de zijdelen.

9. Bouwelement voor een bouwwerk volgens conclusie 1 of 2, waarbij de twee plaatvormige zijdelen ten opzichte van een buiten het element liggend gemeenschappelijk middelpunt en over eenzelfde hoek zijn gekromd.

10. Bouwelement voor een bouwwerk volgens één van de conclusies 5 - 9, waarbij de plaatvormige zijdelen en het ten minste éne verbindingsdeel door lijm met elkaar zijn verbonden.

11. Bouwelement volgens één van de voorgaande conclusies 5 - 10f vervaardigd van een geschuimd bouwmateriaal zoals schuimbeton.