NL8003773A - Diaraampjes. - Google Patents

Description

Λ- - ι - t

Diaraampjes.

De uitvinding heeft betrekking op diaraampjes met rechthoekig beeldvenster, die uit twee raamhelften zijn samengesteld.

Dergelijke diaraampjes dienen voor het opnemen van 5 rechthoekige diapositieven zowel in liggend formaat als in staand formaat. Het is bekend de beide raamhelften verschillend te houden wat de kleur betreft, en wel zodanig dat een lichte en een donkere raamhelft aanwezig zijn. Deze maatregel dient om ook bij het geringe licht van de pro-10 jector ondubbelzinnig de voorzijde en de achterzijde van de dia van elkaar te kunnen onderscheiden.

Behalve de onderscheiding voorzijde-achterzijde bestaat echter het probleem de juiste stand van het dia-freempje aan te duiden. Bij de vroeger gebruikelijke, om-15 siachtig te hanteren diadekglazen was het gebruikelijk de dekglazen aan drie zijden door middel van zwarte kleef-stroken en aan de vierde zijde, die de bovenzijde aanduidde, door middel van een witte kleefstrook te verbinden. Sedert de genoemde diadekglaasjes door vooraf vervaar-20 - digde diaraampjes zijn vervangen, die bij voorkeur uit kunststof bestaan, is wel eens getracht de diazijde, die * voor de juiste beeldweergave in de diaprojector boven moet zijn, hetzij door kleefetiketten of door lijnen aan te duiden, die zijn aangebracht door middel van viltschrijf-25 inrichtingen of dergelijke apparaten. Deze aanduidingen kunnen echter slechts beperkt worden onderscheiden in een donker gemaakte ruimte onder het zwakke projectorlicht.

Men heeft ook reeds afzonderlijke diaraampjes voor het opnemen van staand formaat diapositieven en liggend formaat 30 diapositieven vervaardigd, waarbij reeds bij het produceren een aanduiding voor de bovenkant is aangebracht. Dit vereist afzonderlijke productie-inrichtingen voor staand formaat en liggend formaat diaraampjes, afzonderlijke verpakking en een afzonderlijke opslag. Daar het de fotograaf 35 vrij staat fotografische opnamen willekeurig in staand formaat of in liggend formaat te nemen, kan ook niet van te voren worden gezegd, hoeveel diapositieven van een film afzonderlijke diaraampjes voor staand formaat en dwars- 8003773 *τ - 2 -r - formaat vereisen. Afzonderlijk uitgevoerde diaraampjes voor staand formaat en voor liggend formaat zijn om de boven aangegeven redenen nadelig.

'‘Voor het vermijden van de bovengenoemde nadelen ligt 5 aan de uitvinding het probleem ten grondslag een diaraampje van de bovengenoemde soort te verschaffen, die de persoon die het inramen uitvoert, zonder problemen een aanduiding van staand formaat en dwars-formaatdia’s mogelijk maakt.

Dit probleem wordt volgens de uitvinding opgelost, 10 doordat de raamhelften in twee aan een gemeenschappelijke hoek grenzende randbegrenzingen zodanig aangebrachte op-pervlakteprofileringen hebben, dat bij samengestelde raamhelften een oppervlakteprofilering van de ene raamhelft met een oppervlakteprofilering van de andere raamhelft in 15 één vlak ligt, en dat na een draaiing van een raamhelft ten opzichte van de andere raamhelft over 180° - om een gedachte, dwars op het raamvlak liggende draaias - de telkens andere oppervlakteprofileringen van de raamhelften met elkaar in één vlak liggen.

20 Omdat beide diaraamhelften een rechthoekig beeldvenster hebben, kan een zinvolle verbinding van de beide raamhelften aan hun binnenzijden - bijv. door een corresponderende groef-en messingverbinding - slechts op tweeërlei wijzen plaatsvinden en wel zodanig, dat de beide rechthoekige 25 beeldvensters met elkaar in één vlak liggen. De oppervlakteprof ileringen , die bij de vervaardiging van de diaraamhelften mee worden vervaardigd, zijn zodanig uitgevoerd, dat telkens twee oppervlakteprofileringen met elkaar in één vlak liggen. Omdat de oppervlakteprofileringen over-30 hoeks in de randbegrenzingen van de raamhelften zijn aangebracht, zijn de met elkaar in één vlak liggende oppervlakteprof ileringen 90° ten opzichte van elkaar verplaatst, wanneer de diaraamhelften 180° ten opzichte van elkaar worden gedraaid. Aangezien de diaraampjes· voor staand for-35 maat en voor liggend formaat bij het weergeven eveneens 90° ten opzichte van elkaar verplaatst moeten worden ingébracht, ontstaat op deze wijze een eenvoudige aanduiding doordat de diaraampjes bij het inbrengen van de diapositieven bijv. zodanig worden samengevoegd, dat de met elkaar 40 in één vlak liggende oppervlakteprofileringen telkens aan 8003773 - 3 - dezelfde zijde, bijv. in het gebied van de bovenste rand-begrenzing van het diaraampje, liggen.

Volgens andere uitvoeringsvormen van de uitvinding kunnen de oppervlakteprofileringen als uitsparingen zijn 5 uitgevoerd, die telkens dezelfde grootten en vormen hebben. De uitsparingen zijn bijzonder goed zichtbaar, wanneer zij aan de buitenranden van de diaraamhelften grenzen. In een verdere uitwerking van de uitvinding, zijn de oppervlakteprofileringen telkens in het midden van de randbegren-10 zingen aangebracht. Deze maatregel is in het bijzonder voordelig in productietechnisch opzicht, omdat bij deze uitvoering de beide raamhelften identiek kunnen worden uitgevoerd, wat tot lagere werktuigkosten voert en ook geen afzonderlijke aanduiding van de raamhelften bij het verpakken 15 en tijdens het transport vereist. Het is met de uitvinding nu mogelijk zonder afzonderlijke aanduidingsmiddelen dia-raampjes voor staand formaat en voor liggend formaat aan te duiden en wel doordat bij het verbinden van de beide raamhelften corresponderend met het in staand formaat of 20 liggend formaat aanwezige diapositief de raamhelften zodanig worden samengevoegd, dat de met elkaar in één vlak liggende oppervlakteprofileringen van verscheidene stapelvormig aangebrachte diaraampjes voor staand formaat en liggend formaat telkens naar dezelfde zijde wijzen.

25 De uitvinding is niet slechts geschikt voor het in brengen van diaraampjes in een- diaprojector met de hand, maar is ook zinvol voor diacassettes. Wanneer bijv. de in een cassette aanwezige ca. 40 tot 140 dia's door de een of andere omstandigheid daaruit zijn gevallen, kan de maatre-30 gel volgens de uitvinding het juiste sorteren zeer vergemakkelijken. Bovendien is het mogelijk de juiste stand van diaraampjes in staand formaat en in liggend formaat ook automatisch te laten bepalen door opfische inrichtingen, tast-inrichtingen of dergelijke apparaten.

35 De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin bij wijze van voorbeeld een uitvoexingsvorm van het diaraampje volgens de uitvinding is weergegeven.

In de tekening toont: 40 8 0 0 3 7 7 3 - 4 - fig. 1 een bovenaanzicht van de met elkaar te verbinden binnenzijden van twee diaraamhelften; fig. 2 een bovenaanzicht van de bovenzijde van het diaraampje, dat is ontstaan door het verbinden van de beide 5 diaraamhelften volgens fig. 1; fig. 3 een bovenaanzicht als fig. 1 waarbij echter de rechter diaraamhelft ten opzichte van fig. 1 180° is gedraaid; fig. 4 een bovenaanzicht als fig. 2 voor de volgens 10 fig. 3 met elkaar verbonden diaraamhelften.

Twee diaraamhelften 1 en 2 zijn identiek uitgevoerd, maar ter aanduiding van voorzijde en achterzijde van het latere diaraampje verschillend gekleurd. De raamhelften 1 en 2 zijn aan hun binnenzijden 3 en 4 met elkaar verbind-15 baar door middel van (niet weergegeven), volgens groeien messingwerkende verbindingsinrichtingen. Daartoe worden de raamhelften 1 en 2 na het inbrengen van een (niet weergegeven) diapositief volgens de pijlen A tegen elkaar geklapt en gedrukt, zodat de groef- en messingverbindingen 20 in elkaar grijpen, waardoor een gereed diaraampje 5 ontstaat. De raamhelften 1 en 2 hebben telkens een rechthoekig beeldvenster 6. In de aan een gemeenschappelijke hoek, en wel volgens fig. 1 aan de hoek 7 grenzende randbegren-zingen 8 en 9 zijn telkens als uitsparingen 10 en 11 uitge-25 voerde oppervlakteprofileringen aangebracht. Wanneer de raamhelften 1 en 2 volgens fig. 1 worden samengeklapt en met elkaar verbonden, liggen, zoals uit fig. 2 blijkt, de uitsparingen 11 aan tegenover elkaar liggende zijden van het diaraampje 5, terwijl de uitsparingen 10 met elkaar 30 in één vlak liggen. Door de beide in één vlak liggende uitsparingen 10 ontstaat bij het samengestelde diaraampje een door een merkteken B aangeduide doorgaande uitsparing. De keuze kan bijv. zodanig plaatsvinden, dat de stand van het diaraampje in de projector juist is, wanneer de door de 35 beide in één vlak liggende uitsparingen 10 gevormde karte-ling volgens fig. 2 zich aan de bovenste beeldrand bevindt. Volgens het beeldvenster zou dit overeenkomen met een diapositief in liggend formaat.

De beide diaraamhelften 1 en 2*,die in fig. 3 zijn weer-40 gegeven, komen identiek overeen met de diaraamhelften 1 en Λ 'k m«i «4 «9 ^ «ft - 5 - 2 volgens fig. 1/ maar de raamhelft 2 werd om een gedachte, dwars op het raamvlak resp. tekenvlak liggende draaias 12 over 180° gedraaid. Deze stand is met 2' aangeduid. De randbegrenzingen werden dienovereenkomstig aangeduid met 5 8' resp. 9', de gemeenschappelijke hoek met 7' en de uitsparingen met 10' resp. 11'. Wanneer de raamhelften 1 en 2' volgens C worden samengeklapt en met elkaar verbonden, ontstaat het diaraampje 5', dat is weergegeven in fig. 4.

Er ontstaat overeenkomstig fig. 2 eveneens een rechthoekig 10 beeldvenster 6, maar ten opzichte van fig. 2 bestaat het verschil, dat nu de beide uitsparingen 11, 11' met elkaar in êën vlak liggen, zoals door de aanduiding D is aangegeven, terwijl de uitsparingen 10 resp. 10' liggen op tegenover elkaar liggende randen. Een vergelijking tussen fig. 2 en 15 fig. 4 toont, dat de met elkaar in één vlak liggende uitsparingen 10, 10 en 11,11' telkens 90° ten opzichte van elkaar zijn verplaatst. Wanneer men zich fig. 4 over 90° tegen de richting van de wijzers van een uurwerk in verdraaid voorstelt, dan ziet men, dat nu bij beide diaraamp-20 jes de doorgaande uitsparing zich in de bovenrand bevindt, maar de beeldvensters 90° ten opzichte van elkaar zijn verplaatst en wel volgens de eisen voor liggend formaat en staand formaat.

Al de nieuwe kenmerken, die in de beschrijving zijn 25 vermeld en in de tekeningen weergegeven, zijn essentieel voor de uitvinding, ook voor zover niet uitdrukkelijk rechten daarvoor zijn gevraagd.

-Conclusies- 30 8003777

Claims (6)

1. Uit twee raamhelften samengesteld diaraampje met rechthoekig beeldvenster, met het kenmerk, dat de raamhelften (1,2) in twee aan een gemeenschappelijke hoek (7) grenzende randbegrenzingen (8,9) zodanig aange-5 brachte oppervlakteprofileringen (10,11) hebben, dat bij samengestelde raamhelften (1,2) een oppervlakteprofilering (10) van de ene raamhelft (1) met een oppervlakteprofilering (10) van de andere raamhelft (2) in één vlak ligt, en dat na een draaiing van een raamhelft (2) ten opzichte van 10 de andere raamhelft (1) over 180° - om een dwars op het raamvlak liggende gedachte draaias (12) - de telkens andere oppervlakteprofileringen (11,11') van de raamhelften (1,2') met elkaar in ëén vlak liggen.

2. Diaraampje volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat de oppervlakteprofileringen (10,11) zijn uitgevoerd als uitsparingen.

3. Diaraampje volgens conclusie 1 of 2,met het 20 kenmerk, dat de oppervlakteprofileringen (10,11) telkens dezelfde grootten hebben.

4. Diaraampje volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de oppervlakteprofileringen 25 (10,11) dezelfde vormen hebben.

5. Diaraampje volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de oppervlakteprofileringen (10.11) telkens in het midden van de randbegrenzingen (8,9) 30 zijn aangebracht.

6. Diaraampje volgens één der voorgaande conclusies-met het kenmerk, dat de oppervlakteprofileringen (10.11) grenzen aan de buitenranden van de raamhelften (1,2). 35 8003773