NL9201676A

NL9201676A - Electrical mounting box, especially a junction box

Info

Publication number: NL9201676A
Application number: NL9201676A
Authority: NL
Original assignee: Odink & Koenderink Bv
Priority date: 1992-09-29
Filing date: 1992-09-29
Publication date: 1994-04-18

Abstract

The invention relates to an electrical mounting box, especially a junction box, the box part of which can be closed by a cover, and which has a number of outward branches on the box side walls suitable for inserting an electrical conduit and for the compression clamping of an electrical cable. According to the invention, the box has a mechanical interface in which the axes of at least two of the outward branches on opposite box walls lie, the two protruding flange parts positioned at the side halves of each of these branches engaging with each other by way of. Such a box makes it possible to branch off an existing through-conductor or cable without having to cut through the said conductor or cable. For this purpose, one of the box halves is simply pushed under the through- cable. <IMAGE>

Description

Korte aanduiding: Elektrische installatiedoos, meer in het bijzonder aftakdoos.Short designation: Electrical installation box, more specifically junction box.

De uitvinding heeft betrekking op een elektrische installatiedoos, meer in het bijzonder aftakdoos, met een door een deksel afsluitbaar dooslichaam, dat voorzien is van een aantal van de dooszijwanden uitgaande, voor het insteken van een installatiebuis resp. voor het klemmend omvatten van een elektrische kabel ongerichte spruiten.The invention relates to an electrical installation box, more particularly a junction box, with a box body which can be closed by a lid and which is provided with a number of box sides extending from the box, for inserting an installation pipe or a pipe. for clamping an electric cable with non-directional sprouts.

Dergelijke installatiedozen worden o.a. op grote schaal toegepast als lasdoos of centraaldoos, welke tegen een plafond of wand van een elektrisch te installeren ruimte worden gemonteerd en veelal dienen voor het onderbrengen van de voor het verbinden van de einden van via verschillende spruiten in de doosruimte samenkomende geleiders toegepaste lasdoppen.Such installation boxes are widely used, inter alia, as a junction box or junction box, which are mounted on a ceiling or wall of an electrically to be installed space and often serve to accommodate the conductors joining the ends of the sprouts in the box space for connecting the ends. welding caps used.

Bij de tot nu toe bekende en algemeen toegepaste installatie-c.q. lasdozen worden in hoofdzaak vlakke deksels toegepast en worden de spruiten gevormd door in de omtreksrichting ononderbroken, in hoofdzaak cilindrische stompen, die uitgaan van de opstaande zijwanden van het eigenlijke dooslichaam.With the hitherto known and generally used installation or. junction boxes are used mainly flat lids and the sprouts are formed by circumferentially continuous, substantially cylindrical stubs emanating from the upright side walls of the actual box body.

Installatiedozen worden niet alleen bij de aanleg van elektrische installaties gebruikt, doch zijn ook nodig, wanneer op een bestaande doorgaande leiding aftakkingen moeten worden gemaakt. In een dergelijk geval dient bij gébruik van de bekende installatiedoos de doorgaande leiding c.q. kabel op de aftakplaats te worden doorgesneden om vervolgens de daardoor verkregen leiding- c.q. kabeleinden via overstaande spruiten in het dooslichaam te kunnen steken.Installation boxes are not only used in the construction of electrical installations, but are also necessary when branching is to be made on an existing continuous pipe. In such a case, when using the known installation box, the continuous pipe or cable must be cut at the branch location and then the pipe or cable ends obtained thereby can be inserted into the box body via opposite shoots.

Een moeilijkheid daarbij is, dat het opnieuw met elkaar (en met de aftakleiding) verbinden van de leiding- c.q. kabeleinden extra leiding- c.q. kabellengte vraagt, welke veelal niet in voldoende mate in de loop van de kabel of leiding te vinden is. De bekende installatiedoos is derhalve als aftakdoos in feite ongeschikt.A difficulty here is that reconnecting the pipe and / or cable ends to each other (and to the branch pipe) requires extra pipe or cable length, which is often not found sufficiently in the course of the cable or pipe. The known installation box is therefore in fact unsuitable as a branch box.

De uitvinding nu beoogt een installatiedoos van het in de aanhef omschreven type te verschaffen, welke in het bijzonder voor gébruik als aftakdoos geschikt is.The invention now aims at providing an installation box of the type described in the preamble, which is particularly suitable for use as a junction box.

Volgens de uitvinding wordt dit doel bereikt, doordat de doos een deelvlak heeft, waarin de assen van tenminste twee, van overstaande dooswanden uitgaande spruiten zijn gelegen, waarbij de beide helften van elk van deze twee spruiten met zijdelings daarvan uitstekende flensdelen op elkaar sluiten.According to the invention, this object is achieved in that the box has a partial surface in which the shafts of at least two sprouts extending from opposite box walls are located, the two halves of each of these two sprouts having flange parts projecting laterally thereof.

In feite is bij de installatiedoos volgens de uitvinding sprake van twee dooshelften, waarbij de ene helft dient als deksel voor de andere helft, zoals dit ook bij kabelmoffen voor ondergrondse kabels bekend is.In fact, the installation box according to the invention has two box halves, one half serving as a lid for the other half, as is also known with cable sleeves for underground cables.

Van een aldus uitgevoerde instal latiedoos kan eenvoudig een helft onder de een weinig van zijn ondergrond opgelichte doorgaande leiding c.q. kabel worden geschoven en vervolgens in een zodanige positie worden vastgezet, dat de leiding c.q. kabel in zijn door de beide overstaande, in eikaars verlengde liggende spruithelften gevormde ligplaats valt. Vervolgens kan volgens een bekend aftakklenprincipe een aftakgeleider met de doorgaande geleider worden verbonden. Deze aftakgeleider zou in principe door een ongedeelde spruit in de doos kunnen worden gestoken.One half of a so-called installation box can simply be slid under the through pipe or cable, which is slightly raised from its base, and then secured in such a position that the pipe or cable is in its two halves, which are mutually extended in each other. formed berth falls. Then, according to a known branching principle, a branching conductor can be connected to the continuous conductor. In principle, this branch conductor could be inserted into the box through an undivided sprout.

In een practische uitvoering echter zijn ook de assen van de overige spruiten in het deelvlak van de doos gelegen. De gedeelde spruiten, die niet voor het opnemen van een bestaande doorgaande leiding behoeven te worden gebruikt, kunnen daarbij van schroefdraad zijn voorzien en samenwerken met wartelmoeren, zoals bij installatiedozen met ongedeelde spruiten op zichzelf bekend is.In a practical embodiment, however, the axes of the other sprouts are also located in the partial surface of the box. The divided sprouts, which need not be used to receive an existing through-pipe, can be threaded and cooperate with union nuts, as is known per se in installation boxes with undivided sprouts.

Volgens een verder kenmerk, van de uitvinding zijn de beide dooshelften aan hun op elkaar sluitende randvlakken voorzien van complementair gevormde, in elkaar grijpende ribben en groeven.According to a further feature of the invention, the two box halves are provided on their mutually contiguous edge surfaces with complementarily shaped, interlocking ribs and grooves.

Door overeenkomstig een voorkeursuitvoering de ribben en groeven in dwarsdoorsnede V-vormig uit te voeren, zodanig, dat de ribben en groeven onder wigwerking in elkaar sluiten, kan bovendien een waterdichte verbinding tussen de dooshelften worden verkregen, zonder dat daartoe een afzonderlijke pakking nodig is, zoals bij de bekende doos het geval is.In addition, according to a preferred embodiment, the ribs and grooves are V-shaped in cross-section, such that the ribs and grooves close together under wedge action, a watertight connection can also be obtained between the box halves, without the need for a separate gasket, as is the case with the known box.

De uitvinding wordt hieronder aan de hand van de tekening met een uitvoeringsvoorbeeld nader toegelicht.The invention is explained in more detail below with reference to the drawing with an exemplary embodiment.

Fig. 1 is een aanzicht in perspectief van een installatiedoos volgens de uitvinding en fig. 2 is een aanzicht van een helft van de doos volgens fig. 1.Fig. 1 is a perspective view of an installation box according to the invention and FIG. 2 is a view of one half of the box according to FIG. 1.

Van de in fig. 1 weergegeven installatiedoos zijn de zijwanden met 1-4 aangegeven. Van de beide overstaande zijwanden 1 en 2 steken de op één lijn gelegen spruiten 5 en 6 uit, terwijl zich van de andere twee overstaande wanden 3 en 4 spruiten 7 en 8 uitstrekken, die eveneens op één lijn zijn gelegen.The side walls of the installation box shown in fig. 1 are indicated with 1-4. The aligned sprouts 5 and 6 protrude from the two opposite side walls 1 and 2, while sprouts 7 and 8 extend from the other two opposite walls 3 and 4, which are also aligned.

De getekende installatiedoos is gedeeld volgens een vlak 9, dat de gemeenschappelijke as 10 van de spruiten 5 en 6, alsook de gemeen- schappelijke as 11 van de spruiten 7 en 8 bevat. Aldus zijn twee dooshelften ontstaan, die elk een helft van elk der spruiten 5-8 bevatten. De helften 5a, 5b en 6a, 6b van de spruiten 5 resp. 6 zijn daarbij voorzien van zijdelings uitstekende flensdelen 12 resp. 13 en kunnen op elkaar worden vastgeklemd met behulp van zijdelings cm de cp elkaar liggende flensdelen grijpende klemstukken 14 en 15. Deze klemstukken kunnen in de asrichting 10 cp de samen te klemmen flensdelen worden geschoven, waarbij de naar elkaar toegekeerde randdelen van de klemstukken in corresponderende groeven 17 (fig. 2) in de flensdelen grijpen.The drawn installation box is divided along a plane 9, which contains the common axis 10 of the sprouts 5 and 6, as well as the common axis 11 of the sprouts 7 and 8. Thus, two box halves have been created, each containing one half of each of the sprouts 5-8. The halves 5a, 5b and 6a, 6b of the sprouts 5 resp. 6 are provided with laterally projecting flange parts 12 and 12 respectively. 13 and can be clamped to each other by means of clamping pieces 14 and 15 which engage the flange parts lying against each other laterally. grooves 17 (fig. 2) engage in the flange parts.

De helften 7a, b en 8a, b van de beide andere spruiten 7 en 8 zijn van schroefdraad voorzien, zodat zij door middel van een wartel-moer op elkaar kunnen worden bevestigd. In fig. 1 linksboven is de cp de spruit 8 geschroefde wartelmoer met 18 aangegeven.The halves 7a, b and 8a, b of the other two sprouts 7 and 8 are threaded so that they can be fastened to each other by means of a union nut. In top left fig. 1 the cp de sprout 8 screwed union nut is indicated with 18.

De beide dooshelften zijn aan hun qp elkaar sluitende randvlak-ken (waarvan alleen het met 19 aangeduide randvlak van de dooshelft in fig. 2 is te zien) voorzien van complementair gevormde, in plkagr grijpende ribben 20 en groeven 21. Zoals in fig. 2 is te zien, zetten deze ribben en groeven zich voort over de op elkaar sluitende rand-vlakken van de flensdelen 12 en 13 van de spruiten 5 en 6. Ze zouden voorts ook kunnen doorlopen over de op elkaar sluitende randvlakken van de spruithelften 7a, 7b resp. 8a, 8b.The two box halves are provided on their qp mutually contiguous edge surfaces (of which only the edge surface of the box half indicated by 19 is shown in Fig. 2) provided with complementarily shaped plkagr-engaging ribs 20 and grooves 21. As in Fig. 2 can be seen, these ribs and grooves continue across the mating edge surfaces of the flange portions 12 and 13 of the sprouts 5 and 6. They could also extend over the mating edge surfaces of the sprout halves 7a, 7b. resp. 8a, 8b.

De ribben 20 en groeven 21 zijn in dwarsdoorsnede V-vormig, waardoor zij bij het op elkaar plaatsen en vastdrukken (met behulp van de klemstukken 14 en 15 en de wartelmoeren 18, onder wigwerking in elkaar grijpen, waardoor een waterdichte verbinding tussen de beide dooshelften kan worden verkregen. Daarnaast dragen de ribben groeven 20, 21 zorg voor de nodige centrering van de beide dooshelften.The ribs 20 and grooves 21 are V-shaped in cross section, as a result of which they engage during wedging and pressing together (using the clamping pieces 14 and 15 and the union nuts 18, under wedge action, so that a watertight connection between the two box halves In addition, the ribs grooves 20, 21 provide the necessary centering of the two box halves.

De beschreven installatiedoos is in het bijzonder geschikt voor gebruikt, wanneer een doorlopende geleider of kabel moet worden af getakt. In een dergelijk geval wordt de af te takken kabel eenvoudig een weinig van de dragende ondergrond opgelicht, waarna één der dooshelften, bijv. die van fig. 2, onder de aldus opgelichte kabel wordt verschoven en zodanig wordt geplaatst, dat de kabel in de door de beide spruithelften 5a en 6a gevormde ligplaats valt. Vervolgens wordt een aftakgeleider, bijv. aftakkabel, waarop van te voren een wartelmoer met bijbehorende knelring van rubber (in de tekening niet nader weergegeven is geschoven, in een spruithelft 7a of 8a gelegd, waarna de verbinding tussen deze aftakkabel en de doorgaande kabel tot stand wordt gébracht.The described installation box is particularly suitable for use when a continuous conductor or cable is to be branched. In such a case, the cable to be branched off is simply lifted a little from the supporting surface, after which one of the box halves, for example that of Fig. 2, is slid under the cable thus lifted and placed in such a way that the cable in the the berth formed in both sprout halves 5a and 6a. Then a branch conductor, e.g. branch cable, on which a union nut with associated rubber compression ring (not shown in the drawing is previously pushed) is placed in a sprout half 7a or 8a, after which the connection between this branch cable and the through cable is established. is being brought.

Vervolgens wordt de tweede dooshelft aangebracht en op de eerste bevestigd door het aanbrengen van de klemstukken 14 en de wartelmoeren 18. Daarbij kan in de op de niet gébruikte spruit (7 of 8) geschroefde wartelmoer een de spruitopening afslijtend schijfje van bijv. rubber worden aangebracht.The second box half is then fitted and secured to the first by fitting the clamping pieces 14 and the union nuts 18. In this case, a disk of the rubber opening, for example rubber, can be fitted in the union nut screwed onto the unused sprout (7 or 8). .

De beschreven installatiedoos wordt bij voorkeur uitgevoerd in een geschikte thermoplastische kunststof. Het zal daarbij duidelijk zijn, dat de installatiedoos volgens de uitvinding meer spruiten kan bevatten dan in de tekening is weergegeven en dat desgewenst ook de spruiten 7 en 8 met klemstukken in plaats van met wartelmoeren kunnen zijn uitgerust.The installation box described is preferably carried out in a suitable thermoplastic plastic. It will be clear that the installation box according to the invention can contain more sprouts than is shown in the drawing and that, if desired, the sprouts 7 and 8 can also be provided with clamping pieces instead of union nuts.

Claims

1. Electrical installation box, more particularly junction box, with a box body which can be closed by a lid and which is provided with a number of box side walls, for inserting an installation pipe or pipe. Brussels sprouts arranged for clamping an electric cable, characterized in that the box has a partial surface in which the shafts of at least two sprouts extending from opposite box side walls are situated, the two halves of each of these sprouts projecting laterally thereof close flange parts together.

Installation box according to claim 1, characterized in that the shoot halves with their laterally projecting flange parts can be clamped together by means of clamping pieces which engage laterally around the flange parts.

Installation box according to claim 2, characterized in that the clamping pieces with mutually facing longitudinal edge parts engage in corresponding grooves of the flange parts running parallel to the axis of the relevant sprout.

Installation box according to claims 1-3, characterized in that the axes of the other sprouts are also located in the part plane of the box.

Installation box according to claim 4, characterized in that at least some of the other sprouts are externally threaded.

Installation box according to claims 1 to 5, characterized in that the two box halves are provided on their mutually contiguous edge surfaces with complementary shaped, interlocking ribs and grooves.

Installation box according to claim 6, characterized in that the ribs and grooves are V-shaped in cross-section, such that they interlock under wedge action.