NL8103933A - Afstandhouder. - Google Patents
Afstandhouder. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8103933A NL8103933A NL8103933A NL8103933A NL8103933A NL 8103933 A NL8103933 A NL 8103933A NL 8103933 A NL8103933 A NL 8103933A NL 8103933 A NL8103933 A NL 8103933A NL 8103933 A NL8103933 A NL 8103933A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- saddle
- groove
- spacer according
- mat
- grooves
- Prior art date
Links
- 125000006850 spacer group Chemical group 0.000 claims description 42
- 238000010438 heat treatment Methods 0.000 claims description 32
- 238000003780 insertion Methods 0.000 claims description 24
- 230000037431 insertion Effects 0.000 claims description 24
- 230000000717 retained effect Effects 0.000 claims description 11
- 238000003825 pressing Methods 0.000 claims description 3
- 239000000463 material Substances 0.000 description 3
- 238000003892 spreading Methods 0.000 description 3
- 229910000831 Steel Inorganic materials 0.000 description 1
- 238000005275 alloying Methods 0.000 description 1
- 230000006835 compression Effects 0.000 description 1
- 238000007906 compression Methods 0.000 description 1
- 238000010276 construction Methods 0.000 description 1
- 238000005520 cutting process Methods 0.000 description 1
- 238000009434 installation Methods 0.000 description 1
- 238000004519 manufacturing process Methods 0.000 description 1
- 239000010959 steel Substances 0.000 description 1
Classifications
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F24—HEATING; RANGES; VENTILATING
- F24D—DOMESTIC- OR SPACE-HEATING SYSTEMS, e.g. CENTRAL HEATING SYSTEMS; DOMESTIC HOT-WATER SUPPLY SYSTEMS; ELEMENTS OR COMPONENTS THEREFOR
- F24D3/00—Hot-water central heating systems
- F24D3/12—Tube and panel arrangements for ceiling, wall, or underfloor heating
- F24D3/14—Tube and panel arrangements for ceiling, wall, or underfloor heating incorporated in a ceiling, wall or floor
- F24D3/141—Tube mountings specially adapted therefor
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16B—DEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
- F16B7/00—Connections of rods or tubes, e.g. of non-circular section, mutually, including resilient connections
- F16B7/04—Clamping or clipping connections
- F16B7/044—Clamping or clipping connections for rods or tubes being in angled relationship
- F16B7/048—Clamping or clipping connections for rods or tubes being in angled relationship for rods or for tubes without using the innerside thereof
- F16B7/0493—Clamping or clipping connections for rods or tubes being in angled relationship for rods or for tubes without using the innerside thereof forming a crossed-over connection
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16L—PIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16L3/00—Supports for pipes, cables or protective tubing, e.g. hangers, holders, clamps, cleats, clips, brackets
- F16L3/08—Supports for pipes, cables or protective tubing, e.g. hangers, holders, clamps, cleats, clips, brackets substantially surrounding the pipe, cable or protective tubing
- F16L3/12—Supports for pipes, cables or protective tubing, e.g. hangers, holders, clamps, cleats, clips, brackets substantially surrounding the pipe, cable or protective tubing comprising a member substantially surrounding the pipe, cable or protective tubing
- F16L3/13—Supports for pipes, cables or protective tubing, e.g. hangers, holders, clamps, cleats, clips, brackets substantially surrounding the pipe, cable or protective tubing comprising a member substantially surrounding the pipe, cable or protective tubing and engaging it by snap action
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F24—HEATING; RANGES; VENTILATING
- F24D—DOMESTIC- OR SPACE-HEATING SYSTEMS, e.g. CENTRAL HEATING SYSTEMS; DOMESTIC HOT-WATER SUPPLY SYSTEMS; ELEMENTS OR COMPONENTS THEREFOR
- F24D3/00—Hot-water central heating systems
- F24D3/12—Tube and panel arrangements for ceiling, wall, or underfloor heating
- F24D3/14—Tube and panel arrangements for ceiling, wall, or underfloor heating incorporated in a ceiling, wall or floor
- F24D3/141—Tube mountings specially adapted therefor
- F24D3/144—Clips for fastening heating tubes on a reinforcement net or mesh, e.g. mesh for concrete reinforcement
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y02—TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
- Y02B—CLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES RELATED TO BUILDINGS, e.g. HOUSING, HOUSE APPLIANCES OR RELATED END-USER APPLICATIONS
- Y02B30/00—Energy efficient heating, ventilation or air conditioning [HVAC]
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- General Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Physics & Mathematics (AREA)
- Thermal Sciences (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Combustion & Propulsion (AREA)
- Clamps And Clips (AREA)
- Resistance Heating (AREA)
- Floor Finish (AREA)
- Steam Or Hot-Water Central Heating Systems (AREA)
Description
* I
-1- vo 2259
AfSt andhouder.
De uitvinding heeft betrekking op een afstandhouder voor een met de verwarmingselementen van een vloerverwarming te verbinden draagmat, die in het gebied van de trekbelasting van de estrik ligt welke afstandhouder is voorzien van althans een bevestigingszadel 5 voor de bij voorkeur buisvormige verwarmingselementen9 verder van een plaat vormige voet en van althans twee zich tussen de onderkant van de voet en het bevestigings zadel uit strekkende en elkaar kruisende in-leggroeven, elk voor althans een staaf van de draagmat, waarbij een inleggroef evenwijdig aan en de andere loodrecht op de met de lengte-10 hartlijn van het in het zadel gelegde verwarmingselement in lijn liggende zadelhartlijn loopt.
Een bekende houder heeft boven de inleggroeven een eendelig. bevestigingszadel voor een verwarmingselement van een vloerverarming.
Dit zadel bestaat uit twee zadelbenen, die in het gebied van de bodem 15 van de evenwijdig aan de zadelhartlijn lopende inleggroef met elkaar zijn verbonden. Het verbindingsgebied van dit zadel met de inleggroef vormt de hartlijn van een spreiklem, die enerzijds bestaat uit de zadelbenen en anderzijds uit de door de evenwijdige inleggroef gedeelde voet. Door zijdelingse druk op de zadelbenen kan de in het gebied van 20 de voet door nokken vernauwde evenwijdige groef zodanig ver worden opengespreid, dat de matstaaf zonder moeilijkheden in de overigens ongeveer dezelfde breedte als de matstaaf bezittende inleggroef terecht kan komen en zodoende de houder met de draagmat kan worden verbonden.
Het in de richting van zijn lengtehartlijn betrekkelijk 25 starre zadel verhindert echter een dergelijke klemspreiding met betrekking tot de dwars groef. Als gevolg hiervan moet de houder bij het aanbrengen aan een dwars op de zadelhartlijn lopende matstaaf of aan een kruispunt van de lengte- en dwars staven van de draagmat met krachtsinspanning op de staaf worden gedrukt, teneinde de eveneens door nokken 30 vernauwde dwarsgroef met behulp van de matstaaf zodanig ver open te spreiden, dat de staaf de nokken kan overwinnen en in de groef terecht kan komen.
Verder is alleen bij een bevestiging aan een kruispunt van de draagmat verzekerd, dat deze gebruikelijke houder niet, zoals bij de 35 bevestiging aan een enkele matstaaf, in lengterichting van de matstaaf 8103933 * -*· -2- kan verschuiven. Omdat de inleggroeven echter elk een voor het opnemen van een kruispunt geschikte groef diepte hebben, ligt een enkele mat-staaf zowel in lengte als in hoogte verschuifbaar in de groef. Bij deze houder is derhalve niet verzekerd,· dat de draagmat op een bepaalde af-5 stand tot het vloervlak, waarop de voet van de houder staat, is vastgezet. Bij het aanbrengen van de estrik kunnen de houders derhalve althans in hoogte verschuiven, zodat een foutloze legering van de verwarmingselementen in de estrik niet is verzekerd.
Aan' de uitvinding ligt de opgave ten grondslag een afstand-10 . houder te verschaffen, die ook met de dwars op de zadelhartlijn lopende mat staven van een draagmat snel en eenvoudig kan worden verbonden, en daarvan eventueel weer worden los gemaakt.
Deze opgave wordt volgens de uitvinding opgelost door twee op onderlinge afstand liggende bevestigingszadels, die althans in het 15 gebied van de bodem van de groef boven de dwarslopende inleggroef (dwars gr oef) met elkaar zijn verbonden, en waarvan de zadelhartlijnen in een lijn liggen. Bij een dergelijke af standhouder vormen de twee bevestigingszadels enerzijds en de door de dwarsgroef gedeelte voet. anderzijds een spreiklem, die het mogelijk maakt om door het tegen 20 elkaar drukken van de twee bevestigingszadels volgens de zadelhartlijn, de dwarsgroef open te spreiden, zodat de houder zonder grote krachts- inspanning op een dwars· op de zadelhartlijn lopende ,matstaaf kan worden gestoken. Een verkeerd aangebrachte af standhouder kan door het samendrukken van de bevestigingszadels eveneens gemakkelijk van de matstaaf 25 worden losgemaakt en weggenomen.
In den voorkeursuitvoering kunnen de zich boven de dwarsgroef tussen de twee bevestigingszadels uitstrekkende uitsparingen V-vormig naar buiten openend zijn uitgevoerd, zodat de bevestigingszadels bij het samendrukken betrekkelijk ver kunnen worden gezwenkt en 30 de dwarsgroef dienovereenkomstig betrekkelijk ver kan worden opengespreid.
Teneinde de matstaven in de inleggroeven met zekerheid vast te leggen tegen verschuiven, kunnen de inleggroeven elk een betrekkelijk groot omtreksgedeelte van de vast te houden matstaaf omgrijpen. Wanneer 35 de inleggroeven elk een aanzienlijk kleinere breedte, bijv. althans ongeveer een vierde van de breedte van de vast te houden matstaaf be------ zitten, is verzekerd, dat de door het traagheidsvermogen van hetmate-riaal van de afstandhouder in zijn uitgangsstand terugkerende inleg- : 8 1 0 3 9 3 3 ......
3-
"? I
groef, de mat staaf betrekkelijk vast omgrijpt en op deze wijze de bonder aan de mat staaf wordt vastgezet.
Verder kan althans een inleggroef zijn voorzien van althans een zijdelingse verdieping voor de vast te honden matstaaf, waarbij bij 5 voorkeur in elk der tegenover elkaar liggende groefwanden van de inleggroef of -groeven met elkaar overeenkomende verdiepingen zijn aangebracht voor de matstaaf. Een althans gedeeltelijk in de verdieping of de verdiepingen liggende matstaaf wordt pp deze wijze op een bepaalde afstand boven de onderkant van de voet en derhalve van het 10 vloervlak, waarop de houder staat, gehouden. Opdat de bij voorkeur ronde staven van de draagmat tegen verschuiven verzekerd in de verdiepingen kunnen liggen, zijn de overeenkomstige verdiepingen bij voorkeur elk in hoofdzaak halfcirkelvormig uitgevoerd, en is hun gemeenschappelijke diameter bij deze uitvoeringsvorm iets kleiner dan de 15 diameter van de vast tehouden matstaaf. De lengtehartlijnen van de verdiepingen van de lengtegroef en de dwarsgroef kunnen, elkaar in hetzelfde vlak of ia hoogte verspringende vlakken kruisen, zodat afhankelijk van de aard van het kruispunt van de draagmat een overeenkomstige afstandhouder kan worden tóegepast. Zo is een af standhouder met in 20 hoogte verspringende verdiepingen bijv. geschikt voor verbinding met de eveneens in hoogte verspringende dwars- en/of lengtestaven van een draagmat van bouwstaal.
In een verdere uitvoering kan elk bevestigingszadel bestaan uit twee in het gebied van de lengtegroef met elkaar verbonden, een 25 opneemopening voor een vast te houden verwarmingselement omgrijpende zadelbenen. In een voorkeursuitvoering is‘.de opneemopening van de zadels cirkelvormig, en is de diameter van de opneemopening iets kleiner dan de buitendiameter van het vast te houden, bij voorkeur buisvormige verwarmingselement. Op deze wijze omgrijpen de zadelbenen met voorspanning 30 de mantel van het verwarmingselement, zodat dit zonder speling en zodoende verzekerd tegen een standverandering bij het aanbrengen van de estrik,wordt vast gehouden. Een verder voordeel van een dergelijk bevestigingszadel ligt in een aanvullende grendelwerking, omdat door het uitspreiden van de zadelbenen, de evenwijdig aan de zadelhartlijn lo-35 pende inleggroef smaller wordt en daarbij de in de groef liggende matstaaf vast omgrijpt. Zodoende is de afstandhouder tegen verschuiven verzekerd vastgezet aan deze matstaaf.
8103933 * * .
f—- B ; ! i * i -4- '' Tussen de zadelbenen kan ziek in de richting van het indruk ken van het vast te houden verwarmingselement, een insteekspleet "bevinden, die met voordeel kleiner kan zijn dan de "buitendiameter van het vast te houden verwarmingselement. Dit vergemakkelijkt het inleggen 5 van het verwarmingselement, omdat dit alleen vertikaal op zijn lengte-hartlijn in de bevestigingszadels naar binnen moet worden gedrukt. Tevens wordt een naar buiten schieten uit de zadels met zekerheid voor-- komen, en behoeft de insteekspleet niet door een verbinding van de zadelbenen te worden gesloten. Verder kunnen de vrije einden van de 10 zadelbenen bij de insteekspleet radiaal naar buiten zijn uitgespreid.
Bij het in de bevestigingszadels drukken van het verwarmingselement, spreiden de zadelbenen zich dan en wordt de insteekspleet' breder, zodat het verwarmingselement zonder moeilijkheden in de opneemopening van de zadels terecht kan komen wanneer de insteekspleet kleiner is dan de 15 buitendiameter van het verwarmingselement.
In een verdere, met de hiervoor verduidelijkte uitvoering voor zover gelijke uitvoering, kunnen aan beide einden van de af standhouder dwars op zijn zadelhartlijn lopende verdiepingen zijn aangebracht, waarvan de lengtehartlijnen in hetzelfde vlak liggen als de 20· lengtehartlijnen van de verdieping of verdiepingen van de dwarsgroef._ Wanneer bovendien nog de zadelbenen aan de tegenover elkaar liggende einden van de afstandhouder zijn afgeschuind, zodat de afzonderlijke zadelbenen ;in zijaanzicht elk een driehoekige vorm bezitten, bestaat een dergelijke afstandhouder uit twee volledig gelijke delen, die 25 slechts door de boven de bodem van de dwarsgroef voorziene verbinding van de bevestigingszadels, een eenheid vormen.. Zowel de zadelhartlijnen als de evenwijdig daaraan lopende inleggroeven en eventueel ook de verdieping of verdiepingen van deze groeven, van beide delen liggen onder-« ling in lijn. Dergelijke af standhouders kunnen in massa-vervaardiging 30 met voordeel in de vorm van een stang tot een' rij gevormd worden vervaardigd. Op de inbouwplaats kunnen dan de benodigde, uit twee gelijke delen bestaande afstandhouder van de stang worden afgescheiden, bijv. doordat elke tweede verbindingsplaats tussen de afzonderlijke delen van de stang wordt doorgesneden. Er kunnen echter ook slechts een enkel deel 35 of willekeurig veel met elkaar verbonden delen als afstandhouder worden benut en naar wens van de uit een stuk vervaardigde stang worden afge-....... scheiden.
—ΓΠΓ3Τ3Τ " τ i -5-
De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin: figuur 1 een zijaanzicht is van de af standhouder, figuur 2 een loodrecht op het zijaanzicht van figuur 1 5 staand aanzicht is van de af standhouder, figuur 3 een "bovenaanzicht is van de afstandhouder volgens figuur 1, en figuur U een zijaanzicht is van een andere uitvoeringsvorm van de afstandhouder.
10 De in de figuren 1-3 weergegeven afstandhouder 1 "bestaat in "beginsel uit twee, een onderlinge afstand hebbende bevestigingszadels 2, 3, uit een plaatvormige voet U en uit twee tussen de onderkant van de voet k en de bevestigingszadels 2, 3zich uit strekkende, elkaar bij voorkeur onder een rechte hoek kruisende inleggroeven 5, 6-13 De bevestigingszadels 2, 3 zijn uitgevoerd voor het opnemen van bij voorkeur buisvormig,, in de tekening niet weergegeven verwarmingselementen, en de lengtehartlijn van het in de zadels gelegde verwarmingselement ligt in lijn met de zadelhartlijnen 7» 8 "'ran- de zadels 2, 3. Terwijl de inleggroef 5 evenwijdig loopt aan de zadel-20 hartlijnen, ligt de andere inleggroef 6 loodrecht of dwars op de zadelhartlijnen 7» 8. De twee bevestigingszadels 2, 3 zijn in het gebied van de groefbodem 9 boven de dwarslopende inleggroef 6 door zadelma-teriaal met elkaar verbonden, en de tussen de twee zadels 2, 3 zich uitstrekkende uitsparingen 10, 11 zijn V-vormig naar buiten openend 25 uit gevoerd.
Het verbindingsgebied van de twee bevestigingszadels 2, 3 enerzijds met de door de dwarsgroef 6 gedeelde voet h anderzijds vormt de hartlijn van een spreiklem met betrekking tot de dwarsgroef 6. Door het samendrukken van de bevestigingszadels 2, 3 volgens de zadêlhart-30 lijnen 7, 8, kan de dwarsgroef 6 worden opengespreid.
De bevestigingszadels 2, 3 bestaan elk uit twee een opneem-opening 12 voor het verwaïmings element omgrijpende zadelbenen 13, 1U die in het gebied van de evenwijdig aan de zadelhartlijnen 7, 8 lopende lengtegroef 5 met elkaar zijn verbonden. Ook de verbindingsplaatsen 35 van de zadelbenen 13, 1U met de door de lengtegroef 5 gedeelde voet 4 vormen onderling in lijniliggende hartlijnen van spreiklemmen met betrekking tot de lengtegroef 5. Door zijdelingse druk op de zadelbenen 8 1 0 3 9 3 3
*. V
κ.
t · ! I -6- i 1.3,1k. van de bevestigingszadels 2,3 kan de lengtegroef 5 van de af-standhouder 1 worden opengespreid.
Door een gelijktijdige druk tegen de zadelbenen 13, 1U van de twee zadels 2, 3· kunnen de lengtegroef 5 en de dwars groef 6 ook 5 tegelijk worden opengespreid.
De lengtegroef 5 en de dwarsgroef. 6 "bezitten elk een in hoofdzaak kleinere breedte 15, 16 dan de matstaven van de in de tekening niet -weergegeven draagmat. In het getekende uitvoeringsvoorbeeld bedraagt de breedte 15» 16 van elk der groeven ongeveer een vierde van 10 de breedte van de vast te houden ’matstaaf.
Bovendien bezitten zowel de lengtegroef als de dwarsgroef in elk der tegenover elkaar liggende groefwanden met elkaar overeenkomende zijdelingse verdiepingen 17, 18 voor de matstaaf. Deze verdiepingen 17, 18 zijn in hoofdzaak halfcirkelvormig uit gevoerd, en hun 15 gemeenschappelijke diameter 19, 20 is iets kleiner dan' de diameter van de vast te houden matstaaf. Verder kruisen de lengtehartlijnen 21, 22 van. de verdiepingen 17, 18 van de lengtegroeven 5 en dwarsgroeven 6 elkaar in hetzelfde vlak. In deze verdiepingen 17, 18 kunnen de in lengterichting en/of dwarsricbting lopende matstaven van een draagmat 20 op een voorafbepaalde afstand vanaf de onderkant van de voet h worden vastgezet.
Wanneer de draagmat zodanig is uitgevoerd, dat de lengbe-hartlijnen van de kruisende matstaven in hetzelfde vlak lopen, kan deze afstandhouder ook worden aangebracht aan een kruispunt van de draag-25 mat. Voor andere draagmatuitvoeringen kunnen de verdiepingen 17, 18 ook onderling in hoogte verspringend zijn aangebracht.
De bevestigingszadels 2, 3 bezitten elk cirkelvormige op-neemopeningen 12 voor een buisvormig verwarmingselement, waarbij de diameter 23 van de opneemopeningen 12 iets kleiner is dan de buitendia-30 meter van het verwarmingselement. Tusssi de zadelbenen 13, 1¾ bevindt zich in de indrukrichting van het vast te houden verwarmingselement een insteekspleet 2k, die eventueel kleiner is dan de buitendiameter van het verwarmingselement. Verder zijn de vrije einden 25, 26 van de zadelbenen 13, 14 bij de insteekspleet 2k radiaal naar buiten openge-35 spreid voor het zodoende vergemakkelijken van het in de opneemopening 23 naar binnen drukken van het verwarmingselement en het samendrukken van de zadelbenen 13, 1U bij het aan de draagmat aanbrengen van de af- 81 0 3 933------------. ~ t -7- standhouder 1.
De afstandhouder 27 volgens figuur U onderscheidt zich van de hiervoor "beschreven afstandhouder alleen, doordat aan de twee-· einden 28, 29 van „de afstandhouder 27 dwars op zijn zadelhartlijn 30 lopende verdiepingen 31, 32 zijn aaagebracht, waarvan de lengtehartlijn in 5 hetzelfde vlak liggen als de lengbehartlijnen van de verdiepingen 17, 18 van de dwarsgroef 6. Verder zijn de zadelbenen 13, 1¼ aan de tegenover elkaar liggende einden 28, 29 van de afstandhouder 27 af geschuind en hebben zodoende de vorm van een gewelfde driehoek. Deze afstandhouder 27 bestaat derhalve uit twee volledig gelijke delen, die door de ver-10 binding van de bevestigingszadels 2,3 boven de dwarsgroef 6 een in twee vlakken spiegelbeeldvormig uitgevoerde eenheid vormen. De afstandhouder 27 kan in het bijzonder bij de massavervaardiging worden vervaardigd als stang, die bestaat uit een willekeurig aantal achter elkaar aangebrachte en alleen boven de verdiepingen 31, 32 alsmede de dwarsgroef 15 6 door zadelmateriaal met elkaar verbonden, gelijke delen.
c i 8 1 0 3 9 3 3----------------------------------------------- — “
Claims (11)
1. Af standhouder voor een met de verwarmingselementen van een vloerverwarming te verbinden draagmat, die in het gebied van de trekbelasting van de estrik ligt, welke afstandhouder is voorzien van 5 althans een bevestiging? zadel voor de bij voorkeur buisvormige verwarmingselementen, verder van een plaat vormige voet en van althans twee zich tussen de onderkant van de voet en het bevestigings zadel uitstrekkende en elkaar kruisende inleggroeven, elk voor althans een •staaf van de draagmat, waarbij een inleggroef evenwijdig aan en de 10 andere vertikaal op de met de lengtehartlijn van het in het zadel gelegde verwarmingselement in lijn liggende zadèlhartlijn loopt, gekenmerkt door twee op onderlinge afstand liggende bevestigings zadels (2, 3), die althans in het gebied van.db groeibodem (9) boven de dwars— lopende inleggroef (dwarsgroef 6) met elkaar zijn verbonden en waar-15 van de zadèlhartlijn (7, 8) in lijn liggen.
2. Afstandhouder volgens conclusie I, gekenmerkt door boven de dwarsgroef (6) zich uitstrekkende, naar buiten openende, V-vormige uiteparingen (10, 11) tussen de twee bevestigingszadels (2, 3).
3. Afstandhouder volgens conclusie 1 of 2, met hettenmerk, 20 dat de inleggroeven (5, 6) elk een betrekkelijk groot omtreksdeel omgrijpen van de vas tte houden mat staaf. k. Afstandhouder volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de inleggroeven (5, 6) elk een duidelijk kleinere breedte·(15, 16) bezitten dan de vast te houden matstaaf. 25 5· Afstandhouder volgens conclusie met het kenmerk, dat de breedte (15, 16) van de inleggroeven (5, 6) althans in hoofdzaak een vierde bedraagt van de vast te houden matstaaf.
6. Afstandhouder volgens een der conclusies U-5, met het kenmerk, dat althans een inleggroef (5,6) is voorzien van een althans 30 een zijdelingse verdieping (17, 18) voor de vast te houden matstaaf.
7. Afstandhouder volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat in elk der tegenover elkaar liggende groefwanden van de inleggroef of -groeven (5, 6) met elkaar overeenkomende verdiepingen (17, 18) zijn aangebracht voor de matstaaf.
8. Afstandhouder volgens conclusie 6 of 7, met het kenmerk, dat de overeenkomstige verdiepingen (17, 18) elk in hoofdzaak halfcirkelvormig zijn, waarbij hun gemeenschappelijke diameter (19, 20) iets kleiner is dan de diameter van de vast te houden matstaaf. t+0 3AT3-------------------------—----- -9- '9. Afstandhouder volgens een der conclusies 6-8, met het kenmerk, dat de lengtehartlijnen (21, 22) van de verdiepingen (17, 18) van de langsgroef of -groeven (5) en dwarsgroef of -groeven (6) elkaar in een vlak kruisen.
10. Af standhouder volgens een der conclusies 6-8, met het kenmerk, dat de lengtehartlijnen (21, 22) van de verdiepingen (17» 18) van de lengfcegroef of -groeven (5) en dwarsgroef of -groeven (6) elkaar in in hoogte verspringende vlakken kruisen.
11. Afstandhouder volgens een der voorgaande conclusies, 10 met het kenmerk, dat elk bevestigingszadel (2, 3) bestaat uit twee in het gebied van de lengtegroef (5) met elkaar verbonden, een opneem-opening (12) voor een vast te houden verwarmingselement omgrijpende zadelbenen (13, 1^).
12. Afstandhouder volgens conclusie 11, met het kenmerk, 15 dat de opneemopening (12) van de zadels (2, 3) cirkelvormig is, waarbij de diameter (23) van de opneemopening (12) iets kleiner is dan de buitendiameter van het vast te houden, bij voorkeur buisvormige verwarmingselement .
13. Afstandhouder volgens conclusie 11 of 12, met het ken-20 merk, dat tussen de zadelbenen (13, 1k) in de richting van het indrukken van het vast te houden verwarmingselement, een insteekspleet (2k) zich bevindt. 1¾. Afstandhouder volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de insteekspleet (2^) kleiner is dan de buitendiameter van het 25 vast te ‘houden verwarmingselement.
15. Afstandhouder volgens conclusie 13 of ïk3 met het kenmerk, dat de vrije einden (25, 26) van de zadelbenen (13, 1¼) bij de insteekspleet (2h) radiaal naar buiten zijn uitgespreid. .. 8 1 0 3 033______________________________________________________________________
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
DE3032958 | 1980-09-02 | ||
DE3032958A DE3032958C2 (de) | 1980-09-02 | 1980-09-02 | Abstandshalter für Heizrohre |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8103933A true NL8103933A (nl) | 1982-04-01 |
Family
ID=6110904
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8103933A NL8103933A (nl) | 1980-09-02 | 1981-08-24 | Afstandhouder. |
Country Status (4)
Country | Link |
---|---|
BE (1) | BE890031A (nl) |
DE (1) | DE3032958C2 (nl) |
FR (1) | FR2489443A1 (nl) |
NL (1) | NL8103933A (nl) |
Families Citing this family (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE3525347A1 (de) * | 1984-08-08 | 1986-02-20 | Wolfram Dipl.-Ing. 7770 Überlingen Winkler | Zum halten von heizrohren einer fussbodenheizung bestimmter halteclip |
DE3702395A1 (de) * | 1987-01-28 | 1988-09-08 | Kolthoff & Co | Kunststoffschelle |
FR2640718B1 (fr) * | 1988-12-21 | 1991-03-22 | Latecoere Sa | Support de cables |
DE3931805A1 (de) * | 1989-09-23 | 1991-04-04 | Kolthoff & Co | Magazinierbares klemmelement fuer rohre, schlaeuche, kabel o. ae. gegenstaende mit zylindrischer oberflaeche und verlegegeraet fuer klemmelemente |
FR2762649B1 (fr) * | 1997-04-23 | 1999-06-04 | Bourbon Automobile Sa | Piece de fixation d'une tige rigide sur une armature |
DE102004035580A1 (de) * | 2004-07-22 | 2006-02-16 | Rehau Ag + Co. | Verfahren zur Herstellung eines vorgefertigten mit Stabstahl bewehrten Bauelements, insbesondere eines Decken- oder Wandelements, mit wenigstens einer Rohrleitung zur Raumtemperierung und Halteschiene zur Verwendung bei diesem Verfahren |
DE102010005779A1 (de) * | 2010-01-25 | 2011-07-28 | Winkler Technik GmbH, 88662 | Halteschiene zur Aufnahme eines Heizungsrohres |
Family Cites Families (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE2121284A1 (de) * | 1971-04-30 | 1972-11-23 | Ctc Gmbh, 2000 Hamburg | Befestigungsmittel für ein Heizbzw. Kühlrohr |
AT355259B (de) * | 1977-08-12 | 1980-02-25 | Nordrohr Werke Kg | Klammer zum befestigen von fussboden-heizungs- rohren auf einer halteleiste |
AT365763B (de) * | 1977-10-10 | 1982-02-10 | Tour & Andersson Gmbh | Schelle zur abstandhaltung von einer isolierung und verbindung von rohren einer fussbodenheizung mit einer traegermatte |
DE7921935U1 (de) * | 1979-08-01 | 1979-10-25 | Noke Waermebau Gmbh & Co Kg, 2842 Lohne | Verbindungsteil fuer baustahlgewebematten |
DE8006327U1 (de) * | 1980-03-08 | 1980-06-04 | Kellner Gmbh & Co Kg, 4514 Ostercappeln | Rohrschelle aus kunststoff |
DE8019598U1 (de) * | 1980-07-22 | 1980-10-16 | Nordrohr Kunststoffroehrenwerk Gmbh & Co Kg, 2200 Elmshorn | Klammer zum Befestigen von Fußboden-Heizungsrohren |
-
1980
- 1980-09-02 DE DE3032958A patent/DE3032958C2/de not_active Expired
-
1981
- 1981-08-21 BE BE0/205727A patent/BE890031A/fr not_active IP Right Cessation
- 1981-08-21 FR FR8116272A patent/FR2489443A1/fr not_active Withdrawn
- 1981-08-24 NL NL8103933A patent/NL8103933A/nl not_active Application Discontinuation
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
BE890031A (fr) | 1981-12-16 |
DE3032958A1 (de) | 1982-03-18 |
DE3032958C2 (de) | 1984-12-20 |
FR2489443A1 (fr) | 1982-03-05 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US7900419B2 (en) | Method of attaching reinforcing bars | |
US3023989A (en) | Clamp and clamp assembly | |
US7484698B2 (en) | Stackable transmission line hanger | |
US4437633A (en) | Elastic fastening clamp for round bars or cables of various diameters | |
NL8103933A (nl) | Afstandhouder. | |
US2470992A (en) | Beam clamp for conduit supports | |
NL8503032A (nl) | Pijpbeugel uit veerkrachtig materiaal. | |
CN106029528A (zh) | 货盘台 | |
US4679754A (en) | Connector assembly for securing cables, pipes, or the like to a support structure | |
GB2081363A (en) | Resilient retaining clip for round bars | |
CN107636324A (zh) | 固定元件 | |
US2044700A (en) | Clamp for scaffolding | |
CN103097766B (zh) | 夹紧构件和夹紧装置的改进 | |
US2348096A (en) | Means and method for clamping runs of cables and the like | |
EP1720227A1 (en) | Fixing system for fixing a box on a ladder track | |
US2004695A (en) | Hanger for cables of overhead lines | |
US9827706B2 (en) | Mobile waterstop welding apparatus | |
GB2057549A (en) | Clamp for wires | |
US1716904A (en) | Splicing clamp | |
US2592895A (en) | Tree holder | |
US20020171022A1 (en) | Article-positioning board | |
US1940263A (en) | Cable clip | |
CA1142137A (en) | Shelving system | |
NL8501389A (nl) | Rek met instelbare dragers. | |
NO861336L (no) | Holdeklemme for varmeroer i et gulvvarmeanlegg. |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
BV | The patent application has lapsed |