NL8500920A - Gedeeltelijk afzinkbaar transportvaartuig. - Google Patents
Gedeeltelijk afzinkbaar transportvaartuig. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8500920A NL8500920A NL8500920A NL8500920A NL8500920A NL 8500920 A NL8500920 A NL 8500920A NL 8500920 A NL8500920 A NL 8500920A NL 8500920 A NL8500920 A NL 8500920A NL 8500920 A NL8500920 A NL 8500920A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- vessel
- ballast
- transport vessel
- towers
- cable
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B63—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
- B63B—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING
- B63B25/00—Load-accommodating arrangements, e.g. stowing, trimming; Vessels characterised thereby
- B63B25/002—Load-accommodating arrangements, e.g. stowing, trimming; Vessels characterised thereby for goods other than bulk goods
- B63B25/006—Load-accommodating arrangements, e.g. stowing, trimming; Vessels characterised thereby for goods other than bulk goods for floating containers, barges or other floating cargo
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B63—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
- B63B—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING
- B63B35/00—Vessels or similar floating structures specially adapted for specific purposes and not otherwise provided for
- B63B35/003—Vessels or similar floating structures specially adapted for specific purposes and not otherwise provided for for transporting very large loads, e.g. offshore structure modules
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Transportation (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Combustion & Propulsion (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Ocean & Marine Engineering (AREA)
- Laying Of Electric Cables Or Lines Outside (AREA)
Description
% VO 6174
Titel: Gedeeltelijk afzinkbaar transportvaartuig.
De uitvinding heeft betrekking op een gedeeltelijk afzinkbaar transportvaartuig voorzien van een in vaartuiglangsrichting gezien zich aan één uiteinde bevindende brug en aan het andere uiteinde aan weerszijde van het vaartuig geplaatste stabilisatietorens, waarbij het 5 overige deel van de bovenzijde van het vaartuig in hoofdzaak wordt gevormd door een in hoofdzaak vlak dek waarover de stabilisatietorens verplaatsbaar zijn tot bij de brug, waarbij het vaartuig is voorzien van ballasttanks voor het tct onder het wateroppervlak kunnen afzinken van het dek.
10 Een dergelijk gedeeltelijk afzinkbaar transportvaartuig is in het bijzonder bedoeld voor het over zee vervoeren van grote, volumineuze constructies, zoals boorplatforms, silo's, afzinkbare constructies e.d. met een gering of onvoldoende drijfvermogen om over zee te worden versleept dan wel niet ontworpen om drijvend over zee te 15 worden vervoerd.
Het aan boord nemen van dergelijke constructies kan plaatsvinden door het gedeeltelijk afzinken van het vaartuig, dat wil zeggen het zodanig afzinken van het vaartuig, dat het dek onder het wateroppervlak komt te liggen. Hierbij zorgen de beide stabilisatietorens 20 aan het uiteinde van het vaartuig gelegen tegenover dat waar de brug is aangebracht, voor het stabiliseren, d.w.z. het zoveel als mogelijk in de gewenste stand houden van het ondergedompelde dek. Xs de te transporteren constructie evenwel zo groot, dat het laden en/of opnemen daarvan niet mogelijk is als gevolg van de aanwezigheid van de 25 stabilisatietorens, dan worden deze laatste over het dek verplaatst tot bij de brug. Dit geeft evenwel het nadeel, dat dein de stabiliserende werkingvan de torens vervalt, hetgeen aanmerkelijke problemen met zich mee kan brengen bij het aan boord nemen van de te transporteren constructie.
30 Met de uitvinding wordt nu beoogd te voorzien in zodanige stabilisatiemiddelen, dat ook bij de boven omschreven laadomstandigheden de stabilisatie van het vaartuig op de gewenste wijze is te verwezenlijken.
Dit wordt overeenkomstig de uitvinding bij een gedeeltelijk afzinkbaar transportvaartuig van de in de aanhef bedoelde soort bereikt, q “ / Ί C ;) ö
Vi Ki V W W W
-2-
v / V
als aan het tegenover het de brug dragende uiteinde gelegen uiteinde van het vaartuig ballastgewichten met behulp van kabels ten opzichte van het vaartuig neerlaatbaar zijn aangebracht. Door deze maatregelen is het vaartuig na het neerlaten van de ballastgewichten en het daarop af-5 stemmen van het drijfvermogen in de afgezonken toestand te brengen door het aanhalen van de kabels, waarbij de gewichten op de bodem blijven liggen, op de gewenste wijze te stabiliseren. Bijzonder voordeel-biedend is daarbij, dat het dek op volledig gecontroleerde wijze verplaatsbaar is, hetgeen op optimale wijze is te sturen als overeenkomstig 10 een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding er een meet- inrichting voor de lengte gevierde kabel aanwezig is. Bij gebruikmaken van een aantal ballastgewichten is het dek in enigszins hellende standen te trekken, terwijl bij het toepassen van een aantal onafhankelijk te ballasten kabels het uiteinde van het dek ook bij een hellende bodem 15 in een horizontale stand is te brengen.
Als overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding een krachtcel, die de trekkracht in de kabel kan meten, aanwezig is, is door middel van het meten van de trekkrachten in de kabels vast te stellen in welke mate het afzinken nog is te regelen in vergelijking 20 met het gewicht van de op de bodem geplaatste ballastgewichten. Aan de hand van de gemeten trekkracht is verder te bepalen of de ballastgewichten nog, zoals gewenst, op de bodem liggen, terwijl een kracht gelijk aan nul of een negatieve kracht de aanwijzing geeft, dat het vaartuig dieper zinkt dan beoogd wordt, hetgeen dan door middel van de 25 ballasttanks is te redresseren.
Daar het relatief zware ballastgewichten kunnen betreffen, gedacht kan bijvoorbeeld worden aan een totaal ballastgewicht van 200 ton in zeewater, verdient het overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding voor het op een geschikte waarde houden van de 30 krachten in de kabels, de voorkeur dat de ballastgewichten middels een takel met een vast en een los blok,' die elk ten minste een katrol omvatten, neerlaatbaar kan zijn.
De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het gedeeltelijk afzinken van een transportvaartuig volgens de uitvinding, 35 waarbij door het innemen van water in de ballasttanks het vaartuig afzinkbaar is. Ten einde op optimale wijze gebruik te maken van de overeenkomstig de uitvinding voorgestelde ballastgewichten, verdient het 8500920 -3- de voorkeur, dat het vaartuig wordt afgezonken tot althans het uiteinde waar zich de ballastgewichten bevinden bijna onder het wateroppervlak is verdwenen, vervolgens de ballastgewichten worden neergelaten tot op de bodem, waarna het genoemde uiteinde verder wordt afgeballast 5 tot een met het neergelaten ballastgewicht corresponderend drijfvermogen overblijft en ten slotte het genoemde uiteinde door het vergroten van de trekkracht op de kabels gecontroleerd tot de gewenste diepte onder water wordt getrokken. Bij het op deze wijze te werk gaan is, in het bijzonder bij gebruikmaken van een meetinrichting voor de lengte van de 10 gevierde kabel en een krachtmeetcel voor het bepalen van de trekkracht in de kabel; door het inhalen en vieren van de kabel de stand van het vaartuig nauwkeurig gecontroleerd te beheersen als gevolg van het afstemmen van het drijfvermogen van het vaartuig op het op de bodem rustende ballastgewicht. Alsdan zijn ook door de afstemming de lengte- en 15 krachtmeetinrichtingen optimaal in te zetten.
Onder verwijzing naar een in de tekening uiterst schematisch weergegeven uitvoeringsvoorbeeld zal het gedeeltelijk afzinkbare transportvaartuig volgens de uitvinding thans nader worden besproken en toegelicht. Daarbij toont: 20 Fig. 1 het tansportvaartuig in zijaanzicht?
Fig. 2 het transportvaartuig in bovenaanzicht;
Fig. 3 op vergrote schaal het achterschip van het vaartuig; en
Fig. 4 in perspektief een takel met een ballastgewicht.
25 In de fig. 1 en 2 is een tranportvaartuig weergegeven voor zien van een romp 1, waarin onder meer niet weergegeven ballasttanks zijn ondergebracht, waarmee het vaartuig in een gedeeltelijk afgezonken stand is te brengen. Op het voorschip 2 van het transportvaartuig bevindt zich onder meer een brug 3 en zijn de schoorstenen 4 geplaatst.
30 In het voorschip 2 zijn een tweetal uitsparingen 5 aangebracht, waarin een tweetal stabilisatietorens 6 zijn op te nemen. De stabilisatie-torens 6 bevinden zich normaliter bij de achtersteven van het transportvaartuig, doch kunnen indien zeer grote en volumineuze constructies moeten worden getransporteerd via niet-weergegeven rails tot in de uit- 35 sparingen 5 worden gereden over het dek 7, dat het grootste deel van het transportvaartuig in beslag neemt en een in hoofdzaak vlak, zich continu uitstrekkend draagoppervlak vormt. Aan de achtersteven is een 3500920 -4- ballastgewichtinstallatie 8 aangebracht, die in de figuren 3 en 4 op vergrote schaal, gedetailleerder, doch schematisch is weergegeven en in het ondstaande nader zal worden toegelicht.
De ballastgewichtinstallatie 8 bestaat uit een ballastge-5 wicht 9 neerlaatbaar via een takel 10. De takel 10 bestaat uit een vast blok 11, dat voorzien is van een aantal katrollen 13 op een as 14 gelagerd in steunen 12 (niet weergegeven in fig. 4) bevestigd aan het transportvaartuig, en uit een los blok 15, dat voorzien is van een aantal katrollen 16 op een as 17 gelagerd in niet weergegeven steunen 10 ' bevestigd aan het ballastgewicht 9. De over de katrollen 13 en 16 lopende kabel 18 is afkomstig van een binnen de romp opgestelde lier 19 en loopt via een eerste geleide^schijf 20 op een as 21 gelagerd in een steun 22 (niet weergegeven in fig. 4) via een tweede geleideschijf 23 op een as 24 gelagerd in een niet weergegeven steun bevestigd aan het 15 ballastgewicht 9, via de respectievelijke katrollen 13 en 16 en een derde geleideschijf 25 op een as 26 gelagerd in een niet-weergegeven steun bevestigd aan het ballastgewicht 9 naar een bevestigingspunt in het huis 27 van een krachtmeetcel voor de in de kabel 18 optredende trekkracht.
Indien het transportvaartuig met behulp van de ballastge-20 wichtinstallatie 8 moet worden gestabiliseerd, gaat men bij voorkeur als volgt te werk.
Middels de in de romp 1 aanwezige ballasttanks wordt het transportvaartuig afgezonken totdat het achterdek bijna onder het wateroppervlak is verdwenen. Hierna wordt door vieren van de kabel 18 middels 25 de lier 19 het ballastgewicht 9 door tussenkomst van de takel 10 tot op de bodem 28 neergelaten. Vervolgens wordt het transportvaartuig verder afgeballast tot een drijfvermogen corresponderend met het gewicht in zee van het ballastgewicht 9, bijvoorbeeld ter gedachtebepaling 200 ton, overblijft. Door het middels de lier 19 vergroten van de trekkracht in de 30 kabel 18 en inhalen daarvan is het achterschip tot op de gewenste diepte onder water te trekken ten einde de te vervoeren constructie op het dek 7 te kunnen plaatsen of daarvan te verwijderen.
Het op de gewenste diepte onder het wateroppervlak brengen van het dek 7 is op eenvoudige wijze te regelen door het aanbrenten van 35 een meetinrichting voor de gevierde en vervolgens weer ten dele ingehaalde kabel 18.
Verder is met de krachtmeetcel de trekkracht in de kabel 18 vast te stellen. De trekkracht geeft aan of door het inhalen van de 8500920 -5- kéibel 18 het vaartuig nog dieper kan worden getrokken zonder dat ballast-gewicht 9 loskomt van de bodem 28, welk moment van loskomen optreedt bij het overeenkomen van de trekkracht in de kabel 18 met het gewicht van het ballastgewicht 9. Wordt de trekkracht in de kabel 18 nul of negatief, 5 dan betekent dit dat het vaartuig spontaan dieper afzinkt als beoogd wordt, hetgeen met de ballasttanks in de romp 1 is te herstellen.
Het spreekt vanzelf dat er binnen het kader van de uitvinding vele wijzigingen en varianten mogelijk zijn. Zo is er in de bovenstaande bespreking van de afzinkwerkwijze steeds gesproken over één 10 ballastgewicht, één takel, één kabel en één lier; van al deze elementen kunnen er ook meer dan één aanwezig zijn. Verder kunnen zowel aan achtersteven als aan ballastgewicht(en) steunoren bevestigd zijn, die voorzien zijn van in lijn brengbare boringen, waardoor een pen steek-baar is voor het borgen van een ballastgewicht tijdens het niet in gebruik 15 zijn daarvan.
C -* Λ *' Γ v* 'J W O ‘m
Claims (5)
1. Gedeeltelijk afzinkbaar transportvaartuig voorzien van een in vaartuiglangsrichting gezien zich aan één uiteinde bevindende brug en aan het andere uiteinde aan weerszijde van het vaartuig geplaatste stablisatietorens, waarbij het overige deel van de bovenzijde van het in hoofdzaak , 5 vaartuigvwordt gevormd door een in hoofdzaak vlak dek, waarover de stabilisatietorens verplaatsbaar zijn tot bij de brug, waarbij het vaartuig is voorzien van ballasttanks voor het tot onder het wateroppervlak kunnen afzinken van het dek, met het kenmerk, dat aan het tegenover het de brug dragende uiteinde gelegen uiteinde van het vaartuig ballast-10 gewichten met behulp van kabels ten opzichte van het vaartuig neerlaat-baar zijn aangebracht.
2. Transportvaartuig volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat er een meetinrichting voor de lengte gevierde kabel aanwezig is.
3. Transportvaartuig volgens conclusie 1 of 2, gekenmerkt door 15 een krachtmeetcel die de trekkracht in de kabel kan meten.
4. Transportvaartuig volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de ballastgewichten middels een takel met een vast en een los blok, die elk ten minste één katrol omvatten, neerlaatbaar zijn. 20
5. Werkwijze voor het gedeeltelijk afzinken van een transport vaartuig volgens één der conclusies 1-4, waarbij door het innemen van water in de ballasttanks het vaartuig afzinkbaar is, met het kenmerk, dat het vaartuig wordt afgezonken tot althans het uiteinde waar zich de ballastgewichten bevinden bijna onder het wateroppervlak is verdwenen, 25 vervolgens de ballastgewichten worden neergelaten tot op de bodem, waarna het genoemde uiteinde verder wordt afgeballast tot een met het neergelaten baHastgewicht corresponderend drijfvermogen overblijft en · ten slotte het genoemde uiteinde door het vergroten van de trekkracht op de kabels gecontroleerd tot de gewenste diepte onder water wordt ge-30 trokken. 35-·· 0 9 20
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8500920A NL8500920A (nl) | 1985-03-28 | 1985-03-28 | Gedeeltelijk afzinkbaar transportvaartuig. |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8500920A NL8500920A (nl) | 1985-03-28 | 1985-03-28 | Gedeeltelijk afzinkbaar transportvaartuig. |
NL8500920 | 1985-03-28 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8500920A true NL8500920A (nl) | 1986-10-16 |
Family
ID=19845755
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8500920A NL8500920A (nl) | 1985-03-28 | 1985-03-28 | Gedeeltelijk afzinkbaar transportvaartuig. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL8500920A (nl) |
Cited By (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
WO2003086852A1 (en) * | 2002-04-10 | 2003-10-23 | Itrec B.V. | Submersible watercraft |
WO2004087494A3 (en) * | 2003-04-04 | 2004-12-16 | Logima V Svend Erik Hansen | A vessel for transporting wind turbines, methods of moving a wind turbine, and a wind turbine for an off-shore wind farm |
US7234409B2 (en) | 2003-04-04 | 2007-06-26 | Logima V/Svend Erik Hansen | Vessel for transporting wind turbines, methods of moving a wind turbine, and a wind turbine for an off-shore wind farm |
-
1985
- 1985-03-28 NL NL8500920A patent/NL8500920A/nl not_active Application Discontinuation
Cited By (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
WO2003086852A1 (en) * | 2002-04-10 | 2003-10-23 | Itrec B.V. | Submersible watercraft |
WO2004087494A3 (en) * | 2003-04-04 | 2004-12-16 | Logima V Svend Erik Hansen | A vessel for transporting wind turbines, methods of moving a wind turbine, and a wind turbine for an off-shore wind farm |
US7234409B2 (en) | 2003-04-04 | 2007-06-26 | Logima V/Svend Erik Hansen | Vessel for transporting wind turbines, methods of moving a wind turbine, and a wind turbine for an off-shore wind farm |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US4686920A (en) | Cradle type boat lifts | |
US3426719A (en) | Marine transfer device | |
US4271553A (en) | System for launching and hauling in objects from the sea | |
SU1373312A3 (ru) | Устройство дл спуска на воду и подъема спасательной или подъемной шлюпки с корабл или стационарной установки | |
SE7905012L (sv) | Forfarande och anordning for manovrering av en lyftkrans hake | |
US3807334A (en) | Motion compensating device for surface supported underwater structures | |
US4037421A (en) | Float-on boat docking and lifting assembly | |
KR102076677B1 (ko) | 초대형 컨테이너선용 승하선장치 | |
NL8500920A (nl) | Gedeeltelijk afzinkbaar transportvaartuig. | |
US4048937A (en) | Cargo carrying vessel having at least one cargo carrying deck | |
US5049021A (en) | Self-unloading method and apparatus for ships | |
US4300854A (en) | Movable float system for boat launching ramps | |
US4227846A (en) | Method and apparatus for loading or unloading water vessels | |
EP0229785A1 (en) | Splitwing keel | |
US3547065A (en) | Keel boat | |
FI70183C (fi) | Anordning pao fartyg foer att lyfta oeverbord och ombord bojstationer eller andra liknande apparater eller apparatkombinationer | |
GB2037355A (en) | Ship's Accommodation Ladder | |
GB2138771A (en) | Arrangement for the transfer of a passenger and/or freight unit to and from a rig or another installation at sea | |
JP3238184B2 (ja) | 浮沈装置 | |
JPS61115794A (ja) | フロ−トオンフロ−トオフ船 | |
JPS6340515Y2 (nl) | ||
NL2004529C2 (en) | Vessel and method for raising a load under water using the vessel. | |
EP0086544A2 (en) | Bottom sampler | |
NL1026591C2 (nl) | Werkwijze voor het op water manipuleren van een object zoals een schip alsmede ponton voor toepassing bij een dergelijke werkwijze. | |
RU2025431C1 (ru) | Устройство для подъема и транспортирования затонувшей древесины |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A1B | A search report has been drawn up | ||
BV | The patent application has lapsed |