NL8020075A - Coeefficieent taplek voor egalisators met gefractioneerde afstanden. - Google Patents

Coeefficieent taplek voor egalisators met gefractioneerde afstanden. Download PDF

Info

Publication number
NL8020075A
NL8020075A NL8020075A NL8020075A NL8020075A NL 8020075 A NL8020075 A NL 8020075A NL 8020075 A NL8020075 A NL 8020075A NL 8020075 A NL8020075 A NL 8020075A NL 8020075 A NL8020075 A NL 8020075A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
signal
value
coefficient
term
line
Prior art date
Application number
NL8020075A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Western Electric Co
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Western Electric Co filed Critical Western Electric Co
Publication of NL8020075A publication Critical patent/NL8020075A/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04LTRANSMISSION OF DIGITAL INFORMATION, e.g. TELEGRAPHIC COMMUNICATION
    • H04L27/00Modulated-carrier systems
    • H04L27/01Equalisers

Description

Q V L y U ƒ ζ) vo 0980 ’ Titel : Coëfficiënt taplek yoor egalisators met gefractioneerde afstanden.
μ De onderhavige uitvinding heeft betrekking op automatische egalisators die ten aanzien van vervormingseffecten van band-begrensde kanalen op overgedragen datasignalen een compensatie geven.
Automatische egalisators zijn nodig om de datasignalen die via 5 band-begrensde kanalen met onbekende transmissie-eigenschappen met hoge snelheid worden overgedragen, nauwkeurig te ontvangen. De egalisator is in het algemeen uitgevoerd in de vorm van een transversaal filter, waarbij de opeenvolgende steekproeven van het binnenkomende datasignaal met de desbetreffende tapcoëfficiënten worden vermenigvuldigd. De resulterende 10 produkten worden bij elkaar opgeteld teneinde een "geëgaliseerd" signaal te genereren, dat vervolgens wordt gedemoduleerd en/of gekwantiseerd teneinde de overgedragen data te herstellen. Bovendien wordt een fout-signaal gevormd, dat gelijk is aan het verschil tussen het egalisator-signaal en een referentiesignaal, dat representatief is voor het uit-15 gezonden datasymbool. De waarde van het symbool dat werd uitgezonden kan a priori bij de ontvanger bekend zijn, zoals het geval is bij talrijke egalisator opstartinrichtingen. Volgens een alternatieve techniek, zoals· toegèpast bij het z.g. adaptieve type van automatische egalisator, wordt het referentiesignaal afgeleid van de in de ontvanger (op basis van 20 de geëgaliseerde signaalwaarde) gemaakte beslissing, omtrent welke datasymbool was uitgezonden. In elk van deze beide gevallen wordt het fout-si'gnaal gebruikt om de tapcoëfficiëntwaarden zodanig bij te werken, dat een maat voor de door het kanaal geïntroduceerde vervorming - primair intersymboolstoring - wordt geminimaliseerd. Het meest gebruikte fout-25 gerichte voor het bijwerken van coëfficiënten dienend algorithme is hetz,S gemiddelde .-yan-het-kwadraat foutalgorithme, dat werkzaam is om de tap-eoëfficiënten zodanig in te stellen, dat het gemiddelde van de waarde van het kwadraat van het foutsignaal wordt geminimaliseerd.
In de meeste commerciële data-ontvangers, bijvoorbeeld data-30 modems, is gebruik gemaakt van een synchrone, ofwel baud-egalisator, waarbij van het ontvangen signaal steekproeven worden genomen met een frequentie die gelijk is aan de symboolfrequentie. Het is echter mogelijk om gebruik te maken van een z.g. gefractioneerde-afstandenegalisator, waarbij van het ontvangen signaal steekproeven worden genomen met een 35 hogere frequentie. Databeslissingen, te weten kwantiseringen van de geëgaliseerde steekproeven, worden nog steeds gemaakt met de symboolfre- 8020075 2 quentie. De omstandigheid, dat de egalisatie wordt uitgevoerd onder toepassing van een meer verfijnd steekproefname-interval maakt dat de ge-fraetioneerde-afstandenegalisator belangrijke voordelen biedt ten opzichte van zijn meer conventionele neef. Het meest opmerkelijke van deze 5 voordelen is de ongevoeligheid voor kanaalvertragingsvervorming, inclusief steekproefnamefazefouten.
Er bestaat echter tenminste êên belangrijk probleem, dat uniek is voor de gefracti'oneerde-afstandenegalisator. Bij een synchrone egali-sator is êên stel van tapcoëfficiënten duidelijk optimaal, d.w.z. hier-10 bij wordt de kleinst mogelijke gemiddelde-kwadraatfout gemaakt. In tegenstelling hiermede geldt voor de gefractioneerde-afstandenegalisator, dat vele stellen van coëfficiëntwaarden bij benadering dezelfde gemiddel- de-kwadraatfout opleveren. Een consequentie van deze eigenschap is, dat in de de aanwezigheid van geringe tendenties/voor het bijwerken van de coëffi-15 ci'ënten dienende verwerking s component en - zoals tendenties die samengaan met signaalwaarde-af ronding - er oorzaak van kunnen zijn, dat ten-. . . # gaan minste enige van de coëfficiëntwaarden/aan weglopen tot zeer hoge waarden, ofwel worden "opgeblazen", zelfs alhoewel de gemiddelde-kwadraatfout op of dichtbij zijn minimumwaarde blijft. De registers, zoals gebruikt 20 voor het opslaan van de coëfficiënten of andere signalen die gedurende normale egalisatorwerking zijn berekend, kunnen dan overlopen, als gevolg waarvan de systeemresponsie in ernstige mate kan worden verslechterd, of volledig teniet kan worden gedaan.
'Volgens de bekende techniek, waarvan een voorbeeld is gegeven 25 door $·. Ungerboeck, "Fractional Tap-Spacing Equalizers and Consequences for Clock Recovery for Data Modems", IEEE Trans, on Communications, Vol.. COM-2U, No. 8, augustus 1076, biz. 856 - 861* _ wordt voorgesteld, dat het probleem betreffende het opblazen van coëfficiëntwaarden kan worden beheerst door in het conventionele bijwerkalgorithme êên of twee alternatie-30 ve hulptermen te introduceren. De hulpterm kan bijvoorbeeld een voorafbepaald klein breukgedeelte zijn van de geldende waarde van de coëfficiënt die wordt bijgewerkt. Zulks leidt tot een z.g. taplekbenadering. Als een alternatief wordt een spectrale nul-dwangbenadering voorgesteld. Hierbij is de hulpterm eenvoórafbêpaald klein breukgedeelte van een wisse-35 lend-voortekensom van de geldende waarden van alle coëfficiënten.
Na al deze benaderingen voor het beheersen van coëfficiënt- °P~ blazing hebben omschreven wordt in dit artikel van Ungerboeck verder 8020075 3 vermeld, dat in een computersimulatie van een gefractioneerde-afstanden-egalisator, een opblazihg in feite nimmer voorkwam, tenminste wanneer de berekeningen met een voldoende nauwkeurigheid werden uitgevoerd.
Wij hebben i'ngezien, dat het opblazen van tapcoëfficiënten bij 5 gefraetioneerde-afstandenegalisators een probleem is, dat veel ernstiger is dan tot nu toe werd aangenomen. Typerend voor computerstudies, zoals die waarvan melding wordt gemaakt in de bekende techniek, is dat hierbij slechts enige seconden van egalisatorwerking worden gesimuleerd. Wij hebben echter gevonden, dat bij een feitelijke implementatie het, in af-10 hankelijkhei'd van de aard van de tendentie die opblazen veroorzaakt, wel ^5 minuten kan duren alvorens het bovenvermelde register gaat overlopen.
Bovendien hebben wij ontdekt, dat de reeds voorgestelde bekende teehnieken, die zich bezighouden met het opblazen van coëfficiënten, 15 alhoewel deze zich wellicht effectief met dat probleem bezighouden, vanuit andere standpunten bezien, niet geheel bevredigend zijn. Bijvoorbeeld i'S het voor elke automatische egalisator van de soort die een transversaal filter omvat , gewenst om op of in de nabijheid van nul zoveel mogelijk coëffi.ciëntwaarden te hebben. Dit betekent, dat de numerieke be-20 rekeningen die behoren bij het bijwerken van coëfficiënten zullen inhou-den, dat kleinere getallen dan anderszins het geval zou zijn worden verwerkt en opgeslagen. Zulks heeft op zijn beurt tot gevolg, dat de gecompliceerdheid en kosten van de voor de berekeningen dienende fysische componenten worden geminimaliseerd. Het houden van zoveel mogelijk coëf-25 fici'ëntwaarden op of nabij nul is bovendien gewenst aangezien hierdoor het systeem in een conditie is gebracht, waarbij dit is bestand tegen effecten en zich kan herstellen van fazestoten en andere transmissiesto-ringen. De volgens de bekende techniek voorgestelde benaderingen die zich. bezighouden met coëfficiënt opblazen, laten, alhoewel een boven-30 grens- wordt /gegeven voor de coëfficiëntwaarden, de mogelijkheid open, dat een groot aantal van de coëfficiënten . waarden .aanneemt, die niet op 0f nabij nul zijn. Aldus wordt afbreuk gedaan aan de systeemprestatie.
Door.de onderhavige uitvinding wordt een techniek beschikbaar gesteld, waardoor niet alleen wordt verhinderd, dat bij‘ gefractioneerde-35 afstandenegalisators coëfficiënten worden opgeblazen,, maar waarbij tevens :hun waarden worden geminimaliseerd. Evenals bij de bekende techniek wordt’ in het eoëfficiëntbijwerkalgoritbme een taplekterm geintro- 8020075 1+ duceerd. Onze uitvinding verschilt ten opzichte van de bekende techniek echter daarin, dat de grootte van de taplekterm onafhankelijk is van enige coëfficiëntwaarde. Bij een illustratieve uitvoeringsvorm heeft de taplekterm bijvoorbeeld een constante grootte, waarbij het voorteken daar-5 van zodanig is, dat de grootte van de coëfficiënt die dan wordt bijgewerkt, in de richting van nul wordt gedreven.
De doeltreffendheid van de onderhavige uitvinding is een gevolg van zijn "nimmer-verlaten" benadering; ongeacht hoe klein enige coëfficiënt wordt, geldt, dat de volledige waarde van de taplekterm wordt 10* geïntroduceerd in de voor het bijwerken dienende berekening. Deze benadering is doeltreffend, aangezien deze is gericht op hetgeen door ons' werd ontdekt als de oorzaak van het probleem van coëfficiëntopblazing, n.l. een tendentie bij de rekenkundige bewerkingen. In tegenstelling hiermede zijn de benaderingen volgens de bekende techniek, waarbij de 15 · grootte van een corrigerende term een functie is van de eoëfficiënt-grootte, slechts gericht op het symptoom, d.w.z. grote coëfficiëntwaarden. Het -met een dergelijke benadering gepaard gaande probleem is, dat de tap-lek of spectrale naar nul-drijvende termen die in het kader van deze bekende techniek worden gebruikt, als gevolg van afrondingen inherent aan 20 . . . .
de digitale ketenvoorzieningen, waaruit de egalisator is samengesteld, zo klein worden, dat de waarde, zoals gespecificeerd, door het fout-geriehte gedeelte van het voor bijwerking dienende algorithme niet wordt veranderd. Hierdoor ontstaat de mogelijkheid, dat andere coëfficiëntwaarden, die 'eerder zich op of in de buurt van nul bevonden, naar hogere 25 .
waarden beginnen toe te kruipen.
' Kórte'beschrijving van de tekening.
In de tekening is : fig.. 1 een gefractioneerde-afstandenegalisator/demodulator, waarbij de taplektechniek van.de onderhavige uitvinding is toegepast; 30 . . . .
fig. 2 een egalisatoreenheid, zoals gebruikt in de egalisator/ demodulator volgens fig. 1; en fig. 3 verdere details van de egalisatoreenheid volgens fig.2. De onderhavige uitvinding is in het onderstaande nader geïllustreerd in het kader van een kwadratuur-amplitude gemoduleerd (QAM) 35 .
digitaal tatatransmissiestelsel. Bij wijze van illustratie worden gedurende elk symbpolinterval met een duur T = 1/2^00 seconden, vier informa-tiebits in parallelvorm uitgezonden. De symboolsnelheid is aldus 2U00 ......87p2 Ö Ö 7 5 ; v:::: \'' ..
*'. τν· 5 baud, hetgeen neerkomt op een binaire datatransmissiesnelheid van 9600 bits per seconde. Gedurende elk symboolinterval worden de vier uit te zenden bits gecodeerd in twee datasignalen, die elk een van de vier waarden {+1, +1, +3, -3 } kunnen aannemen. Na te zijn onderworpen 5 aan een basisbandfilterwerking zijn deze twee datasignalen werkzaam om desbetreffende 1800 Hz draaggolven, waartussen een kwadratuurrelatie bestaat, d,w.z. deze golven zijn met betrekking tot elkaar over 90° in faze verschoven, in amplitude te moduleren. De gemoduleerde signalen worden bij elkaar opgeteld en uitgezonden over een bandbegrensd data 10 (bijvoorbeeld'spraakbantelefoon) kanaal.
fig. 1 toont een vereenvoudigd blokschema van een gefractio-neerde-afstanden egalisator/demodulator voor gebruik in een ontvanger van de bovenomschreven soort voor QAM-signalen. De in de gefractio-neerde-afstanden egalisator toegepaste tapcoëfficiënten worden bijge-15. werkt volgens de taplektechniek van de onderhavige uitvinding.
Meer in het bijzonder gaa_t het op de leiding 10 ontvangen QAM doorlaatbandsignaal (dat eerder door een band-doorlatend filter (niet weergegeven) is geleid} door een fazesplitser 11. De laatstgenoemde genereert twee replica’s van het ontvangen analoge signaal, waarbij de ene 20 over 90° achterloopt bij de andere. De signalen die een Hilbert transfor-matiepaar vormen, worden doorgegeven naar een A/D-omzetter 12. In het algemeen geldt, dat de bovenomschreven voordelen, zoals gegeven door een gefraetioneerde-afstandenegalisator worden gerealiseerd wanneer de steekproefnamesnelheid tenminste gelijk is aan (1+ Λ )/T, waarin 25 <X = (2Tfeo-l), waarin f de hoogste spectraalcomponent in de buurt van de draagfrequentie (d.w.z. de hoogste component in het modulerende (basisband) signaal) met tenminste een voorafbepaalde energie-inhoud voorstelt. De parameter&·, wordt aangeduid als de fractionele extra bandbreedte. In het bijzonder is de A D-omzetter 12 bij wijze van illustratie werkzaam 30 met 2/T = U80Q malen per seconde, d.w.z. tweemaal de symboolsnelheid, •d.e · om gedurende het j -ontvanger symboolinterval twee doorlaat band, d.w.z. gemoduleerde signaalsteekproeven R. en E! teweeg te brengen. (Volgens een alternatieve methode voor het teweegbrengen van R. en Rt wordt het ont-vangen signaal eerst aan een steekproefnamewerking onderworpen en ge-35 digitaliseerd met een frequentie die groter is dan tweemaal zijn hoogste frequentiecomponent, waarna het resulterende signaal door een digitale fazesplitser wordt geleid).
8020075 6
Gemakshalve worden QAM signalen uitgedrukt en verwerkt als complexe grootheden die elk een reële en een imaginaire component bezitten. De reële en imaginaire componenten van de door deA/D-omzetter 12 gevormde steekproeven worden in serievorm beschikbaar gesteld als afzon-5 derlijke ti'en-bits digitale signalen, of woorden op de desbetreffende uit gangs leiding en 11+ en 15· (Elk van de andere signaalleidingen in fig. 1 voert zijn signalen eveneens in serievorm). Als notatie voor de reële en imaginaire componenten van steekproef R. worden gebruikt de symbolen
J
r. en r.. De voor de steekproef R! gebruikte symbolen zijn r! en rï.
0 <3 J J J
10 De steekproeven R. en Rï die door een afstand van T/2 seconden
0 J
van elkaar zijn gescheiden, worden geëgaliseerd onder gebruikmaking van twee synchrone egalisatoreenheden 25 en 26. Elk van deze eenheden is ingericht om een complexe steekproefstroom, waarin de steekproeven door een'afstand van T seconden van elkaar zijn gescheiden, te bewerken. Via de 15 twee-standenschakelaar* 16 worden de componenten r. en r. aan egalisator-eenheid 25 en de componenten rj en aan egalisatoreenheid 26 toegevoerd. Afzonderlijke datastromen, die elk steekproeven, die door een afstand van T seconden van elkaar zijn gescheiden, bevatten, worden aldus aangeboden aan elke egalisatoreenheid. Tussen de schakelaar 16 en egalisa- 20 toreenheid 25 is een vertragingseenheid 23 aangebracht, zodat r. en r.
0 J
aan de egalisatoreenheid 25 worden toegevoerd op dezelfde tijd als waarop
r! en r! woreden toegevoerd aan de egalisatoreenheid 26. Dit biedt het J J
voordeel, dat de egalisatoreenheden 25 en 26 door dezelfde klok- en tijdsignalen kunnen, worden bestuurd.
25 Het uitgangssignaal Q. van de egalisatoreenheid 25 en dat in
J
het onderstaande vollediger zal worden beschreven, omvat.reële en imaginaire componenten q, en q., die als, tien-bits woorden verschijnen op de
J J
leidingen 1+3 en 1+1+. Het uitgangssignaal Q! van de egalisatoreenheid 26 d omvat eveneens reële en imaginaire componenten q! en qï, die op de lei-
0 J
30 dingen 1+5 en 1+6 verschijnen. De componenten q. en q! worden bij elkaar
J J
opgeteld in een opteller 31+, terwijl de componenten q. en q! bij elkaar
J J
worden opgeteld in een opteller 35· De uitgangssignalen.van de optellers 3l+ en 35 zijn de reële en imaginaire componenten z, en .z,.van een gemo-
V V
duleerd geëgaliseerd signaal Z. dat behoort bij een bepaald uitgezonden . . J .
35 symbool (op equivalente wijze zal het signaal Z. kunnen worden gegene-
J
reerd onder gebruikmaking van een enkele egalisatoreenheid met tappen die door afstanden van T/2 seconde intervallen van elkaar, zijn geschei- \ ff02 0 0 7 5 7 den.
Het. s-ignaal Z^ wordt naar de ‘basisband gedemoduleerd door de demodulator 27. Het gedemoduleerde uitgangssignaal van de demodulator 27 is een geëgaliseerd signaal A, dat reële en imaginaire componenten 0
5 a. en b. bezit en die als tien-bits woorden op de respectievelijke lei-J J
dingen 38 en 39 beschikbaar zijn. Het demodulatieproeces, zoals ten uitvoer gebracht door de demodulator 27 kan in complexe notatie als volgt worden geschreven : .0* A. = Z,e-J j"
3 3 J
10 waarin j = /77 en 0* een schatting is van de geldende draaggolffaze.
<3
In termen van reële en imaginaire componenten kan het demodulatieproces worden geschreven als a. = z.cos(ö*) + z.sin(ö*) 3 3 3 3 3 b, = 2.cos(ö*) - z.sin(0*).
3 3 3 3 3 15 Teneinde a. en b. in overeenstemming met de bovengegeven uit- drukkingen te genereren, ontvangt, de demodulator 27 op de uitgangslei-dingen 52 en 53 van de draaggolfbron 51 negen-bits digitale representaties van sin(ö*) en cos(6*).
3 3
De componenten a. en b. worden respectievelijk gekwantiseerd 0 0 20 in I (in-faze) beslissingsketen 1*1 en Q (iswadratuur-faze) beslissingske- , ten k2. De resulterende uitgangssignalen op de leidingen 56 en 57 zijn beslissingen a, en b. betreffende de waarde van het datasymbool, dat bij het geegaliseerde signaal Z. behoort. De beslissingen a. en b, kun- 0 J 0 nen worden beschouwd als de reële en imaginaire componenten van een com-25 plexe beslissing A*.
Tevens worden door de beslissingsketens Ui en b2 op de leidingen 61 'en 62 de reële en imaginaire componenten, S · en £. van een 0 <3 complex basisbandfoutsignaal Δ ^, dat behoort bij het datasymbool in kwestie, afgegeven. De waarde van het signaalΔ . is gelijk aan het ver-30 schil tussen de vaarde yan het geëgaliseerde signaal A. en de vaarde van het uitgezonden symbool. Gedurende de opstartperiode yan de egalisator* waarin een voorafbepaalde datastroom wordt uitgezonden (teneinde de bepaling van een beginstel van coëffieiëntwaarden te vereenvoudigen) is de waarde van de uitgezonden symbolen a priori bekend. Daarna werkt de 802 0 0 1 § egalisator/demodulator adaptief, waardij wordt aangenomen, dat de waarde van het uitgezonden symbool de (correct veronderstelde) beslissing A* is.
8
Ervan uitgaande dat voor de werking de laatstbedoelde modus 5 geldend is, is het basisbandfoutsignaal Δ ^ gelijk aan de grootheid (A.-A*). In het bijzonder geldt, dat 6 . = (a.-a*) en £. = (b.-b*), waarbij j. en respectievelijk zijn voorgesteld door twaalf-bits
J J . A
woorden. Het feutsignaal Δ . wordt opnieuw gemoduleerd in de fouthermo-
J
dulator 37 ter verkrijging van een hergemoduleerd, ofwel doorlaatband-10 foutsignaal E. dat is gegeven door
V
E. = Δ ,e+je* 3 3 3
De reële en imaginaire componenten van E., e. en e. worden door de hermodulator 37 gegenereerd in overeenstemming met e. = 6 ,cos(ö . X) - i .sin(ö*) 3 3 3 6 3 3 15 ê. = S ,sin(ö * ) + <5 .cos(ö*)
0 0 J J J
Daartoe ontvangt de hermodulator 37» evenals de modulator 27 sin(©*) en cos(©*) vanaf de draaggolfbron 51·
O J
De componenten e. en ê. worden op basis van tijdsverdeling op de leiding 58 doorgegeven naar de egalisatöreenheden 25 en 26 teneinde 20 zoals in het onderstaande zal worden beschreven, coëfficiënten bij te werken. (Volgens een alternatieve mathode zou het foutsignaal E. kunnen s ^ worden gegenereerd door de complexe beslissing A. te hermoduleren en deze af te trekken van het gemoduleerde geëgaliseerde signaal Z.. In elk van deze gevallen is de waarde van E. dezelfde en deze waarde is gelijk 25 aan het verschil, gemoduleerd bij de draagfrequentie, tussen de pre- en post-gekwantiseerde waarden van het geëgaliseerde signaal A.).
0
Fig. 2 toont een vereenvoudigd blokschema van de egalisator-eenheid 25. De struktuur van de egalisatoreenheid 26 is illustratief identiek aan die van de egalisatoreenheid 25 en behoeft, derhalve niet 30 in detail te worden beschreven.
.Zoals is weergegeven in fig. 2 worden componenten van steekproef IR. door de egalisatoreenheid 25 via de leiding 19 ontvangen en op-
geslagen in het r.-geheugen 113. De over de leiding 20 ontvangen r.-j J
componenten'worden opgeslagen in het r.-geheugen 11.il·.. Illustratief voor .....8 0 2 0 0 7 5 ............... .................. 3...........................................................
9 de geheugens 113 en 11?+ is, dat deze. respectievelijke eerst-in/eerst-uit (FIFO) hercireulerende geheugens omvatten, waarvan elke geheugenplaats representatief is voor een tapplaats van een transversale egalisator.
Elk geheugen heeft (2K + 1} geheugenplaatsen, waarbij ïï een gekozen ge- • cLc · 5 heel getal is, zodat gedurende het j ontvangersymboolinterval de geheugens 113 en 114' de componenten van een, aantal (2N + 1) steekproeven R.
de de ^ tot fU behorende bij het j interval,vasthouden. Bij de i - egalisatort -applaats, met i = (0,1 ... 2ïï), behoort een complexe coëffi-ciënt (CU(j), die een bepaalde waarde heeft, beherende bij het j ont-10 vanger symbool interval. (Bij deze uitvoeringsvorm wordt zoals in het onderstaande zal worden beschreven, deze waarde gedeeltelijk bijgewerkt gedurende het interval). De reële en imaginaire componenten c.(j) en c^(j) van C.(j) zijn elk voorgesteld door een vierentwintig-bits woord.
De componenten c.(j) worden in eerste aanleg vastgehouden in het c^- 15- coëffieiënt-geheugen 119· De componenten cL (j) worden in eerste aanleg vastgehouden in het c^-coëffieiënt-geheugen 120. Illustratief voor deze geheugens 119 en 120 is, dat deze eveneens FIFO-geheugens bevatten.
·<1θ gedurende het j -ontvangersymboolmterval genereert de egali- satoreenheid 25 een signaal Q., waarvoor geldt : 0
2N
20 s =5ZZci(j)Bj.i i=0
Uitgedrukt in termen van reële en imaginaire componenten ontstaat het volgende 2N 2üf =5ZZCiU)rj-i (1) i=0 i=0
2N 2N
+ (2) i=0 i=0 25 De reële componenten q. worden eerst gegenereerd. Meer in het bijzonder worden de (2N + l)r. ^ componenten sequentieel uitgelezen uit het geheugen 113 en geleid naar een ingang van de vermenigvuldiger 123. Wanneer de bits van elke r. .. component in serievorm worden toegevoerd ^j—1 aan Sên vermenigvuldigeringang, worden de bits van de bijbehorende coëf-30 ficiëntcomponenten, c. (j) in serievorm uitgelezen uit het geheugen 119 en toegevoerd aan de andere ingang van de vermenigvuldiger. Op dezelfde \ 8020075 10 tijd wordt elk van de (2N + 1) r._._ componenten uitgelezen uit het geheu-gen 11¼ en in de vermenigvuldiger 12¼ vermenigvuldigd met de hij behorende coëfficiëntcomponent c. (j) die uit het geheugen 120 is uitgelezen. Elk in vermenigvuldigers 123 en 12¼ gevormd produkt wordt in het onderstaande 5 aangeduid als "tapprodukt".
Bij het genereren van tapprodukten worden slechts de twaalf hoogste-ordebits van elk vierentwintig-bits woord, dat elke c^( j) en cj) coëfficiëntcomponent voorstelt, gebruikt; de andere twaalf bits worden verder gevoerd met het doel het bijwerkproces geleidelijker te ^ doen verlopen. De tapprodukten c.(j)r. . en 8.(j)r. . die respectievelijk X J —1 X J ™x verschijnen op de leidingen 138 en 139 worden gesommeerd in de doorlaat-bandaccumulator 127, waarbij op deze tijd de doorlaataccumulator 128 niet-actief is.
Dezelfde waarden van de coëfficiëntcemponenten c.(j) en c.(j) 15'· . . ïi ' . die, zoals juist is beschreven worden gebruikt voor het genereren van de signaalcemponent q., zouden ook kunnen worden gebruikt voor het gene-
J
r er en van de si'gnaalc ompon ent en q,. De coëfficiëntcomponentwaarden zouden
J
dan worden bijgewerkt als voorbereiding voor het direkt volgende symbool- interval. Bij de onderhavige illustratieve uitvoeringsvorm worden de 20 .. . „ eoëfficiëntwaarden, die worden gebruikt voor het vormen van q. echter
J
gedeeltelijk bijgewerkt, voordat q, wordt gevormd, waarbij het restant
J
van het bijwerkproces daarna wordt uitgevoerd. Deze benadering biedt het voordeel, dat de totale grootte van signaalverwerkingstijd, die gedurende elk symboolinterval. nodig i§ wordt verminderd. .
25 .
Een gedetailleerde beschrijving van het coëfficiëntbijwerkpro-ces zal in het onderstaande worden gegeven. Voor de beschrijving van fig. 2 is· het echter voldoende om op te merken, dat elke e. (j) component, behalve dat deze vanuit het geheugen 119 wordt uitgelezen en toegevoerd aan de vermenigvuldiger 123 voor het vormen van een tapprodukt, tevens wordt 30 uitgelezen en toegevoerd aan de bijwerkeenheid 122, waar deze component gedeeltelijk wordt bijgewerkt. De gedeeltelijk bijgewerkte e^.(j) componenten worden vanaf de bijwerkeenheid 120 via de leiding 118 toegevoerd aan het geheugen 120. Op soortgelijke wijze wordt elke 6.(j) component niet alleen vanuit het geheugen 120 uitgelezen en toegevoerd aan de ver-35 menigyuldiger 12ί+, maar tevens ingevoerd in de coëfficiëntbijwerkeenheid 121. De gedeeltelijk bijgewerkte componenten c^. (j) worden vanaf de bijwerkeenheid 12.1 via de leiding 117-toegevoerd aan het geheugen 119· 8020075 11 .
Nadat de component q. is gegenereerd en opgeslagen in.de accumulator 127»
J
bevinden de gedeeltelijk bijgewerkte componenten c_j,(j) en j) zich derhalve in respectievelijk de geheugens 120 en 119·
Thans wordt de component gegenereerd en wel op vrijwel de-5 zelfde wijze als die van de component q.. De op de leidingen respectieve-lijk 138 en 139 teweeg gebrachte tapprodukten c.(j)r,. ^ en P^ij)^ ^ worden met.elkaar gecombineerd in de doorlaatbandaecumulator 128 (de accumulator 127 is thans niet-actief). De componenten c (j) en c.(j) passeren i 1 de bijwerkeenheden 121 en 122, waar de tweede faze van het coëfficiëntbij- 10 werkproces wordt uitgevoerd. De thans volledig bijgewerkte componenten ci(j) worden teruggevoerd naar het geheugen 119· De volledig bijgewerkte componenten c^.( j) worden eveneens teruggevoerd naar het geheugen 120.
Yeryolgens zal het bijwerken van de coëfficiënt C.(j) nader gedetailleerd worden beschreven. De adaptieve egalisatorcoëfficiënten kun-15 nen op eenvoudige wijze worden bijgewerkt door additieve combinatie (d.w. z .op; ellen of aftrekken) met een bijwerk- of correctie-term. Deze procedure kan in het algemeen worden voorgesteld door :
/i = 0,1...2N
20 +, x l j = 0,1,2...
waarin een voorafbepaalde, positieve, als een breuk gegeven constante en F(j) de eorrectieterm voorstellen. (Meer algemeen zal cK een functie van·j kunnen zijn.) 25 Volgens de uitvinding wordt in de conventionele coëfficiënt- bïjwerkuitdrukking een "taplek" term geïntroduceerd, welke term eveneens additief wordt gecombineerd, met de coëfficiënt die wordt bijgewerkt. In afwijking van bekende taplekuitvoeringen heeft de onderhavige taplekterm een grootte die onafhankelijk is van enige coëffieiëntwaarde. Meer in het 2q "bijzonder geldt bij de onderhavige, illustratieve uitvoeringsvorm, dat de taplekterm een constante grootte 0{ ju heeft, waarin ^u een voorafbepaalde, positieve constante is. Het voorteken van de taplekterm voor het bijwerken van een bepaalde coëfficiënt is zodanig, dat de grootte van die coëfficiënt wordt gedreven in een naar nul gaande richting - positief voor negatieve coëfficiënten en negatief voor positieve coëfficiënten.
De conventionele coëffieiëntbijwerkregel wordt aldus volgens de uitvinding gewijzigd volgens 8020075 12
Cj (j+1) = C.(j) -c<F(j) -o(^usgn C.(j) waarin de waarde van de functie sgn [ J ofwel +1 ofwel -1 is, afhankelijk van het voorteken van zijn argument.
5 De waarde van yu wordt langs empirische weg bepaald. Deze dient voldoende groot te zijn om de eoëfficiëntwaarden op aanvaardbare niveaus te houden. Deze waarde dient echter niet zo groot te zijn, dat de prestatie van de egalisator in sterke mate wordt verslechterd.
In de onderhavige uitvoeringsvorm wordt de z.g. gemiddelde-10 kwadraat-fout algorithme gebruikt om de waarde van F(j) te bepalen, en typerend is, dat F(j) een functie zou zijn van E.. Bij deze uitvoeringsei vorm begint het coëfficiënt bijwerken echter voordat het signaal E.
0 is gevormd. Zulks betekent, dat het foutsignaal E. - i, dat werd gevormd e ^ gedurende het voorafgaande (j-1) symboolinterval, daarentegen werd ge- 15 bruikt, waardoor een F(j) wordt verkregen, gegeven door E. .R. . ,. De
J — * 0 —1“ I
volledige, gemiddelde-kwadraat-fout taplekbijwerkregel is dan gegeven door
Cj.U+0·- Cj(j) -<X E^R^.^ - cK/Usgn C.(j)
Dit uitgedrukt in termen van reële en imaginaire componenten 20 levert het volgende op
CjfJ+U - Ci(i) ««•jjfjli.v-et'/uegnf'CiU)}. (3)
S.tj+1) = SjtjJ -* _Of/USSn[c.(,j)J . W
Zoals in het voorafgaande werd opgemerkt, is de construktie van de egalisatoreenheid 26 illustratief identiek met die van de egali- 25 satoreenheid 25. Het uitgangssignaal Q! van de egalisatoreenheid 26 kan 0
derhalve worden uitgedrukt in termen van een tweede stel van volledige coëfficiënten C^(j) en wel als volgt 2U
Qi -ΣΖΙ i=0 zodat geldt 2N ^ 30 Z.=Q.+Q! = > C.(j)R. ·+C1(j)Rï .
0 0 Z- i J-i J O-i
i=0 L J
Derhalve is ook de bijwerkrelatie voor de componenten C'. (j) ge- geven door «(j+1) = C!(,j) -Cf F'(j) - Of/usgn CJ^(j)] , '8020075 13 waarin illustratief is, dat F'(j) = E. .R! . ..
0-1 0-1-1
Thans wordt opnieuw fig. 2 beschouwd. Aangezien het coëfficiënt bijwerken een functie is van foutwaarden, ontvangt elk van de coëfficiënt-bij werkeenheden 121 en 122 de opnieuw gemoduleerde foutcomponenten, die 5 verschijnen op de leiding 58, en zoals in het voorafgaande werd beschreven. Het coëfficiënt bijwerken is tevens een functie van steekproefwaar-den. Daartoe ontvangt de bijwerkeenheid 122 steekproefcomponenten vanaf het geheugen 113 en via de leiding 115, terwijl de bij werkeenheid 121 via de leiding 116. steekproefcomponenten ontvangt vanaf het geheugen 11U.
In .....
Gelijktijdig met het genereren van de signaalcomponent q_. geldt in het bijzonder, dat de bij werkeenheid 122 0(e^ ^r^ ^ ^ eno(yasgn [C^(j)J aftrekt van de componenten c.(j), terwijl de bijwerkeenheid 121 C* ej^ aftrekt van de componenten c^(j). Gelijktijdig met het daarop volgend genereren van q., trekt de bijwerkeenheid 122σ( ê, r. .
15 r >. ί ^ j —‘ J —1—1 J en ^(y;usgn £ ê^(j)J af van de componenten c.(j). Op deze tijd is de bijwerkeenheid 121 werkzaam omo(ê. .r. . 1 op te tellen bij de campo- nenten cj(j)· De c.(j) en c-.(j) componenten van de coëfficiënten C.(j) worden derhalve volledig bijgewerkt volgens de vergelijkingen (3) en 00.
20 .
Vervolgens wordt fig. 3 beschouwd, waarin verdere details zijn weergegeven van r.-geheugen 113, c.-coëfficiëntgeheugen 119 en coëfficiënt-d .1 hij werkeenheid, 122. Het geheugen 113, waarvan de uitvoering soortgelijk is aan die van het geheugen 11k (fig. 2) omvat een datakiezer 101, ingangs- en uitgangs-houdregisters 103 en 106, en FIFO-geheugen 10^. Het geheugen 25 . . ...
113 waarvan de:uitvoering soortgelijk is aan die van het geheugen 20, omvat ïngangs- en uitgangs-houdregisters 151 en 156 en FIFO-geheugen 153.
De bijwerkeenheid 122 bevat de MSE-keten 170 die in combinatie met een , soortgelijke keten in de bijwerkeenheid 121 een conventioneel gemiddelde-kwadraatfoütbijwerkproces geeft. Verder canvat de bijwerkeenheid 122 de taplekketen 180, die de taplekterm volgens de onderhavige uitvinding genereert.
In het onderstaande zal een. beschrijving worden gegeven van de werking van de in fig. 3 weergegeven keteninrichting,, waardoor coëfficiënt- componenten worden bijgewerkt. Bij wijze van voorbeeld is verondersteld, 35 ....
dat het coëfficiënt vermenigvuldigen en bijwerken tijdens het geldende ontvanger symboolinterval reeds een korte tijd aan.de gang is, zodat verscheidene van de componenten c.(j) die bij het begin.van het symbool 8020075 1¾ interval zich bevonden in het geheugen 119 reeds in de vermenigvuldiger ' 123 zijn vermenigvuldigd met een steekproefcomponent en in de bijwerk- eenheid 122 gedeeltelijk zijn bijgewerkt. Op dit moment wordt een laad-puls afgegeven op de leiding 158 die zich uitstrekt vanaf de tijdsig-5 naai- en klokketen 190 van de ontvanger. Door deze laadpuls wordt bewerkstelligd, dat de direkt volgende component c^(j) van de rij van het geheugen 153 in parallelvorm wordt ingevoerd in het register 156. Door deze laadpuls wordt tevens bewerkstelligd, dat de component c. (j) die het meest recent is bijgewerkt in de bijwerkeenheid 121 en die thans is op-10 geslagen in het register 151, wordt ingevoerd aan het einde van de queu die zich binnen het geheugen 153 bevindt.
Thans wordt een reeks van vierentwintig schuifpulsen vanaf de keten 190 op de leiding 159 afgegeven. Door deze pulsen wordt bewerkstelligd, dat de bits van de coëfficiëntcomponenten c.(j), die worden 15 vastgehouden in het register 156, worden uitgeschoven en via de leiding 112 worden toegevoerd aan de bijwerkeenheid 122. Op dit moment bevindt de steekproefcomponent r. . . zich in het uitgangshoudregister 106 van j—1—j het geheugen 113·. De bovengenoemde, op de leiding 159 aanwezige schuif-pulsen bewerkstelligen, dat de bits van die steekproef component via dé 20 leiding 115 en in synchronisme met de bits van de coëfficiëntcomponent c^(j) op de leiding 112 worden doorgeschoven naar de MSE-bijwerkketen ITO. (Op deze tijd is de vermenigvuldiger 1.23 niet-actief en deze negeert signalen die aanwezig zijn op de leidingen 112 en 115.) De bits van de opnieuw gemoduleerde foutcomponent e^. ^ en die zich thans bevinden in 25 de hermodulator 37 (fig. 1), worden in serievorm via de leiding 58 en in synchronisme met de coëfficiënt en steekproefcomponenten toegevoerd aan de MSE-keten I70. De waarde van o( is permanent opgeslagen in de keten 170. Deze laatste keten heeft derhalve de beschikking over alle signalen, die nodig zijn om <?( e, .r. .. . af te trekken van elke binnen- 0 — * <3—^· “ ‘ 30 komende comSnent c^(j) volgens vergelijking (3) en gelijktijdig daarmede de signaaleomponent q_. te vormen. Een keten, waarvan, de uitvoering soort- ï) gelijk is aan die van de keten 170, en omvattende het geheel van de bij- werkeenheid 121 (fig. 2) is werkzaam omo( e. „r. . . af te trekken van j—1 j—i—1 elke component 3..( j) volgens vergelijking (!+).
35 In de MSE-keten 170 wordt een verwaarloosbare vertraging geïn troduceerd, waarbij de uitgangsbits van deze keten via. de leiding 172 - en opnieuw in synehronisme met de schuifpulsen, zoals aanwezig op de 8020075 15 * leiding 159 worden overgedragen, met de laagste-ordebit het eerst, naar de taplekketen 180. De MSE-keten 170 kan op eenvoudige wijze worden uitgevoerd met standaard rekenkundige ketens. Deze keten behoeft derhalve niet verder gedetailleerd te worden beschreven.
5 De coëfficiënteomponènten c^(j) en c^(j) zijn illustratief voorgesteld volgens een complementaire notatie van tweeën, waarvan de hoogste-ordebit de voortekenbit is - ”0” voor positief en ”1" voor negatief. Het volgens de uitvinding verkleinen van de grootte van een coëfficiënt component met c*yu betekent, dat dat bedrag wordt afgetrokken van 10 het binaire woord, dat representatief is voor die component, iiidien laatstgenoemde een positieve waarde heeft, terwijl dat bedrag wordt ©pgeteld bij het binaire woord, indien de component een-negatieve waarde heeft. Bij de onderhavige, illustratieve uitvoeringsvorm is de grootte c^yU gelijk aan de waarde, zoals voorgesteld door de minst betekenis-15 volle coëfficiëntcomponentbit. Voor de realisatie van de uitvinding i's- het derhalve vereist, dat de taplekketen 180 een binaire "1" in afhankelijkheid van,het voorteken van de component, optelt bij of aftrekt van elke coëfficiëntcomponent, die vanaf de MSE-keten ITO wordt ontvangen.
20 De procedure die in de taplekketen 180 wordt gevolgd om een binaire ”1” af te trekken van (op te tellen bij) een binnenkomende coëfficiënt component, gaat als volgt : zolang als de binnenkomende bits ”0" (T,1TT.) zijn, worden deze geïnverteerd in "1” ("0"). De laagste-orde "1" (”0”) in het woord wordt geïnverteerd in M0" ("1"). Alle andere bits 25 blijven onveranderd.
Wanneer thans de werking van de taplekketen 180 wordt beschouwd, zal, het uit het voorafgaande duidelijk zijn, dat de laagste-orde coëffi-'. ciëntbit altijd wordt geïnverteerd. Daartoe7?ïcht de bovengenoemde laad-puls, zoals aanwezig op de leiding 158, de verdere functie om een zich 30 in de taplekketen I80 bevindende 1-bit. vertragingsketen 186 op "O" vrij te zetten, welke vertragingsketen. 186 wordt geklokt door klokpulsen die aanwezig zijn op de schuifleiding 159. De inverter 188 .geeft op de leiding 192 een geïnverteerde versie van het uitgangssignaal·van de vertragingsketen 1 86. De leiding 192 is verbonden met een ene ingang van de 35 Exclusief-OF-poort 191. De op de leiding 172 binnenkomende coëfficiënt-eomponentbits worden toegevoerd aan de.andere ingang van de poort 191.
De leiding 192 voert in eerste aanleg een "1", zodat, .zoals is gewenst, 8 0 2 0 07 5 16 de laagste-ordebit op de leiding 162 wordt geïnverteerd·in de poort 191. Het uitgangssignaal van de poort 191 wordt afgegeven op de leiding 118.
De op de leiding 158 aanwezige laadpuls verricht de verdere functie om de coëfficiëntcomponentvoortekenbit, die eerst verschijnt op 5 de uitgangsleiding 161 van het geheugen 153 in te klokken in de D-type voorteken flip-flop 181 van de keten 180. Er zij verondersteld, dat de voortekenbit T,0" is-, aangevende een positieve coëfficiëntcomponent, waarvan een binaire ’Ί" moet worden afgetrokken. Het uitgangssignaal van de flip-flop 181 wordt via de leiding 182 overgedragen naar de ene Ingang 10 van een Exclusief-OF-poort 183. Aangezien dié leiding gedurende het bijwerken van de dan aanwezige coëfficiëntcomponent een "0" voert, is het uitgangssignaal van de Exclusief-Of-poort 183 op de leiding 18H gelijk aan de waarde van de coëffieiëntcomponentbit die op de leiding 172 geldend is.
15 Indien de laagste-orde eoëfficiëntcomponentbit op de leiding 172 "1". is, zal derhalve aan de uitgang van de vertragingsketen 186 een "1" verschijnen wanneer de tweede bit op de leiding 172 verschijnt, welke "1" voordien door de OF-poort 185 werd doorgelaten naar de leiding 193.
De leiding 192 voert derhalve, zoals gewenst is, een "0" en de tweede bit 20 passeert de poort 191 zonder geïnverteerd te zijn. Aangezien bovendien het uitgangssignaal van de vertragingsketen 186 via de leiding 187 en de OF-poort l8'5 naar zijn eigen ingang wordt teruggevoerd, blijft de . leiding 192 een "O" voeren en alle volgende coëfficiëntcomponentbits passeren eyeneéns de poort 191 zonder geïnverteerd te zijn.
25 Ihdien daarentegen de laagste-ordebit op de leiding 172 ”0” is, zal het uitgangssignaal van de vertragingsketen 186 "0" zijn, wanneer de tweède bit op de leiding 172 verschijnt. Die bit zal derhalve ook in . de poort 19I worden geïnverteerd, zoals gewenst is. Bovendien geldt, dat zolang als de op de leiding 172 aanwezige bits op H0" blijven, deze even-30 eens door de poort 191 worden geïnverteerd, evenals de eerste "1" die verschijnt op de leiding 172. Daarna zal de leiding 192 echter opnieuw een "0" voeren, en evenals tevoren zullen alle volgende bits de poort 191 passeren zonder geïnverteerd te zijn.
De keten 180 werkt in vergelijking met het . in het voorafgaande 35 beschrevene complementair, wanneer een "1” moet worden opgeteld bij de woorden op de leiding .172 die negatievë coëfficiënteomponenten voorstellen.
.80 2 0 0.7 5 ......... .....
17
Grotere vaarden van jM kunnen vorden geïmplementeerd met een struktuur die soortgelijk is aan die van de keten 18'0, en waarbij het is toegestaan, dat k bits op de leiding 172 de poort 191 ongestoord passeren, terwijl de vertragingsketen 186 in de "0"-toestand wordt gehouden. De 5 aldus gerealiseerde waarde van c&. ,u is gelijk aan de waarde van de minst k betekenisvolle coëfficiëntcomponentbit vermenigvuldigd met 2 .
Evenals bij de MSE-keten 170 het geval was, bestaat bij de taplekketen 180 een verwaarloosbare vertraging. Derhalve geldt over het geheel genomen, dat de bits van de gedeeltelijk bijgewerkte componenten 10 c.(j) op de uitgangsleiding 118 van de bijwerkeenheid 122 verschijnen in synehronisme met de bits die binnenkomen op de leiding 112. De.coëffi-ciënthijwerkeenheid 12.1 werkt op soortgelijke wijze. Derhalve geldt, dat de bits van een gedeeltelijk bijgewerkte component c^. (j) op de leiding 117 verschijnen in synehronisme met de schuifpulsen die op de leiding 159 15'· aanwezig zijn. Deze bits worden via vierentwintig schuifpulsen, die vanaf de keten 190 op de leiding 157 teweeg worden gebracht, gepoort in een register 151 van het coëfficiëntgeheUgen 119.
De bits van de component r. . . zijn nog steeds aanwezig aan J —1— i de uitgang van het geheugen 10¾. Deze bits worden via een leidingbundel 20 . 102 in parallelvorm overgedragen naar een van de multibit data-ingangen van de datakiezer 101, . De geldende logische toestand van de kiesleiding 108, die zich vanaf de keten 190 uitstrekt, geeft aan de kiezer 101 aan, dat het signaal, zoals aanwezig op de leidingbundel 102, moet worden toegevoerd aan de ingang van het geheugen 10¾. Dat signaal wordt nu geher-25 cireuleerd in het geheugen.10¾ door een laadpuls, die vanaf de keten 190 op de leiding 109 wordt ontvangen. De laadpuls bewerkstelligt tevens, dat de direkt volgende steekproefcomponent in de geheugenrij, de component rj-i > wordt ingevoerd in het houdregister 106.
Thans verschijnt een andere reeks van vierentwintig schuifpulsen 30 op de leiding 159· De waarde die de component c,(j) had, voordat deze op de juist beschreven wijze gedeeltelijk was bijgewerkt, is nog steeds aanwezig in het houdregister 156.. De op de leiding 159 aanwezige pulsen bewerkstelligen derhalve, dat de bits van c^(j) en r^ ..vanaf de registers 156 in serievorm worden geschoven op de leidingen 112 en 115, zodat de 35 vermenigvuldiger 123 het tapprodukt c.(j)rkan vormen. (Op deze tijd 1. j 1 is de coëffieiëntbijwerkeenheid 122 niet-actief en negeert de signalen op de leidingen 112 en 115·) ........8..0.2..0.0.7..5..................... ..................................
18
Op de leiding 158 verschijnt thans een andere laadpuls en het gehele proces wordt herhaald voor elke volgende component c_*(j) - en in de hijwerkeenheid 121, elke component c^(j) - totdat alle tapprodukten betreffende q. zijn gevormd en alle coëfficiëntcomponenten gedeeltelijk 5 zijn bijgewerkt.
Het resterende van de coëfficiëntbijverkprocedure, dat gelijktijdig met het vormen van §. wordt uitgevoerd, wordt op soortgelijke wij-
J
ze af gewikkeld, waarbij de MSE-keten 170 (en de corresponderende keten in de bijwerkeenheid 121) bij herhaling foutcomponent ê. 1 ontvangt, sa- 10 men met elke component 6.(j) en r, (of c.(j)) en r. . in het geval 1 1—Ί 1 J —1—1 van de bijwerkeenheid 121) teneinde de eoëfficiëntcorrectietermen te genereren. Wanneer q. is gevormd en de coëfficiëntcomponenten volledig zijn bijgewerkt, verandert de logische toestand van de kiesleiding 108. Daarna wordt in een vroeg gedeelte van het direkt volgende, (k+1)e ont-15 vangersymboolinterval, het geheugen 1(A via de leiding 109 nog eens weer gepulseerd. Door deze operatie wordt bewerkstelligd, dat de juist gegenereerde steekproefcomponent r, die voordien vanaf de uitgangs-leiding 19 van de vertragingsketen 23 (fig. l)in het houdregister 103 was geschoven, wordt uitgelezen en in de rij gezet van het geheugen 10U. 20 Deze nieuwste steekproefcomponent komt in de plaats voor de oudste steekproef component die anders vanaf de leidingbundel 102 in het geheugen zou worden' hefgecirculeerd.
De onderhavige uitvinding is in het voorafgaande behandeld in de context van een QAM-datasysteem. Eet zal echter duidelijk zijn, dat 25 de onderhavige taplektechniek voor.gefractioneerde-afstanden egalisators even zo goed toepasbaar is in systemen, waarbij gebruik wordt gemaakt van andere modulatietechnieken en dat deze techniek inderdaad ook toepasbaar is bij basisband gefraetioneerde-afstandenegalisators. Tevens is deze techniek toepasbaar op andere ontvangerstrukturen,,zoals die, waar-30 bij het ontvangen signaal eerst wordt gedemoduleerd en vervolgens op basisband wordt geëgaliseerd. Tenslotte kannen er toepassingen bestaan, waarbij de onderhavige taplekteehniek voordeel biedt zowel voor baud, alswel voor gefractioneerde-afstandenegalisators.
Alhoewel in het voorafgaande een specifieke toepassing van de 35 uitvinding en speciale ketens als uitvoeringen daarvan zijn beschreven, kunnen derhalve verschillende andere inrichtingen als uitvoeringsvormen, die berusten op de uitvinding, door de gemiddelde vakman op dit gebied ..........802 00 7 5 19 worden ontworpen, zonder het kader van de uitvinding te verlaten.
8020075

Claims (7)

1. Inrichting voor het verwerken van een ontvangen datasignaal, dat over een transmissiekanaal werd uitgezonden met een snelheid van 1/T symbolen per seconde, omvattende steekproefnamemiddelen (11, 12, 16) voor het vormen van een opeenvolging van steekproeven van dit signaal 5 met een'voorafbepaalde snelheid, middelen voor het vormen van een heslis- ê sing ten aanzien van de waarde van elk van genoemde symbolen, alsook voor het vormen van een foutsignaal, behorende bij elk symbool, welke laatstgenoemde middelen omvatten middelen (25, 26) voor het vermenigvuldigen van elke volgende van een geordend aantal van coëfficiënten met een 10 volgende desbetreffende van een aantal van genoemde steekproeven, behorende bij genoemde beslissing, middelen (27^3^, 35, 51) die in responsie op de resulterende produkten een geëgaliseerd signaal genereren, en middelen (JH.--U21 voor het kwantiseren van het genoemde, geëgaliseerde signaal teneinde genoemde beslissing te vormen, waarbij de waarde van het genoemde 15 foutsignaal een functie van de waarde is van het genoemde geëgaliseerde signaal en de waarde van genoemde desbetreffende van de symbolen, en bij-werkmiddelen (121,. 122) voor het bepalen van tenminste een eerste waarde voor elke van genoemde coëfficiënten en wel door het additief combineren van eerste en tweede termen met een eerdere waarde van die coëfficiënt, 20 waarbij genoemde eerste term een functie is van het fout signaal, behorende bij een voorafbepaalde van genoemde symbolen, van welke bijwerk-middelen deel uitmaken middelen (180), waardoor de grootte van genoemde tweede term kan worden afgetrokken van genoemde eerdere waarde indien die waarde een positief voorteken heeft en de grootte van genoemde tweede 25 term wordt opgeteld bij genoemde eerdere waarde, indien die waarde een negatief voorteken heef, genoemde bijwerkmiddelen zijn daardoor gekenmerkt, dat de grootte van genoemde tweede term onafhankelijk is van de grootten van willekeurige van genoemde coëfficiënten.
2. Inrichting volgens conclusie 1 met het kenmerk, dat de grootte 30 van genoemde tweede term niet gelijk is aan nul.
3. Inrichting volgens conclusie 2 met het kenmerk,.dat. de grootte van genoemde tweede term een gekozen constante is. h. Inrichting volgens conclusie 3 met het kenmerk, dat genoemde voorafbepaalde snelheid groter is dan i/T steekproeven per seconde.
5. Inrichting volgens conclusie 1,3 of k met het kenmerk, dat 8 02 0 0 7 5 .............................................. A van genoemde middelen voor het genereren van het geëgaliseerde signaal deel uitmaten middelen (127, 128) voor het sommeren van genoemde produkten.
6, Inrichting volgens conclusie 3 met het kenmerk, dat het genoemde datasignaal een datasignaal is, dat is gemoduleerd hij een voorafbepaalde 5 draagfrequenti'e en van genoemde middelen voor het teweegbrengen van het geëgaliseerde, signaal, deel uitmaken middelen (127, 128) voor het sommeren van genoemde produkten teneinde een gemoduleerd, geëgaliseerd signaal te vormen en middelen (27, 51) voor het demoduleren van het genoemde, gemoduleerde, geëgaliseerde .signaal teneinde het genoemde geëgaliseerde 10 signaal te vormen.
7. Inrichting volgens conclusie 6 met het kenmerk, dat het genoemde foutsignaal gelijk is aan het verschil, gemoduleerd bij genoemde draagfrequentie, tussen de voorgekwantiseerde waarde van het genoemde geëgaliseerde signaal en genoemde beslissing, en waarbij van genoemde 15 bij werkmiddelen verder deel uitmaken middelen (170) voor het vormen van genoemde eerste termen als een voorafbepaalde fractie van het produkt van genoemd gemoduleerd verschil met de steekproef, waarmede elk van genoemde coëfficiënten was vermenigvuldigd bij het vormen van genoemde beslissing,
8. Inrichting volgens conclusie 1, 3, b of 7 met. het kenmerk, dat genoemde,. voorafbepaalde snelheid tenminste (1+ <?0/T steekproeven per seconde is, waarin de fractionele extra bandbreedte is. 8020075
NL8020075A 1979-03-01 1980-02-19 Coeefficieent taplek voor egalisators met gefractioneerde afstanden. NL8020075A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US06/016,495 US4237554A (en) 1979-03-01 1979-03-01 Coefficient tap leakage for fractionally-spaced equalizers
US1649579 1979-03-01

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8020075A true NL8020075A (nl) 1981-01-30

Family

ID=21777422

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8020075A NL8020075A (nl) 1979-03-01 1980-02-19 Coeefficieent taplek voor egalisators met gefractioneerde afstanden.

Country Status (14)

Country Link
US (1) US4237554A (nl)
JP (1) JPS598090B2 (nl)
AU (1) AU532410B2 (nl)
BE (1) BE881965A (nl)
CA (1) CA1126826A (nl)
DE (1) DE3034342T1 (nl)
ES (1) ES8103526A1 (nl)
FR (1) FR2450532A1 (nl)
GB (1) GB2060323B (nl)
IL (1) IL59478A (nl)
IT (1) IT1140766B (nl)
NL (1) NL8020075A (nl)
SE (1) SE426279B (nl)
WO (1) WO1980001863A1 (nl)

Families Citing this family (30)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0040217B1 (en) * 1979-10-15 1985-03-13 Western Electric Company, Incorporated Apparatus for and method of processing data signals
US4344176A (en) * 1980-04-03 1982-08-10 Codex Corporation Time recovery circuitry in a modem receiver
US4349916A (en) * 1980-08-06 1982-09-14 The United States Of America As Represented By The Secretary Of The Air Force Adaptive interference tracker for suppression of narrow band interference
US4334313A (en) * 1980-09-08 1982-06-08 Bell Telephone Laboratories, Incorporated Timing recovery technique
CA1181817A (en) * 1982-04-28 1985-01-29 John D. Mcnicol Intermediate frequency slope compensation control arrangements
US4467441A (en) * 1982-10-08 1984-08-21 At&T Bell Laboratories Adaptive filter including controlled tap coefficient leakage
US4550415A (en) * 1983-11-16 1985-10-29 At&T Bell Laboratories Fractionally spaced equalization using nyquist-rate coefficient updating
US4564952A (en) * 1983-12-08 1986-01-14 At&T Bell Laboratories Compensation of filter symbol interference by adaptive estimation of received symbol sequences
US4893316A (en) * 1985-04-04 1990-01-09 Motorola, Inc. Digital radio frequency receiver
JPS62502439A (ja) * 1985-04-04 1987-09-17 モトロ−ラ・インコ−ポレ−テッド ディジタルゼロif選択段
US4773034A (en) * 1985-05-09 1988-09-20 American Telephone And Telegraph Company Adaptive equalizer utilizing a plurality of multiplier-accumulator devices
US4835724A (en) * 1985-09-27 1989-05-30 Cogent Systems, Inc. Apparatus and method of quantizing a set of weights for a weighted sun signal processing system
US4807174A (en) * 1985-09-27 1989-02-21 Cogent Systems, Inc. Apparatus and method for quantizing a set of weights for a weighted sum signal processing system
US4759039A (en) * 1986-10-20 1988-07-19 American Telephone & Telegraph Company Simplified recovery of data signals from quadrature-related carrier signals
FR2606238B1 (fr) * 1986-10-31 1988-12-09 Trt Telecom Radio Electr Boucle a verrouillage de phase entierement numerique
US4811362A (en) * 1987-06-15 1989-03-07 Motorola, Inc. Low power digital receiver
US4910752A (en) * 1987-06-15 1990-03-20 Motorola, Inc. Low power digital receiver
JPH02292918A (ja) * 1989-05-08 1990-12-04 Hitachi Ltd 4相変調信号の受信装置
JP2545614B2 (ja) * 1989-09-20 1996-10-23 富士通株式会社 自動等化器のタップ係数保護方式
CA2024997A1 (en) * 1990-03-06 1991-09-07 David J. Pope Adaptive equalisers
AU634032B2 (en) * 1990-03-06 1993-02-11 Australian And Overseas Telecommunications Corporation Limited Improvements to adaptive equalisers
JPH04185011A (ja) * 1990-11-20 1992-07-01 Nec Corp 適応フィルタの発散防止方法及び装置
FR2680618B1 (fr) * 1991-08-19 1993-11-19 Sgs Thomson Microelectronics Sa Procede et circuit d'adaptation de coefficient dans un egaliseur de modem.
US5524124A (en) * 1993-11-17 1996-06-04 Signal Science, Inc. Multiple-filter equalizer for structured digitally modulated signals
JP3462937B2 (ja) * 1994-09-27 2003-11-05 富士通株式会社 自動振幅等化器
US5710794A (en) * 1995-04-28 1998-01-20 Lucent Technologies Initial phase-loading circuit for a fractionally-spaced linear equalizer
IT1294878B1 (it) * 1997-09-19 1999-04-23 Alsthom Cge Alcatel Metodo per la stabilizzazione del funzionamento di equalizzatori a spaziatura frazionata e relativo sistema di implementazione.
DE102008006428B4 (de) 2008-01-28 2015-02-26 Entropic Communications, Inc. Schaltungsanordnung zum Entzerren eines modulierten Signals
US8798122B2 (en) * 2008-12-09 2014-08-05 Telefonaktiebolaget L M Ericsson (Publ) Symbol-timing recovery techniques for multi-branch receivers
CN109547384B (zh) * 2018-11-09 2021-06-04 重庆工商大学 基于m序列的优化16-QAM序列的构造方法

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US363105A (en) * 1887-05-17 Hoisting-bucket
US3633105A (en) * 1970-04-01 1972-01-04 Gte Automatic Electric Lab Inc Digital adaptive equalizer system
DE2541510A1 (de) * 1974-09-17 1976-03-25 Westinghouse Electric Corp Verarbeitungssystem fuer diskrete analogsignale
JPS5146047A (nl) * 1974-10-18 1976-04-20 Nippon Electric Co
US4145747A (en) * 1975-03-25 1979-03-20 Kokusai Denshin Denwa Kabushiki Kaisha Method for establishing a tap coefficient of an adaptive automatic equalizer

Also Published As

Publication number Publication date
AU532410B2 (en) 1983-09-29
BE881965A (fr) 1980-06-16
JPS56500036A (nl) 1981-01-08
IL59478A (en) 1982-07-30
ES489085A0 (es) 1981-02-16
FR2450532A1 (fr) 1980-09-26
JPS598090B2 (ja) 1984-02-22
SE426279B (sv) 1982-12-20
SE8007674L (sv) 1980-10-31
CA1126826A (en) 1982-06-29
US4237554A (en) 1980-12-02
DE3034342C2 (nl) 1988-05-19
IT1140766B (it) 1986-10-10
FR2450532B1 (nl) 1984-05-04
AU5556780A (en) 1980-09-04
GB2060323A (en) 1981-04-29
WO1980001863A1 (en) 1980-09-04
GB2060323B (en) 1983-04-20
ES8103526A1 (es) 1981-02-16
IT8020310A0 (it) 1980-02-29
DE3034342T1 (de) 1981-04-09

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8020075A (nl) Coeefficieent taplek voor egalisators met gefractioneerde afstanden.
EP0216183B1 (en) Decision feedback equalizer with a pattern detector
EP0125722B1 (fr) Circuit d&#39;égalisation adaptative et de démodulation conjointes
US6144697A (en) Equalization techniques to reduce intersymbol interference
US20190074903A1 (en) Transmission characteristic compensation apparatus, transmission characteristic compensation method, and communication apparatus
EP0125723B1 (fr) Dispositif d&#39;égalisation en fréquence porteuse commandé à partir de la bande de base
US5631610A (en) Single side-band modulation system for use in digitally implemented multicarrier transmission systems
SE427077B (sv) Anleggning for dataoverforing medelst en vinkelmodulerad bervag med konstant amplitud
EP3506174B1 (fr) Système de démodulation ou de recherche en aveugle des caractéristiques de signaux de télécommunication numérique
FR2524742A1 (fr) Procede de transmission de donnees en duplex sur un circuit telephonique commute et modem correspondant
CN104348771A (zh) 对信号进行编码的方法和装置
NL8002479A (nl) Werkwijze ter compensatie van faseverstoringen aan de ontvangstzijde van een gegevenstransmissiekanaal.
EP0599722B1 (fr) Dispositif de récupération du rythme baud dans un récepteur pour modem
FR2468258A1 (fr) Circuit de correction des bruits de phase pour un systeme de transmission
JPH0429263B2 (nl)
EP0080544B1 (fr) Procédé de réception d&#39;un signal de données en modulation à double bande latérale-porteuses en quadrature
US4306307A (en) Method of reducing phase noise at the receiver end of a data transmission system
JPS58501850A (ja) 二重通信のデイジタル情報の伝送において適応的エコ−消去を与える方法とこの方法を実行する装置
EP0127544B1 (fr) Annuleur d&#39;écho à filtre numérique adaptatif pour système de transmission
FR3076412A1 (fr) Système de démodulation aveugle de signaux de télécommunication numérique
Amini et al. A BFSK neural network demodulator with fast training hints
EP0244057A2 (en) Communication system, receiver and transmitter and method of data retrieval
FR2683689A1 (fr) Procede d&#39;egalisation frequentielle d&#39;un canal de transmission numerique et emetteur et recepteur pour la mise en óoeuvre du procede.
EP3506173A1 (fr) Système de démodulation aveugle de signaux de télécommunication numérique
Ekşim et al. Buffered multi-layered modified constant modulus algorithm

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
A85 Still pending on 85-01-01
BV The patent application has lapsed