NL9301114A - Werkwijze en inrichting voor het openen van enveloppen en het afscheiden van de inhoud daarvan. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het openen van enveloppen en het afscheiden van de inhoud daarvan. Download PDF

Info

Publication number
NL9301114A
NL9301114A NL9301114A NL9301114A NL9301114A NL 9301114 A NL9301114 A NL 9301114A NL 9301114 A NL9301114 A NL 9301114A NL 9301114 A NL9301114 A NL 9301114A NL 9301114 A NL9301114 A NL 9301114A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
contents
envelopes
envelope
engaging
flaps
Prior art date
Application number
NL9301114A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Berthom Mail Systems Benelux B
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Berthom Mail Systems Benelux B filed Critical Berthom Mail Systems Benelux B
Priority to NL9301114A priority Critical patent/NL9301114A/nl
Publication of NL9301114A publication Critical patent/NL9301114A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B43WRITING OR DRAWING IMPLEMENTS; BUREAU ACCESSORIES
    • B43MBUREAU ACCESSORIES NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B43M7/00Devices for opening envelopes
    • B43M7/02Devices for both opening envelopes and removing contents

Landscapes

  • Supplying Of Containers To The Packaging Station (AREA)

Description

Werkwijze en inrichting voor het openen van enveloppen en het afscheiden van de inhoud daarvan
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het openen van enveloppen en het afscheiden van de inhoud daarvan, waarbij de enveloppen met inhoud één voor één worden getransporteerd en tijdens het transport aan tenminste drie randen worden geopend, waarna elke envelop, met de geopende randen aan de voorzijde en zijkanten, verder wordt getransporteerd en een flap gedwongen van de inhoud wordt weggeleid.
Een dergelijke werkwijze is bijvoorbeeld bekend uit het Britse octrooischrift 1.506.409 en het Amerikaanse oc-trooischrift 4.295.321. Bij deze bekende werkwijzen wordt de onderste flap van een getransporteerde envelop door een als vacuümrol uitgevoerd aangrijporgaan van de inhoud en de bovenste flap weggeleid, waarna de bovenste flap en de inhoud langs een scheidingsorgaan moeten bewegen en de inhoud door de zwaartekracht van de bovenste flap loslaat. Nadeel van deze bekende werkwijzen is dat de zwaartekracht een belangrijke factor in het scheidingsproces is, hetgeen ongewenst is daar de zwaartekracht de snelheid nadelig beïnvloed en de ongedwongen bewegingen aanleiding kunnen geven tot verwerkingsfouten.
De onderhavige uitvinding heeft ten doel een werkwijze van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, die uitblinkt door een hoge maximale snelheid en een grote betrouwbaarheid.
Hiertoe wordt de werkwijze volgens de uitvinding daardoor gekenmerkt, dat beide flappen gelijktijdig gedwongen van de inhoud worden weggeleid en de doorlopende inhoud direct wordt opgevangen.
De gedwongen afbuiging van de flappen leidt tot een grote beheersbaarheid van de bewegingen, terwijl ook de inhoud snel wordt opgevangen, waardoor ook de bewegingen hiervan goed beheersbaar zijn en de inhoud desgewenst direct voor verdere bewerking kan worden afgevoerd. Hierdoor kan een grote verwerkingssnelheid worden bereikt.
De uitvinding omvat tevens een inrichting voor het openen van enveloppen en het afscheiden van de inhoud daarvan.
voorzien van middelen voor het één voor één transporteren van de enveloppen met inhoud, middelen voor het tijdens dit transport openen van tenminste drie randen van de envelop, en middelen voor het van de inhoud weggeleiden van tenminste een van de twee flappen van de enveloppen, welke middelen tenminste een transporterend aangrijporgaan omvatten voor het aangrijpen en van de inhoud wegleiden van de genoemde flap. Deze inrichting is volgens de uitvinding daardoor gekenmerkt, dat twee aangrijporganen zijn aangebracht die tegenover elkaar zijn aangebracht voor het tussen zich in vormen van een kneep voor het doorlaten van de enveloppen en aangrijpen en wegleiden van de beide aangrenzende flappen hiervan, terwijl in de trans-portrichting gezien achter de kneep een opvangorgaan voor de inhoud van de envelop is geplaatst.
Bij voorkeur zijn de aangrijporganen voorzien van zuigopenen voor het door zuiging aangrijpen van de flappen, bijvoorbeeld in de vorm van tegenoverstaande vacuümrollen.
Deze vacuümrollen verschaffen een betrouwbare afbuiging van de flappen van de envelop.
Voor het verder afvoeren van de enveloppen is het gunstig indien op tenminste een van de aangrijporganen een transporteur aansluit voor het opvangen van de betreffende flap en, in het geval de flappen aan een rand met elkaar zijn verbonden, het afvoeren van de gehele envelop met een kracht die voldoende is voor het overwinnen van de aangrijpkrachten van het andere aangrijporgaan.
Op deze wijze wordt de envelop uiteindelijk in de richting van een van de aangrijporganen afgevoerd door een verdere transporteur, waarbij is gebleken dat de benodigde kracht voor het overwinnen van de aangrijpkrachten van het andere aangrijporgaan in het geval van vacuümrollen niet groot is, daar het vacuüm in de rol gedeeltelijk wegvalt zodra de flap gedeeltelijk van de vacuümrol is weggetrokken.
Het opvangorgaan voor de inhoud van de envelop is bij voorkeur voorzien van een transporteur met een kneep waarin de inhoud kan lopen. Op deze wijze kan de inhoud snel en eventueel met verhoogde snelheid van de envelop worden weggetransporteerd.
De uitvinding zal hierna verder worden toegelicht aan de hand van de tekeningen, die een uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding weergeven.
Fig. 1 is een perspectivisch schema van een inrichting voor het openen van enveloppen en het afscheiden van de inhoud daarvan.
Fig. 2 is een op grotere schaal weergegeven aanzicht volgens de pijl P in fig. 1# waarbij verscheidene onderdelen zijn weergegeven die niet in fig. 1 zijn opgenomen.
In fig. 1 is te zien dat de inrichting is voorzien van een vacuümtransportband 1 voor het van een voorraad rechtopstaande enveloppen E één voor één afscheiden en voor bewerking toevoeren van de enveloppen E. Elke envelop E wordt dan toegevoerd aan een riemtransporteur 2 met twee paar over om-keerrollen 3 gevoerde riemen 4 die de enveloppen staand kunnen transporteren. Onder de riemtransporteur 2 bevindt zich een orgaan voor het openen van de onderzijde van de envelop E, dat in dit geval bestaat uit een frees 5 met een om een horizontale, evenwijdig aan de transportrichting verlopende as draaibaar freeswiel.
In de transportrichting gezien achter de riemtransporteur 2 is een snaartransporteur 6 opgesteld, waarvan de snaren bij de aanvoerzijde om verticale omkeerrollen 7 en bij de afvoerzijde om horizontale omkeerrollen 8 zijn gevoerd, zodanig dat een envelop E tijdens de doorgang door deze snaartransporteur 6 van een verticale stand naar een horizontale stand wordt omgeleid.
Aan het eind van de snaartransporteur 6 is een haaks daarop verlopende riemtransporteur 10 aangebracht voor het haaks verder transporteren van de enveloppen E. De transportrichting is dan zodanig, dat de envelop E met zijn reeds geopende rand naar voren en derhalve met zijn nog gesloten rand achterlopend wordt verder gevoerd. Langs de riemtransporteur 10 zijn aan weerszijden verdere frezen 11 en 12 met daarvoor gelegen uitlijnorganen geplaatst voor het achtereenvolgens openen van de tegenoverliggende korte zijden van de envelop, zodat uiteindelijk de envelop E nog slechts aan één rand ongeopend is, welke rand de onderste en bovenste flap van de envelop E met elkaar verbindt.
Fig. 1, doch in het bijzonder fig. 2 toont dat aan het eind van de riemtransporteur 10, waar nog een kogellijst 13 is aangebracht ten behoeve van het gedwongen transport van de enveloppen E, twee boven elkaar geplaatste vacuümrollen 14 en 15 zijn opgesteld, waarbij de onderste vacuümrol 15 tevens als omkeerrol voor de riemen 16 van de riemtransporteur 10 dient. De vacuümrollen 14, 15 zijn op geringe afstand van elkaar geplaatst, zodat zij tussen zich in een kneep 17 vormen waartussen een envelop E kan worden gevoerd. De vacuümrollen 14, 15 zijn over de omtrek met axiale kanalen 18 uitgevoerd die via openingen met de omtrek van de vacuümrollen 14, 15 in verbinding staan en op één uiteinde waarvan een zuigorgaan 19 aansluitbaar is. De zuigorganen 19 strekken zich slechts over een deel van de omtrek van de vacuümrollen 14, 15 uit, bijvoorbeeld over een hoek van ongeveer 60° vanaf de kneep 17 tussen de vacuümrollen 14, 15. Tijdens hun passage langs deze zuigorganen 19 worden de betreffende kanalen 18 vacuüm gezogen, waardoor een bijbehorende flap E', resp. E'' aan het om-treksoppervlak van de vacuümrol 14, 15 wordt vastgehouden.
Met de onderste vacuümrol 15 werkt een verdere riemtransporteur 20 samen, zodanig dat de riemtransporteur 20 en de vacuümrol 15 synchroon lopen en de onderste flap E’' van de envelop tussen zich in kunnen opnemen en uiteindelijk de gehele envelop kunnen afvoeren, zoals later nog zal worden toegelicht.
Nabij het afvoereinde van de riemtransporteur 20 zijn aan weerszijden van de door het teruglooppart van de riemtransporteur 10 en het transportpart van de riemtransporteur 20 onderdelen van een sensor 21 aangebracht die controleert of alleen de envelop E en geen inhoud daarvan wordt afgevoerd. Hiertoe bestaat de sensor uit een LED-zender en een lichtmeter, die meet of tijdens het langsbewegen van de envelop E geen grote verandering in de lichtdoorlaatbaarheid van de envelop optreedt, die erop duidt dat de inhoud met de envelop meebeweegt. Doordat de sensor 21 slechts verschillen in lichtdoorlaatbaarheid meet en niet op een bepaalde lichtdoorlaatbaarheid is ingesteld, kan de sensor 21 zonder wijziging van de instelling voor verschillende envelopdikten worden gebruikt.
In de transportrichting gezien achter de kneep 17 tussen de vacuümrollen 14 en 15 is een scheidingsplaat 22 aangebracht die de inhoud I van de envelop E opvangt en rechtdoor leidt. De scheidingsplaat 22 bevindt zich op een geringe af- stand onder het verlengde van de kneep 17 en op geringe afstand achter de kneep 17, zodat de inhoud I op betrouwbare wijze wordt opgevangen. Achter de scheidingsplaat 22 bevinden zich als opvangorgaan een verdere riemtransporteur 23 en met een omkeerrol 24 van de riemtransporteur 23 samenwerkende drukrol 25. Deze riemtransporteur 23 kan met een hogere snelheid worden aangedreven dan de vacuümrollen 14, 15, waardoor de inhoud I uit de envelop wordt getrokken en de inhoud I de verdere afvoer van de envelop E niet kan hinderen.
De met de in het voorgaande beschreven inrichting uit te voeren werkwijze voor het openen van de enveloppen E en het afscheiden van de inhoud I daarvan is als volgt.
De enveloppen worden allereerst door de transporteurs 2, 6, 10 langs de frezen 5, 11, 12 geleid teneinde drie randen van de enveloppen te openen, zodat de beide flappen E' en E** van de enveloppen E nog slechts via de achterlopende rand met elkaar zijn verbonden. Wanneer elke envelop E aan het einde van de riemtransporteur 20 in de kneep tussen de vacuümrollen 14, 15 aankomt, worden de flappen E' en E" door het door de zuigorganen 19 opgewekte vacuüm tegen het oppervlak van de vacuümrollen 14, 15 getrokken en volgen de flappen E' en E" derhalve de kromming van de vacuümrollen 14, 15, waardoor de flappen van de rechtdoor bewegende en door de scheidingsplaat 22 opgevangen inhoud I worden weggeleid. Doordat de beide flappen van de envelop E van de inhoud zijn weggeleid, kan de inhoud aan het voorste uiteinde in de kneep tussen de omkeerrol 24 en de drukrol 25 worden opgevangen en eventueel met verhoogde snelheid worden afgevoerd en derhalve geheel van de envelop worden gescheiden. Het voorlopende uiteinde van de onderste flap E'' van de envelop E wordt na het vacuümdeel van de vacuümrol 15 in de kneep tussen de riemtransporteur 20 en de vacuümrol 15, resp. de hierover lopende riem of riemen 16 gevoerd. Wanneer vervolgens de achterrand van de envelop E de kneep 17 tussen de vacuümrollen 14, 15 heeft bereikt, kan door de riemen 16 en 20 zoveel kracht op de onderste flap E*' worden uitgeoefend, dat de bovenste flap E' van de vacuümrol 14 kan worden losgetrokken, waarna ook de bovenste flap langs de onderste vacuümrol 15 naar beneden wordt afgevoerd. De sensor 21 controleert of met de envelop E ook niet de inhoud is meegevoerd.
Uit het voorgaande zal duidelijk zijn dat de uitvinding een zeer betrouwbare manier van het scheiden van envelop en inhoud verschaft, waarbij tevens een zeer hoge verwerkingssnelheid is te bereiken.
De uitvinding is niet beperkt tot het in de tekening weergegeven en in het voorgaande beschreven uitvoeringsvoor-beeld, dat op verschillende manieren binnen het kader van de uitvinding kan worden gevarieerd. Zo kunnen in plaats van frezen ook snijorganen voor het openen dan wel verzwakken van de randen van de envelop worden gebruikt. Ook kan de doorvoer van de envelop tussen de vacuümwielen in verticale richting plaatsvinden. Verder kunnen in plaats van vacuümrollen ook andere aangrijporganen worden gebruikt, zoals zuignappen, kleefwielen of dergelijke. Uiteraard kunnen de weergegeven transportmiddelen worden vervangen of verwisseld. Voorts kunnen de enveloppen ook aan alle vier zijden worden geopend, zodat de losse flappen onafhankelijk van elkaar kunnen worden weggeleid en afgevoerd. Het is in principe mogelijk het openen van de enveloppen en het afscheiden van de inhoud daarvan in afzonderlijke stappen resp. inrichtingen uit te voeren.

Claims (8)

1. Werkwijze voor het openen van enveloppen (E) en het afscheiden van de inhoud (I) daarvan, waarbij de enveloppen (E) met inhoud (I) één voor één worden getransporteerd en tijdens het transport aan tenminste drie randen worden geopend, waarna elke envelop (E), met de geopende randen aan de voorzijde en zijkanten, verder wordt getransporteerd en een flap (E') gedwongen wordt weggeleid, met het kenmerk, dat beide flappen (E', E'') gelijktijdig gedwongen van de inhoud (I) worden weggeleid en de doorlopende inhoud (I) direct wordt opgevangen.
2. Inrichting voor het openen van enveloppen (E) en het afscheiden van de inhoud (I) daarvan, voorzien van middelen (1, 2, 6, 10) voor het één voor één transporteren van de enveloppen met inhoud, middelen (5, 11, 12) voor het tijdens dit transport openen van tenminste drie randen van de envelop (E), en middelen (14, 15) voor het van de inhoud (I) weggeleiden van tenminste een van de twee flappen (E', E'') van de enveloppen (E), welke middelen tenminste een transporterend aangrijporgaan (14, 15) omvatten voor het aangrijpen en van de inhoud (I) wegleiden van de genoemde flap (E'), met het kenmerk, dat twee aangrijporganen (14, 15) zijn aangebracht die tegenover elkaar zijn aangebracht voor het tussen zich in vormen van een kneep (17) voor het doorlaten van de enveloppen (E) en aangrijpen en wegleiden van de beide aangrenzende flappen (E', E'') hiervan, terwijl in de transportrichting gezien achter de kneep (17) een opvangorgaan (22-25) voor de inhoud (I) van de envelop (E) is geplaatst.
3. Inrichting volgens conclusie 2, waarbij de aangrijporganen (14,1 5) zijn voorzien van zuigopeningen voor het door zuiging aangrijpen van de flappen (E', E'').
4. Inrichting volgens conclusie 3, waarbij de zuigende aangrijporganen zijn voorzien van tegenoverstaande vacu-umrollen (14,1 5).
5. Inrichting volgens een der conclusies 2-4, waarbij op tenminste een (15) van de aangrijporganen (14, 15) een transporteur (20) aansluit voor het opvangen van de betreffende flap (E'') en, in het geval de flappen (E', E'1) aan een rand met elkaar zijn verbonden, het afvoeren van de gehele envelop (E) met een kracht die voldoende is voor het overwinnen van de aangrijpkrachten van het andere aangrijporgaan (14).
6. Inrichting volgens een der conclusies 2-5, waarbij de aangrijporganen (14, 15) althans ongeveer boven elkaar zijn geplaatst en de enveloppen (E) hierdoor althans ongeveer horizontaal worden getransporteerd, terwijl het opvangorgaan uit een verdere transporteur (23, 25) bestaat.
7. Inrichting volgens conclusie 6, waarbij het opvangorgaan (22-25) aan de naar de aangrijporganen (14, 15) toegekeerde zijde is voorzien van een op geringe afstand onder het verlengde van de kneep (17) tussen de aangrijporganen (14, 15) verlopende scheidingsplaat (22).
8. Inrichting volgens conclusie 6 of 7, waarbij de verdere transporteur (23, 25) voor de inhoud van de envelop is vóórzien van een kneep voor het aangrijpen van de inhoud (I).
NL9301114A 1993-06-25 1993-06-25 Werkwijze en inrichting voor het openen van enveloppen en het afscheiden van de inhoud daarvan. NL9301114A (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9301114A NL9301114A (nl) 1993-06-25 1993-06-25 Werkwijze en inrichting voor het openen van enveloppen en het afscheiden van de inhoud daarvan.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9301114 1993-06-25
NL9301114A NL9301114A (nl) 1993-06-25 1993-06-25 Werkwijze en inrichting voor het openen van enveloppen en het afscheiden van de inhoud daarvan.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9301114A true NL9301114A (nl) 1995-01-16

Family

ID=19862586

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9301114A NL9301114A (nl) 1993-06-25 1993-06-25 Werkwijze en inrichting voor het openen van enveloppen en het afscheiden van de inhoud daarvan.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL9301114A (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2008152360A3 (en) * 2007-06-14 2009-04-23 Bll Holdings Ltd Apparatus for recycling binder components

Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3238926A (en) * 1961-12-12 1966-03-08 William F Huck Envelope opening machine
FR1520373A (fr) * 1964-06-09 1968-04-12 Dispositif pour ouvrir et vider les enveloppes
FR2135481A1 (nl) * 1971-05-06 1972-12-22 Faure Felix
US4123890A (en) * 1974-07-05 1978-11-07 Russell Robert J Envelope opening apparatus and method
FR2428529A1 (fr) * 1978-06-12 1980-01-11 Faure Felix Dispositif d'ouverture d'enveloppes et de tri du courrier
EP0048485A2 (en) * 1980-09-22 1982-03-31 AES Technology Systems, Inc. Method and apparatus for exposing contents of an opened envelope with gravity assist
EP0565837A1 (de) * 1992-04-09 1993-10-20 Stielow GmbH Verfahren und Vorrichtung zum Entleeren von Briefumschlägen

Patent Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3238926A (en) * 1961-12-12 1966-03-08 William F Huck Envelope opening machine
FR1520373A (fr) * 1964-06-09 1968-04-12 Dispositif pour ouvrir et vider les enveloppes
FR2135481A1 (nl) * 1971-05-06 1972-12-22 Faure Felix
US4123890A (en) * 1974-07-05 1978-11-07 Russell Robert J Envelope opening apparatus and method
FR2428529A1 (fr) * 1978-06-12 1980-01-11 Faure Felix Dispositif d'ouverture d'enveloppes et de tri du courrier
EP0048485A2 (en) * 1980-09-22 1982-03-31 AES Technology Systems, Inc. Method and apparatus for exposing contents of an opened envelope with gravity assist
EP0565837A1 (de) * 1992-04-09 1993-10-20 Stielow GmbH Verfahren und Vorrichtung zum Entleeren von Briefumschlägen

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2008152360A3 (en) * 2007-06-14 2009-04-23 Bll Holdings Ltd Apparatus for recycling binder components

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5924840A (en) Method of extracting contents from envelopes
US5676517A (en) Method and apparatus for stacking thin sheets carrying product
US5487254A (en) Apparatus for inserting material into envelopes
US4016708A (en) Envelope processing machine
JPH03501013A (ja) 製品を分離、積載するための装置
US8056892B2 (en) Apparatus for collating flat objects and for conveying the collated objects further
US4898570A (en) Method and apparatus for half folding paper sheets
US4776577A (en) Shingling of delicate conveyed sheet material
FI86825B (fi) Anordning foer matning och oeppning av ett baerfodral.
US20050221969A1 (en) Folding box gluing machine for production of folding boxes from blanks
US5765823A (en) Apparatus for combining sheet-like products
US6273238B1 (en) Apparatus and method for separating adjacent objects on a conveyor
US6038835A (en) Apparatus and method for inserting documents into envelopes
NL8500929A (nl) Vellensorteerinrichting.
GB2289886A (en) Apparatus for processing printed products
NL9301114A (nl) Werkwijze en inrichting voor het openen van enveloppen en het afscheiden van de inhoud daarvan.
US5440861A (en) Method and apparatus for emptying envelopes
US5175979A (en) Apparatus and method for removing contents from an envelope
JP3071240B2 (ja) 搬送物品の個数分離方法
CN212952712U (zh) 一种上包设备
AU7189398A (en) Apparatus for processing printed products
CA1300183C (en) Method and apparatus for half folding paper sheets
US6612098B1 (en) High speed envelope packing apparatus
GB2328681A (en) Apparatus for eliminating faulty sheets from a sheet stream
RU2293699C2 (ru) Устройство для выравнивания расположенных друг на друге в стопе листов

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed