NL8203240A - Bewegingscompensator met verbeterde standaangeefinrichting. - Google Patents

Bewegingscompensator met verbeterde standaangeefinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL8203240A
NL8203240A NL8203240A NL8203240A NL8203240A NL 8203240 A NL8203240 A NL 8203240A NL 8203240 A NL8203240 A NL 8203240A NL 8203240 A NL8203240 A NL 8203240A NL 8203240 A NL8203240 A NL 8203240A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
compensator
tube
piston
bodies
movement
Prior art date
Application number
NL8203240A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Nl Industries Inc
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Nl Industries Inc filed Critical Nl Industries Inc
Publication of NL8203240A publication Critical patent/NL8203240A/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E21EARTH OR ROCK DRILLING; MINING
    • E21BEARTH OR ROCK DRILLING; OBTAINING OIL, GAS, WATER, SOLUBLE OR MELTABLE MATERIALS OR A SLURRY OF MINERALS FROM WELLS
    • E21B19/00Handling rods, casings, tubes or the like outside the borehole, e.g. in the derrick; Apparatus for feeding the rods or cables
    • E21B19/002Handling rods, casings, tubes or the like outside the borehole, e.g. in the derrick; Apparatus for feeding the rods or cables specially adapted for underwater drilling
    • E21B19/004Handling rods, casings, tubes or the like outside the borehole, e.g. in the derrick; Apparatus for feeding the rods or cables specially adapted for underwater drilling supporting a riser from a drilling or production platform
    • E21B19/006Handling rods, casings, tubes or the like outside the borehole, e.g. in the derrick; Apparatus for feeding the rods or cables specially adapted for underwater drilling supporting a riser from a drilling or production platform including heave compensators
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E21EARTH OR ROCK DRILLING; MINING
    • E21BEARTH OR ROCK DRILLING; OBTAINING OIL, GAS, WATER, SOLUBLE OR MELTABLE MATERIALS OR A SLURRY OF MINERALS FROM WELLS
    • E21B19/00Handling rods, casings, tubes or the like outside the borehole, e.g. in the derrick; Apparatus for feeding the rods or cables
    • E21B19/08Apparatus for feeding the rods or cables; Apparatus for increasing or decreasing the pressure on the drilling tool; Apparatus for counterbalancing the weight of the rods
    • E21B19/09Apparatus for feeding the rods or cables; Apparatus for increasing or decreasing the pressure on the drilling tool; Apparatus for counterbalancing the weight of the rods specially adapted for drilling underwater formations from a floating support using heave compensators supporting the drill string

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Geology (AREA)
  • Mining & Mineral Resources (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • General Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Fluid Mechanics (AREA)
  • Environmental & Geological Engineering (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Geochemistry & Mineralogy (AREA)
  • Earth Drilling (AREA)
  • Actuator (AREA)
  • Working Measures On Existing Buildindgs (AREA)
  • Jib Cranes (AREA)
  • Measuring Arrangements Characterized By The Use Of Fluids (AREA)
  • Length Measuring Devices With Unspecified Measuring Means (AREA)

Description

* Τ deVr./ED.pl.
Ν.Ο. 31.083 1 ' Bewegingscompensator met verbeterde standaangeefinrichting.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op bewegingscompensa-toren die in samenhang met het buitengaats boren en produceren gebruikt 5 worden. Een soort bewegingscompensator wordt in het algemeen aangegeven als een "compensator voor een buizenreeks". Typische compensatoren voor buizenreeksen zijn in de Amerikaanse octrooischriften 3.877.680 en 3.804.183 beschreven. Een ander type bewegingscompensator wordt in het algemeen aangeduld als "stijgbuisspanner", en voorbeelden van derge-10 lijke inrichtingen zijn in de Amerikaanse octrooischriften 3.908.963 en 3.314.657 beschreven.
Compensators voor reeksen boorbuizen, stijgbuisspanners en andere typen buitengaatse bewegingscompensatoren hebben bepaalde gemeenschap-pelijke kenmerken. De meest wezelijke van deze is misschien het feit 15 dat er bij elke compensator twee lichamen zijn, die onderling verbonden zijn voor onderlinge beweging, gewoonlijk een telescopische beweging, op in hoofdzaak verticaal gerichte wijze. Deze lichamen kunnen bijvoor-beeld een zuiger en een cylinder zijn. Een van de lichamen, gewoonlijk de zuiger of de daarmee verbonden zuigerstang, is verbonden met een 20 buitengaatse putconstructie zoals een reeks boorbuizen of een reeks stijgbuizen, terwijl het andere aan een buitengaats dragende construc-tie verbonden is, zoals een boorplatform of eeb schip. De putconstructie en de dragende constructie zijn natuurlijk ten opzichte van elkaar beweegbaar. Dergelijke bewegingen zullen een overeenkomstige beweging 25 tussen de twee compensatorlichamen tot gevolg hebben. Bepaalde middelen zijn met de twee compensatorlichamen verbonden om op verende wijze aan de onderlinge beweging daartussen weerstand te bieden in een eerste be-wegingsrichting. Dit middel kan typisch een samendrukbaar fluidum zijn, gewoonlijk een gas, die tussen de zuiger en §gn eind van de cylinder 30 aanwezig is.
Het is gebruikelijk om met elke bewegingscompensator een stand-aangever te verbinden, die het bedienende persoon een aanwijzing ver-schaft voor de onderlinge standen van de compensatorlichamen waardoor de bewegingen daartussen waargenomen en/of geregistreerd kunnen worden.
35 Op deze wijze kan bijvoorbeeld van tijd tot tijd bepaald worden of wel of geen verstelling van de inrichting is vereist. In het verleden had-den standaangevers een aantal nadelen· Deze waren niet alleen verhou-dingsgewijs gecompliceerd, wat deze weer kostbaar en moeilijk te onder-houden of te repareren maakte, maar deze voldeden ook niet wat betreft 40 de nauwkeurigheid waarmee deze de onderlinge standen van de compensa- 8203240 i fc 2 ' torlichamen, en zo de daarmee verbonden put- en dragende constructies, bepaalden.
Het is het doel van de onderhavige uitvinding om een verhoudings-gewijs eenvoudig nevensysteem in een buitengaatse bewegingscompensator 5 inrichting te verschaffen, die als standaangever daarvoor dient. Dit nevensysteem omvat een in de handel verkrijgbare inrichting voor het opwekken van een elektrisch signaal, dat een funktie is van de hydrau-lische druk. Meer in het bijzonder omvat deze een buigzame buis die aan Sen eind een vloeistoftank heeft en aan het andere eind een drukgevoe-10 lige omzetter heeft* De buis is tussen de twee einden daarvan gevuld met een vloeistof. Een eind is op een van de compensatorlichamen aange-bracht, terwijl het andere eind, in het bijzonder dat eind dat verbonden is met de omzetter, in hoofdzaak onder het tankeind op het andere lichaam aangebracht is. Als de compensatorlichamen in verticale rich-15 ting ten opzichte van elkaar bewegen, verandert de afstand tussen de twee einden van de buigzame buis, waardoor dus de hydraulische druk bij het benedeneind wisselt, en daardoor de grootte van het signaal dat door de omzetter voortgebracht wordt. Het laatstgenoemde elektrische signaal kan door bekende middelen zichtbaar gemaakt worden.
20 Vanwege de eenvoud van het standaangevende nevensysteem, is dit verhoudingsgewijs weinig kostbaar en eenvoudig ter plaatse te repa-reren. Het is ook veilig aangezien noch de stroom die vereist is om de omzetter te doen werken, noch het uitgaande signaal daarvan bijzonder groot behoeven te zijn. Eveneens kan de vloeistof die binnen de buig-25 zame buis gevat is van niet schadelijke aard zijn. Een ander wezenlijk voordeel is dat dit bijzondere type standaangever verhoudingsgewijs eenvoudig opgenomen kan worden in werkelijk elk type bewegingscompensator zonder de laatste wezenlijk opnieuw te moeten ontwerpen. Bij al deze eenvoud en daaruit voortvloeiende voordelen, is de standaangever 30 desondanks nauwkeuriger dan de bekende. Bijvoorbeeld als de afstand tussen de twee einden van de buis 6 meter bedraagt, kan de nauwkeurig-heid + 1,2 cm bedragen.
Dienovereenkomstig is het een belangrijk doel van de onderhavige uitvinding om een buitengaatse bewegingscompensator te verschaffen met 35 verbeterde standaangeefmiddelen.
Het is een ander doel van de onderhavige uitvinding om een bewegingscompensator te verschaffen, waarbij het stand-aangeefmiddel een inrichting omvat voor het daarbij behorend verschaffen en meten van een hydraulische druk en het voortbrengen van een signaal dat een funktie 40 daarvan is.
S 2 0 3 2 4 0 i % ' 3
Het is een verder doel van de uitvinding om een bewegingscompensator te verschaffen waarbij het standaangeefmiddel verhoudingsgewijs eenvoudig en weinig kostbaar is, terwijl het toch veilig, veelzijdig en zeer nauwkeurig is.
5 Andere doeleinden, kenmerken en voordelen van de onderhavige uitvinding zullen duidelijk worden uit de onderstaande gedetailleerde beschrijving van voorkeursuitvoeringen, de tekeningen en de conclusies.
Daarbij tonen: 10 Figuur 1 een schematisch zijaanzicht van een buitengaatse draaginrichting en stijgbuis met daarmee verbonden stijgbuisspanners waarin de onderhavige uitvinding opgenomen is,
Figuur 2 een zijaanzicht op vergrote schaal van Sen van de stijgbuisspanners van figuur 1, 15 figuur 3 een aanzicht als dat van figuur 2 over 90° gedraaid, figuur 4 een ander vergroot zijaanzicht, waarbij delen van het nevensysteem van de standaangever van de spanner uit figuur 2 en 3, opengewerkt zijn, figuur 5 gedeeltelijk een doorsnede langs de lijn V-V in figuur 4 20 en gedeeltelijk een zijaanzicht daarvan, en figuur 6 een verticaal zijaanzicht van een compensator voor een reeks boorbuizen, omvattende een standaangever volgens de onderhavige uitvinding.
In figuur 1 is op een vereenvoudigde en schematische wijze een 25 buitengaatse drijvende booruitrusting 10 getoond. De uitrusting 10 heeft poten 12 die de constructie op drijvers (niet afgebeeld) onder het wateroppervlak 16 dragen. Een boortoren 14 is op het dek van de booruitrusting 10 aangebracht. Onder de booruitrusting 10 is het boveneind van een reeks stijgbuizen 18 afgebeeld, die zich naar beneden 30 naar een zich onder het wateroppervlak bevindende put uitstrekt.
Omdat de stijgbuis 18 noodzakelijkerwijs buigbaar is, en in het water 16 overeind staat, zal deze ten opzichte van de booruitrusting 10 bewegen. Belangrijker is dat de booruitrusting zelf deinen en zwaaien zal omdat deze op het water 16 drijft.
35 Teneinde zo'n onderlinge beweging te compenseren, is een paar tegenover elkaar liggende bewegingscompensatoren in de vorm van spanners 20 voor de reeks boorbuizen aanwezig. Hoewel twee spanners 20 in figuur 1 afgebeeld zijn, kan natuurlijk elk aantal gebruikt worden.
Elk van de spanners 20 is met de booruitrusting 10 verbonden. Meer in 40 het bijzonder omvat elke spanner bovenste en benedenste bevestigings- 8203240 • k 4 delen 22 en 24. Het benedenste bevestigingsdeel 24 kan aan een daarbij behorende poot 12 zijn geschroefd of op andere wijze stijf daaraan be-vestigd zijn, terwijl het bovenste bevestigingsdeel 22 door een draag-steun 26 met het dek van de booruitrusting 10 verbonden is. Elke span-5 ner 20 is verder door een daarbij behorende buigbare kabel 28 met het boveneind van de stijgbuis 18 verbonden. Een paar steunen 30 hangen van de onderkant van het dek Van de booruitrusting 10 naar beneden, en elke steun 30 draagt een snaarschijf 32. Elk van de kabels 28 waarvan δέη eind verbonden is aan het boveneind van de stijgbuis 18, loopt over de 10 daarbij behorende snaarschijf 32, en strekt zich dan tot het beneden-eind van de daarbij behorende spanner 20 uit.
In figuur 2 en 3 is als voorbeeld een spanner 20 meer gedetail-leerd afgebeeld. Begrepen moet echter worden dat het nevensysteem voor het weergeven van de stand op verschillende soorten spanners toegepast 15 kan worden. De spanner 20 omvat een cyclinder 34 die in hoofdzaak ver-ticaal aangebracht is. Als hier de uitdrukking "in hoofdzaak verticaal" en dergelijke uitdrukkingen gebruikt worden, dan betekent dat, dat de hartlijn in langsrichting van het onderhavige voorwerp zodanig gericht is, dat deze tenminste een wezenlijke verticale richtingscomponent 20 heeft. Een zuiger 36 is binnen cylinder 34 gelegen, en de daaraan be-vestigde zuigerstang 38 strekt zich naar boven en naar buiten door het boveneind van cylinder 34 uit. Het boveneind van de cylinder 34 is door gebruikelijke middelen (niet afgebeeld) afgedicht ten opzichte van de zuigerstang 38. Een katrolsamenstel, omvattende een montagesteun 40 en 25 katrolschijven 42 en 44, die door een as 46 draaibaar aangebracht zijn op de steun 40, is vast aan het benedeneind van de cylinder 34 beves-tigd. Het bevestigingsdeel 24, wat hierboven beschreven is, is vast be-vestigd aan de steun 40. Een enigszins daarop gelijkend katrolsamenstel, dat een bevestigingssteun 48 en katrolschijven 50 en 52 omvat, 30 die door een as 54 draaibaar aangebracht zijn in steun 48, is aan het boveneind van zuigerstang 38 bevestigd.
De kabel 28 loopt naar beneden om katrolschijf 42, naar boven om katrolschijf 52, terug naar beneden om katrolschijf 44, terug naar boven om katrolschijf 50 en tot slot strekt deze zich terug naar beneden 35 uit en is met het eind bevestigd aan de steun 40, en dus aan de cylinder 34. Hoewel de cylinder 34 vast bevestigd is aan de dragende booruitrusting 10 zoals hierboven beschreven is, wordt de stijgbuis 18 zo op werkzame wijze gedeeltelijk gedragen door de zuiger 36 en de zuigerstang 38 daarvan. Elke beweging van de stijgbuis 18 ten opzichte van de 40 dragende booruitrusting 10 zal of heeft de neiging een daarbij behoren- 8203240 5 de beweging van zuigerstang 38 en zuiger 36 ten opzichte van cylinder 34 te veroorzaken. Daarom kan met betrefcking tot de onderhavige bespre-king gesteld worden dat zuiger 36 en zuigerstang 38 op werkzame wijze verbonden zijn met de stijgbuis 18, hoewel de raakpunten van het ka-5 trolsamenstel 48, 50, 52 met de verbindingskabel 28 zal wisselen.
Teneinde de zuiger 36 op meegevende wijze binnen de cylinder 34 te dragen, en zo op verende wijze weerstand te bieden aan de onderlinge beweging van de zuiger en cylinder in een eerste bewegingsrichting, na-melijk een naar beneden gerichte beweging van de zuiger en/of naar bo-10 ven gerichte beweging van de cylinder, is een samendrukbaar fluldum, bij voorkeur een samengedrukt gas, in het benedendeel van de cylinder 34 onder de zuiger 36 aangebracht. Zo’n samengedrukt gas wordt toege-voerd uit een tank 56 dat op de cylinder 34 door steunen 58 en 60 aangebracht is, en met het benedeneind van cylinder 34 in verbinding staat 15 door middel van een buis 62. Door de druk van het gas in de tank 56 en het benedendeel van de cylinder is te stellen, kan de spanner 20 gesteld worden om een gewenste mate van weerstand te bieden aan de onderlinge beweging van de zuiger 36 en de cylinder 34 in de voorgenoemde eerste bewegingsrichting, en daarom aan de onderlinge beweging van de 20 stijgbuis 18 en de dragende booruitrusting 10. Tegelijkertijd wordt, omdat het gas samendrukbaar is en de weerstand tegen beweging daardoor verend is, zo'n beweging mogelijk indien de krachten een bepaalde grootte bereiken; dit voorkomt het breken van kabel 28 of andere schade of ongeval. Gesteld kan dus worden dat het resultaat van de spanner 20 25 is, dat deze de spanning in de kabel 28 binnen bepaalde grenzen hand-haaft·
Uit figuur 1 blijkt dat de twee spanners 20 tegenover elkaar lig-gen en in tegenovergestelde richtingen weerstand bieden aan de zijde-lingse beweging van de stijgbuis 18. Dienovereenkomstig werken de twee 30 spanners 20 samen en houden de stijgbuis 18 in hoofdzaak in het midden geplaatst ten opzichte van de dragende booruitrusting 10 alsmede t.o.v. de zich daaronder bevindende put.
Ale beveiliging tegen een buitensporig snelle beweging van de zuiger 36, in het bijzonder in het geval van een ongeluk zoals het breken 35 van een van de fluldumleidingen of een ander deel van de inrichting, kan een onder geringe druk staand fluldum toegevoerd worden naar het einde van de cylinder 34 waar de stang zich bevindt, op een op zichzelf bekende wijze. Kort gezegd kan dit fluidum een vloeistof zijn, zoals olie, die in de cylinder gedreven wordt door een enigszins onder druk 40 staand gas, zoals lucht. Een reservoir 64 dat op de cylinder 34 aange- 8203240 « * 6 bracht is door steunen 66 en 68, en in verbinding staat met het eind stang van de cylinder 34 waar de stang zich bevindt door een buis 70, bevat de onder druk staande lucht en olie en voorziet in een overloop voor de olie indien de zuiger 36 naar boven in de cylinder 34 daarvan 5 beweegt.
Tijdens bedrijf, is het voor de bedienende persoon wenselijk om in staat te zijn de stand van zuiger 36 binnen de cylinder 34 te bepalen. Hiervoor is de spanner 20 in overeenstemming met de onderhavige uitvin-ding, voorzien van een verbeterde standaangever, die in zijn geheel is 10 aangegeven door nummer 72,
De standaangever 72 is meer gedetailleerd getoond in figuur 4 en 5. De standaangever omvat een vloeistofreservoir 74, dat door een ge-schikte steun 76 aan de grotere steun 48 bevestigd is, welke grotere steun 48 gedragen wordt door zuigerstang 38. Een eind van een buigzame 15 buis 78 staat door een geschikt hulpstuk in verbinding met een tank 74. Het andere eind van de buis 78 staat in verbinding met §§n helft van een kamer 80 die door een diafragma (niet afgebeeld) gedeeld is. Het deel van de kamer aan de tegenoverliggende zijde van het diafragma 82 is op werkzame wijze verbonden met een omzetter 84. Het nevensamenstel 20 80, 84 is van een soort dat in de handel verkrijgbaar is, bijvoorbeeld bij Fisher & Porter onder de naam "Elektronische differentials drukom-zetter - type 50DPF 100”, De bouwwijze en werking zullen hier daarom niet in detail beschreven worden. In het kort wordt een elektrische voeding aan transmitter 84 toegevoerd door een leiding die schetsmatig 25 aangegeven is met 86. De eenheid 80 registreert de druk die op het zich daarin bevindende diafragma, uitgeoefend wordt, en zo de hydraulische druk bij of nabij het aangrenzende eind van buis 78, en de omzetter 84 zet deze wisselende druk in een daarbij behorend elektrisch signaal om, welk signaal een funktie van die druk is. Het elektrische signaal wordt 30 door een leiding die schematisch weergegeven is met 88, overgebracht naar een geschikte uitleesinrichting, zoals de meter 90, die op elke geschikte plaats op het dragende platform 10 aangebracht kan zijn om door een bedienend persoon waargenomen te worden. Zowel de tank 74 als de kamer 80 zijn voorzien van geschikte ontluchtingsopeningen (niet af-35 gebeeld).
De eenheid 80, 84 is op het boveneind van een huis 92 aangebracht, dat op zijn beurt verbonden is met cylinder 34 in een zodanige stand dat, uitgaande van de gebruikelijke beperkingen van de af te leggen weg van zuiger 36, de eenheid 80, 84 en het daaraan bevestigde eind van de 40 buis 78 zich altijd lager bevinden dan het andere eind van de buis 78 8203240 * m 7 en het daaraan bevestigde reservoir 74. Aangezien het boveneind van de buis 78 verbonden is aan zuigerstang 38, terwijl het benedeneind verbonden is met de cylinder 34, zal de onderlinge beweging tussen de zuiger en de cylinder echter de verticale afstand tussen de twee einden 5 van de buis 78, en zo de hydraulische druk bij het benedeneind van de buis, veranderen. Dienovereenkomstig zal de druk geregistreerd door de eenheid 80 en het signaal dat voortgebracht wordt door de omzetter 84 veranderen als een funktie van de afstand tussen de zuiger 36 en de cylinder 34.
10 Teneinde slaphangen van de buis 78 te beletten, is deze om een loop bloksamenstel 96 geleid, dat een katrolschijf 96b en een steun 96a die geleidbaar aangebracht is in het huis 92, omvat. Dit middel houdt ook een wezenlijk deel van de buis 78 binnen het huis 92, waar deze buis verder beschermd wordt tegen schade, verstrengeling en dergelijke.
15 De vloeistof in de tank 74, die de buis 78 vult, kan van verhoudingsge-wijs weinig schadelijke soort zijn, zoals ethyleenglycol. Als dus de buis 78 zou breken of losraken, komt daar geen schade uit voort. Boven-dien zou zo'n schade eenvoudig en met weinig kosten gerepareerd kunnen worden. Niettemin is de mate van nauwkeurigheid van de standaangever 20 uiterst groot, in het bijzonder vergeleken met inrichtlngen volgens de stand der techniek. Als bijvoorbeeld de boven grens van de reeks af-standen tussen de twee einden van de buis 78 zes meter is, kan de uit-lezing bij meter 90 op ongeveer 1,2 cm nauwkeurig zijn.
In figuur 6 is de uitvinding afgebeeld waarbij deze toegepast 25 wordt bij een ander soort bewegingscompensator, namelijk bij een compensator voor een reeks boorbuizen. Voor.meer details van de construc-tie, omgeving, en werking van dergelijke compensators, kan verwezen worden naar de Amerikaanse octrooischriften 3.877.680 en 3.804.183. In het kort omvat de compensator een frame 98 dat door een loopblok 100 en 30 takel 102 aan een buitengaatse draagconstructie, zoals een boortoren gedragen door een boorschip, een zich half onder water bevindende in-richting of dergelijke is opgehangen. Een paar evenwijdige cylinders 104 waarvan elk een zuiger omvat, waarvan er δέη met 106 aangegeven is zijn vast aan het frame 98 bevestigd. De zuigerstangen 108 strekken 35 zich naar buitenuit vanaf de boveneinden van de cylinders 104 en dragen daarbij behorende katrolsamenstellen 110. Voor elk zuiger- en cylinder-samenstel is een kabel 112 aanwezig. Een eind van elke kabel 112 is bevestigd aan het frame 98 en strekt zich vanaf daar naar boven uit over het katrolwiel van een daarbij behorend samenstel 110, en dan naar be-40 neden, waarbij het andere eind verbonden is aan een dwarsstuk 114, dat 8203240 8 beweegbaar is ten opzichte van frame 98. Het dwarsstuk 114 draagt een haak 116 waaraan de reeks boorbuizen uiteindelijk opgehangen is.
Het blijkt dus dat het frame 98 en de daarmee verbonden cylinders 104 met de dragende constructie verbonden zijn, terwijl de reeks boor-5 buizen op werkzame wijze gedragen wordt door de zuigers 106 en zodat voor het onderhavige geval gesteld kan worden dat deze verbonden is met die zuigers. Eveneens als in het geval van de spanner voor de stijgbuis die hierboven beschreven is, wordt het blinde of benedeneind van de cylinder 104 voorzien van onder druk staande lucht voor het op verende 10 wijze dragen van de zuiger 106, en zo weerstand te bieden aan de onder-linge beweging van de zuiger en de cylinder op een wijze die de naar beneden gerichte beweging van de zuiger of naar boven gerichte beweging van de cylinder omvat. Eveneens, kan als veiligheidsmaatregel, het bo-venste of het zich bij de stang bevindende eind van elke cylinder 104 15 een onder lage druk staand fluldum bevatten, wat over kan lopen in va-ten 118 bij het naar boven bewegen van zuiger 106.
Het nevensamenstel voor een standaanwijzing kan in of Sen, of in-dien gewenst in beide zuiger- en cylindersamenstellen 104, 106 opgeno-men worden. De standaanwijzer is in hoofdzaak gelijk aan die in figuur 20 4 en 5 afgebeeld is. In het kort omvat deze een huis 92’ dat vast be- vestigd is aan cylinder 104 en aan het boveneind een druk registrerende omzetter draagt, die schematisch bij 84r weergegeven is. Een vloeistof-tank 74' wordt door het katrolsamenstel 104 voor beweging met de zuiger 106 en zuigerstang 108, gedragen. De tank 74' en de eenheid 84' zijn 25 onderling verbonden door een buigzame buis 78 *. Het middendeel van de buis 78' strekt zich naar beneden uit in het huis 92', waar het over een loopbloksamenstel 96’ loopt. Zoals bij de voorgaande uitvoering wordt, indien het verschil tussen de twee einden van de buis 78 veran-dert door de onderlinge beweging van zuiger 106 en cylinder 104, de 30 verandering in hydraulische druk bij het benedeneind van de buis 78 om-gezet door eenheid 84' in een elektrisch·signaal dat door een leiding (niet afgebeeld) naar een geschikte uitleesinrichting overgebracht wordt.
8 2 0 3 2 4 C

Claims (13)

1. Bewegingscompensatie-lnrichting om aangebracht te worden tussen een buitengaatse dragende constructie en een buitengaatse putconstruc- 5 tie die beweegbaar is ten opzichte van de dragende constructie, met het kenmerk, dat deze omvat: eerste en tweede compensatorlichamen die verbonden zijn met de dragende constructie en de putconstructie, zodat een onderlinge beweging tussen die constructies een onderlinge beweging tussen die compensatorlichamen 10 veroorzaken, waarbij de lichamen verder met.elkaar verbonden zijn voor een onderlinge beweging in in hoofdzaak verticale richtingen; middelen die verbonden zijn met de compensatorlichamen voor het op verende wi jze weerstand bieden aan een relatieve beweging daartussen in een eerste bewegingsrichting; 15 en 8tandaangeefmiddelen die verbonden zijn met de lichamen omvattende-: een buigzame houder waarvan §en eind verbonden is met een van de compensatorlichamen en het andere eind verbonden is met het andere van de compensatorlichamen dat zich in hoofdzaak onder het ene eind bevindt , waarbij de houder gevuld is met een vloeistof die zich tussen die einden 20 bevindt; en drukgevoelige overbrengmiddelen die verbonden zijn met dat andere eind van die houder en die een signaal kunnen voortbrengen dat een funktie is van de hydraulische druk bij het andere eind van die houder.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het sig-25 naal elektrisch is, waarbij de inrichting verder elektrische voedings- middelen omvat die op werkzame wijze verbonden zijn met de overbrengmiddelen.
3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat deze verder uitleesmiddelen omvat die op werkzame wijze verbonden zijn met de 30 omzetmiddelen om een uitlezing te verschaffen die verandert met het signaal.
4. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de houder een buigzame langwerpige buis is.
5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat deze ver-35 der een fluldumtank omvat die verbonden is met het ene eind de houder.
6. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat deze verder middelen omvat om het slap hangen van die buis te compenseren.
7. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de middelen voor het compenseren van het slap hangen van die buis, een loopblok 40 omvatten waarbij de buis om de katrolschijf van dat loopblok loopt. 8203240
8. Inrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat deze ver-der een huis omvat dat het loopblok en een deel van de buis omgeeft.
9. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat het huis -gedragen wordt door het andere compensatorlichaam en dat de omzetmidde- 5 len op het huis aangebracht zljn.
10. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de put-constructie een reeks boorbuizen is.
11. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de put-constructie een reeks stijgbuizen is.
12. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat Sen com pensatorlichaam een zuiger omvat, en het andere compensatorlichaam een cylinder omvat die die zuiger opneemt.
13. Inrichting volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat het mid-del dat op verende wijze weerstand biedt aan een beweging een samen-15 drukbaar fluldum omvat dat tussen de zuiger en het ene eind van de cylinder aangebracht is. 8203240
NL8203240A 1981-08-20 1982-08-18 Bewegingscompensator met verbeterde standaangeefinrichting. NL8203240A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US29443681 1981-08-20
US06/294,436 US4421173A (en) 1981-08-20 1981-08-20 Motion compensator with improved position indicator

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8203240A true NL8203240A (nl) 1983-03-16

Family

ID=23133413

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8203240A NL8203240A (nl) 1981-08-20 1982-08-18 Bewegingscompensator met verbeterde standaangeefinrichting.

Country Status (11)

Country Link
US (1) US4421173A (nl)
JP (1) JPS5837288A (nl)
BR (1) BR8204587A (nl)
CA (1) CA1170063A (nl)
DE (1) DE3230881A1 (nl)
FR (1) FR2511726B1 (nl)
GB (1) GB2104128B (nl)
MX (1) MX161185A (nl)
NL (1) NL8203240A (nl)
NO (1) NO159198C (nl)
SE (1) SE451080B (nl)

Families Citing this family (28)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4612993A (en) * 1984-09-19 1986-09-23 Shell Oil Company Riser position indication apparatus
US5520369A (en) * 1984-12-28 1996-05-28 Institut Francais Du Petrole Method and device for withdrawing an element fastened to a mobile installation from the influence of the movements of this installation
US4867418A (en) * 1986-03-03 1989-09-19 N.L. Industries, Inc. Apparatus for increasing the load handling capability of support and manipulating equipment
US4787778A (en) * 1986-12-01 1988-11-29 Conoco Inc. Method and apparatus for tensioning a riser
US4883387A (en) * 1987-04-24 1989-11-28 Conoco, Inc. Apparatus for tensioning a riser
FR2638830B1 (fr) * 1988-11-10 1993-01-29 Inst Francais Du Petrole Dispositif pour determiner la distance verticale entre deux elements a des hauteurs inegales
NO309537B1 (no) * 1999-03-03 2001-02-12 Eng & Drilling Machinery As Anordning ved et boredekk pa en boreplattform
NO310986B1 (no) 1999-09-09 2001-09-24 Moss Maritime As Anordning for overhaling av hydrokarbonbronner til havs
US6343893B1 (en) 1999-11-29 2002-02-05 Mercur Slimhole Drilling And Intervention As Arrangement for controlling floating drilling and intervention vessels
US6688814B2 (en) * 2001-09-14 2004-02-10 Union Oil Company Of California Adjustable rigid riser connector
US6672410B2 (en) 2001-09-25 2004-01-06 Ingersoll-Rand Company Drilling machine having a feed cable tensioner
US6824330B2 (en) * 2002-09-19 2004-11-30 Coflexip S.A. Constant tension steel catenary riser system
NO20025858D0 (no) * 2002-12-06 2002-12-06 Maritime Hydraulics As Horisontalkraftutlignet stigerörstrekkanordning
US6968900B2 (en) * 2002-12-09 2005-11-29 Control Flow Inc. Portable drill string compensator
US7008340B2 (en) * 2002-12-09 2006-03-07 Control Flow Inc. Ram-type tensioner assembly having integral hydraulic fluid accumulator
CA2462071C (en) * 2003-03-25 2010-08-31 Schlumberger Canada Limited Multi-purpose coiled tubing handling system
US20060180314A1 (en) * 2005-02-17 2006-08-17 Control Flow Inc. Co-linear tensioner and methods of installing and removing same
US7225877B2 (en) * 2005-04-05 2007-06-05 Varco I/P, Inc. Subsea intervention fluid transfer system
GB0509993D0 (en) * 2005-05-17 2005-06-22 Bamford Antony S Load sharing riser tensioning system
US20070084606A1 (en) * 2005-10-13 2007-04-19 Hydraulic Well Control, Llc Rig assist compensation system
US7784546B2 (en) * 2005-10-21 2010-08-31 Schlumberger Technology Corporation Tension lift frame used as a jacking frame
US7404443B2 (en) * 2005-10-21 2008-07-29 Schlumberger Technology Corporation Compensation system for a jacking frame
US7357184B2 (en) * 2005-10-21 2008-04-15 Schlumberger Technology Corporation Jacking frame having a wellhead centralizer and method of use
US7281585B2 (en) * 2006-02-15 2007-10-16 Schlumberger Technology Corp. Offshore coiled tubing heave compensation control system
US20090114894A1 (en) * 2007-09-18 2009-05-07 Alvin Rooks Universal Sheave Wheel Adapter
NO330288B1 (no) * 2008-06-20 2011-03-21 Norocean As Slippforbindelse med justerbar forspenning
NO341753B1 (no) * 2013-07-03 2018-01-15 Cameron Int Corp Bevegelseskompensasjonssystem
BR112018008694B1 (pt) 2015-10-28 2023-01-31 Maersk Drilling A/S Sonda de perfuração offshore compreendendo um sistema antirrecuo

Family Cites Families (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2826165A (en) * 1955-10-31 1958-03-11 Infilco Inc Position indicator
FR2159169B1 (nl) * 1971-11-08 1974-05-31 Inst Francais Du Petrole
US3804183A (en) * 1972-05-01 1974-04-16 Rucker Co Drill string compensator
GB1397880A (en) * 1973-10-09 1975-06-18 Brown Brothers & Co Ltd Heave compensating device for marine
US4004532A (en) * 1975-05-05 1977-01-25 Western Gear Corporation Riser tension system for floating platform
FR2344490A1 (fr) * 1976-03-18 1977-10-14 Elf Aquitaine Dispositif de compensation des variations de distance entre un objet flottant sur l'eau et le fond de celle-ci
US4176722A (en) * 1978-03-15 1979-12-04 Global Marine, Inc. Marine riser system with dual purpose lift and heave compensator mechanism

Also Published As

Publication number Publication date
GB2104128B (en) 1984-12-19
BR8204587A (pt) 1983-07-26
SE8204752D0 (sv) 1982-08-18
JPS5837288A (ja) 1983-03-04
NO159198B (no) 1988-08-29
NO159198C (no) 1988-12-07
FR2511726B1 (fr) 1985-07-12
MX161185A (es) 1990-08-14
SE451080B (sv) 1987-08-31
CA1170063A (en) 1984-07-03
NO821880L (no) 1983-02-21
DE3230881A1 (de) 1983-03-03
JPH0220797B2 (nl) 1990-05-10
FR2511726A1 (fr) 1983-02-25
US4421173A (en) 1983-12-20
GB2104128A (en) 1983-03-02
SE8204752L (sv) 1983-02-21

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8203240A (nl) Bewegingscompensator met verbeterde standaangeefinrichting.
US3976148A (en) Method and apparatus for determining onboard a heaving vessel the flow rate of drilling fluid flowing out of a wellhole and into a telescoping marine riser connecting between the wellhouse and the vessel
US3891038A (en) Device for measuring the position and speed of a boring tool
NL1041668B1 (en) Real-time tracking and mitigating of bending fatigue in coiled tubing
AU2008298512A1 (en) Motion compensation system
CN104406568B (zh) 深水区地表沉降监测装置及方法
NO322172B1 (no) Anordning i forbindelse med hivkompensering av et trykksatt stigeror forlopende mellom en havbunnsinstallasjon og en flytende enhet.
NO129414B (nl)
US3121954A (en) Position locating device
US3811322A (en) Method and apparatus for monitoring return mud flow
US6869254B1 (en) Riser tensioner sensor assembly
US4612993A (en) Riser position indication apparatus
US4174628A (en) Marine riser measuring joint
US3948486A (en) New device for applying a determined force to an element connected to an installation subjected to alternating movements
NO831079L (no) Anordning for aa kompensere for stampingen som en last, som er nedsenket opphengt fra et fartoey, er utsatt for
KR101379021B1 (ko) 수중 변위측정장치
CN109282790A (zh) 用于桩基础的并联式深部多点静力水准测量系统及方法
RU1777005C (ru) Уровнемер жидкости
Doria et al. Kick detection in floating drilling rigs
JPS6036909A (ja) 鋼板セル傾斜角計測装置
Huang Studies on Dynamics of Suction Piles during Their Lowering Operations
SU462079A1 (ru) Волнограф
Wouts et al. Monitoring offshore lift dynamics
CN104948169B (zh) 半潜式平台随钻测井深度测量系统
KR102482340B1 (ko) 시추 호이스팅 장치 및 이를 구비한 해양 구조물

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
CNR Transfer of rights (patent application after its laying open for public inspection)

Free format text: BAROID TECHNOLOGY, INC.

BV The patent application has lapsed