NL8501767A - Inrichting voor het behandelen van een verontreinigingen bevattende vloeistof. - Google Patents

Description

»* -* Τ/ΕΤΟ-2

Inrichting voor het behandelen van een verontreinigingen bevattende vloeistof.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het behandelen van een/een afzettingen vormende verontreiniging van vaste-stofdeeltjes bevattende vloeistof,omvattende tenminste één voor de vloeistof doorstroombare kamer met 5 vloeistoftoe- en -afvoeraansluitingen en voorzien van gelei-dingsvlakken voor het in de behandelingskamer geleiden van de vloeistof. Een dergelijke inrichting is bijvoorbeeld een sta-tianaire of centrifugaal-separator voor brandstof- of smeer-10 olie, een warmtewisselaar en dergelijke.

Bijvoorbeeld als brandstof voor grote dieselmotoren gebruikte olie moet van water en vuil worden ontdaan voordat deze aan de motor kan worden toegevoerd. Het is gebruikelijk om dit met centrifugaal-separatoren te doen. Een dergelijke 15 centrifugaal-separator omvat een pakket coaxiaal geplaatste, kegelmantelvormige separatorschotels, die in bedrijf om de gemeenschappelijke hartlijn worden geroteerd. Nabij de hartlijn toegevoerde verontreinigde olie stroomt door het platenpakket. De hierbij op de verontreinigingen in de olie werkende 20 centrifugaalkrachten zorgen ervoor dat deze verontreinigingen uit de olie worden afgescheiden en zich verzamelen op een grote diameter in de behandelingskamer. De gereinigde olie wordt weer uit de kamer afgevoerd op een kleinere diameter.

De verzamelde verontreinigingen kunnen uit de werken-25 de separator worden afgevoerd, wanneer deze een separator van het zogenaamde zelflossende type is, of kunnen worden verwijderd na demontage van de separator.

Bij dergelijke centrifugaalseparatoren, maar ook bij andere inrichtingen treedt het probleem op, dat de in de 30 vloeistof aanwezige vaste-stofdeeltjes zich afzetten op geleiding svlakken in de behandelingskamer in de betreffende inrichtingen. Dit maakt een regelmatige demontage en reiniging van de inrichting noodzakelijk, aangezien deze anders door de afgezette verontreinigingen verstopt raakt. Behalve dat dit pe- £ ij ü' ΐ 7 c7

V

2 riodieke reiniging en dus kosten met zich mee brengt, is het ook zo, dat met een toenemende vervuiling de goede werking van de inrichting afneemt. Opdat de reinigingsintervallen niet te kort worden, moet de inrichting dus een extra grote 5 capaciteit hebben.

De uitvinding beoogt een inrichting van de in de aanhef omschreven soort te verschaffen, die geringere bedrijfskosten met zich meebrengt.

10 Dit doel wordt bij een inrichting volgens de uitvin ding bereikt doordat tenminste de het sterkst aan afzetting van verontreinigingen blootstaande oppervlakdelen van de geleiding s vlakken, uit een kunststof met de eigenschappen van polytetrafluoretheen bestaan. Gebleken is dat hierdoor op de-15 ze oppervlakdelen in het geheel geen afzetting van verontreinigen meer plaats vindt, zodat het tijdsinterval tussen twee periodieke reinigingsbeurten zeer sterk vergroot kan worden.

Het is reeds lang bekend om polytetrafluoretheen (PTFE) toe te passen als anti-aanbaklaag in pannen en derge-20 lijke. De PTFE voorkomt het door gedeeltelijke verkoling vasthechten van met name voedingsmiddelen, bij het te sterk verhitten daarvan. Met de uitvinding is gebleken dat het PTFE ook het vormen van afzettingen verhindert, hoewel hierbij geen sprake is van vasthechten door gedeeltelijke verkoling 25 ten gevolge van oververhitting.

De uitvinding zal nader worden toegelicht in de volgende beschrijving van uitvoeringsvoorbeelden aan de hand van de bijgevoegde tekeningen.

Figuur 1 toont een axiale doorsnede van een centrifu-30 gaal-separator.

Figuur 2 toont een verticale doorsnede van een stationaire separator.

De centrifugaal-separator 1 omvat een huis 2 dat een scheidingskamer 3 omgeeft. Om het huis 2 is een niet nader ge-35 toonde mantel aangebracht. Het huis 2 kan door middel van een as 5 roteerbaar worden aangedreven. Tengevolge van deze rotatie vormt zich in de scheidingskamer 3 een centrifugaal-krach-tenveld waarin een met vaste-stofdeeltjes en eventueel water verontreinigde vloeistof zoals olie gezuiverd kan worden.

40 De verontreinigde olie wordt via een geschikte aan- 767 'tj V/ -iaf J m r 3 sluiting in de mantel toegevoerd in de toevoerleiding 4. Onderin eindigt deze toevoerleiding 4 in een inlaatkanaal 6 dat naar de scheidingskamer 3 leidt.

In de scheidingskamer 3 is verder een aantal schotels 5 8 coaxiaal opgesteld. Tussen deze schotels 8 vormen zich kanalen 9. Tengevolge van het door de rotatie ingestelde centri-fugaal-krachtenveld, worden de bestanddelen met de grootste dichtheid van de toegevoerde olie buitenwaarts gedwongen# ter-10 wijl de lichtere bestanddelen binnenwaarts worden gedwongen. Dit heeft tot gevolg dat vuil 13, bestaande uit vaste-stof-deeltjes, zich op de grootste diameter van de kamer 3 verzamelt, dat eventueel aanwezig water zich ook in de buitenste omtrek van de kamer 3 ophoopt, en dat de lichtere olie zich 15 op de kleinste diameter verzamelt.

Het waterachtige bestanddeel van de olie stroomt via een op een grote diameter in de kamer 3 aanvangend kanaal 15 naar boven en ontwijkt langs een doorlaatrand 16 naar de waterafvoer 12, die op op zichzelf bekende wijze aansluit op 20 een in de mantel gevormde afvoer.

Overeenkomstig de keuze van de diameter van de doorlaat 16, stelt zich in de scheidingskamer 3 een schematisch met 7 aangegeven scheidingsniveau in tussen water en olie.

De in de kanalen 9 aanwezige olie ondervindt nog 25 steeds de invloed van het centrifugaal-krachtenveld, en de nog aanwezige verontreinigingen worden hier uit de olie uitgescheiden. De gezuiverde olie ontwijkt via het uitlaatkanaal 10 naar de olie-afvoer 11.

De getoonde centrifugaal-separator 1 is van het zoge-30 naamde zelflossende type. Dit houdt in dat het verzamelde vuil 13 automatisch afgevoerd kan worden via de vuilafvoer 14 door op geschikte wijze het onderste huisdeel over een kleine afstand ten opzichte van het bovenste huisdeel te verplaatsen, waardoor zich tussen deze twee huisdelen een kanaal vormt, 35 via hetwelk het vuil afgevoerd wordt.

Ook zijn andere uitvoeringsvormen bekend, waarbij het huis 2 niet-gedeeld is en het verzamelde vuil periodiek bij demontage wordt verwijderd.

Volgens de uitvinding zijn nu de oppervlakdelen die 40 de vaste-stofdeeltjes bevattende vloeistof geleiden uitge- 85 0 1 7 - - , w 4 voerd van polytetrafluoretheen of een materiaal met dezelfde eigenschappen. In figuur 1 zijn de plaatsen waar deze kunststof is aangebracht met stippeltjes aangegeven. Zoals de figuur toont is de binnenwand van de kamer 3 bekleed met een 5 laag PTPE 18. De schotels 8 zijn in hun geheel van PTFE vervaardigd. Het is ook mogelijk om de schotels 8 bijvoorbeeld van roestvaststaal te vervaardigen en met een laag PTPE te bekleden.

10 Volgens een aspect van de uitvinding kunnen alleen de oppervlakdelen van de separatorschotels van PTFE zijn voorzien, waar de krachten van het krachtenveld naartoe zijn gericht. Bij de centrifugaalseparator 1 van figuur 1, waarbij de scheidingskrachten radiaal buitenwaarts zijn gericht, bete-15 kent dit, dat de onderzijde van de schotels van PTFE kunnen zijn, respectievelijk daarmee kunnen zijn bekleed. Deze oppervlakdelen staan normaalgesproken het sterkst aan vervuiling bloot, zodat het meeste effect van de uitvinding wordt bereikt door juist deze oppervlakdelen van PTFE te vervaardigen. 20 Ook bij een stationaire separator 25 zoals getoond in figuur 2 kan de uitvinding met voordeel worden toegepast. De separator 25 is in hoofdzaak bedoeld voor uit water verwijderen van vaste-stofdeeltjes en olie. Een dergelijke separator wordt bijvoorbeeld aan boord van schepen toegepast voor het 25 zuiveren van het bielswater.

De separator 25 omvat een huis 26 waarin een scheiding skamer 27 is bepaald. Het vervuilde water wordt toegevoerd via de vuil-watertoevoer 28 en komt terecht in een voor-scheidingsruimte 29. In de gehele separator wordt een lage 30 doorstroomsnelheid ingesteld, zodat de scheiding van de bestanddelen plaats kan vinden door de werking van de zwaartekracht.

Een gedeelte van de olie verzamelt zich reeds bovenin de voor-scheidingsruimte 29 en kan afgevoerd worden via de 35 olie-afvoer 34. Een gedeelte van de vaste-stof-vervuiling bezinkt in de voor-scheidingsruimte en komt onderin de kamer 27 terecht.

Het voorgereinigde water stoomt vervolgens met een lage stroomsnelheid omhoog door een pakket scheidingsplaten 40 30. In de tussen deze platen 30 gevormde kanalen smelten zeer e 5 3 Λ 1 ·Λ £ Ö Μ i * 3 · 5 kleine oliedruppeltjes samen tot grotere druppels die zich bovenin de kamer 27 verzamelen en afgevoerd kunnen worden door de olie-afvoer 32. Het aldus van olie en vaste stof gezuiverde water wordt afgevoerd bij 31. De onderin de kamer 27 5 verzamelde vaste-stof-deeltjes worden periodiek afgevoerd via de vaste-stofafvoer 33.

Volgens de uitvinding zijn weer de oppervlakdelen die aan afzetting van verontreinigingen blootstaan vervaardigd 10 uit PTPE of een stof met dezelfde eigenschappen. De wanden van de voor-scheidingsruimte 29 en van de onderzijde van de behandelkamer 27 zijn voorzien van een laag PTPE 35. Aangezien de vaste-stofdeeltjes het sterkst met deze wanden in contact komen/ is de neiging tot het vormen van afzettingen op 15 deze wanden het grootst. Ook de scheidingsplaten 30 kunnen zijn vervaardigd van PTPE of daarmee zijn bekleed.

Alhoewel de uitvinding bijzonder geschikt is voor toepassing bij separatoren/ aangezien deze in het algemeen bestemd zijn voor het behandelen van een, een afzettingen vor-20 mende verontreiniging van vaste-stofdeeltjes bevattende vloeistof/ kan deze ook met gunstig gevolg worden toegepast bijvoorbeeld bij warmtewisselaars, zoals brandstofolie-voorver-warmers of smeeroliekoelers. Afhankelijk van de stromingsom-standigheden in dergelijke warmtewisselaars kan de neiging 25 tot het vormen van afzettingen van vaste-stofdeeltjes bestaan. Door toepassing van de uitvinding wordt de vorming van deze afzettingen effectief vermeden.

rt £ Λ Λ “» Λ

S3ϋ i / 0 J

Claims (4)

1. Inrichting voor het behandelen van een,een afzettingen vormende verontreiniging van vaste-stofdeeltjes bevattende vloeistof,omvattende tenminste één voor de vloeistof doorstroombare kamer met vloeistoftoe- en -afvoeraansluiting- 5 en en voorzien van geleidingsvlakken voor het in de behande-lingskamer „geleiden van de vloeistof, methet kenmerk, dat tenminste de het sterkst aan afzetting van verontreinigingen blootstaande oppervlakdelen van de geleidings- 10 vlakken, uit een kunststof met de eigenschappen van polytetra-fluoretheen bestaan.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat deze een separator is met een aantal, althans in bedrijf onder een hoek ten opzichte van een heersend 15 krachtenveld geplaatste separatorplaten en dat de oppervlakken waarnaartoe de krachten van het krachtenveld zijn gericht, uit de kunststof bestaan.

3. Inrichting volgens conclusie 2 of 3,met het kenmerk, dat de kunststof aangebracht is als oppervlak- 20 bekleding.

4. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de separatorplaten geheel van de kunststof zijn vervaardigd. 8501767