NL8800672A

NL8800672A - Twee-kanaalsotoplastiek met accoustisch reduceerventiel.

Info

Publication number: NL8800672A
Application number: NL8800672A
Authority: NL
Original assignee: Safetec S A
Priority date: 1988-03-17
Filing date: 1988-03-17
Publication date: 1989-10-16
Also published as: EP0333298B1; CA1310277C; US4974606A; ES2041966T3; DE68907239T2; DE68907239D1; EP0333298A1; ATE90862T1

Description

.4 fe - 1 -

Tweekanaals otoplastiek met aecoustisch reduceerventiel

De uitvinding betreft een tweekanaals otoplastiek welke gebruikt wordt als gehoorbeschermer waaraan metingen kunnen worden verricht terwijl de otoplastiek in de gehoorgang is geplaatst en daar gedurende de metingen in geplaatst blijft,teneinde vast te stellen dat tussen de zich 5 in het oor bevindende otoplastiek en de wand van de gehoorgang geen akkoestisehe lekken,luchtlekken of openingen aanwezig zijn waardoor geluid buiten de otoplastiek om tot de gehoorgang (meatus acusticus ex-ternus) kan toetreden;vast. te stellen dat de ingestelde dempingsweer--stand of de in te stellen dempingsweerstand of de in de otoplastiek aan-10 gebrachtte vaste dempingsweerstand,ook werkelijk aah die waarde voldoet; alle metingen hierbij te verrichten terwijl de otoplastiek zich in de gehoorgang blijft bevinden,de dempingsweerstand of de plaatselijke vernauwing in de doorlaat,trappenloos kan worden ingesteld op een waarde ,variërend tussen geheel dicht en geheel open.

15 Hiertoe is de otoplastiek voorzien van twee boringen of kanalen,waarvan 1 boring of kanaal gebruikt wordt om het trappenloosinstelbaar akkóes-tisch reduceerventiel op aan te sluiten of te plaatsen, de tweede boring of kanaal gebruikt wordt om een meettoestel, aan te sluiten,beide boringen uitmond in de gehoorgang.

20 Bij de bekende otoplastieken is in de otoplastiek 1 doorlaatope- ning geboord of aangebracht met inlaat- en uitlaatopening waarin zich een akkoestisch filter of een anders gevormde vernauwing bevindt of is aangebracht,welke eenmaal geplaatst of aangebracht,niet meer kan worden gewijzigd anders dan door deze te vervangen door een andere vernauwing 25 of akkoestisch filter,waarbij de dempingsweerstand,of dempingskarakte-ristiek van de vernauwing of akkoestisch filter,met de otoplastiek in het oor geplaatst,alleen gemeten kan worden door te audiometreren,ofwel aan een in het oor geplaatste otoplastiek kan alleen een meting worden gedaan ter controle op de mate van lekdichtheid tussen otoplastiek en de 30 wand van de gehoorgang.

Bij de bekende otoplastieken bestaan de vernauwingen of akkoestisehe filters uit een serie standaardtypen.De dempingswaarden of dempingskarak-teristieken welke welke aan de otoplastiek als gehoorbeschermer kan worden toegekend,zijn aldus bepaald door het aantal typen van vernauwingen 35 of akkoestisehe filters welke productiematig beschikbaar zijn;tussenliggende dempingswaarden kunnen alleen worden gerealiseerd op speciaal .8800672 ‘f - 2 - $ verzoek of volgens speciale bestelling en/of fabricage.

Het doel van de uitvinding is een otoplastiek te verschaffen .'die deze nadelen niet heeft.Dit doel wordt bereikt door in de otoplastiek -twee boringen of kanalen aan te brengen,te noemen 1 inlaatboring en 1 5 meetboring,beiden parallel geplaatst en beiden uitmondend in de gehoorgang. Aansluitend op de inlaatboring is het akkoestisch reduceerventiel -geplaatst,complementair of één geheel vormend met de otoplastiek.In het akkoestisch reduceerventiel kan de inlaatopening tot de gehoorgang trap-penloos verkleind worden tot geheel gesloten.De inlaatopening is dan 10 geheel afgesloten,de gehoorgang is dan eveneens geheel van de omgeving afgesloten door de massa van de zich in het oor bevindende otoplastiek. Door,via een op de meetboring aangesloten meettoestel,een overdruk met lucht in de gehoorgang aan te brengen ten opzichte van de luchtdruk in de omgeving,waarbij het akkoestisch reduceerventiel geheel gesloten is, 15 zal deze aangebrachtte overdruk alleen gehandhaafd kunnen worden indien er zich geen openingen bevinden tussen de wand van de otoplastiek en de wand van de gehoorgang,respectievelijk alleen gehandhaafd kunnen worden indien de otoplastiekzich passend en sluitend in de gehoorgang bevindt.

20 Nadat door deze meting is aangetoond dat in de passing op de gehoorgang zich geen luchtlekken bevinden,kan de tweede meeting,respectievelijk de afstelling van het akkoestisch reduceerventiel.plaatsvinden.

Door het openen van het akkoestisch reduceerventiel zal de aangebraehtte overdruk uitsluitend lager kunnen worden door te ontwijken uit de gehoor-25 gang door deze aangebraehtte opening in het akkoestisch reduceerventiel. Door een meettoestel,dat de functie heeft om nauwkeurig luchtdruk,dan wel veranderingen in luchtdruk of veranderingen in luchtweerstanden te meten, aangesloten te houden op de meetboring,is het mogelijk de dempingsweer-stand van het akkoestisch reduceerventiel in te stellen op de gewenste 30 waarde,c.q. luchtweerstand in het reduceerventiel.Nadat de meting en instelling gereed is wordt het meettoestel van de meetboring losgenomen en wordt de meetboring luchtdicht afgesloten door een afsluitdop in de meetboring te plaatsen.

Voor een controle op de juisheid van de ingestelde dempingsweerstand,na-35 dat de otoplastiek enige tijd,welke dan ook,in gebruik is geweest wordt de volgende meetprocedure gevolgd: -de otoplastiek wordt in het oor geplaatst,het meettoestel wordt aangesloten op de meetboring;door het meettoestel wordt een luchtoverdruk in de gehoorgang gebracht.De luchtweerstand naar buiten toe,gevormd door de .880 0672 ΐ - 3 - ingestelde dempingsweerstand van of in tiet akkoestiscti reduceerventiel, zal dan gelijk, moeten zijn aan de voorheen in gestelde weerstand,onder de conditie dat er géén luchtlekken aanwezig.zijn tussen de wand van de gehoorgang en de otoplastiek.Veronderstellende dat de controlemeting op 5 de ingestelde dempingsweerstand niet overeenkomt met de voorheen ingestelde waarde,dan kan het akkoestisch reduceerventiel worden bijgesteld zodat deze gewenste waarde wederom wordt bereikt.De mate van afwijking tussen de voorheen ingestelde dempingswaarde en de gecontroleerde dempingswaarde geeft een aan wijzing dat de afwijking kan zijn ontstaan door .

10 lekkage tussen de wand van de gehoorgang en otoplastiek of door opgetreden wijziging in de afgestelde dempingsweerstand in het reduceerventiel.

De correctie op de dempingsweerstand kan nu vervolgens worden aangebracht door eerst het reduceerventiel geheel te sluiten en eerst een meting te doen als controle op lekdichtheidjis deze als dichtaangetoond,dan kan ver-15 volgens het reduceerventiel wederom worden afgesteld op de juiste dempingsweerstand door het ventiel te openen en in de juiste positie te brengen.Bij alle vorenomschreven handelingen blijft, de otoplastiek in het oor geplaatst.

Het doel van de uitvinding is om,in combinatie met de tweekanaals-oto-20 plastiek,een trappenloos instelbaar akkoestisch reduceer ventiel te verschaffen welke het mogelijk maakt om vorenomschreven meet- en controle procedure mogelijk te maken terwijl de otoplastiek in het oor geplaatst blijft.Hiertoe is het trappenloos instelbaar akkoestisch reduceerventiel verschaft dat in deze mogelijkheid voorziet door de dempingsweerstand 25 in de twee-kanaalsotoplastiek van buitenaf te kunnen veranderen zonder de otoplastiek uit de gehoorgang te nemen.Door het akkoestisch reduceerventiel als los onderdeel van de otoplastiek te fabriceren en in later stadium van montage pas in geheel vormt met de otoplastiek,kan de in te stellen dempingsweerstand van het reduceerventiel zonodig ook vooraf 30 in het productielaboratorium worden ingesteld als voorinstelling,waarbij toch de mogelijkheid wordt behouden om deze dempingsweerstand te corrigeren of aan te passen bij de aanmeting van de otoplastiek.Door op deze wijze gebruik te maken van het trappenloos instelbaar akkoestisch reduceerventiel kan bij de aanpassing van de otoplastiek in het oor snel 35 worden gemeten,ingesteld,gecontroleerd op lekdichtheid,dan wel andere dempingswaarden worden ingesteld als bij de voorinstelling door het productie laboratorium is afgeleverd.

De uitvinding van het akkoestisch reduceerventiel dat hiertoe deze voordelen verschaft bestaat uit een stif thuis, vervaardigd uit kunststof .8800672 t - 4 - é' en een instelstift,vervaardigd uit kunststof of een materiaal met meta-lurgische eigenschappen,waarbij hét stifthuis voorzien is van vier diametraal geplaatste ópeningen,uitmondende in de stiftkamer.De stift-kamer gaat over in een conisch gevormd deel van het stifthuis,de zitting 5 vormend van het instelstift en uitmondend in een uitlaatopening welke aansluit op de inlaatboring van de ötoplastiek.In het stifthuis wordt een instelstift ingeschroefd,eveneens van gelijke conische vorm als het stifthuis,welke luchtdichtsluitend past in het stifthuis.Door het instelstift, vanuit gesloten positie terug te draaien,wordt! een opening toe-10 gestaan tussen instelstift en het conische gedeelte van het stifthuis, waarvan de aldus ontstane vrije doorlaat een maat is voor de in te stellen dempingsweerstand.De vormgeving van het reduceerventiel is zodanig gekozen dat deze tevens dienst doet als handvat voor het in oor plaatsen van de otoplastiek.

15 De uitvinding zal aan de hand van de tekeningen,waarin het uitvoerings-voorbeeld is voorgesteld nader worden toegelicht:

Figuur 1 toont het instelstift,aan te brengen en te plaatsen in het stifthuis volgens figuur 2.

Figuur 2 toont het stifthuis van het akkoestisch reduceerventiel,met de 20 vier diametraal geplaatste inlaatopeningen en de uitlaatopening welke aansluiting geeft op de inlaatboring van de otoplastiek. Figuur 3 toont het akkoestisch reduceerventiel waarbij het instelstift geplaatst is in het stifthuis,waardoor de luchtkamer ontstaat om het cilindrisch deel van het instelstift en achter de vier 25 inlaatopeningen en wel in de positie dat het instelstift de uit laatopening geheel afsluit op de zitting.

Figuur 4 toont het akkoestisch reduceerventiel als aangegeven in figuur 3 doch met het instelstift in een willekeurig getekende geopende positie.In maximaal teruggedraaidé·' positie van het instelstift 30 is de doorlaatopening tussen de zitting en het conische deel van het instelstift gelijk of groter dan de uitlaatopening.

Figuur 5 toont een voorbeeld van een twee-kanaalsotoplastiek,compleet met het daarop geplaatste akkoestisch reduceerventiel en in aangesloten positie met het meettoestel.

35 Figuur 6 toont een een voorbeeld van een twee-kanaalsotoplastiek als in figuur 5,doch zonder aangesloten meettoestel,met afgesloten meetboring door de. geplaatste afsluitdop.In deze vorm wordt de twee-kanaalsotoplastiek als gehoorbeschermer in het oor gedragen.

.8800672

Claims

£ t - 5 - CONCLUSIES. 1.Twee-kanaalsotoplastiek voor het dempen van geluid toetredend tot de meatus acusticus externus van het menselijk oor,geschikt om hierop het, trappenloos-instelbaar akkoestisch reduceerventiel te plaatsen en waaraan metingen kunnen worden uitgevoerd,anders dan audiometreren,terwijl 5 de twee kanaalsotoplastiek in de meatus acusticus externus is en blijft geplaatst,welke metingen inzicht verschaffen omtrent de lekdichtheid tussen de wand van de meatus acusticus externus en de wand van de twee kanaal so toplstiek en/of inzicht verschaffen over de derapingsweerstand of dempingskarakteristiek van de twee-kanaalsotoplastiek,met het kenmerk dat 10 de twee-kanaalsotoplastiek van twee boringen of kanalen is voorzien,waarvan êên boring of kanaal bestemd is voor het aansluiten van een meettoestel en de tweede boring of kanaal bestemd is voor het aanbrengen van een akkoestische weerstand met het doel geluidsdruk te reduceren,respectievelijk te verlagen tot een al of niet van te voren vastgestelde waarde 15 resulterend in een dempingskarakteristiek,de twee voornoemde boringen of kanalen in de twee-kanaalsotoplastiek uitkomende aan de uitlaatzijde van de twee-kanaalsotóplastiek in de meatus acusticus externus.
2.Het trappenloos-instelbaar akkoestisch reduceerventiel voor het aanbrengen van een akkoestische weerstand tot het dempen van geluid toe-20 tredend tot de meatus acusticus externus van het oor,toegepast in-,aan-, of op een otoplastiek bestemd voor het gebruik als gehoorbeschermingsmiddel , waarmede en waartoe dé doorlaatopening tot de.meatus acusticus externus van het oor trappenloos verkleind kan worden 0,2826 mm2 tot 0 mm2, bestaande uit het stifthuis.vervaardigd van kunststof en een instelstift 25 vervaardigd uit kunststof of een materiaal met metalurgische eigenschappen,waarvan het stifthuis is voorzien van vier diametraal geplaatste ronde openingen,elk met een diameter van 0,70 mm,uitmondende in de stift-· kamer met een ronde uitlaatopening met een diameter van 0,60 mm ;in het conische gedeelte van het.stifthuis.de stiftkamer genoemd,waarvan de wand 30 de zitting vormt van het instelstift,is het instelstift geplaatst voorzien van een eerste clindrisch deel met schroefdraad met een speod van 0,25 mm. en een lengte van 3,00 mm. passend in het cilindrisch deel van het stift-huis,een aansluitend tweede cilindrisch deel met een diameter van 1,60 mm, lang 2,50 mm.,hiermede in het stifthuis een luchtkamer vormend met de vier 35 inlaatopeningen,een aansluitend conisch stiftdeel waarvan de grootste diameter 1,60 mm. en de kleinste diameter 0,00 mm..waarop de kopzijde van het eerste cilindrische deel met schroefdraad twee boringen zijn aangebracht elk met een diameter van 0,50 mm.,lang/diep 2,00 mm.en een steekmaat van . 8800672 - 6 - 4 A 1,00 mm.,daarin passend een insteeksleutel teneinde de instelstift in het stifthuis te kunnen verstellen,ofwel de doorlaatopêning in het akkoes-tisch reduceerventiel ,toegang gevend tot de meatus acusticus externus,te kunnen verkleinen of vergrotenjhet stifthuis conisch gevormd met een 5 kleinste diameter van 4,00 mm. en een grootste diameter van 6,00 mm. bij een lengte van 11,00 mm. is aan de zijde met de grootste diameter een cilindrische boring met een diameter van 3,00 mm.aangebracht waarin schroefdraad M3 met een spoed van 0,25 mm. over een lengte van 5,00 mm,vervolgens is een conische boring aangebracht met een grootste diameter van 10 2,00 mm. een kleinste diameter van 0,60 mm. en een lengte van 6,00 mm, hiermede de stiftkamer vormend,de conische wand de stiftzitting vormend.
3.De twee-kanaalsotoplastiek samengesteld uit de conclusies 1 en 2,met het kenmerk dat de twee-kanaalsotoplastiek en het akkoes-tisch reduceerventiel,één geheel vormend in het oor geplaatst,trappen-15 loos ingesteld kan worden op een gewenste akkoestische dempingsweer-stand en op deze waarden kan worden gemeten,vervolgens en/of kan worden gecontroleerd op lekdichtheid tussen de wand van de meatus acusticus externus van het oor,met het kenmerk dat het akkoestisch reduceerventiel, niet één geheel vormend met een otoplastiek,als los onderdeel op een oto-20 plastiek te plaatsen met het doel om akkoestische weerstand in te stellen op de gewenste waarde,binnen de grenzen welke hieraan zijn gesteld door de dimensionering van het akkostisch reduceerventiel,dan wel de di-mensionering van de hierop aansluitende otoplastiek 25 .880 0672