NL8103105A - Inrichting voor het villen van klein vee, in het bij- zonder schaapkarkassen, tijdens het slachten. - Google Patents

Inrichting voor het villen van klein vee, in het bij- zonder schaapkarkassen, tijdens het slachten. Download PDF

Info

Publication number
NL8103105A
NL8103105A NL8103105A NL8103105A NL8103105A NL 8103105 A NL8103105 A NL 8103105A NL 8103105 A NL8103105 A NL 8103105A NL 8103105 A NL8103105 A NL 8103105A NL 8103105 A NL8103105 A NL 8103105A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
unit
skinning
carcass
rod
piston
Prior art date
Application number
NL8103105A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Hamjern As
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Hamjern As filed Critical Hamjern As
Publication of NL8103105A publication Critical patent/NL8103105A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A22BUTCHERING; MEAT TREATMENT; PROCESSING POULTRY OR FISH
    • A22BSLAUGHTERING
    • A22B5/00Accessories for use during or after slaughtering
    • A22B5/16Skinning instruments or knives
    • A22B5/161Methods or means for pulling the hide from carcasses

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Food Science & Technology (AREA)
  • Chain Conveyers (AREA)
  • Tyre Moulding (AREA)
  • Processing Of Meat And Fish (AREA)
  • Preliminary Treatment Of Fibers (AREA)
  • Processing And Handling Of Plastics And Other Materials For Molding In General (AREA)

Description

' ƒ N.0. 30258. 1
Inrichting voor het villen van klein vee, in het bijzonder schaapkar-kassen, tijdens het slachten.
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het villen van klein vee, in het bijzonder schaapkarkassen, tijdens het slachten, waarbij de schaapkarkassen zijn opgehangen aan de achterpoten, bijvoorbeeld in een hoog gelegen transportstelsel.
5 Over het algemeen is het villen bij het slachten van schapen een tijdrovende en inspannende bezigheid, omdat het villen plaats vindt met de hand doordat de huid door middel van "ruwe spierkracht" wordt afgetrokken over de borst van het schaapkarkas.
Afgezien van de inspanning tijdens het villen is het karkas ook in 10 belangrijke mate onderworpen aan directe aanraking, zodat het karkas niet zo hygiënisch wordt behandeld als wenselijk zou zijn.
De uitvinding heeft nu ten doel een inrichting te verschaffen waarmee het mogelijk is om rationeel en snel te villen zonder fysische inspanningen terwijl tegelijkertijd een veel hygiënischer behandeling 15 van het karkas wordt bereikt dan in de stand der techniek.
Voor het bereiken van de bovengenoemde doelstelling wordt een inrichting verschaft voor het villen van opgehangen schaapkarkassen van in de aanhef genoemde soort, welke inrichting volgens de uitvinding wordt gekenmerkt, doordat ze voorzien is van een strekeenheid die be-20 stemd is om te worden gekoppeld met een voorste gedeelte van het karkas en een benedenwaarts gerichte strekkracht op het karkas uit te oefenen, en een aandrijfeenheid voor een vileenheid, welke vileenheid bestemd is voor het uitvoeren van een heen en weer gaande beweging langs de buikzijde van het karkas, en welke vileenheid zodanig uitgevoerd is dat ze 25 ingebracht kan worden in een zak die tevoren met de hand gevormd is in een buikgedeelte van het karkas waarna het villen wordt uitgevoerd door beweging langs de buikzijde uitgaande van deze zak.
Een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding draagt het kenmerk, dat de strekeenheid en de aandrijfeenheid voor de vileenheid elk voor-30 zien zijn van een cylinder/zuiger-eenheid met een zuigerstang aan het vrije uiteinde waarvan een houdermiddel gemonteerd is bestemd om samen te werken met de kop van het karkas respectievelijk met de vileenheid, waarbij de cylinders van beide eenheden gemonteerd zijn op een gemeenschappelijk steunelement bestemd om te worden bevestigd aan het hoger 35 gelegen transportstelsel zodanig dat de zuigerstangen een neerwaartse beweging maken wanneer ze worden bewogen in de richting vanaf de ingetrokken positie naar dse uitgestoken positie.
8103105 2
De uitvinding zal in het volgende in meer detail worden verklaard aan de hand van uitvoeringsvoorbeelden die geïllustreerd zijn in de figuren .
Figuur 1 toont schematisch een zijaanzicht van een inrichting vol-5 gens de uitvinding waarin een schaapskarkas is opgehangen.
Figuur 2 toont een zijaanzicht van de inrichting uit figuur 1 gezien in de richting van de pijl A in figuur 1.
De figuren 3 en 4 tonen respectievelijk een zijaanzicht en een bovenaanzicht van een houder die deel uitmaakt van de strekmiddelen.
10 De figuren 5, 6 en 7 tonen respectievelijk een zijaanzicht, een bovenaanzicht en een vooraanzicht van een voorkeursuitvoeringsvorm van de vileenheid die deel uitmaakt van de inrichting uit de figuren 1 en 2.
Zoals blijkt uit de figuren 1 en 2 is de inrichting volgens de 15 uitvinding geconstrueerd voor het villen van schaapskarkassen welke aan de achterpoten zijn opgehangen aan een hoger gelegen transporteur, een zogenaamde "overhead"-transporteur in een slachterij waarin de schaapskarkassen langs de hoger gelegen transporteur worden voortbewogen tussen verschillende stations, bijvoorbeeld vanaf het geïllustreerde vil-20 station naar een huid-aftrekstation waarin een huid-aftrekeenheid is geïnstalleerd van het type dat beschreven is in de op 3 maart 1981 ingediende samenhangende Amerikaanse octrooiaanvrage 247.531.
De inrichting bevat in principe een strekeenheid 1 die bestemd is om te worden gekoppeld met de kop van het schaapskarkas 3 en een neer-25 waarts gerichte strekkracht daarop uit te oefenen, een aandrijfeenheid 2 voor de vileenheid 4, welke laatste bestemd is om een heen en weer gaande beweging uit te voeren langs de buikzijde van het schaapskarkas 3 en daarbij de noodzakelijke vilbewerking uit te voeren.
De strekeenheid 1 bevat een cylinder/zuiger-eenheid 5 met een zui-30 gerstang 6 aan het vrije uiteinde waarvan houdermiddelen 7 zijn bevestigd die gekoppeld moeten worden met de kop van het schaapskarkas 3 op de getoonde wijze. De aandrijfeenheid voor de vileenheid bevat eveneens een cylinder/zuiger-combinatie 2 met een zuigerstang 9, aan het vrije uiteinde waarvan de vileenheid 4 is gemonteerd. Beide cylinder/zuiger-35 eenheden zijn gemonteerd aan een gemeenschappelijk rek of steunelement 10 dat op zijn beurt vast bevestigd is aan een horizontaal verlopende hoger gelegen transporteur 11. De hoger gelegen transaporteur bevat een kanaalvormig uitgevoerde steunbalk 12 met zijklampen 17 (figuur 2) en verder een klamp 18 bevestigd aan de hoeksteun 16 en lateraal uitste-40 kend buiten de hoger gelegen transporteur. Aan het vrije uiteinde van 8103 105 3 de klamp 18 is een steunarm 19 bevestigd die zich schuin benedenwaarts uitstrekt. Op deze steunarm is de cylinder 5 van de strekeenheid stevig bevestigd zodanig dat de zuigerstang 6 ervan wijst in de richting van het gebied waar de kop van het schaapskarkas 3 zich bevindt. De steun·» 5 arm 19 kan zonodig op nastelbare wijze worden bevestigd aan de klamp 18. De cylinder 8 van de aandrijfeenheid 2 voor de vileenheid 4 is aan zijn bovenuiteinde op de geïllustreerde wijze scharnierbaar bevestigd aan een houder 20 welke gemonteerd is aan een buitenwaarts uitstekend uiteinde van de hoeksteun 16, zodanig dat de cylinder/zuiger"eenheid 8 10 zich uitstrekt aan de tegenover liggende zijde van de hoger gelegen transporteur 11 gezien ten opzichte van de cylinder/zuiger"eenheid 5 van de strekeenheid.
De cylinder/zuiger"eenheden 5 en 8 worden bij voorkeur pneumatisch aangedreven of geactueerd maar kunnen ook hydraulisch worden geactU" 15 eerd. Zoals schematisch in de figuren 1 en 2 is geïllustreerd is de cy-linder/zuiger"eenheid 8 van de aandrijfeenheid 2 van de vileenheid 4 bestemd om te worden bediend door middel van een voethefboom of voetpe" daal 21, welke door middel van stuurleidingen 22 (aangeduid met streep-punt"lijnen) gekoppeld is met een stuurklep 23 die bevestigd is 20 aan de ondersteuning 10 voor het besturen van de toevoer van aandrijf" fluïdum naar de cylinder/zuiger"eenheid. Een operateur kan dus op een-voudige wijze de buitenwaartse en neerwaartse beweging van de zuiger-stang 9 door geschikte beïnvloeding van de pedalen 24 van de voetpe-daaleenheid 21 besturen waardoor tegelijkertijd de vileenheid 4 op nog 25 nader in detail te beschrijven wijze wordt bediend. Zoals verder schematisch in figuur 1 is geïllustreerd is de cylinder/zuiger-eenheid van de strekeenheid voorzien van een stuurklep 25, welke door een geschikte beïnvloeding van een handbediende hefboom 26 de toevoer van aandrijf -fluïdum naar deze eenheid bestuurt.
30 De bedieningsconfiguratie met bijbehorende kabelinstallatie en stuurmiddelen wordt niet in meer detail getoond en beschreven omdat de technische aspecten daarvan voor de vakman op dit gebied duidelijk zullen zijn.
De figuren 3 en 4 tonen een eenvoudige en geschikte uitvoerings-35 vorm van de houdermiddelen 7 van de strekeenheid, welke middelen bestaan uit een in hoofdzaak U-vormig uitgevoerde krompasser 30 aan het middengedeelte waarvan een op geschikte wijze schuin verlopende van schroefdraad voorziene huls 31 is bevestigd die opgeschroefd kan worden op de zuigerstang 6 van de strekeenheid. Zoals getoond is verlopen de 40 armen van de U-vormige krompasser buitenwaarts divergerend aan de uit- 8103 105 4 einden en de afstand tussen de armen in het binnengebied is zodanig aangepast dat de armen aan komen te rusten tegen de kop van het schaapskarkas wanneer de nek van het karkas ingevoerd is in de krompas-ser 30 en de zuigerstang 6 daarna wordt uitgestoken.
5 In de figuren 5-7 is een geschikte uitvoeringsvorm van de vileen- heid 4 geïllustreerd. Meer in het bijzonder bevat de vileenheid een bovenste en onderste vilelement of vilarm 40 respectievelijk 41, welke armen aan de respectievelijke uiteinden zijn gekoppeld door middel van een rechte stang of staafelement 42 en buitenwaarts uitsteken vanaf de-10 ze staaf aan dezelfde zijde ervan. Evenals de bovengenoemde krompasser is ook het vilelement vervaardigd uit gepolijst roestvrij staal. De stang 42 heeft een lengte van ongeveer 30 cm en deze lengte komt bij benadering overeen met de helft van de slaglengte van de zuigerstang 9 van de aandrijfeenheid 2, hetgeen een geschikte afmeting is voor een 15 rationeel bedrijf zoals in het volgende nog duidelijk zal worden.
Zoals blijkt uit figuur 5 verlopen de armen 40 en 41 van de vileenheid in divergerende richtingen vanaf de stang 42, terwijl bovendien de bovenzijde van de bovenste arm 40 een opwaarts convexe contour bezit en de onderzijde van de onderste arm 41 een neerwaarts convexe contour 20 bezit. Zoals blijkt uit figuur 7 hebben de armen van de vileenheid een ovale of bij benadering eliptische dwarsdoorsnede. Verder is de vileenheid 4 voorzien van een handvat 43, dat door middel van een schroefverbinding bevestigd is aan de stang 42 aan het onderuiteinde ervan en uitsteekt vanaf de stang in een richting tegengesteld aan de richting 25 van de vilarmen 40, 41.
Zoals getoond is in figuur 5 is de stang 42 aan zijn bovenuiteinde voorzien van een opening 44 met schroefdraad via welke de vileenheid 4 kan worden opgeschroefd op het onderste uiteinde van de zuigerstang 9 van de aandrijfeenheid 2.
30 De werking van de inrichting zal in het volgende in meer detail worden beschreven.
Een schaapskarkas 3 is met de achterpoten opgehangen aan de hoger gelegen transporteur 11. De cylinder/zuiger-eenheid 5 van de strekeen-heid 1 bevindt zich bij benadering in een tussenliggende positie, dat 35 wil zeggen de zuigerstang 6 is over de helft van zijn slaglengte naar buiten bewogen. De nek van het schaapskarkas wordt vervolgens ingébracht in de vasthoudende krompasser 30 en de zuigerstang 6 wordt naar zijn uitgestoken positie bewogen door een geschikte actuatie van de be-dieningshefboom 26. Het schaapskarkas is nu gestrekt en het villen kan 40 nu op de juiste wijze beginnen.
8103105 5
Het gebruik van de getoonde inrichting veronderstelt dat het schaapskarkas tevoren met de hand is gevild in het navelgebied van het karkas, zodat een zak gevormd is aan elke zijde van de navel. In de beginpositie voor het uitvoeren van het vilproces is de cylinder/zuiger-5 eenheid van de aandrijfeenheid 2 zodanig gepositioneerd dat de zuiger-stang 9 zich bevindt in een tussenliggende positie waarin de bovenste vilarm 40 aanwezig is op het niveau van de genoemde vooraf gevormde zakken. De bovenste vilarm wordt ingebracht in een van de zakken, bijvoorbeeld aan de rechter zijde van de navel. De zuigerstang 9 wordt op-10 waarts bewogen naar zijn ingetrokken positie, dat wil zeggen naar een positie waarin de slag gelijk aan nul is, onder invloed van de voetpe-daaleenheid 21. De vileenheid vilt dan opwaarts langs de flank aan een zijde tot aan de achterpoten. Wanneer dit gebeurd is dan bevindt de onderste vilarm 41 zich in positie, dat wil zeggen op het niveau van de 15 vooraf gevormde zakken.
De onderste vilarm 41 wordt vervolgens ingebracht in de zak aan de rechter zijde van de navel en de zuigerstang 9 wordt geheel over de volle slaglengte uitgestoken. De vileenheid vilt dan het borstgedeelte aan de zijde in kwestie. Nadat de zuigerstang 9 over zijn gehele slag-20 lengte is uitgestoken wordt ze enigszins teruggestuurd door middel van de voetpedaaleenheid 21, waarna ze opnieuw buitenwaarts over de gehele slaglengte wordt uitgestoken. Daarbij vilt de vileenheid buitenwaarts langs de voorpoort aan de betreffende zijde. Als dus de zuigerstang zijn volle slaglengte heeft bereikt dan zal zowel het bovenste gedeelte 25 als ook het borstgedeelte en de voorpoot aan de rechter buikzijde van het schaapskarkas gevild zijn.
De zuigerstang 9 wordt vervolgens teruggebracht tot een positie waarin ze voor de helft is uitgestoken en de handelingen worden corresponderend aan de boven beschreven handelingen ook uitgevoerd voor de 30 linker zijde. Wanneer dit gebeurd is is het villen voltooid en het karkas gereed voor het aftrekken van de huid. Deze bewerking kan in een volgend station langs de hoger gelegen transporteur worden uitgevoerd bijvoorbeeld met een huidaftrekeenheid zoals beschreven is in de reeds genoemde Amerikaanse octrooiaanvrage 247.531.
35 Alhoewel een bepaalde uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding in het bovenstaande is beschreven zal het duidelijk zijn dat diverse structurele modificaties kunnen worden aangebracht zonder buiten het kader van de uitvinding te treden. Ten aanzien van de vileenheid kunnen deze modificaties bijvoorbeeld bestaan doordat in plaats 40 van enkelvoudige bovenarmen 40 zoals in de figuren getoond een paar 8103 105 \ 6 tegengesteld gerichte bovenzijarmen wordt toegepast zodat het bovenste gedeelte van de vileenheid T-vormig is zodat beide zijden van het bovenste buikgedeelte van het schaapskarkas tegelijkertijd worden gevild tijdens een enkele opwaartse werkbeweging van de zuigerstang. Het is 5 echter gebleken dat de getoonde uitvoeringsvorm van de vileenheid in de praktijk de voorkeur verdient; ze maakt een even snelle en tevens veel nauwkeuriger en uit het oogpunt van kwaliteit betere vilbewerking moge-lijk.
8103 105

Claims (9)

1. Inrichting voor het villen van klein vee, in het bijzonder schaapskarkassen tijdens het slachten, welke schaapskarkassen aan de achterpoten zijn opgehangen aan een hoger gelegen transporteur, met het 5 kenmerk, dat de inrichting voorzien is van een strekeenheid (1) die bestemd is om te worden verbonden met het voorste gedeelte van het karkas (3) en een neerwaarts gerichte strekkracht daarop uit te oefenen, en een uitstuureenheid (2) voor een vileenheid (4) welke laatste bestemd is om een heen en weer gaande beweging uit te voeren langs de buikzijde 10 van het karkas, welke vileenheid (4) bestemd is om te worden ingebracht in tevoren door middel van een handvilbewerking gevormde zak in het buikdeel van het karkas (3) en voor het uitvoeren van een vilbewerking door beweging langs de buikzijde uitgaande van de genoemde zak.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de strek-15 eenheid (1) en de aandrijfeenheid (2) elk voorzien zijn van een cylin- der/zuiger-eenheid (5 respectievelijk 8) met een zuigerstang (6 respectievelijk 9) aan het vrije uiteinde waarvan een houdermiddel (7) voor verbinding met de kop van het karkas respectievelijk de vileenheid (4) is gemonteerd, en de cylinders van beide eenheden (5 respectievelijk 8) 20 zijn gemonteerd aan een gemeenschappelijk steunelement (10) dat bevestigd is aan de hoger gelegen transporteur (11) zodanig dat de zuiger-stangen neerwaarts bewegen wanneer ze bewegen in de richting vanaf hun meest ingetrokken positie naar hun meest uitgestoken positie.
3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de cylin-25 der (8) van de aandrijfeenheid van de vileenheid aan zijn bovenste uiteinde scharnierbaar bevestigd is aan de ondersteuning (10) aan een zijde van de hoger gelegen transporteur (11), terwijl de cylinder (5) van de strekeenheid stevig bevestigd is aan de ondersteuning (10) aan de andere zijde van de hoger gelegen transporteur en schuin verloopt zoda- 30 nig dat de zuigerstang (6) wijst in de richting van het gebied waar de kop van het opgehangen schaapskarkas zich bevindt.
4. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de vileenheid (4) voorzien is van een bovenste respectievelijk onderste vilarm (40 respectievelijk 41) welke armen met hun uit- 35 einden zijn gekoppeld via een stang (42) en buitenwaarts uitsteken vanaf deze stang aan dezelfde zijde ervan.
5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de stang (42) een lengte heeft die bij benadering correspondeert met de halve slaglengte van de zuigerstang (9) van de aandrijfeenheid (2) van de 40 vileenheid. 8103 105 * \
6. Inrichting volgens conclusie 4 of 5, met het kenmerk, dat de vilarmen (40 respectievelijk 41) uitsteken in divergerende richtingen vanaf de stang (42) en een hij benadering eliptische doorsnede bezitten, waarbij de hoofdhartlijn gericht is volgens de hartlijn van 5 de stang.
7. Inrichting volgens een der conclusies 4 tot en met 6, met het kenmerk, dat de vileenheid (4) is voorzien van een handvat (43) dat bevestigd is aan de stang (42) en daarvan buitenwaarts uitsteekt in een richting tegengesteld aan de richting van de vilarmen (40, 41).
8. Inrichting volgens een der conclusies 2"7, met het kenmerk, dat de houdermiddelen (7) voorzien zijn van een in hoofdzaak U-vormig uitgevoerde krompasser (30) waarvan het centrale gedeelte bevestigd is aan de zuigerstang (6) van de strekeenheid (1) en bestemd is om de nek van het schaapskarkas te ontvangen.
9. Inrichting volgens een der conclusies 2-8, met het kenmerk, dat de cylinder/zuiger-eenheid (8) van de aandrijfeenheid (2) van de vileenheid bestemd is om te worden bediend door een voetpedaaleenheid (21) die door de operateur wordt geactueerd. ********************* 8103105
NL8103105A 1980-07-11 1981-06-26 Inrichting voor het villen van klein vee, in het bij- zonder schaapkarkassen, tijdens het slachten. NL8103105A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NO802104 1980-07-11
NO802104A NO150464C (no) 1980-07-11 1980-07-11 Innretning for flaaing av smaafe, saerlig saueskrotter, ved slakting

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8103105A true NL8103105A (nl) 1982-02-01

Family

ID=19885584

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8103105A NL8103105A (nl) 1980-07-11 1981-06-26 Inrichting voor het villen van klein vee, in het bij- zonder schaapkarkassen, tijdens het slachten.

Country Status (11)

Country Link
US (1) US4376326A (nl)
AU (1) AU546642B2 (nl)
CA (1) CA1183312A (nl)
DE (1) DE3127185A1 (nl)
ES (1) ES503841A0 (nl)
FR (1) FR2486362A1 (nl)
GB (1) GB2079135B (nl)
NL (1) NL8103105A (nl)
NO (1) NO150464C (nl)
NZ (1) NZ197680A (nl)
SE (1) SE433696B (nl)

Families Citing this family (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2543407B1 (fr) * 1983-03-30 1986-02-21 Chiron Sa Procede de decoupage de viande et dispositif de mise en oeuvre
EP0274208A1 (en) * 1986-11-23 1988-07-13 Otaki Abattoirs Limited An apparatus and method for supporting a carcass during pelt removal
US4901398A (en) * 1988-02-23 1990-02-20 Societe Anonyme: Societe des Ateliers de Constructions Mecaniques: Lucien Durand Process and machine for pulling off belly strips from a hog carcass
GB8915980D0 (en) * 1989-07-12 1989-08-31 Bitterling Ernest A Ltd Carcass stripping
ES2080696B1 (es) * 1994-07-18 1996-09-01 Martinez Manuel Foglietti Instalacion de desollado para mataderos de animales.
US6296559B1 (en) 2000-05-26 2001-10-02 Phillip W. Kinnebrew Method and apparatus for skinning an animal carcass
HRP20000516A2 (en) * 2000-07-28 2002-02-28 Gojko Uljak Machine for removing skin and fur of slaughtered animals by scraping
CN101926375A (zh) * 2010-08-30 2010-12-29 大连北方种貂繁育有限公司 扒貂皮机
EP3332646A1 (en) * 2015-05-05 2018-06-13 Devrone Meat tenderising
CN113057203B (zh) * 2021-03-26 2022-01-14 华中农业大学 一种羊胴体夹持装置

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2914795A (en) * 1955-11-10 1959-12-01 Hormel & Co Geo A Apparatus for loosening and removing hide from the leg of an animal
US3443275A (en) * 1966-11-29 1969-05-13 Dennis L Radtke Mink skinning machine
US3545037A (en) * 1968-03-04 1970-12-08 Armour & Co Hide removal apparatus
FR2032143A5 (en) * 1969-02-19 1970-11-20 Aubanel Freres Mechanical flayer for slaughter houses
US4299010A (en) * 1979-03-29 1981-11-10 A. J. Park & Son Animal pelting system
NO145902C (no) * 1979-07-06 1982-06-23 Hamjern As Innretning for skinnavtrekking av saueskrotter ved slakting

Also Published As

Publication number Publication date
NO150464C (no) 1984-10-24
US4376326A (en) 1983-03-15
SE8104263L (sv) 1982-01-12
GB2079135B (en) 1984-04-11
FR2486362A1 (fr) 1982-01-15
ES8203569A1 (es) 1982-04-16
DE3127185C2 (nl) 1989-06-08
GB2079135A (en) 1982-01-20
DE3127185A1 (de) 1982-05-06
AU546642B2 (en) 1985-09-12
AU7245181A (en) 1982-01-14
NO802104L (no) 1982-01-12
NZ197680A (en) 1985-02-28
ES503841A0 (es) 1982-04-16
CA1183312A (en) 1985-03-05
FR2486362B1 (nl) 1985-01-25
NO150464B (no) 1984-07-16
SE433696B (sv) 1984-06-12

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP0508550B1 (en) Automatic animal head removal
NL1012307C2 (nl) Inrichting voor het parallel bewerken van meerdere aan een transporteur opgehangen karkassen van groot vee.
NL9200111A (nl) Werkwijze en inrichting voor het uitbenen van middels van slachtdieren.
NL9100804A (nl) Werkwijze en inrichting voor het mechanisch ontweien van geslacht gevogelte.
NL8103105A (nl) Inrichting voor het villen van klein vee, in het bij- zonder schaapkarkassen, tijdens het slachten.
EP0031337A1 (en) APPARATUS FOR STRIPPING SHEEP BODIES AT SLAUGHTER.
US4158903A (en) Hog head removal method
US6468145B1 (en) System and method for cleaning animal intestines
US3988803A (en) Apparatus for centering slaughtered carcasses cut open for cleaving
US4035867A (en) Apparatus for removing the neck from a fowl
JPH058651B2 (nl)
US3274639A (en) Hide-pulling apparatus
US3736622A (en) Method and apparatus for slaughtering animals
US3657770A (en) Method and apparatus for slaughtering animals
US3317949A (en) Apparatus for dressing slaughtered animals
US3404431A (en) Hide-pulling method
US3483590A (en) Skinning machine
FR2627059B1 (fr) Procede et installation pour detacher la depouille ou la peau de carcasses d'animaux
US3423789A (en) Animal dehider
US3930284A (en) Hide pulling method and apparatus
US3895416A (en) Apparatus for removing hides from animal carcasses
US3936908A (en) Hide pulling method and apparatus
EP0274208A1 (en) An apparatus and method for supporting a carcass during pelt removal
SU1042721A1 (ru) Устройство дл сн ти шкур с туш убойных животных "Р жск
US3815177A (en) Method and apparatus for removing hides from animal carcasses

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
CNR Transfer of rights (patent application after its laying open for public inspection)

Free format text: AMECO HAMAR A/S

BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed