NL8220419A - Karkas, bij voorkeur meubelkarkas. - Google Patents

Description

s , PCT-N/31·590-tM/f. 0« « oc 2 0-4 f 9

Karkas, bij voorkeur meubelkarkas.

De uitvinding heeft betrekking op een karkas, bij voorkeur meubelkarkas, dat kolommen heeft, daarmee verbonden verbindingsstukken en klemmen, die de kolommen verbinden met de verbindingsstukken.

5 Het is wel bekend, dat meubels worden gemaakt uit verschillende materialen, zoals metaal, kunststof of gewoonlijk uit hout. De verschillende meubelelementen, die worden gemaakt uit hout, bijvoorbeeld poten en leuningen van zitmeubelen, vulpanelen van kasten enz. worden met elkaar 10 hoofdzakelijk verbonden door uiteindelijke, stijve, niet losneembare verbindingen, die alleen kunnen worden losgenomen door vernietiging, omdat geen stijf karkas veilig kan worden gemaakt door toepassing van de tegenwoordige beves-tigingsonderdelen. Een moerbout-grendelverbinding, behalve 15 dat deze practisch onaanvaardbaar voor meubelproductie schijnt uit het gezichtspunt van esthetica, veroorzaakt, als deze wordt losgemaakt, het in elkaar klappen van de opbouwdelen.

De in het algemeen toegepaste schuingelijmde verbindingen leveren een stijve verbinding tussen de opbouw-20 delen, tenzij ze langdurig zijn gebruikt of onder extreme belasting, omdat ze breken of scheuren op de lijmplaats.

Het is moeilijk ze te repareren en gewoonlijk is het hele meubel niet langer bruikbaar.

Metalen of kunststofhulpdelen, houtschroeven, 25 onderlegringen, onderlegplaten, grendelbouten, slotschroeven enz. kunnen worden aangebracht om houten opbouwdelen te verbinden, maar deze stijve, practisch niet losmaakbare verbindingen hebben een nadeel, namelijk, dat metalen vasthoudor-ganen komen vast te zitten in hout, de verbindingen lelijk 30 worden en snel stuk gaan.

De tegenwoordige meubelen, speciaal zitmeubelen, hebben enkele nadelen, namelijk, dat veel arbeid en energie nodig is voor hun productie, die tijdrovend is.

Een onevenredig grote opslag- en aflevercapaciteit is nodig 35 in vergelijking met de waarde en de werkelijke hoeveelheid van de voorwerpen, omdat de kasten, zitmeubelen en alle meubelen omvangrijk zijn en de moeilijkheid om grote meubelstukken te plaatsen,bijvoorbeeld ze door nauwe doorgangen te 8220419 -2- voeren, en de bijzonderheid of onmogelijkheid van professioneel reinigen en repararen als gevolg van transport.

De uitvinding beoogt een dergelijk karkas, in het bijzonder meubelkarkas, te verschaffen, dat los-5 neembare en weer vastmaakbare verbindingspunten heeft, zodat het karkas snel en gemakkelijk gemonteerd en gedemonteerd kan worden en tegelijk het karkas volkomen stijf is en zijn onderdelen zelfs onder extreme omstandigheden of langdurig gebruik niet in elkaar klappen. Bovendien moet het karkas 10 voldoen aan hoge esthetische eisen van meubelproductie.

De uitvinding is gebaseerd op het inzicht dat de kolommen van het karkas kunnen worden gemaakt uit evenwijdige aangrenzende delen, die worden geklemd met twee losneembare verbindingspennen, resp., en sommige lasplaat-15 vormige verbindingen ten minste op twee plaatsen en de dwarse karkaseenheden tussen de kolommen worden geklemd door juiste sleufparen of sleuven. Deze verschaft een karkas, dat gemakkelijk losneembare verbindingspunten heeft. Het is volkomen stijf en verschaft een perfecte bescherming tegen 20 samenklappen.

Op de basis van dit inzicht beoogt de uitvinding het vervaardigen van een karkas, dat kolommen heeft, daarmee verbonden verbindingsstukken en klemdelen, die de kolommen verbinden met de bevestigingsdelen. In wezen 25 worden de kolommen gemaakt uit delen, die evenwijdig met elkaar worden verbonden. De beide kolomdelen worden ten minste aan twee zijden, bij voorkeur aan de einden verbonden, waarbij een ander verbindingsstuk wordt aangebracht om de kolommen te verbinden met ten minste twee losneembare klemmen.

30 De beide kolomdelen worden verbonden en/of met het verbindingsstuk. Het karkas heeft dergelijke verbindingsstukken, die met elkaar zijn verbonden en die secties hebben, die zijn verbonden met de gaten, die zijn gevormd door gleuven aan de oppervlakken van de twee kolommen tegenover elkaar.

35 De verbindingsstukken hebben schouders in de gaten, randen of soortgelijke figuren en zijn ondersteund door kolomopper-vlakken, die hun verplaatsing verhinderen ten opzichte van de kolommen. De losneembare klemmen zijn schroefdraadschach-ten, die in de overlappende gaten worden aangebracht en be-40 vestigd met moeren. Ze worden aangebracht om de kolomdelen 8220419 -3- te verbinden met de verbindingsstukken en/of klemmen.

In een gunstige uitvoeringsvorm van het karkas zijn de kolomdelen, de verbindingsstukken en de klemmen langwerpig met een breedte, die groter is dan hun dikte en 5 een lengte, die groter is dan hun breedte. Op geschikte wijze liggen de middens van de gaten op de geometrische langsas van de karkasdelen. Hun diameter is groter dan die van de schroefdraadschachten en kleiner dan die van de moeren. Op gunstige wijze zijn de gatdiameters even groot als die van 10 de schroefschachten.

Volgens een andere uitvoering liggen de gaten binnenwaarts van de einden van de delen de helft van de breedte van het deel. Het is ook gunstig als de lengte van de verbindingsstukken het dubbele is van hun breedte en 15 als de kolomdelen tussenliggende gaten hebben.

Een andere uitvoering is gekenmerkt, doordat deze aan ten minste één zijvlak van de kolomdelen op geschikte wijze bij de einden van de kolomdelen gleuven heeft. Deze vormen gaten als de kolommen zij aan zij verbonden zijn. Bij 20 voorkeur zijn de gleuven rechthoekig. De lengte van de gleuven is groter dan hun diepte. Op geschikte wijze is de lengte gelijk aan de helft van de dikte van het kolomdeel of is de diepte van de gleuven groter dan hun lengte. Op gunstige wijze is zijn lengte gelijk aan de dikte. Natuurlijk kunnen 25 er andere gleufvormen zijn. Volgens een andere uitvoering zijn er gleuven in de kolomdelen in de nabijheid van elkaar die lang maar niet te diep zijn en sommige andere, die niet zo lang maar diep zijn.

Een andere gunstige uitvoering is geken-30 merkt doordat deze is voorzien van ten minste één verbindingsstuk, dat twee plaatvormige kolommen verbindt loodrecht op het grotere zijvlak. Bij zijn einden heeft het gleuven in de smalle zijde tegenover elkaar, waarbij kragen zijn gevormd, die zijn aangepast aan de gaten van de kolommen, 35 alsmede koppen buiten de zijden van de kolommen. Op gunstige wijze is de breedte van de gleuven gelijk of bijna gelijk aan de dikte en de vlakken bij de einden van de delen liggen binnen een afstand, die niet groter is dan de helft van zijn breedte. De breedte van de kragen moet gelijk zijn aan 40 de langere zijde van de langwerpige gaten van de kolommen.

8220419 -4-

Volgens een andere uitvoering heeft de kast tenminste één verbindingsstuk, dat twee plaatvormige kolommen evenwijdig aan hun grotere vlakken verbindt. Bij zijn einden heeft het twee doorgaande gaten. Het ene, dat dichterbij het 5 eind ligt, ligt binnen een afstand gelijk aan de helft van de breedte van het deel, en sommige andere gaten liggen binnen een afstand vanaf de buitenste gaten, die gelijk is aan de breedte van het deel. Vanuit een esthetisch gezichtspunt lijkt het karkas gunstig als de plaatvormige, op geschikte 10 wijze langwerpige karkasdeeleinden zijn afgerond. Op gunstige wijze zijn de afgeronde einden halfcirkelvormig en is de straal van de halve cirkels gelijk aan de helft van de breedte van de karkasdelen.

De uitvinding wordt in detail beschreven vol- 15 gens de bijgesloten tekeningen. Zij omvatten sommige meubelstukken, die zijn gemaakt door toepassing van het karkas, de gunstige uitvoeringen van de verbindingspunten en die van het karkas. De tekeningen tonen: fig. 1 en 2 tonen het profiel van twee kolom- 20 delen; fig. 3 toont ook het profiel van de verbindingsstukken, die zijn gemaakt uit de kolomdelen, afgebeeld in fig. 1 en 2, die kunnen worden aangebracht op de kolommen zonder enige klem; 25 fig. 4 toont het profiel van een verbindings stuk ; fig. 5 toont een dergelijk verbindingsstuk, dat uitwendig kan worden bevestigd aan de kolommen door losneembare klemmen; zij kunnen worden gemaakt uit kolomdelen, 30 die zijn afgebeeld in fig. 1 en 2; fig. 6 en 7 tonen de uitvoeringen van sommige andere kolomdelen; fig. 8 en 9 tonen het profiel van sommige uitvoeringen van de klemmen; 35 fig. 10a toont het boveneind van twee kolomde len, die zij aan zij zijn gemonteerd, aangegeven in fig. 1 en 2; fig. 10b toont het boveneind van het kolomdeel, aangegeven in fig. 6 en 7 en zij aan zij geplaatst;

40 fig. 11 toont de vertikale doorsnede door A-A

8220419 -5- van het karkas van een leuningstoel, gemaakt uit de karkasdelen, die zijn afgebeeld in fig. l-10b; fig. 12 toont een horizontale doorsnede door B-B, aangegeven in fig. 11; 5 fig. 13 toont een vertikale doorsnede door C-C, aangegeven in fig. 11; fig. 14 toont het uiteengenomen aanzicht van een verbindingspunt, waar twee dwarssecties van dezelfde richting loodrecht op elkaar zijn bevestigd; 10 fig. 15 toont een soortgelijk verbindings punt als in fig. 14 is afgebeeld, maar inplaats van het derde dwarsdeel zijn de kolomdelen verbonden met een koppeling-deel; fig. 16 en 17 tonen het zijaanzicht van de 15 kolomdelen volgens het verbindingspunt, dat is afgebeeld in fig. 14; fig. 18 toont een uiteengenomen aanzicht van een leuningstoelkarkas, dat is afgebeeld in fig. 11-13; fig. 19 toont een rooktafel en 20 fig. 20 toont het uiteengenomen aanzicht van een kleine bank.

De in fig. 1-7 afgebeelde karkasdelen zijn zonder uitzondering gemaakt van hout. De kolomdelen 1, die zijn afgebeeld in fig. 1 en 2 zijn langwerpige plaatvormige 25 lichamen, bijvoorbeeld is hun lengte 1 = 90 cm, breedte s = 7 cm, dikte v = 16 cm. Hun einden zijn halfcirkelvormig afgerond bij 2. In het midden van de afrondingen zijn er gaten 3 met een diameter D. Deze middens liggen op een afstand r van de einden op de geometrische langsas x van de delen.

30 Op dezelfde as liggen nog enkele doorgaande gaten 4 aan het ondereind van de kolomdelen 1. De straal van de afstand r is gelijk aan de helft van de breedte s (r = s/2).

Aan het boven- en ondereind van de kolomdelen 1 zijn er gleuven 5 beginnend vanaf de gaten naar het 35 centrale deel van de delen aan één van de langs zijden. De gleuflengte is s, diepte is v/2, waar v is de dikte van de delen. De afstand b kan worden beschouwd vanaf de einden. Geometrische afmetingen moeten zo worden gekozen, dat het verband b^ a kan worden aangehouden.

40 Als de in fig. 1 en 2 afgebeelde kolomdelen 8220419 -6- 1 dicht op elkaar worden bevestigd op een zodanige wijze, dat de gleuven 5 tegenover elkaar liggen, zullen twee tegenover elkaarliggende gleuven 5 een doorgaand gat 9 vormen, dat te zien is in fig. 10a. De hoogte is a, breedte is v, en 5 diepte v van de gaten 6. De kolomdelen 1, die zij aan zij zijn geplaatst zullen een kolom 6 vormen. De kolomdelen 1 van elke kolom 6 worden aan elkaar verbonden door koppeldelen 7, die zijn afgebeeld in fig. 4. Hun lengte is 2a, breedte is s; er zijn twee gaten 3 in hun geometrische langsas x, die op 10 een afstand s/2 = r liggen vanaf de afgeronde einden van de delen en op de afstand s van elkaar. De juiste geometrische relatie en afmetingen zijn reeds gegeven met betrekking tot fig. 1 en 2. Als een koppeldeel 7, dat is afgebeeld in fig.

4 wordt bevestigd aan de boveneinden van de kolomdelen 1, 15 die zij aan zij zijn geplaatst zoals is afgebeeld in fig.

10a en aan de losneembare klemmen door de overlappende gaten 3 en een dergelijke verbinding ook wordt bewerkstelligd tussen de ondereinden van de kolomdelen 1, zullen ze een volkomen stijve kolom vormen, die is aangegeven met het verwij-20 zingscijfer 6 uit de kolomdelen 1, die zijn verbonden met elkaar aan twee punten (zie ook de beschrijving in verband met fig. 11-13). Een klem kan bijvoorbeeld een onderdeel zijn dat is gemaakt uit een houten bout 11 en een moer 12, zoals is afgebeeld in fig. 8 of een schroefdraadpen 13 en moeren 25 12. Hun lengte a, de diameters van de schachten en gaten d zijn gekozen volgens de geometrische relatie van de bovenstaande details, zodat het verschil tussen d en D minimaal is en voldoende is om de schroefdraadschachten 11, 13 te kunnen steken door de gaten 3.

30 De in fig. 6 en 7 afgebeelde kolomdelen 14 verschillen van die, welke zijn afgebeeld in fig. 1 en 2, daar ze korter zijn en de vormen van de gleuven 15 bij hun boveneinden verschillen van die van de gleuven 5. Dezelfde constructiedelen en afmetingen zijn aangegeven met verwij-35 zingscijfers en letters, zoals is afgebeeld in fig. 1 en 2.

De breedte van de gleuven 15 is v, de diepte is o, b ^ s/2; de breedte v is zo gekozen, dat een plaatvormig deel kan worden aangebracht in het gat 16, dat is gevormd door twee gleuven 15 (zie fig. 10b) door twee kolomdelen 15 zij aan 40 zij te bevestigen, zoals is afgebeeld in fig. 10b en ze te 8220419 -7- verbinden met koppelingdelen 7 (fig. 4) en klemmen, zoals is afgebeeld in fig. 8 en 9 en een stijve kolom wordt verkregen die is aangegeven met het verwijzingscijfer 17 (zie fig. ll-13) .

5 Twee kolommen 6 of 17 die zijn geplaatst op een afstand van elkaar kunnen worden verbonden met de verbindingsstukken 8, zoals is aangegeven in fig. 3 en/of met de verbindingsstukken 18, zoals is aangegeven in fig. 5. Deze zijn staafvormige plaatdelen, waarvan de breedte en 10 dikte gelijk zijn aan die van de kolomdelen 1, die zijn afgebeeld in fig. 1 en 2. Dezelfde geometrische afmetingen zijn reeds aangegeven met verwijzingsletters. Het in fig. 3 afgebeelde verbindingsstuk 8 vormt een stijve koppeling loodrecht op het plaatvormige vlak van de kolom 6 tussen de 15 kolommen op een afstand van elkaar liggend. Het is voorzien van gleuven 10 bij de einden; hun breedte is v, wat betreft hun diepte, hun kraagbreedte 8b is gelijk aan de hoogte van het gat 9, dat is. afgebeeld in fig. 10a. De lengte van het koppeldeel 8 is r = s/2 aan de einden en het heeft koppen 8a 20 met breedte s. Als de kragen 8b van het deel 8 worden aangebracht op de gaten 9 van de kolommen 6 en dan de naburige kolomdelen 1 worden verbonden, zoals eerder is beschreven (fig. 10a) door middel van klemmen 11 en 12 (fig. 8) zal er een volkomen veilige klemming zijn tussen de kolomdelen 1 25 en het verbindingsstuk 8, dus een starre "droge" koppeling zonder de toepassing van lijm. De bouten 12 met moeren 12 verschaffen een perfecte bescherming tegen samenklapping.

De schouders van de gaten 10 zijn ondersteund door de uitwenen dige vlakken van de kolom 6-beschermen het verbindingsstuk 8 30 tegen de langsverplaatsing.

Een tweepuntige veilige verbinding kan worden verkregen door het aanbrengen van een verbindingsstuk 18, dat is afgebeeld in fig. 5 en dat een stijve koppeling vormt, evenwijdig met een plaatvormig vlak van de ko-35 lommen 6, tussen de twee kolommen, die op een afstand van elkaar liggen. Dit verbindingsstuk 18 is ook plaatvormig met breedte s en dikte v en zo lang als is vereist door het karkas. Er zijn twee doorgaande gaten 3 met diameter D aan de einden van de verbindingsstukken op de geometrische langs-40 as x van het deel. De gaten 3 aan de einden van de delen 8220419 -8- liggen op een afstand s van elkaar, waarbij de gaten 3, die zeer dicht bij de einden van de delen liggen, op een afstand van r = 20 cm van de afgeronde einden van de delen liggen.

De afstand van de gaten is de afstand vanaf de geometrische 5 middens van de gaten. Wanneer het verbindingsstuk 18 wordt aangebracht om twee plaatvormige kolommen te verbinden, die op een afstand van elkaar liggen (fig. 10a) of de kolommen 17 aan hun boven- en/of ondereinden, behoeft het koppeling-deel 7, zoals is afgeheeld in fig. 4 niet te worden inge-10 bouwd, daar de einden van het verbindingsstuk 18 de rol van het koppelingdeel 7 spelen door inzetten van de klemdelen 12, 11 of 13, 12 uit fig. 8 en 9. Het plaatvormige verbindingsstuk 28 wordt aangebracht in het steekgat 9 van de kolom 6 op zijn kant gezet zoals is afgebeeld in fig. 10a. Zijn vlak 15 is loodrecht. Het verbindingsstuk 8 wordt aangebracht op een steekgat 16 van de kolom 17, zoals is afgebeeld in fig. 10b, zodat zijn vlak horizontaal in het karkas is. In het eerste geval heeft natuurlijk het verbindingsstuk een grotere be-lastingcapaciteit. De stand van het verbindingsstuk 8 in 20 het karkas wordt bepaald door de toepassingsomstandigheden. Statische, esthetische en functionele aspecten oefenen ook hun invloed daarop uit.

Een leunstoelkarkas is afgebeeld in fig.

11-13, en gemaakt uit de delen zoals zijn afgebeeld in de 25 fig. i-i0b. De leunstoel heeft twee kolommen 6 (fig. 10a) en twee kolommen 17 (fig. 10b); deze zijn de poten van de armstoel. De bovensecties van de kolommen 6 zijn de verti-kale steunen van de rug. De korte voorste colineaire kolommen 17 en de achterste langere kolommen 6 zijn verbonden met 30 twee verbindingsstukken 18. Ze zijn altijd bevestigd door vier klemstellen 11,12, zoals is afgebeeld in fig. 6 (twee-puntsklemming). De bovenste verbindingsstukken 18 dienen als de elleboogsteunen van de armstoel, de onderste is een verstijvingssteun - bijvoorbeeld voor het zittingkussen -.

35 De onderste sectie van de kolomdelen 14 van de kolommen 17 en de boven- en ondersecties van de kolomdelen 1 van de kolommen 6 zijn bevestigd door de koppelingdelen 7 en de klemmen 11, 12. De dwarsverbinding van de kolommen 6, 17 loodrecht op hun vlak is gedaan door twee verbindingsstukken 40 8 (fig. 3). Het voorste' bovenste verbindingsstuk is horizon- 8220419 -9- taal, de andere drie zijn vertikaal. Dit karkas kan gemakkelijk worden gemonteerd en gedemonteerd zonder gereedschappen en vakbekwaamheid. Alleen de moeren moeten worden vastgeschroefd of losgeschroefd op de bouten 11. Het zitkussen van 5 het meubelstuk kan worden ondersteund door een stuk doek; zijn randen moeten gevouwen en genaaid zijn. Het doek kan op de voorste onderste en achterste bovenste spreidstaaf 8 gespannen zijn. Ze zijn bevestigd in de verbindingspunten. Het steundoek kan worden bevestigd aan het karkas zonder lijm of 10 verbindingsstukken. Het kan van het karkas worden afgetrokken eenvoudig door de klemmen los te maken in de verbindingspunten. Het doek kan weer worden gespannen, zodat het het zit-tingkussen kan ondersteunen. Natuurlijk kan het doek zelf van linnen of leer zijn, dat als volwaardig bestanddeel van 15 het meubelstuk dient.

Fig. 14 toont een dergelijk verbindingspunt, dat de karkasdelen omvat, die zijn afgebeeld in fig. 1-10 met dit verschil, dat aan de einden van de kolom-delen 19, zoals afgebeeld in fig. 16 en 17 er gleuven 5,15 20 zijn die gelijk zijn aan de gleuven 5,15 van de kolomdelen 14, die in eikaars nabijheid liggen. Deze geometrische vorm van de kolomdelen maakt het mogelijk, dat twee verbindingsstukken 8 (fig. 3) worden verbonden met de kolom 20, zoals is afgebeeld in fig. 14 aan een eind van de kolom, waarvan 25 één, het bovenste, een horizontaal vlak, en het andere, het onderste, een vertikaal vlak heeft. Een verbindingsstuk 18 wordt ook bevestigd aan het verbindingspunt, dat functioneert als hulpmiddel voor de tweepuntsklemming van de kolomdelen 19. Het verbindingsstuk 18 is loodrecht op de verbindings-30 stukken 8. De verbindingspunten, de gunstigepositie, de rechthoekige vormvastheid kunnen worden verkregen door een nauwkeurige houtbewerking. Bescherming tegen glijden en samenvoegen van staven, beginnend vanaf het verbindingspunt in drie richtingen (driedimentionale "increasement" van het 35 karkas) worden verkregen door de losneembare klemmen 11, 12 zonder meer. De samenwerking van de onderdelen, de perfecte verstijving van het karkas worden verkregen door het verbindingsstuk 18, dat is bevestigd in twee punten en overlappend is aangebracht. Daar de optredende belasting wordt opgenomen 40 op afschuiving, wordt de juiste stabiliteit verkregen.

8220419 -10-

Het in fig. 15 afgebeelde verbindingspunt verschilt van dat wat is afgebeeld in fig. 14/ omdat de verbindingsstukken 8 dichter bij elkaar liggen,in overeenstemming daarmee de gleuven 5,15 van de kolomdelen 91 en de stijve 5 tweepuntsverbinding van het kolomdeel 19 wordt verschaft door het koppeldeel 7, dat is afgebeeld in fig. 5. Tweepuntsverbin-dingen van de afgebeelde verbindingspunten in fig. 14 en 15 worden verkregen door klemmen 11, 12 zoals is afgebeeld in fig. 8.

10 Twee verbindingsstukken 8 worden op het kar kas aangebracht onder zware belasting en bij grotere spanwijdte zoals is afgebeeld in fig. 14 en 15. Hun toepassing kan ook zijn gebaseerd op gebruikstechnische of esthetische redenen.

15 Andere voordelen van de uitvinding zijn als volgt: Het is niet nodig de karkasdelen (door tappen, lijmen, schroeven, bewerken, schroefdraadsnijden enz) in de fabriek te monteren en te klemmen. De toepassing van gereedschappen, menselijke arbeid en ruw materiaal is veel geringer. De kar-20 kasdelen voor een meubelstel kunnen worden verzameld tot een massief eenheidspakket van kleine afmeting. Minder opslag en transport behoeft te worden toegepast in vergelijking met de traditionele meubelstukken. Uit statisch oogpunt heeft het karkas volgens de uitvinding geen plaatdelen nodig. Deze heb-25 ben gewoonlijk een verstijvende lastdragende functie bij de huidige meubelsystemen. Ze kunnen worden toegepast als hulp-vergrendelingen of aanvullende onderdelen bij de meeste (bijvoorbeeld tafels, vakken, kasten, enz.). Geen vakbekwaamheid is nodig voor het monteren. Elke gebruiker kan het karkas 30 monteren uit de onderdelen van het eenheidspakket in weinig tijd zonder toepassing van gereedschappen. Geen breuk of vastvreten kan worden waargenomen aan het verbindingspunt zelfs onder extreme toepassingsomstandigheden (in tegenstelling met metaalklemmen). Houten klemmen (schroefdraadpennen) kun-35 nen de elastische vervorming opnemen. Het barsten van het hout geeft een hoge belasting aan, voorafgaand aan het breken. De tweepuntsklempunten van de verbinding zijn zo stabiel, dat een vergroting van de meubelafmetingen (spanwijdte) alleen leidt tot een vergroting van de lengte van de karkasdelen.

40 Het overbruggen van een grote spanwijdte kan worden verkregen 8220419 -11- door het inbouwen van aanvullende - bij voorkeur op hun kant gezette - verbindingsstukken (zie fig. 14 en 15). Deze zijn zeer belangrijk. Als een meubelstuk moet worden getransporteerd van een flat (bijvoorbeeld verhuisd) kan het zeer snel 5 gedemonteerd worden, verpakt als pakket. Anderzijds behoeven hulpmaterialen, zoals textiel of leer, niet te worden vastgespijkerd of vastgelijmd, maar kunnen gemakkelijk worden bevestigd aan de karkasdelen (dit betekent, dat het meubelstuk volgens de uitvinding geen opvulling nodig heeft).

10 En zo nodig kunnen ze worden verwijderd (bijvoorbeeld in geval van reiniging) en verwisseld; al naar de smaak en financiële middelen van de gebruikers kan aan verschillende behoeften worden voldaan. De verbindingspunten - tengevolge van hun snelle losneembaarheid en constructie - maken het ombou-15 wen en omvormen mogelijk (bijvoorbeeld door het aanbrengen van enkele hulpdelen kan een armstoel worden omgevormd tot een tafel enz.) zodat de flexibiliteit van het meubelstel kan worden verhoogd; als gevolg van deze factoren zijn de meubelstukken volgens de uitvinding veel economischer, minder 20 duur dan de gebruikelijke,is hun gebruikswaarde hoger en hun esthetisch niveau, tengevolge van hun rustieke vorm, eenvoudig ontwerp, enz. is ook hoog.

Natuurlijk is de uitvinding niet beperkt tot de bovenbeschreven bouwstijlen (uitvoeringen) en ook niet 25 tot de vorm van de karkasdelen, klemmen enz., maar kan deze worden uitgevoerd binnen het kader van de door de conclusies gedefinieerde werking. Ongetwijfeld lijkt de toepassing van houten karkasdelen en klemmen zeer geschikt vanuit het standpunt van esthetica en toepassing, maar andere delen, die 30 gemaakt zijn uit andere materialen dan hout, bijvoorbeeld kunststof, kunnen ook worden toegepast. Inplaats van langwerpige, plaatvormige kolomdelen met afgeronde einden en koppelingdelen kan het karkas ook worden gemaakt uit staaf-vormige delen met verschillende dwarsdoorsneden en vormen; 35 de dwarsdoorsneden van de staven kunnen rechthoekig, bijvoorbeeld vierkant zijn, en uitsteeksels van andere staven kunnen worden aangebracht in hun steekgaten. Het spreekt vanzelf, dat de onderdelen van elkaar kunnen verschillen in lengte, breedte, dikte, vorm, aantal gaten enz. De klemmen 40 behoeven niet altijd schroefdraadschachten en moeren te zijn, 8220419 -12- in sommige geVallen kan het klemmen worden verkregen door spieen of splitpennen. Zonder het kader van de uitvinding te verlaten, kunnen ook andere wijzigingen worden aangebracht met het oog op de uitvoeringsvormen.

8220419

Claims (15)

1. Karkas, bij voorkeur meubelkarkas, voorzien van kolommen, daaraan bevestigde verbindingsstukken en klemmen om de kolommen en verbindingsstukken met elkaar te verbinden, met het kenmerk, dat de kolommen be- 5 staan uit kolomdelen, die evenwijdig aan elkaar zijn bevestigd, waarbij de bevestiging is gevormd in ten minste twee bij voorkeur aan de einden van de kolomdelen gelegen zones door middel van betreffende de beide kolomdelen overlappende koppelingdelen en/of betreffende verbindingsstukken, die de 10 kolommen met elkaar verbinden door toepassing van ten minste betreffende paren losneembare klemmen, op zodanige wijze, dat elk kolomdelen wordt geklemd op het koppelingdeel en/of op het verbindingsstuk en de verbindingsstukken betreffende secties omvatten, die passen in steekgaten, die zijn gevormd 15 door gleuven in de naar elkaar toe gekeerde vlakken van tegenoverliggende paren kolomdelen en de verbindingsstukken in het bereik van de steekgaten schouders, randen of soortgelijke vormen hebben, die worden ondersteund door de kolom-oppervlakken om te verhinderen, dat deze in belangrijke mate 20 worden verplaatst of worden verplaatst ten opzichte van de kolommen.

2. Karkas volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat de losneembare klemmen, die worden gebruikt voor het onderling verbinden van de kolomdelen door 25 de koppelingdelen en/of verbindingsstukken bestaan uit schroefdraadschachten (11, 13), die gaan door overlappende gaten (3) en moeren (12), die aangrijpen op de schachten (fig. 8 en 9) .

3. Karkas volgens conclusie 1 of 2, m e t 30 het kenmerk, dat de kolomdelen (1, 14, 19), de verbindingsstukken (8, 18) en de koppeldelen (7) breedten (s) hebben, die groter zijn dan hun dikten (v) en lengten (h) hebben, die groter zijn dan hun breedte en zijn gevormd als plaatvormige, bij voorkeur langwerpige karkasdelen (fig. 35 1-7) .

4. Karkas volgens conclusie 3, m e t het kenmerk, dat de middelpunten van de doorgaande gaten (3) zijn aangebracht op de geometrische langsassen (x) van de karkasdelen en de gaten diameters (D) hebben, die gro- 8220419 f “14- * ter zijn dan die van de schroefdraadschachten (11, 13) en kleiner dan die van de moeren (12), waarbij bij voorkeur de diameters(D) van de gaten in wezen even groot zijn als de diameter (d) van de schachten (11, 12).

5. Karkas volgens conclusie 3 of 4, m e t het kenmerk, dat binnenwaarts vanaf de einden van de delen gaten (3) zijn aangebracht in het deel, waarbij de stand van die einden even groot is als de halve breedte (r= s/2) van de delen (fig. 1 en 2 en 4,7).

6. Karkas volgens conclusie 3-5, met het kenmerk, dat de lengte (2s) van de koppeling-delen (7) het dubbele van hun breedte is (fig. 4).

7. Karkas volgens conclusie 3-6, met het kenmerk, dat de kolomdelen (1) tussenliggende 15 doorgaande gaten (4) bezitten (fig. 1 en 2).

8. Karkas volgens conclusie 3-7, met het kenmerk, dat er gleuven (5, 15) zijn aangebracht aan ten minste één van de zijvlakken van de kolomdelen (1, 14,19) bij voorkeur bij de einden van de kolomdelen, waarbij 20 de gleuven doorgaande steekgaten (9, 15) vormen, wanneer de kolomdelen zij aan zij zijn geplaatst (fig. 10a en 10b).

9. Karkas volgens conclusie 3-8, met het kenmerk, dat de gleuven (5, 15) rechthoekige profielen hebben.

10. Karkas volgens conclusie 9, m e t het kenmerk, dat de lengte (h) van de gleuven (5) groter is dan hun diepte (v/2) en bij voorkeur de diepte gelijk is aan de helft van de dikte (v) van het kolomdeel (fig. 1).

11. Karkas volgens conclusie 9 of 10, me t 30 het kenmerk, dat de diepte (c) van de gleuven (15) groter is dan hun lengte (v) en bij voorkeur de lengte gelijk is aan de dikte (v) van het kolomdeel (fig. 6).

12. Karkas volgens conclusie 9-11, met het kenmerk, dat in elk kolomdeel (19) in de nabij- 35 heid van elkaar bij voorkeur in de eindzones ervan gleuven (5) zijn aangebracht, waarvan de lengte groot, de diepte klein is en ook gleuven (15) waarvan de lengte klein, maar de diepte groot is (fig. 16 en 17).

13. Karkas volgens conclusie 3-6, met 40 het kenmerk, dat het ten minste één verbindingsstuk 8220419 . -15- (8) heeft, dat betreffende paren van plaatvormige kolommen (6, 17, 20) verbindt in een richting, die loodrecht staat op hun grotere zijvlak en het verbindingsstuk gleuven (10) heeft, die naar elkaar zijn toegekeerd en zijn gevormd in 5 de smalle zijden ervan aan de eindzones en tussen de gleuven kragen (8b) zijn aangebracht, die passen in de doorgaande steekgaten (9, 16) van de kolommen (6, 17, 20) en buitenwaarts van de kragen koppen (8a) zijn aangebracht buiten de zijwanden van de kolommen (fig. 3, 13, 14).

14. Karkas volgens conclusie 13, me t het kenmerk, dat de breedte (v) van de gleuven (10) gelijk is of bijna gelijk is aan de dikte van de delen.

15. Karkas volgens conclusie 13 of 14, me t 15 het kenmerk, dat de afstand (r = 2s) tussen de betreffende vlakken van de gleuven (10), die dichter bij de einden van de delen liggen gelijk is aan de halve breedte van de delen. 8220419