NL8601277A - Magneetkop met spleetbekleding. - Google Patents

Magneetkop met spleetbekleding. Download PDF

Info

Publication number
NL8601277A
NL8601277A NL8601277A NL8601277A NL8601277A NL 8601277 A NL8601277 A NL 8601277A NL 8601277 A NL8601277 A NL 8601277A NL 8601277 A NL8601277 A NL 8601277A NL 8601277 A NL8601277 A NL 8601277A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
core
magnetic
width
gap
magnetic head
Prior art date
Application number
NL8601277A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Philips Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Philips Nv filed Critical Philips Nv
Priority to NL8601277A priority Critical patent/NL8601277A/nl
Priority to CN87104317A priority patent/CN1012113B/zh
Priority to AT87200930T priority patent/ATE63397T1/de
Priority to EP87200930A priority patent/EP0246706B1/en
Priority to DE8787200930T priority patent/DE3769844D1/de
Priority to US07/053,163 priority patent/US4764832A/en
Priority to KR1019870005030A priority patent/KR960001286B1/ko
Priority to JP62122675A priority patent/JP2554079B2/ja
Publication of NL8601277A publication Critical patent/NL8601277A/nl
Priority to SG1127/92A priority patent/SG112792G/en
Priority to HK158/93A priority patent/HK15893A/xx

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B5/00Recording by magnetisation or demagnetisation of a record carrier; Reproducing by magnetic means; Record carriers therefor
    • G11B5/127Structure or manufacture of heads, e.g. inductive
    • G11B5/187Structure or manufacture of the surface of the head in physical contact with, or immediately adjacent to the recording medium; Pole pieces; Gap features
    • G11B5/1875"Composite" pole pieces, i.e. poles composed in some parts of magnetic particles and in some other parts of magnetic metal layers
    • G11B5/1877"Composite" pole pieces, i.e. poles composed in some parts of magnetic particles and in some other parts of magnetic metal layers including at least one magnetic thin film
    • G11B5/1878"Composite" pole pieces, i.e. poles composed in some parts of magnetic particles and in some other parts of magnetic metal layers including at least one magnetic thin film disposed immediately adjacent to the transducing gap, e.g. "Metal-In-Gap" structure
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B5/00Recording by magnetisation or demagnetisation of a record carrier; Reproducing by magnetic means; Record carriers therefor
    • G11B5/127Structure or manufacture of heads, e.g. inductive
    • G11B5/187Structure or manufacture of the surface of the head in physical contact with, or immediately adjacent to the recording medium; Pole pieces; Gap features
    • G11B5/1871Shaping or contouring of the transducing or guiding surface
    • G11B5/1872Shaping or contouring of the transducing or guiding surface for improving the form of the electrical signal transduced, e.g. compensation of "contour effect"
    • G11B5/1874Shaping or contouring of the transducing or guiding surface for improving the form of the electrical signal transduced, e.g. compensation of "contour effect" specially adapted for composite pole pieces, e.g. for avoiding "pseudo-gap"

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Manufacturing & Machinery (AREA)
  • Magnetic Heads (AREA)

Description

PHN 11.754 1 N.V. Philips’ Gloeilampenfabrieken te Eindhoven "Magneetkop met spleetbekleding."
De uitvinding heeft betrekking op een magneetkop voor het optekenen, weergeven en/of wissen van magnetische informatie in een spoor van een flexibele magnetische informatiedrager, omvattende een magneetkern voorzien van twee uit een ferriet gevormde kerndelen en een 5 kontaktvlak waarlangs de informatiedrager in aanraking met de magneetkop in een voorafbepaalde bewegingsrichting voortbeweegbaar is, een tussen de kerndelen gevormde niet-magnetische overcrachtspleet,twee op de kerndelen aangebrachte bekledingslagen van magnetisch materiaal met een hogere verzadigingsmagnetisatie dan het ferriet, waarbij de bekle- 10 dingslagen aan elkaar parallel lopende spleetbegrenzingsvlakken van gelijke breedte voor het definiëren van de spleetbreedte van de over-drachtsspleet vormen, en waarbij zich tussen de kerndelen en de bekledingslagen parallel aan de spleetbegrenzingsvlakken lopende centrale kernvlakken en aan weerszijden daarvan schuine, een hoek met de centra-15 le kernvlakken vormende, kernvlakken uitstrekken, en een spoelkamer met een daardoorheen gaande, om een deel van de magneetkern aangebrachte electrische spoel.
De uitvinding heeft voorts betrekking op een magneetkop voor het ootekenen, weergeven en/of wissen van magnetische informatie in een 20 spoor van een flexibele magnetische informatiedrager, omvattende een magneetkern voorzien van twee uit een ferriet gevormde kerndelen en een kontaktvlak waarlangs de informatiedrager in aanraking met de magneetkop in een voorafbepaalde bewegingsrichting voortbeweegbaar is, een tussen de kerndelen gevormde niet-magnetische overdrachtsspieet, twee 25 op de kerndelen aangebrachte bekledingslagen van magnetisch materiaal met een hogere verzadigingsmagnetisatie dan het ferriet, waarbij de bekledingslagen aan elkaar parallel lopende spleetbegrenzingsvlakken van gelijke breedte voor het definiëren van de spleetbreedte van de over-^ drachtspleet vormen en waarbij zich tussen de kerndelen en de bekledingslagen parallel aan de spleetbegrenzingsvlakken lopende kernvlakken uitstrekken, en een spoelkamer met een daardoorheen gaande, om een deel van de magneetkern aangebrachte electrische spoel.
3 S 3 ! 2 7 7 -----« * i PHN 11.754 2
Dergelijke magneetkoppen zijn bekend uit de Europese octrooiaanvrage EP 0125891 (herewith incorporated by reference).
Het is algemeen bekend, om ferrieten, in het bijzonder mono- kristallijnen Mn-Zn ferrieten als magnetisch kernmateriaal voor magne-5 tische overdrachtskoppen toe te passen, omdat ferrieten een aantal voordelen bezitten. Als voordelen kunnen genoemd worden, een hoge slijtvastheid, een relatief hoge specifieke weerstand en goede magnetische eigenschappen met betrekking tot coërcitiefkracht en permeabiliteit .
10
De magneetkoppen die in de hedendaagse videorecorders gebruikt worden hebben meestal een kern van Mn-Zn ferriet. Mn-Zn ferriet heeft bij kamertemperatuur een verzadigingsmagnetisatie van ongeveer 0,5 Tesla, hetgeen voldoende is om aan de eisen te voldoen die het schrijven op conventionele videobanden, zoals CrOp-banden met een coër- 15 citiefkracht Hc van ongeveer 56 kA/m stelt. Wordt er echter ter verbetering van de kwaliteit van de videoregistratie gebruik gemaakt van magneetbanden met een hogere coërcitiefkracht, zoals Fe-banden, die een Hc hebben van globaal 80-160 kA/m, dan kunnen dergelijke magneetbanden niet meer goed beschreven worden. De magneetvelden, die door de mag- 20 neetkop opgewekt worden ter plaatse van de overdrachtsspleet om informatie op de magneetband te schrijven, worden immers beperkt door de relatief lage verzadigingsmagnetisatie van het ferriet in de kern van de magneetkop. De sterkte van het schrijfveld van de magneetkop is daardoor onvoldoende hoog om magneetbanden met een hoge coërcitiefkracht 25 optimaal te kunnen beschrijven.
In de genoemde EP 0125891 wordt het hierboven beschreven probleem aangepakt door de kern van een magneetkop aan tenminste een zijde van de overdrachtsspleet te bedekken met een dikke bekledingslaag van magnetisch materiaal met een hogere verzadigingsmagnetisatie dan 30 het ferriet van de kern, waarbij de bekledingslaag althans in hoofdzaak is aangebracht op twee ten opzichte van het door de bekledingslaag gevormde spleetbegrenzingsvlak schuin lopende kernvlakken die onderling zodanig zijn gepositioneerd dat er tussen de schuin lopende kernvlakken een parallel aan het spleetbegrenzingsvlak lopend kernvlak gevormd is 35 waarvan de breedte ten hoogste gelijk is aan de halve breedte van de overdrachtsspleet, doch bij voorkeur minimaal is. Beweerd wordt namelijk in de genoemde Europese octrooiaanvrage, dat er bij toenemende 3601277 * i PHN 11.754 3 breedte van het centrale kernvlak een zodanig zijspleeteffect (contour effect) optreedt ter plaatse van de overgang tussen de kern en de bekledingslaag dat de frequentiekarakteristiek van de magneetkop in toenemende mate wordt verstoord, terwijl het zijspleeteffect bij zo 5 gering mogelijke breedte van het kernvlak of bij gehele afwezigheid van het kernvlak nauwelijks storend is. Echter de zijspleten in de bekende magneetkop leveren nog wel magnetische potentiaalverliezen en derhalve signaalverliezen op.
De bekende magneetkop is voorzien van dikke bekledingsiagen, in orde van grootte overeenkomend met de helft van de spleetbreedte van de magneetkop of de helft van de spoorbreedte op de magneetband. Dikke bekledingsiagen hebben het bezwaar, dat ze moeilijk zijn aan te brengen en derhalve een gecompliceerde vervaarhigingstechniek vereisen. Bovendien is het vormen van een zeer smal tussen de schuine kernvlakken ge-
IC
legen centraal kernvlak moeilijk te verwezenlijken met de gebruikelijke zaagteehnieken.
De uitvinding beoogt nu magneetkoppen waarbij bekledingsla-gen zijn toegepast te verschaffen, die betere eigenschappen voor het schrijven van informatie op hoog-coërcitieve registratie media bezitten 20 en die op economisch aantrekkelijkere wijze zijn te vervaardigen dan de bekende magneetkoppen.
De magneetkop volgens de uitvinding voor het optekenen, weergeven en/of wissen van magnetische informatie in een spoor van een flexibele magnetische informatiedrager, omvattende een magneetkern 25 voorzien van twee uit een ferriet gevormde kerndelen en een kontaktviak waarlangs de informatiedrager in aanraking met de magneetkop in een voorafbepaalde bewegingsrichting voortbeweegbaar i3, een tussen de kerndelen gevormde niet-magnetische overdrachtspleet,twee op de kerndelen aangebrachte bekledingsiagen van magnetisch materiaal met een hoge-30 re verzadigingsmagnetisatie dan het ferriet, waarbij de bekledingsiagen aan elkaar parallel lopende spleetbegrenzingsvlakken van gelijke breedte voor het definiëren van de spleetbreedte van de overdrachtssplset vormen, en waarbij zich tussen de kerndelen en de bekledingsiagen parallel aan de spleetbegrenzingsvlakken lopende centrale kernvlakken en 35 aan weerszijden daarvan schuine, een hoek met de centrale kernvlakken vormende, kernvlakken uitstrekken, en een spoelkamer met een daardoorheen gaande, om een deel van de magneetkern aangebrachte electrische 8601277 0 to PHN 11.754 4 spoel heeft daartoe als kenmerk, dat de genoemde centrale kernvlakken een breedte hebben die groter is dan de helft van de breedte van de spleetbegrenzingsvlakken.
Met de hierboven aangeduide magneetkop volgens de uitvinding 5 is het mogelijk gebleken, in tegenstelling tot hetgeen in EP 0125891 wordt beweerd, een frequentiekarakteristiek te verkrijgen die niet of nagenoeg niet nadelig is beïnvloed door het genoemde zijspleeteffect, omdat er geen hinderlijke slingeringen ten gevolge van constructieve en destructieve interferenties optreden in de frequentiekarakteristiek.
10
Meetresultaten tonen aan, dat het bestaande vooroordeel omtrent de aanwezigheid van een parallel aan de spleet lopend, zich tussen de schuin verlopende kernvlakken bevindend kerndeel dat breder is dan de helft van de spleetbreedte ongegrond is.
In de magneetkop volgens de uitvinding zijn de bekledingsla-15 gen aanzienlijk dunner dan het geval is in de bekende magneetkoppen. Dit heeft het voordeel, dat de bekledingslagen zonder complicaties volgens bekende methoden, zoals sputteren, op de kernvlakken aangebracht kunnen worden. De brede centrale kernvlakken laten zich eveneens met de ^ gebruikelijke mechanische technieken vormen.
Een uit fabricagetechnisch oogpunt gunstige uitvoeringsvorm van de magneetkop volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat de breedte van de centrale kernvlakken althans nagenoeg gelijk is aan de breedte van de spleetbegrenzingsvlakken.
5en verdere gunstige uitvoeringsvorm heeft het kenmerk dat 25 zich aan weerszijden van de overdrachtspleet tussen de kerndelen en de bekledingslagen verdere, op de schuine kernvlakken aansluitende parallel aan de centrale kernvlakken lopende kernvlakken uitstrekken. Deze uitvoeringsvorm, welke eenvoudig te vervaardigen is, is vooral interessant als de magneetkop ter weerszijden van de overdrachtsspleet 30 niet voorzien behoeft te worden van uitsparingen ten behoeve van het plaatselijk versmallen van het loopvlak. Dit is bijvoorbeeld mogelijk als er geen signalen van lange golflengte opgetekend behoeven te worden. De afwezigheid van de genoemde uitsparingen betekend uiteraard een vermindering van het aantal fabricagestappen.
35
Bijzonder gunstige resultaten zijn bereikbaar wanneer de hierboven genoemde uitvoeringsvormen tevens het kenmerk hebben, dat de dikte van elk van de bekledingslagen bepaald is door de relatie: 8601277 ΡΗΝ 11.754 5 D1^1/3· W-jC 1 —Mf/"M^3, waarbij D-j de dikte van een van de bekledingslagen, W·) de soleetbreedte, de 5 verzadigingsmagnetisatie van het materiaal van de bekledingslagen en Mr de verzadigingsmagnetisatie van het ferriet is.
Een alternatieve magneetkop volgens de uitvinding voor het optekenen, weergeven en/of wissen van magnetische informatie in een spoor van een flexibele magnetische informatiedrager, omvattende een 10 magneetkern voorzien van twee uit een ferriet gevormde kerndelen en een kontaktvlak waarlangs de informatiedrager in aanraking met de magneetkop in een voorafbepaalde bewegingsrichting voortbeweegbaar is, een tussen de kerndelen gevormde niet-magnetische overdrachtsspleet, twee op de kerndelen aangebrachte bekledingslagen van magnetisch materiaal 15 met een hogere verzadigingsmagnetisatie dan het ferriet, waarbij de bekledingslagen aan elkaar parallel lopende spleetbegrenzingsvlakken van gelijke breedte voor het definiëren van de spleetbreedte van de over-drachtspleet vormen en waarbij zich tussen de kerndelen en de bekledingslagen parallel aan de spleetbegrenzingsvlakken lopende kernvlakken 20 uitstrekken, en een spoelkamer met een daardoorheen gaande, om een deel van de magneetkern aangebrachte electrische spoel, heeft ter bereiking van het vorengenoemde beoogde doel als kenmerk, dat de genoemde kernvlakken een breedte hebben die groter is dan de breedte van de spleetbegrenzingsvlakken , waarbij de bekledingslagen aan weerszijden van de 25 overdrachtsspleet zijvlakken vertonen die zich uitstrekken van de spleetbegrenzingsvlakken naar de genoemde kernvlakken en die een scherpe hoek maken met de kernvlakken.
Met deze magneetkop volgens de uitvinding is eveneens een hoog rendement en een frequentiekarakteristisk, waarin het zijspleetsf-30 fect nauwelijks waarneembaar is, bereikbaar. De bijzonder goede meetresultaten zijn daarom zo verrassend, omdat de in de magneetkop toegepaste constructieve maatregelen volledig indruisen tegen de in de bekende stand van de techniek aangegeven richting.
Een bijkomend voordeel van deze magneetkop volgens de uit-35 vinding is de afwezigheid van schuin lopende kernvlakken. De vlakken waarop de bekledingslagen aangebracht zijn behoeven immers niet geprofileerd te worden, hetgeen de vervaardiging van de magneetkoppen niet 8501277 PHN 11.754 6 onaanzienlijk vereenvoudigd. De zijvlakken van de bekledingslagen kunnen door een op zich zelf bekende lasertechniek gevormd worden, tijdens welke behandeling tevens de spleet op de gewenste breedte wordt aangebracht .
5 De hoek welke de genoemde zijvlakken met de kernvlakken ma ken zal bij voorkeur ongeveer 45° bedragen, echter goede resultaten zijn ook bereikt met hoeken die tussen 20° en 70° liggen.
De hierboven als alternatieve magneetkop aangeduide raagneet-kop volgens de uitvinding heeft bij voorkeur tevens het kenmerk, de 10 breedte van elk van de kernvlakken bepaald is door de relatie: 1/2 D2^1/2. ((Mjj/(Mf . sin <x.)) - 1) W2 . tanwaarbij D2 de dikte van een van de bekledingslagen, W2 de spleetbreedte, de 15 verzadigingsmagnetisatie van het materiaal van de bekledingslagen, Mf de verzadigingsmagnetisatie van het ferriet, en cx~ de hoek tussen een zijvlak en een kernvlak is. De volgens de gegeven relatie bepaalde dikte van de bekledingslagen, welke in praktische toepassingen overigens kleiner is dan de dikte van de bekledingslagen in de bekende magneet- 20 koppen, garandeert hoogwaardige magneetkoppen.
Metallische materialen met een hogere verzadigingsmagnetisatie dan ferriet, die geschikt zijn om in de bekledingslagen van de magneetkoppen volgens de uitvinding toegepast te worden zijn bijvoorbeeld legeringen op Ni-Fe basis, zoals Nigo Fe2g, en amorfe, magnetische le-25 geringen, zoals CoFeSiB, CoZrNb of FeAlSi.
De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin
Figuur 1 een schematisch perspectivisch aanzicht is van een eerste uitvoeringsvorm van de magneetkop volgens de uitvinding, 30
Figuur 2 een vergroot bovenaanzicht is van een deel van een magneetkop overeenkomstig de eerste uitvoeringsvorm,
Figuur 3 een vergroot bovenaanzicht is van een deel van een andere magneetkop overeenkomstig de eerste uitvoeringsvorm,
Figuur 4 een schematisch perspectivisch aanzicht is van een 35 tweede uitvoeringsvorm van de magneetkop volgens de uitvinding, en
Figuur 5 een bovenaanzicht is van een deel van een magneetkop volgens de tweede uitvoeringsvorm.
8601277 2· ^¾.
PHN 11.754 7
De in figuur 1 getoonde magneetkop t is geschikt voor het beschrijven en uitlezen van magneetbanden met een hoge ooëreitief- kracht. De magneetkop 1 heeft een uit twee kerndelen 3 sn 5 opgebouwde magneetkern, die is voorzien van een speelkamer 7 waardoorheen een 5 spoel 9 is gewonden. De kerndelen 3 en 5, die bestaan uit een een-kris-taliijn Mn-Zn ferriet, zijn door middel van een hechtmateriaal, zoals glas, in de gebieden 11 en 13 aan elkaar gehecht. In gebied 11 wordt daardoor een overdrachtsspleet 15 gevormd. De kerndelen 3 sn 5 zijn voorzien van een kontaktvlak 17 waarlangs tijdens bedrijf van de mag-10 neetkop 1 een hier niet getoonde magneetband in de richting van de getekende pijl A wordt voortbewogen.
De in de figuren 2 en 3 zichtbare delen van de daar weergegeven magneetkoppen zijn voorzien van hetzelfde verwijzingscijfer als de met de bedoelde delen overeenkomende delen van de magneetkop volgens 15 figuur 1.
Zoals de figuren 1, 2 en 3 vertonen, zijn op de kerndelen 3 en 5 bekledingslagen 23 resp. 25 aangebracht. De bekledingslagen 23 en 25 bestaan uit een. magnetisch materiaal, bijvoorbeeld de metallische legering Nigo Fepn, met een aanzienlijk hogere verzadigingsmagnetisatie 20 dan het Mn-Zn ferriet van de kern. De bekledingslagen 23 en 25 vormen
twee parallel aan elkaar lopende spleefcbegrenzingsvlakken 23A resp. 25A
(zie in het bijzonder de figuren 2 en 3) van gelijke breedte. Deze spleetbegrenzingsvlakken 23A en 25A definiëren de spleetbreedte W1 van de overdrachtssDleet 15, die gevuld is met een niet-magnetisch ma-25 teriaal, zoals glas of kwarts. De richting waarin de spleetbreedte gedefinieerd is, is althans in deze voorbeelden, loodrecht op de voortbe-wegingsrichting van de magneetband georienteerd. Uitvoeringsvormen, waarbij beide genoemde richtingen niet exact loodrecht op elkaar staan zijn uiteraard ook mogelijk.
30
Volgens de uitvinding bevinden zich tussen enerzijds de kerndelen 3 en 5 en anderzijds de bekledingslagen 23 en 25 centrale kernvlakken 3A en 5A en aan weerszijden op die kernvlakken aansluitende, een hoek met de centrale kernvlakken vormende schuine kernvlakken 3B en 53. De centrale kernvlakken 3A en 5A zijn bijna gelijk aan de 35 breedte van de spleetbegrenzingsvlakken. In de in de figuren 1, 2 en 3 getoonde uitvoeringsvoorbeelden zijn voorts nog op de schuine kernvlakken aansluitende verdere kernvlakken 3C en 5C aangebracht, welke zich S6Ö1277 *· % PHN 11.754 8 parallel aan de centrale kernvlakken 3A en 5A uitstrekken. Het is voor de fluxtoevoer naar de spleet 15 aan het contact- of kopvlak 17 gunstig, om niet alleen de zich ter hoogte van de overdrachtsspleet bevindende kernvlakken 3A, B, C en 5A, B, C te bedekken met een laag mag-5 netisch materiaal van de aangegeven soort, maar ook de overige aan de genoemde kernvlakken grenzende naar de overdrachtsspleet 15 gekeerde vlakken van de magneetkern, zodat de kerndelen 3 en 5 aan hun naar de spleet 15 toegekeerde zijde over de gehele hoogte h van een bekledings-
laag zijn voorzien. De bekledingslagen 23 en 25 kunnen tijdens fabrica-1Q
ge van de magneetkoppen op de kerndelen 3 en 5 aangebracht worden door bijvoorbeeld sputteren, electro-depositie of opdampen, nadat de genoemde kernvlakken door bijvoorbeeld zagen zijn gevormd. Nadat de bekledingslagen 23 en 25 zijn aangebracht, kunnen de kerndelen 3 en 5 aan elkaar gehecht worden.
15
De in figuur 3 aangeduide magneetkop heeft nog een extra bewerking ondergaan, waarbij ter versmalling van het contactvlak 17 in de buurt van de overdrachtsspleet 15 twee uitsparingen 19 met behulp van bijvoorbeeld een laser zijn aangebracht.
2β Voor het bepalen van de dikte D1 van de bekledingslagen 23 en 25 kan gebruik gemaakt worden voor de reeds in de beschrijvingsin-leiding gegeven relatie. In de uitvoeringsvorm volgens figuur 1 bedraagt de dikte D1 3 pm. De verzadigingsmagnetisatie Mb van de Nigo^ejO legering van de bekledingslagen 3 en 5 is 1,0 Tesla en de verzadigings-25 magnetisatie Hf van het Ni-Fe ferriet van de magneetkern is 0,50 Tesla. De spleetbreedte W1 is dan bij voorkeur kleiner dan 18 pm.
De in de figuren 4 en 5 getoonde magneetkop 101 volgens de uitvinding heeft in principe dezelfde eigenschappen als de reeds beschreven magneetkop 1. De magneetkop 101 omvat twee kerndelen 103 en 105 van ferriet, welke tezamen een magneetkern vormen met een kontakt-30 vlak 117, waarlangs een informatiedrager in de door pijl A aangegeven richting beweegbaar is voor magnetische samenwerking met de magneetkop 101. Om het kerndeel 105 is een door een spoelkamer 107 gaande elec- trische spoel 108 aangebracht. De kerndelen 103 en 105, welke door een hechtlaag 113 van bijvoorbeeld glas met elkaar zijn verbonden, zijn elk 35 voorzien van een kernvlak 103A rsp. 105A. De kernvlakken 103A en 105A zijn naar elkaar toegericht en lopen parallel aan elkaar. Op beide kernvlakken 103A en 105A is een bekledingslaag 123 resp. 125 aange- 8601277 PHN 11.754 9 bracht van een materiaal dat een hogere verzadigingsmagnetisatie heeft dan het ferriet van de magneetkern. De bekledingslagsn 123 en 125 hebben een spleetbegrenzingsvlak 123A resp. 125A van een vooraf bepaalde breedte, waarbij de richting waarin de breedte gedefinieerd is in dit 5 voorbeeld dwars staat op de door de pijl A aangegeven richting. De gezamenlijke spleetbegrenzingsviakken begrenzen een overdrachtspleet 115 met een spleetbreedte W. De overdrachtsspleet is gevormd door een laag van een niet-magnetiseerbaar materiaal, zoal3 kwarts, dat tevens kan dienen om de bekiedingslagen 123 en 125 aan elkaar te hechten.
10 De beide kerndelen 103 en 105 hebben, gezien in de pijirich- ting A, voor respectievelijk achter de overdrachtsspleet 115 een wig-vorraig verloop, waarbij het volgens de uitvinding essentieel is, dat dat wigvormig verloop ook aanwezig is bij de bekiedingslagen 123 en 125. Dit betekent, dat de bekiedingslagen 123 en 125 zijvlakken 123S 15 respectievelijk 125B vertonen welke een scherpe hoek ¢¢, met het kern-vlak 1Q3A respectievelijk 105A maken. De zijvlakken 123B en 125B van de bekiedingslagen 123 en 125 alsmede het overige wigvormige verloop van de kerndelen kan bijvoorbeeld verwezenlijkt worden met behulp van op zich bekende lasertechnieken. In dit voorbeeld is hoek 06 gelijk aan 2Ö 45®. De dikte D2 van de bekiedingslagen 123 en 125 kan bepaald worden met de in de beschrijvingsinleidingen reeds vermelde relatie.
In de onderhavige uitvoeringsvorm, waarbij de verzadigingsmagnetisatie Mb van de Ni-Fe legering van de bekiedingslagen 123 en 125, 1,0 Tesla, en de verzadigingsmagnetisatie Mf van het ferriet van ^ de magneetkern, 0,50 Tesla bedraagt, en waarbij de spleetbreedte V2 20 pm en de genoemde hoek 45° is, is 5 pm een gunstige waarde voor de dikte D2.
Vanzelfsprekend is de uitvinding niet beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvormen en zijn binnen het kader van de uit-vinding vele uitvoeringsvormen mogelijk.
35 8601277

Claims (7)

1. Magneetkop voor het optekenen, weergeven en/of wissen van magnetische informatie in een spoor van een flexibele magnetische informatiedrager , omvattende - een magneetkern voorzien van twee uit een ferriet gevormde kerndelen 5 en een kontaktvlak waarlangs de informatiedrager in aanraking met de magneetkop in een voorafbepaalde bewegingsrichting voortbeweegbaar is, - een tussen de kerndelen gevormde niet-magnetische overdrachtspleet, - twee op de kerndelen aangebrachte bekledingslagen van magnetisch ma-10 teriaal met een hogere verzadigingsmagnetisatie dan het ferriet, waarbij de bekledingslagen aan elkaar parallel lopende spleetbegren- zingsvlakken van gelijke breedte voor het definiëren van de spleet- breedte van de overdrachtsspleet vormen, en waarbij zich tussen de kerndelen en de bekledingslagen parallel aan de spleetbegrenzings·-15 vlakken lopende centrale kernvlakken en aan weerszijden daarvan schuine, een hoek met de centrale kernvlakken vormende, kernvlakken uitstrekken, en - een spoelkamer met een daardoorheen gaande, om een deel van de magneetkern aangebrachte electrische spoel, 20 met het kenmerk, dat de genoemde centrale kernvlakken een breedte hebben die groter is dan de helft van de breedte van de spleetbegrenzingsvlakken.
2. Magneetkop volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de breedte van de centrale kernvlakken althans nagenoeg gelijk is aan de 25 breedte van de spleetbegrenzingsvlakken.
3. Magneetkop volgens conclusie 1 of 2 met het kenmerk, dat zich aan weerszijden van de overdrachtspleet tussen de kerndelen en de bekledingslagen verdere, op de schuine kernvlakken aansluitende parallel aan de centrale kernvlakken lopende kernvlakken uitstrekken. 30
4. Magneetkop volgens conclusie 1, 2 of 3 met het kenmerk, dat de dikte van elk van de bekledingslagen bepaald is door de relatie: D-]^1/3· W^ (1 -Mf/Mjj), waarbij 35 D·] de dikte van een van de bekledingslagen, W·] de spleetbreedte, M^ de verzadigingsmagnetisatie van het materiaal van de bekledingslagen en de verzadigingsmagnetisatie van het ferriet is. 8601277 PHN 11.754 11
5. Magneetkop voor het optekenen, weergeven en/of wissen van magnetische informatie in een spoor van een flexibele magnetische informatiedrager, omvattende - een magneetkern voorzien van twee uit een ferriet gevormde kerndelen 5 en een kontaktvlak waarlangs de informatiedrager in aanraking met de magneetkop in een voorafbepaalde bewegingsrichting voortbeweegbaar is, - een tussen de kerndelen gevormde niet-magnetische overdrachtsspleet, - twee op de kerndelen aangebrachte bekledingslagen van magnetisch ma-10 teriaal met een hogere verzadigingsmagnetisatie dan het ferriet, waarbij de bekledingslagen aan elkaar parallel lopende spleetbegren- zingsvlakken van gelijke breedte voor het definiëren van de spleet- breedte van de overdrachtspleet vormen en waarbij zich tussen de kerndelen en de bekledingslagen parallel aan de spleetbegrenzings-15 vlakken lopende kernvlakken uitstrekken, en - een spoelkamer met een daardoorheen gaande, om een deel van de magneetkern aangebrachte electrische spoel, met het kenmerk, dat de genoemde kernvlakken een breedte hebben die groter is dan de breedte van de spleetbegrenzingsvlakken, waarbij de 20 bekledingslagen aan weerszijden van de overdrachtsspleet zijvlakken vertonen die zich uitstrekken van de spleetbegrenzingsvlakken naar de genoemde kernvlakken en die een scherpe hoek maken met de kernvlakken.
6. Magneetkop volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de genoemde hoek een grootte heeft die ligt tussen 20° en 70°. 25
7. Magneetkop volgens conclusie 5 of 6, met het kenmerk, dat de breedte van elk van de kernvlakken bepaald is door de relatie: 1/2 D2>1/2. ((Mb/(Mf .sin»-)) - 1) Sf2 . tan <*, waarbij 3Q D2 de dikte van een van de bekledingslagen, W2 de spleetbreedte, Mb de verzadigingsmagnetisatie van het materiaal van de bekledingslagen, Mf de verzadigingsmagnetisatie van het ferriet, en >>- de hoek tussen een zijvlak en een kernvlak is. 35 8601277
NL8601277A 1986-05-21 1986-05-21 Magneetkop met spleetbekleding. NL8601277A (nl)

Priority Applications (10)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8601277A NL8601277A (nl) 1986-05-21 1986-05-21 Magneetkop met spleetbekleding.
CN87104317A CN1012113B (zh) 1986-05-21 1987-05-19 磁芯面装有包层的磁传感头
AT87200930T ATE63397T1 (de) 1986-05-21 1987-05-19 Magnetkopf mit gekleideten kernflaechen.
EP87200930A EP0246706B1 (en) 1986-05-21 1987-05-19 Magnetic transducing head having clad core faces
DE8787200930T DE3769844D1 (de) 1986-05-21 1987-05-19 Magnetkopf mit gekleideten kernflaechen.
US07/053,163 US4764832A (en) 1986-05-21 1987-05-21 Magnetic transducing head having clad core faces
KR1019870005030A KR960001286B1 (ko) 1986-05-21 1987-05-21 자기 변환 헤드
JP62122675A JP2554079B2 (ja) 1986-05-21 1987-05-21 磁気変換ヘッド
SG1127/92A SG112792G (en) 1986-05-21 1992-11-02 Magnetic transducing head having clad core faces
HK158/93A HK15893A (en) 1986-05-21 1993-02-25 Magnetic transducing head having clad core faces

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8601277 1986-05-21
NL8601277A NL8601277A (nl) 1986-05-21 1986-05-21 Magneetkop met spleetbekleding.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8601277A true NL8601277A (nl) 1987-12-16

Family

ID=19848038

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8601277A NL8601277A (nl) 1986-05-21 1986-05-21 Magneetkop met spleetbekleding.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL8601277A (nl)

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4789910A (en) Thin film magnetic head with an application type silicon dioxide film
US4888658A (en) Magnetic head for magnetic recording and reproducing unit
EP0128625A1 (en) Magnetic transducing head for writing information on high-coercive recording media
NL8400140A (nl) Magneetkop.
US5431969A (en) Method of making a magnetic medium for longitudinal recording
JPS6341127B2 (nl)
US5423116A (en) Method of manufacturing a multi-track longitudinal, metal-in-gap head
JPS6332709A (ja) 磁気変換ヘッド
GB2153581A (en) Magnetic transducer heads
US4811142A (en) Magnetic head for vertical magnetic recording and method of producing same
US6125010A (en) Mo-Au gold seedlayer in thin film heads
NL8601277A (nl) Magneetkop met spleetbekleding.
JPS5945601A (ja) 磁気記録方法および装置
JPS6381617A (ja) 垂直記録用単磁極型磁気ヘツド
JPH034963B2 (nl)
KR890003866B1 (ko) 복합자성재료
JP3103702B2 (ja) 磁気ヘッド
NL8601732A (nl) Magnetische overdrachtskop met beklede kernvlakken.
NL8105878A (nl) Inrichting voor het schrijven en lezen van informatie op een registratiemedium van het vertikale magnetisatie type.
JPS6151606A (ja) 垂直磁化型磁気ヘツドおよびその製造方法
EP0483785A1 (en) Magnetic recording and/or reproducing method and magnetic head for effecting said method
Nakao et al. Bit shift characteristics of MIG head
JPS60185214A (ja) 磁気ヘツド
JPS6240606A (ja) 磁気消去ヘツド
JPH10134315A (ja) 浮上型磁気ヘッドおよびその製造方法

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed