NL8006942A - Verbeterde terugstralingsmeter met rechtstreekse aflezing. - Google Patents

Description

Lx 5767

Verbeterde_terugstralingsmeterjnet_rechtstreekse_af lezing. _

De uitvinding heeft betrekking op een verbeterde terug-stralingsmeter met rechtstreekse aflezing voor het meten van de te-rugstralingswaarde of -graad resp. de nachtelijke zichtbaarheid van op een wegoppervlak aangebrachte verf van wegmerkt ekens, en dit onder 5 omstandigheden, die de werkelijke omstandigheden van verlichting en zichtbaarheid van deze merktekens voor een bestuurder van een motorvoertuig nabootsen* De meting van de terugstralingswaarde of -graad wordt rechtstreeks op het te onderzoeken·monster uitgevoerd, waarbij de noodzaak van een vergelijkingsmonster vervalt, en dus ook de nood-10 zaak van de nulstelling van het meettoestel voor elke meting. Het is verder mogelijk de invalshoek van de straal te veranderen, teneinde de werkelijke omstandigheden, die met verschillende hoogten en/of Hodóstanden van voertuigkoplampen van verschillende soort overeenkomen, na te bootsen,- terwijl ook de hoek van de opnemende fotocel ten 15 opzichte van de teruggestmalde straal kan worden gewijzigd, hetgeen overeenkomt met het nabootsen van de gezichtshoek van de bestuurder, teneinde aldus de waarde van de afwijkingshoek tussen de invallende straal en de teruggestraahie straal te kunnen beïnvloeden. De verkregen meetuitkomsten worden verwerkt, opgeslagen en overgedragen, d*w*z. 20 voor het aflezen op een weergeeftoestel van willekeurige soort beschikbaar gemaakt.

De produkten, die gewoonlijk worden gebruikt voor het uitvoeren van een horizontale en/of vertikale bebakening van wegen, vliegvelden of dergelijke, omvatten in hoofdzaak verfsoorten, die 25 worden gekenmerkt doordat daarin lichamen van een meer of minder bepaalde vorm zijn opgenomen, zoals bijvoorbeeld glasbolletjes, die in staat zijn een deel van het in een invallende straal aanwezige licht weer naar de lichtbron terug te zenden. Een dergelijk verschijnsel wordt wel terugstraling genoemd. Bij de praktische uitvoering 30 daarvan komt de hoeveelheid teruggestraald licht overeen met de nachtelijke zichtbaarheid van het desbetreffende teken bij bestraling ervan door koplampen van de desbetreffende voertuigen (zoals motorvoertuigen, en voorts ook vliegtuigen tijdens het rollen en het landen met zicht).

35 Zowel bij het wetenschappelijk onderzoek en het uitwerken van nlannen als bil da uilvos-Hno· Haanran «n h-i i bo-h -ηασααη wan do - 2 - toestand en van de doeltreffendheid van de bebakening, ontstaat de moeilijkheid van het meten van de terngstralingsgraad, d.w.z. van de nachtelijke zichtbaarheid van de op het wegdek aangebrachte produk-ten voor het verkrijgen van het merkteken, zoals bijvoorbeeld langs-5 lijnen voor het begrenzen van verkeersbanen, of al dan niet doorlopende dwarslijnen of dergelijke.

Dergelijke onderzoekingen en metingen moeten onder zodanige omstandigheden worden uitgevoerd, dat de verschijnselen kunnen worden herhaald, en dat de gegevens onderling vergelijkbaar worden, onder 10 vermijding van elke persoonlijke beoordeling door de onderzoekende persoon.

Er zijn reeds toestellen voor het meten van de terugstraling bekend, waarbij de meting wordt verkregen op grondslag van een vergelijking tussen de hoeveelheid licht, die door een monster van 15 het onderzochte produkt wordt teruggestraald, en het door een verge-lijkingsmonster teruggestraalde lichthoeveelheid, bijvoorbeeld een plaatje met een ondoorzichtig witte kleur, waarbij de beide monsters onder dezelfde omstandigheden van zichtbaarheid voor bestuurders van voertuigen worden belicht, rekening houdend met de spreidingshoek 20 of de afwijkingshoek tussen de invallende en de teruggestraalde bundel of stralen.

De teruggestraalde straal wordt door een foto-element opgevangen, waarbij de waarde van de terugstraling wordt afgelezen en weergegeven door middel van een daarmede verbonden meettoestel. Der-25 gelijke bekende terugstralingsmeters hebben echter verschillende bezwaren, die door het gebruik van een terugstralingsmeter volgens de uitvinding met rechtstreekse aflezing kunnen worden vermeden: (a) Bij de bekende terugstralingsmeters worden de invallende en de teruggestraalde straal met behulp van lenzen-, prisma- of spiegel- 30 stelsels of dergelijke verdicht en geleid, die zodanig zijn, dat een vergelijking tussen de belichtingsomstandigheden van het monster binnen het toestel en die van de feitelijke zichtbaarheid door een mo-torvoertuigbestuurder aanmerkelijk wordt beïnvloed.

(b) De meting van de terugstralingsgraad wordt bepaald door verge-35 lijking met een monster, dat niet op grond van algemeen aanvaarde afspraken is genormaliseerd, zodat dit kan .veranderen, bijvoorbeeld tengevolge van vervormingen en/of door de aanwezigheid van vreemde stoffen daarop zoals stof, vet e.d., of tengevolge van kleurveranderingen. Het is derhalve niet mogelijk dergelijke waarden met elkaar 8 0 069 4 2 * 4 - 3 - te vergelijken, niet alleen wanneer deze met toestellen van verskillende soort zijn verkregen, ‘doch ook wanneer deze, toestellen van dezelfde soort zijn, terwijl het zelfs raogelijk is dat metingen, die met hetzelfde toestel doch op verschillende tijdstippen zijn gedaan, 5 evenmin met elkaar vergelijkbaar zijn. Voorts eisen dergelijke bekende toestellen voor het gebruik een nulstelling ervan met betrekking tot het vergelijkingsmonster, en het onderzoeken van de zuiver-heidsgraad en/of de bewaringstoestand en de nauwkeurige stand van het te onderzoeken monster, welke bewerkingen door de uitvoerder kunnen 10 worden beïnvloed, waardoor de betrouwbaarheid van de metingen wordt verminderd, dit ten nadele van de nauwkeurige herhaalbaarheid van de metingen.

(c) De hoeken van de invallende en van de teruggestraalde straal liggen vast, zodat het niet mogelijk is het toestel op metingen on-15 der andere zichtomstandigheden in te stellen, bijvoorbeeld omsteindigheden, die met de feitelijke zichtbaarheidsomstandigheden van de bestuurder van een personenvoertuig dan wel van een vrachtvoertuig overeenkomen, of zichtbaarheidsomstandigheden, die overeenkomen met het gebruik van mistlampen, alsmede de zichtomstandigheden voor het 20 geval van een vliegtuigbestuurder.

De uitvinding beoogt een terugstralingsmeter met rechtstreekse aflezing te verschaffen, dat eenvoudig van opbouw, en gemakkelijk en zuinig in het gebruik is, waarbij de lichtbron, de invallende straal en de teruggestraalde straal nauwkeurig aan de werke-25 lijke verlichtings-en zichtbaarheidsomstandigheden in een voertuig kunnen worden aangepast, terwijl voorts geen optische stelsels voor het bundelen en richten van de lichtbundels meer vereist zijn. Voorts geschiedt de bepaling van de terugstralingsgraad rechtstreeks op het te onderzoeken monster, waardoor de noodzaak van een vergelijkings-50 monster wegvalt, zodat het mogelijk wordt de invalshoek van de invallende straal te veranderen zonder de spreidings- of afwijkings-, hoek te wijzigen, daar het verder mogelijk is naar willekeur deze hoek aan verschillende praktische omstandigheden aan te passen.

De uitvinding zal in het onderstaande nader worden toege-35 licht aan de hand van een tekening; hierin toont: fig. 1 een afbeelding in perspectief van de voor-, zij- en bovenwand van een toestel volgens de uitvinding; fig. 2 en 3 een boven- resp. zijaanzicht van het toestel van fig. 1; Λ Λ Λ .

8 0 065 4 ? - if - fig. if een doorsnede volgens de lijn IV-IV van fig. 2; en fig. 5 een blokschema van een voedings- en opneemketen van het toestel van fig. 1.

Het toestel volgens de uitvinding wordt, afhankelijk van 5 de.wijze van werken, gevoed vanuit het wisselstroomnet, dan wel van-uifcteen oplaadbare droge batterij, die over de voedingsketen kan zijn geschakeld. Dit toestel bestaat in hoofdzaak uit een kast 1, die ondoorlatend is voor licht, en die aan de benedenzijde nabij een van de uiteinden een rechthoekig venster 2 bezit, dat is ontgeven met een 10 rand 3 uit een voldoende veerkrachtig materiaal, dat zich aan een wegoppervlak of dergelijke kan vasthechten, teneinde aldus elk binnendringen van licht naar het inwendige van het toestel te onderdrukken. De rand 3 kan echter ook zijn uitgevoerd als een balg, zoals deze ook bij fototoestellen wordt gebruikt.

15 De kast 1 bezit, en dit bij voorkeur nabij dat uiteinde, dat tegenover het gedeelte ligt, waar zich het venster 2 bevindt, in het bovengedeelte een uitsteeksel, waarop zich een bedienings- en afleesbord bevindt. In het bovengedeelte van de kast bevindt zich verder een handgreep 5 voor het vervoeren van het toestel, en twee . o 20 buisvormige luchtbelwaterpassen 6 en 7, die onder een hoek van 90 zijn opgesteld, en dienen voor het nagaan van de horizontale stand van het toestel zelf, wanneer het op de grond staat, en dit in zowel de langs- als de dwarsrichting.

Het toestel kan horizontaal worden gesteld met behulp van 25 knoppen 8, die elk met een stelschroef van de gangbare soort zijn verbonden, waarbij deze schroeven zolang worden bediend, totdat de luchtbellen van de waterpassen nauwkeurig in het midden zijn gelegen.

Zoals uit fig. 4 blijkt, bevindt zich in het inwendige van de kast 1 een stijve stang 9, die rond een scharnieras 10 draaibaar 30 is, op welke stang een steun 11 is aangebracht, die een parabolische spiegel 12 met een aansluiting 13 voor een lamp 14 draagt.

Bij voorkeur is het spiegelende oppervlak van de spiegel 12 - geen gelijkmatig spiegelend oppervlak, doch een op bekende wijze ‘ geprofileerd spiegeloppervlak, dat een aantal deelrlakjes omvat, die 35 bijvoorbeeld de vorm van zeshoeken hebben, en bij wijze van een honingraat op elkaar aansluiten, een en ander zodanig, dat de grootte van de lichtstroom zoveel mogelijk gelijk blijft aan de uitgezonden lichtstroom.

Voor de spiegel 12 en tussen deze spiegel en het scharnier- 8 0 069 4 2 4 * “ 5 - punt 10 is een steun 15 voor een convergerende lens 16 aangebracht, waarbij de afstand tot de bron zodanig is gekozen, dat bet venster 2, dat op een te meten oppervlak 20 is geplaatst, de grootste hoeveelheid van het uitgezonden licht ontvangt, terwijl strooiing wordt ver-5 meden, en de optische afstand tussen de bron en het venster zelf wordt verkleind.

De bekende toestellen verschaffen een hoekstand van de invallende straal van rond 3°.Λ°, terwijl, in werkelijkheid de invalshoek van de lichtbundel van een voertuiglamp, gemeten tussen het 10 brandpunt van de parabolische spiegel en het punt, dat proefondervindelijk overeenkomt met het midden van het' gebied met- grootste vèrlich-tingssterkte, tussen 9° en 11° is gelegen. Voorts houden dergelijke toestellen, geen rekening met het feit, dat de zichtbaarheidspmstan-digheden, zoals reeds is gezegd, afhankelijk van de door de aard van 1$ het voertuig bepaalde stuurstand kunnen veranderen.

ijet toestel' volgens de uitvinding-is daarentegen zodanig uitgevoerd, dat aaule helling, van de invallende lichtbundel of -straal, die in de ideale toestand door een onderbroken lijn 17 is weergegeven, een bepaald aantal hoekwaarden α kan worden gegeven, welke 20 hoekwaarden tijdens het in elkaar zetten en/of regelen van het toestel kunnen worden ingesteld, waardoor wordt vermeden, dat men zich aan meetfouten blootstelt.

De gekozen hoekstanden laten toe de werkelijke omstandigheden na te bootsen, die overeenkomen met verschillende plaatsings-25 hoogten en ashellingen van de lichtbronnen, en in het bijzonder ook met .lampen van verschillende klassen, bijvoorbeeld van personenvoertuigen, vrachtwagens, vliegtuigen e.d., en/of van verschillende lamp-soorten, zoals bijvoorbeeld lampen voor afstand- of nabijlicht, mistlampen en dergelijke meer. Daartoe kan de stang 9> waarop de para-30 boolspiegel 12 en de convergerende lens 16 voor het afbeelden van de lichtbron zijn aangebracht, rond de as van het scharnier 10 beweegbaar zijn, welk scharnier op de bodemplaat van de kast 1 is bevestigd, zodat leze stang dan in· bepaalde· hoekstanden kan worden opgesteld, zoals bijvoorbeeld 11°, 13*5° 16°.

35 Tijdens het gebruik kan een verandering van de ene hoekstand naar een andere worden verkregen met behulp van een instelraiddell8, dat bestaat uit een mechanische en/of elektromecha-nische inrichting van bekende vorm, die van buitenaf met behulp van drukknoppen 19 kan worden bediend, waarvan er bijvoorbeeld drie o η Λ ίί n /. o - 6 - overeenkomen met drie verschillende vaste hoekstanden van de stang 19i terwijl de vierde knop bij het indrukken ervan rond de as kan draaien, en dient voor het uitvoeren van een ijkbewerking en/of voor het uitkiezen van een ander samenstel van hoekstanden, welke knop 5 na het loslaten in een van de standen wordt vastgehouden om ontrege-lingen en/of toevallige veranderingen te vermijden.

Binnen de kast 1 bevindt zich verder een steun 21 in de vorm van een omgekeerde U, waarop een horizontale scharnieras 22 is aangebracht, waaraan een plaatje 23 is bevestigd, dat tenminste een 10 foto-element 2b draagt, dat de teruggestraalde lichtstraal kan opvangen, die door een onderbroken lijn 25 is weergegeven.

De draaiing van de as 22 kan van buitenaf tot stand worden gebracht met behulp van een aan deze as vastgemaakte knop 26. Deze knop 26 kan in bepaalde standen worden vastgezet, betrokken op de 15 verschillende hoekstanden van de stang 9j en dus van de invallende straal, waartoe een geschikte schaalverdeling 27 is aangebracht, die met de hoekstanden van het plaatje 23 overeenkomt.

In de knop 26 is een wfri jvingsonderdeel opgenomen, dat het vastleggen van de hoekstanden en/of een keus van een andere 20 groep van hoekstanden van plaatje 23 toelaat. Aldus is het toestel volgens de uitvinding op een wijze, die overeenkomt met die voor het veranderen van de hoekstand van de invallende straal, ingericht voor het veranderen van de hoekstand van het foto-element 2b ten opzichte van de teruggestraalde straal 25* waarbij dan de grootte van. de af-25 wijkingshoek β - cc tussen de invallende en de teruggestraalde straal kan worden ingesteld. De hoek β is de hoek tussen de teruggestraalde straal 25 en het horizontale vlak.

Bij voorkeur wordt de stand van het foto-element 2b ten opzichte van de richting van de teruggestraalde straal 25, en afhanke-30 lijk van de ligging van het brandpunt van de lens 16 ten opzichte van het snijpunt van de diagonalen van het monster 20, dat door het venster 2 wordt begrensd, zodanig gekozen, dat het foto-element 2b een teruggestraalde lichtkegel opvangt, die voldoende klein is om het gebruik van optische stelsels te vermijden, die een deel van de 35 lichtstroom zouden absorberen, en daardoor de nauwkeurigheid van de meting zouden beïnvloeden.

Bij 30 is een schakelaar aangegeven, waarmede de wijze van voeding van het toestel kan worden ingesteld, en wel vanuit het licht-net dan wel vanuit een batterij 311 die in het toestel is opgenomen, 8 0 069 4 2 - 7 - •i i‘ en die door middel van een laadketen met de netaansluiting kan zijn verbonden. Voorts is een drukknop 32 van een tijdschakelaar 33 aanwezig, die de inschakeling van de lamp 14 gedurende een vaste tijd bestuurt. Een tweestanjdedtsofcaQcelaar3^ dient voor het in- resp. uit-5 schakelen van deze tijdschakelaar 33» terwijl een tweestandenschake-laar 35 dient om de lamp 14 onafhankelijk van de tijdschakelaar te kunnen inschakelen, wanneer met behulp van de schakelaar 34 deze tijdschakelaar is uitgeschakeld·

Bij 36 is een vastzetbare instelknop van een regeltrans-10 formator aangegeven, waarmede de sterkte van de naar de lamp 14 gezonden stroom kan worden ingesteld. Een voltmeter 37 dient voor· het aflezen van de spanning tijdens de werking, dan wel van de ladings-spanning tijdens het laden van de batterij 31· Een stroommeter 38 dient voor het meten van het stroomverbruik van de lamp 14, waaruit 15 de lichtsterkte kan worden afgeleid, terwijl daarmede tevens tijdens het laden van de batterij 31 de laadstroom kan worden bepaald. Een afleesmiddel 39» in het afgeheelde geval van digitale soort, dient voor het weergeven van de vastgestelde meetwaarden, waarbij het raeetwaardengebied met behulp van een knop 40 kan worden ingesteld, 20 waarbij de stabiliteit voldoende is om een aflezing tot in de tweede decimaal mogelijk te maken.

Een tweestandenschakelaar 4-1 dient voor het in- en uitschakelen van het afleestoestel 39» terwijl lampjes 42 aangeven, of de tegenoverliggende schakelaars 34, 35» 41 en 32 in de ingeschakelde 25 stand staan.

Fig. 5 toont het blokschema van het elektrische gedeelte van dit toestel. Daarbij dient een transformator 43 voor het verminderen yan de netspanning tot 25 V, welke wisselspanning in een gelijkrichter '44 mefc afvlakfilter 45 wordt gelijkgericht. Aan de 30 uitgang van hst filter 45 bevindt zich de aansluiting voor het laden van de batterij 31» alsmede de schakelaar 30· Wanneer de stroomvoorziening is ingeschakeld, wordt deze over drie takken verdeeld, waarvan de ene naar een blok 46 wordt gevoerd, dat een geïntegreerde keten voorstelt, die voor spanningstabilisatie en stroom- en tempera-35 tuurbeveiliging dient. Een tweede tak voert naar een blok 47 met een geïntegreerde keten, waarmede weer een spanningstabilisatie en stroom- en temperatuurbeveiliging wordt verschaft, welke keten met een vermogenstransistor 48 is verbonden (zie fig. 2 en 3)> die aan de buitenzijde van het toestel is opgesteld, en van koelribben 49 fl η n « ö /, o - 8 - is voorzien. De derde tak vpert naar een blok 50« dat eveneens een geïntegreerde .stabilisatieketen met stroom- en temperatuurbeveiliging voorstelt. De spanningen van deze drie ketens 46, 47 en 50 zijn bijvoorbeeld 15» 25 resp. 5 V.

5 De uitgang van het blok 46 is met een blok 51 verbonden, waarmede de gelijkspanning in een geschikte wisselspanning wordt omgevormd, en dat met het fo.to-element 24 in. verbinding staat.

Vanneer het inwendige van de kast 1 donker is, levert het foto-element 24 aan de trap 51 een hoge spanning, waardoor de werking 10 ervan wordt verhinderd, terwijl, wanneer licht van de teruggestraalde straal 25 op het element 24 valt, de stuurspanning van de trap 51 afneemt, een en ander zodanig, dat aan de uitgang ervan impulsen verschijnen, waarbij een lineaire betrekking beataat tussen deze impulsen en de stuur spanning, en dus de sterkte van de teruggstraalde 15 straal, die het foto-element bereikt.

De impulsen aan de uitgang van de trap 51 worden naar een elektronische schakelaar·52 gezonden, die gedurende een door de tijd-schakelaar 33 bepaalde tijd wordt ingeschakeld, waarna de impulsen worden gefilterd, geteld, gedecodeerd en opgeslagen in een logische 20 besturingsketen 53» aan de uitgang waarvan de gegevens beschikbaar zijn, die dan op het weergeeftoestel 39 zichtbaar kunnen worden gemaakt .

Met behulp van de regeltransformator 36 aan de uitgang van het blok 47 kan de naar de lamp 14 gezonden stroom worden ingesteld, 25 en derhalve ook de sterkte van het uitgestraalde licht. Dit is van belang, daar de lichtsterkte van de lamp en de door de tijdschakelaar 33 bepaalde inschakeltijd de belangrijkste faktoren zijn, die vast moeten blijven, teneinde herhaalbare metingen te kunnen verschaffen.

Wanneer een van deze faktoren wordt veranderd, bijvoor-30 beeld de inschakeltijd bij gelijkblijvende lichtsterkte, dan zal het foto-element niet meer beantwoorden aan de optimale meting, die proefondervindelijk is vastgesteld, aangezien bij een langere belichtingstijd ook ongewenste lichtvormen, zoals bijvoorbeeld strooilicht, zouden worden vastgesteld, terwijl bovendien de sterkte van het te-35 ruggestraalde licht onjuist zou worden weergegeven. De lamp 14 kan worden vervangen door een andere, afhankelijk van de verlichtings-wijze, die moet worden nagebootst, waarbij uiteraard de lichtsterkte-verdeling en de bestraalde bestanddelen van het uitgezonden licht vooraf in het laboratorium dienen te zijn vastgesteld.

80 069 4 2 ** 9 ** «

De terugstraling of nachtelijke zichtbaarheid van het onderzochte monster wordt weergegeven op de afleesschaal 39» die loopt van de waarde 0, overeenkomend met 100 % terugstraling, tot de waarde 10, overeenkomend met 100 % duisternis of zwartheid, welke laatste 5 bij uitgeschakelde lamp in het inwendige van de kast 1 heerst, wanneer de binnenwanden ervan matzwart zijn uitgevoerd, en de rand 3 lichtdicht op het oppervlak van het monster aansluit.

In zekere zin kan worden gezegd, dat het aldus uitgevoerde toestel het verschil in duisternis of zwartheid binnen de kast met 10 resp. zonder de lichtflits van de lamp meet.

Op deze wijze wordt een rechtstreekse meting van de terugstraling van het onderzochte monster verkregen, zonder dat een ver-gelijkingsmeting met een vergelijkingsmonster vereist is, zodat het meettoestel ook niet tussentijds weer op 0 behoeft te worden terug-15 gesteld, waardoor meetfouten kunnen worden vermeden.

Bij een andere uitvoeringsvorm volgens de uitvinding wordt met een aantal foto-elementen 2k gewerkt, die onderling in serie zijn geschakeld, en die elk een deel van het teruggestraalde licht kunnen opvangen, teneinde voor elk meetveldgedeelte een afzonderlij-20 ke waarde te verkrijgen. Deze waarden worden vervolgens in logische waarden omgevormd, die bij elkaar kunnen worden opgeteld. Deze tweede uitvoeringsvorm laat een grondiger onderzoek van het gedrag van het monster toe.

Bij het in het voorgaande beschreven uitvoeringsvoorbeeld 25 van het toestel volgens de uitvinding zijn alle onderdelen, waaruit de terugstralingsmeter is opgebouwd,tot een geheel verenigd..Het is echter ook mogelijk dit toestel uit verschillende onderling gescheiden delen op te bouwen, bijvoorbeeld een meetgedeelte en een voedings-gedeelte, terwijl ook de besturings- en afleesonderdelen op een 30 draagbare ondersteuning kunnen worden aangebracht, en door middel van kabels met de meetkast kunnen worden verbonden.

Voorts kan het meettoestel volgens de uitvinding beweegbaar op een van wielen voorzien onderstel worden aangebracht, teneinde met de bodem in aanraking te kunnen worden gebracht resp. daarvan 35 te worden verwijderd, waartoe in het bijzonder van een tandsegment en een bijbehorende tandheugel gebruik kan worden gemaakt, dan wel van een olie- of luchtcilinder, waarmede deze bewegingen tot stand kunnen worden gebracht.

8 0 069 4 2

Claims (6)

1. Terugstralingsmeter met rechtstreekse aflezing voor het bepalen van de terugstraling van een op een wegdek of dergelijke aangebracht merkteken, omvattende een lichtdichte kast of kamer met in de bodem een rechthoekige opening of venster, waarvan de omtrek van een 5 rand uit veerkrachtig en lichtdicht materiaal is voorzien, die op het te onderzoeken oppervlak lichtdicht kan aansluiten, gekenmerkt door een lichtbron (12, 14), die op het ene uiteinde van een stang (9) is bevestigd, waarvan het andere uiteinde met behulp van een scharnier (10) aan de kast (1) is bevestigd, en aldus in een vlak 10 loodrecht op het vlak van het venster (2) scharnierend is, welk venster het te meten monsteroppervlak (20) begrenst, door een op deze stang (9) aangebrachte lens (16), die het licht (17) van de lichtbron (12, 14) naar het monster (kO) kan richten en lichtspreiding voorkomt, door een van buitenaf te bedienen instelmiddel (18, 19) voor het in-15 stellen van de helling van de stang (9) ten opzichte van het vlak van het monster (20), door tenminste één foto-element (24), dat is ingericht om het door het monster (20) teruggestraalde licht (25) op te vangen, welke fotocel is ondersteund op een as (22), die in hoofdzaak evenwijdig aan het vlak van het venster (2) en loodrecht op de 20 stang (9) verloopt, en daarbij zodanig ten opzichte van de lens (16) en het venster (2) is opgesteld, dat dit foto-element (24) een voldoende smalle uitgestraalde lichtkegel ontvangt om verdere bundelings-middelen overbodig te maken, welke as (22) van een uitwendig bedienings-middel (26) is voorzien om de hoekstand van het foto-element (24) in 25 overeenstemming met de hellingshoek van de stang (9) te kunnen instellen, en door middelen voor het verwerken en weergeven van de uitgangssignalen van deze fotocel(24).

2. Toestel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat daarmede de belichtings- en nachtelijke waarnemingsomstandigheden voor een 30 voertuigbestuurder in het geval van op het wegdek aangebrachte merktekens kunnen worden nagebootst, dat de meting van de terugstralings-graad rechtstreeks op het te onderzoeken monster wordt uitgevoerd, zonder toepassing van een vergelijkingsmonster, en dat de invalshoek (off) van de invallende lichtstraal en de hoek van het fotö-element 35 ten opzichte van de teruggestraalde straal zodanig kunnen worden ingesteld, dat aldus de waamemingshoek van een voertuigbestuurder kan worden nagebootst, waarbij de verschilhoek ( β - α) tussen de invallende en de teruggestraalde straal kan worden veranderd, ft η η λ o / o . — 11 —

3· Toestel volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de optimale:waarden van de invalshoek (11°, 13i5° ©n 16°) zijn, en ’ w t dat de instelmiddelën (8) door de stang (9) zijn ingericht voor het instellen van deze hoeken.

3 Toestelvolgens eenvan.de conclusies 1..3j gekenmerkt door een tijdschakelaar voor het besturen van de inschakeltijd van de lichtbron (12, 1½), welke tijdschakelaar is ingericht om de lichtbron • Kortstondig, bijvoorbeeld gedurende 20 s, in te schakelen, en vervol- ' gens het toestel weer in de rusttoestand te brengen. 10 5· Toestel volgens een van de conclusies 1..4, gekenmerkt ioor een aantal foto-elementen (2*0, die elk een deel van het teruggestraalde licht kunnen opvangen, en waarbij de uitgangssignalen van deze verschillende cellen desgewenst afzonderlijk kunnen worden verwerkt en samengevoegd.

6. Toestel volgens een van de conclusies 1 ..5, met het ken merk, dat deze uit een aantal afzonderlijke delen bestaat, waarbij één deel de meetkamer, en een ander deel de besturings- en aflees-onderdelen omvat.

7· Toestel volgens een van de conclusies 1..6, gekenmerkt · 20 door een beweegbare verbinding met een op wielen geplaatst onderstel, een en ander zodanig, dat de opening van de meetkamer naar wens met de bodem in aanraking kan worden gebracht, waarbij middelen aanwezig imijn om de meetkamer naar en van de bodem te bewegen. 8006942