NL8100206A

NL8100206A - ALARM SYSTEM.

Info

Publication number: NL8100206A
Application number: NL8100206A
Authority: NL
Original assignee: Welsh John
Priority date: 1980-01-28
Filing date: 1981-01-16
Publication date: 1981-08-17
Also published as: KR830004992A; GB2139791A; DE3100638A1; GB2068158B; JPS56110197A; PT72345B; IT1135194B; AR230814A1; ATA16381A; CA1164052A; DK36181A; NZ196129A; BR8100217A; ES498841A0; MX148961A; IN153093B; ZA807928B; IT8119355A0; NO810267L; GB8403785D0

Description

- - , 3c 3 VO 1358- -, 3c 3 VO 1358

Titel : Alarmst elsel.Title: Alarm system.

De uitvinding heeft in het algemeen "betrekking op een alarnst elsel voor een voertuig. Meer in het bijzonder heeft de uitvinding betrekking op een alarmstelsel voor het detecteren van het onbevoegd bin-nendringen in een voertuig en het bepalen van de plaats van een derge-5 lijk voertuig.The invention generally relates to an alarm device for a vehicle. More particularly, the invention relates to an alarm system for detecting unauthorized intrusion into a vehicle and determining the location of such a vehicle. vehicle.

In de laatste tijd heeft diefstal van mobiele voertuigen, zoals boten, vliegtuigen, recreatievoertuigen, vrachtwagens en meer in het bijzonder auto’s, alarmerende afmetingen aangenomen. In een poging om deze gang van zaken te keren en pogingen tot diefstal te verijdelen 10 zijn talrijke inrichtingen ontworpen voor het verschaffen van een alarmsignaal of het buiten werking stellen van het voertuig in het geval van een onbevoegd binnendringen.Recently, theft of mobile vehicles, such as boats, planes, recreational vehicles, trucks and more particularly cars, has taken on alarming proportions. In an effort to reverse this course of action and thwart attempts to theft, numerous devices have been designed to provide an alarm signal or disable the vehicle in the event of unauthorized intrusion.

Bij die afschrikkende stelsels, welke voorzien in een alarm, wordt gebruik gemaakt van een audio-alarm in de hoop de toekomstige 15 dief af te schrikken en/of wordt een radiofrequent alarmsignaal uitgezonden. Omdat dergelijke stelsels evenwel normaliter wat hun energie betreft, afhankelijk zijn van het elektrische stelsel van het voertuig, is het mogelijk om deze stelsels snel buiten werking te stellen. Bovendien vereisen die stelsels, welke een radiofrequent alarmsignaal uit-20 zenden, de opbouw van uitgebreide en kostbare ontvangnetwerken en/of ' mobiele telemetrie-zendontvangers voor het detecteren en localiseren van een alarmsignaal.Those deterrent systems that provide an alarm use an audio alarm in hopes of deterring the future thief and / or emit a radio frequency alarm signal. However, since such systems are normally energy-dependent, depending on the electrical system of the vehicle, it is possible to decommission them quickly. In addition, those systems which transmit a radio frequency alarm signal require the construction of extensive and expensive receiving networks and / or mobile telemetry transceivers to detect and locate an alarm signal.

Ook die afschrikkende stelsels, waarbij wordt getracht het voertuig buiten werking te stellen, bijvoorbeeld door bet uitschakelen van 25 de ontsteking of de brandstoftoevoer, of door vergrendeling van de stuur-kolom, kunnen door een ervaren dief buiten werking worden gesteld, kunnen de werking van het voertuig door een bevoegde persoon op een onbeoogde wijze beletten en zijn niet in staat om aan personen, belast met het handhaven van de wet, de plaats van het voertuig aan te geven na-30 dat de diefstal is gelukt. Sommige grendelstelsels werken na een vaste tijdvertraging, waardoor zich bijzonder gevaarlijke en potentieel.fatale situaties kunnen voordoen wanneer een bevoegde persoon, welke bij ongeluk heeft nagelaten de juiste procedure te volgen, plotseling in een situatie kan worden gebracht, waarbij de ontsteking of de brandstoftoevoer 35 van het voertuig wordt uitgeschakeld of de stuurkolom van het voertuig 8 1 0 0 20 6 - 2 - f- 0 • wordt vergrendeld tijdens het werkelijke bedrijf van het voertuig.Also those deterrent systems, which attempt to put the vehicle out of operation, for example by switching off the ignition or the fuel supply, or by locking the steering column, can be put out of operation by an experienced thief, the operation of prevent the vehicle from being unintentionally prevented by a competent person and are unable to indicate to persons in charge of enforcing the law the location of the vehicle after the theft has been successful. Some locking systems operate after a fixed time delay, which can create particularly dangerous and potentially fatal situations when an authorized person, who has accidentally failed to follow the correct procedure, may be suddenly brought into a situation where ignition or fuel supply is being caused. the vehicle is turned off or the steering column of the vehicle is locked 8 1 0 0 20 6 - 2 - f- 0 • during actual operation of the vehicle.

De uitvinding beoogt derhalve te voorzien in een binnendringings-alarm- en localisatiestelsel voor voertuigen 3 dat goedkoop is en een radiofrequent zendalarmsignaal levert.The object of the invention is therefore to provide an intrusion alarm and localization system for vehicles 3 that is inexpensive and provides a radio-frequency transmit alarm signal.

5 Een ander doel van de uitvinding is het verschaffen van een bin- nendringingsalarm- en localisatiestelsel voor voertuigen» als boven beschreven, waarbij gebruik wordt gemaakt van een reeds bestaand, uitge-breid alarmohtvangnetwerk.Another object of the invention is to provide a vehicle intrusion alarm and localization system as described above, using an already existing comprehensive alarm receiving network.

Een verder doel van de uitvinding is het verschaffen van een 10 ‘ binnendringingsalarm- en localisatiestelsel voor voertuigen, als boven beschreven, voorzien van een onafhankelijke, op zichzelf staande zend-energiebron, zodat een eventuele poging cm met het binnendringingsalarm-stelsel te knoeien leidt tot in werking stellen van de· zender.A further object of the invention is to provide a 10 'intrusion alarm and localization system for vehicles, as described above, provided with an independent stand-alone transmit power source so that any attempt to tamper with the intrusion alarm system will result in activate the transmitter.

Daartoe omvat een alarmstelsel voor het detecteren van een onbe— 15 voegd binnendringen in een voertuig volgens de uitvinding in het algemeen een zender, voor het uit zenden van een radiofrequent alarmsignaal, welke zender is voorzien van een modulator, die een lage frequentie opwekt om radiofrequente alarmsignalen met deze lage frequentie te moduleren, en een besturingseenheid cm de zender bij een onbevoegd binnendringen 20 selectief in werking te stellen, De besturingsorganen cravatten een spanningsdeteetor voor het detecteren van een afname in de waarde van de spanning van de voedingsbron van het voertuig en het leveren van een uitgangssignaal, dat daarvoor indicatief is, tempeerketen, welke het uitgangssignaal uit de spanningsdeteetor ontvangt en na een eerste, yoor-25 af gekozen tijdvert raging naar de zender een signaal om deze in werking te stellen zendt, en een veiligheidsschakelaar om de overdracht van een signaal uit de tempeerketen naar de zender te beletten» .To this end, an alarm system for detecting an unauthorized intrusion into a vehicle according to the invention generally comprises a transmitter for transmitting a radio frequency alarm signal, which transmitter is provided with a modulator which generates a low frequency around radio frequency modulate alarms at this low frequency, and a control unit to selectively activate the transmitter in the event of an unauthorized intrusion. The controllers comprise a voltage detector for detecting a decrease in the voltage value of the vehicle's power source and the supplying an output signal indicative therefor, timing circuit which receives the output signal from the voltage detector and after a first time delay selected sends a signal to activate it and a safety switch to transmit to prevent a signal from the timing chain to the transmitter ».

Een alarmstelsel voor het detecteren van een onbevoegd binnendringen in een voertuig· en het localiseren van. het voertuig omvat yol-30 gens de uitvinding een voertuigalarminrichting., die in het voertuig is geïnstalleerd voor het opwekken van een radiofrequent alarmsignaal hij het onbevoegd binnendringen in het voertuig, welk radiofrequent alarmsignaal bij een noodfrequentie in het frequentiespectrum van de amateur-’zendband is· gelegen en met een lage frequentie wordt gemoduleerd, en een 35 aantal radio-ontvangers voor het amateurbandspectrum.,. die óp de noodfrequentie in dit spectrum kunnen worden afgestemd, waarbij de modulatie van het radiofrequente alarmsignaal een bepaald en herkenbaar audio- 8 1 00 20 6 V .An alarm system for detecting unauthorized access to a vehicle and locating. the vehicle according to the invention comprises a vehicle alarm device installed in the vehicle for generating a radio frequency alarm signal unauthorized intrusion into the vehicle, which radio frequency alarm signal at an emergency frequency in the frequency spectrum of the amateur transmission band · Located and modulated at a low frequency, and a number of radio receivers for the amateur band spectrum.,. which can be tuned to the emergency frequency in this spectrum, whereby the modulation of the radio frequency alarm signal has a determined and recognizable audio 8 1 00 20 6 V.

η 3 ^ • · . patroon verschaft, dat door de ontvangers kan. worden.gedetecteerd ten opzichte van audiospreeksignalen met een aanmerkelijk grotere veldsterkte,η 3 ^ • ·. pattern provided by the receivers. are detected with respect to audio speech signals with a significantly greater field strength,

De uitvinding zal .onderstaand nader worden toegelicht onder ver-5 wijzing naar de tekening, Daarbij toont : fig. 1 een blokschema van een inbraakalarm- en loealisatiestel— sel veor een voertuig volgens- de uitvinding; fig. 2 een blokschema van een gedeelte van. het stelsel volgens fig, 1 j in het "bijzonder bestemd voor bet opsporen en weergeven van de 10 plaats binnen een veorafgekoz en geografisch gebied -van voertuigen, waarvan het alarmstelsel is- geactiveerd; fig, 3 een verder gedetailleerd blokschema van de in fig. 2 af— gedeelde, bij wijze van voorbeeld gekozen, grafische roostertransponsie— inrichting; en 15 fig» ^ een verder gedetailleerd'blokschema van het in fig, 1 weergegeven, bij wijze van voorbeeld gekozen, individueel yoertuig-alarmstelsel, waarbij, gedeeltelijk schematisch, een’ alarmbesturings-eenheid en een "tagM-zender zijn aangegeven,The invention will be explained in more detail below with reference to the drawing, in which: Fig. 1 shows a block diagram of a burglar alarm and leveling system for a vehicle according to the invention; Fig. 2 is a block diagram of a part of. the system of FIG. 1 is particularly intended for locating and displaying the location within a selected area and geographical area of vehicles whose alarm system is activated; FIG. 3 is a further detailed block diagram of the system shown in FIG. 2 is a divided, exemplary graphical grating transposer, and FIG. 15 is a further detailed block diagram of the exemplary individual vehicle alarm system shown in FIG. 1, wherein, in part schematically, an 'alarm control unit and a' tagM transmitter are indicated,

Fig, 1 toont een volledig inbraakalarm- en localisatiestelsel 20 voor een voertuig volgens de uitvinding, welk stelsel in het algemeen met 10' is aangegeven. Eet stelsel 10' omvat een yoertuigalarminrichting, waarvan er een of meer in de tekening met 11 zijn aangeduid, waarbij deze inrichting, zoals later zal worden toegelicht, in .elk afzonderlijk te beveiligen voertuig is geïnstalleerd, en drie gescheiden netwerken 25 12, 13 en il·, die afwisselend of gelijktijdig kunnen worden gebruikt voor het detecteren van de plaats van elk voertuig, waarvan de alarm-inriehting 11 'in werking is gesteld.Fig. 1 shows a complete burglar alarm and localization system 20 for a vehicle according to the invention, which system is generally indicated by 10 '. The system 10 'includes a vehicle alarm device, one or more of which are designated 11 in the drawing, this device being installed in each separately secured vehicle, as will be explained later, and three separate networks 12, 13 and il, which may be used alternately or simultaneously to detect the location of any vehicle whose alarm device 11 'has been activated.

Eet netwerk 12 verwerkt het zeer grote aantal amateurbandradio' s 15, dat over de'Verenigde Staten van Amerika bestaat, als een gratis 30 deteetieschema. Zoals later zal worden aangegeven, wekt de alarminrich-ting 11 een met audio gemoduleerd radiofrequent (hierna "KF" genoemd, signaal op in het geval van een onbevoegd binnendringen in het voertuig. Teneinde voor dit stelsel een goedkoop, reeds bestaand waarsehuwings-netwerk te verschaffen, is het zeer. gewenst, dat deze frequentie de 35 op zeer grote schaal onderkende noodfrequentie in het amateurbandradio-speetmm van 27,185 MHz, is, populair betiteld met "kanaal 19"· Op deze wijze kan, wanneer een voertuig, dat een in werking gesteld alarm- 8 1 00 20 6 + * " ' - U - inrichting herat, dichtbij een op kanaal 19 af ge stemde· amateurbandra-dio-ontvanger komt, het audio-gemoduleerde alarmsignalen worden gehoord. Aangezien het grootste gedeelte ran de amateurbandradio’s in de Verenigde Staten zelf mobiele radio's in voertuigen zijn, is de kans op 5 |jet detecteren ran het BF-signaal uit een roertuig, dat een· geactiveerde alarminriehtïng berat, bijzonder groot.The network 12 processes the very large number of amateur band radios 15 that exist across the United States of America as a free detention schedule. As will be indicated later, the alarm device 11 generates an audio modulated radio frequency (hereinafter referred to as "KF") in case of unauthorized intrusion into the vehicle. In order to provide a low cost, pre-existing warning network for this system It is highly desirable that this frequency be the very widely recognized emergency frequency in the amateur band radio gap of 27.185 MHz, popularly termed "channel 19". alarm triggered 8 1 00 20 6 + * "'- U - device herat, comes close to an amateur tuned radio receiver tuned to channel 19, the audio modulated alarms are heard. Since most of the amateur radio radios In the United States, if mobile radios are in vehicles themselves, the risk of detecting the BF signal from a rudder, which is operating an activated alarm, is very high.

Om een'signaal uit de alarminrichting 11 op een bepaalde wijze •te identificeren en ervoor te zorgen, dat het signaal gemakkelijk hoorbaar is ten opzichte ran andere s-ignalen, waarvan de veldsterkte vele 10 malen groter kan zijn, is het zeer gewenst het door de alarminrichting 11 'opgewekte KF-signaal te moduleren. Het meest eenvoudige en toch meest effectieve modulatiepatroón, dat men heeft gevonden, is dat van een lage audiofrequentie van bij benadering 10 Hz. Het is evenwel duidelijk, dat· ook andere modulatiepatronen kannen worden toegepast.In order to identify a signal from the alarm device 11 in a particular manner and to ensure that the signal is easily audible with respect to other signals, the field strength of which may be many times 10 times higher, it is highly desirable to modulate the alarm device 11 'generated KF signal. The simplest yet most effective modulation pattern found has been that of a low audio frequency of approximately 10 Hz. It is clear, however, that other modulation patterns can also be used.

15 Bij bepaalde gespecialiseerde toepassingen kan het van voordeel zijn te voorzien in een netwerk 13. met mobiele, aangewezen, alarmdetecto-'. . 1 - ren 16, waarvan de ontvangers vast op de EF-zendfrequentie van de alarm-inrichtingen 1T zijn af gestemd. Zo kunnen bijvoorbeeld voertuigen, welke worden gebruikt bij handelingen voor het handhaven van de wet zijn 20 voorzien van goedkope ontvangers, die op kanaal 19 zijn afgestemd. Deze ontvangers dienen dan voor twee functies, n.1,- het ontvangen van zowel noodsignalen in de amateurband als het alarmsignaal uit èen af zonder li j- -ke voertuigalarminriehting 11 in de buurt van het bovengenoemde voertuig, waardoor het de politie mogelijk is om onmiddellijk gestolen voer-25 tuigen, waarin een geactiveerde alarminrichting 11 is geïnstalleerd, te onderzoeken en eventueel terug te verkrijgen.In certain specialized applications it may be advantageous to provide a network 13. with mobile, designated, alarm detectors. . 1 - run 16, the receivers of which are fixedly tuned to the EF transmit frequency of the alarm devices 1T. For example, vehicles used in law enforcement operations may include inexpensive receivers tuned to channel 19. These receivers then serve two functions, n.1, - receiving both amateur band emergency signals and the alarm signal from one without any vehicle alarm 11 near the above vehicle, allowing the police to Investigate immediately and possibly recover stolen vehicles in which an activated alarm device 11 is installed.

Stadsgebieden met grote aantallen voertuigen in een bepaald geografisch gebied kunnen -verder bij voorkeur zijn voorzien van een netwerk 1¼ met vaste, toegewezen alarmdetectoren 17 en een weergeef eenheid 30 18. De detectoren 17' kunnen bestaan uit goedkope ontvangers, die op ka naal 19 zijn afgestemd en op vooraf gekozen vaste plaatsen over het van belang zijnde geografische gebied zijn opgesteld.City areas with large numbers of vehicles in a particular geographic area may furthermore preferably be provided with a 1¼ network with fixed, assigned alarm detectors 17 and a display unit 18. The detectors 17 'may consist of low cost receivers, which are on channel 19 coordinated and arranged at pre-selected fixed locations across the geographical area of interest.

Bij wijze van voorbeeld kunnen bij locale posten voor het handhaven van de wet vaste, toegewezen alarmdetectoren 17 op telefoonpalen 35 of andere elementen met geschikte intervallen zijn gemonteerd voor het verschaffen van een volledige ontvangst over het gehele ressort. In plaats van het gebruik van ontvangers die een hoorbaar uitgangssignaal - 8 1 0 0 20 β , . .For example, local law enforcement stations may have fixed, dedicated alarm detectors 17 mounted on telephone poles 35 or other elements at suitable intervals to provide full reception throughout the resort. Instead of using receivers that have an audible output signal - 8 1 0 0 20 β,. .

V. * * - 5 - leverenj kunnen, als aangegeven in fig. 2, grafische roostertransponsie— inrichtingen 20 worden toegepast, welke een stelselalarmsignaal leveren, dat "bestemd is om via toegewezen telefoonlijnen of andere geschikte organen te worden overgedragen naar een eentraalpost voor een weergeef-5 inrichting 21 teneinde de relatieve geografische plaats van elke trans-ponsie—inrichting grafisch aan te geven en die transponsie-inrichtingen 20, welke een BF-alarmsignaal ontvangen, visueel en/of hoorbaar te onderscheiden.As indicated in FIG. 2, graphical grid transducers 20 may be used which provide a system alarm signal which is "intended to be transferred via dedicated telephone lines or other suitable means to a single station for a display device 21 to graphically indicate the relative geographic location of each transposer and to distinguish visually and / or audibly those transposers 20 which receive a BF alarm signal.

Zoals verder meer gedetailleerd in fig. 3 is aangegeven, kan een *10 "bij wijze van voorbeeld gekozen grafische roostertransportinrichting 20 zijn voorzien van een normale, toegewezen ontvanger 22, die vast op het kanaal 19 ïs afgestemd, en waarvan de detector een uitgangssignaal aan een normaal banddoorlaatfilter 23 levert. Het banddoorlaatfilter 23 heeft een middenfrequentie, die op de modulatiefrequentie, in het hier be-15 schouwde geval 10 Hz is ingesteld. Bij ontvangst van een .KF—signaal, dat bij 10 Hz is gemoduleerd, levert het banddoorlaatfilter 23 een uitgangssignaal aan een relais 2^, dat het bovengenoemde stelselalarmsignaal levert.As further detailed in FIG. 3, a * 10 "exemplary graphic grid transporter 20 may include a normal dedicated receiver 22, which is fixedly tuned to channel 19, and whose detector provides an output signal. provides a normal band-pass filter 23. The band-pass filter 23 has a center frequency, which is set to the modulation frequency, in the case considered here, at 10 Hz When receiving a .KF signal modulated at 10 Hz, the band-pass filter 23 an output signal to a relay 21 which provides the above system alarm signal.

Ih fig. 4 vindt men een afzonderlijke voertuigalarminrichting 11, 20 welke is voorzien van een alarmbesturingseenheid 25 en een "tag"-zender bo. De eenheid 25 omvat een spanningsdetector 26, een yoedingsbron-filter 28, een inbraaktempeerinriehting 30* een uittreedtempeerinrichting 31,' een drukknop 32, S-R-flip-flop 33, relais 3l·, relaiscontact 35 en een beveiligingssehakelaar 38, De detector 26, die elektrisch met de 25 beide aansluitingen van de accu 27 van het voertuig is verbonden, kan uit een van de talrijke bekende detectoren voor het controleren van een spanningsgrootte bestaan, die een uitgangssignaal levert in het geval, dat een voorafgekozen maximale toelaatbare verandering in de gecontroleerde spanningswaarde wordt overschreden.In Fig. 4, a separate vehicle alarm device 11, 20 is provided which is provided with an alarm control unit 25 and a "tag" transmitter bo. Unit 25 includes a voltage detector 26, a power source filter 28, a break-in temp 30, an exit temp 31, a push-button 32, SR flip-flop 33, relay 311, relay contact 35, and a protection switch 38, detector 26, which electrically connected to both terminals of the vehicle battery 27 may be one of the numerous known voltage magnitude detectors which provides an output signal in the event that a preselected maximum allowable change in the controlled voltage value is exceeded.

30 Ofschoon de negatieve klem van de accu 2J van het voertuig is weergegeven'als zijnde geaard, en verbindingen,, die met deze klem tot stand worden gebracht, hierna als geaard kunnen worden beschouwd, wordt er met nadruk op gewezen, dat het alarmstelsel 11 bok geschikt is om te worden gebruikt bij een niet-geaard of positief geaard elektrisch stel-35 sel van het voertukg.Although the negative terminal of the vehicle battery 2J is shown as grounded, and connections made with this terminal may be considered grounded below, it is emphasized that the alarm system 11 trestle is suitable for use with an ungrounded or positively grounded electrical system of the vehicle.

Het uitgangssignaal van de accu 27 van het voertuig wordt ook ontvangen door het voedingsbronfilter 28,. voorzien van een diode 29 en 8 1 0 0 20 6 •r J* - 6 - een condensator 37· De anode van de diode 29 is met de positieve klem van de accu 27 verbonden. De condensator 37 is parallel aan de negatie-' ve klem van de accu 27 en de kathode van de diode 29 verbonden. De kathode van de diode 29 en de negatieve klem van de accu 27 voorzien in 5 een gefilterde bedrij fsvoedingsbron voor de elektrische componenten van de alarminrichting 11 van het voertuig.The output signal from the vehicle battery 27 is also received by the power source filter 28. equipped with a diode 29 and 8 1 0 0 20 6 • r J * - 6 - a capacitor 37 · The anode of the diode 29 is connected to the positive terminal of the battery 27. The capacitor 37 is connected in parallel to the negative terminal of the battery 27 and the cathode of the diode 29. The cathode of the diode 29 and the negative terminal of the battery 27 provide a filtered operating power source for the electrical components of the alarm device 11 of the vehicle.

De inbraakt empe er inrichting 30 ontvangt het uitgangssignaal vanuit de detector 26 en de gefilterde energie uit het filter 28. De tempeer inrichting 30 kan bestaan uit elke normale tempeerinrichting, 10 ‘welke een uitgangssignaal levert na een voorafgekozen tijdvertraging volgende op de ontvangst van het uitgangssignaal uit de detector 26. De uittreedtempeerinrichting 31 ontvangt het uitgangssignaal van de detector 26 en is met een klem van de drukknop 32 met een moment contact verbonden. De tempeerinrichting 31 kan eveneens bestaan uit een normale 15 tempeerinrichting, welke een uitgangssignaal levert na een voorafgekozen vertraging, volgende'op het een ogenblik sluiten van de drukknop 32.The burglary emitter 30 receives the output signal from the detector 26 and the filtered energy from the filter 28. The timer 30 may consist of any normal timer 10 'providing an output signal after a preselected time delay following receipt of the output signal from the detector 26. The exit tempering device 31 receives the output signal from the detector 26 and is connected to a momentary contact with a clamp of the push button 32. The timer 31 may also consist of a normal timer which provides an output signal after a preselected delay following the momentary closure of the push button 32.

, De uitgangssignalen uit de tempeerinrichting 30 en de tempeerinrichting 31 worden respectievelijk ontvangen door de terugstel- en instelingangen van. de normale S-E-flip-flop 33. Het Q-uitgangssignaal 20 van de flip-flop 33 en het gefilterde, positieve signaal uit de kathode van de diode 29 worden zodanig aan tegenover elkaar gelegen uiteinden van de (niet afgebeelde) spoel van het relais 3¾ toegevoerd, dat bij ontvangst van een geschikt· logiseh-niveausignaal uit de flip-flop 33 het relaiscontaet 35, dat normaal open is, wordt gesloten en gesloten blijft 25 totdat de flip-flop 33 door de tempeerinrichting 30 wordt teruggesteld.The outputs from the timer 30 and timer 31 are received by the reset and adjust inputs of, respectively. the normal SE flip-flop 33. The Q output 20 of the flip-flop 33 and the filtered positive signal from the cathode of the diode 29 are made at opposite ends of the relay coil (not shown) 3¾ it is supplied that upon receipt of a suitable logic level signal from the flip-flop 33, the relay contact 35, which is normally open, is closed and remains closed until the flip-flop 33 is reset by the timer 30.

De beveiligingsschakelaar 36 omvat een aantal individuele gangen, die elk vooraf op een ander getal kunnen worden ingesteld, een en ander zodanig, dat slechts wanneer alle gangen naar respectieve vooraf inge— stelde getallen worden omgesehakeld, de ingangsklem van de schakelaar 36 30 met de uitgahgsklem· daarvan, zal worden verbonden. De schakelaar 36 kan elk willekeurig aantal gangen hebben, dat in het gewenste niveau van beveiliging voorziet, door het verschaffen van teveel codes om de juiste combinatie snel te identificeren. Voor de meeste toepassingen kan voor de schakelaar 36 een duimwielschakelaar met vier gangen worden gebruikt , 35 ais aangegeven in fig. 3.The safety switch 36 includes a number of individual passes, each of which can be preset to a different number, such that only when all passes are toggled to respective preset numbers, the input terminal of the switch 36 with the output terminal · Of which, will be connected. Switch 36 may have any number of passes that provide the desired level of security by providing too many codes to quickly identify the correct combination. For most applications, switch 36 can use a four-pass thumbwheel switch, 35 as shown in Figure 3.

Van de schakelaar 36 is de ingangsklem geaard, waarbij het beweegbare contact van de gang bij de uitgang met de kiem van drukknop 32, 8100206 - τ - tegenover die, welke met de tempeerinrichting 31 is verbonden, is verkonden en waarbij de uitgangsklem van de schakelaar met een zijde van het relaiscontact 35 is verkonden. Ce zijde van het relaiscontact 35 tegenover die, welke is verkonden met de schakelaar 36, is geaard. Het 5 signaal over het relaiscontact 35 is het uitgangssignaal voor de alarm-kesturingseenheid 25 en levert het hedieningscommando voor de zender Uo.The input terminal of the switch 36 is grounded, the movable contact of the corridor at the exit being contacted with the bud of push-button 32, 8100206 - τ - opposite that which is connected to the timer 31, and the output terminal of the switch with one side of the relay contact 35. The side of the relay contact 35 opposite that communicated with the switch 36 is grounded. The signal over the relay contact 35 is the output signal for the alarm control unit 25 and provides the hedging command for the transmitter Uo.

De zender ^0 omvat een voedingspoort , een laagfrequentiemodu— lator h6 en een RF-oscillator kj. De poort hl omvat batterijen k2, ^3, een weerstand Mt· en een veldeffecttransistor ’(hierna ketiteld met FET) k5. 10 De positieve klem van de batterij k2 is verkonden met de zijde van het relaiscontact 35, welke eveneens is geaard. De negatieve klem van de batterij \2 is met de poort elektrode van de FET k5 verkonden. De weerstand kk is parallel aan de poort elektrode en de toevoerelektrode van de FEE h5 verkonden. Tan de batterij k3 is de positieve klem met de toe-... f 15 voerelektrode van de FET-'^5 verkonden, .terwijl de negatieve klem van de batterij is verkonden met de zijde van het relaiscontact 35, welke tevens is geaard.The transmitter "0" includes a power port, a low frequency modulator h6 and an RF oscillator kj. Gate hl includes batteries k2, ^ 3, a resistor Mt · and a field effect transistor "(hereinafter referred to as FET) k5. The positive terminal of the battery k2 is connected to the side of the relay contact 35, which is also grounded. The negative terminal of the battery \ 2 is connected to the gate electrode of the FET k5. The resistor kk is parallel to the gate electrode and the FEE h5 supply electrode. While the battery k3 is the positive terminal with the supply electrode of the FET-5, the negative terminal of the battery is shown with the side of the relay contact 35 which is also grounded.

De laagfrequentiemodulator ^6 kan bestaan uit elke bekende modulator, welke geschikt is om de voeding van de RF-oscillator kj met de 20 gekozen lage audiofrequèntie te moduleren. De modulator b6 is met de af-voerelektrode van.de FET k5 en de negatieve klem .van de batterij 1ί3 verkonden en voorziet op zijn keurt in een gemoduleerd uitgangssignaal voor de RF-oscillator ^T· Om later te bespreken redenen dient de RF-oscillator kj bij voorkeur te zijn afgestemd voor resonantie bij bij 25 benadering 27,185 kHz, de noodfrequentie van de amateur band.The low-frequency modulator ^ 6 may be any known modulator suitable for modulating the power supply of the RF oscillator kj with the selected low audio frequency. The modulator b6 is connected with the drain electrode of the FET k5 and the negative terminal of the battery 1ί3 and provides a modulated output signal for the RF oscillator on its own. For reasons to be discussed later, the RF oscillator kj is preferably tuned for resonance at approximately 27.185 kHz, the emergency frequency of the amateur band.

Nadat de'ophouw van een bij wijze van voorbeeld gekozen voertuig-a-larminrichting 11 is beschreven, zal thans de werking daarvan nader worden toegelicht. De werking van de alarminrichting 11 kan het gemakke-lijkst worden begrepen indien eerst wordt onderkend, dat de alarminrich— 30 ting 11 wordt getrokken door een verandering in de waarde yan de spanning van het voertuigstelsel, die groter is dan een voorafgekozen, toelaatbare, maximale waarde, Aangezien in wezen elk binnendringen in het voertuig of elke beoogde start van het ontstekingsstelsel van het voertuig een der gelijke verandering in de waarde van de spanning van het 35 voertuigstelsel zal veroorzaken tengevolge van spanningsyallen over lampen en startmotor, enz., is een dergelijk alarmdetectiestelsel bijzonder betrouwbaar. Aangezien evenwel een bevoegde persoon eveneens een alarm— 8 1 00 20 δ .; <*r - %► - s - trekkerspanningsval veroorzaakt "bij het hinnentreden en verlaten van het voertuig, moeten, vanneer de alarminrichting 11 in het inwendige van het voertuig is ondergebracht, voor extra beveiliging organen aanvezig ‘ zijn om de zender ÏO tijdelijk buiten ver king te stellen vanneer de be-5 ’ voegde persoon zovel het voertuig binnentreedt en de alarminrichting 1Ί permanent buiten werking stelt,· en. het voertuig verlaat na de alarm-inriehting 11 te- hebben ingeschakeld. De tempeerinrichting 30 en de tempeerinrichting 31 voorzien'in combinatie met de bijbehorende schakelingen daarvan respectievelijk in deze functie tijdens het binnentre— 10 den en verlaten.After the construction of an exemplary vehicle-arm device 11 has been described, its operation will now be explained in more detail. The operation of the alarm device 11 can be most easily understood if it is first recognized that the alarm device 11 is pulled by a change in the voltage of the vehicle system voltage greater than a preselected, allowable, maximum value, Since essentially any entry into the vehicle or any intended start of the ignition system of the vehicle will cause such an equal change in the value of the voltage of the vehicle system due to voltage yalles over lamps and starter motor, etc., such alarm detection system particularly reliable. However, since a competent person also has an alarm— 8 1 00 20 δ.; <* r -% ► - s - Trigger voltage drop caused "when entering and exiting the vehicle, when the alarm device 11 is housed in the interior of the vehicle, for additional protection, means must be provided to temporarily block the transmitter. the authorized person as soon as the vehicle enters and the alarm device 1Ί is permanently deactivated, and the vehicle leaves after the alarm device has been switched on 11. The timer 30 and the timer 31 are provided. in combination with the associated circuits thereof, respectively in this function during entry and exit.

Tijdens het normale bedrijf van het voertuig door een bevoegde persoon vordt de schakelaar 36 in de voorafingestelde confidentiële code daarvan ingesteld. Zoals uit fig. 3 blijkt, .zal het centreren van het beweegbare contact van elke gang van links naar rechts bij de der-15 de, zevende, negende en derde contactpositie vanaf de bovenzijde, respectievelijk leiden tot het feit, dat de beide zijden van het relais— contact 35 met elkaar zijn verbonden. Hierdoor vorden op zijn beurt de batterijen ^2 en ^3 in serie verbonden. De resulterende poortelebtro-de-t o evoer el ekt rode spanning knijpt de FET k-5 op een doeltreffende vij-20 ze af, vaardoor vordt uitgesloten, dat door de modulator bS en de oscillator kj energie vordt ontvangen.' In het kort heeft de schakelaar de zender b-0 buiten verking gesteld door de ingangsgeleiders daarvan kort te sluiten. Het instellen van de confidentiële code in de schakelaar 36 kan vorden betiteld als het: ’•uitschakelen” van 'de alarminrichting 11.During normal operation of the vehicle by an authorized person, switch 36 is set in its preset confidential code. As shown in FIG. 3, centering the movable contact of each pass from left to right at the third, seventh, ninth, and third contact positions from the top will result in both sides of the relay contact 35 are connected to each other. This in turn connects the batteries ^ 2 and ^ 3 in series. The resulting gate electric supply of red voltage pinches the FET k-5 at an effective rate, thereby avoiding energy received by the modulator bS and the oscillator kj. Briefly, the switch has disabled transmitter b-0 by shorting its input conductors. The setting of the confidential code in the switch 36 can be referred to as: "switching off" the alarm device 11.

25 Wanneer de bevoegde persoon het voertuig 'venst te verlaten en de alarminrichting 11 in verking venst te stellen,, drukt hij slechts • de drukknop 32 in, vaardoor de tempeerinrichting 31 een ogenblik vordt • geaard en de verking van. de tèmpeerinriehting 31 vordt. ingeleid. De tempeerinrichting 31 wekt onmiddellijk een uitgangssignaal op, dat de 30 flip-flop 33 instelt, en onderhoudt dit signaal, De Q-uitgang yan de flip-flop 33 verandert op zijn beurt van toestand, vaardoor het relais 3^ wordt bekrachtigd en het normaal open relaiscontact 35 vordt geslo- . ten. Zolang als het relaiscontact 35 gesloten blijft, vordt de zender 1-0 veer buiten verking gesteld tengevolge van de kortgesloten ingangs-35: geleiders daarvan. Door de tempeerinrichting 31 zodanig vooraf in te stellen, dat deze een vertraging heeft, velke voldoende lang is om het mogelijk te maken, dat de bevoegde persoon het voertuig yerlaat, bijvoor- 8 1 0 0 20 6 - 9 - "beeld 120 sec. zal geen spanningsval, welke wordt veroorzaakt doordat de persoon het voertuig verlaat, de zender ^-0 trekken. Zodra de druk-knop 32 wordt vrijgegeven, stelt de "bevoegde persoon de schakelaar 36 op een willekeurige wijze opnieuw in op een code, welke anders is dan 5 de voorafingestelde confidentiële code, waardoor het "scherpstellen" van de individuele voertuigarlarminrichting 11 wordt voltooid.When the authorized person leaves the vehicle and places the alarm device 11 in a remote display, he only presses • the push-button 32, through which the timer 31 is grounded for a moment and the springing of. the temperature is 31. initiated. The timer 31 immediately generates and maintains an output signal which sets the flip-flop 33. The Q output of the flip-flop 33 in turn changes state, energizing the relay 3 and the normal open relay contact 35 is closed. ten. As long as the relay contact 35 remains closed, the transmitter 1-0 spring is disabled due to the shorted input 35 conductors thereof. By presetting timer 31 so that it has a delay, each is sufficiently long to allow the authorized person to leave the vehicle, for example, 120 sec. no voltage drop caused by the person leaving the vehicle will pull the transmitter ^ -0. As soon as the push-button 32 is released, the authorized person randomly resets the switch 36 to a code, which otherwise then 5 is the preset confidential code, thereby completing the "focusing" of the individual vehicle alarm device 11.

Daarna zal, indien cm de een of andere reden in het elektrische stelsel van het voertuig een afname van de waarde van. de spanning optreedt, de tempeerinrichting 30 aan het eind van een voorafgekozen 10 tijdvertraging een uitgangssignaal opwekken, dat de flip-flop 33 terugstelt . De Q-uitgang van de flip-flop 33 keert daardoor naar de oorspronkelijke toestand daarvan terug, waardoor het relais 3¾ wordt uitgeschakeld, en het relaiscontact 35" opnieuw wordt geopend. Door de tempeer-inrichting 30 vooraf zodanig in te stellen, dat deze een vertraging 15 heeft, die voldoende lang is om het mogelijk te maken, dat de bevoegde persoon het voertuig.binnentreedt en de alarminrichting 11 daarvan buiten werking stelt door de schakelaar 36 terug te stellen, bijvoorbeeld 60 sec, zal geen spanningsval, veroorzaakt doordat de persoon het voertuig weer binnentreeft, de zender Ho trekken. Fatuurlijk zal een niet-20 bevoegde persoon, welke de voor af ingestelde confidentiële code niet kent, niet in staat zijn om de activering van de zender 4θ te beëindigen. Bovendien zal, indien de geleiders naar de zender 40 worden doorgesneden, de poort U1 met zijn eigen onafhankelijke voedingsbron de modulator k6 en de oscillator hj onmiddellijk in werking stellen, waardoor een gemo-25 duleerd HF-signaal wordt uitgezonden, dat .indicatief is voor een onbevoegd betreden.Thereafter, if for some reason in the electrical system of the vehicle, a decrease in the value of. when the voltage occurs, at the end of a preselected time delay, the timer 30 generates an output signal which resets the flip-flop 33. The Q output of the flip-flop 33 thereby returns to its original state, thereby switching off the relay 3¾ and opening the relay contact 35 "again. By pre-setting the timer 30 so that it has a has a delay 15, which is sufficiently long to allow the authorized person to enter the vehicle and disable the alarm device 11 thereof by resetting the switch 36, for example 60 sec, there will be no voltage drop caused by the person enters the vehicle again, pull the transmitter Ho. Of course, an unauthorized person who does not know the preset confidential code will not be able to terminate the activation of the transmitter 4θ. Moreover, if the conductors go to the transmitter 40 are cut, the gate U1 with its own independent power supply immediately activates the modulator k6 and the oscillator hj, thereby creating a modulated HF signal is transmitted, which is indicative of unauthorized access.

Om ervoor te zorgen, dat zo weinig mogelijk met het inbraak— alarm— en localisatiestelsel 10 kan worden geknoeid, is het gebleken, dat het zeer gewenst is alle onderdelen van de zender .Uo onder te brengen 30 in een huis met de vorm van een dun plaatje of "tag",' welk plaatje tijdens de vervaardiging van het voertuig tussen de lagen van de voorruit kan worden ondergebracht. Door bovendien in de oscillator U? een spoel op te nemen, wordt het gébruik van een uitwendige antenne onnodig, waardoor het stelsel 10 verder onschadelijk wordt. Het is voorts gebleken, 35 dat een dergelijke configuratie leidt tot een losse koppeling van het RF-signaal met de voorruitholte zelf, waarvan er vele een eigen resonantie bij bij benadering 30;"MHz hebben, waardoor men voorziet in een 8 1 0 0 20 6In order to minimize tampering with the intrusion alarm and localization system 10, it has been found to be highly desirable to house all components of the transmitter in a housing of the shape of a thin plate or 'tag', which plate can be placed between the layers of the windscreen during the manufacture of the vehicle. By additionally in the oscillator U? to include a coil, the use of an external antenna becomes unnecessary, further rendering system 10 harmless. It has further been found that such a configuration results in a loose coupling of the RF signal to the windshield cavity itself, many of which have their own resonance at approximately 30 MHz, providing an 8 1 0 0 20 6

Sr -VSr -V

- 10 - verdere signaalversterking.- 10 - further signal amplification.

De zender 4o kan worden uitgevoerd als een uitgangsinriehting met gering vermogen om zowel vrij te lopen van de eisen, die door de communicatieregelingen van het gouvernement zijn gesteld en de bedrijfs-5 levensduur van de "batterijen 42 en 43, de onafhankelijke voedingsbron voor de zender 4o te verlengen. Gezien de "beperkte voedingseisen en de korte, eventuele "bedrijfsperioden van de zender 4ö is het waarschijnlijk, dat normale alkali ebat t erij en 42 en 43 voorzien in een nuttige levensduur, welke "bij "benadering coëxtensief is met die van het voertuig. Des-10 ' alniettemin kunnen , indien gewenst, "batterijen 42 en 43 van het magne-• tisch gekoppelde, opnieuw te laden type zijn, waardoor de "batterijen k2 en 43 in de zender 40 zonder fysische verbinding daarmede opnieuw . kunnen worden geladen.The transmitter 40 can be configured as a low power output device to both run free from the requirements imposed by the government communications regulations and the operating life of the batteries 42 and 43, the independent power source for the transmitter 4o In view of the "limited power requirements and the short, possible" operating periods of the transmitter 4ö, normal alkali batteries 42 and 43 are likely to provide useful lives which are "approximately" co-extensive with those of nevertheless, if desired, "batteries 42 and 43 may be of the magnetically coupled, rechargeable type, allowing the" batteries k2 and 43 in transmitter 40 to re-connect without physical connection thereto. be loaded.

8 1 0 0 20 68 1 0 0 20 6

Claims

1. Alarm system for detecting unauthorized entry into a vehicle characterized by transmitting means for transmitting a radio frequency alarm signal, which transmitting means are provided with modulator means for generating a low frequency in order to modulate the radio frequency alarm signal at this low frequency and; controllers for selectively actuating the transmitters and an unauthorized entry, which controllers are provided with voltage detector means for detecting a decrease in the voltage value of the vehicle's power source and providing an output signal indicative therefor are timing devices which receive the output signal from the voltage detectors and supply a signal for turning them on after a first selected time delay, and switching means to prevent transmission of a signal from the timing devices to the transmitting means.

System according to claim 1, characterized in that the timing means are provided with first timing means, which receive the output signal from the voltage detector means and provide an output signal after the first preselected time delay, and second timing means, which can be selectively actuated with an output signal. after a 20 second pre-selected time delay.

System according to claim 2, characterized in that the timing means • comprise relay means with a contact, the closing state of which controls the activation of the transmitting means, the output signal of the first timing means and the output signal of the second timing means control the operation of the relay, so that the transmitters are activated when the vehicle is entered and unauthorized. if. System according to claim 1 'or 3, characterized in that the transmitting means are provided with energy gate means, which receive the influence output signal from the timing means and the modulator means on receipt via conductor means. activate this output signal, wherein the gate members are further provided with independent power members, so that, when the conductor members are cut, the power gate members can energize the modulator members.

System according to claim U, characterized by radio frequency receiver 35, which extracts the very low frequency from the modulator members 81 00 20 8 '- 12'. receive and mix it with an RF alarm carrier frequency, where the radio frequency oscillator means is provided with coil means to transmit the radio frequency alarm signal.

6. System according to claim 5, characterized in that the transmitting members 5 are submerged in a casing which is arranged between the layers of the windshield of the vehicle, the coil members loosely electromagnetically coupling the radio frequency alarm signal to the windshield cavity for a further resonance therein.

Alarm system for detecting unauthorized entry into a vehicle and the location of the vehicle characterized by a vehicle alarm device installed in the vehicle to generate a radio frequency alarm signal upon unauthorized entry into the vehicle which radio frequency alarm signal is located at an emergency frequency in the frequency spectrum of the amateur radio band and is modulated at a low frequency, and a number of amateur band radio receivers, which can be tuned to the emergency frequency in the amateur band frequency spectrum, whereby the modulation of the radio-frequency alarm signal provides a defined and recognizable audio pattern that can be detected by the receivers relative to the speech-modulated signal with a significantly greater field strength.

8. System according to claim 7, characterized in that the receivers are fixedly tuned to the emergency frequency and are permanently mounted on fixed, geographical points in an area of interest, which system is provided with display means indicating the reception of an alarm signal received by each receiver and pictorially representing the location of these receivers in the area of interest.

9. System as claimed in claim 8, characterized in that the receivers consist of transposition devices, provided with radio-frequency detector means, which supply an output signal, band-pass filter means, which receive the output signal from the radio-frequency detector means and output signal upon receipt of a radio frequency signal with the very low frequency modulation and relay means, which receive the output signal from the hand-pass filter means and supply a system alarm signal to the display means. 35. 10. Alarm system for detecting unauthorized entry into a vehicle and the. vehicle idling characterized by a vehicle alarm device installed in the vehicle for generating a radio frequency alarm signal at a decrease in the voltage value of the vehicle's power source, which is a result of the unauthorized entry of the vehicle, which radio frequency alarm signal is located at an emergency frequency and is modulated at a low frequency, and a number of receivers operating on the emergency frequency. can be tuned, with the modulation of the radio frequency alarm signal providing a defined and recognizable audio pattern that can be detected by the receivers relative to speech modulated signals of significantly greater field strength.

System according to claim 10, characterized in that the receivers are fixedly tuned to the emergency frequency and are permanently mounted in fixed geographic points of an area of interest, the system further comprising display means indicating the Receiving an alarm signal by each receiver, notifying and picturing the location of these receivers in the area of interest. .

12. System according to claim 11, characterized in that the receivers consist of transposition elements, provided with radio frequency detector means, which supply an output signal, band-pass filter means, which receive the output signal from the radio frequency detector means. when receiving a radio-frequency signal with the low-frequency modulation, supply an output signal and relay members, which obscure the output signal from the band-pass filter members and supply a system alarm signal to the display members. 8 1 0 0 20 5