NL8000850A - Muntaccept-apparaat. - Google Patents

Muntaccept-apparaat. Download PDF

Info

Publication number
NL8000850A
NL8000850A NL8000850A NL8000850A NL8000850A NL 8000850 A NL8000850 A NL 8000850A NL 8000850 A NL8000850 A NL 8000850A NL 8000850 A NL8000850 A NL 8000850A NL 8000850 A NL8000850 A NL 8000850A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
coil
coin
signal
coils
induced
Prior art date
Application number
NL8000850A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Bally Mfg Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Bally Mfg Corp filed Critical Bally Mfg Corp
Publication of NL8000850A publication Critical patent/NL8000850A/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G07CHECKING-DEVICES
    • G07DHANDLING OF COINS OR VALUABLE PAPERS, e.g. TESTING, SORTING BY DENOMINATIONS, COUNTING, DISPENSING, CHANGING OR DEPOSITING
    • G07D5/00Testing specially adapted to determine the identity or genuineness of coins, e.g. for segregating coins which are unacceptable or alien to a currency
    • G07D5/08Testing the magnetic or electric properties
    • GPHYSICS
    • G07CHECKING-DEVICES
    • G07DHANDLING OF COINS OR VALUABLE PAPERS, e.g. TESTING, SORTING BY DENOMINATIONS, COUNTING, DISPENSING, CHANGING OR DEPOSITING
    • G07D5/00Testing specially adapted to determine the identity or genuineness of coins, e.g. for segregating coins which are unacceptable or alien to a currency
    • G07D5/02Testing the dimensions, e.g. thickness, diameter; Testing the deformation

Landscapes

  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Testing Of Coins (AREA)
  • Investigating Or Analyzing Materials By The Use Of Magnetic Means (AREA)
  • Control Of Vending Devices And Auxiliary Devices For Vending Devices (AREA)

Description

* + vo 0058
Titel : Muntaccept-apparaat.
De uitvinding heeft betrekking op apparatuur voor het accepteren, respectievelijk afkeuren van munten.
Bij verkoopmachines, kansspeelautomaten en andere door een munt in verking te stellen inrichtingen is het vanzelf sprekend bijzonder 5 belangrijk, dat een onderscheid kan vorden gemaakt tussen echte munten met de juiste nominale vaarde enerzijds en namaak, valse munten en vreemde munten anderzijds. Dergelijke valse munten en namaakpenningen vorden met steeds groter raffinement vervaardigd en een muntaccept-inrichting moet in staat zijn om dergelijke mun-10 ten te onderscheiden van echte munten. Bovendien kan het voorkomen, dat een uit het ene land afkomstige munt, vat afmetingen en samenstelling betreft, een grote mate van overeenkomst vertoont met een munt uit een ander land, vaarbij echter duidelijk verschil in vaarde tussen zulke munten bestaat.
15 Diverse systemen en uitvoeringen van muntaccept-inrichtingen zijn bekend. Dergelijke systemen kunnen zijn voorzien van een primaire spoel die op een of andere vijze kan vorden bekrachtigd en een secundaire spoel die in de nabijheid van de primaire spoel is opgesteld. Wanneer een te onderzoeken munt zich tussen de primaire 20 spoel en de secundaire spoel verplaatst, vordt in de secundaire spoel een signaal geïnduceerd, dat vervolgens op de een of andere vijze vordt gemeten of vergeleken met de referentiesignalen. Dergelijke inrichtingen zijn veelal gecompliceerd van uitvoering, on-betrouvbaar in verking en bovendien niet gevoelig genoeg om goed-25 gelijkende kopieën van een desbetreffende echte munt af te keuren.
Andere inrichtingen zijn bijvoorbeeld bekend uit het Amerikaanse octrooischrift 3·599-771, vaarbij tussen een primaire spoel en een eerste secundaire spoel een standaardmunt is geplaatst, vaarna een te onderzoeken munt vordt geleid tussen de primaire en een tvee-30 de secundaire spoel. Bij èen dergelijke bekende inrichting, vaarbij een standaardmunt als een referentiegrootheid vordt gebruikt, heeft ’ een aantal bezvaren, die in het bijzonder zvaarvegend zijn bij 8000850 2 speelmachines, "waarbij zulk een bekende inrichting kwetsbaar is voor handelingen van reparateurs of anderen die toegang tot het inwendige van de machine hebben, aangezien het dan eenvoudig is om een valsificatie of een munt van mindere waarde in de plaats te stel-5 len van de eerder zich daarin bevindende standaardmaat, zodat daardoor fraude kan worden gepleegd.
Met de uitvinding is nu beoogd een verbeterde en meer betrouwbare muntaccept-inrichting beschikbaar te stellen, waarmede de in het voorafgaande genoemde bezwaren zijn opgeheven en welke inrich-10 ting het bijzondere voordeel heeft, dat slechts een betrekkelijk ongecompliceerde elektrische keteninrichting vereist is.
De uitvinding zal in het onderstaande nader worden toegelicht met verwijzing naar de tekening. In de tekening is : fig. 1 een vooraanzicht van een muntaccept-mechanisme als uit-15 voeringsvorm van de onderhavige uitvinding; fig. 2 een zij-aanzicht van het munt-accept-mechanisme volgens fig. 1, en illustratief voor de circulatie, waarbij het mechanisme * zich in een geopende toestand bevindt; fig. 3 een bovenaanzicht van het muntaccept-mechanisme volgens 20 fig. 1; fig, U een dwarsdoorsnede volgens de lijn IV-IV in fig. 1 en illustratief voor de situatie waarin het mechanisme zich in een gesloten toestand bevindt; en fig. 5 een schema van een muntaccept-keteninrichting volgens 25 ie uitvoeringsvorm van de Onderhavige uitvinding.
De muntaccept-inrichting omvat een muntaccept-mechanisme dat in de fig. 1 - in zijn algemeenheid is aangeduid door 10. Het mechanisme 10 omvat een muntgoot die bepalend is voor de banen die een munt kan volgen wanneer de munt zich door het mechanisme voortbe-30 weegt. Aan het begin van de muntgoot bevindt zich een muntopening 12 (zie in het bijzonder fig. 2) via welke een munt 1¼ langs een door de pijl 16 aangeduide baan in het muntmechanisme 10 kan worden gebracht. Een eerste spoel 18 is aangebracht aan een zijde van de baan 16, terwijl een tweede spoel 20 aan de andere zijde vancdeze 35 baan 16 is aangebracht, zodat de munt 14 zich tussen de spoelen 18 8000850 r if 3 en 20 kan voortbewegen met de platte oppervlakken van deze munt 1U in hoofdzaak evenwijdig aan de spoelvlakken. Voor het bekrachtigen van de eerste spoel zijn signaal-genererende middelen, die in hun algemeenheid door 22 in fig. 5 zijn aangeduid, aangebracht.
5 De spoel 18 en de spoel 20 zijn zodanig gekoppeld, dat wanneer de spoel 18 door de signaalgenererende middelen 22 wordt bekrachtigd,in de tweede spoel 20 een signaal wordt geïnduceerd. Wanneer de munt 1U de ruimte tussen de spoelen 18 en 20 passeert, wordt het in de tweede spoel 20 geïnduceerde signaal gewijzigd in afhankelijkheid 10 van bepaalde elektrische eigenschappen van de desbetreffende munt.
Als fazeverschuiver en verzwakker werkzame middelen, die geleidend zijn verbonden met de signaal-genererende middelen 22 en die in fig. 5 in hun algemeenheid zijn aangeduid door 2b, zijn aangebracht teneinde het in de tweede spoel 20 geïnduceerde signaal te brengen 15 op een waarde die lager is dan een voorafbepaald niveau, wanneer een juiste en echte munt de spoelen passeert. Detectormiddelen die in hun algemeenheid zijn aangeduid door 26, zijn aangebracht teneinde het niveau van het in de tweede spoel geïnduceerde signaal te detecteren., meer in het bijzonder cm het niveau daarvan met betrekking 20 tot het voorafbepaalde niveau te bepalen, waarbij acceptbesturingS-middelen, die in hun algemeenheid zijn aangeuid door 28 zijn aange-braeht om de desbetreffende munt te accepteren wanneer van het in de tweede spoel 20 geïnduceerde signaal is vastgesteld, dat de grootte daarvan kleiner is dan het voorafbepaalde niveau.
25 Bij de geïllustreerde muntaccept-apparatuur, omvattenlcfe accept- besturingsmiddelen 28, een elektromagneet 30 en een afbuigstang 32.
Wanneer het in de tweede spoel 20 geïnduceerde signaal niet wordt gebracht op een waarde lager dan het voorafbepaalde niveau, wordt de elektromagneet 30 niet bekrachtigd en de afbuigstang 32 blijft 30 buiten de baan van de ingeworpen munt 1^. De munt zal derhalve zonder te zijn afgebogen zich blijven voortbewegen langs de door de pijl 3^ aangeduide baan en zoals voorgesteld door de fantoommunt 1^a (fig. 1). Wanneer echter een echte munt met de correcte nominale waarde via de opening 12 naar binnen valt, wordt het in de 35 tweede spoel geïnduceerde resulterende signaal verminderd tot een 8000850 i* niveau dat kleiner is dan het voorafhepaalde niveau, waarna de elektromagneet 30 wordt "bekrachtigd, zodat de afbuigstang 32 wordt aangetrokken, hetgeen "betekent, dat deze stang 32 in de "baan van de naar benedenvallende munt 11 wordt geplaatst. Als gevolg hiervan 5 wordt de munt afgebogen en volgt een baan, zoals aangeduid door de pijl 36 en voorgesteld door de fantoommunt 1 Vb (fig. 1) Hierna valt de munt langs de baan, zoals aangeduid door de pijl 38 en voorgesteld door de fantoommunt ll*c. De baan 38 leidt naar een muntschakelaar die voor de muntbediende machine aanduiding doet ontstaan dat een 10 munt is geaccepteerd en deze baan leidt verder naar een muntdooa .
De baan 3l* leidt naar een muntteruggeefopening.
Vervolgens zal een meer gedetailleerde beschrijving worden ge-gegeven van de in fig. 5 weergegeven muntaccept-keteninrichting.
Zoals uit de figuur blijkt, omvatten de signaal-genererende midde-15 len 22 een oscillatorketen met een operationele versterker 1*0. De uitgang van de operationele versterker 1*0 is via een weerstand 1*5 en een condensator hh verbonden met de spoel 18 en een daarmede parallel verbonden condensator 1*2. Elke over de spoel 18 verschijnende spanning wordt door de serieketen met de weerstanden ^9 en 20 1*6 verminderd en toegevoerd aan de niet-inverterende ingangsaan- sluiting van de operationele versterker 1*0. Door deze positieve te-rugkoppelketen wordt bereikt, dat een oscillerende spanning ontstaat over de spoel 18 en de condensator 1*2, waarbij de frequentie van deze spanning overeenkomt met de resonantiefrequentie van de 25 keten, waarin deze spoel en condensator zijn opgencmen. De serieketen die de weerstanden 1*8 en 1*7 omvat, presenteert een verlaagde uitgangsspanning aan de inverterende ingangsaansluiting van de operationele versterker. Hierdoor wordt de effectieve versterking verminderd, waarbij wordt bereikt, dat een zuivere sinusvormige 30 stroom door de spoel 18 vloeit.
De tweede spoel 20 is elektromagnetisch gekoppeld met de eerste spoel 18, zodat deze tweede spoel 20 in dichte nabijheid van de eerste spoel 18, alsook coaxiaal ten opzichte daarvan ter weerszijden van de muntbaan 16 is opgesteld. Aangezien de tweede spoel 35 met de eerste spoel is gekoppeld, veroorzaakt het oscillerende signaal 8000850 *· % 5 in de eerste spoel 18 door inductie een oscillerend signaal in de tweede spoel 20. Het in de tweede spoel 20 geïnduceerde signaal wordt echter door het passeren van een munt tussen de spoelen 18 en 20 gewijzigd. De graad waarin dit signaal wordt gewijzigd hangt ^ af van de bepaalde eigenschappen van de munt die tussen de spoelen voortbeweegt. Deze eigenschappen hebben betrekking op de afmetingen, vorm en legeringssamenstelling van de desbetreffende munt, waardoor de weerstandswaarde en/of andere elektrische parameters worden bexn- * vloed.
^ Wanneer de munt de spoelen 18 en 20 passeert, is deze munt werkzaam als een kortgesloten winding, waardoor wordt bereikt, dat de faze van het signaal, dat in de tweede spoel 20 wordt geïnduceerd wordt verschoven en de amplitude van dit signaal wordt veranderd.
Aangezien de eigenschappen van het signaal, dat in de tweede spoel 20 wordt geïnduceerd, afhankelijk zijn van de eigenschappen van de desbetreffende soort van munt die tussen de spoelen passeert, kunnen deze signaaleigenschappen worden gebruikt om een onderscheid te maken tussen munten die tussen de spoelen voortbewegen, zodat een echte munt met de juiste nominale waarde kan worden geïdentificeerd.
2Φ De aks fazeverschuiver en verzwakker werkzame keten 2b voert het signaal vanaf de bovenzijde van de tankketen, die behoort bij de eerste spoel 18 via een leiding 50 toe en wijzigt dit signaal zodanig, dat bij de leiding 52 een signaal aanwezig is, dat in amplitude bij benadering gelijk is aan, doch in faze tegengesteld is __ met betrekking tot een signaal dat in de tweede spoel 20 wordt ge-25
Indueeerd wanneer een echte munt van het juiste type tussen de spoelen 18 en 20 is gepasseerd. Indien het juiste en gegeven type, bijvoorbeeld een Amerikaanse zilveren dollar is, zullen het signaal als geïnduceerd in de tweede spoel20 en het signaal, zoals afge-geven door de keten 2^, tijdelijk verminderen wanneer een Amerikaanse zilveren dollar tussen de twee spoelen 18 en 20 .is gepasseerd.
De keten 2b omvat een als fazeversehuiver werkzame keten die in zijn algemeenheid is aangeduid door 5^ en een als verzwakker werkzame keten die in zijn algemeenheid is aangeduid door 56. De keten 3b omvat een eerste RC-combinatie, bestaande uit een conden- 8000850 6 sator 58 en een weerstand 60 die via de leiding 50 met de oscillator-keten zijn verbonden, en een tweede RC-combinatie, bestaande· uit de condensator 62 en een variabele weerstand 6h, die is verbonden met het knooppunt tussen de componenten van de eerste RC-keten. De 5 belangrijkste fazeverschuiving wordt bepaald door de eerste RC-ke-ten en de nauwkeurige graad van de fazeverschuiving, zoals veroorzaakt door de keten 5h, kan door middel van de tweede RC-keten worden ingesteld, zodat de faze van het signaal, zoals aanwezig op de leiding 66, die is verbonden met de variabele spanningsdeler 6b-, 10 op de juiste waarde kan worden ingesteld.
De keten 5h is- bij voorkeur zodanig ingesteld, dat de faze van het uitgangssignaal, dat wordt aangelegd aan de tweede spoel 20 180° verschilt ten opzichte van de faze van het signaal, dat in de tweede spoel 20 zou worden geïnduceerd, wanneer een echte munt met 15 de juiste nominale waarde tussen de spoelen is gepasseerd. Hierdoor wordt een wederzijdse vermindering van de signalen verkregen, vooropgesteld, dat signalen ook dezelfde amplitude bezitten, waarbij een en ander in het onderstaande zal worden beschreven.
Het op de leiding 66 in faze ingestelde signaal wordt aangelegd 20 aan de niet-inverterende ingang van een operationele versterker T0.
De spanning zoals afgeleid van de spanningsdeler, gevormd door de weerstanden 73 en Th, wordt aangelegd aan de inverterende ingang en is bepalend voor de grootte van de versterking. De variabele spanningsdeler 68 die met de uilgmg van de versterking is verbonden, 25 maakt het mogelijk om de amplitude in te stellen op een waarde die nodig is eau op de leiding 52 een signaal te verkrijgen, dat gelijk en tegengesteld is aan het signaal dat wordt opgenamen door de spoel 20.
De detectormiddelen 26 omvatten een orgaan, waarmede de gevoe-30 ligheid van de inrichting met betrekking tot een onjuiste munt, kan worden ingesteld. Wanneer de juiste instellingen ten aanzien van faze en amplitude zijn gemaakt, zal de spoel 20 bewerkstelligen, dat de spanning op de leiding 52 wordt teruggebracht tot een waarde die vrijwel gelijk is aan nul. De grootte van de afwijking 35 van deze nulwaarde, zoals ontstaan door een valse munt, is bepa- 8000850 7 # % lend voor de kriteria op grond waarvan falsificaties worden afgekeurd. Aangezien deze spanning een dergelijke geringe waarde heeft móet deze spanning worden versterkt, alvorens de spanning wordt gelijk gericht en aangeboden als een drempelspanning. Een weerstand 78 en 5 een variabele weerstand 80 vormen een spannings-delende keten, waarmede de grootte van de negatieve terugkoppeling voor de operationele versterker en daarmede de grootte van de versterking kunnen worden geregeld. Eet uitgangssignaal van de versterker 76 wordt gelijkgericht door een diode 82, toegevoerd aan een weerstand 66 en gefilterd 10 door een condensator 8^. Het gelijkgerichte uitgangssignaal van de versterker verschijnt op de leiding 88.
Wanneer het uitgangssignaal op de leiding 88 een kleine waarde aanneemt, wordt een triac 90 in de geleidende toestand geschakeld, waardoor de spoel van de elektromagneet 30 wordt bekrachtigd. Door-15 dat de elektromagneet 30 wordt bekrachtigd wordt de afbuigstang 32 aangetrokken, waardoor het uiteinde 92 van deze stang reikt tot in de baan van de naar beneden vallende munt, en wel zoals is weergegeven in fig. k. In deze gesloten toestand wordt de munt afgebogen naar de baan 36 van de muntgoot en beweegt in de benedenwaartse 20 richting naar de muntdoos, zoals is weergegeven in fig. 1.
De poort van de triac 90 is verbonden met een stroombegrenzende weerstand 9^- die tevens via een leiding 95 is verbonden met dev.uit— gang van een monostabiele tempeerketen 96 die uitgevoerd is als geïntegreerde keten. Wanneer de spanning op de ingangsleiding 97 25 voor deze tempeerketen een geringe waarde aanneemt., .neemt de spanning op de uitgangsleiding 95 een grote waarde aan gedurende een gewenst en voorafbepaald tijdsinterval, waardoor de triac 90 gedurende dit voorafbepaalde tijdsinterval geleidend wordt. Hierdoor wordt de elektromagneet 30 gekoppeld met een energievoedings-30 bron 120 en de elektromagneet 30 wordt bekrachtigd, waardoor de afbuigstang 32 gedurende het voorafbepaalde tijdsinterval in de gesloten stand wordt getrokken. Aan het einde van het desbetreffende tijdsinterval wordt de spanning op de uitgangsleiding 95 van de geïntegreerde keten 96 klein, waardoor de triac 90 door de wissel-35 stroomvoeding wordt uitgeschakeld en de bekrachtiging van de elektro- 8000850 8 magneet 30 dienovereenkomstig wordt verbroken.
Zoals in bet bijzonder is weergegeven in de fig. 3 en U is een veer. f8 gekoppeld met de afbuigstang 32, zodat wanneer de bekrachtiging van de elektromagneet 30 wordt verbroken, de veer 98 werkzaam 5 zal zijn om de afbuigstang 32 weer terug te trekken tot in de open toestand, zoals is weergegeven in fig. 2. De afbuigstang 32 bevindt zich in de gesloten toestand, slechts gedurende het voorafbepaalde tijdsinterval, dat bij voorkeur juist groot genoeg is om de munt waardoor het begin van het tijdsinterval werd ingeleid, af te 10 buigen en deze stang wordt teruggetrokken,voorde een volgende munt aanwezig is, zodat deze niet zal worden afgebogen naar de accept-baan. Het tijdsinterval is bepaald door een serieverbinding, bestaande uit een weerstand 100 en een condensator 102, welke componenten zijn gekoppeld met de tempeerketen 96, zoals is weergegeven in fig. -15 5.
De ingangsleiding 97 van de tempeerketen 96 is verbonden met de uitgang van een poort 10^, waarvan de" ene ingang is verbonden met de uitgangsleiding 88 van de detectorketen 26 en de andere ingangen zijn verbonden met een tweede detectorketen 106 met fototransistors 20 110 en 116 die in het onderstaande nader gedetailleerd zullen worden behandeld.Bij coïncidentie van de kleine spanning op alle ingangen van de poort 10b zal het uitgangssignaal van deze poort 10^ zal het uitgangssignaal van deze poort 10^ klein zijn, waardoor de tempeerketen 96 wordt omgeschakeld, hetgeen tot gevolg heeft, dat de 25 triac 90 gedurende het voorafbepaalde tijdsinterval geleidend wordt.
Zoals is weergegeven in fig. 1 - 3 is het muntaccept-mechanisme 10 voorzien van lampen 108 en 118 die respectievelijk zijn aangebracht onder en boven de eerste spoel 18, terwijl de fototransistors 116 en 11Q respectievelijk zijn aangebracht onder en boven de twee-30 de spoel 20. De lamp 108 en de fototransistor 110 zijn evenals de lamp 118 en de fototransistor 116 met betrekking tot elkaar zodanig opgesteld, dat wanneer een desbetreffende munt de middenpositie tussen de spoelen 18 en 20 verlaat, het licht, afkomstig van de lamp 108 en gericht naar de fototransistor 110 wordt onderbroken, 35 terwijl het licht, afkomstig van de lamp 118 en gericht op de foto- 8000850 • * 9 transistor 116 eveneens wordt verbroken. De fototransistorketen 106 omvat een emitter-gekoppelde weerstand 11U en de fototransistor 116 bevat een emitter-gekoppelde weerstand 115. Wanneer de lichtstraling vanaf elke lamp wordt onderbroken, nemen de uitgangsleidingen 112 5 en 113 (fig* 5), uitgaande van de desbetreffende fototransistors 110 en 116, een laagwaardige spanning aan. Indien de munt die de spoelen 18 en 20 passeert, de juiste afmetingen heeft en geldig is, zal het uitgangssignaal, zoals aanwezig op de leiding 88 van de detect or keten 26 eveneens een laagwaardige spanning zijn., hetgeen tot 10 gevolg heeft, dat de tempeerketen 96 wordt omgeschakeld en de munt zal worden geaccepteerd. Op deze wijze kan de acceptketen een desbetreffende munt, wanneer deze zich in benedenwaartse richting langs de goot voortbeweegt, op een betrekkelijk nauwkeurig bepaalde positie onderzoeken. De muntaccept-keten zal derhalve een desbe-15 treffende munt slechts bij een bepaalde positie met betrekking tot de spoelen 18 en 20 werkzaam onderzoeken. Indien lichtstraling een danwel beide van de fototransistors 110 en 116 bereikt, bèvindt de desbetreffende munt zich "buiten de onderzoekingspositie" en de tempeerketen 96 kan niet worden omgeschakeld ongeacht de waarde 20 van het uitgangssignaal van de detectorketen.
Hierdoor wordt bereikt, dat munten ais. de afmetingen kleiner zijn dan die van een aanvaardbare munt, automatisch zullen worden afgekeurd, doordat de accept-inrichting niet is geactiveerd, waarbij de kans op het incidenteel accepteren van een niet-geldige munt, 25 die een geldige munt wat elektrische responsie betreft, kan nabootsen wanneer deze zich in de niet-gecentreerde positie bevindt met betrekking tot de twee spoelen 18 en 20, tot een minimum wordt teruggebracht. Als extra ten opzichte van de elektrische muntaccept-inrich-ting die in het voorafgaande is beschreven, kunnen munten, waarvan 30 de afmetingen groter zijn dan die van een als geldig te beschouwen munt, ook worden afgekeurd door mechanische middelen (zoals bijvoorbeeld op basis van de afmeting‘van de muntgleuf, of een meer gecompliceerde constructie). Het zal duidelijk zijn, dat de afstand tussen de fototransistors 110 en 116' compatibel dient te zijn met 35 ie afmetingen van de gewenste munt, zodat wanneer zulk een munt met 8000850 10 de juiste afmetingen met betrekking tot de spoelen is gecentreerd, de beide fototransistors niet-geleidend zullen zijn.
Strikt genomen is de fototransistorketen 106 niet noodzakelijk, zodat de leiding 88 rechtstreeks kan zijn verbonden met de ingangs-5 leiding 97 van de tempeerketen 96. In een dergelijk geval zal de acceptstang 32 worden verplaatst wanneer de signalen, zoals geïnduceerd in de tweede spoel 20, tot een aanvaardbaar niveau zijn verkleind.
Een energievoedingsketen 120 omvat een transformator 122, die 10 is gekoppeld met een wisselstroom-voedingsbron, alsook de condensatoren 12k en 126 en de dioden 128 en 130. De spanningsbron 120 levert de voedingsspanningen +5 volt en -5 volt, alsook wisselstroom-voedingsenergi'e voor de elektromagneet 30 wanneer de triac 90 geleidend is.
15 In het kort samengevat komt de werking van de muntaccept- apparatuur hierop neer, dat de oseillatorketen 22, zoals weergegeven in fig. 5» de eerste spoel 18 dusdanig bekrachtigt, dat een signaal dat wordt geïnduceerd in de tweede spoel 20, die is gekoppeld met de eerste spoel 18. Dit signaal'wordt, wanneer een munt 20 tussen de eerste spoel en de tweede spoel 20 passeert, gewijzigd.
De in fig, 5 weergegeven keteninrichting kan zodanig worden ingesteld, dat wanneer een munt van een bepaalde soort langs en tussen de beide spoelen voortbeweegt, het in de tweede spoel 20 geïnduceerde signaal wordt teruggebracht tot een niveau dat lager is dan 25 een voorafbepaald niveau. Zulks wordt bereikt door de tweede spoel 20 aan te drijven met een signaal, waarvan de amplitude gelijk is aan in faze echter is tegengesteld ten opzichte van die van het signaal dat in de tweede spoel 20 zal worden geïnduceerd wanneer een munt van de desbetreffende soort daarlangs passeert. De ge-30 wenste grootte van de fazeverschuiving wordt verkregen door de variabele weerstand dienovereenkomstig in te stellen en de gewenste versterking wordt verkregen door de variabele weerstand 68 dienovereenkomstig in te stellen. Deze variabele weerstanden worden zodanig ingesteld, dat de apparatuur de desbetreffende en gewenste 35 soort van munt accepteerd.
8000850 η
Wanneer een desbetreffende munt die in benedenwaartse richting langs de goot. voortbeweegt, de lampen 108 en 118 passeert, wordt de lichtstraling, zoals ontvangen door de fototransistors 110 en 116 verbroken, hetgeen tot gevolg heeft, dat op de ingangsleidingen 112 5 en 113 van de poort 10U een laagwaardige spanningstoestand ontstaat. Wanneer het in de tweede spoel 20 geïnduceerde signaal tot beneden het referentieniveau wordt teruggebracht, wordt door de detector-keten 26 bewerkstelligt, dat de andere ingang van de poort 10^ een laagwaardige spanning aanneemt. Wanneer deze laagwaardige spannings- 4t Λ u toestanden op alle drie ingangen van de poort 101; gelijktijdig bestaan, wordt de tempeerketen 96 cmgeschakeld als gevolg waarvan de afbuigs-tang 32 tot in de baan van de in benedenwaartse richting bewegende munt reikend wordt verschoven, waardoor deze munt naar de muntdoos- wordt afgebogen. Op deze wijze wordt een munt geaccep-^ teerd. Indien een desbetreffende munt niet van de bepaalde verwachte soort is, zal het in de tweede spoel 20 geïnduceerde signaal niet op een lagere waarde worden gebracht en de elektromagneet 30 zal niet worden bekrachtigd.
Zoals uit de in het voorafgaande gegeven beschrijving blijkt, 20 zal de in .fig. 5 weergegeven keteninriehting worden gewijzigd zodanig, dat de mantaecept-inrichting de gewenste soort van munt zal accepteren. Door het instellen van de variabele weerstand 6k kan de grootte van de fazeverschuiving worden ingesteld. Op soortgelijke wijze kan door instelling van de variabele weerstand 68 de grootte 25 van de versterking worden ingesteld, zodat een gewenste soort van munt zal worden geaccepteerd, terwijl alle andere munten die niet tot deze soort behoren, worden afgekeurd. Dit zijn echter geen instellingen die'op eenvoudige wijze door een niet-geautoriseerde persoon kunnen worden gemaakt om fraude te plegen. Elk manipu-30 leren met de instellingen van de variabele weerstanden 6k en 68 zaal veeleer tot gevolg hebben, dat de keten alle aangeboden munten zal afkeuren. Een verdere beveiliging tegen frauduleuze manipulaties kan worden verkregen door de variabele weerstanden 6k en 68 te vervangen door vaste weerstanden, nadat een bepaalde soort van 35 munt die moet worden geaccepteerd, is gekozen, en de bijbeho- SC 0 0 8 5 δ 12 rende veerstandsvaarden voor.de vaste weerstanden die de variabele weerstanden 6h en 68 moeten vervangen, zijn bepaald.
Bovendien is de behandelde apparatuur niet gevoelig voor variaties in de voedingsspanningen of frequenties van deze spanningen.
5 Aangezien de oscillatorketen 22 niet uitsluitend de eerste spoel 18 bekrachtigt,maar tevens het ingangssignaal beschikbaar stelt voor de faz ever schuivende keten 5^ en de ver zwakkingsket en 56, zal elk verloop van de voedingsspanning of voedingsspanningsfrequentie het in de tweede spoel 20 geïnduceerde signaal op dezelfde wijze 10 beïnvloeden als het signaal, zoals teweeg gebracht door de ketens 5^ en 56, Indien de juiste soort van munt tussen de spoelen 18 en 20 is gepass-eert, zal het signaal, geïnduceerd in de tweede spoel 20, nog steeds omlaag worden gebracht en de munt zal worden geaccepteerd.
15 Het zal duidelijk zijn, dat de in het voorafgaande behandelde uitvoeringsvorm van de uitvinding op talrijke vijzen kan worden gemodificeerd en andere varianten mogelijk zijn zonder het kader van de uitvinding te verlaten.
• 8000850

Claims (18)

1. Inrichting voor het accepteren van munten van een "bepaalde soort gekenmerkt door een eerste spoel en een tweede spoel die elektromagnetisch is gekoppeld met de eerste spoel, welke spoelen zijn ingericht cm een munt daartussen door te laten; signale-5 ringsmiddelen voor het "bekrachtigen van de eerste spoel teneinde in de tweede spoel een signaal te induceren, wanneer een munt', tussen de spoelen passeert; middelen die geleidend zijn verbonden met de signaleringsmiddelen en dienende om een signaal, dat in de tweede spoel is geïnduceerd, te verminderen tot een niveau, dat 10 lager .is- dan een voor afbepaald niveau, een en ander wanneer een munt van de desbetreffende bepaalde soort tussen de spoelen doorgaat; middelen voor het detecteren van het niveau van het signaal dat in de tweede spoel is geïnduceerd; en middelen die in responsie op de werking van de detectiemiddelen de munt accepteren, wanneer 15 het signaal, zoals geïnduceerd in de tweede spoel, lager is dan het voorafbepaalde niveau.
2. Inrichting volgens conclusie 1 met het kenmerk, dat de signaleringsmiddelen een oscillator omvatten, die werkzaam is verbonden met de eerste spoel.
3. Inrichting volgens conclusie 2 met het kenmerk, dat genoemde middelen voor .het verkleinen van het signaal, zoals geïnduceerd in de tweede spoel, middelen omvatten voor het aan de tweede spoel toevoeren van een signaal, waarvan de faze in hoofdzaak 180° is verschoven ten opzichte van de faze van een signaal, dat in de twee-25 de spoel wordt geïnduceerd, wanneer een munt van de desbetreffende bepaalde soort tussen de spoelen doorgaat, h. Inrichting volgens conclusie 3 met het kenmerk, dat genoemde middelen voor het verlagen van de spanning, geïnduceerd in de tweede spoel verder omvatten middelen die werkzaam zijn verbonden 30 met de faze-verschuivende middelen en dienende om het signaal van deze faze-verschuivende middelen te verzwakken teneinde een signaal beschikbaar te stellen, waarvan de amplitude in hoofdzaak gelijk is aan die van een signaal, dat wordt geïnduceerd in de twee- 8000850 ill· de spoel wanneer een munt van de desbetreffende bepaalde soort tussen de spoelen doorgaat, en wel zodanig, dat het signaal, zoals teweeggebracht door deze middelen voor het verlagen van het signaal, geïnduceerd in de tweede spoel, het signaal dat in de tweede spoel 5 wordt geïnduceerd wordt teruggebracht tot een niveau lager dan het voorafbepaalde niveau, wanneer een munt van de desbetreffende bepaalde soort tussen de spoelen doorgaat.
5· Inrichting volgens conclusie U met het kenmerk, dat de als verzwakker werkzame middelen variabel zijn, zodat de inrichting kan 10 worden ingesteld om een bepaalde soort van munt te accepteren.
6. Inrichting volgens conclusie 5 met het kenmerk, dat genoemde als verzwakker werkzame middelen een variabele weerstand omvatten.
7· Inrichting volgens conclusie 3 met het kenmerk, dat de als fazeverschuiver werkzame middelen variabel zijn, zodat de inrichting 15 kan worden ingesteld voor het accepteren van een bepaalde soort van munt.
8. Inrichting volgens conclusie 3 met het kenmerk, dat de als faze-verschuiver werkzame middelen een weerstand omvatten die in serie is verbonden met een condensator. 20 9· Inrichting volgens conclusie 8 met het kenmerk., dat de in serie met de condensator verbonden weerstand een variabele weerstand is.
10. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies met het kenmerk, dat de detectiemiddelen een comparator omvatten.
11. Inrichting volgens conclusie 10 met het kenmerk, dat de detectie-25 middelen verder omvatten een variabele weerstand, die is ingericht om het voorafbepaalde niveau be variëren, zodat de gevoeligheid van de inrichting kan worden gevarieerd.
12. Inrichting volgens conclusie 10 met het kenmerk, dat de comparator een operationele versterker omvat. 30 13· Inrichting volgens een van de voorafgaande conclusies met het kenmerk, dat de acceptmiddelen omvatten en elektromagneet, die in responsie op de werking van de detectiemiddelen kan worden bediend, en middelen die werkzaam zijn verbonden met de elektromagneet en dienen om, wanneer de elektromagneet wordt bekrachtigd, de haan 35 van een munt veranderen zodanig, dat de munt wordt geaccepteerd. 8000850 S 9
11. Inrichting volgens conclusie 13 met het kenmerk., dat de accept-middelen -verder omvatten een schakelaar die kan reageren op de werking van de detectiemiddelen, die in serie met de elektromagneet is aangehracht, waardoor de elektromagneet in responsie op de wer-5 king van de detectiemiddelen wordt "bekrachtigd.
15· Inrichting volgens conclusie 14 met het kenmerk, dat de accept-middelen verder omvatten een tempeerketen die. werkzaam is verbonden met de schakelaar, alsook is ingericht om in responsie op de werking van de detectiemiddelen een tijdinterval te "bepalen en genoern-10 de schakelaar gedurende dit interval te sluiten, zodat de elektromagneet gedurende dit interval kan warden bekrachtigd.
16. Inrichting volgens een van de voorafgaande conclusies gekenmerkt door tweede detectiemiddelen voor het detecteren van de positie van een munt wanneer deze tussen de spoelen doorgaat. 15 17'. Inrichting volgens conclusie 16 met het kenmerk, dat de twee de detectiemiddelen tevens zijn voorzien van organen, dienende om de aeceptmiddelen in staat te stellen voor het uitvoeren van de daarbij behorende functie, wanneer een munt een voorafbepaalde positie passeert.
18. Inrichting volgens conclusie 17 met het kenmerk, dat de tweede detectiemiddelen omvatten een lichtgevoelige schakelaar en een lichtbron die zodanig zijn aangebracht, dat van de lichtbron afkomstige lichtstraling, gericht op de lichtgevoelige schakelaar wordt onderbroken wanneer de munt een voorafbepaalde positie pas-25 seert, en verdere middelen voor het overdragen van een signaal wanneer deze lichtstraling wordt afgebroken.
19· Inrichting volgens conclusie 18 met het kenmerk, dat genoemde middelen, waardoor aeceptmiddelen in staat worden gesteld de bijbehorende functie uit te voeren, omvatten een logische poortketen 30 met een uitgang die werkzaam is verbonden met de aeceptmiddelen, een eerste ingang, die werkzaam is verbonden met de eerste detectiemiddelen, een tweede ingang die werkzaam is verbonden met de tweede detectiemiddelen, welke poortketen een signaal vanaf de eerste detectiemiddelen doorlaat naar de aeceptmiddelen bij ontvangst 35 van een signaal vanaf de tweede detectiemiddelen,zódat de accept- 8 0 0 0 8 5 0 middelen reageren op de verking van de eerste detectiemiddelen vanneer een munt een voorafbepaalde positie passeert.
20. Inrichting volgens conclusie 1Ö met het kenmerk, dat de lichtgevoelige schakelaar een fototransistor omvat.
21. Inrichting volgens conclusie 18'met het kenmerk, dat de tveede detectiemiddelen verder omvatten een tveede lichtbron en een tveede lichtgevoelige schakelaar, die aan de van de eerste lichtbron en eerste lichtgevoelige schakelaar afgekeerde zijde van de spoelen zijn aangebracht, een en ander zodanig, dat lichtstraling, gericht op de 10 beide lichtgevoelige schakelaars, vordt onderbroken vanneer een munt de voorafbepaalde positie passeert.
22. Inrichting vooj het accepteren van munten van een bepaalde soort, gekenmerkt door een eerste spoel en een tveede spoel die elektromagnetisch is gekoppeld met de eerste spoel, velke spoelen zijn 15 ingerieht om een munt ertussendoor te laten; een oscillatorketen met een uitgang die verkzaam is verbonden met de eerste spoel, dienende om deze eerste spoel te bekrachtigen teneinde een oscillerend signaal in de tveede spoel te induceren, vanneer een munt tussen de spoelen doorgaat; een veerstand-condensatorketen, vaar-20 van een ingang verkzaam is verbonden met de uitgang van de oseil-latorketen en vaarvan via een uitgang de faze van het signaal aan de uitgang van de oscillator kan vorden verschoven, zodat een signaal vordt verkregen met een faze die in hoofdzaak 180° verschilt van die van het signaal, zoals geïnduceerd in de tveede spoel vanneer 25 een munt van de desbetreffende soort tussen de spoelen doorgaat; een verzvakkingsketen vaarvan een ingang verkzaam is verbonden met de uitgang van de veerstand-condensatorketen., vaarvan een uitgang verkzaam is verbonden met de tveede spoel en omvattende een versterker en tvee als deler dienende veerstanden, een en ander zoda-30 nig, dat een signaal kan vorden afgeleverd, vaarvan de amplitude in hoofdzaak gelijk is aan die van het signaal, dat in de tveede spoel vordt geïnduceerd, vanneer een munt van de desbetreffende bepaalde soort tussen de spoelen doorgaat en de faze in hoofdzaak 180° verschilt van die van de faze van het signaal, zodat het in 35 de tveede spoel geïnduceerde signaal in hoofdzaak vordt geëlimi- 8000850 π neerd wanneer de munt die tussen de spoelen doorgaat, -yan de desbetreffende bepaalde soort is; een comparator die werkzaam is-'verbonden met de tweede spoel en dienende om te detecteren of het in de tweede spoel geïnduceerde signaal in hoofdzaak te elimineren; 5 een aantal lichtbron-fototransistorparen zijn ingerieht voor het detecteren van een munt die een voorafbepaalde positie met betrekking tot de spoelen passeert; een logische poortketen, waarvan ingangen werkzaam zijn verbonden met de comparator en de fototransis-tors en dienende om eaauitgangssignaal teweeg te brengen bij coïn-10 cidentie van het in hoofdzaak elimineren van het in de tweede spoel geïnduceerde signaal en het passeren van een munt van de voorafbepaalde positie; tempeerketen voor het genereren van een stabiel uitgangssignaal, dat over een voorafbepaald tijdsinterval aanhoudt, en welk signaal ontstaat bij ontvangst van een signaal vanaf de 15 logisehe poortketen; een elektromagneet; een werkzaam met de elektromagneet verbonden stang, dienende om een munt vanuit zijn baan af te buigen wanneer de elektromagneet is bekrachtigd; en schakelmiddelen die als een triac zijn uitgevoerd en die werkzaam zijn verbonden met de elektromagneet en waarvan een poort werk-20 zaam is verbonden met de uitgang van de tempeerketen teneinde de elektromagneet gedurende het voorafbepaalde tijdsinterval te bekrachtigen. 8000850
NL8000850A 1979-02-12 1980-02-11 Muntaccept-apparaat. NL8000850A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US1112379 1979-02-12
US06/011,123 US4257512A (en) 1979-02-12 1979-02-12 Coin acceptor apparatus

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8000850A true NL8000850A (nl) 1980-08-14

Family

ID=21748982

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8000850A NL8000850A (nl) 1979-02-12 1980-02-11 Muntaccept-apparaat.

Country Status (19)

Country Link
US (1) US4257512A (nl)
JP (1) JPS596423B2 (nl)
AU (1) AU529954B2 (nl)
BE (1) BE881441A (nl)
BR (1) BR8000544A (nl)
CA (1) CA1153806A (nl)
DE (1) DE3002891A1 (nl)
DK (1) DK48480A (nl)
ES (1) ES488448A1 (nl)
FR (1) FR2448752A1 (nl)
GB (1) GB2042232B (nl)
IE (1) IE49067B1 (nl)
IT (1) IT1126902B (nl)
LU (1) LU82151A1 (nl)
NL (1) NL8000850A (nl)
NO (1) NO800333L (nl)
PH (1) PH17046A (nl)
PT (1) PT70736A (nl)
SE (1) SE8000951L (nl)

Families Citing this family (21)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4354587A (en) * 1980-10-17 1982-10-19 Third Wave Electronics Company, Inc. Coin acceptor or rejector
US4359148A (en) * 1980-10-28 1982-11-16 Third Wave Electronics Company, Inc. Coin acceptor or rejector
GB2100491B (en) * 1981-05-28 1985-02-06 Coin Controls Coin validator
US4398626A (en) * 1981-08-21 1983-08-16 Mars, Inc. Low frequency phase shift coin examination method and apparatus
FR2515395B1 (fr) * 1981-10-27 1985-05-31 Doucet Joel Selecteur multipiece de monnaie
US4441602A (en) * 1981-12-02 1984-04-10 Joseph Ostroski Electronic coin verification mechanism
JPS58195994A (ja) * 1982-05-11 1983-11-15 旭精工株式会社 電子式硬貨選別装置
US4534459A (en) * 1984-03-01 1985-08-13 Mars Incorporated Low power coin routing gate apparatus
US4582189A (en) * 1984-03-14 1986-04-15 Reed Industries, Inc. Coin validation apparatus
JPS6119880U (ja) * 1984-07-07 1986-02-05 株式会社 日本コインコ 硬貨選別機
JPS6120116U (ja) * 1984-07-13 1986-02-05 ヤンマー農機株式会社 田植機の苗ガイド体構造
US4705154A (en) * 1985-05-17 1987-11-10 Matsushita Electric Industrial Co. Ltd. Coin selection apparatus
ES8708074A1 (es) * 1986-05-21 1987-09-01 Azkoyen Ind Sa Perfeccionamientos en mecanismos selectores de moneda
US4936435A (en) * 1988-10-11 1990-06-26 Unidynamics Corporation Coin validating apparatus and method
US5244070A (en) * 1992-03-04 1993-09-14 Duncan Industries Parking Control Systems Corp. Dual coil coin sensing apparatus
US5273151A (en) * 1992-03-23 1993-12-28 Duncan Industries Parking Control Systems Corp. Resonant coil coin detection apparatus
AU679327B2 (en) * 1993-01-21 1997-06-26 Microsystem Controls Pty Ltd Coin/token separator
US5531309A (en) * 1995-08-28 1996-07-02 Bally Gaming International, Inc. Method and apparatus for detecting fraud or theft in a gaming machine
US6227343B1 (en) 1999-03-30 2001-05-08 Millenium Enterprises Ltd. Dual coil coin identifier
JP2001222732A (ja) * 2000-02-07 2001-08-17 Yunirekku:Kk 識別対象偏向装置
KR101010088B1 (ko) 2008-06-05 2011-01-24 인터내셔날 커런시 테크놀로지 코포레이션 코인 수납기

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2540063A (en) * 1945-12-12 1951-01-30 Victoreen Instr Company Coin detecting and indicating apparatus
FR1472142A (fr) * 1965-12-31 1967-03-10 Crouzet Sa Nouveau sélecteur de pièces de monnaie pour distributeurs automatiques
GB1246622A (en) * 1967-07-17 1971-09-15 Mars Inc Coin or token testing system
CH486078A (de) * 1968-02-15 1970-02-15 Rega Gmbh & Co Kg Vorrichtung zur elektrischen Prüfung der Echtheit von Münzen
GB1299725A (en) * 1969-06-17 1972-12-13 Dunlop Co Ltd Improvements relating to the bonding of polyalkenes to elastomers
DE2012376C3 (de) * 1970-03-16 1975-04-30 Siemens Ag, 1000 Berlin Und 8000 Muenchen Schaltungsanordnung zum Unterscheiden zwischen unterschiedlichen metallischen Gegenständen, insbesondere Münzen
FR2161251A5 (nl) * 1971-11-18 1973-07-06 Tel Sa
FR2144519A5 (nl) * 1972-07-31 1973-02-09 Tel Sa
US4106610A (en) * 1976-06-07 1978-08-15 Mars, Incorporated Coin apparatus having multiple coin-diverting gates

Also Published As

Publication number Publication date
BE881441A (fr) 1980-05-16
DE3002891A1 (de) 1980-08-14
SE8000951L (sv) 1980-08-13
AU529954B2 (en) 1983-06-30
JPS596423B2 (ja) 1984-02-10
DK48480A (da) 1980-08-13
IE800129L (en) 1980-08-12
FR2448752A1 (fr) 1980-09-05
US4257512A (en) 1981-03-24
IE49067B1 (en) 1985-07-24
GB2042232B (en) 1983-01-26
IT1126902B (it) 1986-05-21
JPS55108086A (en) 1980-08-19
PT70736A (en) 1980-02-01
NO800333L (no) 1980-08-13
ES488448A1 (es) 1980-10-01
IT8047725A0 (it) 1980-01-28
LU82151A1 (fr) 1980-05-07
CA1153806A (en) 1983-09-13
AU5473980A (en) 1980-08-21
BR8000544A (pt) 1980-10-14
GB2042232A (en) 1980-09-17
PH17046A (en) 1984-05-17

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8000850A (nl) Muntaccept-apparaat.
AU715618B2 (en) Coin detector and identifier apparatus and method
US4283708A (en) Paper currency acceptor
US4184366A (en) Coin testing apparatus
US4108296A (en) Coin receiving apparatus for a vending machine
US3599771A (en) Coin testing device for comparing coin to be tested with a standard coin
US4286704A (en) Coin-validating arrangement
US4441602A (en) Electronic coin verification mechanism
US4884672A (en) Coin analyzer system and apparatus
US3933232A (en) Coin validator
EP0692773B1 (en) Pattern recognition using artificial neural network for coin validation
EP0738407B1 (en) Coin discriminator with offset null coils
US5496212A (en) Coin sorting device
US4574935A (en) Coin checking method and apparatus employing wave train comparison
EP0316308A1 (en) Coin detection device
US4875567A (en) Coin validation device
CA2184147C (en) Coin detection device and associated method
EP0051017B1 (en) Coin acceptor or rejector
US5490588A (en) Coin processing apparatus
US4662501A (en) Coin checking
DK151418B (da) Fremgangsmaade og apparat til bestemmelse af aegtheden og vaerdien af en moent
EP0085264B1 (en) Coin acceptor or rejector
EP0880757B1 (en) Coin diameter measurement
GB2049252A (en) Coin-validating arrangements
JPS59178592A (ja) コイン・チエツク方法および装置

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed