NL8304334A - Platenspeler met een stuurinrichting voor de toonarm. - Google Patents

Platenspeler met een stuurinrichting voor de toonarm. Download PDF

Info

Publication number
NL8304334A
NL8304334A NL8304334A NL8304334A NL8304334A NL 8304334 A NL8304334 A NL 8304334A NL 8304334 A NL8304334 A NL 8304334A NL 8304334 A NL8304334 A NL 8304334A NL 8304334 A NL8304334 A NL 8304334A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
bracket
tonearm
carrier
cam
turntable
Prior art date
Application number
NL8304334A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Philips Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Philips Nv filed Critical Philips Nv
Priority to NL8304334A priority Critical patent/NL8304334A/nl
Priority to DE8484201832T priority patent/DE3470436D1/de
Priority to EP84201832A priority patent/EP0146189B1/en
Priority to CA000470052A priority patent/CA1225337A/en
Priority to JP1984190742U priority patent/JPS60116601U/ja
Priority to KR1019840008009A priority patent/KR850004847A/ko
Publication of NL8304334A publication Critical patent/NL8304334A/nl
Priority to US06/926,852 priority patent/US4701903A/en
Priority to SG516/90A priority patent/SG51690G/en
Priority to HK834/91A priority patent/HK83491A/xx

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B21/00Head arrangements not specific to the method of recording or reproducing
    • G11B21/02Driving or moving of heads
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B3/00Recording by mechanical cutting, deforming or pressing, e.g. of grooves or pits; Reproducing by mechanical sensing; Record carriers therefor
    • G11B3/02Arrangements of heads
    • G11B3/08Raising, lowering, traversing otherwise than for transducing, arresting, or holding-up heads against record carriers
    • G11B3/085Raising, lowering, traversing otherwise than for transducing, arresting, or holding-up heads against record carriers using automatic means
    • G11B3/08535Driving the head
    • G11B3/08538Driving the head the head being driven by the same means as the record can
    • G11B3/08541Driving the head the head being driven by the same means as the record can for pivoting pick-up arms
    • G11B3/08545Driving the head the head being driven by the same means as the record can for pivoting pick-up arms driven by cams
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B3/00Recording by mechanical cutting, deforming or pressing, e.g. of grooves or pits; Reproducing by mechanical sensing; Record carriers therefor
    • G11B3/02Arrangements of heads
    • G11B3/10Arranging, supporting, or driving of heads or of transducers relatively to record carriers

Landscapes

  • Holding Or Fastening Of Disk On Rotational Shaft (AREA)
  • Moving Of Heads (AREA)
  • Feeding And Guiding Record Carriers (AREA)

Description

* s Η t 9 m EHN 10.889 1 >% N.V. Philips' Gloeilampenfabrieken te Eindhoven "Platenspeler met een stuurinrichting voor de toonarm". ------- i
De uitvinding heeft betrekking qp een platenspeler __ . met een stuurinrichting voor de toonam .welke stuurinrichting een door een motor roterend aandrijfbare cartnandoschijf omvat, verbonden met een heen en weer beweegbaar dr ijfelement, waarmee nabij het van de ccnmando-5 schijf afgekeerde einde een meeneemelement schamierbaar verbonden is, dat bestemd is voor het naar de draaitafel sturen van de toonarm en dat hiertoe met een cp een tocnarmdrager aanwezig kcppelelement kqp-pëlbaar is, waarbij een van ten minste twee positioneringsnokken voorziene, zwenkbare keuzebeugel aanwezig is, welke door middel van een eerste 10 respectievelijke tweede positioneringsnok een aanslag vormt voor de beweging van een met de toonarm gekoppelde stopnck, teneinde de toonarm in een eerste respectievelijk tweede positie boven de draaitafel te positioneren. Een dergelijke platenspeler is bekend uit het Amerikaans octrooischrift no. 2 752 159. Bij deze bekende platenspeler is het 15 drijf element verbonden met een zwenkbeugel welke onder invloed van de rotatie van de ccmnandoschijf ten opzichte van het kcppelelement op de tocnarmdrager weggezwsrikt wordt. Hierdoor kan het meeneemelement onder veerkracht eveneens een zwenkbewsging uitvoeren, waarbij via het kcppelelement de toonarm naar de draaitafel wordt gestuurd.
2o Cp het moment dat de stopnok, welke bij de bekende platenspeler op het meeneemelement aanwezig is, één der positioneringsnokken op de keuzebeugel raakt, is de genoemde zwenkbeugel cp afstand gekomen van het kcppelelement, waardoor de toonarm in deze stand van het meeneem-element bijvoorbeeld ten gevolge van trillingen nog enigszins zou kunnen 25 doorbewegen en waardoor tijdens het opzetten een afwijkende positie van de toenarm qp de af te spelen plaat verkregen wordt. Verder is bij voltooiing van de rotatie van de ccrimandoschijf de mogelijkheid aanwezig dat de zwenkbeugel op een ongewenst tijdstip na positionering van de toonarm boven de draaitafel het kcppelelement aanstoot, hetgeen 3q eveneens ongewenst is.
De uitvinding beoogt een stuurinrichting bij een platenspeler van genoemde soort met gebruikmaking van goedkoop fabriceerbare, betrouwbaar werkende onderdelen zodanig uit te voeren dat een goede 8304334 '' -----* EHN 10.889 2 positionering van de toonarm boven de draaitafel verkregen wordt.
De uitvinding wordt hiertoe gekenmerkt dcor&tcieëEpnok op de toonarm-drager aanwezig is, het meeneemelement scharnier baar is tussen twee stabiele standen, tijdens de. heengaande beweging van het drijf element 5 in een eerste, onwerkzame stand gelegen is en tijdens althans een deel van de teruggaande beweging van het drijfelement in een tweede, meeneem-stand gelegen is en uitsluitend in deze stand ter sturing van de toonarm met het koppelelement koppelbaar is, een aanslag aanwezig is, waartegen het meeneemelement nabij het einde van de heengaande beweging van het 10 drijfelement oploopt, teneinde naar de tweede stand gescharnierd te worden, het meeneemelement tijdens de teruggaande beweging van het drijfelement na oplopen van de stopnok op de toonarmdrager tegen êên der positioneringsnokken Op de keuzebeugel uit de tweede stand wegschamiert en daardoor ontkoppelt van het koppelelement qp de toonarmdrager, 15 de keuzebeugel na ontkoppeling van het meeneemelement van het koppel-deel door de conmandoschij f uit de baan van de stopnok qp de toonarmdrager weggezwenkt wordt.
Aldus wordt een stuurinrichting verkregen, waarbij tijdens het positioneren van de toonarm boven de draaitafel de toonarmdrager 20 voor korte tijd^ ingeklemd ligt tussen enerzijds het meeneemelement en anderzijds de betreffende positioneringsnok op de keuzebeugel.
Dit biedt de zekerheid dat de toonarm nauwkeurig op de vooraf bepaalde plaats op de plaat neergelaten wordt. De bewegende massa van de toonarm wordt hierbij goed opgevangen, terwijl trillingen en/of stoten qp de 25 platenspeler geen storende invloed kunnen uitoefenen. Het rechtstreeks aanbrengen van de stopnok qp de toonarmdrager biedt verder als voordeel dat bij het positioneren van de toonarm zo min mogelijk hinder kan warden ondervonden van aanwezige tolerantiefouten in de toegepaste onderdelen van de stuurinrichting. Een ander voordeel is dat telkens na het positioneren 30 het meeneemelement van het koppelelement weggeschamierd wordt naar de eerste onwerkzame stand en de keuzebeugel uit de baan van de stopnok weggezwenkt wordt, zodat tijdens de verdere rotatie van de ccmmando-schijf geen storende invloed meer van het meeneemelement c.q. de keuzebeugel op de bewegingen van de toonarm ondervonden kan worden. De onder-35 delen toegepast bij de stuurinrichting laten zich eenvoudig uitvoeren en kunnen een geringe bouwhoogte bezitten, waardoor de platenspeler volgens de uitvinding een geringe hoogte kan bezitten.
Een voorkeursvorm van een platenspeler volgens de uitvinding — ------ a 8304334 * EHN 10.889 3 wordt gekenmerkt doordat de keuzebeugel tijdens de ontkoppeling van het meeneemelement en het koppelelement onder veerkracht door een in twee standen instelbaar instelelement gepositioneerd ligt, waarbij de eerste respectievelijk tweede positioneringsnok in een werkzame stand gelegen is.
5 Dit biedt de mogelijkheid vanaf de buitenzijde van de platenspeler met behulp van een bedientoets de keuzebeugel op het gewenste moment te positioneren, terwijl daarnaast de mogelijkheid openblijft de keuzebeugel na neerdalen van de toenarm op de plaat in een onwerkzame stand buiten de baan van de stopnok op de toonarmdrager weg te zwenken.
10 Een verdere voesrkeursvarm van de platenspeler volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de aanslag voor het meeneemeleraent op de keuzebeugel aanwezig is en door verzwenking van de keuzebeugel tussen een werkzame en een onwerkzame stand brengbaar is. Door deze opstelling van de aanslag voor het meeneemelement wordt enerzijds voor het naar 15 de draaitafel sturen van de toonarm de zekerheid verkregen dat het meeneemelement qp het juiste moment naar de tweede, meeneemstand gescharnierd wordt, terwijl anderzijds op het moment dat de keuzebeugel in de onwerkzame stand weggezwenkt is ook de aanslag voor het meeneemelement onwerkzaam geworden is. Dit laatste is van belang voor het terugvoeren van 20 de toonarm na het beëindigen van het afspelen van de plaat, waarbij voorkomen moet worden dat het meeneemelement direkt na het terugvoeren van de toonarm deze opnieuw zou gaan sturen naar de draaitafel. In verband hiermee wordt een vöorkeursvorm gekenmerkt doordat de aanslag voor het meeneemelement door een haakvormig uitsteeksel nabij het vrije einde 25 van de keuzebeugel gevormd wordt. Door opstelling nabij het vrije einde van de aanslag kan een grote verplaatsing van de aanslag gerealiseerd worden, zodat een abusievelijk omstellen van het meeneemelement van de onwerkzame stand naar de meeneemstand uitgesloten is.
Een verdere voorkeursvorm van een platenspeler volgens 30 de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het meeneemelement tijdens de teruggaande beweging van het drijf element na ontkoppeling van het koppel-deel tegen een vast opgestelde terugstelnok oploopt, waardoor het meeneemelement naar de eerste stand scharniert. De terugstelnok biedt de zekerheid dat telkens na ontkoppeling van het koppeldeel het meeneemelement 35 op betrouwbare wijze in de onwerkzame stand teruggeschamierd wordt.
Deze maatregel biedt de zekerheid dat bij het daaropvolgende deel van de beweging van de carmandoschijf het meeneemelement onwerkzaam is.
Een verdere voorkeursvorm van een platenspeler volgens de 8304334 - - ... ^^^ EHN 10.889 4 uitvinding wordt gekenmerkt doordat een veerbelaste, zwenkbare start-beugel aanwezig is, voorzien van een aanslagnok, welke tijdens het naar de draaitafel staren van de toonarm in een onwerkzame stand gelegen is en tijdens het van de draaitafel af staren van de toonarm in een werk-5 zame stand aanligt tegen een aanslagnok op de keuzebeugel, waardoor de keuzebeugel in een verzwenkte stand gepositioneerd ligt en de positi-oneringsnokken en de aanslag voor het meeneemelement pp de keuzebeugel in de onwerkzame stand buiten de baan van de stopnok respectievelijk van het meeneemelement gelegen zijn. Door de aanwezigheid van de 10 startbeugel met de aanslagnok wordt de zekerheid verkregen dat tijdens het van de draaitafel afsturen van de toonarm de keuzebeugel in de . onwerkzame stand gehouden wordt, zodat zowel het meeneemelement alsook de stopnok tijdens het van de draaitafel afvoeren van de toonarm onwerkzaam blijven.
15 In verband hiermee wordt een andere voorkeursvorm van een platenspeler volgens de uitvinding gekenmerkt doordat de startbeugel met een haak tijdens het naar de draaitafel sturen van de toonarm in de onwerkzame stand van de aanslagnok achter een rug op een zwenkbare schakelbeugel vergrendeld ligt, welke schakelbeugel onder invloed van 20 de corttnandoschij f na postionering van de toonarm boven de draaitafel de startbeugel ontgrendelt. Aldus wordt door middel van de ccmmandoschi jf via de schakelbeugel de startbeugel ontgrendeld waardoor de startbeugel hierna tijdens het van de draaitafel af sturen van de toonarm de keuzebeugel in de onwerkzame stand kan houden. De uitvinding zal nader worden 25 toegelicht aan de hand van een aantal in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvormen. Hierbij tonen:
Fig. 1 een bovenaanzicht op een platenspeler volgens de uitvinding;
Fig. 2 een perspectivisch onderaanzicht op de stuurinrichting 30 van de-platenspeler volgens de uitvinding, gelegen in de ruststand;
Fig. 3 de stuurinrichting volgens figuur:2, gelegen in een positie waarbij het drijfelement een heengaande beweging uitvoert;
Fig. 4 een aanzicht volgens figuur 2, waarbij het drijfelement nabij het einde van de heengaande beweging aangekomen is en 35 het meeneemelement met het koppelelement gekoppeld is;
Fig. 5 een aanzicht volgens figuur 2, waarbij het drijfelement een teruggaande beweging uitvoert en de toonarm boven de draaitafel gepositioneerd is; 8304334 _ _j * · EHN 10.889 5
Fig. 6 een schematisch.perspectivisch aanzicht qp een platenspeler·, voorzien van een stuurinrichting in een tweede uitvoeringsvorm, gelegen in de ruststand?
Fig. 7 qp vergrote schaal een deel van de stuurinrichting 5 volgens figuur 6?
Fig. 8 op vergrote schaal een ander deel van de stuurinrichting volgens figuur 6;
Fig. 9 een aanzicht volgens figuur 6, waarbij het drijf element ‘inneergaande richting bewogen is ai de keuzebeugel in een werkzame stand 10 getracht is;
Fig. 10 een aanzicht volgens figuur 6, waarbij nabij het einde van de heengaande beweging van het drijf element het meeneemelement naar de meeneemstand gescharnierd wordt.
Fig. 11 op vergrote schaal een perspectivisch aanzicht op een 15 deel van de stuurinrichting volgens figuur 10;
Fig. 12 een aanzicht volgens figuur 6, waarbij de toonarm gepositioneerd ligt boven de draaitafel;
Fig. 13 op vergrote schaal een doorsnede van een deel' van dë stuurinrichting volgens de lijnen ΧΙΧΙ-ΧΓΙΙ in figuur 12, 20 Fig. 14 een doorsnede als in figuur 13, waarbij het meeneem element uit de meeneemstand scharniert;
Fig. 15 een aanzicht volgens figuur 6, waarbij het drijfelement vanuit de situatie weergegeven in figuur 12 verder in teruggaande richting bewogen is; 25 Fig. 16 een aanzicht volgens figuur 6, waarbij de keuze beugel naar een onwerkzame stand gezwenkt is;
Fig. 17 een perspectivisch aanzicht qp een derde uitvoeringsvorm van een platenspeler met stuurinrichting volgens de uitvinding; 30 35 8304334 - ---——- EHN 10.889 6
De in figuur 1 weergegeven platenspeler is voorzien van een gestel 1, waarop een draaitafel 2 door middel van een draai- tafelas 3 roteerbaar gelagerd is. De draaitafel 2 wordt door middel van een niet weergegeven centrale aandrijfmotor aangedreven.
5 Cp de bovenzijde van bet gestel 1 is verder een toonarm 4 aanwezig, j voorzien van een opneemelement 4a, bestemd cm door middel van een naald een op de draaitafel 2 gelegen plaat af te spelen. De toonarm 4 is in hoogterichting ten opzichte van het gestel 1 zwenkbaar om een horizontaal opgestelde zwenkas 4b en is verder in horizontale richting 10 zwenkbaar om een verticaal opgestelde zwenkas 4c (zie fig. 2).
Onder de arm 4 is een gekrcmd verlopende liftsteun 5 aanwezig, welke gelegen is op de bovenzijde van een liftas 6, die verschuifbaar geleid is in het gestel 1. De arm 4 is in een ruststand vastzetbaar door middel van een klem 7 welke aanwezig is cp een steun 8. Op het gestel 1 15 zijn verder een aantal bedientoetsen aanwezig, waaronder een diameter-selectortoets en een starttoets 10. De diameterselectortoets is cp niet weergegeven wijze tevens gekoppeld met een omschakeling van de aandrijving ten behoeve van de omschakeling van de aandrijf snelheid van de draaitafel 2 tussen 33 1/3 en 45 boeren per minuut.
20 Aan de onderzijde van het gestel 1 (zie figuur 2) is een met de draaitafelas 3 vastverbonden tandwiel 11 aanwezig alsmede een cm de rotatieas 12, die evenwijdig aan de as 3 gelegen is, over een cirkelboog van 360° roteerbare carmandoschijf 12, voorzien van een vertanding 13 die met het tandwiel 11 samenwerkt tijdens het van 25 en naar de draaitafel 2 geleiden van de toonarm 4 door middel van een verder te beschrijven stuurinrichting van de platenspeler volgens de uitvinding. In de ruststand en tijdens het afspelen van de plaat ligt het tandwiel 11 in een uitsparing 14 in de vertanding 13, zodat het tandwiel 11 de schijf 12 niet kan aandrijven. De ccrtmandoschijf 30 12 draagt een as 15, die evenwijdig gelegen is aan de draaitafelas 3, om welke as 15 een drijf element, gevormd door een drijfstang 16 scharnier-baar opgesteld is, zodanig dat door rotatie van de schijf 12 de stang 16 een heerren weergaande beweging kan maken. De stang 16 is nabij het van de as 15 afgekeerde einde voorzien van een geleidebaan 16a, waarin het 35 ondereinde van de liftas 6 gelegen is.
Verder is cp de commandoschijf 12 een cylindrische rand 17 aanwezig, voorzien van een cploopnok 18 en een holte 19. In deze holte 19 ligt in de ruststand volgens figuur 2 een haakdeel 20 van een 8304334 i_ i EHN 10.889 7 schakelbeugel^21, welke zwenkbaar is om een as 22, waarbij een veer 23 tracht de beugel 21 in de richting volgens de pijl A te zwenken, waardoor het haakdeel 20 stabiel in de holte ligt. Verder draagt de beugel 21 een electrische schakelaar 24, die door middel van draden 25 met de 5 aandrijfmotor verbonden is. In de ruststand volgens figuur 2 ligt de schakelaar aan tegen een nok 24a, die door de toonarm 4 gestuurd wordt, · waarbij de arm 4 in de ruststand via de nok 24a de schakelaar 24 geopend houdt en daarmee de aandrijfmotor uitgeschakeld houdt.
De ccranandoschijf 12 is tevens aan de ontrek voorzien van 10 een over een boog van ongeveer 150° uitstrekkende geleider and 26, welke een holte 27 omvat. Gezien volgens figuur 2 ligt een nok 28, welke aanwezig is op een keuzebeugel 29, in de holte 27. De beugel 29 is eveneens zwenkbaar cm de as 22, waarbij een veer 30 de beugel 29 in de richting volgens de pijl B tracht te verzwenken, zodat de nok 28 15 in de ruststand stabiel in de holte 27 ligt. De beugel 29 omvat verder twee positioneringsnokken 31 en 32 (zie figuur 3) voor het op nog te beschrijven wijze positioneren van de toonarm 4 tijdens het opzetten van de door het element 4a gedragen naald op een op de draaitafel 2 gelegen plaat.. Verder omvat de beugel 29 een nek 33 die in de positie 20 weergegeven in figuur 2 op korte afstand gelegen is van een aanslagnok 34 op een startbeugel 35. Hierbij ligt de nok 33 in deze positie recht tegenover de nok 34. De beugel 35 is zwenkbaar cm een as 36 en is door middel van een bedienstang 37 met de starttoets 10 verbonden.
De beugel 35 omvat verder een grendelhaak 38 die in de positie volgens 25 figuur 2 vrijligt van een rug 39 qp de schakelbeugel 21. Een veer 40 tracht de beugel in de richting volgens de pijl C cm de as 36 te verzwenken, waarbij in de weergegeven stand een niet weergegeven aanslag de verzinking van de beugel 35 begrenst.
De keuzebeugel 29 draagt aan een einddeel nabij de nok 30 28 een lip 41, welke samenwerken kan met een instalelement, gevormd door het einde van een bedienstang 42, die verbonden is met de toets 9.
De toonarm 4 is boven het gestel 1 zwenkbaar cm de as 4b verbonden met een toonarmdrager 43. De drager 43 omvat een cirkelvormige 35 schijf 43a (zie figuren 1 en 2), waarop een steun 43b aanwezig is.
De schijf 43a draagt tevens de nok 24a. De steun 43b omvat aan het van de schijf 43a afgekeerde einde een taats 44, welke door middel van een met het gestel 1 verbonden taatsbeugel afgesteund is. Eten niet weergegeven 8304334 PHN 10.889 8 lagering van de schijf 43 op het gestel 1 in combinatie met de taats 44 bepalen tezamen de zwenkas 4c van de toonarm 4. De beugel 45 is verder voorzien van een vast opgestelde terugstelnok 47.
Nabij het van de as 15 af gekeerde einde is op de drijfstang 5 16 een meeneemelement 48 schamierbaar gelagerd cm een as 52, welke as ongeveer evenwijdig aan de draaitafelas 3 gelegen is. Het element 48 is voorzien van een haakvomige meenemer 49 en van een nok 50, geleid in een sleuf 51, gelegen in de drijfstang 16. Een niet weergegeven klik-veer klikt telkens in één van twee niet weergegeven positioneringsholtes 10 in een wand van het element 48, zodat het element stabiel in twee standen gepositioneerd kan liggen. De meenemer 49 is in slechts één van de standen van het element 48 in de baan gelegen van een koppelelement 53 dat op de steun 43b van de drager 43 aanwezig is.
Verder is op de drager 43 een verende aanslag 54 aanwezig 15 voor het terugbewegen van de toonarm 4 naar de steun 8 door middel van een rand 55 pp de drijfstang 16.
Verdere onderdelen van de stuurinrichting van de platenspeler volgens de uitvinding komen Üjctem volgende werkingsbeschrijving aan de orde.
20 Allereerst wordt de klem 7 verwijderd van de toonarm 4, zodat de arm vrij op de steun 8 ligt. Door het vervolgens al of niet indrukken van de diameter selectortoets 9 wordt nu een keuze genaakt tussen het gewenste toerental van· de draaitafel 2 (33 1/3 c.q. 45 toeren per minuut) en de diameter van de af te spelen plaat (30 c.q. 17 cm).
25 Bij het vervolgens indrukken van de starttoets 10 vangt de startcyclus van de speler aan. De gang van zaken tijdens de startcyclus is als volgt; a) Door het al of niet indrukken van de toets 9 is de positie van het einde van de stang 42 bepaald.
30 b) De startbeugel 35 zwenkt door het indrukken van de toets 10 in richting tegengesteld aan de pijl C tegen de kracht van de veer 40 in, de grendelhaak 38 duwt tegen de beugel 21 en het vrije einde van de haak komt achter de rug 39 te liggen ter wederzijdse vergrendeling van zowel de beugel 21 als van de beugel 35. De beugel 21 wordt hierbij 35 in de richting tegengesteld in de pijl A tot in de vergrendelde stand ver zwenkt, waardoor het deel 20 uit de holte 19 treedt en de coirmando-schijf 12 nu vrij kan roteren. Door de ver zwenking van de beugel 21 is de schakelaar 24 vrijgekomen van de nok 24a qp de toonarm- 8304334 _. . __________________l * «.
EHN 10.889 9 drager 43, hetgeen tot gevolg heeft dat de motor start en de draaitafel 2 tezamen met de draaitafelas 3 en het tandwiel 11 gaat roteren, c) Op niet weergegeven wijze is tijdens het indrukken van de toets 10 door de startbeugel 35 de catmandoschijf 12 enigszins geroteerd in 5 de richting volgaas de pijl D zodat het tandwiel 11 met de vertanding 13 koppelt, waardoor de schijf aangedreven wordt en verder gaat roteren volgens de pijl D. Hierdoor wordt de beugel 29 met de ronde nok 28 uit de holte 27 geduwd, vervolgens loopt de nok 28 langs de rand 26, waarbij de beugel 29 zwenkt in de richting tegen de pijl B in.
10 d) De drijfstang 16 vangt nu aan met het meeneemelement 48 naar links volgens de pijl E te besregen (zie figuur 3), terwijl qp het einde van de rand 26 gekomen de nok 28 door de werking van de veren 30 terugbeweegt, waarbij de beugel 29 terugzwenkt in de richting volgens de pijl B (zie figuur 4). Hierbij wordt de beweging van de beugel 29 15 niet gehinderd door de aanslagnok 34 op de startbeugel 35 daar de nok 34 ten gevolge van de verzwenking van de beugel 35 zijdelings is komen te liggen van de nok 33 op de beugel 29. Nu kunnen een als haakvormig uitsteeksel uitgevoerde aanslag 56, welke gelegen is nabij het vrije einde van de beugel 29, alsmede het element 48 onderling kop-20 pelen. Ten gevolge van de beweging van de drijfstang 16 in de richting volgens de pijl E duwt tijdens het laatste deel van de slag van de stang 16 het element 48 tegen de aanslag 56, waarop het element scharniert om de as 52 volgens de pijl F en met de nok 50 een andere werkzame positie in de sleuf 51 inneemt. De beugel 29 is nu zover 25 gezwalkt in de richting volgens de pijl B, tot de lip 41 tegen het einde van de stang 42 gestoten is. Deze stand van de beugel 29 wordt aldus bepaald door de instelling van de toets 9.
e) Op het eind van de beweging van de drijfstang 16 is door de ver-zwenking van het element 48 de meenemer 49 achter het element 53 30 gekomen, waarop bij het terugbewegen van de stang 16 in de richting tegengesteld aan de pijl E de meenemer 49, de drager 43 en de toonarm 4 meeneemt. De arm 4 is inmiddels in de geheven stand aangekomen doordat de geleidebaan 16 aan de naar het gestel 1 gerichte zijde gerekend in een richting volgens de pijl E oploopt en de liftas 35 6 door de geleidebaan 16a op het eind van de beweging van de stang 16 geheven wordt.
f) Cp de drager 43 zit een stqpnok 57 (zie figuur 2), welke tijdens de beweging van de drager 43 in dit stadium van de starteyclus, afhankelijk --' 8304334 4 * l » Λ EHN 10.889 10 van de door de toets 9 bepaalde stand van de beugel 29, tegen één van de positioneringsnokken 31 respectievelijk 32 oploopt. Hierbij is de nok 31 werkzaam bij de instelling van de toets 9 voor een 30 cm diameter plaat respectievelijk de nok 32 bij de instelling voor èen 5 17 cra.diameterplaat. Aldus wordt nu de drager 43 gevangen tussen de haak 49 en de nok 31 respectievelijk 32, waardoor een goede positionering van de arm 4 boven de draaitafel verkregen wordt.
Cp deze wijze wordt de bewegende massa van de toonarm 4 effectief gestopt, terwijl tijdens de positionering van de toonarm 4 boven de 10 draaitafel op.de platenspeler uitgeoefende stoten of trillingen geen storende invloed op de ligging van de toonarm kunnen uitoefenen.
In figuur 5 is bij een instelling van de toets 9 voor een 30cm dia-meterplaat de positie weergegeven van de stopnok 57 tegen de positio-neringsnok 31.
15 g) Tijdens de beweging van de stang 16 blijft nu de nok 57 korte tijd tegen de nok 31 respectievelijk 32 aanliggen en kan het element 48 met de haak 49 van achter het element 53 wegglijden, zodat de haak 49' vrijkomt van het element 53. Direkt hierop loopt de nok 28 cp tegen het begin van de rand 26 en wordt de beugel 29 met de 20 nokken 31 en 32 weggezwenkt van de stopnok 57, waardoor de armdrager 43 en de arm 4 vrijgegeven worden. Cp dit manent ligt de arm 4 evenwel nog pp de liftsteun 5.
h) Een "verder bewegen van de stang 16 in de richting tegengesteld aan de pijl E veroorzaakt nabij het einde van de slag van de 25 stang 16 dat de terugstelnok 47 door de nok 50 wordt aangestoten.
Hierdoor doet de nok 47 het element 48 om de as 52 volledig terug-schamieren naar de onwerkzame uitgangspositie en komt het element 48 weer stabiel in de uitgangspositie volgens figuur 2 te liggen.
i) De beugel 21 loopt nu met het haakdeel 20 op tegen de oploqpnok 18, 30 de beugel zwenkt in de richting tegengesteld aan de pijl A en wordt hierdoor ontgrendeld van de grendelhaak 38. De beugel 35 beweegt onder invloed van de veer 40 terug in de richting volgens de pijl C naar de positie weergegeven in de figuur 2 en komt met de nok 34 weer recht tegenover de nok 33 op de beugel 29 te liggen.
35 j) Vervolgens beweegt de nok 28 opnieuw in de holte 27, komt het deel 20 in de holte 19 te liggen en roteert de schijf 12 de uitsparing 14 in de vertanding 13 tegenover het tandwiel 11, waardoor de schijf 12 stopt. Inmiddels is de liftas 6: van de toonarm 4 tijdens het einde van 8304334 EHN 10.889 11 de slag van de stang 16 tezamen met de steun 5 neerwaarts bewogen, waardoor de arm 4 naar de plaat qp de draaitafel bewogen is en kan ' vervolgens het af spelen ; aanvangen. Hierbij wordt de arm 4 niet meer gehinderd door het meeneemeleroent 48 of de keuzebeugel 29.
5 De stqpcyclus, welke kan aanvangen door het bewegen van de arm 4 in de richting van het centrum van de plaat, doch welke ook veroorzaakt kan zijn door het indrukken van een verdere bedientoets 58 (zie figuur 1), artvat de -volgende bewegingen van de stuurinrichting: a) De armdrager 43 wordt op het einde van de beweging van de toanarm 4 10 boven de plaat door middel van een stang 59 gekoppeld met de ccrrmando-schijf 12. Vervolgens worden de schijf 12 ten gevolge van deze koppeling enigszins geroteerd in de richting volgens de pijl D, komt het tandwiel 11 opnieuw in aangrijping met de vertanding 13 op de schijf 12 en doet het tandwiel 11 de schijf 12 verder roteren in 15 de richting volgens de pijl D. Deze rotatie kan op niet weergegeven wijze ook tot stand gebracht warden door het indrukken van de toets 58. Hierop vangt een beweging aan van de beugels 21 en 29 qp een wijze als hiervoor reeds beschreven bijcfe behandeling van de stand van de stuurinrichting weergegeven in figuur 3. Ten gevolge 20 van de beweging in de richting .van de pijl E van'de stang 16 vindt direkt na aanvang van de rotatie van de schijf 12 een heffen van de arm 4 plaats.
b) De rand 55 duwt nu tegen de aanslag 54, waarop de drager 43 terug-tewogen wordt en de toonarm 4 naar de steun 8 teruggevoerd wordt.
25 De beugel 29 wordt na het verlaten van de nok 28 van de rand 26 onder invloed van de werking van de veer 30 ver zwenkt om de as 22, waarop de beugel in een onwerkzame stand gepositioneerd wordt door het onderling aanliggen van de nokken 33 en 34. Hierbij is het van belang dat de nok 34 het einde van de startcyclus recht tegenover de nok 33 30 gepositioneerd ligt Aldus kan de beugel 29 tijdens de stqpcyclus door middel van de aanslag 56 niet de positionering van het element 48 beïnvloeden, waardoor bet element in de onwerkzame positie blijft liggen en waardoor de nokken 31 en 32 buiten de baan van de stqpnok 57 blijven. Nabij het eind van de teruggaande beweging van de stang 35 16 in een richting tegengesteld aan de pijl E volgt opnieuw een dalen van de toonarm 4 op de steun 8.
c) Bij het einde van de stqpcyclus doet zich opnieuw de situatie voor weergegeven in figuur 2, waarbij de schakelaar 24 op de beugel 21 qp- 8304334 EHN 10.889 12 i nieuw tegen de inmiddels gepositioneerde nok 42a op de drager 43 drukt, hetgeen tot gevolg heeft dat de aandrijfmotor stopt.
De hiervoor beschreven stuurinrichting voor het besturen van de toonarm 4 biedt het voordeel dat relatief weinig onderdelen 5 zijn benodigd, welke onderdelen een slechts geringe bouwhoogte bezitten, waardoor de platenspeler volgens de uitvinding in een betrëkkelijk lage behuizing gelegen kan zijn.
In de uitvoeringsvorm van de platenspeler weergegeven in de figuren 6 t/m 16 is een commandoschijf 60 aanwezig, welke in de stand 10 weergegeven in figuur 6 op niet weergegeven wijze gearrëteerd ligt, doch in de posities weergegeven in figuren 9, 10, 12, 15 en 16 roteert in de richting volgens de pijl P. De commandoschijf 60 is verbonden met een heen- en weerbeweegbare stang 61, welke schamierbaar verbonden is met een drijf element 62, uitgevoerd als een plaat met een naar de 0ΘΓ1 15 commandoschijf 60 gerichte zijde welke als sector van/cirkelboog uitgevoerd is. Het drijf element 62 is in deze uitvoeringsvorm zwenkbaar om de centrale vertikale zwenkas 4c van de toonarm 4/ welke in deze uitvoeringsvorm aangetracht is qp een toonarmdrager 63. De toonarmdrager 63 strékt zich zoals bij de toonarmdrager 43 in de eerste uitvoeringsvorm 20 van de bovenzijde van een niet weergegeven gestel van de platenspeler tot onder dit gestel uit. Qp een wijze als bij de eerste uitvoeringsvorm is ook in deze uitvoeringsvorm een lifts teun 5 aanwezig met een liftas 6. De liftas 6 kan worden gestuurd door middel van een geleide" baan 62a qp het drij felenent 6Z welke geleidebaan uitgevoerd is als een 25 schuin neerwaarts gebogen lip van het drijf element. De toonarmdrager omvat een arm 63a, waarop een stopnok 64 aanwezig is (zie ook fig. 8 en 13), welke qp een wijze als weergegeven in figuur 11 schamierbaar is on een ongeveer radiaal ten opzichte van de zwenkas 4c opgestelde schamieras. Het drijf element 62 is verder voorzien van een stift 65, 30 welke dient voor het naar de ruststand terugvoeren van de toonarm 4.
Op het niet weergegeven gestel is een keuzebeugel 66 om een zwenkas 67 zwenkbaar opgesteld. De keuzebeugel 66 omvat een puntvormig toelopend centraal gelegen bedieningsdeel 66a dat door een bedienings- deel 68a resp. 69a, behorende bij een veer belaste bedientoets 68 resp.
35 69,kan worden aangestoten. Zoals bijvoorbeeld weergegeven in figuur 9 heeft het indrukken van de bedientoets 68 tot gevolg dat de keuzebeugel de 66 om/zwenkas 67 zwenkt in de richting volgens de pijl Q, terwijl het indrukken van de andere bedientoets 69 tot gevolg heeft dat de keuze- 8304334 h. - ------- EHN 10.889 13 beugel 66 in een richting tegengesteld aan de pijl Q verzwenkt.
Op nog te beschrijven wijze volgt na het indrukken van de toets 68 het naar de draaitafel sturen van de toonarm 4 tot in een positie behorende bij een 30 cm diameter plaat. Zo volgt na het indrukken van de g bedientoets 69 het positioneren van de toonarm 4 boven het begin van een 17 cm diameter plaat.
De keuzebeugel 66 omvat een gekromd verlopend deel 66b, dat in deze stand door een begrenzingsvlak aan delxogvonnige onttrek van het drijf element 62 in twee ongeveer gelijke delen verdeeld wordt.
Het deel 66b van de keuzebeugel 66 omvat in de richting van de arm 63a een vlak verlopende lip 70, waarop gerekend vanaf het vrije einde allereerst een positioneringsnok 71 en daarop een positioneringsnok 72 aansluit. Hierbij ligt de positioneringsnok 71 aan de naar de toonarmdrager 63 gerichte zijde van het deel 66b, terwijl de positioner-15 ingsnok 72 aan de andere zijde van het deel 66b gelegen is. De positioneringsnokken kunnen zoals bij de positioneringsnokken 31 en 32 in de vorige uitvoeringsvorm opgesteld worden in de baan welke de stopnok 64 beschrijft tijdens het naar de draaitafel sturen van de toonarm 4..
20 In het deel 66b van de keuzebeugel 66 is verder een uit sparing 73 aanwezig welke gerékend vanaf de lip 70 in de richting van het andere vrije einde van de keuzebeugel in radiale afmeting ten opzichte van de zwenkas 4c toeneemt. De uitsparing 73 eindigt nabij twee onderling convergerende wanden 74a en 74b, waarbij de einden 25 van de wanden op onderling voldoende afstand gelegen zijn cm een met het drijf element 62 schamierbaar verbonden stift 75 (zie figuur 7) te kunnen doorlaten. Met het oog qp de situatie weergegeven in figuur 9 is de stift 75 schamierbaar cm een horizontale scharnier as 76 verbonden met het drijf element 62. In de positie weergegeven in figuur 6 ligt de stift 75 in een uitsparing 77 in de keuzebeugel 66.
wil
De uitsparing 77 is zodanig uitgevoerd dat het verstellen van de keuzebeugel 66 door het bedienen van een van de bedientoetsen 68 ongehinderd kan plaatsvinden.
Op het drijf element 62 is verder een meeneemelement 78 aan-35 wezig dat schamierbaar is cm een ongeveer radiaal ten opzichte van de zwenkas 4c gerichte schamieras 79, terwijl het meeneemelement 78 twee onderling loodrecht gerichte randen bezit, waartegen een bladveer 80 drukken kan. (¾) deze wijze kan het meeneemelement 78 in twee stabiele 8 3 0 4 3 3 4 _:- ---^ EHN 10.889 14 I r standen (vergelijk figuur 6 en figuur 13) gepositioneerd liggen. On in de positie als weergegeven in figuur 13 tijdens het meenemen van de toonarmdrager 63a een goede opsluiting van de toonarmdrager te kunnen verkrijgen is het meeneemelement 78 voorzien van een getrapt verlopende 5 aanslagrand 78a. Op een wijze als weergegeven in figuur 11 kan het meeneem-elonent 78 nabij het einde van de heengaande beweging van het drijf-element 62 tegen een aanslag 81 oplopen, welke qp niet weergegeven wijze met het gestel verbonden is.
De werking van de platenspeler met de stuurinrichting volgens 10 de tweede uitvoeringsvomris als volgt:
Nadat bijvoorbeeld de bedien toets 68 is ingedrukt wordt zoals reeds vermeld de keuzebeugel 66 in een richting volgens de pijl Q in figuur 9 ver zwenkt, waardoor de positioner ingsnok 71 in een werkzame stand gebracht wordt. Het indrukken van een niet weergegeven starttoets 15 heeft tot gevolg dat op een wijze als bij de eerste uitvoeringsvorm de ccnmandoschijf 60 gaat roteren in een richting volgens de pijl P, hetgeen tot gevolg heeft dat het drijf element 62 aanvangt te verzwenken cm de zwenkas 4c in een richting volgens de pijl R in figuur 9. Dit heeft tot gevolg dat de liftsteun 5 omhoog bewogen wordt en de toonarm 4 van de steun 20 8 (fig. 1) geheven wordt. Het verzwenken van het drijf element 62 heeft verder tot gevolg dat de stift 75 uit de uitsparing 77 beweegt, waarbij de scharnierende opstelling van de stift 75 als weergegeven in figuur 9 het mogelijk maakt dat de stift horizontaal gescharnierd wordt bij het verlaten van de uitsparing 77 en vervolgens bij het bereiken van de uit-25 sparing 73 (fig. 10) onder invloed van een niet weergegeven veer terug-geschamierd wordt naar de vertikale stand. Bij doorgaande beweging van het drijf element 62 in de richting volgens de pijl R kcmt het meeneemelement:-78 rechts van de nok 71 zijdelings van de lip 70 te liggen, waarop het element oploopt tegen de aanslag 81, hetgeen geschiedt als weer-30 gegeven in fig. 11 nabij het einde van de heenwaartse beweging van het drijf element. Het is hierbij van belang dat de stopnok 64 de nok 71 kan passeren. Dit is mogelijk door de scharnierende bevestiging van de nok 64 aan de arm 63a. Door het oplopen tegen de aanslag 81 wordt het meeneemelement 78 vanuit de onwerkzame stand naar de meeneemstand ge-35 schamierd. Tijdens de nu volgende teruggaande van het drijfelement 62, weergegeven door de pijl S in figuur 12, beweegt de stift 75 door de uitsparing 73, waarbij de keuzebeugel 66 de vóór het indrukken van de toets 68 bepaalde stand behoudt. Tijdens dit terugbewegen van ' 8304334 PHN 10.889 14a het drijf element 62 duwt het meeneemelement 78 tegen een kqppelelement _ 63b, gevormd door een ongebogen rand van de 5 10 15 20 25 30 ---- 35 8304334 PEN 10.889 15 arm 63a, behorende bij de toonarmdrager 63. Hierdoor neemt tijdens dit deel van de beweging van het drijf element 62 het meeneemelement 78 de toonarmdrager 63 en de daarmede toonarm 4: mee in de richting van de draaitafel 2 (fig. 1) . Door het getrapt profiel 78a S van het meeneemelement 78 drukt het element 78 tevens tegen de stopnok 64 qp de arm 63a. Hierop voedt de situatie weergegeven in figuren 12 en 13 bereikt, waarbij de stopnok 64 oploopt tegen de positioneringsnok 71, waarbij de arm gepositioneerd ligt boven de draaitafel in de positiè bestemd voor het aanvangen van het afspelen 10 van 30 cm diameter plaat. Op een wijze als in de voorgaande uitvoeringsvorm ligt qp dit moment de toonarm 4 stabiel gepostioneerd, terwijl, ten gevolge van de aanwezigheid van geleidebaan 62a de arm nog steeds geheven is. Door voortgaande beweging van het drijf element 62 in de richting volgens de pijl S gaat nu het meeneemelement 78 scharnieren 15 in de richting vrlgens de pijl T in figuur 14, waarbij het meeneemr element uit de meeieemstand gescharnierd wordt naar de in actieve stand als weergegeven in figuur 15. Ten· gevolge van de bladveer 80 ligt het meeneemelement in deze stand opnieuw stabiel gepetitioneerd. Op dit moment ligt de stopnok 64 nog steeds aan tegen de positioneringsnok 20 71 qp de keuzebeugel 66. Verdere rotatie van de conmandoschijf 60 naar de positie weergegeven in figuur 16 heeft tot gevolg dat de stift 75 tussen de onderling convergerende wanden 74a en 74b komt te lopen en de stift 75 nabij het einde van de teruggaande beweging van het drijf-element 62 de keuzebeugel 66 naar de middenstand terugzwenkt in een 25 richting tegengesteld aan de pijl Q. Het gevolg hiervan is dat de stqp-nok 64 vrijkomt van de positioneringsnok 71, terwijl de liftas 6 door de geleidebaan 62a in neerwaarts te richting gestuurd wordt, waardoor de arm 4 in neerwaarts te richting naar de draaitafel zakt. Cp dit moment is de· stift 75 opnieuw in de uitsparing 77 aan-3Q gekomen en neemt de positie in als weergegeven in figuur 6, terwijl de schijf 60 op een wijze als bij de eerste uitvoeringsvorm tot stilstand wordt gebracht door ontkoppeling van een niet weergegeven aandrijfwiel. Het af spelen van de plaat kan nu aanvangen. Hierbij wordt de armdrager 63 met stopnok 64 niet gehinderd door de positionerings-35 nokken 71 en 72, daar de keuzebeugel 66 door de werking van de stift 75 in de middenstand geplaatst is.
Bij het bereiken van het plaateinde c.q. door het bedienen van de bedien toets 58 (fig. 1) wordt de conmandoschijf 8304334
----------J
* PHN 10.889 16 60 opnieuw gestart, waarbij de ccmnandoschijf wederom aanvangt in de richting volgens de pijl P te roteren. Nu vangt het drijf element 62 opnieuw aan te verzwenken cm de as 4c in de richting volgens de pijl R, waarbij de armsteun 5 opnieuw geheven wordt en daarmee ode de toonarm 4 5 geheven wordt. Voor het terugvoeren van de toonarm 4 van de draaitafel af naar de steun 8 dient hierbij de stift 65 op het drijf element 62, waarbij de stift 65 de arm 63a terug duwt. Hierbij is het van voordeel dat ook indien qp dit moment dé keuzebeugel 66 door opnieuw bedienen van de bedien toets 68 gepositioneerd wordt, toch de stift 75 vanwage de 10 scharnierende opstelling in de uitsparing 73 kan bewegen (vergelijk fig. 9). Verder is het hierbij van belang dat de stopnok 64 de positi-oneringsnok 71 kan passeren daar, zoals weergegeven in fig. 11, de stopnok scharnieren kan ten opzichte van de arm 63a. Gedurende het terugbewegen kan het meeneemelenent 78 geen invloed uitoefenen op de armdrager 63 15 daar nog steeds het meeneemelement ander het deel 66b van de keuzebeugel 66 gelegen is. Pas nabij het eind van de beweging zoals weergegeven in figuur 11 stoot het meeneemelement opnieuw tegen de aanslag 81. Indien -de toets 68 ingedrukt is scharniert het meeneemelement vanuit de inactieve naar de meeneemstand terug, waarbij dan een opnieuw naar de draaitafel 20 voeren van de toenarm 4 kan aanvangen. Indien evenwel de keuzebeugel 66 door niet bedienen van de bedientoets 68 op dit moment nog steeds in de middenstand gelegen is, glijdt het meeneemelement langs de onderzijde van de lip 70, hetgeen tot gevolg heeft dat het meeneemelement, na door de aanslag 81 te zijn gescharnierd naar de meeneemstand, direkt 25 bij terugbewegen van het drijfelement 62 oploopt tegen het vrije einde van de lip 70, waardoor het meeneemelement 78 direkt terugschamiert naar de in-actieve stand, hetgeen tot gevolg heeft dat bij terugzwenken van het drijfelement 62 het meeneemelement niet de positie van het kcppelelement 63b op de arm 63a van de armdrager 63 kan beïnvloeden.
30 Hierdoor blijft in dit geval de arm 4 op de steun 8 liggen en vindt geen herhaald af spelen van de plaat plaats.
In de uitvoeringsvorm weergegeven in figuur 17 is een variant op de voorgaande uitvoeringsvonnweergegeven, waarbij een drijfelement 82 door middel van een niet weergegeven ccmmandoschijf wordt aangedreven via 35 een stang 83. Ook het drijfelement 82 is op een wijze als bij het drijfelement 62 zwenkbaar cm de zwenkas 4c van een toonarmdrager 84, waarbij een geleidebaan 82a aanwezig is voor het qp en neer laten bewegen van een lift-as 6 en een daarmee verbonden liftsteun 5. Verder is qp overeenkomstige 8304334 5 ! PHN 10.889 . 16a Λ wijze de arrndrager 84 voorzien van een arm 84a met daarop een schamierbare stopnok 85, alsmede een koppelelement 84b. Verder is qp overeenkomstige wijze een scharnierbaar opgestelde 10 15 20 25 30 35
...........J
8304334 EHN 10.889 17 'i i .,} t stift 86 aanwezig, terwijl tevens een meeneemelement 87 scharnierbaar met het drijf element 82 verbonden is. Op het niet weergegeven gestel is zwankhaar cm een as 88 een keuzebeugel 89 aanwezig , welke voorzien is van een drietal positioneringsnokken 90, 91 en 92, terwijl verder 5 de keuzebeugel 89 nabij het vrije einde een lip 93 omvat. Ter instelling van de plaatdiameter zijn een drietal bedientoetsen 94, 95 en 96 aanwezig, welke bestemd/^roor het positioneren van de arm boven een 17 cm. resp. 25 cm. resp. 30 cm. plaat. Deze bedientoetsen zijn nabij de einden voorzien van bedieningselementen 94a, 95a, 96a, welke op een verschillen-10 de radiale afstand ten opzichte van de zwenkas 88 gelegen zijn ai welke door het indrukken van de betreffaide toets een verschillende ver-zwenking van de keuzebeugel 89 opleveren. Hierdoor wordt op een wijze zoals in de vorige uitvoeringsvorm telkens één der positioneringsnokken 90, 91 resp. 92 in de baan van de stqpnok 85 gebracht. Het meenemen van 15 de arm 84a geschiedt weer nadat ook in deze uitvoeringsvorm het meeneem-elsnent 87 omgesteld is naar de meeneemstand door het oplopen tegen een aanslag 90 op het einde van de heengaande beweging van het drijf element 82. Bij de teruggaande beweging neemt vervolgens het meeneemelement 87 via het koppelelement 84b de arm 84a mee, waarbij ook in deze uit-20 voeringsvorm een stabiele inklemning tijdens de opzetstand boven de plaat van de toonarm 4 bereikt wordt. Een verdere teruggaande beweging van het drijf element 82 heeft tot gevolg dat ook in deze uitvoeringsvorm het meeneemelement 87 wegschamiert naar de inacti|^e stand, terwijl daaropvolgend de stift 86 langs een schuine rand/van de keuzebeugel 25 87 verloopt en daarbij de keuzebeugel doet terugzwenken cm de as 88, waardoor de uitgangsstand van de keuzebeugel bereikt wordt. Dit heeft weer tot gevolg dat bij het terugbewegen van de arm 84a door middel van een niet weergegeven stift het meeneemelement 87 onder de lip 93 kan blijven lopen en geen opnieuw activeren van het meeneemelement 87 30 kan volgen indien geen toets 94, 95 of 96 ingedrukt is. Opgemerkt wordt dat in figuur 17 de toets 94 voor het instellen boven een 17 cm. dia-is meter plaat/ingedrukt. De weergegeven constructie maakt het mogelijk de stuurinrichting volgens de uitvinding toe te passen voor het positioneren van de toonarm 4 in een drietal standen boven de draaitafel.
35 De beide uitvoeringsvormen van de platenspeler, weergegeven in de figuren 6 tot en met 16 en 17, bieden ook de voordelen van de eerste uitvoeringsvorm, nl. de relatief geringe hoeveelheid onderdelen en de lage bouwhoogte van de stuurinrichting.
8304334

Claims (7)

1. Platenspeler met een stuurinrichting voor de toonarm , welke stuurinrichting een door een motor roterend aandrijfbare commandoschijf omvat, verbanden met een heen beweegbaar drijf element, waarmee nabij het van de ccnmandoschijf af gekeerde einde een meeneem- c element scharnier baar verbonden is, dat bestemd is voor het naar de draaitafel sturen van de tocnarm en dat hiertoe met een op een toonarm-drager aanwezig koppelelement koppelbaar is, waarbij een van ten minste twee positioneringsnokken voorziene, zwenkbare keuzebeugel aanwezig is, welke door middel van een eerste respectievelijke tweede positionerings-10 nok een aanslag vormt voor de beweging van een met de toonarm gekoppelde stopnok, teneinde de toonarm in een eerste respectievelijk tweede positie boven de draaitafel te positioneren, met het kenmerk, dat - de stopnok op de toonarmdrager aanwezig is, - het meeneemelement scharnier baar is tussen twee stabiele standen, 15 tijdens de heengaande beweging van het drijf element in een eerste, onwerkzame stand gelegen is en tijdens althans een deel van de teruggaande beweging van het drijf element in een tweede, meeneemstand gelegen is en uitsluitend in'deze stand ter sturing van de toonarm met het koppelelement koppelbaar is, 20 - een aanslag aanwezig is, waartegen het meeneemelement nabij het einde van de heengaande beweging van het drijf element oploopt, teneinde naar de tweede stand gescharnierd te worden, - het meeneemelement tijdens de teruggaande beweging van het drijf-element na oplopen van de stopnok pp de toonarmdrager tegen één der 25 positioner ingsnokken op de keuzebeugel uit de tweede stand weg- schamiert en daardoor ontkoppelt van het koppelelement op de toonarmdrager, - de keuzebeugel na ontkoppeling van het meeneemelement van het kqppel-deel door de commandoschijf uit de baan van de stopnok op de toonarmr 30 drager waggezwankt wordt.
2. Platenspeler volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de keuzebeugel tijdens de ontkoppeling van het meeneemelement en het koppelelement onder veerkracht door een in twee standen instelbaar instel-element gepositioneerd ligt, waarbij de eerste respectievelijk tweede 35 positioneringsnok in een werkzame stand gelegen is.
3. Platenspeler volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de aanslag voor het meeneemelement op de keuzebeugel aanwezig is en door verzwenking van de keuzebeugel tussen een werkzame en een on- 8304334 % 5 * PBN 10.889 19 « werkzame stand brengbaar is.
4. Platenspeler volgens conclusie, met het kenmerk dat de aanslag voor het meeneemelement door een haakvarmig uitsteeksel nabij het vrije einde van de keuzebeugel gevormd wordt.
5 5. Platenspeler volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het meeneenelement tijdens de teruggaande beweging van het drijf element na ontkoppeling van het koppeldeel tegen een vast opgestelde terugstelnok oploopt, waardoor het meeneenelement naar de eerste stand scharniert. 10
6. Platenspeler volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat een veerbelaste, zwenkbare startbeugel aanwezig is, voorzien van een aanslagnok, welke tijdens het naar de draaitafel sturen van de toonarm in een onwerkzame stand gelegen is en tijdens het van de draaitafel af sturen van de toonarm in een werkzame stand aanligt tegen 15 een aanslagnok op de keuzebeugel, waardoor de keuzebeugel in een ver-zwenkte stand gepositioneerd ligt en de positioneringsnokken en de aanslag voor het meeneemelement op de keuzebeugel in de onwerkzame stand buiten de baan van de stqpnck respectievelijk van het meeneemelement gelegen zijn. 2o
7. Platenspeler volgens conclusie 6, met het kenmerk dat de startbeugel met een haak tijdens het naar de draaitafel sturen van de toonarm in de onwerkzame stand van de aanslagnok achter een rug op een zwenkbare schakelbeugel vergrendeld ligt, welke schakelbeugel onder invloed van de ccmmandoschijf na positionering van de toonarm boven 25 de draaitafel de startbeugel ontgrendelt. 30 8304334 35
NL8304334A 1983-12-16 1983-12-16 Platenspeler met een stuurinrichting voor de toonarm. NL8304334A (nl)

Priority Applications (9)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8304334A NL8304334A (nl) 1983-12-16 1983-12-16 Platenspeler met een stuurinrichting voor de toonarm.
DE8484201832T DE3470436D1 (en) 1983-12-16 1984-12-11 Record player comprising a control device for the pick-up arm
EP84201832A EP0146189B1 (en) 1983-12-16 1984-12-11 Record player comprising a control device for the pick-up arm
CA000470052A CA1225337A (en) 1983-12-16 1984-12-13 Record player comprising a control device for the pick-up arm
JP1984190742U JPS60116601U (ja) 1983-12-16 1984-12-15 レコードプレーヤ
KR1019840008009A KR850004847A (ko) 1983-12-16 1984-12-15 픽업암용 제어장치 구비형 레코드 플레이어
US06/926,852 US4701903A (en) 1983-12-16 1986-11-03 Automatic record player pick-up arm control device having minimal height
SG516/90A SG51690G (en) 1983-12-16 1990-07-04 Record player comprising a control device for the pick-up arm
HK834/91A HK83491A (en) 1983-12-16 1991-10-24 Record player comprising a control device for the pick-up arm

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8304334A NL8304334A (nl) 1983-12-16 1983-12-16 Platenspeler met een stuurinrichting voor de toonarm.
NL8304334 1983-12-16

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8304334A true NL8304334A (nl) 1985-07-16

Family

ID=19842884

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8304334A NL8304334A (nl) 1983-12-16 1983-12-16 Platenspeler met een stuurinrichting voor de toonarm.

Country Status (9)

Country Link
US (1) US4701903A (nl)
EP (1) EP0146189B1 (nl)
JP (1) JPS60116601U (nl)
KR (1) KR850004847A (nl)
CA (1) CA1225337A (nl)
DE (1) DE3470436D1 (nl)
HK (1) HK83491A (nl)
NL (1) NL8304334A (nl)
SG (1) SG51690G (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL8600508A (nl) * 1986-02-28 1987-09-16 Philips Nv Platenspeler.

Family Cites Families (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CH250693A (fr) * 1946-03-21 1947-09-15 Paillard & Cie Sae Dispositif de commande des déplacements du bras porte-pick-up d'une machine parlante.
US2752159A (en) * 1951-01-23 1956-06-26 Paillard Sa Talking machine with disc changing device
US3129007A (en) * 1961-03-09 1964-04-14 Philips Corp Phonograph pick-up arm control
DE1203486B (de) * 1964-09-17 1965-10-21 Emt Geraetewerk W Franz K G Selbsttaetige Tonarmeinstellvorrichtung fuer ein Schallplattenabspielgeraet
GB1150714A (en) * 1965-05-20 1969-04-30 Victor Company Of Japan Pick-Up Arm Control Mechanism in an Automatic Record Player
US3549153A (en) * 1967-03-29 1970-12-22 Matsushita Electric Ind Co Ltd Auto-changer
US3697087A (en) * 1968-11-13 1972-10-10 Pioneer Electronic Corp Automatic record player
JPS4919206A (nl) * 1972-06-15 1974-02-20
JPS5858441B2 (ja) * 1975-11-10 1983-12-26 アビテックス・フアイバ−ス・インコ−ポレ−テッド 高流体保持性レ−ヨン繊維
US4346465A (en) * 1977-07-05 1982-08-24 James T. Dennis Automatic record player
US4356561A (en) * 1979-03-27 1982-10-26 Pioneer Electronic Corporation Control apparatus in automatic audio disc player
NL8000860A (nl) * 1980-02-12 1981-09-01 Philips Nv Platenspeler.

Also Published As

Publication number Publication date
JPS60116601U (ja) 1985-08-07
CA1225337A (en) 1987-08-11
EP0146189A2 (en) 1985-06-26
KR850004847A (ko) 1985-07-27
SG51690G (en) 1990-08-31
US4701903A (en) 1987-10-20
HK83491A (en) 1991-11-01
EP0146189B1 (en) 1988-04-13
EP0146189A3 (en) 1985-07-31
DE3470436D1 (en) 1988-05-19

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4523306A (en) Record loading apparatus for a slot type record player
US4098512A (en) Phonograph record player
US4862445A (en) Disk setting mechanism for a disk player
US3622163A (en) Phonograph record player
NL8304334A (nl) Platenspeler met een stuurinrichting voor de toonarm.
US2453123A (en) Intermittent operating mechanism
US2723859A (en) Manually operable repeating mechanism for a phonograph
US4150832A (en) Mechanism for causing returning movement of tone arm of toy phonograph
JPS61217960A (ja) ジスクレコードプレーヤ
EP0237096B1 (en) Record player
US4788676A (en) Record player
US4453244A (en) Record player with spring-assisted pick-up arm return
NL8000860A (nl) Platenspeler.
US4376305A (en) Automatic record player
JPH021721Y2 (nl)
US4082290A (en) Automatic record player mechanism for turntable speed and pick-up arm position adjustment
US4046385A (en) Record players
US2775459A (en) Phonographs having record changing mechanism
JPH0648561Y2 (ja) 簡易蓄音機
KR920002938B1 (ko) 여러개 녹음홈을 가지는 레코오드 음반을 위한 음향 재생기
JP2759694B2 (ja) カセット式テーププレーヤ
JPS593401Y2 (ja) 自動レコ−ドプレ−ヤまたはレコ−ドチェンジャにおけるタ−ンテ−ブル速度とピックアップア−ムの降下位置の連動調整装置
JPH0411358A (ja) ショック始動式レコード再生装置
JPH0320826B2 (nl)
JPS6245334Y2 (nl)

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed