NL8204762A - Elektrisch geleidende verbinding. - Google Patents

Elektrisch geleidende verbinding. Download PDF

Info

Publication number
NL8204762A
NL8204762A NL8204762A NL8204762A NL8204762A NL 8204762 A NL8204762 A NL 8204762A NL 8204762 A NL8204762 A NL 8204762A NL 8204762 A NL8204762 A NL 8204762A NL 8204762 A NL8204762 A NL 8204762A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
conductor
cable
clamping
screw
connection
Prior art date
Application number
NL8204762A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Ijzergieterij Lovink Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Ijzergieterij Lovink Bv filed Critical Ijzergieterij Lovink Bv
Priority to NL8204762A priority Critical patent/NL8204762A/nl
Priority to EP19830201734 priority patent/EP0118627B1/en
Priority to DE8383201734T priority patent/DE3376048D1/de
Publication of NL8204762A publication Critical patent/NL8204762A/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H02GENERATION; CONVERSION OR DISTRIBUTION OF ELECTRIC POWER
    • H02GINSTALLATION OF ELECTRIC CABLES OR LINES, OR OF COMBINED OPTICAL AND ELECTRIC CABLES OR LINES
    • H02G15/00Cable fittings
    • H02G15/08Cable junctions
    • H02G15/10Cable junctions protected by boxes, e.g. by distribution, connection or junction boxes
    • H02G15/103Cable junctions protected by boxes, e.g. by distribution, connection or junction boxes with devices for relieving electrical stress
    • H02G15/105Cable junctions protected by boxes, e.g. by distribution, connection or junction boxes with devices for relieving electrical stress connected to the cable shield only
    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01RELECTRICALLY-CONDUCTIVE CONNECTIONS; STRUCTURAL ASSOCIATIONS OF A PLURALITY OF MUTUALLY-INSULATED ELECTRICAL CONNECTING ELEMENTS; COUPLING DEVICES; CURRENT COLLECTORS
    • H01R4/00Electrically-conductive connections between two or more conductive members in direct contact, i.e. touching one another; Means for effecting or maintaining such contact; Electrically-conductive connections having two or more spaced connecting locations for conductors and using contact members penetrating insulation
    • H01R4/58Electrically-conductive connections between two or more conductive members in direct contact, i.e. touching one another; Means for effecting or maintaining such contact; Electrically-conductive connections having two or more spaced connecting locations for conductors and using contact members penetrating insulation characterised by the form or material of the contacting members
    • H01R4/64Connections between or with conductive parts having primarily a non-electric function, e.g. frame, casing, rail
    • H01R4/646Connections between or with conductive parts having primarily a non-electric function, e.g. frame, casing, rail for cables or flexible cylindrical bodies

Landscapes

  • Connections By Means Of Piercing Elements, Nuts, Or Screws (AREA)
  • Cable Accessories (AREA)

Description

' 5 < -. « X Sch/gn/iO,Lovink -l-
Korte ’aanduiding: Elektrisch geleidende verbinding
De uitvinding betreft een elektrisch geleidende verbinding tussen tenminste twee kabeleinden.
Een dergelijke verbinding is bekend in diverse uitvoeringen. Bijvoorbeeld wordt wel gebruik gemaakt van een 5 soldeertechniek. Solderen levert een goede verbinding op, maar de kwaliteit is sterk afhankelijk van de nauwkeurigheid waarmee het werk wordt uitgevoerd. Verder bestaat het risico dat de kabel, of de de verbinding omhullende kabelmof plaatselijk te sterk wordt verhit, waardoor aan de kabel of 10 zijn omgeving schade’kan ontstaan.
Verder is het bekend gebruik te maken van een schroefklem. Het gebruik van een wormschroefklem, algemeen bekend als slangklem, is zeer kritisch voor wat betreft het aandraaimoment. Vooral bij zachte kabelmantelmaterialen 15 vervormt de mantel snel of is de gevormde verbinding van twijfelachtige kwaliteit.
Ook wordt wel de mantel van de kabel zelf op een bepaalde wijze ingesneden, waarna door vervorming deze mantel zelf als doorverbinding wordt gebruikt (loodslab). Afgezien 20 van het feit, dat de betreffende bewerking kritisch is en veel vakmanschap vergt, komt de bewerking de kwaliteit van de kabel niet ten goede, terwijl het verder onder bepaalde omstandigheden onmogelijk is om de mantel plaatselijk in te snijden.
25 Verder wordt gewezen op het bekende gebruik van een rolveer, waaronder men een soepele geleider klemt. Alhoewel deze uitvoering minder kritisch is met betrekking tot de kabeldiameter en het onderbreken van de kabel niet nodig is, kleven aan deze oplossing de bezwaren, dat het contact met de 30 soepele geleider slechts over een klein deel van de kabelmantelomtrek wordt aangebracht, en het gekozen veermateriaal een compromis moet bieden tussen een goede elektrische geleiding en een goede veerkracht. Daarnaast is 82 0 4 762 -2- * · de door de veer geleverde drukkracht betrekkelijk klein, hetgeen de overgangsweerstand niet zo klein doet zijn als in principe mogelijk is. De veer is verder niet in staat het eventueel onrond zijn van de mantel op te vangen en verstoort 5 bovendien zelf de ronde vorm door het aan één zijde inklemmen van de soepele geleider.
Tenslotte wordt melding gemaakt van een constructie die een onderdeel vormt van een te gebruiken kabelgarnituur. Hierbij drukt men een met lood omhulde rubberen ring, 10 concentrisch om de kabel aangebracht, in tussen twee metalen platen. Deze constructie kent enkele bezwaren. Men moet een aantal bouten aandraaien, hetgeen bewerkelijk is; men is verplicht onder alle omstandigheden de kabel te onderbreken, aangezien de constructie is uitgevoerd als een gesloten ring; 15 de aandrukkracht dient betrekkelijk groot te zijn in verband met de overgangsweerstand bij contact tussen lood en lood, en bovendien doet de constructie zelf als afdichting dienst.
Het risico van het blijven vervormen van de kabelmantel is groot. Daarnaast is de maatvoering van deze constructie 20 zeer kritisch en is het een kostbaar onderdeel.
De uitvinding beoogt, de bezwaren van de bekende techniek te overwinnen. Met het oog daarop verschaft de uitvinding een elektrisch geleidende verbinding van het vermelde type, die is gekenmerkt door een de geaarde metalen mantels 25 van de kabeleinden onderling verbindende, om die mantels buigbare geleider en om de om die mantels gebogen geleider-delen aangebrachte klembanden.
Verder beoogt de uitvinding een verbindingsklem te bieden, die past om kabelmantels van verschillende diameters. 30 Een verder doel van de uitvinding is, ervoor te zorgen, dat de kracht waarmee de geleider tegen de kabelmantel wordt aangedrukt over een breed gebied onafhankelijk te maken van de mate van aandraaien van aandraaielementen van de klembanden.
35 Verder stelt de uitvinding zich ten doel een verbinding zodanig uit te voeren, dat de geleider en de klem kunnen worden aangebracht op elke gewenste plaats aan de 820 4 762 K- -· ^ -3- kabelmantel, zonder dat die daarvoor behoeft te worden onderbroken.
Tenslotte beoogt de uitvinding de geleider zodanig uit te voeren, dat zijn geleidingsvermogen tweemaal wordt benut.
5 Ter realisering van bovengenoemde doelstellingen verschaft de uitvinding verder een klemband die is voorzien van twee halfcirkelvormige, met hun ene einde scharnierend met elkaar verbonden klemwangen, die aan hun andere einden door middel van een onder veerspanning staande trekschroef 10 naar elkaar toegetrokken kunnen worden, waarbij elke klemwang bestaat uit-een buitenwanddeel met naar binnen omgezette, plaatselijk ingesneden randen en een tussen die randen aangebracht binnenwanddeel van rubberelastisch materiaal. Tevens biedt de uitvinding een geleider, bestaande uit een 15 zich in een gesloten lus uitstrekkende, buigzame elektrische geleider, die met tenminste één deel schrijlings over de betrokken kabelmantel buigbaar en door een klemband vastzetbaar is.
Verder stelt de uitvinding voor een verbinding van het 20 vermelde type zodanig uit te voeren, dat de geleider uit geweven draden bestaat en dat de trekschroef van de klemband door de geleider heen gestoken is.
De uitvinding zal nu worden toegelicht aan de hand van bijgaande tekening. Hierin tonen: 25 Fig. 1 een aanzicht van een geopende kabelmof met een verbinding volgens de uitvinding;
Fig. 2 een kabeleind met een geleider en een klemband volgens de uitvinding in een eerste configuratie;
Fig. 3 een kabeleind met een geleider en een klemband 30 volgens de uitvinding in een tweede configuratie;
Fig. 4 een perspectivisch aanzicht van een voorkeursuitvoering van de klemband; en
Fig. 5 een gedeeltelijk weggebroken vooraanzicht van een deel van de klemband volgens fig. 4.
35 Fig. 1 toont het bodemdeel 1 van een kabelmof, waarin kabeleinden 2, 3 liggen. De aders van de kabeleinden 2, 3 zijn elektrisch met elkaar doorverbonden. De mantels 10, 11 8204762 -4- f r ' . v van de kabeleinden 2, 3 zijn elektrisch geleidend uitgevoerd. Rond deze mantels 10, 11 zijn geleiders 12, 13 geslagen, die door klembanden 14, 15 tegen de geleidende mantels 10, 11 worden gedrukt. De klembanden 14, 15 worden door schroeven 5 16, 17 aangedraaid. De geleiders 12, 13 zijn voorzien van kabelschoenen 18, 19, waarmee ze door schroefverbindingen 20, 21 onderling worden doorverbonden via een vaste, aan de bodem 1 aanwezige geleider 22.
Fig. 2 toont op grotere schaal, hoe de geleider 12 10 lusvormig is uitgevoerd. In de in fig. 2 getoonde configuratie dient, zoals duidelijk zal zijn, de lus te worden aangebracht via het vrije uiteinde van het kabeleinde 2. Voor een niet-onderbroken kabel kan deze configuratie niet worden toegepast. In dit verband wordt opgemerkt, dat 15 dergelijke niet-onderbroken kabels regelmatig voorkomen. In een dergelijk geval wordt de kabel plaatselijk bewerkt en van isolatie ontdaan teneinde een verdere kabel af te takken.
De configuratie volgens fig. 3 is wel geschikt voor gebruik bij niet-onderbroken kabels. Opgemerkt wordt, dat 20 alle onderdelen van zowel de geleider 12 als de kïemband 14 identiek zijn aan die volgens fig. 2. Het enige verschil tussen beide is, dat volgens fig. 3 de lusvormige geleider 12 aan beide kanten is teruggeslagen over het kabeleinde 2.
Fig. 4 toont de kïemband 14. Deze omvat twee 25 halfcirkelvormige, met hun ene einde door een scharnier 23 met elkaar verbonden klemwangen 24, 25, die aan hun andere einden door middel van een door een aantal schotelveren 26 belaste trekschroef 27 naar elkaar toe getrokken kunnen worden. Elke klemwang 24, 25 bestaat uit een buitenwanddeel 30 28, 29 met naar binnen omgezette, van plaatselijke insnijdingen 30 voorziene randen, respectievelijk 31, 32 en 33, 34 en een tussen die randen 31, 32 en 33, 34 aangebracht binnenwanddeel 35, 36 van siliconenrubber. De van het scharnier 23 afgewende einden van de klemwangen 24, 25 dragen 35 zich grosso modo radiaal uitstrekkende platen 37, 38. De platen 37 vertoont een schroefgat 39; de plaat 38 vertoont een doorboring 40 voor doorlating van de schroef 27.
8204762 --—- .** ; η < 4 -5-
Zoals fig. 5 duidelijk toont, bevindt zich tussen de plaat 38 en de kop 41 van de voor doorboring van de geweven geleiderlus 12 gepunt uitgevoerde schroef 27 een aantal om en om gerangschikte schotelveren 26. Het voordeel van het ge-5 bruik van dergelijke schotelveren is, dat bij aandraaien on-middellijk na het begin van de vervorming een bepaalde tegenkracht ontstaat, die bij verder aandraaien betrekkelijk weinig toeneemt, waardoor het aandraaien van de schroef 27 betrekkelijk weinig kritisch is. Een bekende schroefveer daar-10 entegen vertoont een aanzienlijk stijler verloop van de veer-karakteristiek. Dit is de reden waarom in het kader van de onderhavige uitvinding aan schotelveren de voorkeur wordt gegeven.
Teneinde er zorg voor te dragen, dat de aandraaikracht 15 effectief op de kabel wordt overgebracht, zijn de siliconenrubberen binnenwanddelen 35, 36 aan drie zijden ingeklemd door respectievelijk het buitenwanddeel 28 en de randen 31 en 32 en het buitenwanddeel 29 en de randen 33 en 34. De binnenwanddelen 35, 36 zijn derhalve zodanig opgesloten, dat ze bij 20 vervorming in de ene richting niet kunnen uitwijken in een vrije richting.
De insnijdingen 30, die regelmatig zijn verdeeld over de lengte van de randen 31, 32, 33, 34 verzekeren de relatief buigbaarheid van de klemwangen 24, 25, hetgeen noodzakelijk 25 is om diametertoleranties van een te omvatten kabel op te vangen.
Een borgring 42 dient ervoor te zorgen, dat de schroef 27 ook in geopende toestand van de klemband 14 met de plaat 38 gekoppeld blijft.
8204762

Claims (5)

1. Elektrisch geleidende verbinding tussen tenminste twee kabeleinden, gekenmerkt door een de geaarde metalen mantels van de kabeleinden onderling verbindende, om die mantels buigbare geleider en om de om die mantels gebogen 5 geleiderdelen aangebrachte klembanden.
2. Klemband ten gebruike bij de verbinding volgens conclusie 1, gekenmerkt door twee halfcirkelvormige, met hun ene einde scharnierend met elkaar verbonden klemwangen, die aan hun andere einden door middel van een onder veerspanning 10 staande trekschroef naar elkaar toegetrokken kunnen worden en dat elke klemwang bestaat uit een buitenwanddeel met naar binnen omgezette, plaatselijk ingesneden randen en een tussen die randen aangebracht binnenwanddeel van rubberelastisch materiaal.
3. Klemband volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de trekschroef door tenminste één schotelveer is belast.
4. Geleider ten gebruike bij de verbinding volgens conclusie 1, bestaande uit een zich in een gesloten lus uitstrekkende, buigzame elektrische geleider, die met 20 tenminste één deel schrijlings over de betrokken kabelmantel buigbaar en door een klemband vaStzetbaar is.
5. Verbinding volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de geleider uit geweven draden bestaat en dat de trekschroef van de klemband door de geleider heen gestoken is. 8204 762
NL8204762A 1982-12-08 1982-12-08 Elektrisch geleidende verbinding. NL8204762A (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8204762A NL8204762A (nl) 1982-12-08 1982-12-08 Elektrisch geleidende verbinding.
EP19830201734 EP0118627B1 (en) 1982-12-08 1983-12-07 Electrically conductive connection with clamping strips
DE8383201734T DE3376048D1 (en) 1982-12-08 1983-12-07 Electrically conductive connection with clamping strips

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8204762A NL8204762A (nl) 1982-12-08 1982-12-08 Elektrisch geleidende verbinding.
NL8204762 1982-12-08

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8204762A true NL8204762A (nl) 1984-07-02

Family

ID=19840718

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8204762A NL8204762A (nl) 1982-12-08 1982-12-08 Elektrisch geleidende verbinding.

Country Status (3)

Country Link
EP (1) EP0118627B1 (nl)
DE (1) DE3376048D1 (nl)
NL (1) NL8204762A (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2224893B (en) * 1988-09-09 1993-02-10 Barry Dobson Electrical earth bonding device
DE10254507A1 (de) * 2002-11-22 2004-06-03 TECE Thews & Clüver GmbH Kabelmuffe
DE102012220197A1 (de) * 2012-11-06 2014-05-08 Tyco Electronics Raychem Gmbh Erdungsvorrichtung für den elektrisch leitfähigen Mantel eines Kabels und Verfahren zum Anbringen der Erfindungsvorrichtung

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CH264429A (de) * 1947-10-29 1949-10-15 Spahr Hans Erdleitungsbride für Bleikabel für Stark- und für Schwachstrom.
AT289231B (de) * 1968-02-20 1971-04-13 Kabel Metallwerke Ghh Verfahren zur elektrischen Verbindung zweier elektrischer Nachrichtenkabel
DE2204163C2 (de) * 1971-02-03 1983-02-10 Amerace Esna Corp., New York, N.Y. Erdungsvorrichtung für die Abschirmung eines Hochspannungskabels
DE2234413C2 (de) * 1972-07-13 1980-08-21 Karl Pfisterer Elektrotechnische Spezialartikel Gmbh U. Co Kg, 7000 Stuttgart Klemme für Rohrsammeischienen
GB1604439A (en) * 1977-12-23 1981-12-09 Raychem Pontoise Sa Heat-recoverable wrap-around devices

Also Published As

Publication number Publication date
EP0118627A1 (en) 1984-09-19
DE3376048D1 (en) 1988-04-21
EP0118627B1 (en) 1988-03-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5683273A (en) Mechanical splice connector for cable
US5141451A (en) Securement means for coaxial cable connector
JP3138046B2 (ja) 圧縮型電気コネクタ
US3985411A (en) Hinged ground clamp
KR100468289B1 (ko) 스트레인 릴리프 및 이를 적용한 공구
US3879981A (en) Fishline connector device
AU667541B2 (en) Cord grip arrangement
NL8400925A (nl) Hoorapparaat, in het bijzonder achter-het-oor hoorapparaat.
TW200836427A (en) Compact compression connector for annular corrugated coaxial cable
WO1998025329B1 (en) Method of storing bundled items
US4026628A (en) Electrical connector for cables and magnetic forming process for same
US4070083A (en) Electrical power line extension
JPS59198675A (ja) 電気コネクタ−プラグ
NL8204762A (nl) Elektrisch geleidende verbinding.
RU2146845C1 (ru) Зажимное приспособление
CN1280716A (zh) 电气连接器
US4084625A (en) Wire banding tool and cable splice
US3388369A (en) Electrical connector for sheet conductors
US6193543B1 (en) Adjustable retainer for electrical cords
EP1078429B1 (en) Strain relieved leading-in connection for signal cables with twisted wire pairs
GB2041794A (en) Improvements in or relating to ferrules
US4781617A (en) Cable connector arrangement to accommodate multiple cable sizes
US3234497A (en) Lineman&#39;s safety bridge
US5192224A (en) Connector backshell for use with flexible conduit with an internal strain relief clamp
US4676540A (en) Articulated cable clamp for electric cable raising and laying

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
A85 Still pending on 85-01-01
BV The patent application has lapsed