NL9101254A - Werkwijze voor het regelen van de voortbeweging van voorwerpen in een transportsysteem, in het bijzonder een automatische verpakkingsinrichting, alsmede het betreffende systeem. - Google Patents
Werkwijze voor het regelen van de voortbeweging van voorwerpen in een transportsysteem, in het bijzonder een automatische verpakkingsinrichting, alsmede het betreffende systeem. Download PDFInfo
- Publication number
- NL9101254A NL9101254A NL9101254A NL9101254A NL9101254A NL 9101254 A NL9101254 A NL 9101254A NL 9101254 A NL9101254 A NL 9101254A NL 9101254 A NL9101254 A NL 9101254A NL 9101254 A NL9101254 A NL 9101254A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- objects
- station
- conveyor
- speed
- take
- Prior art date
Links
- 238000000034 method Methods 0.000 title claims description 11
- 238000004806 packaging method and process Methods 0.000 title description 12
- 238000009825 accumulation Methods 0.000 claims description 14
- 238000003860 storage Methods 0.000 claims description 13
- 230000003287 optical effect Effects 0.000 claims description 5
- 230000015572 biosynthetic process Effects 0.000 claims description 4
- 230000001133 acceleration Effects 0.000 claims description 3
- 238000001514 detection method Methods 0.000 claims description 3
- 238000011144 upstream manufacturing Methods 0.000 description 11
- 230000035508 accumulation Effects 0.000 description 10
- 230000007423 decrease Effects 0.000 description 4
- 238000010276 construction Methods 0.000 description 3
- 235000019219 chocolate Nutrition 0.000 description 2
- 230000001276 controlling effect Effects 0.000 description 2
- 239000000463 material Substances 0.000 description 2
- 235000015895 biscuits Nutrition 0.000 description 1
- 239000000969 carrier Substances 0.000 description 1
- 239000003795 chemical substances by application Substances 0.000 description 1
- 230000003247 decreasing effect Effects 0.000 description 1
- 230000000694 effects Effects 0.000 description 1
- 235000013305 food Nutrition 0.000 description 1
- 230000007257 malfunction Effects 0.000 description 1
- 238000004519 manufacturing process Methods 0.000 description 1
- 238000012856 packing Methods 0.000 description 1
- 230000002028 premature Effects 0.000 description 1
- 230000001105 regulatory effect Effects 0.000 description 1
- 230000002441 reversible effect Effects 0.000 description 1
- 238000005070 sampling Methods 0.000 description 1
- 230000011664 signaling Effects 0.000 description 1
- 230000001052 transient effect Effects 0.000 description 1
- 230000007704 transition Effects 0.000 description 1
- 238000005303 weighing Methods 0.000 description 1
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65G—TRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
- B65G43/00—Control devices, e.g. for safety, warning or fault-correcting
- B65G43/08—Control devices operated by article or material being fed, conveyed or discharged
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65G—TRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
- B65G2203/00—Indexing code relating to control or detection of the articles or the load carriers during conveying
- B65G2203/04—Detection means
- B65G2203/042—Sensors
- B65G2203/044—Optical
Landscapes
- Control Of Conveyors (AREA)
- Attitude Control For Articles On Conveyors (AREA)
- Auxiliary Devices For And Details Of Packaging Control (AREA)
- Packaging Of Special Articles (AREA)
Description
Uittreksel
In een transportsysteem omvattende een hoofdtransportlijn (1) en i een aantal zijlijnen (2, 4, Wk) wordt, wanneer een vertraging op treedt in één van de zijlijnen, de werksnelheden van de zijlijnen die nog werkzaam zijn verhoogd om te verzekeren dat de totale stroom voorwerpen (a) wordt afgehandeld. Elke nog steeds werkzame zijlijn schakelt pas over naar de hogere werksnelheid nadat is ) ondervonden dat een opeenhoping van voorwerpen (a) op die zijlijn heeft plaatsgevonden.
Werkwijze voor het regelen van de vooAteweging van voorwerpen in een transportsysteem. in het bijzonder een automatische verpakkings-inrichting. alsmede het betreffende systeem.
De onderhavige uitvinding heeft in zijn algemeenheid betrekking op automatische transportsystemen en is in het bijzonder ontwikkeld voor mogelijk gebruik bij automatische verpakkingsinrichtingen, meer in het bijzonder voor het verpakken van voedingsmiddelen.
Meer in het bijzonder is de uitvinding van toepassing op de situatie zoals schematisch is weergegeven in figuur 1.
Deze figuur is een schematisch bovenaanzicht van een deel van een automatische verpakkingsinrichting en toont: - een station S voor de toevoer van voorwerpen A, bijvoorbeeld gevormd door een oven, een machine voor het gieten van chocola, enzovoorts, die een continue of hoofdzakelijk continue stroom van rijen voorwerpen A afgeeft (biscuit, chocoladerepen, enzovoorts), dat is met banen van identieke voorwerpen voortbewegend in een richting hoofdzakelijk loodrecht op de richting waarin zij zijn uitgelijnd, - een hoofdtransportlijn of passage 1 (op algemeen bekende wijze gevormd door verschillende transporteurs, gewoonlijk eindloze transportbanden, in cascade opgesteld) die de voorwerpen A van het station S ontvangt en ze in een ordelijke stroom voortbeweegt (van links naar rechts in de situatie waarop figuur 1 betrekking heeft); en - een aantal zijlijnen omvattende respectieve afneemstations 2, in het vakgebied RTS genoemd hetgeen rijtoevoerstations betekent, waarvan er in deze situatie vier zijn die de functie hebben om enkele rijen voorwerpen A uit de stroom te nemen die voortbeweegt over de hoofdlijn 1 om ze te zenden na'ar overeenkomstige ge-bruikerstations Wl...Wn (met n = 4 in dit geval) bijvoorbeeld gevormd door verpakkingsinrichtingen voor het ofwel afzonderlijk of in groepen verpakken van de voorwerpen A.
De criteria voor het vormen van RTS stations 2 met vele verschillende configuraties zijn algemeen bekend in dit vakgebied en zullen daarom hier niet worden herhaald. In het algemeen kunnen de stations 2 zodanig worden gevormd dat zij stroomopwaarts of eventueel stroomafwaarts van een afzonderlijk station 2 voorwerpen A van de hoofdtransporteur 1 kunnen halen, afhankelijk van de richting waarin de voorwerpen A op de transporteur 1 voortbewegen.
Dit is in principe van toepassing op het station 2 dat zich het verst stroomafwaarts bevindt en wordt gewoonlijk gecombineerd met een andere transporteur 3 die in beide richtingen kan bewegen en bestemd is om te dienen als een opslagtransporteur. De transporteur 3 is ruwweg gewoonlijk zodanig gevormd dat deze rijen voorwerpen A kan ontvangen die (om redenen die verderop zullen worden uiteengezet) zelfs langs het laatste station 2 zijn gekomen zonder dat zij zijn overgebracht naar een respectief gebruikerstation Wk (k = 1, ....... n) om ze tijdelijk op te slaan voor mogelijk transport in de omgekeerde richting, in het bijzonder naar het station 2 dat zich het meest stroomafwaarts bevindt, om te worden gezonden naar de gebruikerstations.
Onder normale omstandigheden wordt het systeem volgens figuur 1 zodanig ingesteld (vólgens bekende kriteria) dat, wanneer er n afneem-stations 2 zijn behorende bij n respectieve gebruikerstations Wk, neemt elk station 2 van de zich over de hoofdtransporteur 1 voortbewegende stroom een deel dat gelijk is aan 1/n de deel van de hoofdstroom, hetgeen in de praktijk één van elke n rijen betekent.
De normale werking van het systeem wordt echter vaak verstoord door onderbrekingen in de werking van de gebruikerstations Wk (waardoor de bijbehorende aftaklijn van het systeem niet langer voorwerpen kan aannemen) , en dit hoeft niet noodzakelijkerwijs het gevolg te zijn van een storing, doch tevens ten gevolge van fenomenen die behoren bij en te verwachten zijn bij de normale werking van de stations.
Als de stations bijvoorbeeld verpakkingsmachines zijn kan er een tijdelijke stilstand optreden omdat een spoel met velvormig materiaal leeg is en de juiste toevoer van het velvormige materiaal opnieuw dient te worden ingesteld (de zogenaamde "papier-wissel").
Aldus is er het probleem van het zodanig opzetten van het systeem dat het dergelijke voorbij gaande fenomenen kan opnemen zonder de noodzaak rijen voorwerpen A ter zijde te plaatsen, welke niet zijn opgenomen door de machine die tijdelijk is stilgelegd.
Dit probleem kan op verschillende manieren worden opgelost.
Bijvoorbeeld is reeds voorgesteld om elk afneemstation 2 zodanig te vormen dat dit een bepaalde lokale opslagfunctie kan bekleden voor rijen voorwerpen A die niet kunnen worden overgebracht naar het bijbehorende gebruikerstation Wk dat tijdelijk stilstaat. Volgens deze oplossing wor- den één of meer rijen die tijdelijk in het afneemstation 2 "geparkeerd zijn" vervolgens overgebracht naar het respectieve gebruikerstation wanneer dit opnieuw begint te werken, of naar afneemstations 2 die zich verder stroomafwaarts van de stroom bevinden, of zelfs naar de opslagband 3 indien de stilstand langduriger wordt.
Deze op zich briljante oplossing leidt in de praktijk tot aanzienlijke problemen, zowel ten gevolge van de complexe constructie van de afzonderlijke afneemstations 2 als omdat het probleem van de tijdelijke stilstand van de gebruikerstations Wl....Wn niet uitvoerig wordt opgelost door een gecentraliseerde intelligentie van het systeem doch door deeloplossingen die op het niveau van de lokale intelligentie van elk afzonderlijk afneemstation 2 is aangebracht.
Verschillende fabrikanten hebben gepoogd om het probleem op een centraal niveau op te lossen onder gebruik making van een algemeen principe volgens welke, wanneer een tijdelijke stilstand van één van de ge-bruikerstations Wk ondekt is, de werkingsnelheid van alle andere gebruikers tations (en van de bijbehorende afneemstations 2) onmiddelijk wordt vergroot en elke afneem- of vertakkingslijn van het systeem die nog werkt zo is uitgevoerd dat deze een l/(n-l)- de deel van de voorwerpen A kan opnemen in plaats van het 1/n- de deel.
Dit betekent in feite dat, wanneer wordt aangenomen dat er vier gebruikerstations W1...W4 beschikbaar zijn en, onder normale omstandigheden, elk 1/k van de stroomvoorwerpen A opnemen, in het geval van stilstand van één station, elk van de stations die nog werkzaam zijn hun werkingsnelheid zodanig verhogen dat dit 1/3 van de voorwerpen A van het toevoerstation S kan opnemen.
Deze oplossing heeft eveneens nadelen ten gevolge van het feit dat zich rijen voorwerpen op de hoofdtransporteur 1 kunnen bevinden die, zelfs wanneer de stations die nog steeds werkzaam zijn sneller werken, niet kunnen worden afgenomen, en er is dus altijd de noodzaak om die naar de opslagband 3 te zenden. Belangrijker is dat het kan zijn dat één of meer afneemstations 12, die geschikt gemaakt zijn om sneller te werken, in feite niet in staat zijn om onmiddelijk rijen voorwerpen A af te nemen waardoor de bijbehorende, zich stroomafwaarts bevindende gebruikerstations Wk, waarvan gezorgd is dat zij sneller werken, in feite niet worden gevoed. In het geval van een verpakkingsmachine, kunnen één of meer lege verpakkingen (zonder voorwerpen) worden voortgebracht en deze dienen ter zijde worden geplaatst.
Om dit probleem op te lossen, is eveneens voorgesteld om waarneem- middelen (optische poorten of iets dergelijks) te combineren met de af-neemstations 2 om de stromingsdichtheid van de rij voorwerpen A op de hoofdtransporteur 1 stroomopwaarts van elk station 2 te bepalen en voor het vóórtbrengen van analoge uitgangssignalen die een aanduiding geven van die stormingsdichtheid. De analoge signalen worden gebruikt voor het besturen van de zich stroomafwaarts bevindende gebruikerstations Wk. Dit wordt zodanig uitgevoerd dat het station op een analoge wijze kan worden ingesteld voor de voorwerpen A op de hoofdtransporteur 1, die feitelijk opgenomen dienen te worden door het respectieve afneemstation 2.
Het besturingssignaal wordt gewoonlijk voortgebracht door een elek- i trisch circuit dat het gemiddelde van een doserend signaal verschaft, waarbij elke puls overeenkomt met de aankomst van een rij voorwerpen A.
Echter is ondervonden dat de waarde van dit analoge signaal tussen nogal brede grenzen continu varieert.
In dit verband wordt opgemerkt dat, in systemen zoals weergegeven in figuur 1 die gevormd zijn volgens de meest recente kennis, de wer-kingsnelheden van de gebruikers tations Wk liggen in de orde van vele honderden "slagen per minuut" (bijvoorbeeld 500) en dat de werkingsnel-heid tot een bovengrens (in het geval van een systeem met vier gebruikers tations Wk) van meer dan een derde hoger dan diens nominale wer-kingsnelheid kan variëren.
Zoals reeds is beschreven neemt elk station bij normale werking een kwart (dat is 25%) van de totaalstroom van voorwerpen A af, terwijl de hogere werkingsnelheid die tijdens stilstand van één van de machines wordt opgelegd ten gevolge heeft dat elk van de machines die nog steeds werkzaam zijn een derde (dat is 33#) van de totaalstroom afneemt. Dit correspondeert met de noodzaak van een ongeveer 8% hogere afname van de stroom voorwerpen, hetgeen bijna een derde is van de gebruikelijke afname ter grootte van 25# door het station.
Over het algemeen is daarom het variëren van de werkingsnelheid tussen dergelijke kritieke grenzen een nadeel, waardoor vroegtijdige slijtage van de middelen kan ontstaan.
Een andere oplossing die is voorgesteld is het verschaffen van een extra aftaklijn in het systeem (gewoonlijk stroomafwaarts van alle anderen) die niet werkzaam is tijdens de normale werking van het systeem en die bestemd is om te worden gebruikt ter vervanging van één van de andere aftaklijnen waarvan het gebruikerstation Wk tijdelijk is gestopt.
Echter is ook deze oplossing niet geschikt.
Op de eerste plaats moet, door de aard van de gebruikelijke onder- brekingen van de werking van de stations Wk (die, zoals reeds is beschreven, nogal vaak voorkomen en nogal kort duren), de hulplijn continu wisselen tussen een inactieve toestand en toestanden van snelle activiteit.
Bovendien wordt de aanwezigheid van de extra lijn door de eindgebruiker gezien als een onnodige aanslag op de kosten en het ruimtegebruik.
Daarom is het het hoofddoel van de onderhavige uitvinding, middelen te verschaffen voor het regelen van de werking van een systeem zoals is weergegeven in figuur 1, waarbij de hierboven beschreven problemen worden voorkomen.
Volgens de onderhavige uitvinding wordt dit doel bereikt met behulp van een besturingswijze volgens de kenmerken zoals weergegeven in de bijgevoegde conclusies.
Een ander doel van de uitvinding is het verschaffen van een samenstel dat werkt overeenkomstig de besturingsmethode.
De uitvinding zal nu zuiver bij wijze van niet beperkend voorbeeld worden beschreven onder verwijzing naar de begeleidende tekeningen, waarin : figuur 1 de indeling toont van een verpakkingssysteem dat hierboven reeds volledig is beschreven, echter deze tekening zal worden gebruikt voor het verduidelijken van de kenmerken van de uitvinding; figuur 2 een schematisch aanzicht is van een deel van het in figuur 1 getoonde systeem, ruwweg genomen langs de lijn II-II van figuur 1, en figuur 3 een stroomdiagram is waarin de werkingsvolgorde van een systeem volgens de uitvinding wordt getoond.
De algemene beschrijving van de opbouw en werking van een automatisch verpakkingssysteem dat hierboven is gegeven onder verwijzing naar figuur 1 heeft tevens in alle opzichten betrekking op de onderhavige uitvinding.
Het hoofdkenmerk van de uitvinding is het opnemen in het in figuur 1 getoonde systeem, en meer in het bijzonder, op een plaats tussen elk afneemstation (RTS) 2 en het respectieve gebruikerstation Wk, van een transporteur 4 die bestuurd wordt door de algemene besturingseenheid U van het systeem (gewoonlijk een PLC-regeleenheid) overeenkomstig de kri-teria die hieronder zullen worden uiteengezet.
Meer in het bijzonder wordt elke transporteur 4 gevormd door verschillende eindloze bandtransporteurs die in cascade zijn opgesteld (met respectieve aandrijfeenheden 4b bestuurd door de eenheid U - alles vol- gens algemeen bekende technieken in het vakgebied waardoor dit hier niet in detail behoeft te worden herhaald), met de aanwezighied van een functie voor het vaststellen van opeenhopingen van voorwerpen A verbonden met tenminste twee optische poorten of waarnemers 5» 6 bij de stroomopwaartse einden van respectieve delen van de transporteur 4.
De optische waarnemer 5 bevindt zich bij het stroomopwaartse einde van het deel 4l van de transporteur 4 dat zich het verst stroomafwaarts bevindt (dat is het deel dat het dichts gelegen is bij het respectieve gebruikerstation Wk), terwijl de waarnemer 6 is aangebracht bij het stroomopwaartse einde van het deel 42 van de transporteur 4 stroomopwaarts van het deel 4l.
Natuurlijk kunnen ook andere soorten waarnemers worden gebruikt voor het vaststellen van de aanwezigheid van voorwerpen A op de transpor-teurdelen 4l en 42 (bijvoorbeeld voelers met scharnierende armen die door contact met de voortbewegende voorwerpen A worden bewogen).
Het gebruik van optische waarnemers (bijvoorbeeld de fotodetectie-systemen die worden geproduceerd door het bedrijf Erwin Sick uit Duitsland) heeft tegenwoordig echter de voorkeur.
In elk geval zijn de kenmerken van de detectiesystemen en de wijze waarop zij worden gebruikt in dit vakgebied algemeen bekend en behoeven niet in het bijzonder te worden beschreven.
Samengevat is het van belang dat de functie van de waarnemer 5 in essentie bestaat uit het verschaffen van een signaal dat bepalend is voor het feit dat er onmiddelijk stroomafwaarts voldoende opeenhoping of voor-raadvorming van voorwerpen A op de transporteur 51 voor het gebruikerstation Wk plaats vindt om op de juiste wijze te werken. Dit vindt bijvoorbeeld plaats bij kleine variaties in de voortbewegingssnelheid van het transporteurdeel 42 (en/of elk transporteurelement dat zich stroomafwaarts bevindt) om een vorming van een te dichte opeenpakking van voorwerpen op de transporteur 42 te voorkomen, onder gelijktijdige voorkoming dat de stroom voorwerpen teveel wordt uitgepreid.
Voor een volledige beschrijving van deze stromingsregulerende functie, wordt verwezen naar de beschrijving van het Amerikaanse octrooi-schrift 4.962.844 van aanvraagster.
De zich stroomopwaarts bevindende waarnemer 6 heeft echter de functie van waarnemen en signaleren aan de eenheid U, door het uitzenden van een overeenkomstig signaal, van een situatie waarin de rij produkten die zich stroomopwaarts van het gebruikstation Wk samenpakt het volledige transporteurdeel 52 bezet.
Natuurlijk kan volgens een andere uitvoering van de uitvinding (niet weergegeven in de tekeningen) de functie van de waarnemer 6 worden bekleed door andere waarnemers die stroomopwaarts zijn aangebracht en elk bestemd zijn om te controleren of de zich verzamelende rij voorbij een respectieve transporteur loopt.
De besturingseenheid U van het systeem ontvangt naast signalen van de waarnemers 5 en 6 tevens signalen van de afzonderlijke stations Wk, die aangeven of elk station Wk normaal functioneert of tijdelijk is gestopt.
Een andere waarnemer 7 die behoort bij de opslagtransporteur 3 kan de aanwezigheid van één of meer rijen voorwerpen A die zijn opgeslagen op de transporteur 3 doorgeven aan de eenheid U.
De eenheid U (die zoals reeds vermeld wordt gevormd door een PLC of een overeenkomstige besturingseenheid) regelt de werking van elk afneem-station 2, de respectieve transporteur 4, en het gebruikerstation Wk van elke tak van de stroom voorwerpen A volgens het logische schema (uitgevoerd in de vorm van software) zoals weergegeven door het stroomdiagram van figuur 3·
Na een startpunt 100 wordt eerst gecontroleerd (stap 101) of het repectieve station op de juiste wijze werkt.
Als het station Wk tijdelijk is gestopt, wordt een alarmsignaal naar de eenheid U gezonden (stap 102) ten behoeve van het gebruik volgens de hierboven beschreven kriteria.
Als de machine op de juiste wijze werkt, voert de eenheid U deze uitwisseling van gegevens met alle machinedelen van het systeem uit (stap 103).
In een volgende stap 104 controleert de eenheid U, op basis van de uitlezing van stap 103. of alle stations Wk op de juiste wijze werken en, als het resultaat positief is, bevestigt deze in een stap 105 het commando voor alle machines en de respectieve bijbehorende elementen (afneem-stations 2, transporteurs 4) die zich stroomopwaarts daarvan bevinden om de werking bij de normale snelheid voort te zetten (het afnemen van het 1/n-de deel van de totaalstroom van voorwerpen, waarbij n het aantal stations Wk in het systeem is) en begint dan opnieuw aan de controle-operatie van stap 101.
Als het resultaat negatief is, dat is als is ondervonden dat één . van de - andere - stations Wk van het systeem tijdelijk is gestopt, wordt de machine voorbereid voor mogelijke werking bij een hogere snelheid (het opnemen van het l/(n-l) de deel van de stroom voorwerpen A).
Voor dit doel leest de eenheid U (stap 106) de gegevens die worden doorgegeven door de waarnemer 6 (of er eveneens een opeenhoping op de transporteur 42 plaatsvindt).
In de vergelijkstap 107 controleert de eenheid, op basis van het signaal dat wordt af gegeven door de waarnemer 6, of het opeenhopen van voorwerpen op de transporteur 4 reeds loopt tot de plaats die bepaald wordt door de waarnemer 6.
Als dit niet zo is gaat dit programma terug tot stap 106, nadat ervoor is gezorgd dat het respectieve afneemstation 2 bij een hoge snelheid werkt (afnemen van het l/(n-l) de deel van de rijen) (stap 108).
Dit betekent dat, hetgeen belangrijk is voor de doelen van de uitvinding - wanneer ondervonden is dat één van de gebruikers t at ions Wk is gestopt, de regeling van het systeem begrensd wordt tot de versnelling (stap 108) van de werking van alle afneemstations 2 die behoren bij de andere stations Wk die op de juiste wijze werken, echter zonder het versnellen van de werking van de andere gebruikerstations en hun respectieve transporteurs 4 (dat is van de aftaklijnen als geheel) totdat is ondervonden dat een bepaalde opeenhoping van voorwerpen A plaatsvindt op de respectieve toevoertransporteurs 4.
In de praktijk wordt hierdoor gereageerd op de noodzaak het "opnemen" te versnellen van de rijen voorwerpen A door de afneemstations 2 van de aftaklijnen die doorgaan met werken wanneer er een alarmsituatie is die wordt veroorzaakt door de vaststelling van het stoppen van één van de stations Wk zonder dat daardoor echter de werking van de gehele aftaklijn wordt beïnvloed.
Zoals in de beschrijvingsinleiding is uiteengezet, kan de snel-heidstoename ten gevolge van het gebruik van deze specifieke opstelling in feite aanzienlijk zijn (zelfs 1/3 of meer). En bovendien, als er rekening mee wordt gehouden dat de onderbrekingen van de werking van één van de machines Wk vaak plaatsvindt en van korte duur is (bijvoorbeeld pauzes voor het verwisselen van papier), zal het duidelijk zijn dat het vrij vaak niet noodzakelijk is om de werking van het hele systeem te versnellen omdat de tijdelijke onderbreking van diens werking kan worden geabsorbeerd zonder de noodzaak dat alle stations die nog steeds werken sneller gaan werken.
Bovendien kan het gebeuren, zoals reeds eerder is uiteengezet, dat de snelheid van één of meer afneemstations die behoren bij de gebruikers-tations Wk die nog werkzaam zijn wordt verhoogd in een situatie waarbij een rij voorwerpen A niet direct beschikbaar is om te worden af genomen, waardoor het risico bestaat dat lege verpakkingen worden gevormd.
Bij de oplossing volgens de uitvinding, verzekert het niet direct verhogen van de werkingsnelheid van de transporteur 4 en het gebruiker-station Wk stroomafwaarts daarvan, dat onder alle omstandigheden een bepaalde voorraad van verzamelde voorwerpen A wordt gevormd, waardoor het vormen van lege verpakkingen wordt voorkomen.
In het bijzonder voorkomt de oplossing volgens de uitvinding variaties op de werkingsnelheden van de stations Wk die wel optraden bij die systemen waarbij de stations werden bestuurd door analoge besturingssig-nalen afhankelijk van de dichtheid van de stroom rijen van binnenkomende voorwerpen A.
Daarom versnellen volgens de oplossing overeenkomstig de onderhavige uitvinding de transporteur 4 en het station Wk niet direct naar de hogere werkingsnelheid in het geval van stoppen van één van de stations Wk. Als dit gebeurt zonder dat opeenhoping optreedt op de transporteur 4 en, meer in het bijzonder, op het deel 42, gaat het besturingssysteem terug naar stap 104 nadat de afneemsnelheid van de stations 2 die behoren bij de gebruikerstations die nog steeds werken, is versneld (stap 108). Aldus keert het systeem terug naar diens normale werkingtoestand als onderwijl het gebruikerstation dat gestopt is opnieuw begonnen is te werken.
Een' algemene overgang naar de alarmtoestand (waarin de werking van de gebruikerstations Wk die nog steeds werken en de respectieve transporteurs 4 - eveneens - wordt versneld tot een snelheid waardoor wordt verzekerd dat een l/(n-l) de deel van de totaalstroom wordt afgenomen) vindt echter plaats als, en alleen als, het signaal dat door de waarnemer 6 wordt afgegeven bevestigd dat opeenhoping is gevormd (een positief resultaat van de vergelijkstap 107).
Op dat moment versnelt de eenheid ü (stap 109) niet alleen op effectieve wijze de werking van het afneemstation 2, doch tevens van de transporteur 4 en van het gebruikerstation Wk. Dit alles heeft betrekking op elke aftaklijn van het systeem waar zich een in werking zijnd gebruikerstation Wk bevindt.
Deze werkconditie wordt gehandhaafd totdat de eenheid U negatieve resultaten krijgt uit twee vergelijkingen die gemaakt worden in opeenvolgende beslisstappen 110 en 111.
In stap 110, controleert de eenheid U of het signaal dat wordt afgegeven door de waarnemer 6 aangeeft dat er nog steeds opeenhoping op de tak 42 plaatsvindt. Als dit zo is wordt de snellere werkingsnelheid gehandhaafd.
Als het resultaat negatief is (als ondervonden is dat de opeenhoping op het deel 42 van de transporteur 4 verdwenen is), leest de eenheid U het signaal dat verschaft wordt door de waarnemer 7 die behoort bij de opslagtransporteur 3·
Als deze waarnemer de aanwezigheid van rijen aangeeft die verzameld zijn op de transporteur 3 (een positief resultaat instap 111) houdt de eenheid U het systeem werkend op de hogere snelheid.
De aanwezigheid van rijen die verzameld zijn op de transporteur 3 geeft in feite aan dat er een vertraging is opgetreden van het afnemen van rijen voorwerpen A en het is daarom noodzakelijk dat het systeem blijft werken op de hogere snelheid.
In het bijzonder wordt de opeenhoping die zich heeft gevormd op de transporteur 3 op de eerste plaats verwijderd (overeenkomstig bekende principen die hier niet behoeven te worden heraald) door het afneemsta-tion 2 dat zich het verst stroomafwaarts bevindt. Zoals is uiteengezet in de inleiding is dit station gewoonlijk zodanig gevormd dat het zowel stroomopwaarts als stroomafwaarts ten opzichte van het station gelegen rijen voorwerpen kan afnemen.
Het bedoelde afneemstation kan de voorwerpen A die zich op de opslagtransporteur 3 bevinden afnemen en ze overbrengen naar diens gebruik-station Wn.
De eenheid U brengt het hele systeem pas terug naar de lagere wer-kingsnelheid (stap 112) (waardoor wordt verzekerd dat elke zijlijn het 1/n-de deel van de totaalstroom van voorwerpen afneemt en brengt het regelsysteem terug naar de eerste stap) wanneer de in stap 111 gemaakte vergelijking eveneens een negatief resultaat oplevert (hetgeen aangeeft dat de opeenhoping op de transporteur 4 verdwenen is).
Natuurlijk kunnen zonder de principes van de uitvinding te veranderen, de constructiedetails en vormen van de uitvoeringen daarvan worden gevarieerd ten opzichte van die zoals beschreven en getoond, zonder daarbij het doel van de uitvinding te verlaten.
Claims (7)
1. Werkwijze voor het voortbewegen van voorwerpen (A) in een trans-porteursysteem omvattende: - een hoofdtransportlijn (1) waarop een stroom voorwerpen (A) voorbeweegt, en - een aantal zijlijnen (2, 4, Wk) die kunnen werken bij een normale werksnelheid (1/n) en tenminste bij één hogere snelheid (1/n-l) en waarop respectieve delen van de stroom voorwerpen (A) worden overgebracht, waarbij de werkwijze omvat de stappen van het vaststellen van het stoppen van enige zijlijn (2, 4, Wk) en het veroorzaken dat de andere zijlijnen die nog steeds werkzaam zijn met een hogere snelheid gaan werken zodat verzekerd wordt dat de stroom voorwerpen (A) wordt opgenomen, met het kenmerk, dat de werkwijze voorts omvat de stappen van het waarnemen (6) van de vorming van enig opeenhopen van voorwerpen (A) op elk van de zijlijnen die nog steeds werkzaam zijn, en de stap van het pas overgaan naar een hogere werksnelheid wanneer er een opeenhoping plaatsvindt.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, aangebracht op een systeem dat tevens is voorzien van opslagmiddelen (3) voor het tijdelijk opslaan van enig voorwerp (A) dat niet is overgebracht op de zijlijnen (2, 4, Wk), met het kenmerk, dat de werkwijze voorts omvat de stappen van het waarnemen (7) van de aanwezigheid van voorwerpen (A) op de opslagmiddelen (3) en het veroorzaken dat de zijlijnen pas terugkeren naar de normale werksnelheid, na een versnelling naar de hogere snelheid, nadat alle voorwerpen (A) van de opslagmiddelen (3) zijn verwijderd.
3. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, aangebracht op een systeem waarbij elke zijlijn in cascadeopstelling heeft: - een afneemstation (2) voor het af nemen van voorwerpen (A) van de hoofdtransporteur (1), - een transporteur (9), en - een gebruikerstation (Wk), met het kenmerk, dat het omvat de stappen van: - het veroorzaken dat het afneemstation (2) van elke zijlijn die nog in werking is, bij de hogere snelheid werkt wanneer het stoppen van een andere zijlijn is vastgesteld (107), en - het op de normale, lagere werkingsnelheid (1/n) houden van de transporteur (4) en het gebruikerstation (lik) totdat de vorming van een opeenhoping op de transporteur (4) is vastgesteld (6).
4. Inrichting voor het transporteren van voorwerpen (A) omvattende: - een hoofdlijn (1) voor het transporteren van een stroom voorwerpen (A), - een aantal zijlijnen (2, 4, Wk) die kunnen werken bij een normale werksnelheid (1/n) en bij tenminste een hogere snelheid (1/n-l) voor het overbrengen van respectieve fracties van de stroom voorwerpen (A), en - middelen (U) voor het vaststellen van het tot stilstand komen van enige zijlijn (2, 4, Wk) en voor het veroorzaken dat de andere zijlijnen die nog steeds werkzaam zijn komen te werken met een overeenkomstig hogere snelheid om te verzekeren dat de stroom voorwerpen (A) wordt opgenomen. met het kenmerk, dat deze omvat: - waarneemmiddelen (6) voor het vast stellen van de vorming van enig opeenhopen van voorwerpen (A) op elke zijlijn die nog werkzaam is, en - regelmiddelen U voor het pas verhogen van de werkingsnelheid wanneer een opeenhoping plaatsvindt.
5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat deze omvat: - opslagmiddelen (3) voor het tijdelijk opslaan van enig voorwerp (A) dat niet is overgebracht op de zijlijnen (2, 4, Wk), - andere waarneemmiddelen (7) voor het vaststellen van de aanwezigheid van voorwerpen (A) op het opslagmiddel, - en dat het regelmiddel ervoor zorgt dat de zijlijnen pas terugkeren naar de normale werksnelheid na een versnelling tot de hogere snelheid, wanneer de andere waarneemmiddelen (7) vaststellen dat alle voorwerpen (A) van het opslagmiddel (3) zijn verwijderd.
6. Inrichting volgens conclusie 4 of 5. met het kenmerk, dat elke zijlijn in cascade-opstelling omvat: - een afneemstation (2) voor het afnemen van voorwerpen (A) van de hoofdtransporteur (1), - een transporteur (9), en - een gebruikerstation (Wk), en dat de regelmiddelen (U) de werking van het afneemstation (2) van elke zijlijn die nog werkzaam is versnellen naar de hogere snelheid wanneer het stoppen van een andere zijlijn is vastgesteld doch de transportmiddelen (4) en het gebruikstation (Wk) op de normale werksnelheid houden totdat het waarneemmiddel (6) de vorming van een opeenhoping op de transportmiddelen (k) vaststelt.
7. Inrichting volgens één der conclusies 4 tot 6, met het kenmerk, dat het waarneemmiddel (6) optische waarnemers omvat.
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
IT6764690 | 1990-08-17 | ||
IT67646A IT1240709B (it) | 1990-08-17 | 1990-08-17 | Procedimento per regolare l'avanzamento di articoli in un sistema di convogliamento, particolarmente un sistema automatico di confezionamento, e relativo sistema. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL9101254A true NL9101254A (nl) | 1992-03-16 |
Family
ID=11304187
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL9101254A NL9101254A (nl) | 1990-08-17 | 1991-07-17 | Werkwijze voor het regelen van de voortbeweging van voorwerpen in een transportsysteem, in het bijzonder een automatische verpakkingsinrichting, alsmede het betreffende systeem. |
Country Status (7)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US5170877A (nl) |
DE (1) | DE4120082A1 (nl) |
ES (1) | ES2043502B1 (nl) |
FR (1) | FR2665878A1 (nl) |
GB (1) | GB2246996B (nl) |
IT (1) | IT1240709B (nl) |
NL (1) | NL9101254A (nl) |
Families Citing this family (22)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
IT1266179B1 (it) * | 1994-07-20 | 1996-12-23 | Cavanna Spa | Dispositivo e procedimento per regolare l'avanzamento di articoli, ad esempio in impianti per il confezionamento automatico di prodotti |
ES2138472B1 (es) * | 1995-03-14 | 2001-01-16 | Cruz P Sa | Sistema de distribucion asociado a linea de mecanizado de placas de material petreo, especialmente pizarra. |
US5611420A (en) * | 1995-07-27 | 1997-03-18 | J & J Snack Foods Corp. | Dough-Handling Machine |
US5791865A (en) * | 1996-09-13 | 1998-08-11 | Bublitz; Rod W. | Bag palletizer |
GB9625613D0 (en) * | 1996-12-10 | 1997-01-29 | Webb J C | Conveyor system for rod-like articles |
IT1292882B1 (it) * | 1997-04-28 | 1999-02-11 | Gd Spa | Metodo per bilanciare la produzione di due linee di un impianto di impacchettamento. |
US6292710B1 (en) | 1999-12-20 | 2001-09-18 | United Parcel Service Of America, Inc. | Conveyor having variable speed control |
ITBO20020050A1 (it) * | 2002-01-31 | 2003-07-31 | Casmatic Spa | Apparato per il controllo e per la gestione automatica di due o piu' linee complete di produzione e di confezionamento di rotoli di carta o |
DE10207096A1 (de) * | 2002-02-20 | 2003-08-28 | Iwk Verpackungstechnik Gmbh | Verfahren zur Steuerung einer Verpackungsmaschine |
JP2004042447A (ja) * | 2002-07-11 | 2004-02-12 | Toyo Jidoki Co Ltd | ストッカー装置付き製袋包装機 |
ITBO20040166A1 (it) * | 2004-03-22 | 2004-06-22 | Gd Spa | Metodo per la formazione di gruppi di sigarette in una macchina impacchettatrice |
US7584589B2 (en) * | 2007-03-09 | 2009-09-08 | Georgia-Pacific Consumer Products Lp | Robotic multi-product case-packing system |
EP2096052B1 (en) | 2008-02-26 | 2011-12-14 | Cavanna S.p.A. | A method and system for controlling product flows |
US8226401B2 (en) * | 2009-01-12 | 2012-07-24 | Kraft Foods Global Brands Llc | Gum manufacturing system with loafing and conditioning features |
EP2683251B1 (en) | 2011-03-11 | 2021-08-25 | Intercontinental Great Brands LLC | Method of forming multilayer confectionery |
JP5912180B2 (ja) | 2011-07-21 | 2016-04-27 | インターコンチネンタル グレート ブランズ エルエルシー | チューインガムの形成および冷却のためのシステムおよび方法 |
US10334867B2 (en) | 2014-03-03 | 2019-07-02 | Intercontinental Great Brands Llc | Method for manufacturing a comestible |
PL3334658T3 (pl) | 2015-08-14 | 2020-05-18 | Intercontinental Great Brands Llc | Przenośnik produktów spożywczych, system pakowania i sposób |
ITUA20162281A1 (it) * | 2016-04-04 | 2017-10-04 | Gima Tt S P A | Dispositivo di trasferimento di gruppi organizzati di articoli da fumo, apparato e metodo per l'alimentazione e la formazione di gruppi organizzati di articoli da fumo comprendente detto dispositivo di trasferimento |
EP3235764B1 (de) * | 2016-04-18 | 2022-06-29 | BEUMER Group GmbH & Co. KG | Verfahren und vorrichtung zum synchronisierten einschleusen von stückgutteilen auf einen sortierförderer |
IT201600096943A1 (it) | 2016-09-27 | 2018-03-27 | Perini Fabio Spa | Metodo per la gestione di linee di produzione e confezionamento di rotoli di carta tissue e linea utilizzante detto metodo |
US10781053B1 (en) * | 2018-12-13 | 2020-09-22 | Amazon Technologies, Inc. | Control system for automated singulation system |
Family Cites Families (10)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US3608698A (en) * | 1969-05-26 | 1971-09-28 | Stewart Engineering & Equipmen | Conveyor system and switch conveyor |
GB1519777A (en) * | 1974-11-27 | 1978-08-02 | Molins Ltd | Systems for making and packing cigarettes |
GB1529961A (en) * | 1975-05-16 | 1978-10-25 | Molins Ltd | Conveyor systems for cigarettes and similar rod-like articles |
CH598996A5 (nl) * | 1976-10-06 | 1978-05-12 | Sig Schweiz Industrieges | |
US4086998A (en) * | 1976-10-14 | 1978-05-02 | Staalkat B.V. | Article grader |
CH610574A5 (nl) * | 1977-01-28 | 1979-04-30 | Sig Schweiz Industrieges | |
US4161094A (en) * | 1977-03-16 | 1979-07-17 | Hauni-Werke Korber & Co. Kg. | Apparatus for processing biscuits or the like |
US4618341A (en) * | 1984-10-11 | 1986-10-21 | Champion International Corporation | Tube positioning and transfer system |
JPH01267136A (ja) * | 1988-04-07 | 1989-10-25 | Fuji Mach Co Ltd | 包装機の空袋防止制御装置 |
IT1224050B (it) * | 1988-12-30 | 1990-09-26 | Cavanna Spa | Procedimento per regolare l'avanzamento di prodotti di unaproiettile per il lancio e la dispersione di inganni elett apparecchiatura automatica di confezionamento ed appareccro magnetici antimissile hiatura operante secondo tale procedimento |
-
1990
- 1990-08-17 IT IT67646A patent/IT1240709B/it active IP Right Grant
-
1991
- 1991-05-08 US US07/696,920 patent/US5170877A/en not_active Expired - Fee Related
- 1991-05-10 GB GB9110162A patent/GB2246996B/en not_active Expired - Fee Related
- 1991-05-20 ES ES09101216A patent/ES2043502B1/es not_active Expired - Lifetime
- 1991-05-28 FR FR9106400A patent/FR2665878A1/fr not_active Withdrawn
- 1991-06-18 DE DE4120082A patent/DE4120082A1/de not_active Withdrawn
- 1991-07-17 NL NL9101254A patent/NL9101254A/nl not_active Application Discontinuation
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
FR2665878A1 (fr) | 1992-02-21 |
ES2043502R (nl) | 1996-03-01 |
ES2043502A2 (es) | 1993-12-16 |
DE4120082A1 (de) | 1992-02-20 |
ES2043502B1 (es) | 1996-10-01 |
GB9110162D0 (en) | 1991-07-03 |
IT9067646A1 (it) | 1992-02-17 |
IT1240709B (it) | 1993-12-17 |
GB2246996B (en) | 1993-12-15 |
US5170877A (en) | 1992-12-15 |
GB2246996A (en) | 1992-02-19 |
IT9067646A0 (it) | 1990-08-17 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL9101254A (nl) | Werkwijze voor het regelen van de voortbeweging van voorwerpen in een transportsysteem, in het bijzonder een automatische verpakkingsinrichting, alsmede het betreffende systeem. | |
US5975279A (en) | Device for individualizing and feeding carriers to a hanging conveyor system | |
US5660382A (en) | Flexible conveying system | |
US4282964A (en) | Article transfer device | |
NL8803110A (nl) | Inrichting voor het vormen van groepen van voorwerpen, in het bijzonder voor automatische verpakkingsstraten. | |
US4962844A (en) | Method for regulating the advance of products in automatic packaging equipment, and equipment operating according to the method | |
CN102785929B (zh) | 一种卧式条烟分拣机构 | |
US4679685A (en) | Accumulating commodity conveyor | |
US4222478A (en) | Article feeding system for parallel-operating machines | |
US9908646B2 (en) | Method and apparatus for placing products into containers in a robot line | |
US7547182B2 (en) | High speed sticker placer having horizontal and vertical positioning | |
AU2016405226B2 (en) | Fish-supplying device and method therefor | |
EP2079327B1 (en) | Tray emptying method for tobacco industry | |
US7455168B2 (en) | Dynamic temporary article storing device, for example for syringes | |
US5450941A (en) | Apparatus for separating, conveying and grouping flat items | |
DK176180B1 (da) | Automatisk indretning til ordnet overförsel af fisk i en fiskebearbejdningsmaskine | |
US7017730B2 (en) | Bi-directional mail tray pusher | |
US20230136946A1 (en) | Store outlet | |
JPS58104875A (ja) | 紡績コツプの配列方法及び装置 | |
US5168696A (en) | Arrangement for conveying packages away from a spinning machine | |
US7032736B2 (en) | Device for conveying products, particularly for automatic packaging machinery, and corresponding method of use | |
US5465824A (en) | Stacking device | |
CN111646183A (zh) | 物品自动分离排序系统及方法 | |
JP7479751B2 (ja) | 物品供給装置及びそれを備えた計量システム | |
NL8603212A (nl) | Inrichting voor het toevoeren van houders aan een behandelingsinstallatie daarvoor. |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
BV | The patent application has lapsed |