NL8003016A - Telescopische torenkraan met automatisch uitzetbare scharnierarm. - Google Patents

Description

. ff-

; V

s it VO 0549

Telescopische torenkraan met automatisch uitzetbare schar-nierarm.

De uitvinding betreft een telescopische torenkraan met automatisch uitzetbare scharnierarm, waarbij de inrichting en uitvoering van de bestandsdelen aan die kraan bijzonder nuttige eigenschappen verlenen.

5 De uitgevonden kraan is van de soort, voorzien van een telescopische toren uit een vast, metalen vakwerk en een beweegbaar vakwerk, respectievelijk arm met een binnenste en een buitenste deel, waarbij dit buitenste deel op een eerste plaats scharnierbaar is bevestigd aan het einde van het bin-10 nenste deel en het andere einde van dit binnenste deel op een tweede plaats aan het boveneinde van het beweegbare vakwerk scharnierbaar bevestigd is.

Overeenkomstig de uitvinding wordt een dergelijk raam nader gekenmerkt, doordat is voorzien in een kabel van constan-15 te lengte, welke met één einde aan het genoemde buitenste arm- deel vastgehouden wordt en met het andere einde in een punt van het genoemde, vaste vakwerk of op een plaats van het genoemde beweegbare vakwerk, waarbij is voorzien in omleidvoor-zieningen voor die kabel aan het binnenste deel van de arm en 20 aan de vaste en beweegbare vakwerken, zodat het volledig uit zetten en omklappen van die arm om dit eerste draaipunt op grond van het uitzetten en respectievelijk het terugklappen van het beweegbare vakwerk ten opzichte van het vaste vakwerk tot stand kan worden gebracht.

25 Een voorkeursuitvoeringsvorm overeenkomstig de uitvinding is, uitsluitend bij wijze van, niet-beperkend, voorbeeld voor de uitvinding in de tekening weergegeven. r Fig. 1 is een schematisch zijaanzicht van de volledig uitgezette kraan met geheel uitgezwenkte arm; 50 fig. 2 toont, schematisch op vergrote schaal, de kabel voor het automatisch uitzetten van de arm tijdens het trekken van de toren en omgekeerd; de figuren 3> 4 en 5 tonen schematisch de kraan volgens fig. 1 tijdens het uitzetter, van zowel de toren als de arm.

800 30 16 V» - 2 - \

Overeenkomstig de tekening is een kraan voorzien van een gebruikelijk rijgestel 1 dat is voorzien van een bekend, draaibaar legergestel 2 voor het daar op zwenken van de toren met bijbehorende arm 3 respectievelijk 4. Op het legergestel 5 2 bevindt zich een ballasthouder 5» alsmede de gebruikelijke, in de tekening niet-weergegeven trommels voor het telescopisch uitzetten van de toren 3 en voor de hefkabel voor de last, tezamen met de daarvoor benodigde motoren en beveili-gingsinrichtingen en remmen.

10 De toren 3 bestaat uit een buitenste vakwerk 6 waarbin nen en in de langsrichting waarvan door middel van een trek-kabel het binnenste vakwerk 7 geleid wordt, aan het einde 8 waarvan het binnenste deel 9 van de arm 4 scharnierbaar bevestigd is, terwijl het buitenste deel 10 bij het verwijzingscij-Ί5 fer 11 aan het binnenste deel 9 scharnierbaar bevestigd is.

Het stelsel van tappen en stutten, dat slechts schematisch is aangeduid - aangezien dit op zichzelf bekend is - bewerkstelligt op grond van het uitzetten van het binnenste vakwerk 7 uit het buitenste vakwerk 6 in pijlrichting P draaiing 20 in pijlrichting H van het deel 9 zó ver, tot de in fig. 1 weergegeven stand bereikt is.

Overeenkomstig een belangrijke bijzonderheid volgens de uitvinding is bij het scharnier 11 voorzien in een staander 12, welke bovenaan een rol 18 draagt als steun voor een kabel 25 14 voor het automatisch uitzetten van de arm <1 tijdens het uitzetten van de toren 3 en voor het automatisch terugklappen van die arm tijdens de retourbeweging van de toren.

De kabel 14 is met één van zijn einden bevestigd aan een tussengelegen plaats 15 van het buitenste deel 10 van de arm 30 4» verloopt vervolgens over twee geleidingsschijven 16, die aan de binnenzijde in de arm 4 tij het verwijzingscijfer 9 aijn aangebracht - waarvoor speciaal naar fig. 1 verwezen wordt - en voorts over verdere geleidingsschijven· 17 aan het boveneinde van het binnenste vakwerk 7 langs een verdere om-35 leidschijf 18 aan het ondereinde van het binnenstelvakwerk en 80 0 3 0 i u ν' - 5 - een omkeerschijf 19 boven aan het buitenste vakwerk 6, om dan bij het verwijzingscijfer 20 te worden vastgehouden aan de sokkel van het buitenste vakwerk 6, of, bij 20', aan de sokkel van het binnenste vakwerk 7* De lengte van de kabel 14 is 5 constant en zodanig, in verband met de gekozen, uiterste ver bindingspunten bemeten, dat bij een bepaalde uitslag van het vakwerk 6 ten opzichte van het vakwerk 7 ie arm 4 volledig uitgezet wordt. Bij volledig uitgezette' arm 4» zoals weergegeven in fig. 1, ligt de kabel 14 tegen de rol 13 aan en verze-10 kert de hoogte van het gestel 12 de vorming van een hoek van de kabel 14, welke voldoende is om een trekkracht ook tijdens het beginstadium van de retourbeweging van het vakwerk 7 naar het vakwerk 6 te waarborgen, ten einde aldus tevens de retourbeweging van het deel 10 ten opzichte van deel 9 in te leiden.

15 ïïit de figuren 3-5 blijkt duidelijk de uitzetbeweging van toren 3 en van de arm 4, terwijl de intrek- en terugkan-telbewegingen klaarblijkelijk in tegengestelde richting verlopen.

« 800 3 0 16

Claims (3)

1. Torenkraan, voorzien van een telescopische toren, bestaande uit een vast vakwerkgestel en een beweegbaar vakwerk-gestel, respectievelijk een arm met binnenste en buitenste deel, waarbij dat buitenste deel op een eerste plaats aan één 5 einde van het binnenste deel scharnierbaar bevestigd is en het andere einde van dit binnenste deel op een tweede plaats scharnierbaar is bevestigd aan het boveneinde van het beweegbare vakwerkgestel, met het kenmerk, dat is voorzien in een kabel met constante lengte, welke met één einde van het bui-10 tenste deel van de arm verbonden is en met het andere einde hetzij met een plaats van het vaste vakwerkgestel öf met een plaats aan het genoemde, beweegbare vakwerkgestel, waarbij is voorzien in omleidplaatsen voor de kabel aan het genoemde, binnenste deel van de arm alsmede aan de genoemde vaste en be-15 weegbare vakwerkgestellen, één en ander zodanig, dat het vol ledig uitzetten of intrekken van de beweegbare arm om het eerste punt op grond van het uitzetten of het terugbewegen van het beweegbare vakwerkgestel ten opzichte van het vaste vakwerkgestel bewerkstelligd wordt.

2. Kraan volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat op de eerste scharnierbevestigingsplaats een gestel is aangebracht, dat bij volledig uitgezette arm verticaal is aangebracht en als legerplaats dienst doet voor de kabel, één en ander zodanig, dat buiging hiervan plaats vindt, die voldoende is om 25 een trekkracht op het genoemde, buitenste deel van de arm in het beginstadium van de retourbeweging van het beweegbare vakwerkgestel ten opzichte van het vaste vakwerkgestel mogelijk te maken.

3. Kraan volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de ge-30 noemde kabel met zijn éne einde wordt vastgehouden in een tus- sengelegen punt van het genoemde, buitenste armdeel en wordt omgeleid op een in het middengebied gelegen plaats van het binnenste armdeel, waarbij de lengte van het kabelgedeelte tussen het genoemde, tussengelegen punt van het buitenste 800 3 0 iü ! - 5 - * S μ deel en de genoemde in het middengebied van het binnenste deel gelegen plaats van de arm hetzij even groot is, als de uitslag van het beweegbare vakwerkgestel ten opzichte van het vaste vakwerkgestel, voor het geval dat het andere einde van 5 de kabel aan het onderste deel van het vaste gestel wordt vastgehouden, of gelijk aan de helft van die uitslag, voor het geval dat het genoemde andere einde wordt vastgehouden aan het onderste deel van het beweegbare vakwerkgestel. 800 30 16