NL8902285A

NL8902285A - ADHESIVE MATERIAL ELEMENT AND POSTCARD USING THIS ELEMENT.

Info

Publication number: NL8902285A
Application number: NL8902285A
Authority: NL
Original assignee: Daimatsu Kagaku Kogyo Kk
Priority date: 1988-09-14
Filing date: 1989-09-13
Publication date: 1990-04-02
Also published as: GB2224465A; FR2636270A1; AU4140289A; GB8920170D0; LU87585A1; KR900004526A; DE3930477A1

Description

Kleefmateriaalelement en briefkaart, waarin van dit element gebruik wordt gemaakt.Adhesive material element and postcard, in which this element is used.

De uitvinding heeft betrekking op een kleefmateriaalelement, dat zodanig is gevormd, dat een gedeelte daarvan kan worden weggescheurd, en een briefkaart, waarin dit element wordt gebruikt, waarbij de uitvinding meer in het bijzonder betrekking heeft op een kleefmateriaalelement, waarin bijvoorbeeld een afscheurgedeelte, omgeven door perforaties, kan worden afgescheurd, zodat informatie of dergelijke, die zich daaronder bevindt, kan worden waargenomen, en een briefkaart, waarin gebruik van dit element wordt gemaakt.The invention relates to an adhesive material element, which is shaped such that a part thereof can be torn away, and a postcard, in which this element is used, the invention more particularly relates to an adhesive material element, in which, for example, a tear-off section is surrounded perforations can be torn off so that information or the like underneath can be perceived, and a postcard using this element.

Normaliter worden als een werkwijze voor het afscheuren van een vel van basismateriaal, zoals papier of film, zonder dat gebruik wordt gemaakt van een snijinrich-;’ ting, zoals een schaar of een mes, geperforeerde gedeelten en niet-geperforeerde gedeelten afwisselend lineair in serie gevormd teneinde zogenaamde perforaties te vormen, welke met de hand kunnen worden afgescheurd.Typically, as a method for tearing a sheet of base material, such as paper or film, without using a cutting device, such as scissors or a knife, perforated sections and non-perforated sections alternately become linear in series shaped to form so-called perforations which can be torn by hand.

In de laatste jaren neemt post, welke geheime materie bevat zoals een deposito saldo-aankondiging van een bank toe en is, als beschreven in de Japanse Utility Model Patent Publication No. 3789/1979 bijvoorbeeld een briefkaart beschreven waarin kolommen, welke de geheime materie bevatten, tijdens de verzending verborgen zijn doch voor de juiste ontvanger op een eenvoudige wijze kunnen worden vrijgegeven .In recent years, mail, which contains secret matter such as a bank deposit deposit announcement, has been increasing and, as described in Japan's Utility Model Patent Publication No. 3789/1979, for example, describes a postcard in which columns containing the secret matter are hidden during transmission, but can easily be released to the correct recipient.

Wanneer bijvoorbeeld langs een cirkel of een rechthoek de conventionele lineaire perforaties worden afgescheurd, moet een vel van basismateriaal bij de geperforeerde gedeelten, welke moeten worden afgescheurd, vooraf worden gevouwen teneinde het afscheuren langs de perforaties te vereenvoudigen, of moet de scheurrichting een aantal malen worden gewijzigd om een scheur volgens een voorafbepaalde vorm te verkrijgen, hetgeen leidt tot een gecompliceerde en lastige handeling.For example, when the conventional linear perforations are torn along a circle or rectangle, a sheet of base material at the perforated portions to be torn must be pre-folded to facilitate tearing along the perforations, or the tear direction several times. modified to obtain a crack in a predetermined shape, resulting in a complicated and troublesome operation.

Zoals aangegeven in het Japanse tJtility Model Patent Publication No. 3789/1979 moet bij een laminaat, welke zodanig is gevormd, dat een gedeelte daarvan, zoals een binnen-raamgedeelte, gedeeltelijk kan worden afgetrokken, één laminaat van de laminaatstructuur gedeeltelijk worden afgescheurd, en wel door een droge paste door het gehele papieroppervlak als een bekleding aan te brengen teneinde een hechtopper-vlak te vormen, waarbij het afscheurproces zoals een sili-ciumbehandeling, plaatsvindt bij het andere basismateriaal, zodat een gedeelte, bijvoorbeeld slechts het binnenraam-gedeelte kan worden verwijderd. Derhalve moet tijdens vervaardiging de droge paste op één laminaat als een bekleding worden aangebracht en moet de andere laminaat met een schilbehandeling zoals een siliciumbehandeling worden verwerkt zodat het onvermijdelijk is, dat de laminaatstructuur gecompliceerd is, hetgeen leidt tot hoge kosten tengevolge van de meer uitgebreide vervaardigingsprocessen.As per the Japanese tJtility Model Patent Publication No. No. 3789/1979, with a laminate formed such that a portion thereof, such as an inner window portion, can be partially peeled off, one laminate must be partially torn off the laminate structure by a dry paste through the entire paper surface as a apply a coating to form an adhesive surface, the tearing process such as a silicon treatment taking place on the other base material so that a portion, for example only the inner frame portion, can be removed. Therefore, during manufacture, the dry paste must be applied to one laminate as a coating and the other laminate must be processed with a peeling treatment such as a silicon treatment so that it is inevitable that the laminate structure is complicated, leading to high costs due to the more extensive manufacturing processes .

Derhalve is een belangrijk doel van de uitvinding het verschaffen van een kleef materiaalelement, dat betrekkelijk eenvoudig in de meest geschikte positie kan worden kan worden vastgeplakt en waarbij de afschilbehandeling niet nodig is aan de zijde van een materiaal, dat is vastgeplakt, en waarbij slechts het gescheurde gedeelte in één richting wordt weggetrokken, waarbij het scheuren circulair of rechthoekig kan plaatsvinden, en een briefkaart, waarbij gebruik wordt gemaakt van dit element.Therefore, an important object of the invention is to provide an adhesive material element which can be glued relatively easily in the most suitable position and which does not require the peeling treatment on the side of a material which is glued on, and which only the torn portion is pulled in one direction, the tearing can be circular or rectangular, and a postcard using this element.

Een kleefmateriaalelement volgens de uitvinding bestaat uit een kleefmateriaal, voorzien van een basismateriaal, waarin lineaire perforaties continu op een geschikte afstand van één hoofdoppervlak van het basismateriaal naar het andere hoofdoppervlak daarvan zijn gesneden, waarbij een afscheurgedeelte zodanig is gevormd, dat een gedeelte van het basismateriaal via de perforaties kan worden afgescheurd, en lineaire scheurlijnen aanwezig zijn, die in het algemeen evenwijdig aan de scheurrichting van het afscheurgedeelte verlopen, welke scheurlijnen zodanig zijn gevormd, dat zij elkaar tussen naast elkaar gelegen uiteinden van respectieve perforaties tussen de naastgelegen perforaties kruisen.An adhesive material element according to the invention consists of an adhesive material provided with a base material, in which linear perforations are continuously cut at a suitable distance from one major surface of the base material to the other major surface thereof, a tear-off portion being formed such that a portion of the base material tearing can be performed through the perforations, and linear tear lines are present, which generally run parallel to the tear direction of the tear-off portion, which tear lines are formed such that they intersect each other between adjacent ends of respective perforations between the adjacent perforations.

Een briefkaart volgens de uitvinding bestaat uit een briefkaart, waarin het bovengenoemde kleefmateriaal wordt toegepast, voorzien van een briefkaartmateriaal, dat aan het kleefmateriaal is gehecht, waarbij het kleefmateriaal zodanig is gevormd, dat het van het briefkaartmateriaal kan worden afgescheurd.A postcard according to the invention consists of a postcard in which the above-mentioned adhesive material is used, provided with a postcard material which is adhered to the adhesive material, the adhesive material being shaped such that it can be torn off from the postcard material.

Het basismateriaal wordt afgescheurd door de perforaties, die zodanig zijn gevormd, dat de lineaire scheur- . lijnen, welke evenwijdig zijn aan de scheurrichting van het afscheurgedeelte, elkaar tussen naast elkaar gelegen uiteinden van respectieve perforaties tussen de naastgele--gen perforaties kruisen, waarbij de lineaire scheurlijnen evenwijdig zijn aan de scheurrichting van het afscheurgedeelte.The base material is torn off by the perforations, which are shaped such that the linear tear. lines parallel to the tear direction of the tear part intersect each other between adjacent ends of respective perforations between the adjacent perforations, the linear tear lines being parallel to the tear direction of the tear part.

Volgens de uitvinding kan, aangezien lineaire perforaties door het basismateriaal vanuit één hoofdvlak naar het andere hoofdvlak zijn gesneden en lineaire scheurlijnen evenwijdig aan de scheurrichting van het afscheurgedeelte zodanig zijn gevormd, dat deze elkaar tussen naast elkaar gelegen eindgedeelten van respectieve perforaties tussen de naastgelegen perforaties kruisen, indien het afscheurgedeelte in één scheurrichting wordt getrokken wanneer het wordt afgescheurd, dit zeer gemakkelijk kan worden afgescheurd bijvoorbeeld zélfs in het circulaire of rechthoekige scheurgedeelte, waardoor het kan worden afgescheurd zonder de scheurrichting wordt gewijzigd, zodat gecompliceerde manipulaties bij het scheuren worden geëlimineerd.According to the invention, since linear perforations are cut through the base material from one main face to the other main face and linear tear lines parallel to the tear direction of the tear portion can be formed so that they intersect each other between adjacent end portions of respective perforations between the adjacent perforations if the tear-off portion is pulled in one tear direction when it is tear-off, it can be very easily teared off, for example, even in the circular or rectangular tear portion, allowing it to be torn off without changing the tear direction, thus eliminating complicated manipulations in tearing.

De uitvinding zal onderstaand nader worden toegelicht onder verwijzing naar de tekening. Daarbij toont: fig. 1 een bovenaanzicht van een uitvoeringsvorm van een briefkaart volgens de uitvinding; fig. 2 een gedeeltelijke doorsnede van de in fig. 1 afgebeelde uitvoeringsvorm; fig. 3 een schematische afbeelding van een vervaar-digingsinrichting, welke één voorbeeld van het vervaardi-gingsproces van het kleefmateriaal toont, dat bij de in fig. 1 en fig. 2 afgeheelde briefkaart wordt gebruikt? fig. 4 een perspectivisch aanzicht van een continu vel van kleefmateriaal; fig. 5A een perspectivisch aanzicht van een afgeschilde toestand van het kleefmateriaal en fig. 5B een doorsnede daarvan; fig. 6 een doorsnede van een modificatie van de in fig. 1 en fig. 2 afgeheelde briefkaart; fig. 7 een gedeeltelijk weggesneden onderaanzicht van de in fig. 6 afgeheelde briefkaart; fig. 8 een doorsnede van een afgeschilde toestand van het kleefmateriaal, toegepast bij de in fig. 6 afgeheelde briefkaart; fig. 9 een doorsnede van een andere modificatie van de in de fig. 1 en 2 afgeheelde briefkaart; fig. 10 een doorsnede van een andere uitvoeringsvorm volgens de uitvinding; fig. 11 een doorsnede van een afschiltoestand van het kleefmateriaal, toegepast bij de in fig. 10 afgeheelde briefkaart; fig. 12 een doorsnede van een modificatie van de in fig. 10 afgeheelde briefkaart; fig. 13 een doorsnede van een afschiltoestand van het kleefmateriaal, toegepast bij de in fig. 12 afgebeelde briefkaart; fig. 14 een doorsnede van een andere modificatie van de in fig. 10 afgebeelde briefkaart; fig. 15 een doorsnede van een afschiltoestand van het kleefmateriaal, toegepast bij de in fig. 14 afgebeelde briefkaart; fig. 16 een doorsnede van weer een andere uitvoeringsvorm volgens de uitvinding? fig. 17 een doorsnede van een afschiltoestand van het kleefmateriaal, toegepast bij de in fig. 16 afgeheelde briefkaart; fig. 18 een doorsnede van een modificatie van de in fig. 16 afgeheelde briefkaart; fig. 19 een doorsnede van een afzonderlijke uitvoeringsvorm volgens de uitvinding; fig. 20 een doorsnede van een afschiltoestand van het kleefmateriaal, toegepast bij de in fig. 19 afgebeelde briefkaart; en fig. 21 een bovenaanzicht van weer een andere uitvoeringsvorm volgens de uitvinding.The invention will be explained in more detail below with reference to the drawing. In the drawing: Fig. 1 shows a top view of an embodiment of a postcard according to the invention; Fig. 2 is a partial cross-section of the embodiment shown in Fig. 1; FIG. 3 is a schematic view of a manufacturing device showing one example of the manufacturing process of the adhesive material used in the postcard distributed in FIG. 1 and FIG. 2? Fig. 4 is a perspective view of a continuous sheet of adhesive material; Fig. 5A is a perspective view of a peeled-off state of the adhesive material and Fig. 5B is a cross-section thereof; FIG. 6 is a sectional view of a modification of the postcard shown in FIG. 1 and FIG. 2; Fig. 7 is a partly cut away bottom view of the postcard shown in Fig. 6; FIG. 8 is a sectional view of a peeled-off state of the adhesive material used in the postcard shown in FIG. 6; FIG. 9 is a cross-sectional view of another modification of the postcard shown in FIGS. 1 and 2; fig. 10 shows a cross-section of another embodiment according to the invention; FIG. 11 is a cross-sectional view of a peel state of the adhesive material used in the postcard shown in FIG. 10; FIG. 12 is a sectional view of a modification of the postcard shown in FIG. 10; FIG. 13 is a sectional view of a peel state of the adhesive material used in the postcard shown in FIG. 12; FIG. 14 is a cross-sectional view of another modification of the postcard shown in FIG. 10; FIG. 15 is a cross-sectional view of a peel state of the adhesive material used in the postcard shown in FIG. 14; fig. 16 is a cross-section of yet another embodiment according to the invention? FIG. 17 is a cross-sectional view of a peel state of the adhesive material used in the postcard shown in FIG. 16; FIG. 18 is a sectional view of a modification of the postcard shown in FIG. 16; Fig. 19 is a cross-section of a separate embodiment according to the invention; FIG. 20 is a cross-sectional view of a peel state of the adhesive material used in the postcard shown in FIG. 19; and Fig. 21 is a top view of yet another embodiment according to the invention.

Fig. 1 toont een bovenaanzicht van een briefkaart, waaraan een kleefmateriaaleenheid volgens de uitvinding is gehecht.Fig. 1 shows a top view of a postcard to which an adhesive unit according to the invention is attached.

Fig. 2 is een gedeeltelijke doorsnede van de in fig. 1 afgebeelde briefkaart.Fig. 2 is a partial cross-section of the postcard shown in FIG. 1.

De briefkaart 10 omvat een briefkaartmateriaal-eenheid 12 met de afmetingen van eén briefkaart en een kleefmateriaalelement 14 dat aan een deel van het briefkaartmate-riaalelement 12 is gehecht.The postcard 10 includes a postcard material unit 12 the size of a postcard and an adhesive material element 14 bonded to a portion of the postcard material element 12.

Voor het briefkaartmateriaalelement 12 wordt gebruik gemaakt dunne materialen, zoals synthetisch papier of andere kunstharsvellen en dergelijke naast het typerende papier.The postcard material element 12 uses thin materials, such as synthetic paper or other synthetic resin sheets and the like, in addition to the typical paper.

Het kleefmateriaalelement 14, dat gehecht is aan een gedeelte, waaraan het oppervlak van het briefkaartmateriaalelement 12 confidentiële materie is gevormd, zoals informatie ten aanzien van financiën of de verzekering, zal onder verwijzing naar in hoofdzaak fig. 1 en fig. 2 worden toegelicht.The adhesive material element 14 adhered to a portion on which the surface of the postcard material element 12 is formed confidential material, such as financial or insurance information, will be explained with reference to substantially Fig. 1 and Fig. 2.

Het kleefmateriaalelement 14 omvat een basismate-riaalelement 16, welk basismateriaalelement 16 bestaat uit een betrekkelijk zacht materiaal, zoals papier, kunstharsfilm en dergelijke, dat met de hand of dergelijke kan worden gesneden, waarbij op één hoofdvlak daarvan een onderdruk- kingslaag 18 is gevormd.The adhesive material element 14 includes a base material element 16, which base material element 16 consists of a relatively soft material, such as paper, resin film and the like, which can be cut by hand or the like, with a suppression layer 18 formed on one major surface thereof.

De onderdrukkingslaag 18 wordt gevormd door een zilverinkt of dergelijke te drukken of een filmmateriaal, zoals een aluminiumfolie met een onderdrukkingsvermogen met hechtmiddelen te lamineren.The suppression layer 18 is formed by printing a silver ink or the like or laminating a film material, such as an aluminum foil, with a suppression ability with adhesives.

Aan het oppervlak van de onderdrukkingslaag 18 wordt een lot 20 gevormd door een letter, zoals "winnen" of "verliezen" af te drukken.On the surface of the blanking layer 18, a lot 20 is formed by printing a letter, such as "win" or "lose".

Verder wordt aan het oppervlak van de onderdrukkings-laag 18 een eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 gevormd door de thermisch hechtende kunsthars door verhit-, ting als een bekleding aan te brengen en te extruderen, of door gravure- of zeefdruk, door de kunsthars op te lossen in een oplosmiddel of in water te dispergeren.Furthermore, on the surface of the suppression layer 18, a first thermally adhesive resin layer 22 is formed by coating and extruding the thermally adhesive resin by heating, or by engraving or screen printing, by applying the resin. dissolve in a solvent or disperse in water.

De eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 wordt zodanig gevormd, dat deze smelt bij ongeveer 100°C tot 200°C teneinde zich volledig aan het briefkaartmateriaal 12 te hechten.The first thermally adhesive resin layer 22 is formed to melt at about 100 ° C to 200 ° C to fully adhere to the postcard material 12.

Aan het hoofdvlak van de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 wordt gedeeltelijk een de hechting vertragende laag 24 gevormd, welke het hechtvermogen daarvan gedeeltelijk reduceert teneinde de hechting aan het briefkaartmateriaal 14 te verzwakken.Partially, an adhesion retarding layer 24 is formed on the major surface of the first thermally adhesive resin layer 22, which partially reduces its adhesive capacity to weaken adhesion to the postcard material 14.

De hechting vertragende laag 24 wordt gevormd door het drukken van of bekleden door een geschikt gekozen kunsthars, welke wanneer de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 wordt verhit en smelt, slechts een hechtvermogen bezit bij een temperatuur, welke hoger ligt dan die van de niet-hechtende kunsthars, of de kunsthars, welke wordt gekozen als de thermisch hechtende kunsthars, waaruit de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 bestaat.The adhesion retarding layer 24 is formed by pressing or coating through a suitably selected synthetic resin, which, when the first thermally adhesive synthetic resin layer 22 is heated and melts, has only an adhesive capacity at a temperature higher than that of the non-adhesive synthetic resin, or the synthetic resin, which is selected as the thermally adhesive synthetic resin, which comprises the first thermally adhesive synthetic resin layer 22.

Bij deze uitvoeringsvorm worden de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 en de, de hechting vertragende laag 24 gevormd uit transparante materialen of translucente materialen om toegang tot het lot 20 via deze lagen 22 en 24 mogelijk te maken. Wanneer het lot 20 echtei aan het oppervlak van de, de hechting vertragende laag 24 wordt gevormd, kunnen deze lagen 22 en 24 uit opake materialen bestaan.In this embodiment, the first thermally adhesive resin layer 22 and the adhesion retarding layer 24 are formed from transparent materials or translucent materials to allow access to the lot 20 through these layers 22 and 24. When the lot 20 is actually formed on the surface of the adhesion retarding layer 24, these layers 22 and 24 may consist of opaque materials.

Bij deze uitvoeringsvorm is er, als aangegeven in fig. 1 en fig. 2, een gedeelte, waar de, de hechting vertragende laag 24 niet is gevormd in een bandlichaam met een voorafbepaalde breedte binnen de omtreksrand van het basismateriaal 16.In this embodiment, as shown in FIG. 1 and FIG. 2, there is a portion where the adhesion-delaying layer 24 is not formed in a tape body of a predetermined width within the peripheral edge of the base material 16.

Iets binnen de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 worden vanuit één hoofdvlak van het basismateriaal 16 naar het andere hoofdvlak daarvan, scheurperforaties 26. gevormd. Door de scheurperforaties 26 wordt bij een binnengelegen gedeelte van de eerste thermisch 'hechtende kunstharslaag 22 een in het algemeen vierkant afscheurgedeelte 28 gevormd.Slightly within the first thermally adhesive resin layer 22, from one major surface of the base material 16 to the other major surface thereof, crack perforations 26 are formed. A generally square tear-off portion 28 is formed by the tear perforations 26 at an inner portion of the first thermally adhesive resin layer 22.

Dat wil zeggen, dat het gedeelte, omgeven door de scheurperforaties 26, het afscheurgedeelte 28 vormt.That is, the portion surrounded by the tearing perforations 26 forms the tearing portion 28.

In het afscheurgedeelte 28 is een scheurrichting 29 aanwezig langs een diagonale lijn vanuit één van de vier hoeken van het gedeelte naar de tegenovergelegen hoek daarvan.In the tear-off portion 28, a tear direction 29 is provided along a diagonal line from one of the four corners of the portion to the opposite corner thereof.

De scheurperforaties 26 worden gevormd door lineaire sneden 26a en circulaire sneden 26b. De lineaire sneden 26a worden continu lineair evenwijdig aan en op een geschikte afstand van de binnenomtreksrand van het afscheurgedeelte 28 gevormd en de circulaire sneden 26b worden iets buiten of binnen het afscheurgedeelte 28 vanuit het eindgedeelte van de lineaire sneden 26a gevormd. Dat wil zeggen, dat bij twee zijden van het afscheurgedeelte 28 in de nabijheid van de eerste scheurhoek 28a daarvan, de circulaire sneden 26b naar binnen zijn gericht, en aan de twee tegenover elkaar gelegen twee zijden naar buiten zijn gericht.The tear perforations 26 are formed by linear cuts 26a and circular cuts 26b. The linear cuts 26a are continuously formed linearly parallel to and at a suitable distance from the inner peripheral edge of the tear-off portion 28 and the circular cuts 26b are formed slightly outside or within the tear-off portion 28 from the end portion of the linear cuts 26a. That is, on two sides of the tear-off portion 28 in the vicinity of the first tear angle 28a thereof, the circular cuts 26b face inwardly, and on the two opposite two sides face outwardly.

Een lijn, welke het eindgedeelte van de circulaire snede 26b verbindt, dat niet met de lineaire snede 26a is verbonden en het gedeelte van de lineaire snede 26a, waar geen circulaire snede 26b is gevormd, heeft in het algemeen dezelfde richting als de scheurrichting 29.A line connecting the end portion of the circular cut 26b that is not connected to the linear cut 26a and the portion of the linear cut 26a where no circular cut 26b is formed generally has the same direction as the tear direction 29.

Dat wil zeggen, dat lineaire scheurlijnen 29a evenwijdig aan de scheurrichting 29 van het afscheurgedeelte 28 zodanig worden gevormd, dat deze de eindgedeelten van de lineaire snede 26a en de circulaire snede 26b van de respectieve scheurperforaties 26 tussen de naast elkaar gelegen scheurperforaties 26 kruisen.That is, linear tear lines 29a parallel to the tear direction 29 of the tear portion 28 are formed so that they cross the end portions of the linear cut 26a and the circular cut 26b of the respective tear perforations 26 between the adjacent tear perforations 26.

Zoals aangegeven in de fig. 1 en 2 wordt het kleef-materiaal 14 voor het afscheuren op de juist plaats van het briefkaarmateriaal 12, dat een afmeting van een briefkaart heeft, aangebracht bijvoorbeeld op het oppervlak van. kolom 12a, waarin de geheime materie is geregistreerd, als de kolom voor een som in het geval van een aankondiging van een depositostorting, en wel door de hechtkracht van de eerste thermische hechtende kunstharslaag 22, wanneer deze smelt.As shown in FIGS. 1 and 2, the tear-off adhesive material 14 is placed in the proper position of the postcard material 12, which is the size of a postcard, on the surface of, for example. column 12a, in which the secret matter is registered, as the sum column in the case of a deposit announcement, namely by the adhesive force of the first thermally adhesive resin layer 22 as it melts.

Het afscheurgedeelte 28 is zodanig gevormd, dat door de eerste scheurhoek 28 vast te nemen en in de scheurrichting 29 te trekken, het vierkante afscheurgedeelte 28 van het basismateriaal 16 wordt gescheurd en tegelijkertijd van het briefkaartmateriaal 12 wordt gescheurd waardoor de kolom 12a, welke daarop is gevormd en met de geheime materie is geregistreerd, leesbaar wordt gemaakt.The tear-off portion 28 is formed so that by grasping the first tear angle 28 and pulling it in the tearing direction 29, the square tear-off portion 28 is torn from the base material 16 and at the same time tears from the postcard material 12 leaving the column 12a which is thereon formed and registered with the secret matter, made legible.

Als een voorbeeld van een thermisch hechtende kunsthars, kunnen hechtmiddelen van de EVA-groep worden gekozen. De samenstelling omvat een EVA (een gecopolymeriseerde etheen-vinylacetaathars), een kleverig makend materiaal, een was en een anti-oxidatiemiddel, waartoe soms als een extra een plastificeermiddel en een vulmiddel worden toegevoegd.As an example of a thermally adhesive resin, adhesives from the EVA group can be selected. The composition includes an EVA (a copolymerized ethylene-vinyl acetate resin), a tackifying material, a wax and an anti-oxidant, sometimes added as an additional plasticizer and filler.

Als het kleverig makende materiaal zijn aanwezig glycerine van gedeeltelijk hydrogeneerde rosine, glycerine-ester van rosine, met pentaerytrito1 gemodificeerde rosine, petroleumhars, α-methylstyreen/vinyltolueen copolymeer, terpeenolie polymeer en terpeen-fenol polymeer, enz.As the tackifying material are present glycerine of partially hydrogenated rosin, glycerine ester of rosin, pentaerythrito-modified rosin, petroleum resin, α-methylstyrene / vinyltoluene copolymer, terpene oil polymer and terpene-phenol polymer, etc.

Tot de wassen behoren paraffinewas, microkristal-lijne was, polyetheenwas met een laagmoleculair gewicht, Fischer-Tropsch-was, gietwas en gechlorineerde paraffine, enz.Waxes include paraffin wax, microcrystalline wax, low molecular weight polyethylene wax, Fischer-Tropsch wax, cast wax and chlorinated paraffin, etc.

Tot de anti-oxidatiemiddelen behoren een belemmerde fenolgroepverbinding, een salicylzuurgroepverbinding, een benzofenongroepverbinding, een benzotriazoolgroepverbinding, een fosforgroepverbinding, een zwavelgroepverbinding, een organische metaalgroepverbinding, enz.The antioxidants include a hindered phenol group compound, a salicylic acid group compound, a benzophenone group compound, a benzotriazole group compound, a phosphor group compound, a sulfur group compound, an organic metal group compound, etc.

Tot de thermisch hechtende harsen welke afwijken van de bovengenoemde voorbeelden, behoren polyetheen, geco-polymeriseerde etheen-ethylacrylaathars, gecopolymeriseerde etheen-acrylzuurhars, gecopolymeriseerde etheen-methylacry-laathars, etheen-methylmethacrylaat, gecopolymeriseerde etheen-methacrylzuurhars, ionomeerhars, polymethylpenteen-hars, gecopolymeriseerde etheen-vinylalcoholhars, vinyli-deenchloridehars, gecopolymeriseerde vinylchloride-vinyl-acetaathars, polyamidehars, gecopolymeriseerde styleen-acrylzuurhars, polystyreenhars, gecopolymeriseerde poly-acrylzuurhars, polyesterhars, polyurethaanhars, wassoorten, enz. Bij drukken en bekleden kunnen deze harsen op een geschikte wijze worden gebruikt door deze te verhitten of in een oplosmiddel op te lossen of in water te dispergeren.The thermally adhesive resins which deviate from the above examples include polyethylene, copolymerized ethylene-ethyl acrylate resin, copolymerized ethylene-acrylic acid resin, copolymerized ethylene-methyl acrylate resin, ethylene-methyl methacrylate, copolymerized ethylene-methyl polymer, ionomeric resin, ionomeric resin ethylene-vinyl alcohol resin, vinylidene chloride resin, copolymerized vinyl chloride-vinyl acetate resin, polyamide resin, copolymerized styrene acrylic acid resin, polystyrene resin, copolymerized polyacrylic resin, polyester resin, polyurethane resin, waxes, etc. These resins can be used in a suitable manner by heating it or dissolving it in a solvent or dispersing it in water.

Als een voorbeeld van de, de hechting vertragende laag 24 kunnen materialen worden gekozen, die bij een hogere temperatuur dan de thermisch hechtende hars een hechting vertonen, worden gekozen.As an example of the adhesion retarding layer 24, materials which exhibit adhesion at a higher temperature than the thermally adhesive resin can be selected.

Als een voorbeeld van de, de hechting vertragende laag 24 kan een ultraviolette stralinghardende inkt worden gebruikt. De met ultraviolette stralinghardende inkt omvat een kleurmateriaal, een prepolymeer, een monomeer, een lichtinitiator, een sensibilisator en additieven. Tot de pre-polymeer behoren epoxyacrylaat, polyolacrylaat, polyester acry laat, polyetheracrylaat, onverzadigde polyester, kationische polymerisatiehars, melamineacrylaat, onverzadigd polybutadieen, drogende olieacrylaat en silicium-acrylaat.As an example of the adhesion retarding layer 24, an ultraviolet radiation-curable ink can be used. The ultraviolet ray-curable ink includes a color material, a prepolymer, a monomer, a light initiator, a sensitizer and additives. The prepolymer includes epoxy acrylate, polyol acrylate, polyester acrylate, polyether acrylate, unsaturated polyester, cationic polymerization resin, melamine acrylate, unsaturated polybutadiene, drying oil acrylate and silicon acrylate.

Tot de monomeer behoren monofunctionele acrylaten, zoals 2-ethylacrylaat, 2-hydroxyethylacrylaat, 2-hydroxy-propylacrylaat en 2-hydroxyethylmethacrylaat en bifunctio-nele acrylaten, zoals 1,3-butaandioldiacrylaat, 1,4-butaan-dioldiacrylaat, 1,6-hexaandioldiacrylaat, diethyleenglycol-diacrylaat, neopentilglycoldiacrylaat, polyetheenglycol-400-diacrylaat, hydroxybivalente zure ester neobenzylglycol-diacrylaat, diëthyeenglycoldimethacrylaat en polyetheen-glycol-200-dimethacrylaat, enz. en multifunctionele acrylaten, zoals trimethylolpropaantriacrylaat, pentaerytritol-triacrylaat, trimethylolpropaantrimethacrylaat, trimethylol-ethaantrimethacrylaat, tetramethylolmethaantetracrylaat, dipentaerytritolhexacrylaat, enz. Bovendien kan gebruik worden gemaakt van vinylether, itaconische zure ester en N-vinylpyrolidon.The monomer includes monofunctional acrylates, such as 2-ethyl acrylate, 2-hydroxyethyl acrylate, 2-hydroxypropyl acrylate and 2-hydroxyethyl methacrylate, and bifunctional acrylates, such as 1,3-butanediol diacrylate, 1,4-butane-diol diacrylate, 1,6- hexanediol diacrylate, diethylene glycol diacrylate, neopentilglycoldiacrylaat, polyethylene glycol-400 diacrylate, hydroxybivalente acid ester neobenzylglycol diacrylate, diëthyeenglycoldimethacrylaat and polyethylene glycol-200 dimethacrylate, etc. and multifunctional acrylates such as trimethylolpropane triacrylate, pentaerythritol triacrylate, trimethylolpropane trimethacrylate, trimethylol ethaantrimethacrylaat, tetramethylol methane tetracrylate, dipentaerythritol hexacrylate, etc. In addition, use can be made of vinyl ether, itaconic acid ester and N-vinyl pyrolidone.

Tot de lichtinitiators behoren biacetyl, acetonfenon, benzofenon, Michler's keton, benzyl, benzoIne, benzoïne-isobutylether, benzyldimethylketal, tetramethylthiuram-sulfide, azobisisobutylnitril, benzoylperoxide, 1-hydroxy-cyclohexylfenylketon, a-hydroxyisobutylfenon, p-isopropyl-a-hydroxyisobutylfenon, enz., meer in het bijzonder benzofenon en de derivaten daarvan.Light initiators include biacetyl, acetone phenone, benzophenone, Michler's ketone, benzyl, benzoin, benzoin isobutyl ether, benzyldimethylketal, tetramethylthiuram sulfide, azobisisobutylnitrile, benzoyl peroxide, 1-hydroxy-cyclohexylphenyl ketyl butylphenyl ketyl butyl ., more particularly benzophenone and its derivatives.

Tot de sensibilisatoren behoren alifatische aminen zoals n-butylamine, di-n-butylamine, triëthylamine, diëthyl-aminoëthyImethacrylaat, enz. stikstofheterocyclische verbindingen zoals aminen, die een aromatische radicaal bevatten, piperizeen, enz. zwavelverbindingen, zoals de allyl-groep, O-tolylthiourea, natriumdiëthyldithiofosfaat, oplosbaar zout van aromatisch sulfinezuur, enz. , fosforverbindingen zoals N, N-disubstituent-p-aminobenzonitrilverbinding, tri-n-butylfosfine, natriumdiëthylthiofosfaat, enz. en nitro-gene verbindingen, zoals Michler's keton, N-nitrosofydroxyl-aminederivaten, oxazolineverbinding, enz. en chlorinever-bindingen zoals kooltetrachloride, hexachloorethaan, enz.Sensitizers include aliphatic amines such as n-butylamine, di-n-butylamine, triethylamine, diethylaminoethyl methacrylate, etc. nitrogen heterocyclic compounds such as amines, which contain an aromatic radical, piperizene, etc. sulfur compounds, such as the allyl group, O- tolylthiourea, sodium diethyl dithiophosphate, soluble salt of aromatic sulfinic acid, etc., phosphorus compounds such as N, N-disubstituent-p-aminobenzonitrile compound, tri-n-butylphosphine, sodium diethylthiophosphate, such as N-nitro-ketone hydroxide, such as Michler's hydroxide , oxazoline compound, etc. and chlorine compounds such as carbon tetrachloride, hexachloroethane, etc.

Tot de additieven behoren anti-benevelingsmiddelen, smeermiddelen, anti-oxidatiemiddelen, droogmiddelen, bevoch-tigingsmiddelen, wassen enz.Additives include anti-fogging agents, lubricants, anti-oxidants, drying agents, wetting agents, waxes, etc.

Tot de kleurmaterialen behoren een organisch pigment, een lichaamspigment, roetzwart, titaanwit, metaal-poeder enz.The coloring materials include an organic pigment, a body pigment, carbon black, titanium white, metal powder etc.

Hierna zal een werkwijze voor het vervaardigen van het kleefmateriaalelement 14 worden toegelicht.Next, a method of manufacturing the adhesive material element 14 will be explained.

Eerst wordt papier, waaruit het basismateriaal 16 bestaat, gereed gemaakt en wordt op één vochtvlak daarvan de onderdrukkingslaag 18 gevormd door dit oppervlak in zijn geheel te bedrukken met een zilveren inkt, bijvoorbeeld onder gebruik van een bekende drukmethode zoals offset-druk of bekleding.First, paper constituting the base material 16 is prepared and the suppression layer 18 is formed on one moisture surface thereof by printing this surface in its entirety with a silver ink, for example using a known printing method such as offset printing or coating.

Vervolgens wordt aan het oppervlak van de onderdrukkingslaag 18 het lot 20 gevormd door het afdrukken van een letter zoals "winnend", "verliezend" of "nummer".Then, on the surface of the suppression layer 18, the lot 20 is formed by printing a letter such as "winning", "losing" or "number".

Zoals aangegeven in fig. 3, wordt een opgerolde laminaat, welke het basismateriaal 16 met de onderdrukkingslaag 18 omvat, op een vasthoudrol 32 van een plakmateriaal-vervaardigingsinrichting 30 gevormd.As shown in Fig. 3, a coiled laminate comprising the base material 16 with the blanking layer 18 is formed on a retaining roll 32 of a slab material manufacturing device 30.

Het basismateriaal 16 dat door de vasthoudrol 32 wordt vastgehouden, wordt aan één uiteinde losgemaakt en naar een thermische hechtkunstharsbekledingsinrichting 34 gevoerd.The base material 16 held by the retaining roll 32 is released at one end and fed to a thermal bonding resin coating device 34.

De thermische hechtkunstharsbekledingsinrichting 34 dient om de thermisch hechtende kunsthars 22a, welke bijvoorbeeld als een hoofdcomponent de bovengenoemde gecopoly-meriseerde etheen-vinylacetaathars omvat, op de onderdrukkingslaag 18 van het basismateriaal 14 te drukken of als een bekleding daarop aan te brengen waarbij een verhitting tot een geschikte temperatuur plaatsvindt.The thermal adhesive synthetic resin coating device 34 serves to press the thermal adhesive synthetic resin 22a, which, for example, as a main component comprises the above-mentioned copolymerized ethylene-vinyl acetate resin, on the suppression layer 18 of the base material 14 or to apply it as a coating, heating to a appropriate temperature takes place.

Het basismateriaal 16 waarop de thermisch hechtende kunsthars 22a wordt gedrukt of als een bekleding wordt aangebracht wordt dan naar een drooginrichting 36 gevoerd, welke een koude-luchtventilator omvat, waarbij de thermisch hechtende kunsthars 22a wordt gedroogd en de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 wordt gevormd.The base material 16 on which the thermally adhesive resin 22a is pressed or applied as a coating is then fed to a dryer 36, which includes a cold air blower, wherein the thermally adhesive resin 22a is dried and the first thermally adhesive resin layer 22 is formed.

Vervolgens wordt het basismateriaal 16 waarop de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 is gevormd, naar een druk- of bekledingseenheid 40 van een hecht ver-tragingsmiddel 24a gericht.Then, the base material 16 on which the first thermally adhesive resin layer 22 is formed is directed to a printing or coating unit 40 of an adhesive retardant 24a.

De bekledingseenheid 40 is een druk- of bekledings-inrichting, waarbij gebruik wordt gemaakt van bekende druk-en bekledingsmethoden, zoals typografisch drukken, gravure-druk, zeefdruk, offset-druk of dergelijke.The coating unit 40 is a printing or coating device using known printing and coating methods, such as typographic printing, gravure printing, screen printing, offset printing or the like.

Bij het drukken of een bekleding aanbrengen van de door ultraviolette straling hardende inkt, wordt bijv. een typografische drukinrichting gekozen en wordt een laag van 9 4-6 g/m van bij ultraviolette straling hardende inkt als een bekleding aangebracht.For example, when printing or coating the ultraviolet ray-curable ink, a typographic printer is selected and a layer of 94-6 g / m of ultraviolet-curable ink is applied as a coating.

Het basismateriaal 16 waarop het de hechting vertragende middel 24a wordt gedrukt of als èen bekleding wordt aangebracht wordt toegevoerd aan een stollingsinrichting 44. Als stollingsinrichting 44 wordt bij de hier beschouwde uitvoeringsvorm gebruik gemaakt van een hoogspannings-kwik-lamp welke een bestraling van 160 W/cm per seconden levert.The base material 16 on which the adhesion retarding agent 24a is pressed or applied as a coating is supplied to a coagulation device 44. The coagulation device 44 in the embodiment considered herein uses a high voltage mercury lamp which irradiates 160 W / cm per second.

Derhalve wordt, zoals aangegeven in fig. 4, een continu vel 14a van het kleefmateriaal 14 met de onderdruk-kingslaag 18, de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 op het basismateriaal 16 en de hechtvertragingslaag 24 op een afstand van elkaar in de breedterichting van het basismateriaal 16 gevormd.Therefore, as shown in Fig. 4, a continuous sheet 14a of the adhesive material 14 with the suppression layer 18, the first thermally adhesive resin layer 22 on the base material 16 and the adhesive retardation layer 24 are spaced apart in the width direction of the base material 16 formed.

Het continue vel 14a van het kleefmateriaal 14 wordt naar een perforator 48 geleid teneinde perforaties 26 voor afscheiding te snijden, waarbij de perforatie 26 op een voorgeschreven afstand wordt gevormd, waarna het vel opnieuw wordt opgewikkeld.The continuous sheet 14a of the adhesive material 14 is fed to a perforator 48 to cut perforation perforations 26, the perforation 26 being formed at a prescribed distance, after which the sheet is rewound.

Hierna zal een werkwijze voor het hechten van het plakmateriaal 14 aan het briefkaartmateriaal 12 worden beschreven.Next, a method of bonding the wafer material 14 to the postcard material 12 will be described.

Voor het briefkaartmateriaal 12 wordt een materiaal, dat op de afmetingen van een briefkaart is gesneden, gereed gemaakt of wordt een materiaal, dat een aantal materiaal-eenheden met afmetingen van een briefkaart bevat, die door geschikte insnijdingen van elkaar kunnen worden gesneden, gereed gemaakt. In dit geval is het, wanneer vertrouwelijke materie, zoals een bankrekening op een gedeelte van het oppervlak van de briefkaart wordt gevormd· en de vertrouwelijke informatie met het plakmateriaal 14 wordt bekleed, nodig, dat de vertrouwelijke materie op een geschikt gedeelte zoals een onderste kolom van hét oppervlak van de briefkaart wordt gevormd voordat deze met het kleefmateriaal 14 wordt bedekt.For the postcard material 12, a material cut to the dimensions of a postcard is prepared or a material containing a plurality of material units of the dimensions of a postcard that can be cut from each other by suitable cuts . In this case, when confidential material, such as a bank account, is formed on a portion of the postcard surface, and the confidential information is coated with the adhesive material 14, it is necessary that the confidential material be placed on an appropriate portion such as a bottom column. the surface of the postcard is formed before it is covered with the adhesive material 14.

Wanneer het kleefmateriaal 14 bijvoorbeeld aan de onderste kolom van het oppervlak van de briefkaart wordt gehecht worden de briefkaartmateriaaleenheden 12 één voor . één afgevoerd, wordt één uiteinde van het opgewikkelde plakmateriaal 14 afgevoerd, wordt het plakmateriaal 14 door een snijinrichting afgesneden en wel op een geschikte af- · meting, en wordt het plakmateriaal 14 op een geschikt gedeelte van het briefkaartmateriaal 12 gelamineerd. Daarna wordt het plakmateriaal 14 aan het oppervlak van het brief-kaartmateriaal 12 gehecht door op het oppervlak van het briefkaartmateriaal 12 onder gebruik van een verwarmde rol een druk uit te oefenen en het vrijliggende gedeelte van de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 en de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22, gevormd onder de, de hechting vertragende laag 24, te verhitten en te activeren.For example, when the adhesive material 14 is adhered to the bottom column of the postcard surface, the postcard material units 12 become one at a time. one is discharged, one end of the wound adhesive material 14 is discharged, the adhesive material 14 is cut by a cutting device to a suitable size, and the adhesive material 14 is laminated to a suitable portion of the postcard material 12. Thereafter, the adhesive material 14 is adhered to the surface of the postcard material 12 by applying pressure to the surface of the postcard material 12 using a heated roller and the exposed portion of the first thermally adhesive resin layer 22 and the first thermally adhesive heat and activate synthetic resin layer 22 formed under the adhesion retarding layer 24.

Wanneer het briefkaartmateriaal 12 is verhit en het andere materiaal daaraan is gehecht, is het plakmateriaal 14 sterk aan het briefkaartmateriaal 12 bij het vrijliggende gedeelte van de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 gehecht en is bij het gedeelte, waar de, de hechting vertragende laag 24 is gevormd, de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 op een zwakke wijze aan de onderste laag gehecht. Derhalve kan, als aangegeven in fig, 5A en fig. 5B, het snijgedeelte 28 van het kleefmateriaal 14 betrekkelijk gemakkelijk van het briefkaartmateriaal 12 worden afgeschild bij het gedeelte, waar de, de hechting vertragende laag 24 is gevormd.When the postcard material 12 is heated and the other material is adhered thereto, the adhesive material 14 is strongly adhered to the postcard material 12 at the exposed portion of the first thermally adhesive resin layer 22 and is at the portion where the adhesion retarding layer 24 is formed, the first thermally adhesive resin layer 22 is weakly adhered to the bottom layer. Therefore, as shown in Fig. 5A and Fig. 5B, the cutting portion 28 of the adhesive material 14 can be peeled off the postcard material 12 relatively easily at the portion where the adhesion retarding layer 24 is formed.

Fig. 6 is een doorsnede van een modificatie van de in fig. 1 en fig. 2 afgeheelde briefkaart. Bij deze uitvoe ringsvorm is geen, de hechting vertragende laag gevormd, en is tussen de onderdrukkingslaag 18 en de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 een afschilmiddellaag 80 gevormd. De afschilmiddellaag 80 wordt gevormd door een afschilmiddel, zoals siliciumhars, fluorhars, paraffine en was op een gedeelte tegenover het afscheurgedeelte 28 van het basismateriaal 16 als een bekleding aan te brengen.Fig. 6 is a sectional view of a modification of the postcard shown in FIG. 1 and FIG. 2. In this embodiment, no adhesion retarding layer is formed, and a peel layer 80 is formed between the suppression layer 18 and the first thermally adhesive resin layer 22. The peeler layer 80 is formed by applying a peeler such as silicon resin, fluorine resin, paraffin and wax to a portion opposite the tear-off portion 28 of the base material 16 as a coating.

Zoals aangegeven in fig. 7 wordt bij een voorste randgedeelte van het plakmateriaal 14 een sterk hechtend gedeelte 22a, waarin de afschilmiddellaag 80 niet is gevormd, zodanig worden gevormd, dat de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 zich direkt in punten aan de onderdrukkings-laag 18 van het basismateriaal 16 hecht. Voorts wordt de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 over een vaste-breedte bij de andere rand van het basismateriaal 14 vrijgemaakt. Derhalve hecht het basismateriaal 16 zich zwak aan de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 bij het gedeelte, waar de afschilmiddellaag 80 is gevormd, en hecht het basismateriaal 16 zich sterk aan de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 bij het gedeelte, waar geen afschilmiddellaag 80 is gevormd. Het sterk hechtende gedeelte 22a wordt bij deze uitvoeringsvorm gevormd bij een voorste randgedeelte van het plakmateriaal 14 ofschoon een dergelijk sterk hechtend gedeelte ook elders, zoals bij een voorrand of bij een achterrand kan worden gevormd.As shown in Fig. 7, at a leading edge portion of the adhesive material 14, a strong adhesive portion 22a, in which the peeler layer 80 is not formed, is formed such that the first thermally adhesive resin layer 22 directly points into the suppression layer 18 of the base material 16 adheres. Furthermore, the first thermally adhesive resin layer 22 is released over a fixed width at the other edge of the base material 14. Therefore, the base material 16 weakly adheres to the first thermally adhesive resin layer 22 at the portion where the peel agent layer 80 is formed, and the base material 16 strongly adheres to the first thermally adhesive resin layer 22 at the portion where no peel agent layer 80 is formed. The strong adhesive portion 22a in this embodiment is formed at a leading edge portion of the adhesive material 14, although such a strong adhesive portion may also be formed elsewhere, such as at a leading edge or at a trailing edge.

Bij de briefkaart 10 waarvan het kleefmateriaal 14 is verhit en zich aan het briefkaartmateriaal 12 heeft gehecht, hecht het basismateriaal 16 zich sterk aan de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 bij een gedeelte, waar de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 zich direkt hecht aan de onderdrukkingslaag 18, en hecht het basismateriaal 16 zich zwak aan de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 bij een gedeelte, waar de afschilmiddellaag 80 is gevormd. Derhalve kan bij de briefkaart 10 zoals aangegeven in fig. 8, het basismateriaal 16 betrekkelijk gemakkelijk van de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 worden weggescheurd bij het gedeelte, waar de afschilmiddel-laag 80 is gevormd, waardoor het lot 20 kan worden waargenomen .In the postcard 10 the adhesive material 14 of which has been heated and adhered to the postcard material 12, the base material 16 adheres strongly to the first thermally adhesive resin layer 22 at a portion where the first thermally adhesive resin layer 22 adheres directly to the suppression layer 18 , and the base material 16 weakly adheres to the first thermally adhesive resin layer 22 at a portion where the peel agent layer 80 is formed. Therefore, in the postcard 10 as shown in Fig. 8, the base material 16 is relatively easily tearable from the first thermally adhesive resin layer 22 at the portion where the peeler layer 80 is formed, whereby the lot 20 can be observed.

Fig. 9 is een doorsnede van een andere modificatie van de in de fig. 1 en 2 afgeheelde briefkaart. Bij deze uitvoeringsvorm is de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 gevormd in een bandraam met een voorafbepaalde breedte binnen de omtreksrand van het basismateriaal 16.Fig. 9 is a sectional view of another modification of the postcard shown in FIGS. 1 and 2. In this embodiment, the first thermally adhesive resin layer 22 is formed in a band window of a predetermined width within the peripheral edge of the base material 16.

De perforaties 26 voor het doorsnijden zijn iets binnen de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 gevormd.The cutting perforations 26 are formed slightly within the first thermally adhesive resin layer 22.

Voorts kan door de eerste thermisch hechtende kunst-harslaag 22 over het gehele oppervlak van het basismateriaal 16 te vormen en door tenminste de druk, de verwarmingstem-peratuur of de verwarmingstijd gedeeltelijk te wijzigen om; het plakmateriaal 14 aan het briefkaartmateriaal 12 te hechten, een gedeelte van het plakmateriaal 14, overeenkomende met het afscheurgedeelte 28, zwak aan het briefkaartmateriaal 12 worden gehecht.Furthermore, by forming the first thermally adhesive synthetic resin layer 22 over the entire surface of the base material 16 and by at least partially changing the pressure, the heating temperature or the heating time to; bonding the adhesive material 14 to the postcard material 12, a portion of the adhesive material 14, corresponding to the tear-off portion 28, is weakly adhered to the postcard material 12.

Fig. 10 toont een doorsnede van een andere uitvoeringsvorm volgens de uitvinding. In de briefkaart 10 is het plakmateriaal 14 gehecht aan het oppervlak van het brief-kaartmateriaal 12 inclusief het lot 20 en de kolom 12a waar de geheime materie is geregistreerd.Fig. 10 shows a cross section of another embodiment of the invention. In the postcard 10, the wafer material 14 is adhered to the surface of the postcard material 12 including the lot 20 and the column 12a where the secret material is registered.

Op het oppervlak van de onderdrukkingslaag 18 van het plakmateriaal 14 wordt een grondlaag 19 voor het versterken van de hechting van de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 gevormd. De grondlaag 90 wordt gevormd door het aanbrengen van een bekleding van een hars, zoals een copólymeer van vinylchloride en vinylacetaat aan het oppervlak van de onderdrukkingslaag 18.On the surface of the suppression layer 18 of the adhesive material 14, a primer 19 for enhancing the adhesion of the first thermally adhesive synthetic resin layer 22 is formed. The primer layer 90 is formed by applying a coating of a resin, such as a copolymer of vinyl chloride and vinyl acetate, to the surface of the suppression layer 18.

Aan het oppervlak van grondlaag 90 wordt een eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 gevormd door een bekleding van een thermisch hechtende kunsthars door verhitting en extrusie aan te brengen, of door gravuredruk of zeefdruk, waarbij de hars wordt opgelost in een oplosmiddel of in water wordt gedispergeerd.At the surface of primer 90, a first thermally adhesive resin layer 22 is formed by coating a thermally adhesive resin by heating and extrusion, or by gravure printing or screen printing, the resin being dissolved in a solvent or dispersed in water.

Bij deze uitvoeringsvorm wordt de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22, welke wordt gevormd in een band-raam met een voorafbepaalde breedte binnen de omtreksrand van het basismateriaal 16, betrekkelijk sterk aan het brief-kaartmateriaal 12 gehecht door deze laag te verhitten.In this embodiment, the first thermally adhesive resin layer 22, which is formed in a band window of a predetermined width within the peripheral edge of the base material 16, is bonded relatively strongly to the postcard material 12 by heating this layer.

Daar de briefkaart 10 aan het plakmateriaal 14 door verwarming aan het briefkaartmateriaal 12 is gehecht, hecht de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 zich sterk aan het briefkaartmateriaal 12 bij een sterk hechtend gedeelte 22a, waar de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 sterk wordt aangedrukt en gesmolten, en hecht de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 zich zwak aan het briefkaartmateriaal 12 bij een zwak hechtend gedeelte 22b, waar de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 sterk wordt aangedrukt en gesmolten. Derhalve wordt bij de briefkaart 10, als aangegeven in fig. 11, het kleefmateriaal 14 betrekkelijk gemakkelijk van het briefkaartmateriaal 12 bij het zwak hechtende gedeelte 22b afgescheurd.Since the postcard 10 to the adhesive material 14 is bonded by heat to the postcard material 12, the first thermally adhesive resin layer 22 adheres strongly to the postcard material 12 at a highly adhesive portion 22a, where the first thermally adhesive resin layer 22 is strongly pressed and melted, and the first thermally adhesive resin layer 22 weakly adheres to the postcard material 12 at a weakly adhesive portion 22b, where the first thermally adhesive resin layer 22 is strongly pressed and melted. Therefore, in the postcard 10, as shown in Fig. 11, the adhesive material 14 is torn off the postcard material 12 at the weakly adhesive portion 22b relatively easily.

In plaats van de bovenbeschreven uitvoeringsvorm kan door de verwarmingstemperatuur of de vormingstijd van de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 gedeeltelijk te veranderen bijvoorbeeld door een druk uit te oefenen op het gedeelte, dat als het zwak hechtende gedeelte 22b bij lage temperatuur is gevormd en een druk uit te oefenen op een gedeelte, dat als een sterk hechtend gedeelte 22a bij hoge temperatuur is gevormd, de hechting van de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 gedeeltelijk worden gewijzigd.Instead of the above-described embodiment, by partially changing the heating temperature or the formation time of the first thermally adhesive resin layer 22, for example, by applying pressure to the portion which is formed as the weakly adhesive portion 22b at low temperature and from To apply to a portion formed as a high temperature strong adhesive portion 22a, the adhesion of the first thermally adhesive resin layer 22 may be partially modified.

Bij deze uitvoeringsvorm worden de onderdrukkings-laag 18 en de grondlaag 90 op één hoofdvlak van het basismateriaal 16 gevormd en wordt de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 aan het oppervlak van de grondlaag 90 gevormd. Daarna wordt door de grondlaag 90 de hechting van de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 vergroot. Derhalve hecht de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 zich sterk aan het basismateriaal 16 en zich zwak aan het briefkaartmateriaal 12.In this embodiment, the blanking layer 18 and the primer layer 90 are formed on one major surface of the base material 16 and the first thermally adhesive resin layer 22 is formed on the surface of the primer layer 90. Thereafter, the adhesion of the first thermally adhesive synthetic resin layer 22 is increased by the primer layer 90. Therefore, the first thermally adhesive resin layer 22 adheres strongly to the base material 16 and weakly to the postcard material 12.

Fig. 12 is een doorsnede van een modificatie van de in fig. 10 afgeheelde briefkaart. In de briefkaart 10 is de grondlaag 90 gedeeltelijk aan het oppervlak van de onderdrukkingslaag 18 gevormd.Fig. 12 is a sectional view of a modification of the postcard shown in FIG. 10. In the postcard 10, the base layer 90 is partially formed on the surface of the blanking layer 18.

De grondlaag 90 kan volgens een bandraam met een voorafbepaalde breedte binnen de omtreksrand van het plak-materiaal 14 of in punten worden gevormd.The primer layer 90 may be formed in a band frame of a predetermined width within the peripheral edge of the adhesive material 14 or in points.

Verder wordt aan het vrijliggende oppervlak van de grondlaag 90 de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 gevormd door het aanbrengen van een bekleding van een ther-r misch hechtende kunsthars door deze te verhitten en te ex-truderen, of door middel gravuredruk of zeefdruk, waarbij de hars wordt opgelost in een oplosmiddel of in water wordt gedispergeerd.Furthermore, on the exposed surface of the primer layer 90, the first thermally adhesive resin layer 22 is formed by coating a thermally adhesive resin by heating and extruding it, or by gravure printing or screen printing, the resin is dissolved in a solvent or dispersed in water.

Derhalve worden, als aangegeven in fig. 13, bij een gedeelte, waar de grondlaag 90 niet is gevormd, het basismateriaal 16 en de .onderdrukkingslaag 18 voorzien van de perforaties 26 voor het doorsnijden en worden deze betrekkelijk gemakkelijk van de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 afgetrokken. Daarna kan men het lot 20 en de kolom 12a, waar de geheime materie aan het oppervlak van het briefkaartmateriaal 12 is geregistreerd, via de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 waarnemen.Therefore, as shown in Fig. 13, at a portion where the base layer 90 is not formed, the base material 16 and the blanking layer 18 are provided with the perforations 26 for cutting and become relatively easy from the first thermally adhesive resin layer 22 subtracted. Thereafter, the lot 20 and the column 12a, where the secret matter is registered on the surface of the postcard material 12, can be observed through the first thermally adhesive resin layer 22.

Fig. 14 is een doorsnede van een andere modificatie van de in fig. 10 afgebeelde briefkaart. Bij de briefkaart 10 zijn de onderdrukkingslaag 18, de grondlaag 90 en de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 in deze volgorde op het oppervlak van het basismateriaal 12 gelamineerd.Fig. 14 is a sectional view of another modification of the postcard shown in FIG. 10. At the postcard 10, the blanking layer 18, the primer layer 90 and the first thermally adhesive resin layer 22 are laminated in this order on the surface of the base material 12.

Verder is aan het oppervlak van de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 een tweede thermisch hechtende kunstharslaag 92 met sterke hechting gevormd. Bij deze uitvoeringsvorm wordt de tweede thermisch hechtende kunstharslaag 22 met een constante breedte aan beide zijden van het briefkaartmateriaal 12 in de lengterichting, dat wil zeggen aan de boven- en onderzijde van het kleefmateriaal 14 gevormd.Furthermore, a second thermally adhesive resin layer 92 having strong adhesion is formed on the surface of the first thermally adhesive resin layer 22. In this embodiment, the second thermally adhesive resin layer 22 of constant width is formed on both sides of the postcard material 12 in the longitudinal direction, that is, on the top and bottom of the adhesive material 14.

Bovendien wordt de tweede thermisch hechtende kunstharslaag 92 bij de rechter zijde en linker zijde van het kleefmate-riaal 14 in punten gevormd. De tweede thermisch hechtende kunstharslaag 92 wordt gedeeltelijk gevormd door het aanbrengen van een bekleding van een thermisch hechtende kunsthars met sterke hechting, zoals hechtmiddelen van de EVA-groep, een styleen-butadieen-styleencopolymeer, een styleen-isopreen-styleencopolymeer of dergelijke, en wel aan het oppervlak van de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22. In het materiaal van de thermisch hechtende kunsthars met sterke hechting wordt bijvoorbeeld een hoeveelheid kleverig makend middel vergroot of wordt het afschilmiddel niet gemengd, vergeleken met het materiaal van de thermisch hechtende kunsthars met zwakke hechting. De tweede thermisch hechtende kunstharslaag 92 kan langs de bovenzijde en onderzijde van het kleefmateriaal 14 aan de rechter zijde en linker zijde daarvan aan het oppervlak van de eerste thermisch hechtende kunsthars 22 worden gevormd. In dit geval. kan de tweede thermisch hechtende kunstharslaag 22 met een constante breedte of in punten worden gevormd.In addition, the second thermally adhesive resin layer 92 is formed in tips on the right and left sides of the adhesive material 14. The second thermally adhesive resin layer 92 is formed in part by applying a coating of a thermally adhesive resin of high adhesion, such as adhesives of the EVA group, a styrene-butadiene-styrene copolymer, a styrene-isoprene-styrene copolymer, or the like, namely on the surface of the first thermally adhesive resin layer 22. In the material of the thermally adhesive resin with high adhesion, for example, an amount of tackifier is increased or the peel agent is not mixed, compared to the material of the thermally adhesive resin with weak adhesion. The second thermally adhesive resin layer 92 may be formed along the top and bottom of the adhesive material 14 on the right and left sides thereof on the surface of the first thermally adhesive resin 22. In this case. the second thermally adhesive synthetic resin layer 22 can be formed with a constant width or in points.

Het kleefmateriaal 14 hecht zich sterk aan het briefkaartmateriaal 12 bij het gedeelte, waar de tweede thermisch hechtende kunstharslaag 92 is gevormd, als aangegeven in fig. 15. Het basismateriaal 16, de onderdrukkings-laag 18, de grondlaag 92 en de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 van het kleefmateriaal 14 kunnen gemakkelijk van het briefkaartmateriaal 12 worden weggesneden en weggescheurd bij een gedeelte, waar de tweede thermisch hechtende kunstharslaag 92 niet is gevormd. Daarna kan het lot 20 en de kolom 12a, waarin de geheime materie aan het oppervlak van het briefkaartmateriaal 12 is geregistreerd, worden waargenomen.The adhesive material 14 adheres strongly to the postcard material 12 at the portion where the second thermally adhesive resin layer 92 is formed, as shown in Fig. 15. The base material 16, the suppression layer 18, the primer layer 92 and the first thermally adhesive resin layer 22 of the adhesive material 14 can be easily cut from the postcard material 12 and torn away at a portion where the second thermally adhesive resin layer 92 is not formed. Thereafter, the lot 20 and the column 12a, in which the secret matter on the surface of the postcard material 12 is recorded, can be observed.

Fig. 16 is een doorsnede van weer een andere uitvoeringsvorm volgens de uitvinding. Bij de briefkaart 10 is aan éin hoofdvlak van het basismateriaal 16 de onder-drukkingslaag 18 gevormd met een vel met een onderdrukkings- vermogen, zoals een aluminiumfolie of een gekleurd papier, welk vel door de eerste hechtlaag 100, gevormd met een hecht-middel, zoals een drukgevoelig hechtmiddel, wordt vastgehecht.Fig. 16 is a sectional view of yet another embodiment of the invention. In the postcard 10, on one major surface of the base material 16, the blanking layer 18 is formed with a sheet having a blanking ability, such as an aluminum foil or a colored paper, which sheet is formed through the first adhesive layer 100 with an adhesive, such as a pressure sensitive adhesive is adhered.

Voorts wordt aan het oppervlak van de onderdrukkings-laag 18 de afschilmiddellaag 80 gevormd door een afschil-middel, zoals silicium als een bekleding aan te brengen.Furthermore, on the surface of the suppression layer 18, the peel agent layer 80 is formed by coating a peel agent such as silicon.

Aan het oppervlak van de afschilmiddellaag 80 wordt een vel van transparant materiaal 110 gevormd. Het transparante materiaal 110 wordt gevormd door het als een bekleding aanbrengen van een transparante kunsthars, zoals polypropeen of polyetheen, aan het oppervlak van de afschilmiddellaag 80.A sheet of transparent material 110 is formed on the surface of the peel agent layer 80. The transparent material 110 is formed by coating a transparent synthetic resin, such as polypropylene or polyethylene, on the surface of the peel-off layer 80.

Voorts wordt aan het oppervlak van het transparante materiaal 110 een tweede hechtlaag 112 gevormd. De tweede hechtlaag 112 wordt gevormd door het als een bekleding aanbrengen van een hechtmiddel, zoals een drukgevoelig hechtmiddel aan het oppervlak van het transparante materiaal 112.Furthermore, a second adhesive layer 112 is formed on the surface of the transparent material 110. The second adhesive layer 112 is formed by coating an adhesive, such as a pressure sensitive adhesive, on the surface of the transparent material 112 as a coating.

Daarna wordt het basismateriaal 16 aan het transparante materiaal 110 volgens een bandraam met een voorafbepaalde breedte binnen de omtreksrand van het basismateriaal 16 gehecht.Thereafter, the base material 16 is adhered to the transparent material 110 along a band window of a predetermined width within the peripheral edge of the base material 16.

Verder zijn gedeelten, waar de afschilmiddellaag 80 niet is gevormd, aanwezig volgens een bandraam met een voorafbepaalde breedte binnen de omtreksrand van het basismate-riaal 16. Iets binnen de afschilmiddellaag 80 worden perforaties 26 vanuit één hoofdvlak van het basismateriaal 16 naar het andere hoofdvlak daarvan gevormd. Door de perforaties 26 wordt een rechthoekig afscheurgedeelte 28 met een gedeelte van het basismateriaal 16, dat wil zeggen een iets naar binnen gelegen gedeelte van de afschillaag 80 bij deze uitvoeringsvorm gevormd.Further, portions where the peel agent layer 80 is not formed are provided along a band window of a predetermined width within the peripheral edge of the base material 16. Slightly within the peel agent layer 80, perforations 26 from one major face of the base material 16 to the other major face thereof formed. Through the perforations 26, a rectangular tear-off portion 28 is formed with a portion of the base material 16, i.e., a slightly inward portion of the peel-off layer 80 in this embodiment.

Bij de briefkaart 10, als aangegeven in fig. 17, moeten wanneer het basismateriaal 16 van het kleefmateriaal 14 wordt afgescheurd, de eerste hechtmiddellaag 100 aan de onderdrukkingslaag 18 met het basismateriaal 16 worden af gescheurd en blijven de afschilmiddellaag 80, het transparante materiaal 110 en de tweede hechtmiddellaag 112 aan het oppervlak van het briefkaartmateriaal 12 gehecht. In deze toestand kan het lot 20 en de kolom 12a, waar de geheime materie aan het oppervlak van het briefkaartmateriaal 12 is geregistreerd, worden waargenomen via de afschilmiddellaag 80, het transparante materiaal 110 en de tweede hechtmiddellaag 112 van het kleefmateriaal 14.In the postcard 10, as shown in Fig. 17, when the base material 16 is torn off the adhesive material 14, the first adhesive layer 100 must be torn off the blanking layer 18 with the base material 16 and the peeler layer 80, the transparent material 110 and the second adhesive layer 112 adhered to the surface of the postcard material 12. In this state, the lot 20 and the column 12a, where the secret matter is registered on the surface of the postcard material 12, can be observed through the peel layer 80, the transparent material 110 and the second adhesive layer 112 of the adhesive material 14.

Derhalve kan bij deze uitvoeringsvorm het lot 20 direkt worden waargenomen en kan verder de kolom 12a, waar geheime materie aan het oppervlak van het briefkaartmateriaal 12 geregistreerd, bij voorkeur en tijdelijk worden afgedekt zonder behandeling van het oppervlak van het briefkaartmateriaal 12.Therefore, in this embodiment, the lot 20 can be observed immediately and further, the column 12a, where secret matter is registered on the surface of the postcard material 12, can be preferably and temporarily covered without treatment of the surface of the postcard material 12.

Fig. 18 is een doorsnede van een modificatie van de in fig. 16 afgebeelde uitvoeringsvorm. Bij deze uitvoeringsvorm wordt meer in het bijzonder een witte inkt, welke titaanwit of dergelijke bevat, aan het oppervlak van de onderdrukkingslaag 18 van het kleefmateriaal 14 gedrukt of als een bekleding daarop aangebracht, waardoor een inktlaag 114 wordt gevormd, voor het afschillen van de afschilmiddellaag 80.Fig. 18 is a sectional view of a modification of the embodiment depicted in FIG. 16. More specifically, in this embodiment, a white ink containing titanium white or the like is printed on the surface of the suppression layer 18 of the adhesive material 14 or applied as a coating thereon, thereby forming an ink layer 114 for peeling off the peeler layer 80.

Aan het oppervlak van de inktlaag 114 wordt de afschilmiddellaag 80 gevormd.The peel layer 80 is formed on the surface of the ink layer 114.

Derhalve worden bij deze uitvoeringsvorm het lot 20 en de kolom 12a, waar de geheime materie aan het oppervlak van het briefkaartmateriaal 12 is geregistreerd, afgedekt door de onderdrukkingslaag 18 en de inktlaag 114 van het kleefmateriaal 14. Verder kan bij deze uitvoeringsvorm het basismateriaal 16 van de afschilmiddellaag 80 tezamen met de eerste hechtmiddellaag 100, de onderdrukkingslaag 18 en de inktlaag 114 worden weggescheurd.Therefore, in this embodiment, the lot 20 and the column 12a, where the secret matter is registered on the surface of the postcard material 12, are covered by the suppression layer 18 and the ink layer 114 of the adhesive material 14. Furthermore, in this embodiment, the base material 16 of the peel layer 80 together with the first adhesive layer 100, the suppression layer 18 and the ink layer 114 are torn off.

Wanneer de inktlaag 114 aan het oppervlak van de onderdrukkingslaag 114 is gevormd, zoals bij deze uitvoeringsvorm is aangegeven, kan een materiaal met een zwakke onderdrukking als een materiaal voor de onderdrukkingslaag 114 worden gebruikt.When the ink layer 114 is formed on the surface of the suppression layer 114, as indicated in this embodiment, a weak suppression material can be used as a material for the suppression layer 114.

Waneer een afschilkarakteristiek van het materiaal van de afschilmiddellaag 80 betrekkelijk sterk is, zoals aangegeven in fig. 18, behoeft de inktlaag 114 niet te worden gevormd.When a peel characteristic of the material of the peel agent layer 80 is relatively strong, as shown in Fig. 18, the ink layer 114 need not be formed.

Fig. 19 toont een doorsnede van een andere uitvoeringsvorm volgens de uitvinding. In de briefkaart 10 worden de onderdrukkingslaag 18 en de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 aan éën hoofdvlak van het basismateriaal 16 in deze volgorde gevormd.Fig. 19 shows a cross section of another embodiment of the invention. In the postcard 10, the blanking layer 18 and the first thermally adhesive resin layer 22 are formed on one major surface of the base material 16 in this order.

Daarna wordt de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 sterk aan het briefkaartmateriaal 12 gehecht bij het sterk hechtende gedeelte 22a, waar de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 wordt gesmolten en sterk volgens banden en punten op een binnengedeelte van het basismateriaal 16 wordt gedrukt, en hecht de eerste thermisch.hechtende kunstharslaag 22 zich zwak aan het briefkaartmateriaal 12 bij het zwak hechtende gedeelte 22b, waar de eerste thermisch hechtende kunstharslaag 22 wordt gesmolten en zwak wordt aangedrukt. Derhalve wordt, als aangegeven in fig. 20, het kleefmateriaal 14 gemakkelijk van het briefkaartmate-riaal 12 weggescheurd bij het zwak hechtende gedeelte 22b, en het kan het lot 20 worden waargenomen.Thereafter, the first thermally adhesive resin layer 22 is strongly adhered to the postcard material 12 at the strongly adhesive portion 22a, where the first thermally adhesive resin layer 22 is melted and strongly bonded to an inner portion of the base material 16, and adheres the first thermally adhesive resin layer 22 weakly adheres to the postcard material 12 at the weakly adhesive portion 22b, where the first thermally adhesive resin layer 22 is melted and pressed lightly. Therefore, as shown in Fig. 20, the adhesive material 14 is easily torn away from the postcard material 12 at the weakly adhering portion 22b, and the lot 20 can be observed.

Fig. 21 is een bovenaanzicht van weer een andere uitvoeringsvorm volgens de uitvinding. Bij deze uitvoeringsvorm zijn perforaties 150 aan de omtrek van het afscheur-gedeelte 28 gevormd.Fig. 21 is a top view of yet another embodiment of the invention. In this embodiment, perforations 150 are formed on the periphery of the tear-off portion 28.

De perforaties 150 worden gevormd door lineaire insnijdingen 152, welke lijnen, die de omtreksranden van het afscheurgedeelte 28 verbinden, schuin snijden, en de lineaire insnijdingen 152 worden continu met een vooraf-bepaalde afstand tussen elkaar langs in het algemeen lineaire gedeelten gevormd, welke de omtreksranden van het afscheurgedeelte 28 vormen.The perforations 150 are formed by linear cuts 152, which obliquely cut lines connecting the peripheral edges of the tear-off portion 28, and the linear cuts 152 are continuously formed at a predetermined distance between each other along generally linear portions. circumferential edges of the tear-off portion 28.

Bij de hier beschouwde uitvoeringsvorm worden de sneden 152 daartussen evenwijdig aan de scheurrichting 29 van het afscheurgedeelte 28, namelijk de scheurrichting 29, die diagonaal vanuit de eerste scheurhoek naar de andere tegenovergelegen hoek van het afscheurgedeelte 28 verloopt, afgescheurd. Dat wil zeggen, dat de perforaties 150 zodanig worden gevormd, dat lineaire scheurlijnen 154 evenwijdig aan de scheurrichting 29 van het afscheurgedeelte 28 in de naast elkaar gelegen perforaties 150 de voorrand van de snede 152 en de achterrand van de naastgelegen snede 152 kruisen waardoor respectieve afscheurperforaties 150 worden gevormd.In the embodiment considered here, the cuts 152 between them are torn parallel to the tear direction 29 of the tear portion 28, namely the tear direction 29, which extends diagonally from the first tear angle to the other opposite corner of the tear portion 28. That is, the perforations 150 are formed such that linear tear lines 154 parallel to the tear direction 29 of the tear-off portion 28 in the adjacent perforations 150 intersect the leading edge of the cut 152 and the trailing edge of the adjacent cut 152, whereby respective tear-off perforations 150 are formed.

Onafhankelijk van het feit of de porforaties 26, aangegeven in fig. 1 of de perforaties 150, weergegeven in fig. 21, de vorm van perforaties hebben, kan het kleef-materiaal 14 derhalve in de scheurrichting 29 worden weg- * gescheurd.Irrespective of whether the perforations 26 shown in Fig. 1 or the perforations 150 shown in Fig. 21 are in the form of perforations, the adhesive material 14 can therefore be torn away in the tear direction 29.

Bij elke uitvoeringsvorm wordt het kleefmateriaal 14 gehecht aan het deel van één hoofdvak van het briefkaart-materiaal 12 ofschoon het hechtmateriaal 12 aan het geheel van één hoofdvlak van het briefkaartmateriaal 12 kan worden gehecht.In each embodiment, the adhesive material 14 is adhered to the portion of one main compartment of the postcard material 12, although the adhesive material 12 may be adhered to all of one major surface of the postcard material 12.

Claims

An adhesive material unit comprising a base material, in which linear perforations are continuously formed at suitable distances from one major surface of the base material to the other major surface thereof, a tear-off portion is formed such that a portion of the base material can be torn off through the perforations, and linear tear lines are provided, which generally extend parallel to a tear direction of the tear portion, and which cross adjacent ends of respective perforations between the adjacent perforations.

Adhesive material unit according to claim 1, characterized; marks by a first thermally adhesive resin layer formed on one major surface of the base material and an adhesion retarding layer which reduces the adhesive force of a first thermally adhesive resin layer to weaken its adhesion to a surface of the first thermally adhesive resin layer is formed, the perforations being formed at a portion where the adhesion delaying layer is formed.

Adhesive material unit according to claim 1, characterized by a peeling agent layer, which is formed on at least a portion of one major surface of the base material, and a first thermally adhesive synthetic resin layer, which is formed on a surface of the peeling agent layer, the perforations being formed at a portion where the peeling agent layer is formed.

Adhesive material unit according to claim 1, characterized by a suppression layer having a suppression ability formed on one major surface of the base material and a first thermally adhesive resin layer formed on a portion of a surface of the suppression layer, the perforations are formed at a portion where the suppression layer is formed and the first thermally adhesive resin layer is not formed.

Adhesive material unit according to claim 1, characterized by a base layer formed on one major surface of the base material and a first thermally adhesive resin layer formed on a surface of the base layer, the perforations being formed in a portion where the first thermally adhesive synthetic resin layer is formed.

Adhesive material unit according to claim 5, characterized in that the base layer is formed on a portion of one major surface of the base material, the first thermally adhesive resin layer is formed on a exposed portion of said one major surface of the base material and on a surface of the base coat, the perforations being formed at a portion where the base coat is not formed.

Adhesive material unit according to claim 5, characterized by a second thermally adhesive resin layer with a strong adhesion formed on a portion of a surface of the first thermally adhesive resin layer, the perforations being formed in a portion where the second thermally adhesive resin layer is not formed.

Adhesive material unit according to claim 1, characterized by a suppression layer having a suppression capacity formed on one major surface of the base material, a peel layer, which is formed on a surface of the suppression layer, a transparent material, which is attached to a surface of the peeler layer is formed, and a first thermally adhesive resin layer formed on a surface of the transparent material, the perforations being formed in a portion in which the peeler layer is formed.

A postcard using an adhesive unit according to claim 1, characterized by a postcard material adhered to the base material, the base material being shaped to peel off the postcard material.

A postcard according to claim 9, characterized by a first thermally adhesive resin layer formed on one major surface of the base material, a strong adhesive portion, in which the base material strongly adheres to the postcard material, and a weakly adhesive portion, in which the base material weakly adheres to the postcard material, are formed by melting the first thermally adhesive resin layer and partially affecting at least one pressure, heating temperature and heating time, which differ from each other, the perforations being formed at a portion in which the weakly adhesive portion is formed.