NL8303105A - Inrichting voor het afsluiten van de stootvoeg tussen gootvormige delen. - Google Patents

Inrichting voor het afsluiten van de stootvoeg tussen gootvormige delen. Download PDF

Info

Publication number
NL8303105A
NL8303105A NL8303105A NL8303105A NL8303105A NL 8303105 A NL8303105 A NL 8303105A NL 8303105 A NL8303105 A NL 8303105A NL 8303105 A NL8303105 A NL 8303105A NL 8303105 A NL8303105 A NL 8303105A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
shaped
gutter
joint
cover element
lip
Prior art date
Application number
NL8303105A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Multinorm Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Multinorm Bv filed Critical Multinorm Bv
Priority to NL8303105A priority Critical patent/NL8303105A/nl
Publication of NL8303105A publication Critical patent/NL8303105A/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04DROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
    • E04D13/00Special arrangements or devices in connection with roof coverings; Protection against birds; Roof drainage; Sky-lights
    • E04D13/04Roof drainage; Drainage fittings in flat roofs, balconies or the like
    • E04D13/064Gutters
    • E04D13/0641Gutter ends
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04DROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
    • E04D13/00Special arrangements or devices in connection with roof coverings; Protection against birds; Roof drainage; Sky-lights
    • E04D13/04Roof drainage; Drainage fittings in flat roofs, balconies or the like
    • E04D13/064Gutters
    • E04D13/068Means for fastening gutter parts together
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B2/00Friction-grip releasable fastenings
    • F16B2/02Clamps, i.e. with gripping action effected by positive means other than the inherent resistance to deformation of the material of the fastening
    • F16B2/14Clamps, i.e. with gripping action effected by positive means other than the inherent resistance to deformation of the material of the fastening using wedges
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B5/00Joining sheets or plates, e.g. panels, to one another or to strips or bars parallel to them
    • F16B5/0004Joining sheets, plates or panels in abutting relationship

Description

V
*. * ✓
Hw/Mv/428 Multinorm
Inrichting voor het afsluiten van de stootvoeg tussen gootvormige delen
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het afsluiten van de stootvoeg tussen geprefabriceerde gootvormige delen van een hemelwater-afvoerinstalla-tie, welke inrichting in hoofdzaak bestaat uit een de voeg 5 aan de buitenzijde van de gootdelen bedekkend element en één of meer op de binnenzijde van de gootdelen afsteunende, aan het dekelement verbindbare bevestigingsorganen.
Bij de bekende inrichtingen van bovengenoemde soort is het gebruikelijk om de bevestigingsorganen met hulp-10 gereedschap, zoals bijvoorbeeld een schroevedraaier, aan te brengen, hetgeen vakmanschap vereist omdat de voegverbinding naast een goede blijvende afsluiting tevens de noodzakelijke bewegingsvrijheid van de gootdelen ten opzichte van elkaar moet waarborgen. Immers is door temperatuurverschillen een 15 uitzetting of krimp van de gootdelen noodzakelijk, welke vormverandering geen nadelige invloed op de voegverbinding mag hebben.
De uitvinding beoogt een inrichting te verschaffen, waarmee geen apart hulpgereedschap noodzakelijk is, 20 zodat het monteren aanzienlijk wordt vereenvoudigd.
De inrichting volgens de uitvinding onderscheidt zich doordat het dekelement is voorzien van één of meer door de voeg steekbare stompen met uitkragend kopdeel, waarbij elk bevestigingsorgaan is uitgevoerd met een de stomp 25opnemende uitsparing, en in die sparing uitstekende, onder de uitkragende kop voerbare lipvormige delen.
Dankzij de door de uitvinding voorgestelde maatregelen is de montage thans door middel van zeer eenvoudige handelingen uit te voeren en wordt het aantal onderdelen 30verminderd. Het verbindingsorgaan behoeft slechts met de lipvormige delen onder het uitkragende kopdeel te worden geschoven, waardoor de verbinding tot stand wordt gebracht.
8303105 * · -2-
Het verdient de voorkeur om de verbinding een zekere voorspanning te geven waardoor vormveranderingen in de toekomst kunnen worden opgevangen. Deze voorspanning kan tot stand worden gebracht door het uitkragende kopdeel en/of de 5 Xipvormige uitsteeksels van oploopvlakken te voorzien.
In een uitvoeringsvorm heeft het dekelement een naar de goot gerichte opstaande randstrook, waardoor een bakvormig dekelement ontstaat en een tussenruimte tussen de buitenwand van elk gootdeel en het dekelement wordt verkre-10 gen. Hierin kan een afdichtmiddel, bijvoorbeeld rubber plak-stroken, worden aangebracht, welke een langdurige sluitende verbinding waarborgen.
Teneinde een vervorming van de eindranden van de gootvormige elementen te vermijden verdient het verder de 15 voorkeur om het verbindingselement een lengte te geven, welke tenminste overeenkomt met de breedte van het dekelement. Zodoende wordt de aandrukkracht van het gootvormig element op de randstrook van het dekelement gebracht, zodat geen extra belasting op het einddeel'van de goot ontstaat en'daardoor 20 geen vormverandering. Hiermee wordt tevens een blijvende schuifbeweging tussen dekelement en gootvormig deel gewaarborgd.
Teneinde de eindrand van elk gootvormig deel een extra schuifondersteuning te geven, verdient het de voor-25 keur om bij de of elke stomp een oplegvlak aan te brengen.
De uitvinding heeft voorts betrekking op een inrichting voor het afsluiten van het eindvlak van een gootvormig deel, welke inrichting in hoofdzaak bestaat uit een de dwarsdoorsnede van het gootvormig deel vullende dwarswand. De 30 inrichting onderscheidt zich hierbij doordat langs de rand van de dwarswand een dubbele flens is aangebracht voor het opnemen van de eindrand van het gootvormig deel, waarbij op twee of meer plaatsen de flenzen ten opzichte van elkaar zijn verwijd, in welke verwijding een klemmiddel is aangebracht.
35 Dankzij dit vooraf aangebracht klemmiddel is ook hier geen hulpgereedschap noodzakelijk om de eindwand aan de gootvormige delen te bevestigen.
0 u o i 0 ö • * -3-
Volgens de uitvinding is het klemmiddel bij voorkeur uitgevoerd als een U-vormig element van flexibel materiaal dat is voorzien van tandvormige hechtingsorganen.
Deze hechtingsorganen voorkomen een loswerken van de eindwand 5 ten opzichte van het gootvormige deel.
De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de hieronderstaande figuurbeschrijving van een aantal uitvoeringsvoorbeelden.
In de tekening toont: 10 Pig. 1 een perspektivisch bovenaanzicht van een voegverbinding tussen twee in eikaars verlengde liggende gootvormige delen/
Pig. 2 een perspektivisch bovenaanzicht van een verbindingsorgaan volgens een eerste uitvoeringsvorm/ 15 Fig. 3 een perspektivisch bovenaanzicht van het verbindingsorgaan volgens fig. 2 in gemonteerde toestand,
Fig. 4 een perspektivisch bovenaanzicht van een deel van de voegverbinding met behulp van een verbindingsorgaan volgens een tweede uitvoeringsvorm^ 20 Fig. 5 een perspektivisch bovenaanzicht van een derde uitvoeringsvorm van een voegverbinding met draaibaar verbindingsorgaan,
Fig. 6 een perspektivisch vooraanzicht van een eindwand voor een gootvormig element volgens de uitvinding, 25 Fig. 7 een in de eindwand uit fig. 6 toepas baar klemelement.
In de fig. 1 t/m 3 is een eerste uitvoeringsvorm van een voegverbinding getoond, in welke figuren het cijfer 1 telkens een gootvormig element aangeeft. De gootvor-30 mig elementen 1 kunnen van willekeurige vorm zijn en zijn gewoonlijk langwerpige goten met een bepaalde standaardlengte. Voor gebruik kan deze lengte worden afgekort tot de gewenste afmeting. Het gootvormig element 1 kan echter ook een hoekelement zijn, waarbij een hoek in de dakrand kan worden 35 gevolgd.
De gootvormige elementen 1 moeten bij de voeg onderling worden verbonden en wel zodanig dat een axiale verschuiving ten gevolge van uitzetting respectievelijk krimp 0 -J J i 'J ó -4- * toelaatbaar is en tevens dat het hemelwater niet door de voeg naar buiten weglekt.
Daartoe is rond de voeg aan de onderzijde een afdekelement 2 aangebracht, waarvan de dwarsdoorsnede nage-5 noeg gelijkvormig is met die van het gootvorraig element 1.
De breedte b van het dekelement 2 moet voldoende zijn om met behulp van tussen het dekelement 2 en de buitenzijde van het gootvormig element 1 aangebrachte plak-stroken 3 een goede afsluiting te waarbogen. De plakstroken 3 10 zijn van een rubbersoort en zodanig flexibel dat met de beweging tussen gootvormig element 1 en dekelement 2 kan worden meevervormd om de afdichting te handhaven. De plakstroken vallen verder buiten het kader van de uitvinding.
Teneinde het dekelement 2 blijvend aan de 15 gootvormige delen 1 te bevestigen is het element 2 aan de binnenzijde voorzien van tussen de voeg 4 steekbare stompen 5, welke elk zijn voorzien van een uitkragend kopdeel 6. Aan deze stompen is een verbindingsorgaan 7 te koppelen, waarvan ’· de vorm en afmeting verschillende vormen kunnen hebben, het-20 geen hieronder nader wordt toegelicht aan de hand van de volgende figuren. Het verbindingsorgaan 7 in fig. 1 komt overeen met die getoond in detail in de fig. 2 en 3.
Het verbindingsorgaan 7 bestaat in hoofdzaak uit een tweetal parallelle langswanden 8 die aan de einden 25 onderling gekoppeld zijn door een gebogen koppelstuk 9. Hiermee wordt een sparing 10 tussen de langswanden 8 tot stand gebracht. In deze sparing 10 steken naar binnen toe twee lip-vormige delen 11 uit, welke naar rechts overgaan in een vul-lichaam 12 van willekeurige vorm. De lipvormige uitsteeksels 30 11 lopen in de van het vullichaam afgekeerde zijde spits toe, zodanig dat een oploopvlak 13 wordt gevormd dat overloopt in het oplegvlak van de lipvormige uitsteeksels 11. De afmeting van de uitsparing 10 is zodanig dat het kraagvormig deel 6 van de stomp 5 van het dekelement 2 daardoorheen te voeren 35 is, waarbij het kraagvormig kopdeel 6 in de gemonteerde toestand rust op het vlak 14 van het lipvormige uitstekende deel 11.
Het verbindingsorgaan 7 is nabij de gebogen Q z c\ ·1 Π s Q -,j i J *; -5- # % koppeldelen 9 uitgevoerd met een verlaagd voetdeel 15- Hierbij zij opgemerkt dat de lengte van het verbindingsorgaan 7, dat wil zeggen de afstand tussen de koppeldelen 9 nagenoeg gelijk is aan de breedte b van het dekelement 2.
5 r>e montage van het dekelement 2 met behulp van de verbindingsorganen 7 vindt als volgt plaats.
Na het aanbrengen van de gootvormige delen 1 aan de dakrand, kan de voeg 4 daartussen worden afgesloten door het van onder af aandrukken van het dekelement 2, waarin 10 vooraf de plakstroken 3 zijn aangebracht. Bij deze handeling dient ervoor te worden gezorgd dat de stompen 5 tussen de voeg 4 van de gootvormige delen heen steken, waarna het verbindingsorgaan 7 met de sparing 10 over het uitkragende kop-deel 6 kan worden neergelegd. Door het verschuiven van het 15 verbindingsorgaan in de richting van de pijl P1, zie fig. 1, komt het uitkragende deel 6 tenslotte op het vlak 14 van het lipvormige deel 11 te rusten. De afmeting kan hierbij zodanig zijn dat er een zekere voorspanning ontstaat, dat wil zeggen dat het verbindingsorgaan 7 als een brug tussen de verlaagde 20 voetdelen 15 wordt doorgebogen. Bij het monteren wordt het doorschuiven van het verbindingsorgaan 7 vergemakkelijkt doordat het kraagvormige kopdeel 6 eerst op het oploopvlak 13 rust en vervolgens geleidelijk op het vlak 14. Dankzij de met de breedte b van het dekelement 2 overeenkomende afstand tus-25 sen voeten 15 zal geen extra buigbelasting op de vrije eind-rand van de gootvormige delen ontstaan, hetgeen een blijvende schuifbaarheid waarborgt. Dit speelt vooral een rol indien het dekelement 2 is uitgevoerd met opstaande randstroken 16, zie fig. 1, welke de plakstroken 3 zijdelings beschermen.
30 Deze randstroken 16 ondersteunen de buitenzijden van de gootvormige delen 1, hetgeen de schuifbaarheid verbetert.
Tenslotte zij vermeldt dat de vrije eindrand van de gootvormige delen 1 kunnen worden ondersteund door steunvlakken 17 nabij elke stomp 5. Voor het borgen van het 35 verbindingsorgaan 7 in de gemonteerde toestand kunnen de uitstekende lippen 11 zijn uitgevoerd met een borgnok 18, welke de schacht van de stomp 5 in de opening tussen de uitstekende lippen 11 vasthoudt.
j0K Γ7 A .* Λ -*** Ώ n s *- - .·:
O V, V '.V - V J
-6- ê
Pig. 4 toont een uitvoeringsvorm, waarbij het dekelement 2 is uitgevoerd met twee langsgroeven 19 voor het opnemen van de plakstroken 3. Ook hier is het dekelement 2 uitgevoerd met een door de voeg 4 tussen de gootvormige 5 delen 1 steekbare stomp 5 met een uitkragend kopdeel 6. Het verbindingsorgaan 20 is hier U-vormig, waarbij de poten van de ü in de richting van het lijf daarvan in dikte toenemen. Tussen de poten is een sparing 21 voor het opnemen van de schacht van de stomp 5, waarbij de sparing 21 zich voorbij de 10 nok 22 verwijdt, teneinde een borgnok te vormen. In de gemonteerde toestand komt het deel 6 van de stomp 5 op het bovenvlak 23 van het verbindingsorgaan 20 te rusten. De lengte van het verbindingsorgaan 20 komt hier weer overeen met de breedte b van het dekelement 2.
15 De montage vindt hier ook door een schuifbewe- ging in de lengterichting van de gootvormige delen plaats op overeenkomstige wijze als de hierboven beschreven uitvoeringsvorm. De getoonde uitvoeringsvorm is echter eenvoudiger en mist de voorspanmogelijkheid zoals in de voorgaande uit-20 voeringsvorm.
Fig. 5 toont een uitvoeringsvorm, waarbij het dekelement 2 is voorzien van een stomp 5 waarvan het kopdeel bestaat uit een tweetal diametraal tegenover elkaar gelegen uitkragende vleugels 24. Elke vleugel neemt van de rand 25 25 tot een bepaalde dikte toe voor het vormen van een oploop-vlak. Op het dikste deel van de vleugel is deze aan de onderzijde voorzien van een met het dekelement 2 parallel vlak 26, dat als steunvlak voor een samenwerkend bevestigingsorgaan 27 dient. Het bevestigingsorgaan 27 is voorzien van een sparing 30 28 voor het opnemen van het uitkragende kopdeel van de stomp 5, in welke sparing 28 telkens twee diametraal tegenover elkaar gelegen lipvormige uitsteeksels 29 steken. De lipvormige uitsteeksels 29 nemen vanaf de rand 30 ook in dikte toe zodat ook de lip een oploopvlak heeft- Het monteren van het verbin-35 dingsorgaan 27 vindt plaats door het door de opening 28 heen-steken van de stompen 5 met uitkragende vleugels 24, en het vervolgens in de richting van de pijl P2 draaien, zodat de lipvormige uitsteeksels 29 langs de onderzijde van de vleu- 8 0 0 o i u o **» ·% -7- gels 24 tot op het vlak 26 afsteunen. In deze stand zullen de verlaagde voetdelen 30 van het verbindingsorgaan 27 zich nabij de hier niet getoonde randstroken van het dekelement 2 bevinden. Het zal duidelijk zijn dat in deze uitvoeringsvorm 5 evenens de gewenste voorspanning wordt geïntroduceerd.
De in de fig.5 getoonde verbindingsorganen kunnen gemakkelijk uit spuit-gietbaar materiaal zijn vervaardigd, hetgeen de kostprijs verlaagt. Het zal duidelijk zijn dat de montage zonder verdere hulpmiddelen kan plaatsvinden, 10 hetgeen de montagekosten eveneens omlaag brengt.
Fig. 6 en 7 tonen een eindwand voor het afsluiten van het kopeinde van een gootvormig deel 1, zoals getoond in fig. 1.
De eindwand 32 heeft een vorm die overeen komt 15 met de dwarsdoorsnede vorm van de goot, waarbij de eindwand langs de omtrek is voorzien van twee parallelle flenzen 33 zodanig dat daartussen een spieetvormige ruimte overblijft.
• Deze spieetvormige ruimte tussen de flenzen 33 dient voor het opnemen van de vrije rand van het gootvormige deel 1, zodat 20 een gesloten gootkonstruktie ontstaat.
Op een bepaalde hoogte in elk staand deel van de flenzen 33 zijn deze enigszins van elkaar verwijd voor het vormen van een kamer of verwijding 34. In deze verwijding is een klemorgaan opgenomen, dat in detail in fig. 7 is weerge-25 geven. Het klemelement 35 bestaat uit een U-vormig gebogen metalen strook, waarbij de breedte van de U aan de binnenzijde overeenkomt met de breedte van de spieetvormige ruimte tussen de flenzen 33. In deze ü komt eveneens de eindrand van het gootvormig deel 1 terecht. Het klemelement 35 zelf wordt 30 door klemwerking in de ruimte 34 vastgehouden, zodat na montage het één geheel vormt met het eindwanddeel 32. Elk been van het ü-vormig klemelement 35 is aan de vrije eindrand naar buiten gebogen, waarbij aan boven- en onderzijde de vrije eindrand een naar binnen uitstekende tand 36 vertoont.
35 Het zal duidelijk zijn dat bij het aanbrengen van het eindwanddeel 32 de vrije rand van het gootdeel 1 wordt vastgeklemd tussen het klemelement 35 en wordt geborgd door de tandvormige uitsteeksels 36.
p ~ ” 1 0 5 « -8- %
Opgemerkt zij dat het eindwanddeel 32 volgens fig. 6 tevens bij 37 een verspringing vertoont, hetgeen uit hoofde van verstijving van het wandvlak respectievelijk uit hoofde van vormgeving is gedaan.
5 De uitvinding is niet beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvormen.
y y v & ‘ U >>)

Claims (10)

1. Inrichting voor het afsluiten van de stoot-voeg tussen geprefabriceerde gootvormige delen van een hemel-water-arvoerinstaliatie, welke inrichting in hoofdzaak bestaat uit een de voeg aan de buitenzijde van de gootdelen 5 bedekkend element, en één of meer op de binnenzijde van de gootdelen afsteunende aan het dekelement verbindbare bevestig ingsorganen, met het kenmerk, dat het dekelement is voorzien van één of meer door de voeg steekbare stompen met uitkragend kopdeel, waarbij elk bevestigingsorgaan is uitge- 10 voerd met een de stomp opnemende uitsparing en in die sparing uitstekende, onder de uitkragende kop voerbare lipvormige delen.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het uitkragende kopdeel en/of het lipvor- 15 mige uitsteeksel een oploopvlak vertoont.
3. Inrichting volgens conclusie 1 en 2, met het kenmerk, dat het dekelement naar de goot gerichte opstaande randstroken heeft.
4. Inrichting volgens conclusie 1-3, met het k 20. n m e r k, dat elk bevestigingsorgaan een lengte heeft welke ongeveer overeenkomt met de breedte van het dekelement.
5. Inrichting volgens conclusie 1-4, met het kenmerk, dat het dekelement althans nabij de stomp een oplegvlak vertoont.
6. Inrichting volgens conclusie 1-5, met het kenmerk, dat het of elk lipvormig uitsteeksel van het bevestigingsorgaan een aanslagnok vertoont.
7. Inrichting volgens conclusies 1-6, met het kenmerk, dat het bevestigingsorgaan op afstand van de 30 lipvormige uitsteeksels een op het gootvormige deel plaatsbaar verlaagd steunvlak heeft.
8. Inrichting volgens één der voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat het bevestigingsorgaan een spuit-gietstuk is. <5 TT 7 " ' ? WÊ .* ; j 'i *· i " * -10- Λ
9. Inrichting voor het afsluiten van het eind-vlak van een gootvormig deel, in hoofdzaak bestaande uit een de dwarsdoorsnede van het gootvormig deel vullende dwarswand, met het kenmerk, dat langs de rand van de dwarswand een 5 dubbele flensstrook is aangebracht voor het opnemen van het eindrand van het gootvormig deel, waarbij op twee of meer plaatsen de flenzen ten opzichte van elkaar zijn verwijd, in welke verwijding een klemmiddel is aangebracht.
10. Inrichting volgens conclusie 9, met het 10 kenmerk, dat het klemmiddel een U-vormig element van veerkrachtig materiaal is, welk element is voorzien van tand-vormige hechtingsorganen. 8*y ,n% gr» -r. v ii O 3 y ;J
NL8303105A 1983-09-07 1983-09-07 Inrichting voor het afsluiten van de stootvoeg tussen gootvormige delen. NL8303105A (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8303105A NL8303105A (nl) 1983-09-07 1983-09-07 Inrichting voor het afsluiten van de stootvoeg tussen gootvormige delen.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8303105A NL8303105A (nl) 1983-09-07 1983-09-07 Inrichting voor het afsluiten van de stootvoeg tussen gootvormige delen.
NL8303105 1983-09-07

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8303105A true NL8303105A (nl) 1985-04-01

Family

ID=19842368

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8303105A NL8303105A (nl) 1983-09-07 1983-09-07 Inrichting voor het afsluiten van de stootvoeg tussen gootvormige delen.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL8303105A (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP2197078A3 (en) * 2002-03-27 2014-07-16 ADC Telecommunications, Inc. Coupler for cable trough

Cited By (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP2197078A3 (en) * 2002-03-27 2014-07-16 ADC Telecommunications, Inc. Coupler for cable trough
US9104004B2 (en) 2002-03-27 2015-08-11 Adc Telecommunications, Inc. Coupler for cable trough
US10114189B2 (en) 2002-03-27 2018-10-30 Commscope Technologies Llc Coupler for cable trough

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CA1195094A (en) Fastener-clip
JP3054659U (ja) 長手方向溝を備えたカバー条片を固定するための装置
JP3529419B2 (ja) 突合せ結合装置
US5239791A (en) Adjustable coping assembly
JPH10510133A (ja) スイッチギヤキャビネットのフレーム構造のためのフレーム脚
NL8303105A (nl) Inrichting voor het afsluiten van de stootvoeg tussen gootvormige delen.
JPS62107193A (ja) 内側パネル部材用の溝をもつフレ−ム付き窓
US6374559B1 (en) Sealed expansion joint
SK283628B6 (sk) Upevňovacie kovanie na pozdĺžne drážkované krycie lišty
NL9101016A (nl) Deksel voor wandgoot.
NL1009727C1 (nl) Klemorgaan voor het inklemmen van een gordijnrail.
EP0161730B1 (en) Framework of draught excluder strip for pieces of furniture such as refrigerators and the like
JPH0130508Y2 (nl)
JP4112435B2 (ja) 目地構造
JP3327195B2 (ja) 立設部材用型枠
JPS6140830Y2 (nl)
NL1011210C2 (nl) Hoekverbinding tussen twee in verstek op elkaar aansluitende profielsecties.
CA1128814A (en) Window-frame assembly
EP1451427B1 (en) Door hinge assembly
JPH0130509Y2 (nl)
JPS6118138Y2 (nl)
CA1128723A (en) Panel connectors
NL1015815C2 (nl) Plaatsingshulp voor dakgootdelen.
AU781745B2 (en) A joint
JPH0120457Y2 (nl)

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed