NL8101042A - Viscosi-meter. - Google Patents

Viscosi-meter. Download PDF

Info

Publication number
NL8101042A
NL8101042A NL8101042A NL8101042A NL8101042A NL 8101042 A NL8101042 A NL 8101042A NL 8101042 A NL8101042 A NL 8101042A NL 8101042 A NL8101042 A NL 8101042A NL 8101042 A NL8101042 A NL 8101042A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
signal
output
lags
probe
fluid
Prior art date
Application number
NL8101042A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Itt
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Itt filed Critical Itt
Publication of NL8101042A publication Critical patent/NL8101042A/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G01MEASURING; TESTING
    • G01NINVESTIGATING OR ANALYSING MATERIALS BY DETERMINING THEIR CHEMICAL OR PHYSICAL PROPERTIES
    • G01N11/00Investigating flow properties of materials, e.g. viscosity, plasticity; Analysing materials by determining flow properties
    • G01N11/10Investigating flow properties of materials, e.g. viscosity, plasticity; Analysing materials by determining flow properties by moving a body within the material
    • G01N11/16Investigating flow properties of materials, e.g. viscosity, plasticity; Analysing materials by determining flow properties by moving a body within the material by measuring damping effect upon oscillatory body

Landscapes

  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Analytical Chemistry (AREA)
  • Biochemistry (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Immunology (AREA)
  • Pathology (AREA)
  • Investigating Or Analyzing Materials By The Use Of Ultrasonic Waves (AREA)

Description

'« ' H.DuBae - 5 1 "Viscosi-meter.
3e uitvinding heeft "betrekking op een vibratie-instru-ment en heeft meer in het bijzonder betrekking op een vibra-tieviscosi-meter.
3e van de hierop betrekking hebbende stand van de 5 techniek is aangegeven in het Amerikaanse octrooischrift 4.037.4-59.
Eveneens van belang voor de stand van de techniek zijn de Amerikaanse octrooischriften 3.677*067, 3*741.000, 4.037.460, 3.878.374 en 3.769.831.
10 In overeenstemming met de viscosi-meter van de onder havige uitvinding wordt een lichaam in trilling gebracht.
De viscositeit wordt vervolgens uit bepaalde perioden van de trillingen berekend.
De uitvinding zal aan de hand van uitvoeringsvoor-15 beelden nader worden toegelicht met verwijzing naar de tekeningen, waarin:
Figuur 1 een blokschema geeft van een volgens de uitvinding vervaardigde viscosi-meter;
Figuur 2 een schema geeft van een in figuur 1 weerge-20 geven lusschakeling;
Figuur 3 een schema geeft van een in figuur 1 aangegeven functiegenerat or;
Figuur 4 een schema geeft van een in figuur 3 aangegeven rekenaar; 25 Figuur 5 een aanzicht geeft van een in figuur 1 weer gegeven sonde;
Figuur 6 een vertikaal doorsnede-aanzicht geeft van de in figuur 5 aangegeven sonde; en
De figuren 7 en 8 dwarsdoorsnede aanzichten geven 30 langs de in figuur 6 aangegeven lijnen VII-VII en VIII-VIII.
In het in figuur 1 aangegeven schema is een vibratie viscosi-meter in het algemeen met 34' aangeduid, welke viscosi-meter is voorzien van een aandrijf spoel 23, een in trilling te brengen veerkrachtige draadlus 24-, een 35 piëzoelektrisch kristal 25 en een voorversterker 26.
De sonde 34' heeft een ingangsleiding 27 en een uit-gangsleiding 28.
Andere in figuur 1 aangegeven blokken zijn een lusscha- 8101042 2 ΐ * keling 29, een functiegenerator 30 en een gebruiksinrichting 31· De lusschakeling 29 heeft een ingangsleiding 32 en uitgangsleidingen 331 * 1 en 34·' ' · Yan de functie generator 30 lopen de ingangsleidingen 35'' en 33' naar en van 5 de functiegenerator 30. De uitgangsleidingen 33' en 33'1 van de functiegenerator 30 zijn respectievelijk verbonden met de lusschakeling 29 en met de gebruiksinrichting 31«
De uitgangsleiding 28 van de sonde 34' is verbonden met de ingangsleiding 32 van de lusschakeling 29« De in-10 gangsleiding 27 van de sonde 34' is verbonden met de uit-gangsleiding 33 * * * van de lusschakeling 29. De sonde 3^' en de lusschakeling 29 vormen een elektromechanische oscillator van het gesloten-lustype. De draadlus 24 is in een fluïdum ondergedompeld. De dichtheid van het fluïdum 15 is bij tijden een functie van de periode waarin de draadlus 24 trilt of vibreert.
Yan de functiegenerator 30 kan de ingangsleiding 35 verbonden zijn met de leiding 33' ' ' of met andere punten in de lusschakeling 29. De lusschakeling 29 drukt een blok-20 vormspanning op de ingangsleiding 35 van de functiegenerator 30.
De in figuur 1 aangegeven gebruiksinrichting 31 kan een viscositeitsindicator, een processtuurinrichting of anderszins zijn.
25 De sonde 3^', de functiegenerator 30 en de gebruiks inrichting 31 kunnen gelijk zijn aan die weergegeven in het Amerikaanse octrooischrift 3.878.372. Hetzelfde geldt voor elke in figuur 2 aangegeven schakeling.
De in figuur 1 aangegeven sonde 34' kan van gebruike-30 lijk type zijn behalve zoals hierin beschreven.
De in figuur 1 aangegeven voorversterker 26 kan van gebruikelijk type zijn.
De in figuur 2 aangegeven lusschakeling 29 bevat een ingangsketen 38» een AGC versterker 37» een volgfilter 38, 35 een nul^-doorsnijdingsdetector 39, een een-schot multivibra-.· tor 40, een invertor 41, een klemschakeling 42, een fase-vergrendellus 43, een blokvormer 44, een EN-poort 45, een invertor 46, een fase--vergrendellus 47, en een aandrijfver-sterker 48 die als serietrappen van de ingangsleiding 32 40 van de lusschakeling 29 naar de uitgangsleiding 33''' daar- 8101042 ί * 3 van opvolgend geschakeld zijn en respectievelijk vanaf de uit gangs leiding 28 van de sonde 34' verbonden zijn net de ingangsleiding 27 van de sonde 34·' .
In figuur 2 vormen andere trappen een nul- doorschrei-5 dingsdetector 4-9, een fasedetector 50, een laagdoorlaat-filter 51, een fasedetector 52, een laagdoorlaatfilter 53? een drempeldetector 54·, een invertor 4-5, een klemschake-ling 56, een zwaai^oscillator 57, een emittervolger 58, een zaagtandgenerator 59 en twee fase instelschakelingen 10 60 en 60' (die slechts manuaal instelbaar zijn).
Van de AGC versterker 37 is de AGC ingangsleiding 61 verbonden met de uitgang van de klemschakeling 56,
Het volgfilter 38 heeft twee uitgangsleidingen 62 en 63. De uitgangsleiding 63 van het volgfilter is verbonden 15 met de ingang van de nuL-doorschreidingsdetector 4-9. De uitgang van deze detector 4-9 is verbonden met de ene ingang 64 van de fasedetector 50. Met het bij 65 aangegeven verbindingspunt is de uitgangsleiding 66 van de AGO versterker 37 verbonden. Het volgfilter 38 heeft twee ingangs-20 leidingen 67 en 68. -De ene ingangsleiding 67 van het volg- / filter is verbonden met het verbindingspunt 65* De ingangsleiding 68 is verbonden met de uitgang van het laagdoorlaatfilter 51 ·
Van de fasedetector 50 is de tweede ingangsleiding 69 25 verbonden met het verbindingspunt 65. De uitgang van de fasedetector 50 is verbonden met de ene ingang van het laagdoorlaatfilter 51· Van de fasedetector 50' is de ene ingang verbonden met de uitgang van de ingangsketen 36 en is de andere ingang verbonden met de leiding 33· Van deze 30 fasedetector 50' is de uitgang verbonden met de andere ingang van het laagdoorlaatfilter 51·
Het doel van de nul^doorschreidingsdetector 49, de fasedetector 50 en het laagdoorlaatfilter 51 is om het volgfilter 38 de frequentie van het uitgangssignaal van de 35 AGO versterker 37 te doen volgen. De fasedetector 50' doet de uitgangsaandrijfversterker 48 de fase (met een constante fasesom of verschil ten opzichte daarvan) volgen van het uitgangssignaal van de ingangsketen 36. Het signaal op het volgfilter 38 heeft derhalve tot gevolg dat de doorlaat-40 band daarvan gespreid wordt over de frequentie van het via 8101042 5 * 4 de ingangsleiding 67 toegevoerde ingangssignaal voor het volgfilter 38 en dat de fase daarvan eveneens gevolgd wordt*
Het uitgangssignaalvan het volgfilter 38 op de uit-gangsleiding 62 daarvan is 90 graden uit fase met het 5 signaal op de uitgangsleiding 63 daarvan. Het signaal op de uit gangs leiding 62 van het volgfilter wordt op de nul-doorschreidingsdetector 39 en de fasedetector 52 gedrukt.
Het uitgangssignaal van de nul^-doorschreidingsdetector 39 wordt zowel aan de fasedetector 52 als aan de een-schot 10 schakeling 40 toegevoerd. Het uitgangssignaal van de fasedetector 52 wordt aan het laagdoorlaatfilter 53 toegevoerd.
Het hij 70 aangegeven verbindingspunt is verbonden met de uitgang van het laagdoorlaatfilter 53· Vanaf het verbindingspunt 70 loopt een leiding 71 naar de AGO ingang 15 van een in de ingangsketen 36 opgenomen versterker voor aut omat is che vers te rkings re ge1ing.
Van de drempeldetector 54 is een ingang verbonden met het verbindingspunt 70. Dit ingangssignaal op de drempeldetector 54 heeft wanneer het onder een voorbepaalde po-20 tentiaal ligt, tot gevolg dat de potentiaal van de uit-gangsleiding 73 van de drempeldetector 54· of omhoog of omlaag gaat. De uitgangsleiding 73 van de drempeldetector 54 ligt derhalve bijvoorbeeld of aan aarde of aan +15 volt of +V1. Wanneer de potentiaal van het uitgangssignaal van 25 het laagdoorlaatfilter 53 onder de vooraf bepaalde potentiaal ligt, bevindt de uitgangsleiding 73 van de drempeldetector 54 zich op aardniveau.
De drempeldetector 54 bedient zowel de klemschake-lingen 42 en 56 als de zwaai-oscillator 57· De klemschake-30 ling 56 en de zwaai-oscillator 57 worden via de invertor 55 gestuurd.
De invertor 55 heeft.een uitgangsleiding 74- die eveneens de potentiaal van V1 of aarde aanneemt.
De klemschakeling 42 geeft of het uitgangssignaal van 35 de invertor 41 aan de fasevergrendellus 43 door of in de andere toestand van de drempeldetector 54· wordt de klem-schakeling 42 zodanig bediend dat de uitgangsleiding 75 daarvan aan aardniveau wordt gelegd. Het uitgangssignaal van de invertor 55 is eenvoudigweg het omgekeerde van het 40 uitgangssignaal van de drempeldetector 54·. Wanneer het uit- 8101042 5 gangssignaal van de invertor 55 zich op hoog niveau "bevindt, ontvangt de zwaai-oscillator 57 voeding. Wanneer het uitgangssignaal van de invertor 55 zich op laag niveau bevindt,^fïndt de uitgang van de zwaai-oscillator 57 zich 5 op aardniveau.
De emittervolger 58 is opgenomen tussen de zwaai-oscillator 57 en de fasevergrendellus 43· Van de fasever-grendellus 43 is een uitgangsleiding 76 verbonden met de blokvormer 44. Bij 77 en 78 zijn verbindingspunten 77 en 78, 10 waarvan het verbindingspunt 78 verbonden is met een uit-gangsleiding 79 van de blokvormer 44. Het verbindingspunt 78 is eveneens verbonden met het verbindingspunt 77· De klemschakeling 56 is vanaf het verbindingspunt 77 verbonden met de ingangsleiding 61 van de AGO versterker.
15 Wanneer de uitgang van de drempeldetector 54 zich op hoog niveau bevindt, is de lusschakeling 29 aan het volgen en wordt de klemschakeling 42 geopend waardoor de uit-gangsleiding 75 daarvan niet meer aan aarde ligt. Omgekeerd legt tegelijkertijd de invertor 55 de ingang voor de zwaai-20 oscillator 57 aan aarde en stelt deze buiten werking, Tijdens het volgen brengt de invertor 55 eveneens de uitgang van de klemschakeling 56 buiten werking door middel van een vanaf de invert oruit gangs leiding 74 naar de klemschakeling 56 lopende verbinding 80.
25 Tijdens het zoeken houdt de drempeldetector 54 de uit gang van de klemschakeling 42 op aardniveau, terwijl de invertor 55 de zwaai-oscillator 57 bedient en de klemschakeling 56 het uitgangssignaal van de blokvormer 44 doorlaat naar de AGO ingangsleiding 61 van de AGO versterker 37* 30 In figuur 2 is het verbindingspunt 77 verbonden met de in figuur 1 aangegeven functiegenerator 30.
De EW-poort 45 ontvangt een ingangssignaal van het verbindingspunt 78 en vanaf een uitgangsleiding 81 van de schakelaar 81' zodat afwisselend uitgangssignalen van de 35 fase-instelschakelingen 60 en 60' afgegeven worden. De schakelingen 60 en 60' zijn manuaal zodanig ingesteld dat de spanning op de leiding 35 voorijlt en naijlt op de spanning op de leiding 32 respectievelijk met plus (+) 30 elektrische graden en minus (-) 30 elektrische graden.
40 Van de zaagtandgenerator 59 is een ingangsleiding 82 8101042 X 9 6 verbonden net het verbindingspunt 78 en is een uitgangs-leiding 83 verbonden met de ingang van de fase-instelscha-kelingen 60 en 60'.
De schakelingen 60 en 60' kunnen manuaal ingesteld 5 worden om de sinusgolfcomponent van de uitgangsspanning van de aandrdjfversterker 48 in te stellen onder toepassing van bepaalde structuren met inbegrip van de fase-instelscha-kelingen 60 en 60' zelf en van de fasevergrendellus 47.
In de in figuur 1 aangegeven uitvoeringsvorm vormen 10 de sonde 34' en de lusschakeling 29 een elektromechanische oscillator die op een frequentie oscilleert afhankelijk van de viscositeit van het fluïdum waarin de draadlus 24 ondergedompeld is. Hetzelfde geldt voor de pulsherhalings-frequentie van de aan de ingangsleiding 35'' van de functie-15 generator 30 toegevoerde blokgolfspanning.
De functiegenerator 30 kan als een lineairisatie-schakeling beschreven worden. De schakeling geeft een uitgangssignaal af dat direct evenredig is met de viscositeit van het ingangssignaal daaraan.
20 Met uitzondering van het boven vermelde kunnen de in de figuren 1 en 2 aangegeven onderdelen identiek zijn aan en op een wijze werken gelijk aan de wijze waarop de vibratie densitometer van het Amerikaanse octrooischrift 4.037«4-59 werkt.
25 In figuur 3 zal een klok 100 via een deler 101 en de delers 102 en 103 de poorten 104 en 105 doen open gaan en de schakelaar 81' (figuur 2) afwisselend in synchronisatie daarmee bedienen.
De delers 106 en 107 en de poorten 108 en 109 in 30 figuur 3 hebben tot gevolg dat de tellers 110 en 111 de klok tellen gedurende de perioden en respectievelijk, waarin ï de periode is van het signaal op de leiding 33 wanneer dit naijlt op het signaal op de leiding 32. De periode is de periode van het signaal op de leiding 33 35 wanneer dit voorijlt op het signaal op de leiding 32.
Er zijn bij 112 en 113 digitaal-analoog-omzetters aangebracht ofschoon zij weggelaten kunnen worden wanneer eerder een digitale computer toegepast wordt dan een analoge computer zoals bij 114. Wanneer gewenst kan een indicator 115 40 op de computer 114 aangesloten zijn en als gebruiksinrich- 8101042 «· * 7 ting 31 fungeren. De £a opslagschakeling 110 en de opslag-schakeling 111 kunnen bijgewerkte tellers zijn die door het "1* uitgangssignaal van de deler 103 teruggesteld worden.
De poorten 108 en 109 laten afwisselend klokpulsen toe aan 5 de tellers 110 en 111. De delers 106 en 107 verschaffen respectievelijke variërende pulshreedtesignalen toe aan de poorten 108 en 109, die wat kleiner zijn dan die op het uitgangssignaal van de deler 101. De delers 106 en 107 worden eveneens door het "1tr deleruitgangssignaal van de deler 10 103 teruggesteld.
De poorten 104·, 116, 105 en 117 poorten afwisselend pulsen vanaf de blokvormer 44 (figuur 2) door aan de delers 106 en 107·
De computer 114 is in meer detail in figuur 4 aange-15 geven. Een vermenigvuldiger 118, een teller 119? ©en vermenigvuldiger 120, en een opteller 121 zijn opvolgend vanaf de omzetter 112 aangesloten op een deler 122. Een opteller 123, een vermenigvuldiger 124, een opteller 125? een vermenigvuldiger 126, en een opteller 127 zijn opvolgend in 20 serie tussen de omzetter 113 en de deler 122 opgenomen.
De bronnen 0, B, A, C', B' en A' zijn respectievelijk aangesloten op de vermenigvuldiger 118, de opteller 119? de opteller 121, de vermenigvuldiger 124, de opteller 125, en de opteller 127.
25 In overeenstemming met de uitvinding is gebleken dat het uitgangssignaal van de deler 122 direct evenredig is met de dynamische of kinematische viscositeit v van het fluïdum, waarin de draadlus 24 ondergedompeld is, en waarbij geldt 30 vd = A + B(Ia-0!t) + C(Ia-It)2 (1) d = A' + B'T2 + C'T2 (2) waarin d de dichtheid van het fluïdum is, waarin de 35 draadlus 24 ondergedompeld is, en A, B, C, A', B', en 0' constanten zijn die empirisch verkregen kunnen worden uit een fluïdum met een bekende viscositeit en dichtheid. Derhalve is 8101042 « 8 A + B(T -T. ) + C(T -Th)2 v = --2—È— (3) A* + B' + C'T„ o. a.
5 Een uitvoeringsvorm van de sonde 34' van de onderhavi ge uitvinding is in figuur 5 aangegeven. De pakkingen 65 en 66 zijn aan tegenover gestelde zijden van een ring 64 gehecht.
De stroming van het fluïdum is in de richting van de 10 pijl 301.
Een pijpleiding is met 70 aangeduid, welke leiding een hol cylindervörmig uitsteeksel 71 heeft, dat hij 72 aan een fitting 73 is gelast welke een flens 7^ heeft die hij voorkeur op drie of meer zoals hijvoorheeld acht plaatsen 77 15 met houten aan een flens 75 van een samenstel 76 is bevestigd.
In figuur 6 is een vertikaal doorsnede aanzicht van de sonde 34' aangegeven, waarin het samenstel 76 een nippel 84 heeft die in een hol cylindervörmig uitsteeksel 85 van 20 een eindkap 86 met schroefdraad is gedraaid. De eindkap 86 is via schroefdraad aan een lichaam 87 bevestigd. De flens 75 i de eindkap 86 en het lichaam 87 zijn hij 88 aan elkaar gelast of gesoldeerd. Een holle as 89 is uitwendig • via schroefdraad in een cylinder 90 gedraaid en kan wan-25 neer gewenst daaraan gelast worden. De cylinder 90 is massief met uitzondering van een gat 91, dat daar volledig doorheen steekt en in verbinding staat met het holle inwendige 92 van de as 89· Het lichaam 87 is hij 93 aan. de flens 75 gelast en is voorzien van een dunne wang 94- die 30 een omhoog stekend cylindervörmig uitsteeksel 95 heeft dat hij 96 aan de as 89 en aan de cylinder 90 is gelast. Het lichaam 87 kan wanneer gewenst van een gaatje 97 zijn voorzien zodat het vastgehouden kan worden wanneer de eindkap 86 daarop gedraaid of met schroefdraad vastgezet wordt.
35 De as 89 wordt op zijn beurt bevestigd aan een ferrule 98 die daarin met schroefdraad vastgezet wordt.
Een magnetostrictieve huis 101 die hol en aan heide einden open is wordt klemvast in een lichaam 102 en klem-vast in het onderuiteinde 200 van een lichaam 99 gezet.
40 net lichaam 102 is gelijk aan het in het Amerikaanse octrooi- 8101042 9 schrift 3.741.000 aangegeven lichaam en kan wanneer gewenst identiek daaraan zijn. Ook kan het lichaam 102 een gat 103 hehben om daarin aansluitdraden op te nemen van een piëzoelektrisch kristal 25 en kan een gat 105 hebben 5 om daarin aansluitdraden op te nemen van een op een klem-vast op de buis 101 vastgezette dielektrische klos 107 gewikkelde aandrijf spoel 23. De buis 101 steekt aan de onderzijde daarvan uit door een cirkelvormig gat 201 in het uiteinde 200 van het lichaam 99· De boring 201 heeft 10 een schouder 202 die tegen het onderuiteinde van de buis 101 stuit.
De las bij 111 tussen het lichaam 99 en de ferrule 108 is fluïdumdicht.
De boveneinden van de draadlus 24 zijn op een fluïdun-15 dichte wijze door de ferrule 108 bevestigd.
Het ringvormige gedeelte 108' van de in figuur 6 aangegeven ferrule 108 vormt een vrijgelaten gedeelte.
Zoals in de figuren 7 en 8 is aangegeven bevat de ferrule 108 openingen voor de benen 24' en 24’' van de 20 draadlus 24 zodat de rechthoekige doorsnede van deze benen 24'en 24’' daarin opgenomen kunnen worden.
Tijdens bedrijf van de in figuur 6 aangegeven uitvoeringsvorm van de uitvinding heeft de afwisselende axiale uitzetting en samentrekking van de buis 101 in samendruk-25 king tussen de schouder 202 en het lichaam 102 tot gevolg dat de ferrule 108, het lichaam 99 en de draadlus 24 gaan trillen. Het kristal 25 wekt dan een elektrisch wisseluit-gangssignaal op in synchronisatie met de vibratie van de draadlus. Het kristal 25 moet tenminste over een gedeelte 30 van het been 24'' of het been 24' liggen (figuur 7)· Het uitgangssignaal van het kristal voor de voorversterker 26 wordt via de in figuur 2 aangegeven leiding 32 toegevoerd.
De draadlus 24 kan wanneer gewenst een vierkante, een ronde of een andere dwarsdoorsnede hebben.
8101042

Claims (9)

1. Viscosi-meter omvattende een sonde met een ingangs-leiding en een uitgangsleiding, een lusschakeling met een ingangsleiding die verbonden is met de uitgangsleiding van 5 de sonde, een eerste uitgangsleiding die verbonden is met de ingangsleiding van de sonde, en een tweede uitgangs-leiding, waarbij de sonde en de lusschakeling een elektro-mechanische oscillator vormen, waarbij de sonde een tril. bare structuur heeft die verbonden is met de ingangslei-10 ding van de sonde om de trilbare structuur in trilling te brengen, een omzetter, middelen die de omzetter verbinden met de uitgangsleiding van de sonde om een eerste variërend signaal daarop af te geven met dezelfde frequentie als die waarop de trilbare structuur trilt, welk eerste signaal 15 perioden heeft, waarbij het produkt van de kinematische viscositeit en dichtheid van het fluïdum, waarin de trilbare structuur ondergedompeld is, een functie is van die perioden, waarbij een tweede variërend signaal op de tweede uitgangsleiding van de lusschakeling wordt gedrukt met 20 dezelfde frequentie als die van het eerste signaal, een ge-bruiksinrichting, een uitgangsketen die de tweede uitgangsleiding van de lusschakeling verbindt met de gebruiks-inrichting, en fase-instelmiddelen om de fase van of de ene of de tweede signalen periodiek zodanig te schakelen dat 25 hij wisselt tussen twee verschillende waarden ten opzichte van de fase van het andere signaal.
2. Viscosi-meter volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat het ene signaal voorijlt en naijlt op het andere signaal met hetzelfde aantal elektrische graden. 30 3* Viseosi-meter'Vólgens conclusie 2, m e t het kenmerk, dat het ene signaal afwisselend voorijlt en naijlt op het andere signaal telkens met 30 elektrische graden. Viscosi-meter volgens conclusie 3» m e t het 35 kenmerk, dat middelen zijn aangebracht om de viscositeit v van het fluïdum als volgt te berekenen: A + B(ga-3?b) + C(Ta-It)2 A' + B'T + CT 2 o. 3. 40 waarin T_ de periode is gedurende welke het ene signaal cl 8101042 % naijlt, de periode is gedurende welke het ene signaal voorijlt , en A, B, C, A', B' en 0' constanten zijn zodanig dat • o
5 A* + B'T + C’T direct evenredig is met de dichtheid van cl ol het fluïdum.
5. Viscosi-meter volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat de trilbare structuu§e$eerkrachtige lus van draad heeft, waarvan de uiteinden in wezen vast 10 in plaats gemonteerd zijn.
6. Viscosi-meter volgens conclusie 5t π e t het kenmerk, dat middelen zijn aangebracht om de viscositeit v van het fluïdum als volgt te berekenen: A + B(Ia-Tb) + C(W2 15 v = -ö- A* + b*3L + Cl/ d d waarin de periode is gedurende welke het ene signaal naijlt, * de periode is gedurende welke het ene signaal 20 voorijlt, en 9 A, B, C, A’, B’ en 0' constanten zijn zodanig dat o A' + + direct evenredig is met de dicht- cl o. heid van het fluïdum.
7. Viscosi-meter volgens conclusie 6, m e t het 25 kenmerk, dat het ene signaal voorijlt en naijlt op het andere signaal met hetzelfde aantal elektrische graden.
8. Viscosi-meter volgens conclusie 7, n e t het kenmerk, dat het ene signaal afwisselend voorijlt en naijlt op het andere signaal telkens met 30 elektrische 30 graden.
9. Viscosi-meter volgens conclusie 5» m e t het kenmerk, dat het ene signaal voorijlt en naijlt op het andere signaal met hetzelfde aantal elektrische graden.
10. Viscosi-meter volgens conclusie 9» m e t het 35 kenmerk, dat het ene signaal afwisselend voorijlt en naijlt op het andere signaal telkens met 30 elektrische graden. * * * * * * * * * * 8101042
NL8101042A 1980-03-10 1981-03-04 Viscosi-meter. NL8101042A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US06/128,666 US4292673A (en) 1980-03-10 1980-03-10 Viscosimeter
US12866680 1980-03-10

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8101042A true NL8101042A (nl) 1981-10-01

Family

ID=22436396

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8101042A NL8101042A (nl) 1980-03-10 1981-03-04 Viscosi-meter.

Country Status (5)

Country Link
US (1) US4292673A (nl)
CA (1) CA1167274A (nl)
DE (1) DE3108282A1 (nl)
GB (1) GB2071324B (nl)
NL (1) NL8101042A (nl)

Families Citing this family (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS6034295A (ja) * 1983-08-03 1985-02-21 株式会社日立製作所 皮膚感覚センサ
US4695956A (en) * 1984-11-01 1987-09-22 Leveen Eric G Apparatus and method of quantifying hemostasis using oscillations from a transducer immersed in the blood sample
ES2033001T3 (es) * 1987-06-12 1993-03-01 Juerg Dual Viscosimetro
SE507102C2 (sv) * 1996-06-26 1998-03-30 Protell Ab Sätt och anordning vid reometer
JP3348162B2 (ja) * 2000-05-09 2002-11-20 シービーシーマテリアルズ株式会社 液体の粘性測定法と粘弾性測定法並びに粘弾性測定装置
US7574898B2 (en) * 2007-11-08 2009-08-18 Schlumberger Technology Corporation Vibrating wire viscosity sensor

Family Cites Families (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3710614A (en) * 1971-09-09 1973-01-16 Nat Metal & Refining Co High precision wide dynamic range viscous loss measuring apparatus
US3878374A (en) * 1973-12-10 1975-04-15 Itt Densitometer
US3903731A (en) * 1974-02-27 1975-09-09 Canadian Patents Dev Apparatus for determining physical properties
US4020330A (en) * 1976-05-03 1977-04-26 International Telephone And Telegraph Corporation Densitometer
US4023400A (en) * 1976-08-23 1977-05-17 International Telephone And Telegraph Corporation Viscosimeter and/or densitometer
GB1591892A (en) * 1977-04-12 1981-07-01 Ici Ltd Measurement of viscoelastic properties
US4184364A (en) * 1978-09-22 1980-01-22 International Telephone And Telegraph Corporation Viscosimeter

Also Published As

Publication number Publication date
CA1167274A (en) 1984-05-15
DE3108282A1 (de) 1982-03-25
GB2071324A (en) 1981-09-16
US4292673A (en) 1981-09-29
GB2071324B (en) 1984-12-12

Similar Documents

Publication Publication Date Title
DE69504815T2 (de) Verfahren und vorrichtung zur messung von kenngrössen eines oszillierenden systems
JP7186678B2 (ja) 振動式センサ用に駆動信号を生成する方法
DE68919196T2 (de) Kombinierter Ausgangs- und Erregerkreis für einen Massenströmungsmesswandler.
RU2727865C2 (ru) Управление колебаниями вибродатчика на основании фазового рассогласования
DE3822910A1 (de) Auf der basis der coriolis-kraft arbeitender massestroemungsmesser
SU689630A3 (ru) Способ определени изменени состо ни текучести вещества и устройство дл его реализации
NL8101042A (nl) Viscosi-meter.
RU2674559C1 (ru) Определение параметра колебательного отклика колебательного элемента
AT516420A1 (de) Verfahren und Vorrichtung zur Ermittlung der Dichte eines Fluids
US4023400A (en) Viscosimeter and/or densitometer
US3952592A (en) Fluid sensing systems
JPS6178411A (ja) 超音波移動定在波発生方法及び装置
US4037459A (en) Densitometer
US7689372B2 (en) Process for operating a measurement device of the vibration type
US4151743A (en) Densitometer drive
US3354724A (en) Stable reference apparatus
GB2137360A (en) Electromagnetic flowmeter
US3633091A (en) Zero time constant filter using sample-and-hold technique
US3776024A (en) Densitometer components
Eller Subharmonic response of bubbles to underwater sound
SU365558A1 (ru) Способ измерения расстояний с помощью импульсного источника света
SU368477A1 (ru) Ультразвуковой резонансный толщиномер
SU901893A1 (ru) Установка дл определени резонансных частот
SU405172A1 (ru) УСТРОЙСТВО дл ФОРЛ\ИРОВАИИЯ ДВУХ ИМПУЛЬСНЫХ ПОСЛЕДОВАТЕЛЬНОСТЕЙ С РЕГУЛИРУЕМЫМ ФАЗОВЫМ
JP2638636B2 (ja) 真空測定装置

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BV The patent application has lapsed