NL8702899A - Gemodificeerde bijenwas, alsmede werkwijze voor het modificeren van bijenwas. - Google Patents

Gemodificeerde bijenwas, alsmede werkwijze voor het modificeren van bijenwas. Download PDF

Info

Publication number
NL8702899A
NL8702899A NL8702899A NL8702899A NL8702899A NL 8702899 A NL8702899 A NL 8702899A NL 8702899 A NL8702899 A NL 8702899A NL 8702899 A NL8702899 A NL 8702899A NL 8702899 A NL8702899 A NL 8702899A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
beeswax
gmbw
modified
oil
phase
Prior art date
Application number
NL8702899A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Koster Keunen Holland
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Koster Keunen Holland filed Critical Koster Keunen Holland
Priority to NL8702899A priority Critical patent/NL8702899A/nl
Priority to EP88202508A priority patent/EP0319062B1/en
Priority to AT88202508T priority patent/ATE72456T1/de
Priority to DE8888202508T priority patent/DE3868315D1/de
Priority to US07/271,737 priority patent/US4948584A/en
Priority to JP63304310A priority patent/JPH01168641A/ja
Publication of NL8702899A publication Critical patent/NL8702899A/nl

Links

Classifications

    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C11ANIMAL OR VEGETABLE OILS, FATS, FATTY SUBSTANCES OR WAXES; FATTY ACIDS THEREFROM; DETERGENTS; CANDLES
    • C11CFATTY ACIDS FROM FATS, OILS OR WAXES; CANDLES; FATS, OILS OR FATTY ACIDS BY CHEMICAL MODIFICATION OF FATS, OILS, OR FATTY ACIDS OBTAINED THEREFROM
    • C11C3/00Fats, oils, or fatty acids by chemical modification of fats, oils, or fatty acids obtained therefrom
    • C11C3/04Fats, oils, or fatty acids by chemical modification of fats, oils, or fatty acids obtained therefrom by esterification of fats or fatty oils
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61KPREPARATIONS FOR MEDICAL, DENTAL OR TOILETRY PURPOSES
    • A61K8/00Cosmetics or similar toiletry preparations
    • A61K8/02Cosmetics or similar toiletry preparations characterised by special physical form
    • A61K8/11Encapsulated compositions
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61KPREPARATIONS FOR MEDICAL, DENTAL OR TOILETRY PURPOSES
    • A61K8/00Cosmetics or similar toiletry preparations
    • A61K8/18Cosmetics or similar toiletry preparations characterised by the composition
    • A61K8/92Oils, fats or waxes; Derivatives thereof, e.g. hydrogenation products thereof
    • A61K8/927Oils, fats or waxes; Derivatives thereof, e.g. hydrogenation products thereof of insects, e.g. shellac
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61QSPECIFIC USE OF COSMETICS OR SIMILAR TOILETRY PREPARATIONS
    • A61Q1/00Make-up preparations; Body powders; Preparations for removing make-up
    • A61Q1/02Preparations containing skin colorants, e.g. pigments
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61QSPECIFIC USE OF COSMETICS OR SIMILAR TOILETRY PREPARATIONS
    • A61Q19/00Preparations for care of the skin
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B01PHYSICAL OR CHEMICAL PROCESSES OR APPARATUS IN GENERAL
    • B01JCHEMICAL OR PHYSICAL PROCESSES, e.g. CATALYSIS OR COLLOID CHEMISTRY; THEIR RELEVANT APPARATUS
    • B01J13/00Colloid chemistry, e.g. the production of colloidal materials or their solutions, not otherwise provided for; Making microcapsules or microballoons
    • B01J13/0004Preparation of sols
    • B01J13/0034Additives, e.g. in view of promoting stabilisation or peptisation
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B01PHYSICAL OR CHEMICAL PROCESSES OR APPARATUS IN GENERAL
    • B01JCHEMICAL OR PHYSICAL PROCESSES, e.g. CATALYSIS OR COLLOID CHEMISTRY; THEIR RELEVANT APPARATUS
    • B01J13/00Colloid chemistry, e.g. the production of colloidal materials or their solutions, not otherwise provided for; Making microcapsules or microballoons
    • B01J13/02Making microcapsules or microballoons
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C09DYES; PAINTS; POLISHES; NATURAL RESINS; ADHESIVES; COMPOSITIONS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; APPLICATIONS OF MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • C09KMATERIALS FOR MISCELLANEOUS APPLICATIONS, NOT PROVIDED FOR ELSEWHERE
    • C09K23/00Use of substances as emulsifying, wetting, dispersing, or foam-producing agents
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61KPREPARATIONS FOR MEDICAL, DENTAL OR TOILETRY PURPOSES
    • A61K2800/00Properties of cosmetic compositions or active ingredients thereof or formulation aids used therein and process related aspects
    • A61K2800/40Chemical, physico-chemical or functional or structural properties of particular ingredients
    • A61K2800/41Particular ingredients further characterized by their size
    • A61K2800/412Microsized, i.e. having sizes between 0.1 and 100 microns

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Veterinary Medicine (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Animal Behavior & Ethology (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • Oil, Petroleum & Natural Gas (AREA)
  • Birds (AREA)
  • Dispersion Chemistry (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Epidemiology (AREA)
  • Dermatology (AREA)
  • General Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Wood Science & Technology (AREA)
  • Insects & Arthropods (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Materials Engineering (AREA)
  • Cosmetics (AREA)
  • Fats And Perfumes (AREA)
  • Organic Low-Molecular-Weight Compounds And Preparation Thereof (AREA)

Description

1 ^ si Η. O. 34635 1Sjt - Gemodificeerde bijenwas, alsmede werkwijze voor het modificeren van * bijenwas -
De uitvinding heeft betrekking op gemodificeerde bijenwas, alsmede op een werkwijze voor het modificeren van bijenwas.
Het modificeren van bijenwas is algemeen bekend.
Bijenwas wordt vaak gebruikt als regelaar voor de consistentie van 5 cosmetische produkten. Ook wordt in basisch milieu het emulgerend vermogen van bijenwas toegepast; dit kan worden bereikt door het omzetten van de vrije waszuren met base (borax), waarbij men een "cold-cream” verkrijgt (DE-A-3.407.821).
Ook was het reeds bekend zelf-emulgerende bijenwas te bereiden. Een 10 dergelijke bereiding geschiedt door polyoxethylering van de vrije bijenwaszuren.
Dit de Japanse Kokai Tokyo Koho JP 58, 92,605 ten name van Noda Wax K. K. is het bekend de in bijenwas aanwezige vrije waszuren te vereste-ren met cetyl-, stearyl-, oleyl-, isostearylalcohol en glycerol. Hierbij 15 wordt een produkt verkregen, dat aanmerkelijk zachter is dan het onbehandelde produkt. De verestering wordt uitgevoerd bij 80 tot 120°C gedurende 10 tot 16 uren onder toepassing van zwavelzuur als katalysator. Na afloop van de reactie wordt het zwagvelzuur met base geneutraliseerd.
De eigenschappen van het verkregen produkt zijn echter nog niet 20 bevredigend. Met name leidt de toepassing van sterke anorganische zuren, zoals zwavelzuur, fosforzuur of zoutzuur, of sterke organische zuren als p-tolueensulfonzuur of methaansulfonzuur tot oxydatie, waardoor een sterke aankleuring van de was ontstaat. Hierdoor moet de was na afloop van de verestering worden gebleekt of ontkleurd om deze geschikt te 25 maken voor gebruik in cosmetische preparaten.
Voor opnemen in de vetfase van een cosmetisch (of ander) produkt is het gewenst dat geen kristallistie optreedt, ook niet na lange tijd staan. Het optreden van kristallistie is echter een nadeel, dat ook bij gebleekte bijenwas van goede kwaliteit vaak optreedt. Kristallisatie kan 30 fase-scheiding in de cosmetische emulsie veroorzaken, waardoor het produkt minder bruikbaar, maar ook minder in uiterlijk wordt. Het uiterlijk is uiteraard bij cosmetische produkten van groot belang.
Om kristallisatie in de vetfase te voorkomen, kan men proberen deze zo veel mogelijk te vermijden door in de cosmetische preparaten compo-35 nenten op te nemen, die kristallisatie tegengaan, althans niet bevorderen.
Ook zijn een aantal andere consistentie-gevers, d.w.z. stabilisato- .8702899 2 • ren voor de vetfase, dan bijenwas bekend. Deze zijn gebaseerd op een ander principe en ontlenen de stabiliteit aan een dispersie, dit zijn bijvoorbeeld bentonieten, hectorieten, silica’s, alumina's. Dergelijke produkten zijn niet oplosbaar in de vetfase.
5 Gevonden werd nu, dat men door het modificeren van bijenwas een produkt kan verkrijgen, dat uitstekend geschikt is voor toepassing in cosmetische preparaten en dan geen kristallisatie in de vetfase veroorzaakt. Deze gemodificeerde bijenwas is daardoor gekenmerkt, dat deze geen of nagenoeg geen vrije zuren bevat. Een gemodificeerde bijenwas, 10 die geen kristallistie veroorzaakt is nieuw. Niet te verwachten viel, dat een behandeling, die er in resulteert dat er geen of nagenoeg geen vrije vetzuren meer aanwezig zijn, dit resultaat zou opleveren. De gemodificeerde bijenwas volgens de uitvinding heeft zogenaamde zelf-emulge-rende eigenschappen. Dit houdt in, dat onder gunstige omstandigheden 15 geen co-emulgator nodig is. De gemodificeerde bijenwas vertoont voorts een uitstekende dispergerende werking voor vaste stoffen. Dergelijke vaste stoffen (zoals bijvoorbeeld kaolien) worden vaak in cosmetica verwerkt. De verenigbaarheid met gepigmenteerde produkten en mengsels van minerale produkten in een oliefase is goed.
20 De vrije zuren kunnen doelmatig uit de bijenwas worden verwijderd met behulp van glycidol (2,3-epoxy-l-propanol) onder invloed van basische katalysatoren, en een reactie bij een temperatuur van 80 tot 150°C (zie fig. 1). Doelmatig wordt hierbij 0,0005 - 3 gew.%, bij voorkeur 0,05 - 0,5 gew.% en in het bijzonder 0,1 gew.% base, betrokken op de 25 vrije zuren in bijenwas, toegepast. De modificatie geschiedt door de bijenwas bij de reactietemperatuur van 80 tot 150°C in contact te brengen met de als katalysator toegepaste base en vervolgens het glycidol druppelsgewijs toe te voegen. De temperatuur binnen dit traject beïnvloedt de kwaliteit van het eindprodukt niet. De toepassing van glycidol 30 heeft ondermeer de volgende voordelen boven de toepassing van etheen-oxyde.
a) De reactie kan veel beter worden beheerst.
b) Het kookpunt van ethyleenoxyde is 11°C, waardoor het hanteren lastiger is dan van glycidol met een gunstiger kookpunt.
35 c) Met ethyleenoxyde is de reactie bijzonder exotherm waardoor de reactie a-selectief is.
Een bijzonder geschikte basische katalysator is kaliumcarbonaat, andere basische katalysatoren, die kunnen worden toegepast zijn kalium-hydroxyde, mono-, di- en tri-ethanolamine en natriumalcoholaten. Wanneer 40 men met kaliumhydroxyde als katalysator werkt, past men 0,05 tot 1,0 . 87 0289 9 3 gew.% toe. In dit geval vindt ook additie plaats aan de vrije hydroxyl-groepen. Het zelf-emulgerende karakter van de gemodificeerde bijenwas wordt dan sterker.
Als ethanolamihen als katalysator (in een hoeveelheid van 5 tot 20 5 gew.%) worden aangewend, vindt ook additie plaats van glycidol aan het ethanolamine. De aanwezigheid van additieprodukten van het ethanolamine met glycidol veroorzaakt een hogere hydrofiliciteit van het eindprodukt. Deze produkten werken als emulgator en zijn zowel oplosbaar in de bijen-wasfase als in water.
10 Voor de reactie met de zuren is een minimale hoeveelheid van 2,4 mol glycidol per mol bijenwas vereist. Bij een lagere mol-verhouding heeft het produkt een residuair zuurgetal en is niet amorf. Bij een toepassing van meer dan 4 mol glycidol per mol bijenwaszuren wordt geen extra voordeel behaald door de toevoeging van extra glycidol.
15 De vorming van polyglycerol wordt sterk bepaald door de snelheid waarmee de additie plaatsvindt. Het mechanisme van de vorming van polyglycerol is bekend uit E.J. Vanderberg J.Pol.Sci., 23, 915-945 (1985). Een doseersnelheid van 23 mmol per minuut/kg was resulteerde in een geringe hoeveelheid polyglycerol en maakt toch een relatief vlotte 20 bereiding mogelijk. Bij het werken met grote hoeveelheden geldt dat een gunstige toevoegsnelheid 15-40 mmol glycidol per kg bijenwas per uur bedraagt.
De reactie is sterk exotherm en derhalve verdient het aanbeveling om de begintemperatuur van de reactie niet te hoog te kiezen. Gemiddeld 25 moet dan rekening worden gehouden met ongeveer 30°C temperatuurstijging.
Bij de reactie wordt polyglycerol gevormd, afhankelijk van de concentratie en de aard van de katalysator, de react ie temperatuur en de wijze van toevoeging van het glycidol (snelheid, oplosmiddel). Het gevormde polyglycerol is onoplosbaar in de aldus verkregen zuurvrije 30 bijenwas. Er ontstaat een tweefasen-systeem. Het polyglycerol vormt in dit systeem de onderste laag. De twee fasen kunnen door decanteren van elkaar worden gescheiden en de gemodificeerde bijenwas wordt met water gewassen, waaraan enig verdund mineraal zuur (bijvoorbeeld fosforzuur, dat niet oplosbaar is in de gemodificeerde bijenwas) is toegevoegd. Ook 35 andere minerale zuren, zoals bijvoorbeeld zoutzuur, kunnen worden gebruikt. Vereist is slechts, dat het zuur geen oxyderende eigenschappen heeft en niet oplosbaar is in de was.
Bij voorkeur wordt het verkregen produkt gewassen met 0.1 N ortho-fosforzuur, terwijl ook zwavelzuur kan worden gebruikt. De reden voor 40 het wassen in zuur milieu is het verwijderen van de rest van de basische .8702899 < 4 v katalysator en om fasescheiding makkelijker te laten plaatsvinden.
Bij toepassing van een geschikte demulgator kan het wasproces plaatsvinden zonder tussentijdse afscheiding van het gevormde polyglyce-rol.
5 Bij de werkwijze volgens de uitvinding is het gebruik van gedemine- raliseerd water niet nodig, omdat de contaminanten (Ca, Mg, Al, en dergelijke) geen interactie vertonen met het eindprodukt (er kon dan ook geen verschil worden aangetoond tussen het produkt dat met gedeminerali-seerd water of met niet-gedemineraliseerd water werd gewassen).
10 Bij het wasproces worden de geringe hoeveelheden polyglycerol, die nog aanwezig zijn, door extraheren verwijderd. Eventueel aanwezig poly-glycerol beïnvloedt de eigenschappen van de gemodificeerde bijenwas vrij sterk en derhalve beïnvloed het wasproces in hoge mate de eigenschappen van het verkregen produkt.
15 Het bleek, dat het verhitten van de gemodificeerde bijenwas op 150°C de eigenschappen niet beïnvloedt. Ook vindt bij deze temperatuur geen oxydatie plaats. Verhitten van het produkt op 250°C gedurende 2 uren tastte de kleur niet aan.
Bij de reactie worden zoals bovenvermeld de vrije waszuren, zoals 20 die in bijenwas voorkomen, omgezet in de overeenkomstige polyglycerol-esters. De mate waarin dit gebeurd, bepaalt (geheel of gedeeltelijk) de eigenschappen van de gemodificeerde bijenwas. In een reeks proeven werden verschillende gradaties gemodificeerde bijenwas gemaakt, waarbij de lengte van de polyglycerolketen werd gevarieerd en waarbij nog (beperk-25 te) hoeveelheden vrije waszuren aanwezig waren.
De verkregen gemodificeerde bijenwas vertoont tijdens het afkoelen een contractie, die kan oplopen tot 30 tot 35%, afhankelijk van de af-koelingsgradiënt. Een dergelijke sterke contractie is typisch voor amorfe materialen.
30 De gemodificeerde bijenwas is in staat om vloeibare oliën en andere wassen te geleren (parrafine-olie, sesam-olie, arrachide-olie, avocado-olie, amandel-olie, jojoba-olie, oleyloleaat, decyloleaat, isopropyl-myristaat, isopropylpalmitaat, PCL-liquid (dat een mengsel is van esters met lange vertakte ketens, Dragoco), synthetische triglyceriden als 35 Myglyol 812 (Dynamit Nobel), lipofiele siliconen-oliën, enz), waarbij de viscositeit van de olie mede-bepalend is voor de aan te wenden hoeveelheid bijenwas. Ook mengsels van lipofiele componenten kunnen op deze wijze in een stabiele, non-kristallijne gel worden omgezet.
De gemodificeerde bijenwassen volgens de uitvinding zijn geschikt 40 voor de bereiding van zogenaamde micro- en nanocapsules, die veel »8702839 5 in hoogwaardige cosmetica worden toegepast en waarbij de toepassing in de farmaceutica thans ontwikkeld wordt.
Wanneer de hydrofiliciteit van de te geleren component te groot is (zoals bijvoorbeeld bij lagere alcoholen, zoals ethanol en isopropanol), 5 treedt geen gel-vorming op. De aanwezigheid van een geringe hoeveelheid (bij voorkeur niet meer dan 10 gew.% berekend op de totale hoeveelheid) van hogere verzadigde alcoholen, dat wil zeggen met ten minste 12 kool-stofatomen (laurylalcohol), meer in het bijzonder 16 tot 18 koolstofato-men is mogelijk, zonder dat daarbij de gel-structuur verloren gaat en 10 kristallisatie optreedt. Hogere onverzadigde alcoholen (met ten minste 12 koolstofatomen) storen niet.
De kwaliteit van de verkregen gel werd beoordeeld op verschillende eigenschappen en wel: a) de mate van kristallisatie; 15 b) ontmenging als functie van de tijd; c) viscositeit en (eventueel) stromingsgedrag; d) smeergedrag.
De som van deze effekten werd geïndexeerd tussen 0 en 10 (subjectieve waarneming) en vergeleken met een referentiepreparaat met 100% 20 bijenwas in dezelfde samenstelling.
Voor alle onderzochte hydrofobe oliën, wassen en vetten was het mogelijk om een stabiele gel te bereiden, die beoordeeld werd met een cijfer van 7 tot 8. De beoordeling van de overeenkomstige samenstelling met 100% bijenwas (niet-gemodificeerd) was meestal niet hoger dan 2 tot 25 2,5 en de hoogste waarde was 3,5.
Deze gelen zijn in bepaalde gevallen direct toepasbaar als cosmetisch preparaat, met name in plantaardige extracten in minerale olie en dergelijke produkten, de kwaliteit van de gel initieert ook de toepassing van de gemodificeerde bijenwas in emulsies en ,,stick,,-formulerin-30 gen. Een reguleerbare consistentie van de olie-fase, zonder dat daarbij kristallisatie optreedt, is voor alle cosmetische emulsies gewenst en bepaalt de vrijheidsgraden voor de samenstelling van de formulering. De toepassing van de gemodificeerde bijenwas volgens de uitvinding geeft een sterk verhoogde stabiliteit van de vetfase en een dergelijke stabi-35 liteit kan worden gemeten aan de gel-vorming.
De kleur van het als uitgangsmateriaal te gebruiken bijenwas (Apis mellifera) is niet van belang, dat wil zeggen men kan zowel uïtgaan van gebleekte, alsook ongebleekte bijenwas en wel ongeacht de herkomst.
Bij de toegepaste reactie voor het zuurvrij maken, kunnen bij het 40 dalen van het gehalte aan vrij zuur ook de vrije hydrxylgroepen reage- .8702899 6 ren met het glycidol. Hierbij treedt dus in feite een nevenreactie op. Deze nevenreactie kan er toe leiden, dat een produkt met een kleine hoeveelheid vrij zuur niet altijd beter werkt dan een produkt met een iets grotere hoeveelheid vrij zuur.
5 GMBW-2 gedefinieerd in het volgende is bijzonder geschikt voor de gelering van hydrofobe produkten in aanwezigheid van dermatologisch actieve produkten, of van produkten die via de huid gemetaboliseerd kunnen worden.
Alle proeven in de onderhavige aanvrage werden gedaan met bijenwas 10 van Apis mellifera.
De gemodificeerde bijenwas volgens de uitvinding is bijzonder geschikt voor het geleren van hydrofobe produkten in aanwezigheid van dermatologisch actieve produkten, met name als deze produkten onoplosbaar zijn in water of gevoelig zijn voor hydrolyse. Voorbeelden van der-15 gelijke produkten zijn extracten van planten, oplossingen van vitamines (onder andere vitamine A, D2, E, K, enz), provitamines (bijvoorbeeld -caroteen, lycopeen, bixines) en dermatologisch actieve verbindingen.
Het bleek, dat deze produkten in lage concentraties (bijvoorbeeld 0,1 gew.%) de gelvorming van de beschreven oliën met gemodificeerde 20 bijenwas niet nadelig beïnvloeden. Zo werden stabiele gelen verkregen, die geen granulair karakter hebben (dat wil zeggen geen kristallisatie-verschijnselen vertonen) van 80% paraffine olie en 20% gemodificeerde bijenwas, in aanwezigheid van -caroteen (0,1 gew.%) en bixine (0,1 gew.%; El60, dimethylnorbixine c.q. bixine). Ook het hydrofobe extract 25 van Aloë Vera (Aloë vera lipoquinone^ / Terry Corp.) liet zich geleren. Deze gelen zijn geschikt voor het direct op de huid aanbrengen. Het overeenkomstige produkt, waarbij gemodificeerde bijenwas is vervangen door normale bijenwas heeft deze eigenschap niet.
Voorbeeld I
30 Het modificeren van bijenwas met glycidol.
In een vierhalskolf en een inhoud van 2 1, voorzien van een roer-werk, druppeltrechter, thermometer en monstersluis, werd 1320 g witte bijenwas gesmolten en op 90°C gebracht. Vervolgens werd 65 mg watervrij kaliumcarbonaat toegevoegd en werd geroerd tot alles was opgelost. Aan 35 het reactiemengsel werd vervolgens 127 ml (139,3 g / 1,88 mol) 2,3 epoxy-l-propanol(glycidol) toegevoegd met een snelheid van 2 ml/min. Tijdens de toevoeging steeg de temperatuur van het reactiemengsel tot 120°C. Na afloop van het toevoegen werd nog één uur geroerd, daarbij ontstond nog enig polyglycerol, dat onoplosbaar is in de gemodificeerde 40 bijenwas. Het reactiemengsel kreeg vervolgens de gelegenheid om in de . 87 02 89 9 7 twee fasen te scheiden. De gemodificeerde bijenwas vormde de bovenste laag en het polyglycerol de onderste laag.
Na scheiding van de beide fasen werd de gemodificeerde bijenwas gewassen met 450 ml gedemineraliseerd water en 50 ml 0,1 N fosforzuur.
5 Na fasescheiding werd nogmaals gewassen met water om de restanten mine-raalzuur te verwijderen. De op deze wijze verkregen gemodificeerde bijenwas werd watervrij gemaakte door verhitten tot 135°C en gefiltreerd. Het produkt heeft een zuurgetal lager dan 0,1 (dat wil zeggen niet bepaalbaar wanneer de gebruikelijke analyse-procedure voor de bepaling 10 van het zuurgetal van wassen wordt gebruikt, zoals wordt beschreven in de diverse Pharmacopees).
De kengetallen van de oorspronkelijke bijenwas kunnen worden gebruikt om de kengetallen van de gemodificeerde bijenwas te berekenen. Berekend op basis van de specificaties (Ph.Eur zuurgetal is 17-22; 15 eetergetal is 70-80) wordt per kg bijenwas een gewichtstoename van 26,5 g per mol glycidol verkregen; Het estergetal van de gemodificeerde bijenwas kan berekend worden met de formule: estergetal = 1000 x verzepingsgetal / (1000 + n x 26,5), waarbij n de gemiddelde ketenlengte van het polyglycerol is. Het verze-20 pingsgetal is gedefinieerd als de som van het zuurgetal en estergetal. Deze formule kan worden weergegeven als: E.V. = 1000 x SAP / (1000 + n x 26,5).
Het joodgetal neemt af door de relatieve gewichtstoename. De specificatie van het joodgetal van bijenwas is circa 8-12 en neemt af tot 25 7-11. Over het acetylgetal (hydroxylgetal) kan geen uitspraak worden gedaan, omdat door additie van glycidol aan de vrije hydroxylgroepen het hydroxylgetal kan afnemen. De mate waarin dit gebeurt is afhankelijk van de basesterkte van de gebruikte katalysator en de absolute hoeveelheid daarvan.
30 Het verkregen produkt heeft geen concreet stolpunt meer, maar een traject waarbinnen het materiaal stolt. Volgens de waarnemingen ligt het stoltraject tussen 72 en 66°C afhankelijk van de additiegraad (per produkt omvat het stoltraject ongeveer 3°C). Ook het smeltpunt is niet concreet; er is duidelijk sprake van een smelttrajekt, dat afhankelijk 35 is van de additiegraad.
Voorbeelden II - XIX
Diverse gradaties gemodificeerde bijenwas werden bereid, waarbij de berekende ketenlengte van de polyglycerol vetzuur-esters werd ingesteld op 2,4; 4,8; 7,2; 9,6 en 12,0, aangeduid als gemodificeerde bijenwas 40 (GMBW-1 t/m GMBW-5). Een aantal eigenschappen zijn in onderstaande tabel * .8702899 8 * vermeld, waarin ook het uitgangsmateriaal, (BW) is opgenomen.
Zuurgetal Estergetal Verzepingsgetal Stolpunt °C
5 BW 19,2 75,1 94,3 61,5 C
GMBW-1 4,2 85,4 89,6 71,5 C
GMBW-2 <0,1 89,9 89,9 66,5 C
GMBW-3 <0,1 89,7 89,7 64,5 C
GMBW-4 <0,1 90,3 90,3 66,0 C
10 GMBW-5 <0,1 92,3 92,3 64,5 C
In het geval van GMBW-1 werd vrijwel geen polyglycerol gevormd, en uit een afzonderlijke proef blijkt dat het verkregen produkt emulgerende eigenschappen heeft. Slechts door toevoegen van een demulgator aan een 15 mengsel van GMBW-1 en water (40 : 60) kon fasescheiding worden gerealiseerd.
Proeven met enkelvoudige oliën en wassen. (Voorbeelden II - X).
Beproefd werden arachide-olie, avocado-olie, sesam-olie, ricinus-20 olie, myglyol 812, jojoba-olie, isopropylmyristaat, isopropylpalmitaat en PCL-liquid. De kwaliteit van de verkregen gel werd gewaardeerd met een waarde van 0 (absoluut onbruikbaar) tot 10 (perfect). Voor een perfecte gel werd geeist, dat het verkregen produkt geen stromingsver-schijnselen, geen granulaire structuur en fasescheiding vertoont, en een 25 lage penetratie heeft. In het algemeen kan worden gesteld, dat de kwaliteit met een beoordeling van 4 tot 5 nog als voldoende is aan te merken. Voorbeeld II
Arachide-olie
Toegepaste concentratie 11% GMBW-x + 89% arachide-olie.
30 Met BW (onbehandelde bijenwas) werd een sterk granulaire massa ver kregen, waarbij zich olie afscheidde. Het verkregen produkt had een lage viscositeit (Kw = 1,0; Kw = kwaliteit volgens een schaal van 1-10, waarbij 1 het laagste en 10 het hoogste is).
Met GMBW-1 werd een middel-granulaire semi-vloeistof verkregen, 35 waarbij geen afscheiding van olie werd waargenomen (Kw = 1,5-2,0). Deze beide gelen werden als onvoldoende gekarakteriseerd.
De monsters GMBW-2 tot en met GMBW-5 vertonen geen granulair gedrag, geen stromingsgedrag en geen ontmengingsverschijnselen. Zij kunnen worden gekarakteriseerd als vrijwel perfecte gelen. De kwaliteit van de 40 verschillende gelen werd vastgesteld op 9 (GMBW-2) tot 8 (GMBW-5). De .8702899 9 % tussenliggende gemodificeerde bijenwassen hebben een waarde die daar tussen in ligt. Hierbij wordt opgemerkt, dat een onderscheid tussen deze verschillende kwaliteiten nauwelijks mogelijk is.
Voorbeeld III 5 Avocado-olie.
Toegepaste concentratie: 11% GMBW-x + 89% Avocado-olie.
De resultaten die hiermee werden verkregen waren gelijkwaardig aan de resultaten, verkregen met arachide-olie. Ook in dit geval was een monster met BW erg slecht (hoog-granulair, vloeibaar, fasescheiding; Kw 10 = 1,0) en was een monster met GMBW-1 te vloeibaar (Kw = 1,5-2,0). Beide monsters waren van onvoldoende kwaliteit. Ook hier kan worden gesteld, dat GMBW-2 t/m GMBW-5 een gelijkwaardig resultaat gaven met een lichte voorkeur voor GMBW-2 (Kw = 9,0-7,0).
Voorbeeld IV 15 Sesam-olie.
Ook hier werden dezelfde concentraties toegepast als bij avocado-olie. Men kreeg soortgelijke resultaten.
BW Kw = 1,0 GMBW-1 Kw = 2,0 20 GMBW-2 Kw = 9,0 GMBW-3 Kw =8,5 GMBW-4 Kw = 8,0 GMBW-5 Kw =7,0 Voorbeeld V 25 Ricinus-olie.
Hier werd eenzelfde concentratie BW/GMBW-χ (x = 1-5) als in de voorgaande voorbeelden. De verkregen resultaten waren soortgelijk. Het monster met GMBW-2 werd op kwaliteit 10 beoordeeld. De kwaliteit van de gel is bijzonder goed.
30 Voorbeeld VI
Myglyol 81^0 (een triglyceride van vetzuren met 8-12 koolstof-atomen).
Dit produkt wordt in de praktijk erg veel toegepast in cosmetische formuleringen. Het bleek dat dit produkt door BW en GMBW-1 onvoldoende 35 gegeleerd werd en het verkregen produkt minder geschikt is voor toepassing. De produkten GMBW-2 t/m GMBW-5 voldeden echter wel aan de minimum eisen, zoals die werden gesteld door de kwaliteit van het gel.
GMBW-2 Kw = 5,0 GMBW-3 Kw = 4,0 40 GMBW-4 Kw = 4,0 .6702899 10 GMBW-5 Kw = 4,5
Bij GMBW-4 en GMBW-5 werd een lichte mate van fasescheiding waargenomen, die door homogeniseren ongedaan kon worden gemaakt. Tengevolge van de viscositeit van Myglyol 812 werd echter niet hetzelfde goede 5 resultaat behaald als bij de vier voorgaande glyceridische olieën. Dit is overigens een algemeen principe, hoe lager de viscositeit van het te geleren medium is, des te moeilijker kan de gelering worden bewerkstelligd.
Wanneer GMBW-2 t/m GMBW-5 in hogere concentratie worden toegepast, 10 wordt evenwel een verbetering waargenomen.
Met betrekking tot de gelen van de arachide-olie, sesam-olie en ricinus-olie wordt opgemerkt, dat afkoeling van gel tot -8°C geen consequenties heeft voor de kwaliteit en stabiliteit van de gel. Bij Myglyol 812, bij toepassing van 11% GMBW-2 t/m GMBW-5 werd echter in verhoogde 15 mate fasescheiding waargenomen.
Voorbeeld VII
Jojoba-olie.
Toegepast werd een concentratie van 11 gew.% GMBW-x + 89 gew.% jojoba-olie.
20 Met BW werd een granulaire massa verkregen (Kw = 2,5), die echter toch een redelijke consistentie had. Met GMBW-1 werd een vloeibaar pro-dukt verkregen, dat licht-granulaire eigenschappen had. GMBW-2 t/m GMBW-5 vertonen onderling erg veel overeenkomst, hoewel GMBW-4 en GMBW-5 iets beter leken. Hierbij wordt opgemerkt, dat herhaald opwarmen tot 25 130°C en afkoelen tot kamertemperatuur de verschillen tussen de ver schillende monsters deed nivelleren (uiteraard is opwarmen van jojoba-olie tot 130°C niet gewenst).
Voorbeeld VIII
Is opropylmyr i s taat.
'30 Toegepaste concentratie: 20 gew.% GMBW-x + 80 gew.% ispropylmyris- taat.
Ten gevolge van het grote verschil in viscositeit van de uitgangs-produkten is het nodig tijdens het afkoelen weinig te roeren om een tem-peratuurgradiënt zoveel mogelijk te voorkomen.
35 BW Kw - 1,0 GMBW-1 Kw = 2,5 GMBW-2 Kw = 4,0 GMBW-3 Kw = 5,0 GMBW-4 Kw = 6,0 40 GMBW-5 Kw - 6,0 .87028S 9 11
Voorbeeld IX *
Isopropylpalmitaat.
BW Kw - 1,0 GMBW-1 Kw = 2,5 5 GMBW-2 Kw « 4,0 GMBW-3 Kw = 5,0 GMBW-4 Kw « 6,0 GMBW-5 Kw - 6,0
Voorbeeld X
10 PCL-liquid5· (Dragoco) .
Toegepaste concentratie: 20 gew.% GMBW-x + 80 gew.% PCL-liquid.
Voor dit produkt werden slechts BW en GMBW-2 getest. Het produkt met BW was granulair, vertoonde fasescheiding en was laag visceus (Kw = 2,0), het produkt met GMBW-2 was daarentegen een mooie gladde gel, die 15 niet granulair was. Dit produkt is zeker te karakteriseren als een van de betere produkten. Tengevolge van de hoge concentratie aan GMBW-2 was de viscositeit van de verkregen gel (onverwacht) groot. Dit is merkwaardig, omdat de viscositeit van PCL-liquid laag is. Roeren tijdens het afkoelen was niet nodig.
20 Voorbeeld
Onderzoek naar de toepassing van een mengsel van gemodificeerde bijenwas en witte bijenwas.
Voor deze serie proeven werd gebruik gemaakt van GMBW-2 als gemodificeerde bijenwas en mengsels van GMBW-2 met witte bijenwas voor de 25 gelering van arachide-olie.
% GMBW-2 % witte bijenwas Opmerkingen 100 0 Kw = 10,0 80 20 Kw = 8,0 60 40 Kw = 7,0 30 40 60 Kw = 4,5 20 80 Kw = 4,0 0 100 Kw - 1,0
Ondanks dat arachide-olie relatief gemakkelijk te geleren is, leidt de toepassing van geringe gehaltes aan witte bijenwas tot een onvoldoen-35 de kwaliteit van de gel. Voor andere oliën en vloeibare wassen wordt doorgaans een aanzienlijk sterkere invloed waargenomen op de kwaliteit van de verkregen gel.
Voorbeeld XI
Voor het gebruik van GMBW-2 voor de gelering van siliconenoliën 40 werden de volgende siliconenoliën onderzocht.
.8702899 12
Dow Corning 556 fluid (DC 556)
Dow Corning 593 fluid (DC 593)
De gelvorming van DC 556 en DC 593 werd getest met 10,15 en 20% GMBW-2, respectievelijk BW; in ale gevallen werd met BW een hoog-granu-5 lair produkt verkregen, waarbij fase-scheiding optrad. In deze gevallen was er dan ook geen sprake van gelvorming.
In de onderstaande tabel is een gelijke kwaliteitsnormering gebruikt als bij de experimenten met plantaardige en (semi)-synthetische oliën.
TABEL A
10 10% GMBW-2 15% GMBW-2 20% GMBW-2 a) DC 556 7 9 10 b) DC 593 5 6 8 15 Bij het gebruik van andere siliconen-oliën (polydimethylsiloxan); cyclisch tetrameer en pentameer (dimethylsiloxan) was geleren niet goed mogelijk. Andere door fenylgroepen gesubstitueerde silixanen, vergelijkbaar met DC 556 en DC 593 konden wel gegeleerd worden.
Voorbeeld XII
20 Toepassing van GMBW-2 op mengsels van verschillende oliën en vloei bare wassen en isopropylesters.
GMBW-x (11%) + IPP (30%) + arachide-olie (41,3%) + jojoba-olie (41,3%) BW Kw = 3,0 (granulair, maar stabiel) 25 GMBW-1 Kw =4,5 (granulair, vloeibaar) GMBW-2 Kw = 6,5 (niet granulair) GMBW-4 Kw = 5,5 (niet granulair doch slechter dan met GMBW-2)
In dit mengsel bleek GMBW-2 goed te voldoen; ook bij lage tempera-30 tuur (4°C) vertoonde de gel geen kristallisatie.
Voorbeeld XIII
GMBW-x (11%) + IPP (30%) + arachide-olie (17,7%) + jojoba-olie (41,3%).
BW Kw = 3,0 (als bij XII) 35 GMBW-1 Kw = 5,5 (beter dan bij XII) GMBW-2 Kw = 8,0 (zeer mooie gel) GMBW-4 Kw = 7,0 (zeer mooie gel)
In dit mengsel bleek GMBW-2 goed te voldoen, ook bij lage temperatuur (4°c) vertoonde de gel geen kristallisatie.
40 Voorbeeld XIV
.8702899 13 BW/GMBW-x (11%) + jojoba-olie (44,5%) + amandel-olie (44,5%) ‘ BW Kw = 3,5 (granulair, hoge viscositeit) GMBW-2 Kw = 8,0 (zeer mooie gel)
Voorbeeld XV
5 BW/GMBW^x (11%) + jojoba-olie (44,5%) + avocado-olie (44,5%)
Btf Kw = 3,5 (als bij XIV) GMBW-2 Kw = 7,0 (mooie gel)
Voorbeeld XVI
BW/GMBW-x (11%) + Myglyol 812 (44,5%) + oleyloleaat (44,5%) 10 BW Kw = 2,0 (zeer slecht produkt) GMBW-2 Kw = 6,5 (mooie gel, mede gezien de lage viscositeit van de uitgangsprodukten)
Voorbeeld XVII
Multicompositie.
15 Hiervoor werden gebruikt: A gew.% BW/GMBW-x en B gew.% van resp.
jojoba-olie, avocado-olie, Myglyol 812, oleyloleaat, isopropylmyristaat en paraffine-olie.
A = 10; B * 15 BW Kw = 2,0 (zeer slecht produkt) 20 GMBW-2 Kw “ 8,0 (erg mooi)
Voorbeeld XVIII
Als voorbeeld XVII, maar A = 13; B = 14,5 BW Kw = 2,0 (zeer slecht produkt) 25 GMBW-2 Kw = 6,5 (mooie gel, toch teveel GMBW-2)
Voorbeeld XIX
ALs voorbeeld XVII, maar A = 16; B = 14 BW Kw = 1,0 (zeer slecht produkt) 30 GMBW-2 Kw = 4,0 (licht granulair karakter; concentratie GMBW-2 te hoog)
De proeven, zoals in de voorbeelden XVII - XIX beschreven, geven aan in hoeverre en in welke concentratie GMBW-2 bruikbaar is voor gelering van de vetfase.
35 Voorbeeld XX
In Tabel B worden een aantal proeven weergegeven ter bepaling van de invloed van aanwezig polyglycerol op het uiterlijk van gelen GMBW-2 vetfasen en de bepaling van de optimale gebruiksconcentratie GMBW-2.
Voor deze proeven zijn gebruikt: 40 1. Witte bijenwas (BW) 4 . 87 02899 14 ’ 2. GMBW-2, waarin polyglycerol aanwezig is (minder dan 0,1 gew. % ).
3. GMBW-2, vrij van polyglycerol.
De verkregen resultaten worden in Tabel B weergegeven.
Het blijkt dat bij aanwezigheid van polyglycerol de esters met 5 rechte ketens zich beter laten geleren door GMBW-2 dan glyceridische oliën, en vice versa. Bij afwezigheid van polyglycerol laat de glyceridische esters zich beter geleren door GMBW-2 dan esters met rechte ketens. Voor paraffine olie lijkt een licht voorkeur te bestaan voor de aanwezigheid geringer percentages polyglycerol.
10 Met betrekking tot de optimale gebruiksconcentratie kan worden gesteld, dat dit als gemiddelde waarde circa 9% is, hoewel dit afhankelijk is van de te geleren olie.
. 67 02 89 9 15 λ ο •U 00 Ό 0 <υ τΐ φ X) u ·Η 4J 0) •t-) ο •ι-Ι (0 £> I U Q) (0 03 •η cd S3 <4-4 *
ι I I I I I I I I I , I I I I I I I I I I 1 I
^ I ï [ j I ι ! ι ι ι ! r-f η ι I ι ι I I I I 1 1 1 1 1 Q> oc 00 t-i
M cn σ» II.....I
a essfcoNr^*-4-i>>*d-'-'OOvo«-it l*-icor»i I I l ι 1 '^vo <y cn oo
bC
m r—i
^ . ι ι ι t I I ι I [ ! o\ Ifllllïlïï^! J
s rlitiiiiiii'-* ** ιιιιιι·*111111 $ 00 00
CM
f—ί ** * * VO O CO CM ^ a ^s4-4(J3hoiocmco4h i Hr-i\oa\l'i<T'-<^co^f',-,to
5 <A CM
OO
σ\ »« * * * l 1 I I ill ι >n a ^ilneM-<<rcM<t<nir'cn<Noovo<NOv<r>l I ι ι I l * 1 ^ 1
jjj CM
00 try rtNnwnHNrtHNnHNin-4N(OHMnHMnHflHtfi 0) u Id -ÏÏ <u S 7ί pm aj ed 4J O i-ι ’jj 'I S ^ SSSiifo-HOgoo ° 2 " .5 -S ί> o « ^ «3 S .2 °° S £ 1 I . J 5 ' <2 £ a ® S 8-o « .« ® £ 0)0 o p-· m 5j o . os
.pj<D QO PM <! <3 CP p* OS
i—l o .8701899 16
Toepassingen van GMBW-2 in cosmetische emulsies.
GMBW-2 kan worden toegepast in olie in water (0/W) en water in olie (W/0) emulsies.
Voorbeeld XXXI
5 Emulsies kunnen op de volgende wijze worden bereid. Eerst worden een oliebevattende fase en een waterbevattende fase bereid. Vervolgens worden beide fasen tot 70°C verwarmd; de organische fase wordt aan de waterfase toegevoegd en onder roeren geëmulgeerd (3000 toeren per minuut). Tijdens het afkoelen wordt nog met een bladroerder geroerd (20 10 toeren per minuut) en na afkoeling tot 35°C wordt de verkregen emulsie in een geschikte houder overgebracht.
De fasen kunnen bijvoorbeeld de volgende samenstelling hebben.
Fase A:
Bijenwas c.q. gemodificeerde bijenwas (GMBW-2) 11 g 15 Paraffine olie 40 g
Span 40 3 g
Fase B:
Tween 40 2 g 20 Conserveringsmiddel 0,5 g water 43,5 g
Verschil tussen de beide emulsies: 1. De emulsie met gemodificeerde bijenwas was boterachtig en had een 25 zware consistentie, terwijl de emulsie met normale bijenwas waterig aanvoelde en een aanmerkelijk lichtere consistentie had.
2. De emulsie met gemodificeerde bijenwas geeft een verbeterd huidgevoel (voelde "warm" aan, terwijl de emulsie met normale bijenwas "koud" en onaangenaam aanvoelde.
30 3. De emulsie met gemodificeerde bijenwas had een bijzonder "vol" aanzien.
4. De emulsie met gemodificeerde bijenwas trok geen draden, "zeepte" niet en spreidde perfect op de huid; de emulsie met normale bijenwas vertoonde een draderig karakter, en zeepte op de huid. De wrijf-karakte- 35 ristiek van beide emulsies was overigens identiek.
5. De emulsie met normale bijenwas was witter dan met gemodificeerde bijenwas.
6. De emulsie met de gemodificeerde bijenwas was iets matter dan de emulsie met normale bijenwas.
40 Voorbeeld XXII
. 87 02899 17
Op de in voorbeeld XXI beschreven wijze werd te werk gegaan met de volgende componenten:
Fase A: Bijenwas/GMBW-2 4 g
Cetearyl-alcohol 1 g 5 Stearine-zuur 1 g
Paraffine-olie 5 g
Lanoline 2 g
Ricinus-olie 1 g
Arlacel 60 2 g 10
Fase B: Glycerol 3 g
Triethanolamine 1 g
Tween 60 1 g
Conserveringsmiddel 0,5 g 15 water 78,5 g
Verschilpunten tussen beide emulsies:
Behalve een aanzienlijk verbeterd huidgevoel door het gebruik van gemodificeerde bijenwas zijn er niet veel grote verschillen aan te wij-20 zen tussen beide emulsies. In het geval van de gemodificeerde bijenwas kan worden opgemerkt, dat de emulsie wat minder last heeft van occlusie van lucht en dat de emulsie wat stabieler is. Gedurende een uur bij 110eC vertoonde deze emulsie nog geen fase-scheiding, maar de emulsie met normale bijenwas wel.
25 Uit dit voorbeeld blijkt, dat de aanwezigheid van stearinezuur als ongewenst moet worden beschouwd. In hoeverre ook onverzadigde vetzuren de kwaliteit van de emulsie beïnvloeden, kan uit dit experiment niet worden afgeleid.
Voorbeeld XXIII
30 Hen ging op de voorbeeld XXI beschreven wijze te werk en gebruikte de volgende componenten.
Fase A: Arachide-olie 20 g
Bijenwas/GMBW-2 3 g
Cetyl-alcohol 1 g 35 Arlacel 60 2 g
Fase B: Tween 60 3 g
Conserveringsmiddel 0,5 g Water 69,5 g
Verschillen tussen de beide emulsies, . 8702899 18 « 1. De emulsie met gemodificeerde bijenwas heeft een aanmerkelijk zwaardere consistentie dan de emulsie met normale bijenwas.
2. De emulsie met gemodificeerde bijenwas voelt steviger en boterachtig aan, terwijl de emulsie met normale bijenwas een "weke" consistentie 5 heeft en waterig aanvoelt.
3. De wrijfeigenschappen van de emulsie met normale bijenwas zijn goed, maar de wrijf eigenschappen van de emulsie met de gemodificeerde bijenwas zijn aanzienlijk beter. Gebruik van gemodificeerde bijenwas geeft een sterk verbeterd huidgevoel.
10 4. De emulsie met gemodificeerde bijenwas zeept niet, met normale bijenwas iets.
5. De emulsie met gemodificeerde bijenwas is stabieler dan de emulsie met normale bijenwas.
De onverzadigde vetzuren, die in de arachide-olie aanwezig zijn, 15 storen niet. Dit in tegenstelling tot verzadigde vetzuren als stearine-en palmitinezuur. Ook in emulsies, waarin sesam-olie, avocado- olie, en tarwekiem-olie verwerkt werden, stoorde de vrije onverzadigde zuren niet.
Voorbeelden XXV, XXVI en XXVII 20 Voorbeeld XXIV
Toepassing van GMBW-2 in gepigmenteerde produkten en mengsels van minerale produkten en een oliefase.
Met behulp van gemodificeerde bijenwas (GMBW-2) is het mogelijk om zeer stabiele dispersies te maken van de onderstaande produkten 1 t/m 25 13, die gebruikt worden voor toepassing in vloeibare poeders, gezichtsmaskers, lippenstiften, gepigmenteerde crèmes, vloeibare poedermassa's, foundation crèmes, kleurpasta's, mascara's en peelings.
Onderzochte kleurstoffen (organisch) 30 1. C.I. 15585 : 1 Pigment Red 53 : 1 D&C Red 9; Ba-lake 2. C.I. 15985 : 1 Pigment Yellow 104 D&C Yellow 6; Al-lake 3. C.I. 19140 : 1 Pigment Yellow 100 FD&C Yellow 5; Al-lake 4. C.I. 42090 : 2 Acid Blue 9 FD&C Blue 1; Al-lake 5. C.I. 45170 : 3 Pigment Red 173 D&C Red 19; Al-lake 35
Onderzochte kleurstoffen (anorganisch) 6. C.I. 77163 Pigment White 14 Bismutoxychloride 7. C.I. 77491 Pigment Red 101 IJzeroxyde 8. C.I. 77492 Pigment Yellow 42 IJzeroxyde 40 9. C.I. 77742 Pigment Violet 16 Mangaanviolet .8702899 19
Anorganische materialen. 5 10. Kaolien (aluminiumsilicaat-hydraat) 11. Aerosil (zeer fijn verdeeld Si02, verkregen door verbranding van een mengsel van silanen.
5 12. Aluminiumoxyde (passeert door een zelf met openingen van 0,104 mm) 13. Titaandioxyde (anataas; Merck No. 23.203-03)
De dispersies van de produkten 1 t/m 13 werden getest in aanwezigheid van: paraffine-olie, ricinus-olie, DC 556 en DC 593.
Er werd een drietal series experimenten uitgevoerd en wel met een 10 totale kleurstofbelasting cq. anorganisch produkt van 5, 10 en 15 gew.%.
De totale monstergrootte was steeds 25 g.
Ieder van de bovenomschreven experimenten werd uitgevoerd bij vier concentraties GMBW-2 : 5%, 10%, 15% en 25%, op basis van gewicht.
De kleurstoffen cq. anorganische produkten werden samengesmolten (T 15 *» 75eC) met GMBW-2 en gemengd totdat de kleurstof cq het anorganische produkt zo goed mogelijk was gedispergeerd, en geen (zichtbare) aggregaten meer aanwezig waren. Vervolgens werd de olie toegevoegd, en het geheel gehomogeniseerd.
1. De organische kleurstofpigenten (1-5).
20 Er werden zeer stabiele dispersies gevormd van de pigmenten in GMBW-2, wanneer de gewichtsverhouding (pigment/GMBW-2) niet groter was dan 2. Bij grotere gewichtsverhoudingen werd destabilisatie van de dispersie waargenomen (2 uur; 75°C), waarbij het pigment zich weer afscheidde.
25 Toevoeging van paraffine-olie, DC 556 en DC 593 had geen invloed op de stabiliteit van de verkregen dispersie (60°C; 2 uur).
Na afkoelen ontstond een gel, die geen granulair gedrag vertoonde, maar waarvan de consistentie aanzienlijk groter was dan een vergelijkbare gel van GMBW-2 met de betreffende olie in afwezigheid van het pig-30 ment.
Bij gebruik van ricinusolie werd door aanwezigheid van het pigment een sterke toename van de consistentie waargenomen. Mengsels van pigment, GMBW-2 en ricinusolie met een kleurstofbelasting van 5 en 10 gew.% GMBW-2 vertoonden reeds geen stromingsgedrag meer, en lieten zich niet 35 gemakkelijk meer op de huid aanbrengen. Gelijke mengsels van GMBW-2 en ricinusolie zonder pigment hadden een aanzienlijk minder zware consistentie, en konden wel goed op de huid worden aangebracht. Er is kennelijk sprake van een interactie tussen het pigment en ricinusolie en het is niet uitgesloten dat deze tot stand komt door vorming van waterstof-40 bruggen tussen het sterk polaire pigment en de hydroxylgroepen van de .$702899 20 ricinusolie.
Wanneer in plaats van GMBW-2 bijenwas wordt gebruikt, wordt geen stabiele dispersie van het pigment gevormd, maar ontstaat een sterk gra-nulaire massa. GMBW-2 is derhalve een uitstekend dispersiemiddel voor 5 organische kleurstofpigmenten, maar de gewichtsverhouding van het pigment en GMBW-2 is aan een bovengrens gebonden.
2. De anorganische pigmenten.
De experimenten werden op identieke wijze uitgevoerd. Voor mangaan-violet (C.I. 77742; Pigment Violet 16) is dezelfde conclusie van toepas-10 sing als voor de vijf onderzochte organische kleurstofpigmenten.
Voor ijzeroxyden is daarentegen de ratio (pigment/GMBW-2) duidelijk anders. Hier is de maximaal toepasbare ratio 0,8 - 1; bij hogere ratio's treedt destabilisatie op. Ook zijn de verkregen gelen minder fraai, en vertonen sneller de neiging tot kristallisatie.
15 Bij ratio's kleiner dan 0,8 worden wel stabiele produkten verkre gen.
Bismuthoxychloride (C.I. 77163; Pigment White 14) kan gebruikt worden in ratio's tot maximaal 1,2 - 1,4; bij hogere ratio's treedt destabilisatie op.
20 3. Anorganische Materialen.
Kaolien en Aerosil waren makkelijk te dispergeren met behulp van GMBW-2 zonder dat er beperkingen waren voor de ratio anorganisch pro-dukt/GMBW-2. In alle gevallen waren de verkregen dispersies stabiel. Met name bij toepassing van aerosil bleek, dat de consistentie sterk afhan-25 kelijk is van de gebruikte hoeveelheid anorganisch materiaal. In het geval van aluminiumoxyde en titaandioxyde (beiden 150 mesh) bleek, dat de gewichtsverhouding anorganisch produkt/GMBW-2 aan een bovengrens is gebonden. Bij de gegeven deeltjesgrootte was dat 1,5; deze ratio is een functie van de gemiddelde deeltjesgrootte.
30 Aldus de verkregen stabiele dispersies, zoals hierboven omschreven, kunnen worden aangewend voor het verkrijgen van een bijzonder stabiele gepigmenteerde emulsies.
Voorbeelden XXV Dagcrême 35 Fase A Paraffine-olie 8 gew.%
Arachide-olie 8 gew.%
Avocado-olie 2 gew.%
Tarwekiem-olie 2 gew.% GMBW-2 5 gew.% 40 Arlacel 6(β 2 gew.% 1) .8702899 * 21
Ceteary1-alcohol 2 gew.% n-Propylparabeen 0,03 gew.%
Fase B Glycerol 5 gew.% 5 Propyleenglyco1 3 gew.%
Tween. 60® 3 gew.% 1)
Hamamelis extract 1 gew.%
Aloe Vera extract 0,5 gew.%
Croderm MF 1 gew.% 2) 10 Glydant® 0,3 gew.% 3) methylparabeen 0,17 gew.% water 57 gew.%
Fase C Parfum QS
15 1) ICI-Atlas 2) Croda 3) Glyco
Voorbeeld XXVI
20 Nachtcrème
Fase A Avocado-olie 5 gew.%
Tarwekiem-olie 5 gew.%
Jojoba-olie 5 gew.%
Arachide-olie 5 gew.% 25 Cetearyl-alcohol 2 gew.% GMBW-2 5 gew.%
Arlacel 6 2 gew.%
Propylparabeen 0,03 gew.% 30 Fase B Glycerol 5 gew.%
Propyleen glycol 3 gew.%
Tween 60© 3 gew.% 1)
Algen extract 1 gew.%
Arnika extract 1 gew.% 35 Crolastin® 0,5 gew.% 2)
Hydrosoy 20000,5 gew.% 2) Croderm HF 1 gew.%
Glydant© 0,3 gew.%
Methylparabeen 0,17 gew.% 40 Water 55,6 gew.% .8702899 22
Fase C Parfum QS
1) ICI-Atlas 2) Groda 5 Voorbeeld XXVII Skin- Repair crème
Fase A Paraffine-olie 20 gew.%
Myglyol 8-12 © 10 gew.%
Isopropylmeristaat 3 ge.% 10 gemodificeerde bijenwas 5 gew.%
Lanoline 3 gew.%
Cacaoboter 4 gew.%
Avocado-olie 10 gew.%
Arlacel 83 © 3 gew.% 15 n-Propylparabeen 0,03 gew.%
Fase B Glycerol 4 gew.%
Propyleen glycol 3 gew.%
Crolastin © 0,5 gew.% 20 CrodermMF© 0,5 gew.%
Methylparabeen 0,17 gew.%
Glydant® 0,3 gew.%
Water 33,5 gew.%
25 Fase C Parfum QS
Voorbeeld XXVIII
Een gepigmenteerde emulsie werd bereid op een in voorbeeld XXI beschreven wijze onder gebruikmaking van de volgende fasen: 30 Fase A: C.I. 15585 : 1 5% GMBW-2 12%
Siliconen-olie 15%
Paraffine-olie 10%
Arlacel 6C® 3% 35
Fase B: Tween 6(® 3% water 52%
Er werd een stabiele emulsie verkregen, die bij 40°C gedurende 48 uur geen ontmengingsverschijnselen vertoonde.
40 De dispersies zijn bruikbaar voor de verwerking in: . 8702889 « 23 £ - vloeibare poeders, lippenstiften, mascara's; s - gepigmenteerde crèmes, kleurpasta's, mascara's en peelings.
Voorbeeld XXIX
De vorming van microcapsules in een emulsie, die gemodificeerde 5 bijenwas bevat.
Er werd een emulsie gemaakt, opgebouwd uit:
Fase A gemodificeerde bijenwas (GMBWl-2) 8 gew.% gehydrogeneerde lecithine 3 gew.% cholesterol 1 gew.% 10 geacetyleerde lanoline 1 gew.%
Fase B C.I. Acid Red 27 (Amaranth) 0,3 gew.% 2,3-butaandion 0,7 gew.% water 86,0 gew.% 15
Fase A wordt verhit tot 65eC; fase B wordt snel verwarmd tot 65°C om overmatige verdamping van 2,3-butaandion te voorkomen, en onder uitsluiting van licht om voortijdige oxydatie van de kleurstof te voorkomen.
20 Vervolgens wordt fase A toegevoegd aan fase B, gehomogeniseerd en geëmulgeerd met een turbo-mixer (3000 tpm) gedurende 30 seconden. Na het vormen van de emulsie wordt gedurende 30 minuten geroerd met een blad-roerder (30 tpm). De emulsie kreeg vervolgens 24 uur de tijd om zijn finale consistentie aan te nemen. De aldus verkregen emulsie was intens 25 rood gekleurd en had een relatief lage viscositeit (**£,150 cP; 25°C).
Vervolgens wordt onder roeren de emulsie bestraald met licht van 254 nm (I = 6,1 * 10“^ E/min.). In ongeveer 3-4 minuten was de rode kleur verdwenen, de verkregen emulsie had een blauwe gloed. Vervolgens werd de emulsie gebroken door toevoeging van ethanol, en verwarming op 30 110eC. De oorspronkelijke rode kleur kwam daarbij weer terug, hoewel de optische dichtheid aanzienlijk lager was.
Dit verschijnsel is alleen te verklaren door aan te nemen dat: I de oxydatie van de kleurstof reversibel heeft plaatsgevonden; of II microcapsules zijn gevormd, waarvan de inhoud eveneens de kleur- 35 stofoplossing bevatte.
De conclusie is dat item II van toepassing is, omdat bij lagere bestralingsduur de optische dichtheid van de gebroken emulsie niet verandert en item I niet van toepassing kan zijn.
Vergelijkende Voorbeelden I - III
40 De voorbeelden XXVI t/m XXVII werden herhaald onder toepassing van .8702899 24 normale bijenwas. Hierbij werd in elk van de gevallen een thermisch niet-stabiel produkt verkregen, dat faseseheiding vertoonde. De verkregen emulsie is bovendien minder aangenaam op de huid en smeert niet goed uit. De huid voelt na het gebruik vet en plakkerig aan.
5 De crèmes met normale bijenwas zijn in feite ongeschikt voor ge bruik.
.8702839

Claims (11)

1. Gemodificeerde bijenwas, gekenmerkt, doordat deze geen of nagenoeg geen vrije zuren bevat.
2. Gemodificeerde bijenwas volgens conclusie 1, gekenmerkt, doordat deze een zuurgetal kleiner dan 5 heeft.
3. Gemodificeerde bijenwas volgens conclusie 2, gekenmerkt, doordat deze een zuurgetal kleiner dan 1 heeft.
4. Gemodificeerde bijenwas volgens conclusie 3, gekenmerkt, doordat een zuurgetal van ten hoogste 0,1 heeft.
5. Werkwijze voor het modificeren van bijenwas, met het kenmerk, 10 dat men de bijenwas bij een temperatuur van 80 tot 150°C in aanwezigheid van een basische katalysator met glycidol laat reageren, de fasen laat scheiden, de was uit de washoudende fase wint en desgewenst verder bewerkt.
6. Werkwijze volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat men hierbij 15 0,0005 tot 3 gew.% base toepast.
7. Werkwijze volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat men hierbij . 0,05 tot 0,5 gew.% base toepast.
8. Werkwijze volgens conclusies 5-7, met het kenmerk, dat men als base kaliumcarbonaat gebruikt.
9. Werkwijze volgens conclusie 5-8, met het kenmerk, dat men 15-40 mmol glycidol per kg bijenwas per uur toevoegt.
10. Emulsies, gelen en dispersies verkregen onder toepassing van gemodificeerde bijenwas volgens conclusies 1-9.
11. Nanocapsules verkregen onder toepassing van gemodificeerde 25 bijenwas volgens conclusies 1-9. .8702899
NL8702899A 1987-12-02 1987-12-02 Gemodificeerde bijenwas, alsmede werkwijze voor het modificeren van bijenwas. NL8702899A (nl)

Priority Applications (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8702899A NL8702899A (nl) 1987-12-02 1987-12-02 Gemodificeerde bijenwas, alsmede werkwijze voor het modificeren van bijenwas.
EP88202508A EP0319062B1 (en) 1987-12-02 1988-11-09 Modified beeswax and a process for the modification of beeswax
AT88202508T ATE72456T1 (de) 1987-12-02 1988-11-09 Modifiziertes bienenwachs und verfahren zum modifizieren des bienenwachses.
DE8888202508T DE3868315D1 (de) 1987-12-02 1988-11-09 Modifiziertes bienenwachs und verfahren zum modifizieren des bienenwachses.
US07/271,737 US4948584A (en) 1987-12-02 1988-11-15 Modified beeswax and a process for the modification of beeswax
JP63304310A JPH01168641A (ja) 1987-12-02 1988-12-02 変性みつろうおよびみつろうの変性方法

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8702899 1987-12-02
NL8702899A NL8702899A (nl) 1987-12-02 1987-12-02 Gemodificeerde bijenwas, alsmede werkwijze voor het modificeren van bijenwas.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8702899A true NL8702899A (nl) 1989-07-03

Family

ID=19851019

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8702899A NL8702899A (nl) 1987-12-02 1987-12-02 Gemodificeerde bijenwas, alsmede werkwijze voor het modificeren van bijenwas.

Country Status (6)

Country Link
US (1) US4948584A (nl)
EP (1) EP0319062B1 (nl)
JP (1) JPH01168641A (nl)
AT (1) ATE72456T1 (nl)
DE (1) DE3868315D1 (nl)
NL (1) NL8702899A (nl)

Families Citing this family (13)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
LU87457A1 (fr) * 1989-02-24 1990-09-19 Oreal Utilisation,comme composition cosmetique pour cheveux,d'une microdispersion de cire,et procede de traitement des cheveux avec une telle composition
KR950703318A (ko) * 1992-09-21 1995-09-20 제이코버스 코넬리스 레이서 보습성 립스틱 조성물(moisturizing lipstick compositions)
US5885559A (en) * 1996-09-06 1999-03-23 Colgate Palmolive Company Solid cosmetic composition containing hexanediol-behenyl beeswax as gelling agent
CO5160322A1 (es) 1999-06-03 2002-05-30 Unilever Nv Composiciones antiperspirantes
US20030104090A1 (en) * 2000-05-05 2003-06-05 Levy Pedro E. Supplements containing annatto extracts and carotenoids and methods for using the same
FR2811559A1 (fr) * 2000-07-12 2002-01-18 Oreal Composition comprenant une cire d'abeille modifiee et une silicone volatile, utilisation en cosmetique
WO2004005898A1 (en) * 2002-07-10 2004-01-15 Uab Research Foundation Method for distinguishing between biomolecule and non-biomolecule crystals
FR2916632B1 (fr) * 2007-05-31 2009-08-28 Chanel Parfums Beaute Sas Unip Composition cosmetique comprenant un extrait de cire d'insecte de chine
FR2924940B1 (fr) * 2007-12-13 2012-10-19 Oreal Composition cosmetique comprenant de l'huile de macadamia et une cire.
AU2014313866B2 (en) 2013-08-12 2019-11-21 Decima Health Limited Reaction platform and method for making pollen based materials in combination with beeswax and uses thereof
US10434123B2 (en) 2013-08-12 2019-10-08 Decima Health Limited Reaction platform and method for making pollen based materials and uses thereof
FR3029935B1 (fr) 2014-12-10 2018-02-16 Gattefosse Sas Procede de preparation d'un excipient a base de cire par catalyse enzymatique
FR3060386B1 (fr) 2016-12-21 2020-10-02 Oreal Composition pour les levres sous forme d'une emulsion inverse liquide.

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US29649A (en) * 1860-08-14 flanders
US2612509A (en) * 1950-05-24 1952-09-30 Atlas Powder Co Compositions derived from beeswax
LU60900A1 (nl) * 1970-05-12 1972-02-10
US3933674A (en) 1975-02-07 1976-01-20 Farnsworth Albert M Cleaning composition
LU73633A1 (nl) * 1975-10-23 1977-05-31
FR2564318B1 (fr) * 1984-05-15 1987-04-17 Oreal Composition anhydre pour le nettoyage de la peau

Also Published As

Publication number Publication date
DE3868315D1 (de) 1992-03-19
US4948584A (en) 1990-08-14
JPH01168641A (ja) 1989-07-04
ATE72456T1 (de) 1992-02-15
EP0319062B1 (en) 1992-02-05
EP0319062A1 (en) 1989-06-07

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP1173273B1 (fr) Nouvelles emulsions eau-dans-huile stables contenant un emulsionnant a base d&#39;oleyl- et/ou d&#39;isostearyl-glycoside
NL8702899A (nl) Gemodificeerde bijenwas, alsmede werkwijze voor het modificeren van bijenwas.
CA2142099C (fr) Compositions cosmetiques antisolaires, procede de preparation et utilisation
US5073573A (en) Gel compositions and cosmetic/compositions containing the same
WO1998047610A1 (fr) Composition a base d&#39;alkylpolyglycosides et d&#39;alcools gras, et ses utilisations
EP1027921B1 (fr) Emulsion stable, son procédé de préparation à cet effet et agent émulsionnant
Förster et al. Emulsification by the phase inversion temperature method: the role of self‐bodying agents and the influence of oil polarity
US4425364A (en) Compositions containing an organo-silicon compound
JP2002080771A (ja) 顔料分散体および化粧料
WO2005016295A1 (en) Personal care compositions
EP0863192B1 (en) Humectant composition, base containing the same, and cosmetic material or external preparation containing said humectant composition
US6740328B2 (en) Solid cosmetics
JPH0570337A (ja) 固型状油中水型乳化化粧料
EP0179416A2 (en) Long wear cosmetics
FR2995222A1 (fr) Procede alternatif de microencapsulation de principe actif
KR100376087B1 (ko) 유화제를 함유하지 않는 유중수형 화장료 조성물 및 이의제조방법
WO2001062224A1 (en) Stabilized emulsion compositions
JPS6261565B2 (nl)
JPS6026086B2 (ja) 化粧料
US4177259A (en) Waterproof makeup and method of preparing same
US2612509A (en) Compositions derived from beeswax
KR20020037206A (ko) 고분자 유화 타입의 오일-프리형 수중유 조성물
BR112020002821A2 (pt) sistema emulsificante, produto de cuidados pessoais, método e uso
JPH0512020B2 (nl)
JP3250877B2 (ja) 撥水性水中油型乳化組成物

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed