NL9200662A - Acoestische scherminrichting. - Google Patents

Acoestische scherminrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL9200662A
NL9200662A NL9200662A NL9200662A NL9200662A NL 9200662 A NL9200662 A NL 9200662A NL 9200662 A NL9200662 A NL 9200662A NL 9200662 A NL9200662 A NL 9200662A NL 9200662 A NL9200662 A NL 9200662A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
sound
absorbing element
niche
elastic
acoustic
Prior art date
Application number
NL9200662A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Hildegarde Juliana Eugenie Cuy
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Hildegarde Juliana Eugenie Cuy filed Critical Hildegarde Juliana Eugenie Cuy
Publication of NL9200662A publication Critical patent/NL9200662A/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01FADDITIONAL WORK, SUCH AS EQUIPPING ROADS OR THE CONSTRUCTION OF PLATFORMS, HELICOPTER LANDING STAGES, SIGNS, SNOW FENCES, OR THE LIKE
    • E01F8/00Arrangements for absorbing or reflecting air-transmitted noise from road or railway traffic
    • E01F8/0005Arrangements for absorbing or reflecting air-transmitted noise from road or railway traffic used in a wall type arrangement
    • E01F8/0035Arrangements for absorbing or reflecting air-transmitted noise from road or railway traffic used in a wall type arrangement with undulated surfaces
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01FADDITIONAL WORK, SUCH AS EQUIPPING ROADS OR THE CONSTRUCTION OF PLATFORMS, HELICOPTER LANDING STAGES, SIGNS, SNOW FENCES, OR THE LIKE
    • E01F8/00Arrangements for absorbing or reflecting air-transmitted noise from road or railway traffic
    • E01F8/0005Arrangements for absorbing or reflecting air-transmitted noise from road or railway traffic used in a wall type arrangement
    • E01F8/0023Details, e.g. foundations
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01FADDITIONAL WORK, SUCH AS EQUIPPING ROADS OR THE CONSTRUCTION OF PLATFORMS, HELICOPTER LANDING STAGES, SIGNS, SNOW FENCES, OR THE LIKE
    • E01F8/00Arrangements for absorbing or reflecting air-transmitted noise from road or railway traffic
    • E01F8/0005Arrangements for absorbing or reflecting air-transmitted noise from road or railway traffic used in a wall type arrangement
    • E01F8/0047Arrangements for absorbing or reflecting air-transmitted noise from road or railway traffic used in a wall type arrangement with open cavities, e.g. for covering sunken roads
    • E01F8/0076Cellular, e.g. as wall facing
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04BGENERAL BUILDING CONSTRUCTIONS; WALLS, e.g. PARTITIONS; ROOFS; FLOORS; CEILINGS; INSULATION OR OTHER PROTECTION OF BUILDINGS
    • E04B1/00Constructions in general; Structures which are not restricted either to walls, e.g. partitions, or floors or ceilings or roofs
    • E04B1/62Insulation or other protection; Elements or use of specified material therefor
    • E04B1/74Heat, sound or noise insulation, absorption, or reflection; Other building methods affording favourable thermal or acoustical conditions, e.g. accumulating of heat within walls
    • E04B1/82Heat, sound or noise insulation, absorption, or reflection; Other building methods affording favourable thermal or acoustical conditions, e.g. accumulating of heat within walls specifically with respect to sound only
    • E04B1/8227Heat, sound or noise insulation, absorption, or reflection; Other building methods affording favourable thermal or acoustical conditions, e.g. accumulating of heat within walls specifically with respect to sound only screens ; Arrangements of sound-absorbing elements, e.g. baffles
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04BGENERAL BUILDING CONSTRUCTIONS; WALLS, e.g. PARTITIONS; ROOFS; FLOORS; CEILINGS; INSULATION OR OTHER PROTECTION OF BUILDINGS
    • E04B1/00Constructions in general; Structures which are not restricted either to walls, e.g. partitions, or floors or ceilings or roofs
    • E04B1/62Insulation or other protection; Elements or use of specified material therefor
    • E04B1/74Heat, sound or noise insulation, absorption, or reflection; Other building methods affording favourable thermal or acoustical conditions, e.g. accumulating of heat within walls
    • E04B1/82Heat, sound or noise insulation, absorption, or reflection; Other building methods affording favourable thermal or acoustical conditions, e.g. accumulating of heat within walls specifically with respect to sound only
    • E04B1/84Sound-absorbing elements
    • E04B2001/8457Solid slabs or blocks
    • E04B2001/8476Solid slabs or blocks with acoustical cavities, with or without acoustical filling
    • E04B2001/848Solid slabs or blocks with acoustical cavities, with or without acoustical filling the cavities opening onto the face of the element

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Acoustics & Sound (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Sustainable Development (AREA)
  • Electromagnetism (AREA)
  • Soundproofing, Sound Blocking, And Sound Damping (AREA)

Description

ACOESTISCHE SCHERMINRICHTING
Deze uitvinding heeft betrekking op een acoestische scherminrichting met een draaggestel dat ten minste één nis vertoont voor het daarin onderbrengen van telkens één geluidsabsorberend element.
Ze vindt haar belangrijkste toepassing als geluidswe-rende wand, voornamelijk te plaatsen langs spoorwegen en drukke verkeerswegen maar ook langs gevels van gebouwen en langs muren van productiehallen en testka-mers in de industrie en rond hoogvermogen transformatoren.
Men kent reeds door het Belgisch octrooi BE-898879 een geluidswerende wand bestemd om weg - en luchtverkeersgeluid te dempen. De geluidswerende wand bestaat hierbij uit een aantal zogenaamde wandplaatelementen. De absorberende bedekking van een dergelijk wandplaatele-ment bestaat uit ten minste één laag absorberend materiaal. Het geluidsabsorberend materiaal is een mengsel bestaande ten minste gedeeltelijk uit agregaten en bindmiddelen. De geluidsabsorberende eigenschappen verkregen met de gekende geluidsabsorberende wand zijn echter nog ontoereikend in bepaalde acoestische frequentiedomeinen, in het bijzonder voor de lagere frequenties .
Deze uitvinding heeft tot doel bovengenoemd nadeel te verhelpen. Tot dit doel bevat de acoestische scherminrichting volgens de uitvinding ten minste één geluidsabsorberend element met een voorafbepaalde massa, waarbij ten minste één elastisch element is voorzien tussen het geluidsabsorberend element en de. overeenstemmende nis voor het verend ophangen van genoemd geluidsabsorberend element.
Het elastisch element vertoont een zodanige, elasticiteit dat de dynamische stijfheid ervan zich aan het dynamische gedrag van het geluidsabsorberend element aanpast zodanig dat een eigenfrequentie hieruit resulteert welke afhankelijk is van genoemde voorafbe-paalde massa en van de elasticiteit van genoemd elastisch element.
Dankzij de. uitvinding is het geluidsabsorberend effect l f van de acoestische scherminrichting op bijzondere wijze verbeterd, in het bijzonder in het lage frequentiedomein begrepen tussen 70 en 500 Hz. Dit bijzonder effect wordt bekomen door een gepaste combinatie van enerzijds een poreus geluidsabsorberend element met zijn voorafbepaalde massa en met de elasticiteit van het membraan. Deze twee systeemparametersr nl. genoemde massa en elasticiteit, verlenen een bepaalde dynamische stijfheid aan de inrichting»
De aldus bekomen dynamische stijfheid van het systeem heeft een invloed op de waarde van de eigenfrequentie van het systeem. Door op de waarde van de eigenfrequentie van het systeem in te spelen kan op zeer voordelige wijze een frequentiedomein, in het bijzonder een laagfrequent domein, uitgekozen worden waarin een doeltreffende acoestische demping verkregen wordt.
Volgens een voordelige uitvoeringsvorm van de inrichting van de. uitvinding zijn ten minste twee elastische elementen onder de vorm van dynamische steunelementen op voorafbepaalde plaatsen op zodanige wijze voorzien dat zij als contactlichamen dienst doen tussen het of ieder geluidsabsorberend element en de corresponderende nis(sen) van het draaggestel waarbij het aantal dynamische steunelementen afhankelijk is van de door genoemde voorafbepaalde massa opgelegde belasting. Dankzij de dynamische steunelementen kan men de waarde van de dynamische stijfheid laten variëren en bijgevolg ook de waarde van de eigenfrequentie van het systeem.
Volgens een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm van de inrichting van de uitvinding is het of ieder geluidsabsorberend element op een voorafbepaalde afstand van de bodem van de corresponderende nis zodanig opgesteld dat een kamer met een voorafbepaald volume gevormd is welke dienst doet als trilholte met een toegevoegde resonantiefrequentie, waarbij de elasticiteit van genoemd ten minste één elastisch element verder zodanig gekozen is dat de dynamische stijfheid ervan zich bovendien aan het dynamisch gedrag van de kamer aanpast, zodanig dat een eigenfrequentie resulteert welke, ook nog afhankelijk is van dit vooraf bepaald volume.
Hierdoor is het geluidswerend effect van de acoesti-sche scherminrichting op aanzienlijke en vrij bijzondere wijze verbeterd in het bijzonder in het laag frequent domein tussen 70 en 500 Hz. Dit bijzonder merkwaardig effect is het resultaat van een geschikte combinatie van de twee systeemparameters massa en elasticiteit met genoemd voorafbepaald volume van de kamer welke als een verend element werkt en als een resonantiekamer werkt.
De uitvinding wordt in de volgende beschrijving nader toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld met verwijzing naar de hierbij gevoegde tekeningen waarin :
Figuur 1 een vooraanzicht voorstelt van een acoesti-sche inrichting volgens de uitvinding gezien vanuit de geluidsbronzijde;
Figuur 2 een doorsnede volgens de lijn II-II van figuur 1 voorstelt volgens een eerste uitvoeringsvoorbeeld van de acoestische inrichting volgens de uitvinding;
Figuur 3 een analoge doorsnede als in figuur 2 voorstelt volgens een tweede uitvoeringsvoorbeeld van de acoestische inrichting volgens de uitvinding;
Figuur 4 een analoge doorsnede als in figuur 2 op grotere schaal voorstelt volgens een derde uitvoeringsvoorbeeld van de acoestische inrichting volgens de uitvinding;
Figuur 5 een kolomdiagram is dat het absorptiecoëfficiënt weergeeft in functie van de frequentie in het klassiek geval;
Figuur 6 een analoog diagrami is als in figuur 5 volgens een uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding;
Figuur 7 een analoog diagram* is volgens een verder uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding;
Figuur 8 een analoog diagram is volgens een nog verder uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding.
Een eerste uitvoeringsvoorbeeld van een acoestiche scherminrichting volgens de uitvinding is in figuren 1 en 2 voorgesteld. Deze omvat een geluidsisolerend draaggestel of draagstructuur 1 dat bijvoorbeeld in een paneel uit gewapend beton met wachtwapeningen bestaat waarin nissen 10 zijn voorzien zodanig dat het draaggestel aan één zijde een cellenstructuur vertoont. De nissenconfiguratie bestaat bijvoorbeeld uit een tweedimensionale homogene verdeling van vierkantige nissen 10. De nissen kunnen echter ook langwerpig of een andere gepaste vorm vertonen welke aangepast is aan de vorm van de daarin aan te brengen geluidsabsor-berende elementen 3. In de nissen zijn poreuze ge-luidsabsorberende elementen 3 bevestigd welke bijvoorbeeld gemaakt zijn uit poreus of lichtgewicht beton, composietmaterialen of harsen.
Figuur 1 illustreert het geval van een draaggestel 1 met één enkele nis 10 met een vierkantige sectie waarin telkens een geluidsabsorberend element 3 is ondergebracht, bijvoorbeeld te gebruiken in gevels van gebouwen. De geluidsabsorberende functie is opgenomen door het geluidsabsorberend element terwijl een ge-luidsisolerende functie door het draaggestel 1 is opgenomen .
Figuur 2 toont een nis 10 van de acoestische schermin-richting in doorsnede. In de nis 10 is een geluidsabsorberend element 3 ondergebracht. De vorm van de nis 10 en van het geluidsabsorberend element 3 respectievelijk zijn zodanig dat beide keurig in elkaar passen. Tussen de nis 10 en het geluidsabsorberend element 3 is een elastisch element voorzien voor het verend ophangen hiervan. Het elastisch element vertoont een zodanige elasticiteit dat een eigenfrequentie resulteert die bovendien afhankelijk is van de voorafbepaalde massa van het geluidsabsorberend element 3. Bijvoorbeeld bestaat het elastisch element in een membraan 7 dat opgesteld is als tussenoppervlak tussen het geluidsabsorberend element 3 en de niswand 20 zoals blijkt uit figuur 2. Het elastisch membraan 7 wordt verder nader beschreven.
Als elastische elementen kunnen ook dynamische steun- elementen 9 in de acoestische scherminrichting worden opgenomen zoals blijkt uit figuur 3. Deze zijn paarsgewijs op voorafbepaalde plaatsen tussen het ge-luidsabsorberend element 3 en de niswand voorzien als contactlichamen tussen beide. Hiermee is de verende ophanging van het geluidsabsorberend element 3 in de nis 10 verzekerd. Het geluidsabsorberend element 3 vertoont hier aan weerszijden een nagenoeg effen oppervlak en een vlakke structuur. Het nagenoeg rechte element 3 is opgesteld op een zekere afstand van de nisbodem 16. De aldus gevormde ruimte is op voordelige wijze gevuld met een geluidsdempende of geluidsabsor-berende stof 19, al dan niet dezelfde als deze van het geluidsabsorberend element 3, of een geluidsisolerend materiaal. Naast een verbetering van de acoestische eigenschappen bekomt men ook nog een hogere stabiliteit van het geheel. De acoestische efficiëntie kan nog hoger zijn dankzij de aanwezigheid van een acoestische actieve bedekkingslaag 17 aan de naar de nisbodem gerichte zijde van het geluidsabsorberend element 3 en/of van een acoestisch actieve bedekkingslaag 18 aan de nisbodem 16 en eventueel langs de zijwanden van de nis 10 tot op de hoogte van het geluidsabsorberend element 3 zoals voorgesteld op figuur 3.
In figuur 4 zijn de geluidsabsorberende elementen 3 kapvormig voorgesteld. Ze vertonen aldus een top 4 en opstaande randen 5. Hierbij zijn aangrenzende geluidsabsorberende elementen 3 van elkaar gescheiden door schotten 2 op een zodanige manier dat de schotten 2 en de opstaande randen 5 nagenoeg in elkaar passen. De schotten 2 zijn bijvoorbeeld gemaakt uit gewapend beton. Ze verschaffen een hogere stevigheid aan de inrichting. De geluidsabsorberende elementen 3 liggen als een kap tegen het draaggestel 1, en bedekken hier bij de bodem 16 van de nis 10 en het topdeel 4 steunt hierbij via de opstaande randen 5 op de nisbodemom-trek. De ruimte welke begrepen is tussen enerzijds de nisbödem 16 van het draaggestel 1 en anderzijds het daarop bevestigde kapvormige geluidsabsorberend element 3 vormt aldus een kamer 6. Het volume van de kamer 6 is bepaald door de vorm en de afmetingen van het geluidsabsorberend element 3 waardoor de kamer 6 is afgegrensd. De kamer 6 is bijvoorbeeld gevuld met lucht zoals in figuur 4. De kamer kan echter ook met een ander materiaal gevuld zijn zoals voorgesteld in f iguur 3.
Tussen het kapvormig geluidsabsorberend element 3 en de overeenstemmende nisbodem 16 is een elastisch membraan 7 voorzien. Het elastisch membraan 7 strekt zich uit over de bodem 16 van de nis 10 en langs de respectievelijk aangrenzende schotten 2 tot op een voorafbepaalde hoogte van de opstaande randen 5 van het ingesloten geluidsabsorberend element 3, en omsluit dit laatste aldus gedeeltelijk als een slof. Het is echter ook mogelijk het membraan 7 enkel te voorzien als elastisch tussenoppervlak in de contactzones tussen het geluidsabsorberend element 3 en de niswand 10.
Het membraan 7 is vervaardigd uit een elastisch materiaal, bijvoorbeeld een door het expanderen of het extruderen van kunststof bekomen schuimfolie, zoals bvb. van het type Sentinel De dikte van de Senti-nel^ laag bedraagt bijvoorbeeld nagenoeg 5 mm. Dit membraan 7 werkt als een bekisting voor het ondergebrachte geluidsabsorberend element en zorgt voor het vermijden van een zogenaamde acoestische kortsluiting van de acoestische scherminrichting. De samenwerking tussen het geluidsabsorberend element 3 met zijn massa, de verende kamer 6 en het elastisch membraan 7 geeft aanleiding tot een eigenfrequentie voor het betreffende systeem. Door in te spelen op deze parameters van massa van het geluidsabsorberend element 3, van volume van de kamer en/of van elasticiteit van het membraan 7, kan een gewenste eigenfrequentie bekomen worden.
Enerzijds, met het absorberend en reflecterend effect op zich van de oppervlakte van het absorberend element voor acoestische golven beschikt men over een doeltreffende absorberende werking van het oppervlak in een frequentiebereik dat gelegen is boven 500 Hz zoals blijkt uit de grafiek van figuur 5 waarin de absorptiecoëfficiënt α weergegeven is in functie van de frequentie. Het nadeel hierbij is dat met het gebruik van dergelijke acoestische schermen lage frequenties beneden de 500 Hz weinig of onvoldoende geabsorbeerd worden zoals uit figuur 5 blijkt. Nochtans worden zowel door het weg- en spoorwegverkeer in bebouwde kommen, als in industriezones nabij testkamers waar bijvoorbeeld mechanische breuktesten en dergelijke worden uitgevoerd en in de buurt van productie ateliers of hoogvermogen transformatoren, storende frequenties gegenereerd, ook in het laagfrequent domein. Bijgevolg is er in de praktijk een behoefte om dergelijke lage frequenties in een sterke mate te absorberen .
Anderzijds, wat het resonantie effect betreft, werkt men op de voorafbepaalde berekende resonatorfrequen-tie. Men kan hierbij dus over een doeltreffende acoestische werking beschikken binnen een welbepaald zogenaamd frequentievenster.
Door het combineren van beide effecten voor een acoes-tische scherminrichting kan de eigenfrequentie van het systeem verschoven worden om zodoende het verloop van de absorptiecurve in functie van de frequentie volgens het klassiek geval van figuur 5 aanzienlijk te verbeteren. De eigenfrequentie wordt bepaald door de massa van het geluidsabsorberend element 3, door het volume van de kamer 6 dat zelf afhankelijk is van de vorm en van de dimensies van het geluidsabsorberend element 3 en door de elasticiteit van het membraan 7.
Figuur 6 stelt hierbij het verloop voor van de absorptiecoëfficiënt α in functie van de frequentie f in Hz voor een acoestische scherminrichting volgens de uitvinding waarbij de massa van het geluidsabsorberend element 3, klein gekozen wordt. Bij het vergelijken van het verloop van de curve volgens figuur 5 (klassieke scherminrichting) met dat volgens figuur 6 (scherminrichting volgens de uitvinding met geringe massa), valt het onmiddellijk op dat de absorptiecoëfficiënt voor de frequenties gelegen beneden ongeveer 500 Hz uitgesproken hoger ligt bij de inrichting volgens de uitvinding dan in het klassiek geval.
Figuur 7 laat zien hoe door meer in te spelen op het membraaneffeet, dit is op de elasticiteit, het acoes-tisch rendement in de zin van absorptie voor lagere frequenties, in het bijzonder in het frequentiedomein begrepen tussen 70 en 500 Hz, nog sterker is dan in het vorig geval van figuur 6.
Bij een vrij voordelige acoestische scherminrichting volgens de uitvinding wordt een grotere massa gekozen. Dit geval wordt geïllustreerd aan de hand van figuur 8, waarin onmiddellijk te zien is dat de efficiëntie van de acoestische scherminrichting met grotere massa nog hoger ligt ten minste tot 3000 Hz.
Terugkomend op figuur 4 onderscheidt men nog dynamische steunelementen 9. Deze zijn vastgeklemd tussen het kapvormig geluidsabsorberend element 3 en de nis-wand 20, meer in het bijzonder tussen genoemd membraan 7 en de niswand 20.
De steunelementen 9 kunnen ook aan de andere zijde van het membraan 7 voorzien zijn, dit is tussen het membraan 7 en het geluidsabsorberend element 3.
Een nog verdere opstellingsmogelijkheid wordt hierna beschreven. Tussen de niswand 20 en eerstgenoemd membraan 7 is een tweede membraan 8 voorzien, namelijk ter hoogte van de contactzones tussen het geluidsabsorberend element 3 en het eerste membraan 7. Het tweede membraan 8 is bijvoorbeeld gemaakt uit hetzelfde materiaal als het eerste membraan 7 en vertoont bijvoorbeeld nagenoeg dezelfde dikte.
De steunelementen 9 zijn bij voorkeur sferisch van vorm en zijn door beide membranen 7, 8 op voorafbepaalde plaatsen als een sandwich omsloten met een zekere onderlinge afstand ertussen.
De uitvoeringsvorm met de steunelementen 9 is bijzonder voordelig want dankzij deze kan men de waarde van de dynamische stijfheid en dus ook van de eigenfre-quentie laten variëren. Dit gebeurt door in te spelen op het aantal voorziene steunelementen 9. Weliswaar is het aantal steunelementen 9 afhankelijk van de belasting die door de massa van het geluidsabsorberend element 3 is opgelegd. Zo kiest men bijvoorbeeld op voordelige wijze de dynamische steunelementen 9 en beide elastische membranen 7, 8 zodanig dat de toegevoegde eigenfrequentie begrepen is tussen 10 en 70 Hz.
Als gevolg van de afhankelijkheid van de dynamische stijfheid van het systeem van de steunelementen 9 maakt de acoestische scherminrichting het mogelijk de resultaten van acoestische absorptie te laten variëren met als controleparameter de steunelementen 9, in het bijzonder hun aantal en ligging.
Aldus verschaft de uitvinding een inrichting met een in een acoestisch scherm geïntegreerd massa - veer systeem, in combinatie met het absorberend effect van het poreus absorptie element en met het resonantie effect van de kamer, waarvan de absorptieresultaten tussen 70 en 500 Hz, en daarboven, uitstekend zijn.
Om het acoestisch dempingseffect nog te verhogen is aan ten minste één (uitwendig en/of inwendig gekeerde) zijde van het nis afsluitend deel 4 van het geluidsab-sorberend element 3 een oneffen oppervlak voorzien, bijvoorbeeld onder de vorm van opeenvolgende uitsteeksels 12, respectievelijk 13 of indrukkingen. De uitsteeksels of indrukkingen vertonen bijvoorbeeld een afgeknotte pyramidale vorm en zijn op voordelige wijze over nagenoeg het hele oppervlak van de uitwendig, resp. inwendig gekeerde zijde van de top 4 opgesteld. Het of de oneffen oppervlak(ken) kunnen ook door doorlopende ribben gevormd zijn. Het topdeel '4 dat de nis 10 afsluit is bijvoorbeeld nagenoeg recht zoals blijkt uit figuren 2 tot 4. Het zou ook een gewelfde vorm kunnen vertonen evenals verdere vormen die de oppervlakte van het geluidsabsorberend element 3 vergroten.
Om de stevigheid van het geluiösabsorberend element 3 te verhogen is in het inwendige daarvan een wapening 14, bijvoorbeeld uit metaal, verzonken.
Om de stevigheid van de acoestische scherminrichting nog te verhogen is in de schotten 2, die voor de ge-luidsabsorberende elementen 3 als steun en omsluiting fungeren, ook nog een wapening 15 voorzien. Verder, door aan de opstaande randen 5 van het geluidsabsorbe-rend element 3 een profiel te geven dat vanuit de vrije uiteinden 11 gezien lichtjes inwaarts hellend is en aan de telkens aangrenzende schotten 2 een daarmee passend eveneens hellend profiel te geven, bekomt men een klemmend effect van het draaggestel 1 ten opzichte van de kapvormige geluidsabsorberende elementen. Dit verhoogt nog meer de stevigheid van de acoestische scherminrichting.
Het spreekt van zelf dat de uitvinding geenszins tot de hierboven beschreven uitvoeringsvormen is beperkt en dat varianten hierop binnen het kader van de uitvinding vallen.

Claims (26)

1. Acoestische scherminrichting met een draaggestel dat ten minste één nis vertoont voor het daarin onderbrengen van telkens één geluidsabsorberend element , dat een voorafbepaalde massa vertoont, daardoor gekenmerkt dat ten minste één elastisch element is voorzien tussen het geluidsabsorberend element (3) en de overeenstemmende nis (10) voor het verend ophangen van genoemd geluidsabsorberend element (3) in de overeenstemmende nis (10), zodanig dat een eigen-frequentie resulteert welke afhankelijk is van genoemde voorafbepaalde massa en van de elasticiteit van genoemd ten minste één elastisch element.
2. Acoestische scherminrichting volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat genoemd ten minste één elastisch element gevormd is door een elastisch membraan (7), dat op zodanige wijze is voorzien dat het als elastisch tussenoppervlak dienst doet tussen het of ieder geluidsabsorberend element (3) en de corresponderende nis(sen) (10) van het draaggestel (1).
3. Acoestische scherminrichting volgens één van de conclusies 1 en 2, daardoor gekenmerkt dat ten minste twee elastische elementen zijn voorzien onder de vorm van dynamische steunelementen (9) op voorafbepaalde plaatsen waarbij deze bestemd zijn als contactlichamen tussen het of ieder geluidsabsorberend element (3) en de corresponderende nis(sen) (10) van het draaggestel (1), waarbij het aantal dynamische steunelementen (9) afhankelijk is van de door genoemde voorafbepaalde massa opgelegde belasting.
4. Acoestische scherminrinchting volgens conclusies 2 en 3, daardoor gekenmerkt dat de dynamische steunelementen (9) in rechtstreeks contact met genoemd membraan (7) zijn voorzien.
5. Acoestische scherminrichting volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat een verder elastisch membraan (8) is voorzien dat op zodanige wijze op genoemd elastisch membraan (7) gesuperponeerd is dat de dynamische steunelementen (9) tussen beide membranen (7) en (8) zijn omsloten.
6. Acoestische scherminrichting volgens één van de conclusies 1 tot en met 5, daardoor gekenmerkt dat het of ieder geluidsabsorberend element (3) op een voorafbepaalde afstand van de bodem (16) van de corresponderende nis (10) zodanig is opgesteld dat een kamer (6) met een voorafbepaald volume gevormd is welke dienst doet als trilholte met een toegevoegde resonantiefre-quentie, waarbij de elasticiteit van genoemd ten minste één elastisch element verder zodanig gekozen is dat de dynamische stijfheid ervan zich bovendien aan het dynamisch gedrag van de kamer (6) aanpast, zodanig dat een eigenfrequentie resulteert welke ook nog afhankelijk is van dit voorafbepaald volume.
7. Acoestische scherminrichting volgens conclusie 6, daardoor gekenmerkt dat de dynamische steunelementen (9) en beide elastische membranen (7, 8) zodanig gekozen zijn, dat de toegevoegde eigenfrequentie begrepen is tussen 10 en 70 Hz.
8. Acoestische scherminrichting volgens conclusie 6, daardoor gekenmerkt dat de kamer (6) opgevuid is met een geluidsdempende stof (19).
9. Acoestische scherminrichting volgens één van de conclusies 1 tot en met 8, daardoor gekenmerkt dat het of ieder genoemd geluidsabsorberend element (3) kap-vormig is en hierbij een top (4) en aan de top aangrenzende opstaande randen (5) vertoont en als een kap op de overeenstemmende nis (10), over de bodem (16) hiervan, is opgesteld, waarbij de opstaande randen (5) van het of ieder geluidsabsorberend element (3) en de zijwanden (2) van iedere overeenstemmende nis (10) nagenoeg in elkaar passen.
10. Acoestische scherminrichting volgens één van de conclusies 2 tot 8 en 9, daardoor gekenmerkt dat genoemd elastisch membraan (7) zich uitstrekt langs een deel van de bodem (16) en de zijwanden (2) van de overeenstemmende nis (10) tot op een voorafbepaalde hoogte van genoemde opstaande randen (5) vanaf het vrije uiteinde (11) hiervan, op zodanige wijze dat ieder geluidsabsorberend element (3) door het membraan (7) als een slof gedeeltelijk omsloten is.
11. Acoestische scherminrichting volgens één van de conclusies 1 tot en met 10, daardoor gekenmerkt dat het de nis (10) afsluitend deel (4) van ieder geluidsabsorberend element (3) nagenoeg recht is.
12. Acoestische scherminrichting volgens één van de conclusies 1 tot en met 11, daardoor gekenmerkt dat een onregelmatig oppervlak aan de ten opzichte van de nis (10) uitwendig gekeerde zijde van het de nis afsluitend deel (4) van het geluidsabsorberend element (3) is voorzien.
13. Acoestische scherminrichting volgens één van de conclusies 1 tot en met 12, daardoor gekenmerkt dat een oneffen oppervlak aan de naar de nis (3) gekeerde zijde van het de nis afsluitend deel (4) van het geluidsabsorberend element (3) is voorzien.
14. Acoestische scherminrichting volgens één van de conclusies 12 en 13, daardoor gekenmerkt dat genoemd oneffen oppervlak gevormd is door een stel uitsteeksels (12, 13) of indrukkingen.
15. Acoestische scherminrichting volgens één van de conclusies 1 tot en met 14, daardoor gekenmerkt dat de naar de nis (10) gekeerde zijde van het geluidsabsorberend element (3) van een acoestisch actieve bedek-kingslaag (17) is voorzien.
16. Acoestische scherminrichting volgens één van de conclusies 1 tot en met 15, daardoor gekenmerkt dat de bodem (16) en/of zijwanden (2) van de nis (10) van een verdere acoestische actieve bedekkingslaag (18) zijn voorzien.
17. Geluidsabsorberend element met een voorafbepaalde massa te gebruiken in een acoestische scherminrichting met ten minste één nis, daardoor gekenmerkt dat het voorzien is van ten minste één elastisch element voor het verend ophangen van genoemd geluidsabsorberend element (3) in genoemde nis (10), zodanig dat hierbij een eigenfrequentie resulteert welke afhankelijk is van genoemde voorafbepaalde massa en van de elasticiteit van genoemd ten minste één elastisch element.
18. Geluidsabsorberend element volgens conclusie 17, daardoor gekenmerkt dat genoemd ten minste één elastisch element gevormd is door een membraan (7).
19. Geluidsabsorberend element volgens conclusie 17, daardoor gekenmerkt dat ten minste twee elastische elementen zijn voorzien onder de vorm van dynamische steunelementen (9) op voorafbepaalde plaatsen waarbij deze bestemd zijn als contactlichamen tussen het of ieder geluidsabsorberend element (3) en de corresponderende nis(sen) (10) van het draaggestel (1).
20. Geluidsabsorberend element volgens conclusie 19, daardoor gekenmerkt dat een verder elastisch membraan (8) is voorzien dat op zodanige wijze op genoemd elastisch membraan (7) gesuperponeerd is dat de dynamische steunelementen (9) tussen beide membranen (7) en (8) zijn omsloten.
21. Geluidsabsorberend element volgens één van de conclusies 17 tot en met 20, daardoor gekenmerkt dat het kapvormig is en hierbij een top (4) en aan de top aangrenzende opstaande randen (5) vertoont welke bestemd zijn om te passen in genoemde ten minste één nis (10).
22. Geluidsabsorberend element volgens één van de conclusies 18 tot 20 en 21, daardoor gekenmerkt dat genoemd elastisch membraan (7) gespannen is tussen beide overstaande uiteinden van genoemde opstaande randen (5) en zich uitstrekt tot op een voorafbepaalde hoogte hiervan, op zodanige wijze dat het of ieder geluidsabsorberend element (3) door het membraan (7) als een slof gedeeltelijk omsloten is, waarbij een kamer (6) met een voorafbepaald volume gevormd is welke dienst doet als trilholte met een toegevoegde resonantiefre-quentie, waarbij de elasticiteit van genoemd ten minste één elastisch element verder zodanig gekozen is dat de dynamische stijfheid ervan zich bovendien aan het dynamisch gedrag van de kamer (6) aanpast, zodanig dat een eigenfrequentie resulteert welke ook nog afhankelijk is van dit voorafbepaald volume.
23. Geluidsabsorberend element volgens één van de conclusies 17 tot en met 22, daardoor gekenmerkt dat zijn deel (4) bestemd om een nis af te sluiten nagenoeg recht is.
24. Geluidsabsorberend element volgens één van de conclusies 17 tot en met 23, daardoor gekenmerkt dat ten minste één zijde van zijn deel (4) bestemd om een nis af te sluiten een oneffen oppervlak vertoont.
25. Geluidsabsorberend element volgens conclusie 24, daardoor gekenmerkt dat genoemd oneffen oppervlak gevormd is door een stel uitsteeksels (12, 13) of in-drukkingen.
26. Geluidsabsorberend element volgens één van de conclusies 17 tot en met 25, daardoor gekenmerkt dat de zijde bestemd om naar de nis toegekeerd te zijn voorzien is van een acoestisch actieve bedekkingslaag (17).
NL9200662A 1992-03-24 1992-04-08 Acoestische scherminrichting. NL9200662A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9200278A BE1005752A3 (nl) 1992-03-24 1992-03-24 Acoestische scherminrichting.
BE9200278 1992-03-24

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9200662A true NL9200662A (nl) 1993-10-18

Family

ID=3886197

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9200662A NL9200662A (nl) 1992-03-24 1992-04-08 Acoestische scherminrichting.

Country Status (2)

Country Link
BE (1) BE1005752A3 (nl)
NL (1) NL9200662A (nl)

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN104727242A (zh) * 2015-03-25 2015-06-24 成都中弘轨道交通环保产业股份有限公司 铁路插板式超高强混凝土-微孔陶瓷复合声屏障单元板
RU2671275C1 (ru) * 2017-09-15 2018-10-30 Олег Савельевич Кочетов Акустический экран для производственных помещений

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3828504A (en) * 1971-05-25 1974-08-13 K Spang Concrete structural member with high internal damping
JPS52148917A (en) * 1976-06-03 1977-12-10 Chiyoda Chem Eng Construct Co Sound adsorbing material
DE2921050A1 (de) * 1979-05-23 1980-11-27 Fraunhofer Ges Forschung Schallabsorbierendes bauelement aus kunststoff-folie
DE8518789U1 (de) * 1985-06-28 1985-09-05 Schulte & Hennes Gmbh Betonwerke & Co, 5779 Eslohe Lärmschutzplatte aus Beton
CH675738A5 (en) * 1989-11-23 1990-10-31 Brodtbeck Ag Noise barrier - consists of basic panel with thickened outer edge making recess for an absorbent layer

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN104727242A (zh) * 2015-03-25 2015-06-24 成都中弘轨道交通环保产业股份有限公司 铁路插板式超高强混凝土-微孔陶瓷复合声屏障单元板
RU2671275C1 (ru) * 2017-09-15 2018-10-30 Олег Савельевич Кочетов Акустический экран для производственных помещений

Also Published As

Publication number Publication date
BE1005752A3 (nl) 1994-01-18

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4887399A (en) Soundproof roof curb
RU2311286C2 (ru) Акустический кожух для деревообрабатывающего оборудования
CN101408042B (zh) 吸声结构和声室
US5245141A (en) Sound-insulating and sound-damping composite structure
HU181128B (en) Oscillation absorbing piece
JPH0518439B2 (nl)
EP0666374B1 (en) Noise-protection screen
BE1005752A3 (nl) Acoestische scherminrichting.
EA025977B1 (ru) Шумозащитная стена со звукоизолирующими конструктивными элементами
BE1005753A3 (nl) Geluidswerende inrichting.
JPH08319680A (ja) 遮音装置
JPH089852B2 (ja) 吸遮音防音パネル
CN205839609U (zh) 多模块组合式声屏障
JP2002146727A (ja) 透光性防音板および防音壁
JP3153379B2 (ja) 防音壁
JP2831562B2 (ja) 防音壁
CN106120587A (zh) 组合式自动调节声屏障
KR100358546B1 (ko) 방음장치,특히도로변및터널용방음장치
JPH10264281A (ja) 防音部材
WO1997033051A1 (en) Sound deadening panels
RU2616944C2 (ru) Шумозащитный экран
KR100245661B1 (ko) 방음블럭
KR970001554Y1 (ko) 방음벽체용 판넬
BE1016198A3 (nl) Geluidwerend wandpaneel.
JP2001279621A (ja) 吸音構造体

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed