NL8000924A - Ligmeubel voor medisch onderzoek. - Google Patents

Description

1* /

Ligmeubel voor medisch onderzoek.

De uitvinding heeft betrekking op een aiderzoekligmeu-bel zoals in de aanhef van de bijgaande conclusie 1 is aangegeven.

Ligneubels voer medisch onderzoek, welke ock bruikbaar zijn voor operatieve ingrepen, bestaan in vele uitvoeringsvormen.

5 Dergelijke ligmeubels zijn een of meer-delig en zijn voorzien van kussens. Nadelig bij deze ligmeubels is dat zij dan te smal zijn wanneer de patiënt bijvoorbeeld de bovenbenen cptrekken moet cm in deze ligging cp zijn zijde rectaal onderzoekingen te kunnen uitvoeren omdat de patiënt aan de uiterste rand van het ligmeubel 10 gelegd dient te worden terwijl de onderbenen desondanks geen betrouwbare ondersteuning vindan.

De uitvinding beoogt daarom een cnderzoekligmeubel te verschaffen welke, zender voor de behandelende arts bij proctolo-gische en gynaecologische onderzoekingen of dergelijke hinderlijk 15 te zijn, onderzoeken toestaat waarbij de patiënt in de voor het onderzoek noodzakelijke lichaamsstand gemakkelijk en ontspannen kan liggen. Dit geldt eveneens voor bronchiale onderzoekingen.

Dit doel wordt bereikt door in het bijzonder de kenmerken van de conclusies 1, 5, 8, 9, 12, 13, 19, 23, 28, 29 als-20 mede de kenmerken van de overige volgconclusies.

Andere voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de tekening en de beschrijving, en wel tanen alle figuren zuiver schematisch: fig. 1 een hoofdligdeel met een zijwaarts verschoven 25 ligdeel welke tezamen dus een volledig ligmeubel vormen, fig. la een cp een ligmeubel gelegde patiënt, fig. 2 en 3 de cpstelling van de leimiddelen cm een ligdeel zijwaarts ten opzichte van het hoofdligdeel te kunnen ver- 800 0 9 24 2 schuiven, fig. 4 t/m 6 mogelijkheden cm het kussen convex te kunnen doorbuigen cm branchiale onderzoekingen te kunnen uitvoeren, 5 fig. 7 en 8 een opstelling van steunkussens welke arre- teefbaar en cp afstand verstelbaar zijn, fig. 9 een weergaven van een vastzetorgaan met over-langse vertandingen cm een zi jwaarts verschuiven te verhinderen en gelijktijdig een arretatie te kunnen bereiken en 10 fig. 10 de opstelling van een ligmeubel in een karrer van een arts net andere noodzakelijke meubels.

Zoals fig. 1 tooit is aan het liggedeelte 36 (het hoofdliggedeelte) het liggedeelte 24 zijwaarts verschuifbaar bevestigd. Voor het zijwaarts verschuiven bestaan verscheidene 15 oplossingen. Hier is een rail 9 zichtbaar welke aan het liggedeelte 36 is bevestigd. Aan het liggedeelte 24 is een bijbehorende rail 8 bevestigd en beide rails grijpen in elkaar zodat een geleid zijwaarts verschuiven van het liggedeelte 24 ten opzichte van het liggedeelte 36 kan plaatshebben, en wel naar beide zijden 20 zodat het ligmeubel aan elke wand, daartegen cpgesteld, cpstel-baar is. In het getékende voorbeeld zijn twee stellen rails 9 en 8 aanwezig. Bij overeenkomstige stabiliteit zijn de rails 9 en 8 voldoende. Men kan echter odk extra rollen 10 toepassen cm de rails 9 en 8 vlakker te kunnen houden, cmdat de rollen 10 dan 25 het hoofdgewicht van het liggedeelte 24 cpnemen.

Het behoort tot de uitvinding dat de rails zodanig cpgesteld zijn dat zij niet hinderen, dat wil zeggen dat het liggedeelte 5 (bijvoorbeeld kussen) voorbij de rails 9 steekt en het liggedeelte 6 (kussen) voorbij de rail 8 steekt.

30 Verder behoort het tot de uitvinding dat bijvoorbeeld aan het einde van de rail 9 (breedte van het liggedeelte 36) deze aiiklapbaar verder gevoerd. Men klapt de rail in de richting van het liggedeelte 36 zodat de rail niet zijwaarts uitsteekt.

Wil men echter het ligedeelte 24 over de breedte van het ligge-35 deelte 36 zijwaarts naar buiten verschuiven, dan benut men het uitgeklapte railgedeelte 9. Bekende middelen (bijvoorbeeld ogen 800 0 9 24 3 it -é \ waardoorheen een stang geleid wordt) kan men aanbrengen om het uitgeklapte railgedeelte te stabiliseren (stijf te maken).

Door deze uitgevonden oplossing is het ock mogelijk cm het liggedeelte 24 in een gewenste stand te brengen welke voor 5 de arts aangenaam is. Bijvoorbeeld kan men het liggedeelte 24 slechts over de helft van de breedte van het ligmeubel naar rechts of naar links verschuiven.

Het verschuiven kan met de hand plaatshebben. Men kan echter ock een electromotor of bekende hydraulische middelen 10 (druk cp een zuiger welke in een cylinder steekt) toepassen cm het verstellen tot stand te brengen. Ben tandstang heeft goed voldaan, waarbij man de tandstang bijvoorbeeld aan het liggedeelte 36 heeft bevestigd en waarbij een rondsel in de tandstang grijpt. Het rcndsel wordt door een electromotor geroteerd en 15 al naar gelang de draairichting wordt het liggedeelte 24 naar links of naar rechts in de gewenste mate verschoven.

Men kan de genoemde leiirdddelen ook in kcrrbinatie toepassen, bijvoorbeeld in het bovenste deel de rails 8 en 9 en in het onderste deel (gelijktijdig als ondersteuning) een tandstang 20 net een rcndsel. Men kan in het bovenste deel echter ock een zwaluwstaartvormige geleiding kiezen en in het onderste deel een groef en veer aanbrengen. Alle bekende, hier niet uitvoerig te noemen geleidingsmiddelen kunnen worden toegepast.

Welke houding het lichaam van een bijvoorbeeld te behande-25 len persoon cp een ligmeubel kan innemen, tocnt fig. la. Hieruit blijkt dat de patiënt net zijn bovenlichaam een ontspannen ligging kan aannemen, terwijl alle delen van het lichaam worden ondersteund. Dit geldt eveneens voor de onderbenen die in het getekende voorbeeld cp het liggedeelte 24 rusten.

30 Cm het verschuiven van het liggedeelte 24 bijvoorbeeld in een breedte van het liggedeelte 36 (of daar voorbij) tot stand te kunnen brengen, kan men de rails 8 en 9 ock aan een plaat aanbrengen, de plaat aan de vlakke zijde (dus daar waar nu de rails 8 en 9 getekend zijn) aanbrengen en de platen bijvoorbeeld over 35 de helft van de breedte van het ligmeubel verschuiven. Of anders kiest men telkens twee in elkaar verschuifbare rails, dat wil 800 0 9 24 4 zeggen de rails 9 behoort tot een andere rails welke dan iets groter is welke cp de rails 9 glijdt. Evenzo wordt de rails 8 uitgevoerd r zodat langere geleidingen ontstaan, dat wil zeggen dat de extra grotere rails welke tot de rails 8 en 9 toegevoegd zijn, 5 de eigenlijke geleiding bewerken (in elkaar geleid zijn), verblijven bijvoorbeeld over de halve breedte van het ligmeubel op de rails 9 en steken zijwaarts over de helft uit (cp dezelfde wijze gebeurt dit bij de rails 8). Daardoor verkrijgt men een betrouwbare geleiding tot de volledige breedte van het ligmeubel 10 en zonodig daarvoorbij. Ook deze uitvoeringsvorm behoort tot de uitvinding.

Volgens de uitvinding is het dus belangrijk daarvoor te zorgen dat de geleiding ook dan bestaat zodra men in het gebied komt waar de overlapping van het liggedeelte 24 ten opzichte van 15 het liggedeelte 36 ophoudt. Meestal zal deze situatie echter niet optreden omdat een zijwaarts verschuiven van het liggedeelte 24 over ongeveer 2/3 van de breedte of dergelijke voldoende is. In elk geval dient erop gelet te worden dat de rails of andere geleidingen niet afbreken. Dit geldt ook voor de hierna te beschrijven 20 uitvoeringsvormen.

Bij een andere uitgevonden uitvoeringsvorm warden magneet-vlakken, bijvoorbeeld magneetstroken, magneetplaten enz., als vasthoudmiddelen resp. geleidemiddelen 'toegepast. Brengt men aan het vlak van het ligmeubel 36 volgens fig. 1 daar waar de pijlen 25 12 en 13 zijn aangebracht, magneetvlakken aan en cp het tegen overgelegen vlak van het liggedeelte 24 eveneens magneetvlakken of ferromagnetisch materiaal, dan kan men het liggedeelte 24 niet van het liggedeelte 36 door wegtrekken scheiden, aangezien in deze richting de magneetkracht zeer groot is. De magneetkracht is echter 30 betrekkelijk gering wanneer men de beide liggedeelten24 en 36 ten opzichte van elkaar zijwaarts verschuift. Ook hier dient men erop te letten dat de overlapping niet ophoudt met bestaan. Wil men het liggedeelte 24 in het gebied van een ophoudende overlapping verschuiven, dan kan men een klapbare plaat zijwaarts aan het 35 liggedeelte 36 aanbrengen en klapt men deze plaat evenwijdig aan de voorzijde (daar waar de pijlen 12 en 13 getekend zijn) van 80 0 0 9 24 ** Λ 5 het liggedeelte 36 uit en arreteert men deze plaat (.(er zijn arreteerbare scharnieren enz. aanwezig)· dan kan men het liggedeelte 24 ook voorbij het einde van de overlapping verschuiven.

Een dergelijke uitvoeringsvorm is betrékkelijk goedkoop ondat 5 men bijvoorbeeld flexibel magneetmaeriaal in plaatvorm kan toepassen.

In vele gevallen kan het echter ock van voordeel zijn dat het beweegbare liggedeelte, losgenomen van het vaststaande liggedeelte, bijvoorbeeld als gereedschapwagen of dergelijke 10 bruikbaar te maken. Dan dienen de rails welke het verschuiven nssp. zwenken toestaan, in hun eindgedeelte overeenkomstig vrijgegeven te worden.

Verder behoort het tot de uitvinding cm aan de vaststaande resp. beweegbaar liggedeelten middelen toe te voegen 15 zoals bijvoorbeeld houders of dergelijke cm niet bedoeld bewegen ónmogelijk te maken.

Daar waar het instrumentenbord 40 getekend is (of daarnaast resp. cpzij daarvan resp. ook aan het liggedeelte 24) zal een soort bedieningsbcard aangebracht kunnen worden om van daaruit 20 alle in de afzonderlijke liggedeelten geïntegreerde technische aggregaten te kunnen sturen. Eén dergelijk bedieningsbord kan bijvoorbeeld ock met controlelampen, regelkncppen, regelhefbomen en dergelijke uitgerust zijn zodat daarmee voor de arts een gemakkelijke bedieribaarheid wordt verkregen.

25 In fig. 2 is een andere geleiding dan hierboven beschre ven, aangegeven. Een leirail 25 is in het onderstel 23 van het ligmeubel aangebracht (bijvoorbeeld in het liggedeelte 36). In deze leirail 25 grijpt een rol 27 welke cp een as 26 draaibaar bevestigd is. De as 26 is q? zijn beurt vast bevestigd in het lig-30 gedeelte 24. In het laagste gebied zijn rollen of wielen 28 aanwezig. In het getekende voorbeeld zijn zij binnen het liggedeelte 24 aangebracht. Zij kunnen natuurlijk ock aan de buitenrand aangebracht worden. Door deze rolgeleiding is een bijzonder gemakkelijk verschuiven van het liggedeelte 24 mogelijk. Indien gewenst kan 35 men het leisysteem 25 tot en met 27 ock nog eens in het cnderste gebied aanbrengen.

800 0 9 24 6

Een nog eenvoudiger uitvoeringsvorm toont fig. 3. De rollen 30 Iepen in rails 29 welke bijvoorbeeld in de bodem ingelaten zijn of in de bodem cpgesteld kunnen worden.. Daarbij kunnen de rollen 28, 30 in cp zich bekende vorm uitgevoerd zijn, bij-5 voorbeeld voorzien zijn van een ontrek van rubber.

Schematisch aangeduid is een andere soort geleiding in fig. 3a. De rollen 37 worden bijvoorbeeld soortgelijk in het lig-gedeelte 24 toegepast als in fig. 3 is aangegeven. De rol 37 is voorzien van een groef 38 aan de ontrek waarin een leirail 39 10 grijpt waarbij de leirail cp zijn beurt cp de vloer bevestigd is of in de vloer gelaten is.. Zulk een leirail 39 kan men bijvoorbeeld cp de vloer schroeven.

Het behoort echter ock tot de uitvinding cm een rol 37 zodanig uit te voeren als in fig, 3a is aangegeven. Een derge-15 lijke rol zal men in een rail (zoals de rail 29) kunnen leiden resp. laten Iepen. In het middelste gebied zal men wederon een leirail 39 kunnen toepassen zodat een soort dubbelgeleiding verkregen is.

In fig. 1 is nog aangeduid dat iren de liggedeelten 3 en 20 4 (eventueel ock 5), dus het bovenste gedeelte, bij voorkeur de kussens, kan cpheffen zoals deze door de pijl 7 is aangegeven. Bekende hydraulische of elektrisch aangedreven helmiddelen grijpen ander deze kussens 3 en 4 en heffen deze kussens tot de gewenste mate aihoog. De patiënt welke cp zijn rug cp het ligmeubel ligt, 25 wordt net de borstkas aihoog gedrukt, waardoor de patiënt gewelfd wordt zodat branchiale onderzoekingen uitgevoerd kunnen worden. Gedetailleerd is dit nog eens in de fig. 4 t/m 6 aangegeven.

Het kussen 41 volgens fig. 4 bestaat uit de delen 42 t/m 44. Laat men overeenkomstig de pijl 46 een heffende kracht in-30 werken, dan wordt het kussengedeelte 43 omhoog geschoven en het kussen 41 wordt daardoor gewelfd. Tussen de kussengedeelten 42, 43 en 43, 44 kunnen afdekkingen 56 aanwezig zijn. De kussendelen 42, 43 en 44 worden samengehouden door een verbindingsdeel 45. Bijvoorbeeld is dit een dikke folie,weefsel of dergelijke.

35 Een andere uitvoeringsvorm van een draagorgaan 49 (kussen) tooit fig. 5. In het te welven middengebied is een kussen 47 aan- 800 0 9 24 ' * x 7 wezig welke voorzien is van een holle ruimte. Deze holle ruimte is bijvoorbeeld met lucht of een ander medium vulbaar. Daarbij is een vulopening 48 aanwezig waarcp een slang kan worden aangesloten.

Bij voorkeur past men een aansluiting met een terugslagklep (welke 5 zich ook in de slang kan bevinden) toe. In een gewenste onvang wordt het kussen 47 gevuld en verkrijgt de gewenste welving. Het kussen 47 kan daarbij met elastisch rekbaar materiaal bespannen zijn.

Voor het verstijven kunnen versterkingsmiddelen zoals staven 50 of dergelijke in de bespanning van het kussen 47 gesteken zijn.

10 Het gelijke resultaat verkrijgt men bij een inrichting volgens fig. 6. Hier is een buigzame (welfbare) afdekking 51 aanwezig welke bijvoorbeeld bestaat uit gewapende kunststof. Men kan ook een verende metalen plaat toepassen welke voorzien is van een bekleding (kussen). Aan één zijde men een scharnierverbinding 57 15 toepassen of een aanslag 53 als tegenligger voor de afdekking 51.

De afdekking 51 verschuift men dan tot de gewenste buiging bereikt is en kan aan de andere zijde steunen in verdiepingen 52. Men kan echter odk overeenkomstig de pijl een stang laten aangrijpen qp de afdekking 51 waarbij de stang bijvoorbeeld via een electro-20 motor of hydraulische middelen in de richting van de pijl voortgeschoven wordt zodat de welving van de afdekking 51 ontstaat zoals bijvoorbeeld getekend is.

Zoals bijvoorbeeld in fig. 1 en ock in fig. 10 is aangegeven, kan men het ligmeubel voorzien van een instrumentenhouder 25 40. Deze houder kan men in het liggedeelte 24, 36 steekbaar uitvoeren. Békende middelen voor het cptillen zijn aanwezig zoals schaargeleidingen, zwenkarmen of dergelijke cm de instrumentenhouder 40 in de stand te brengen waarbij de instrumental gemakkelijk grijpbaar zijn. De pijlen 12 en 13 volgens fig. 1 en 15 volgens fig. 10 30 tenen dat de instrumentenhouder 40 in elke gewenste stand te brengen is.

Een ander kenmerk van de uitvinding is aangegeven in de fig. 7 en 8. Tijdens het onderzoek dient de patiënt gedeeltelijk zijdelings gesteund te worden. Aldus dienen bijvoorbeeld de boven-35 benen en onderbenen bij rectaal onderzoek een bepaalde stand in te nemen. Om dit te bereiken past men steunkussens 54 toe welke bij 800 0 9 24 8 voorkeur aan de vorm van het lichaamsdeel aangepast zi jn waarvoor het steunkussen dient. Aan het steunkussen 54 is een houder 55 aangebracht welke bijvoorbeeld bestaat uit twee in elkaar gesteken buizen welke teleskqpisch uit elkaar trekbaar zijn cm het steun-5 kussen 54 in een gewenste afstand ten opzichte van de patiënt cp te kunnen stellen. Daarbij zijn cp zich békende/ niet getekende arreteerxniddelen aan de houder 55 toegevoegd zoals stelschroeven, instelringen op het dunnere buisgedeelte enz. Het ene buisdeel van de houder 55 is bijvoorbeeld in een bus 56 gesteken welke 10 aan het liggedeelte 24 bevestigd is. Daardoor wordt een vastzet-middel voor het steunkussen 54 verkregen. Cm een hoekstand Hogelijk te maken/ kunnen fijne vertandingen 58 (zie ook fig.9) aan het ene buisdeel van de houder 55 aangebracht zijn. Binnen aan de bus 56 zijn overeenkomstige vertandingen aangebracht. Steekt 15 men nu het buisdeel van de houder 55 in de bus 56 dan kan men een gewenste hoekstand verkrijgen waarin het systeem arreteerbaar is. Wegens de fijne vertanding kan men praktisch elke hoekstand welke gewenst is, bereiken.

Een andere maatregel volgens de uitvinding is ock in 20 fig. 1 aangegeven. De pijl 16 dient een schamierachtige verbinding (scharnieren zijn cp zich bekend) aan te geven, waardoor het liggedeelte 36 en het liggedeelte 24 met elkaar verbenden zijn. Daardoor kan men het liggedeelte 24 cm het scharnier 16 zwenken. Dit heeft natuurlijk nadelen cmdat deze inrichting slechts dan 25 bruikbaar is wanneer de rechthoekige stand van de beide delen ten cpzichte van elkaar bereikt is. Warden nu als schamierachtige verbinding bussen toegepaste welke afwisselend nu eens aan het liggedeelte 24 en dan eens aan het liggedeelte 36 bevestigd zijn en steekt men door deze bussen een as, dan kan men het liggedeelte 30 24 nu eens aan de linker zijde en dan eens aan de rechter zijde ten cpzichte van het liggedeelte 36 aanbrengen, zodat het lig-meubel nu eens aan een rechter of linker wand cpgesteld kan worden. Hier zou het echter doelmatig zijn wanneer rollen 10 ander het liggedeelte 24 aangebracht zijn cm de schamierachtige verbin-35 ding strak te kunnen houden. Dient de schamierachtige verbinding het liggedeelte 24 in zijn geheel te dragen, dan zou de scharnier- 80 0 0 9 24 9 achtige verbinding zo sterk uitgevoerd zijn, dat deze stoort.

Verder behoort het tot de uitvinding cm aan de liggedeel-ten 24 en 36 houders 32,. bij voorkeur aan de buitenrand van de ligdelen, aan te brengen, ctn bijvoorbeeld een houders tang 34 5 te kunnen insteken welke een beenhouder 35 draagt cm gynaecologische onderzoeken uit te kunnen voeren volgens fig. 10. Dergelijke houders 32 kunnen echter ock door de kussens dringend, in het ligmeubel aangebracht zijn. Door een meervoud aan zulke houders 32 kan men in elke gewenste stand de beenhouders 35 aanbrengen. Ock 10 in dit geval is de instrumenterihouder 40 met instrumenten 14 gunstig cpgesteld. In zuüe.houders 32 kan ock men ook verdikte randen, boorden, steurikussens en dergelijke aanbrengen cm de ligging van de patiënt te fixeren.

In fig. 10 is verder nog een kcpgedeelte 58 aangegeven 15 welke men zijwaarts kan uittrekken indien het voor het steunen van de patiënt, voor het neerleggen van instrumental of zelfs als zetel voor de arts noodzakelijk is. In fig. 10 is verder een opblaasbaar kussen 17 aangegeven waarbij een aansluiting 31 voor een druk-slang aanwezig is. Verder is in fig. 10 nog een vastzetmiddel 33 20 zichtbaar om een gewenste hoogtestand van de beenhouder 35 te garanderen. In het getekende voorbeeld is een kussen 19 geheven (scheef gesteld). Deze uitvoeringsvoorbeelden zijn echter reeds lang bekend.

Tenslotte is nog een wastafeleenheid 20, een schrijftafel 25 21 en een kaartentafel 22 zichtbaar die in het algemeen tot een artsenpraktijk behoren.

Tot de uitvinding behoort ook dat bijvoorbeeld het ligge-deelte 24 niet in zijn volle hoogte (zoals bijvoorbeeld getékend) uitgevoerd wordt. In plaats daarvan kan slechts een plank aanwe-30 zig zijn waarbij deze bekleed is resp. van een bekleding voorzien is. Of anders past men een vlakke (holle) kast toe welke bijvoorbeeld slechts 1/4 van de hoogte vanhet liggedeelte 24 bezit. Dit heeft het voordeel dat aan de behandelende arts meer vrijheid voor zijn knieën geboden wordt.

35 Past men bijvoorbeeld deze plank resp. deze kast toe en brengt men daaronder het bovenbeschreven toetsenbord, resp. de in- 800 0 9 24 10 strunentenhouder aan, dan is de bovengenoemde vrijheid voor de knieën van de arts nog altijd aanwezig.

800 0 9 24

Claims (43)

1. Ligmeubel voor het vergemakkelijkt uitvoeren van proctologische resp. gynaecologische onderzoekingen en dergelijke, bestaande uit met afdekkingen resp. kussens beklede ligdelen en 5 bevestigingsmiddelen voor bijvoorbeeld begrenzende kussens, steun-kussens , beenhouders of dergelijke, gekenmerkt doordat ten minste een liggedeelte (24) geleid naar ten minste één zijde in hoofdzaak dwars cp de hartlijn van het ligmeubel (1) verschuifbaar is.

2. Qnderzoekligmeubel volgens conclusie 1, gekenmerkt 10 doordat het dwars verschuiven ten minste tot de breedte van het ligmeubel mogelijk is en bij voorkeur verstelbare en instelbare bewegingsbrenzende middelen, zoals bijvoorbeeld ock magneten, aanwezig zijn.

3. Qnderzoekligmeubel volgens ccncluse 1 of 2, gekenmerkt 15 doordat het bewegen net de hand of door stuurbare aandrijfmiddelen (electrisch, hydraulisch, pneumatisch) plaatsheeft.

4. Qnderzoekligmeubel volgens een der voorgaande coi-clusies, gekenmerkt door bijbehorende leidmiddelen ten minste een rail, rollen, wielen, zwaluwstaartvormige geleiding, groeven, 20 veren of dergelijke waarbij deze geleidingsmiddelen ock in kam-binatie toepasbaar zijn.

5. Onderzoekligmeubel volgens in het bijzonder conclusie 1, gekenmerkt door ten minste één leirail (9) aan een stationair liggedeelte (36) en een bijbehorend, aan het liggedeelte (24) 25 bevestigd raildeel (8) waarbij de rails (9) en (8) in elkaar grijpend qpgesteld zijn.

6. Onderzoekligmeubel volgens een der voorgaande conclusies, gekenmerkt door walsen, rollen of dergelijke (10, 28, 30) welke aan een liggedeelte (24) toegevoegd zijn, waarbij deze 30 walsen of rollen binnen of buiten resp. aider het liggedeelte (24) draaibaar aangebracht zijn.

7. Qnderzoekligmeubel volgens een der voorgaande conclusies, gekenmerkt door een leirail (25) welke bijvoorbeeld is aangebracht aan één zijde van het ireubel-cndergestel (23), waarin 35 een rol (27) of overeenkomstige U-vormige of T-vormige organen grijpen, waarbij de rol bijvoorbeeld door middel van een as (26) 80 0 0 9 24 aan het liggedeelte (24) bevestigd is en dat aan het liggedeelte (24) op de vloer of op de zijwand van het liggedeelte (36) steunende rollen (28) aangebracht of ingebracht zijn.

8. Onderzoekligmeubel in het bij zolder volgens conclusie 5 1, gekenmerkt door onder het liggedeelte (24) aangebrachte resp. uitstekende rollen (30) welke in bijbehorende geleidingen (29) Iepen.

9. Onderzoekligmeubel volgens in het bijzonder conclusie 1, gekenmerkt door ten minsteëën stationaire geleidingsrail (39) 10 waarbij ten minste één aan het liggedeelte (24) aangebrachte rol (37) behoort, waarbij de geleidingsrail (39) grijpt in een groef (38) rendan de rol (37).

10. Onderzoekligmeubel volgens een der voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat de geleidingsrails (39) resp. de rails 15 (29) een van de rechte lijn afwijkende vorm bezitten voor het bijvoorbeeld volgens een boog geleiden.

11. Onderzoekligmeubel volgens een der voorgaande conclusies, gekenmerkt door aandrijfmiddelen voor het brengen van het liggedeelte (24) in een gewenste stand zoals bijvoorbeeld tand- 20 stangen aan het liggedeelte (36) en een aandrijfbaar rondsel aan het liggedeelte (24) of omgekeerd, twee aandrijfbare rollen aan het liggedeelte (36) met hierom geslagen, eindloze kabel met een aan de kabeL bevestigde meenemer. welke aan het liggedeelte (24) bevestigd enz.

12. Onderzoekligmeubel volgens in het bij zender con clusie 1, gekenmerkt door ten minste één instrumsntenhouder (40) of dergelijke inrichting zoals bijvoorbeeld ook vaten, welke bijvoorbeeld geleid cp rails, schaargeleiding, zwenkarmen bijvoorbeeld kogelgelagerd met arreteermiddelen of dergelijke, in alle richting-30 en zoals bijvoorbeeld naar boven en beneden, zijwaarts, voorwaarts en terugwaarts verplaatsbaar, kipbaar en/of verschuifbaar is en ock uittrékbaar uit een van de liggedeelten (24, 36) is.

13. Onderzoekligmeubel in het bijzonder volgens conclusie 1, gekenmerkt door ten minste één kussen resp. ondergrond welke 35 weflbaar, bij voorkeur convex welfbaar is.

14. Onderzoekligmeubel volgens conclusie 13, gekenmerkt 80 0 0 9 24 doordat het kussen (41) uit verscheidene delen bijvoorbeeld drie delen (42, 43, 44) bestaat, welke door ten minste een buigzaam verbindingsdeel (45) samsngehouden worden, waarbij een hefkracht (46) toegevoegd is of inwerkt.

15. Onderzoekligmeubel volgens conclusie 13 en 14, geken- mefkt door ten minste één kussen (47) of kussengedeelte (43) welke iret een medium vulbaar, bijvoorbeeld met lucht opblaasbaar is.

16. Onderzoekligmeubel volgens conclusie 14 en 15, gekenmerkt doordat aan het kussen (47) of (43) een bij voorkeur met 10 een terugslagklep uitgeruste vulopening (48) toegevoegd is.

17. Chderzoekligmeubel volgens een der conclusies 14 t/m 16, gekenmerkt doordat aan het kussen verstijvingsmiddelen toegevoegd zijn zoals bijvoorbeeld ten minste een cnhul.li.ng uit vast materiaal, een dubbele vulling met versti jvingsmiddelen, inlagen 15 zoals bijvoorbeeld staven (50) van metaal of niet-mstaal, draadr weefsels of dergelijke.

18. Onderzoekligmeubel volgens conclusie 1, gekenmerkt door ten minste één buigbare, op zich stijve afdekking (51) waarbij aanslagen (53) of verdiepingen (52) of andere tegenliggers 20 toegevoegd zijn.

19. Onderzoekligmeubel in het bijzonder volgens conclusie 1, gekenmerkt door verstelbare en arreteerbare steunkussens (54).

20. Onderzoekligmeubel volgens conclusie 19, gekenmerkt 25 doordat aan het steunkussen (54) een bijvoorbeeld telescocpachtig verstelbare houder (55) toegevoegd is.

21. Onderzoekligmeubel volgens de conclusies 19 en 20, gekenmerkt doordat de houder (55) in een aan een liggedeelte (24, 36. bevestigde bus (56) gestoken is.

22. Onderzoekligmeubel in het bijzonder volgens conclusie 1, gekenmerkt door langsvertancjingen (58), bijvoorbeeld aan de houder (55) en bijbehorende langsvertandingen bijvoorbeeld in de bus (56) cm het arreteren in een bepaalde hoeks tand te bereiken.

23. Onderzoekligmeubel voor het vergemakkelijkt uitvoeren 35 van proctologische, gynaecologische onderzoekingen en dergelijke, bestaande uit een ééndelig of tweedelig, met kussens voorzien lig- 800 0 9 24 deel of ligdelen met middelen, voor het cpnemen van bijvoorbeeld beenhouders, begrenzingskussens, steunkussens of derailjke, gekenmerkt doer ten minste één scharnieraditige verbinding (16) tussen een ligdeel (36) en een liggedeelte (24) cm het liggedeelte (24) 5 te kunnen zwenken, waarbij het liggedeelte (24) voorzien kan zijn van steunrollen (10, 28, 30).

24. Gnderzoekligmeubel volgens conclusie 23, gekenmerkt doordat de scharnieraditige verbinding bestaat uit bussen welke afwisselend aan het liggedeelte (24) en het liggedeelte (36) in 10 overeenkomstige afstand van elkaar bevestigd zijn en waarin een as (met een aanslag) steekbaar is.

25. Gnderzoekligmeubel volgens conclusie 23 en 24, gekenmerkt doordat de schamierachtige verbinding Verstelbaar resp. zijwaarts verschuifbaar aangebracht is.

26. Gnderzoekligmeubel volgens een der conclusies 23 t/m 25, gekenmerkt doordat de schamierachtige verbinding aan weerszij den'aan het liggedeelte (36) aanbrengbaar is.

27. Gnderzoekligmeubel volgens een der conclusies 23 t/m 26, gekenmerkt doordat de schamierachtige verbinding een ten 20 opzichte van de vertikaal afwijkende hoeks tand bezit.

28. Qnderzoekligmeubel in het bijzonder volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de zijdelings aanhrengbare, bij voorkeur afneenbare houders, voorzien zijn van bijvoorbeeld over het ügoppervlak uitstekende verdikkingen, boorden of dergelijke.

29. Gnderzoekligmeubel volgens in het bijzonder con clusie 1, gekenmerkt door zijdelings aan de liggedeelten (24, 36) aangebrdhte houders resp. bussen of dergelijke cm bijvoorbeeld stangen voor het vasthouden van organen (bijvoorbeeld voor beenhouders of dergelijke) cp verschillende plaatsen aan het lig- 30 meubel te kunnen aanbrengen.

30. Onderzoekligmeubel volgens een der voorgaande conclusies, gekenmerkt door eindaans lagen als bewegingsbegrenzing voor het liggedeelte (24) resp. de houders of de stangaivoor de houders en dergelijke.

31. Gnderzoekligmeubel volgens een der voorgaande con clusies, gekenmerkt doordat aan de wielen arreteermiddelen toege- 800 0 9 24 voegd zijn, zoals bijvoorbeeld bekende vastzetbare remmen (zoals bijvoorbeeld bij kinderwagens bekend), verdiepingen in de rails, zijdelings werkende kleminrichtingen (zoals bij schijfremmen) enz.

32. Qnderzoekligmeubel voor het vergemakkelijkt uitvoe- ren van proctologische, gynaecologische onderzoekingen en dergelijke, bestaande uit een enkeldelig of tweedelig, met kussens voorzien liggedeelte of liggedeelten met middelen voor het cp-nemen van bijvoorbeeld beenhouders, begrenzingskussens, steun- 10 kussens of dergelijke, gekenmerkt door ten minste een magneet-vlak (bijvoorbeeld magneetstreken, magneetplaten enz.) ,met bij voorkeur wisselende polariteit, bevestigd aan het liggedeelte (36) en ten minste één dergelijk magneetvlak bevestigd aan het liggedeelte (24).

33. Onderzoekligmeubel volgens conclusie 32, gekenmerkt doordat de magneetvlakken gemakkelijk losneenbaar onmiddellijk cp een vlak van het liggedeelte (24) of (36) of aan één aan het liggedeelte (24) of (36) aahbrengbare mantageplaat bevestigd zijn.

34. Qnderzoekligmeubel volgens conclusie 32 en 33, ge- 20 kenmerkt doordat een magneetvlak vervangen is door een vlak uit ferranagnetisch materiaal.

35. Qnderzoekligmeubel in het bijzonder volgens conclusie lof 32, gekenmerkt door pennen aan het liggedeelte (36) welke steken in boringen welke aanwezig zijn in het liggedeelte (24).

36. Qnderzoekligmeubel volgens conclusie 1 of 32, resp. 35, gekenmerkt doordat, de pennen eveneens gemagnetiseerd zijn zoals de boringen (magneetplaten net gaten).

37. Qnderzoekligneubel volgens conclusie 32 t/m 34, gekenmerkt doordat ten minste één magneetplaat verlengbaar is 30 doordat een extra uitklapbaar magneetcppervlak daaraan toegevoegd is.

38. Qnderzoekligmeubel voer het vergemakkelijkt uitvoeren van proctologische resp. gynaecologische onderzoekingen en dergelijke bestaande uit met afdekkingen resp. kussens uitgeruste 35 liggedeelten en houders voor bijvoorbeeld begrenzingskussens, steunkussens ,beenhouders of dergelijke, gekenmerkt doordat ten 80 0 0 9 24 minste één liggedeelte (24), resp. (36) uitgerust is met middelen on in onafhankelijkheid van het stationaire liggedeelte (ook zender geleiding) heen en weer bewegen (verschuiven) te kunnen resp. doordat ten minste drie rollen resp. glijschoenen resp.'een eind- 5 loze band of dergelijke aan de onderzijde van het beweegbare liggedeelte aangebracht zijn resp. dat geleidingsmiddelen volgens de voorafgaande conclusies resp.. de beschrijving aanwezig zijn cm een verschuiven in een bepaald gebied, echter losgenomen van het stationaire liggedeelte, te kunnen uitvoeren.

39. Onderzoekligmeubel in het bijzonder volgens conclusie 1 of in het bijzonder conclusie 38, gekenmerkt doordat aan of in ten minste één liggedeelte ten minste één schakelbord aanwezig is met bijvoorbeeld naast werkinstrumenten ook stuurelementen, zoals controle lichten, regelkncppen, regelhefbomen, lichts chake- 15 laars of schakelaars voor toestellen, instelbare klokken voor de tijd of dergelijke.

40. Onderzoekligmeubel volgens een der voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat arreteermiddelen (banden, riemen, houders enz.) aanwezig zijn cm ledematen in een gewenste stand te 20 kunnen vastleggen.

41. Onderzoekligmeubel in het bijzonder volgens conclusie 1, resp. 32 of 38, gekenmerkt door ten minste één geleidingsmiddel (rails, groef en veer, zwaluwstaartgeleiding, rollen met rails enz.) van het liggedeelte (36) en/of het liggedeelte (24) bijvoorbeeld 25 over de breedte van het ligmeubel verlengbaar is, bijvoorbeeld door uittrekken, zijdelings aanzetten van een aangepast geleidingsmiddel, uitklappen, uitzwenken, arhoog kippen enz.

42. Onderzoekligmeubel in het bijzonder volgens conclusie 1, gekenmerkt door het toepassen van ten minste één bij- 30 voorbeeld met bekleding (bijvoorbeeld opgelegde kussens enz.) voorziene plank resp. vlakke, bij. voorkeur holle kast of dergelijke in plaats van het liggedeelte (24).

43. Onderzoekligmeubel volgens conclusie 42, gekenmerkt doordat een deel van de plank resp. de kast cmlaag klapbaar is, 35 bijvoorbeeld diagonaal van een hoek naar een tegenovergelegen hoek of betrokken cp 1/3 van de lengte enz. 800 0 9 24