NL8403826A - Inrichting voor het ondersteunen van een plant. - Google Patents

Description

* \ NO 32.811 ^

Korte aanduiding: Inrichting voor het ondersteunen van een plant.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het ondersteunen van een plant, omvattende twee scharnierbaar met elkaar verbonden armen die van een gebogen deel en van een radiaal naar buiten gericht deel zijn voorzien en scharnierbaar zijn tussen een open stand en 5 een sluitstand waarin de gebogen delen een plantestengel kunnen omgeven, klemmiddelen om de inrichting in de sluitstand van de armen te klemmen aan een verticale draad, en grendelorganen om de armen in de sluitstand te vergrendelen, welke grendelorganen een opening in het radiaal naar buiten gerichte deel van de ene arm en een op het radiaal naar buiten 10 gerichte deel van de andere arm gevormd uitsteeksel omvatten, waarbij in de genoemde sluitstand het uitsteeksel vergrendelend door de opening steekt.

Een dergelijke inrichting is bekend uit het Britse octrooischrift 1.241.522.

15 Het is gebruikelijk om de stengels van gekweekte planten, in het bijzonder tomatenplanten, in een opstaande stand te houden door middel van afhangende draden. Oorspronkelijk werden de stengels om de draden gewikkeld hetgeen een tijdrovende bezigheid is. Bovendien zou het bezwaar van groeiremming kunnen optreden en zou de plantestengel bescha-20 digd kunnen worden. Met een in de aanhef aangeduide inrichting worden deze nadelen vermeden.

Het uitsteeksel van de grendelorganen bestaat bij de bekende inrichting uit een kogel die iets groter is dan de nauwe opening en door zijn veerkrachtige eigenschappen door die opening kan worden ge-25 stoken. Bezwaren van deze vergrendelingsconstructie zijn dat voor het openen van de inrichting twee handen nodig zijn en dat niet is uitgesloten dat de inrichting zich onder invloed van een zware plantestengel uit zichzelf opent.

Met de uitvinding wordt beoogd deze nadelen te vermijden 30 en hiertoe is de in de aanhef genoemde inrichting gekenmerkt doordat het uitsteeksel haakvormig is uitgevoerd met een loodrecht op het radiaal gerichte deel staande flens en een zich aan het einde daarvan bevindende radiaal naar buiten gerichte kop, die is voorzien van een gebogen oploop-vlak.

35 Als gevolg van het oploopvlak zullen de grendelorganen bij het sluiten van de inrichting automatisch in de grendelstand komen.

Omdat de kop radiaal naar buiten is gericht en dus aangrijpt op een radiaal naar buiten gerichte rand van de opening, kan de inrichting door 8403825 -2- 3 het gewicht van een plant niet uit zichzelf openen. Door het stengel-gewicht zal de vergrendeling zelfs steviger worden. Wel kan de inrichting met één hand gemakkelijk worden geopend.

Opgemerkt wordt dat uit het Amerikaanse octrooischrift 5 3.739.525 een plantondersteunende inrichting bekend is met twee schar-nierarmen, klemmiddelen om de inrichting in de sluitstand van de armen te klemmen aan een verticale draad en grendelorganen, bestaande uit een haakvormig lichaam op de ene arm dat achter een eindrand van de andere arm kan grijpen. De kop van het haakvormige lichaam is echter radiaal 10 naar binnen gekeerd en de grendelorganen omvatten geen opening. Als gevolg hiervan is niet uitgesloten dat de inrichting door het gewicht van een plantestengel wordt geopend.

Wezenlijk voor de uitvinding is dan ook dat vergrende-lingsorganen zo zijn uitgevoerd dat ondanks het met één hand uiterst ge-15 makkelijk kunnen sluiten en openen van de inrichting, het onbedoeld openen ervan door het gewicht van de stengel is uitgesloten. Om de vergrendeling nog zekerder te maken verdient het de voorkeur dat het oploop-vlak overgaat in een uitstekende rand die in de sluitstand ingrijpt in een uitsparing achter de opening in het radiaal naar buiten gerichte deel 20 van de andere arm.

De uitvinding zal nu aan de hand van de figuren, waarin een uitvoeringsvoorbeeld is weergegeven, nader worden toegelicht.

Figuur 1 toont een perspectivisch aanzicht van een door een inrichting volgens de uitvinding ondersteunde plant.

25 Figuur 2 toont een bovenaanzicht van de inrichting in de open toestand.

Figuur 3 toont een aanzicht op de binnenzijde van de inrichting in open toestand.

Figuur 4 toont een bovenaanzicht van de inrichting in 30 gesloten toestand.

De weergegeven inrichting is bestemd om een plant te verbinden met een verticaal afhangende draad en die plant aldus steun te geven.

De uit een geschikte kunststof vervaardigde inrichting 35 omvat twee armen 1, 2 die bij een dunne kunststof brug 3 scharnierbaar met elkaar zijn verbonden. Elke arm bestaat uit een zich nabij het scharnier bevindend klemvlak 4, een gebogen deel 5 en een ten opzichte van het gebogen deel radiaal naar buiten gerichte lip 6.

De kunststof brug 3 en de klemvlakken 4 zijn voorzien 40 van wrijving met een draad verhogende uitsteeksels (zie figuur 3). In 8403826 £· * -3- de radiaal naar buiten gerichte lip 6 van de arm 1 is een opening 7 van rechthoekige vorm uitgespaard terwijl in het oppervlak van die lip 6, die in de sluitstand (figuur 4) is afgekeerd van de lip van de arm 2, een ondiepe inkeping 8 is aangebracht. De lip 6 van de arm 2 is voorzien van 5 een grendelorgaan in de vorm van een loodrecht op die lip 6 staande flens 9 en een kop 11 die in radiale richting gezien, naar buiten is gekeerd en een gebogen oploopvlak 12 heeft. Dit oplaopvlak 12 gaat over in een uitstekende rand 13.

In figuur 1 is te zien hoe een plantestengel 14 door 10 middel van de inrichting volgens de uitvinding is verbonden met een afhangende draad 15. Deze draad is tussen de klemvlakken 4 geklemd. Zich aan weerszijden van één van de klemvlakken uitstrekkende uitsteeksels 16 verhinderen dat de draad uit de klemvlakken naar binnen kan wegschieten in de door de gebogen delen 5 omsloten ruimte.

15 De uitvinding is gericht op de uitvoering van de ver- grendelingsorganen 7 tot en met 13.

Bij het sluiten loopt het gekromde oploopvlak 12 van de kop 11 op tegen de buitenrand van de opening 7, waardoor de flens 9 elastisch zal uitwijken om de kop 11 door de opening 7 te laten gaan.

20 Zodra de kop 11 de opening 7 heeft gepasseerd, spring de flens 9 terug in de uitgangsstand waarbij de uitstekende rand 13 van de kop 11 terecht komt in de ondiepe uitsparing 8. De aldus bereikte grendelstand is weergegeven in figuur 4.

Omdat de kop radiaal naar buiten is gekeerd, zal de 25 vergrendeling niet kunnen worden verbroken als het gewicht van een zware plantestengel tegen één van de armen 1, 2 rust. De vergrendeling wordt door dat gewicht zelfs steviger.

Zoals uit bovenstaande blijkt kan het sluiten van de inrichting eenvoudig met één hand plaats vinden door de armen 1, 2 in 30 de stand volgens figuur 4 te duwen, waarbij de vergrendeling automatisch tot stand komt. Het ontgrendelen en openen kan ook met één hand plaats vinden. Hiertoe wordt de kop 11 door met één vinger de arm 2 te manipuleren, achtereenvolgens in de richtingen A, B en C verplaatst.

De ingrijping van de uitstekende rand 13 in de ondiepe 35 uitsparing 8 levert een extra bijdrage tot een veilige vergrendeling.

Plantbeschadiging wordt voorkomen doordat de omtreks-randen van de gebogen delen 5 een naar buiten gerichte bocht 17 vertonen.

Wezenlijk voor de uitvinding is de naar buiten gekeerde kop 11 met oploopvlak 12. Door de samenwerking van deze kop 11 met de 40 buitenrand van de opening 7 wordt zowel een gemakkelijke éênhandsbedie- 8403026 -zoning bij openen en sluiten als een veilige vergrendeling in de sluit-stand bereikt.

Binnen het kader van de hoofdconclusie zijn verschillende wijzigingen mogelijk.

8403826

Claims (2)

1. Inrichting voor het ondersteunen van een plant, omvattende twee scharnierbaar met elkaar verbonden armen die van een gebogen deel en van een radiaal naar buiten gericht deel zijn voorzien en scharnierbaar zijn tussen een open stand en een sluitstand waarin de ge- 5 bogen delen een plantestengel kunnen omgeven, klemmiddelen om de inrichting in de sluitstand van de armen te klemmen aan een verticale draad, en grendelorganen om de armen in de sluitstand te vergrendelen, welke grendelorganen een opening in het radiaal naar buiten gerichte deel van de ene arm en een op het radiaal naar buiten gerichte deel van de andere 10 arm gevormd uitsteeksel omvatten, waarbij in de genoemde sluitstand het uitsteeksel vergrendelend door de opening steekt, methetken-m e r k, dat het uitsteeksel haakvormig is uitgevoerd met een loodrecht op het radiaal gerichte deel staande flens (9) en een zich aan het einde daarvan bevindende, radiaal naar buiten gerichte kop (11), die is voor-15 zien van een gebogen oploopvlak (12).

2. Inrichting volgens conclusie l,met het kenmerk, dat het oploopvlak (12) overgaat in een uitstekende rand (13) die in de sluitstand ingrijpt in een uitsparing (8) achter de opening (7) in het radiaal naar buiten gerichte deel (6) van de andere arm (1). 0403326