NL8103842A

NL8103842A - Vaccin tegen pertussis.

Info

Publication number: NL8103842A
Application number: NL8103842A
Authority: NL
Original assignee: Dso Pharmachim
Priority date: 1980-11-17
Filing date: 1981-08-17
Publication date: 1983-03-16
Also published as: GB2091551B; US4338299A; GB2091551A; DE3043291A1; BE889899A

Description

_=**.

* N/3 0.37 9-Kp/Pf/vD. - 1 -

Vaccin tegen pertussis.

De uitvinding heeft betrekking op een oraal toe te dienen vaccin tegen pertussis.

Een vaccin dat tot nu toe algemene toepassing heeft gevonden voor de bescherming van baby's tegen het oplopen 5 van pertussis (kinkhoest) omvat gedode Bordetella pertussis bacterien, in het algemeen in de vorm van een suspensie in een geschikt verdunningsmiddel zoals isotonische natrium-chloride oplossing. Het gebruik van een dergelijk vaccin heeft bepaalde nadelen. In het bijzonder veroorzaakt het 10 verscheidene allergische reacties, alsmede complicaties welke invloed hebben op het centrale zenuwstelsel, zoals stuipen en encefalopathie (zie Kulenkampff M., Schwartzman J.S.en Wilson J. "Neurological complications of pertussis inoculation", Archives of Disease in Childhood), 49, 46-49 (1974).

15 Volgens de onderhavige uitvinding wordt een pertussis vaccin verschaft, dat levende pertussis bacterien van de Bordetellastam EM 1964 te zamen met een farmacologisch aan-vaardbare drager omvat.

Het vaccin volgens de onderhavige uitvinding bleek de 20 bovengenoemde bijwerkingen te bezitten, welke kenmerkend zijn voor het gebruik van dode Bordetella pertussis bacterien. Bovendien bezit een vaccin volgens de onderhavige uitvinding een hoge immunogeniciteit volgens Kendrick en een minimale toxiciteit.

25 De bacteriestam welke in het vaccin volgens de onder havige uitvinding wordt gebruikt, werd voor de eerste maal gelsoleerd uit de urine van een kind dat leed aan pertussis, en werd geregistreerd in het Staatsinstituut voor genees-middelcontrQle, Sofia, Bulgarije onder nr. 321 en is van daar-30 uit beschikbaar sinds 26 december 1968. Daarop is de stam gekarakteriseerd tijdens een onderzoek van de Public Health Laboratories, Cardiff, Wales, U.K. en de Department of Microbiology, University of Manchester, U.K.

Het vaccin volgens de onderhavige uitvinding wijkt van 35 de totnutoe gebruikelijke vaccins voor de behandeling van pertussis af doordat het levende bacterien bevat. Een ge- 8103842 __:3 - 2.- schikt vaccin bevat 3 miljoen tot 3 miljard microbe organis-men in 1 ml verdunningsmiddel dat doorgaans een fysiologische zoutoplossing is. Het vaccin wordt gewoonlijk toegediend in twee porties met een tussenliggende periode van tien dagen, 5 waarbij gelijke doses van 1,5 miljoen tot 1,5 miljard microbe organismen per toediening worden gebruikt.

Het pertussisvaccin volgens de onderhavige uitvinding kan worden verkregen door gedurende 48 h. bij 37°C de Borde-tella pertussisstam EM 1964 op een medium volgens Borget-Genou 10 te kweken. De verkregen suspensie kan worden opgenomen in een fysiologische zoutoplossing en worden verdund tot de in de volgende tabellen A en B getoonde hoeveelheden. De standaardi-satie van het vaccin is in overeenstemming met Internationale standaards. Het vaccin worde oraal toegediend.

15 In tabel A wordt de werking van het vaccin op muizen die zijn geitnfecteerd met kwaadaardige pertussis bacteria getoond. Deze tabel toont aan dat muizen welke waren behan-deld met het oraal toegediende levende vaccin volgens de uitvinding, geen lethale consequenties van de infectie onder- 20 vonden. Daarentegen stierven 100% van de niet-geimmuniseerde muizen.

Tabel A

Beproeving van immunogeniciteit op muizen volgens Kendrick 25 Methode van Groep Dosis van Aantal Intracerebrale muizen het vaccin muizen besmetting met immunisatie or_ aantal in de 100DL van microbe groep Bordetella _ __ organismen __ Pertussis 18323 dood overlevings- 2Q _ percentage intraperito- 1 3 miljard 10 2 80% neaal 2 300 miljoen 17 1 94,12% 3 30 " 11 - 100% 4 3 " 16 7 56,35% 35 __5__controle__9__9__0%_ oraal 1 3 miljard 18 2 89,89% 2 300 miljoen 14 2 85,71% 3 30 miljoen 17 2 88,24% 4 3 " 12 - 100% 40__5__controle__8__8__0%_ 8103842 5> — -aT> - 3 -

Uit de tabel blijkt dat witte muizen welke oraal wer-den geimmuniseerd met doses van 3 miljoen tot 3 miljard microbe organismen afhankelijk van de betrokken groep muizen, een overlevingspercentage van 85,71 - 100% vertoonden na 5 intracerebrale besmetting met LD^q van de sterk kwaadaardige stam van Bordetella pertussis 18323. Tegelijkertijd stierven alle niet-gexmmuniseerde controlemuizen.

De resultaten konden zelfs worden verbeterd wanneer het vaccin.volgens de uitvinding werd toegepast op een tweede 10 groep muizen die parenteraal geimmuniseerd waren door intra-peritoneale injectie. Het zelfde gebied van doseringen werd voor beide groepen toegepast alhoewel de grootte van de groe-pen verschillend was. De verkregen resultaten waren bijna net zo goed als bij orale toediening, welke laatste toedienings- 15 methode natuurlijk de voorkeur heeft bij kinderen. Het overlevingspercentage was hier tussen 56,3 en 100%.

In volgende proeven werd de toxiciteit van hat levende pertussis vaccin volgens de uitvinding beproefd op witte muizen. De verkregen resultaten worden getoond in tabel B.

20 Tabel B

Methode van Groep Aantal Immunisatie Totaal immunisatie muizen microbe toxiciteit mortaliteits- nr. organismen na percentage per dosis le 2e (le + 2e ___vaccin_dosis dosis__dosis)_ 25 intraperi- 1 1,5 miljard 2/16 4/14 37,5 toneaal 2 150 miljoen 0/19 2/19 10,5 3 15 " 0/11 0/11 0 4 1,5 H 2/18 0/16 11,1 5 controle 1/10 0/9 10 30 oraal 1 1,5 miljard 0/18 0/18 0 2 150 miljoen 0/14 0/14 0 3 15 " 1/20 2/19 15 4 1,5 " 0/13 1/13 7 5 controle 1/10 0/9 10 35 De breuken in de kolommen betreffende de immunisatie- toxiciteit geven het aantal geimmuniseerde muizen in de noe-mer en het aantal dode muizen in de teller aan.

Uit tabel B blijkt dat het toxische effect van het 8103842 4__ Γ<5 - 4 - vaccin afhangt van de toegepaste dosis, het aantal doses en de methode van toepassing. In het bijzonder tonen de resul-taten aan dat het vaccin tot een veel hoger percentage letha-liteit leidt voor die muizen die intraperitoneaal werden ge-5 Immuniseerd of die welke met een grotere dosis (3 miljard pertussis bacterien) werden besmet. De mortaliteit van muizen, welke tweemaal intraperitoneaal werden gexmmuniseerd of met een grotere gemiddelde dosis (3 miljard pertussis bacterien) werden besmet was vergelijkbaar hoog. Wanneer muizen 10 tweemaal intraperitoneaal werden geimmuniseerd was de mortaliteit na de tweede immunisatie tweemaal zo groot als die na de eerste dosis vaccin. Deze toename van mortaliteit wordt verondersteld het gevolg te zijn van bepaalde allergische reacties, die worden veroorzaakt door de toediening van de 15 tweede dosis vaccin. In de overige subgroepen van de dieren was de mortaliteit na de eerste en de tweede oraal gegeven immunisatie minimaal. Dit leidt tot de conclusie dat wanneer het vaccin oraal wordt toegediend het geen allergische reacties in het stofwisselingssysteem teweegbrengt. De tabel 20 geeft dus aan dat minimale mortaliteit wordt bereikt bij toediening van het levende vaccin langs orale weg. Dit is danook de voorkeurswijze voor toediening van het vaccin om een minimale toxiciteit te bereiken.

8103842

Claims

1. Pertussis vaccin omvattende levende pertussis bacterien van de Bordetellastam EM 1964 te zamen met een farmacologisch aanvaardbare drager.

2. Vaccin volgens conclusie 1, m e t bet k e n -5 m e r k , dat de drager fysiologische zoutoplossing is.

3. Vaccin volgens conclusie 1 of 2 in eenheidsdoses van 3 miljoen tot 3 miljard microbe organismen per 1 ml.

4. Vaccin volgens conclusie 1, overwegend als in het voorgaande beschreven.

5. Gebruik van een vaccin omvattende levende per tussis bacteria behorende tot de Bordetellastam EM 1964 als een preventatieve maatregel ter voorkoming, dat baby's pertussis oplopen.

6. Gebruik volgens conclusie 5, m e t h e t 15. e n m e r k , dat het vaccin oraal wordt toegediend.

7. Gebruik volgens conclusie 5 of 6, met het kenmerk, dat het vaccin 3 miljoen tot 3 miljard microbe organismen per 1 ml fysiologische zoutoplossing bevat.

8. Werkwijze volgens een der conclusies 5 - 7, met het kenmerk, dat het vaccin in twee gelijke hoe-veelheden wordt toegediend.

9. Gebruik van het vaccin volgens conclusie 1, overwegend als hierboven beschreven. 8103842