NL8004640A - Wandelement. - Google Patents

Description

VOB 0656 - 1 - r ^ * £" • j

Wandelement.

De uitvinding heeft betrekking op een vandelement van het type' dat van te voren gefabriceerd kan worden, waarna uit een aantal soortgelijke vandelementen op de bouwplaats snel een wand kan worden opgebouwd.

5 Bekend zijn wandel ement en .opgebouwd uit twee op afstand van elkaar geplaatste platen van bij' voorbeeld triplex, waartussen isolerend materiaal kan worden aangebracht en die gevat zijn in een aluminium frame. Dergelijke bekende vandelementen zijn echter niet dragend, terwijl door de toepassing van aluminium 10 voor het frame de isolerende eigenschappen te wensen overlaten.

Voorts zijn voor het plaatsen van dergelijke bekende vandelementen metaalbewerkingsgereedschappen nodig.

De uitvinding beoogt de geschetste bezwaren te ondervangen.

Hiertoe wordt volgens de uitvinding een wandelement van de 15 beschreven soort gekenmerkt door tenminste twee houten stijlen, die zijn voorzien van buitenwaarts gekeerde haaksponningen en die aan weerszijden zijn verbonden door de stijlen zodanig overlappende en daarmee verbonden afdekplaten, dat de haaksponningen vrij blijven.

20 In het volgende zal de uitvinding nader worden beschreven met verwijzing naar de bijgevoegde tekening van een uitvoerings-voorbeeld.

Fig. 1 toont schematisch in doorsnede de opbouw van een wandelement volgens de uitvinding alsmede de wijze waarop twee 25 van dergelijke vandelementen aan elkaar worden bevestigd; fig. 2 toont op welke wijze een wandelement volgens de uitvinding op een vloer kan worden bevestigd; fig. 3 toont op welke wijze een wandelement volgens de uitvinding aan een dwarsmuur kan worden bevestigd, en 30 fig. b toont een andere bevestigingswijze aan een 8004640 - 2 - '*"j dwarsmuur. .

Fig. 1 toont schematisch in doorsnede en niet op schaal een voorbeeld van een wandelement 1 volgens de uitvinding en gedeeltelijk een daaraan bevestigd soorgelijk wandelement 2. De 5 wandelementen omvatten elk twee houten randstijlen 3 en die zijn voorzien van aan de buitenste lange zijde gevormde haakvormige sponningen, zodat de stijlen van naast elkaar geplaatste wandelementen in elkaar grijpen. In fig. 1 is aangegeven op welke wijze de stijl 3’ van het wandelement 2 grijpt in de stijl 10 k van het wandelement 1. De stijlen 3 en Ij· zijn aan elkaar ' gekoppeld door aan weerszijden aangebrachte platen 5 en 6, die op de stijlen kunnen zijn gespijkerd, geschroefd, geniet en/of gelijmd. De platen-dekken de corresponderende zijden van de stijlen geheel af, doch laten de sponningen vrij. De sponningen 15 van de twee stijlen van een enkel wandelement zijn bij voorkeur, hoewel niet noodzakelijk, tegengesteld gericht, zoals getoond in fig. 1. Dit biedt het voordeel, dat een steviger wandconstructie wordt verkregen en dat de platen 5 en 6 even groot kunnen-zijn.

Tussen de platen 5 en 6 is bij het weergegeven voorbeeld 20 isolatiemateriaal 7 bevestigd, dat bij voorkeur zowel aan de platen als aan de stijlen is gelijmd en dat bij voorkeur bestaat uit een of meer minerale vezelplaten zoals steenwol- of glaswol-platen in verband met brandveiligheidsvoorschriften.

De platen 5 en 6 kunnen bijvoorbeeld triplexplaten, 25 masonietplaten of spaanplaten zijn. Bij voorkeur worden echter gipskartonplaten gebruikt, omdat die brandwerend zijn en bovendien met stucwerk kunnen worden afgewerkt, zodat een volledig gladde wand zonder naden kan worden verkregen.

Vanzelfsprekend is het mogelijk voor de platen 5 en 6 30 verschillende materialen te gebruiken.

De in het voorgaande beschreven wandelementen zijn zeer geschikt om binnenwanden op te bouwen doch kunnen ook worden gebruikt voor het binnenspouwblad van een buitenmuur en zelfs, bij geschikte keuze van het plaatmateriaal voor de naar buiten 800 4 6 40 - __ - - 3- ί gekeerde zijde, voor het ophouwen van schuren, garages e.d.

Als gevolg van de houten stijlen kunnen dergelijke wanden een dragende functie hebben. Desgewenst kunnen de wandelementen hiertoe tevoren reeds worden voorzien van een op de bovenste 5 kopse uitèinden van de stijlen bevestigde balk. Een dergelijke balk kan echter ook op het werk worden aangebracht of reeds aanwezig zijn als deel van bijvoorbeeld een bovenliggende verdiepingsvloer .

De door het in elkaar haken van de sponningen van de stijlen 10 van twee naast elkaar- geplaatste wandelementen reeds verkregen bevestiging kan nog worden verstevigd door de sponningen aan elkaar vast te spijkeren of te schroeven zoals in fig. 1 bij 8 is aangegeven.

Fig. 2 toont een mogelijke bevestigingswijze van een 15 wandelement volgens de uitvinding op een bestaande vloer. Een wandelement wordt hiertoe op een houten regel 20 geplaatst, die desgewenst op bekende wijze op de vloer kan worden bevestigd. De regel 20 is aan de bovenzijde voorzien van een sleuf waarin het wandelement past. Deze sleuf kan worden verkregen door de regel 20 tot een ondiepe U-vorm uit te frezen of dergelijke, dan wel door afdeklatten te bevestigen, zodat lippen 21 ontstaan die om het wandelement grijpen. Zie fig. 2a. De wandelementen kunnen verdekt aan de regel worden geschroefd of gespijkerd door in de stijlen juist boven de regel een spijker of schroef schuin naar beneden 25 en tot in de regel reikend aan te brengen, zoals getoond in fig.

2b bij 23.

Soortgelijke regels kunnen gebruikt worden om een wandelement op een dwarsmuur aan te sluiten.

Fig. 3 toont een andere mogelijkheid, die toegepast kan 30 worden als een wandelement 'volgens de uitvinding met een stijl tegen een dwarsmuur 30 kan worden geplaatst. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een hulpstijl 31 die met behulp van schroeven of ankers 32 aan de dwarsmuur wordt bevestigd. De hulpstijl 31 is zodanig gevormd dat deze juist de sponning van de corresponderende stijl 3 35 van het wandelement opvult. De hulpstijl kan een zodanige dikte 80 0 4 6 40

τ V

‘ j hebben dat het vrije oppervlak 33 daarvan in een vlak ligt met de binnenzijde van de plaat 5 van het wandelement, zoals getekend in fig. 3. In dat geval kan .ontstane oneffenheid later worden opgevuld. De hulpstijl kan ook dikker zijn zodat het oppervlak 33 5 gelijk ligt met de buitenzijde van de plaat 5·

Een andere mogelijkheid om een wandelement volgens de uitvinding aan een dwarsmuur te bevestigen en die in het bijzonder geschikt is wanneer de dwarsmuur nog van stucwerk moet worden voorzien of anderszins moet worden afgewerkt en/of wanneer een ingekort 10 wandelement tegen de dwarsmuur moet worden bevestigd, is gebruik te maken van metalen beugels zoals getoond in fig.

De in fig. b getoonde beugel bestaat uit een vlakke grond-plaat Uo die bij i+1 en b2 is voorzien van openingen voor bevestiging aan de dwarsmuur met bij' voorbeeld schroeven ij-3. Ie grondplaat 15 draagt'.· tussen openingen twee evenwijdige dwarsplaten kb, die op zodanige afstand van elkaar zijn geplaatst, dat zij juist tussen de platen 5» 6 van een wandelement passen.

Desgewenst kunnen de dwarsplaten ook om het wandelement grijpen, doch zij blijven dan zichtbaar. In dat geval kan ook een 20 regel, zoals in fig. 2 getoond voor bevestiging aan een vloer, worden toegepast. De platen 5, 6 van het wandelement kunnen bij voorbeeld met zelftappende schroeven aan de dwarsplaten bb -van de beugel worden bevestigd, zoals bij b5 in fig. U is aangegeven.

Opgemerkt wordt nog, dat, indien de wandelementen zijn voorzien 25 van gipsplaten, deze bij voorkeur langs de randen zijn afgeschuind, zodat bij afwerking met pleister de kans op latere naadvorming wordt geminimali s eerd.

Naast de reeds genoemde voordelen van de wandelementen volgens de uitvinding kan nog het voordeel worden genoemd, dat 30 het aanbrengen van hang- en sluitwerk voor eventueel aan te brengen deuren zeer eenvoudig is. Ook hebben de wandelementen vólgens de uitvinding goede brandwerende en geluidsisolerende eigenschappen.

-o- 800 4 6 40

Claims (9)

1. Wandelement van het type dat van te voren gefabriceerd kan •worden, waarna uit een aantal soortgelijke wandelementen op de bouwplaats een wand kan worden opgebouwd, gekenmerkt door tenminste twee houten stijlen, die zijn voorzien van buitenwaarts ge- 5 keerde haaksponningen en die aan weerszijden zijn verbonden door de stijlen zodanig overlappende en daarmee verbonden afdekplaten, dat de haaksponningen vrij blijven.

2. Wandelement volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat zich tussen de stijlen en de afdekplaten minerale vezelplaten 10 bevinden.

3. Wandelement volgens conclusie 2, met het kenmerk, d a t de minerale vezelplaten tenminste aan éên der afdekplaten zijn \ gelijmd. Wandelement volgens een .der- voorgaande conclusies, met 15 het kenmerk, dat voor de afdekplaten aan tenminste éên zijde van het wandelement een of meer gips- of gipskartonplaten zijn gebruikt.

5. Wandelement volgens conclusie U, met het kenmerk, dat de gips- of gipskartonplaten aan de op de stijlen aansluitende 20 randen zijn afgeschuind.

6. Wandelement volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de haaksponning van de ene stijl naar de ene zijde van het wandelement en de haaksponning van de andere stijl naar de andere zijde van het wandelement gericht is. 25 7· Wandelement volgens een der voorgaande conclusies, m *e t het kenmerk, dat de kopse uiteinden van de stijlen aan tenminste een der randen van het wandelement zijn verbonden door een ligger.

8. Wandelement met het kenmerk, dat de ligger 30 door de afdekplaten is afgedekt.

9. Houten stijl voor bevestiging van een wandelement volgens één der voorgaande conclusies aan een dwarsmuur gekenmerkt door een zodanige dvarsdoorsnedevorm, dat de haaksponning van een stijl van het wandelement juist wordt opgevuld. 800 4 6 40 *.· ·*» - 6 -

10. Bevest igingsbeugel voor ‘bevestiging van een ingekort wandelement volgens een. der voorgaande conclusies 1 t/m 8 aan een dwars-muur, gekenmerkt door een aan de dwarsmuur bevestigbare metalen grondplaat, welke is voorzien van twee evenwijdige metalen 5 dwarsplaten op een zodanige onderlinge afstand, dat de dwarsplaten elk tegen de binnenzijde van een der af dekplat en van het wandelement komen te liggen in de gemonteerde toestand.

11. Bevestigings element voor bevestiging van een wandelement volgens êén der conclusies 1 t/m 8 aan een vloer, plafond of muur, 10 gekenmerkt door een houten regel met opstaande randen, die om de corresponderende rand van het wandelement grijpen. 800 4 6 40