NL7920108A - Oppervlaktereinigingsinrichting voor karkassen. - Google Patents

Description

^ ‘ ,.0.,9068 1 7 8 2 0 1 0 8 ^

Oppervlaktereinigingsinrichting voor karkassen.

* De uitvinding heeft betrekking op een oppervlaktereinigingsinrich-ting voor het verwijderen van ongewenste afvaldelen, zoals klieren, losse vliezen, aders, bloedvaten en bloed van de spieren alsmede haar en borstels van het zwoerd, in het bijzonder bij varkens.

5 Het probleem van deze bewerkingen ligt bij de wens om genoemde af valdelen zo volledig mogelijk te verwijderen zonder gelijktijdige beschadiging van de spieren, respectievelijk het zwoerd, en om dit tegen redelijke kosten te doen.

In het slachtbedrijf is het bekend om zogenaamde kliertangen te ge-10 bruiken voor het verwijderen van klieren en aders in het bijzonder van het inwendige halsgebied bij hangende varkenskarkassen, maar deze bewerking is tijdrovend, vereist inspannende handarbeid voor de bedie-ningsman en voldoet niet aan de wens van volledige verwijdering en verwijdert niet opvlaktebloed.

15 Bovendien is het voor hetzelfde doel bekend om een door een motor aangedreven, smal, freesachtig tandwiel te gebruiken, maar dit heeft ernstige nadelen omdat dit tandwiel slechts in zeer beperkte mate in staat is om klieren en aders te verwijderen terwijl verder het halsgebied vrij breed is, waardoor verscheidene, evenwijdige op en neer 20 gaande bewegingen nodig zijn om klieren enzovoorts te verwijderen, en omdat de spieren in het betreffende gebied niet in een plat of een cilindrisch vlak liggen, zal het niet helpen om het bekende freeswiel breder te maken, omdat de freestanden dan zullen doordringen in de uitstekende spieren bij het behandelen van de diepliggende spieren en 25 deze uitstekende spieren zullen verscheuren. Bovendien vereist zelfs het vrij smalle freeswiel de uiterste zorg van de zijde van,de bedieningsman omdat zelfs een kleine toename in de contactdruk van het freeswiel tegen de spier de spier zal verscheuren en derhalve zal vernielen.

30 Voor het ontharen van karkassen is het bekend om deze karkassen te draaien terwijl ze horizontaal rusten op één of meer horizontale onder-steuningsrollen voorzien van zogenaamde slagarmen van een elastisch materiaal en eventueel voorzien van neusijzers. Deze ontharingsinrichtin-gen vertonen het grote gebrek en gaan gepaard met hoge kosten, omdat de 35 slagarmen vrij snel slijten en daardoor hun ontharingswerking verliezen en uiteindelijk moeten worden vervangen met de daaruit voortvloeiende hoge kosten met betrekking tot materialen, lonen en verloren gegane produktie, terwijl tenslotte de ontharingswerking van deze slagarmen 7920108 ' 2 * zodanig is dat het nodig is om één of meer nabehandelingen uit te voeren in de vorm van branden en borstelen voor het verwijderen van de overblijvende borstels en onregelmatigheden.

Het doel van de uitvinding is genoemde problemen van onder andere 5 genoemde werkzaamheden te vermijden. Dit wordt volgens de uitvinding bereikt door een oppervlaktereinigingsinrichting van de soort beschreven in het inleidend gedeelte van conclusie 1, waarbij genoemd opper-vlaktereinigingsinrichting is gekenmerkt door de kenmerken omschreven in het kenmerkend deel van conclusie 1.

10 Hierdoor wordt bereikt dat de afzonderlijke schrapervingers een contactdruk uitoefenen, onafhankelijk van de andere schrapervingers, op het te bewerken oppervlak zodat ook de diepere oppervlakken worden gereinigd zonder dat de uitstekende oppervlakken worden vernield. Een ander voordeel is dat bij een bepaalde vinger- en wielgeometrie de con-15 tactdruk met het kwadraat van het aantal omwentelingen zal toenemen, terwijl de schrapersnelheid in hoofdzaak lineair met het aantal omwentelingen zal toenemen.

Het kenmerk beschreven in conclusie 2 verschaft een zeer bevredigende toename in het rendement van de inrichting. Voor het verwijderen 20 van aderen en klieren bij de behandeling van spieren, zonder enige beschadiging aan de spieren, worden schrapervingers gebruikt waarvan de spleten aanzienlijk taps toelopen in de draaiïngsrichting van de vinger, terwijl vingers met een tegengestelde tapsheid, gezien in dwarsdoorsnede, zijn aangebracht welke bijzonder geschikt zijn voor het 25 verwijderen van borstels en haar van zwoerden.

De constructie beschreven in conclusie 3 is gebleken geschikt te zijn voor het ontharen, doordat een groot gedeelte van het overblijvende haar en van de oppervlakte-onregelmatigheden, bijvoorbeeld veroorzaakt door huidziekte, worden verwijderd.

30 De materie van conclusie 4 vermindert aanzienlijk schade aan de op pervlakken omdat de afzonderlijke schrapervingers, als deze weerstand van een bepaalde orde van grootte ontmoeten, onwerkzaam worden doordat zij tot onder het cilinderoppervlak naar beneden zwaaien.

Het detail beschreven in conclusie 5 maakt het mogelijk om het kar-35 kas tijdens het ontharen daarvan te draaien zodat alle vlakken geleidelijk zullen worden afgeschraapt, maar zonder dat deze geringe draaiing moet worden verschaft door de schrapervingers, die dientengevolge uitsluitend kunnen worden gedimensioneerd voor het optimaal ontharen en het veroorzaken van minimale schade aan de zwoerd.

40 Het voordeel van de materie volgens conclusie 6 is dat het aanra- 7920108 3 kingseinde van de schrapervinger, als dit weerstand ontmoet, zal bewegen naar de centrale as van het wiel, waardoor schade aan het oppervlak wordt verminderd.

Het detail vermeld in conclusie 7 maakt het mogelijk om het zwaar-5 tepunt van de schrapervingers op eenvoudige wijze te bewegen met betrekking tot de lijn tussen het aanrakingseinde van de vinger en z’n zwaaias, met als gevolg een vergrote contactdruk bij een bepaalde geometrie. Bovendien wordt een verbeterd verwijderingseffect bereikt door de gewijzigde schraperhoek terwijl een bijzonder effectieve afschraping 10 wordt bereikt door de geometrie gesteld in conclusie 8.

De kenmerken omschreven in conclusie 9 en 10 verschaffen een geschikte uitvoeringsvorm van een reinigingsinrichting voor het verwijderen van niet gewenste afvaldelen van spieren.

De combinatie beschreven in conclusie 11 verschaft met toevoer van 15 water een bijzonder geschikte verwijdering van in het bijzonder opper-vlaktebloed. De mechanische behandeling voorziet in het pompen van bloed uit de doorgesneden aders en bloedvaten, hetgeen niet kan worden bereikt door spuiten met water alleen.

De uitvinding zal hierna aan de hand van een uitvoeringsvorm nader 20 worden beschreven.

Fig. 1 is een zijaanzicht van een inrichting, en fig. 2 is een doorsnede A-A van de inrichting volgens fig. 1.

Fig. 2 geeft een inrichting 1 weer met vier schrapervingers 2, 3, 4 en 5 die draaibaar zijn gelagerd in tappen 6. In de weergegeven draai-25 richting R kan de vinger 2 op deze wijze draaien naar de positie 2', waar de vinger 2 tot stilstand wordt gebracht door aanslag tegen een verbindingspen 7. De vingers 3, 4 en 5 kunnen op dezelfde wijze om hun respectievelijke tappen 6 draaien tussen verbindingspennen 7 en 8, die in de weergegeven uitvoeringsvorm onder een hoekafstand van 45° liggen 30 ten opzichte van de draaiïngsas 0 van de inrichting 1.

Uit fig. 1 blijkt dat drie stellen of secties 9, 10 en 11, die elk vier schrapervingers bevatten, zij aan zij zijn bevestigd en tussen aan de omtrek liggende, buitenste ringvlakken 12, hier in de vorm van schijven, zijn verbonden door de verbindingspennen 7 en 8.

35 De buitenste einddelen 13 van de vinger 2 zijn tweemaal gebogen in draairichting R ten opzichte van het binnenste deel 14 van de vinger, waardoor aan het eindgedeelte 13 met een aanrakingsvlak 15 een geschikte aanrakingshoek wordt gegeven ten opzichte van een te behandelen oppervlak.

40 Als de draaiende inrichting 1 in een (niet weergegeven) te behande- 79 2 0 1 0 8 4 len oppervlak dichtbij elkaar worden gebracht, zullen de vingers zich in hun uiterste posities bevinden, bijvoorbeeld voor de vinger 2 weergegeven door 2’. Het aanrakingsvlak 15' van de vinger 2 zal dan schrapen langs het genoemde vlak over een bepaald gedeelte daarvan, terwijl 5 gedurende de doorgang van dit gedeelte bijvoorbeeld vinger 2 terug zal draaien naar zijn binnenste positie, in aanslag met de verbindingspen 8, waarbij tegelijkertijd de aanrakingshoek slechts weinig wordt gewijzigd. Als het aanrakingsvlak 15 sterke weerstand ontmoet zal dit ook terug worden gedrukt onder het ringvlak 12 door een kracht die wordt 10 uitgeoefend door de centrifugaalkracht op het zwaartepunt 16 van de vinger 2 vermenigvuldigt met de arm naar de zwaaias 6 van de vinger 2, alsmede de kinetische energie van de vinger ten opzichte van z'n draai-as.

Hieruit blijkt dat er vele mogelijkheden zijn voor het instellen 15 van de aanrakingsdruk van de vinger tegen een bepaald oppervlak, gedeeltelijk door wijziging van de positie van de draaias van de vinger met betrekking tot de draaias 0 van de inrichting, alsmede de zwaaihoek van de vinger door wijziging van de positie van de pennen 7 en 8.

In fig. 1 liggen de vingers in elk deel op een hoekafstand van 45° 20 van de vingers in het aangrenzende deel. Verder zijn de buitenste einddelen 13 van de vingers afwisselend voorzien van spleten 17 (vingers 2 en 4) en afschuuroppervlakken (vingers 3 en 5), waarbij de afschuurop-pervlakken zijn samengesteld op basis van een schuurmiddelmatrix bestaande uit een bindmiddel en schuurkorrels die of afgeronde of scherpe 25 randen bezitten. De spleten 17 waarvan de opening tapstoe lopen vanaf de rand en in een richting loodrecht daarop tegengesteld aan de draairichting van de inrichting, zorgen voor een goede verwijdering van a-ders, vaten en losse vliezen zonder dat de spieren worden beschadigd. Voor ontharingsdoeleinden zouden de spleten taps moeten toelopen in de 30 richting welke de draairichting van de inrichting volgt, waardoor wordt gezorgd voor een hogere mate van verwijdering van haar en borstels met wortels in plaats van een afsnijding op enige afstand van het zwoerdop-pervlak.

Van een wrijvingsbekleding voorziene aanrakingsvlakken zijn in eer-35 ste instantie van belang voor het behandelen van zwoerdoppervlakken omdat zowel korte borstels als zogenaamd wollig haar zijn ingeklemd, en het zwoerdoppervlak licht wordt geschuurd waardoor daaraan een aanzienlijk aangenamer uiterlijk wordt gegeven dan tot nu toe mogelijk was, omdat ook kleine huidonregelmatigheden, zoals licht huidziekte en der-40 gelijke worden verwijderd of ten minste gladgemaakt.

7920108 5

Voor het behandelen van zwoerden worden de buitenste langs de om-trek liggende ringvlakken ook voorzien van een wrijvingsmateriaal, zoals rubber, waardoor draaiing van het te behandelen varken of de te behandelen varkens wordt bevorderd zodat alle varkensoppervlakken zullen 5 worden aangeraakt door de aanrakingseinden van de vingers.

Gewoonlijk wordt de inrichting gebruikt met gelijktijdige toevoer van water, waardoor de aders, borstels, enzovoorts, die zijn afge-scheurd zullen worden weggespoten en de spleten of het schuunnateriaal niet zullen verstoppen. Tenslotte verschaft de "massage"-werking van 20 het vleesoppervlak met z'n afgeschuurde aders die bloed bevatten, gecombineerd met het wassen, een tot nu toe niet gekende graad van zuivere en onbeschadigde spieroppervlakken.

Bij gebruik van de inrichting volgens de uitvinding op vleesopper-vlakken, is het dus mogelijk een latere bijsnijding van het oppervlak 25 na het frezen uit te sparen, hetgeen anders gewoonlijk leidt tot het wegsnijden van grote hoeveelheden waardevol vlees.

Als de inrichting wordt gebruikt als een ontharingsinrichting, verschaft de betere oppervlaktekwaliteit talloze mogelijkheden voor het vermijden of verminderen van latere, tot nu toe noodzakelijke behande-30 lingen van het zwoerd, zoals branden en borstelen.

7920108

Claims (11)

1. Oppervlaktereinigingsinrichting voor het verwijderen van ongewenste afvaldelen, zoals klieren, losse vliezen, aders, bloedvaten en bloed van spieren alsmede haar en borstels van in bet bijzonder zwoerden, welke inrichting van de soort is waarbij verscheidene, afzonder- 5 lijke schraperorganen aan aanrakingseinden zijn ingericht voor bet verwijderen van dergelijke afvaldelen door beweging langs en naar en vanaf bet vleesoppervlak en/of zwoerd, met het kenmerk, dat de schraperorganen zijn uitgevoerd als stijve schrapervingers waarvan de binneneinden, die zijn afgekeerd van de aanrakingseinden, draaibaar 10 zijn bevestigd aan een draaibaar wiel met de draaiïngsassen van de vingers evenwijdig aan de draaiïngsas van bet wiel, waarbij de schrapervingers langs de omtrek en axiaal op afstand van elkaar liggen op het wiel.

2. Inrichting volgens conclusie l,met bet kenmerk, dat 15 de schrapervingers bestaan uit een plaatvormig materiaal en aan hun aanrakingseinden zijn voorzien van spleten die tapstoe lopen in een richting vanaf de eindrand en, in dwarsdoorsnede gezien, in een richting loodrecht op het plaatmateriaal.

3. Inrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, met 20 het kenmerk, dat het aanrakingseinde van enige of alle schrapervingers is voorzien van een schuuroppervlak.

4. Inrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de wielen cirkelvormige, langs de omtrek lopende. buitenste ringvlakken bevat waartussen de afzonderlijke stellen 25 schrapervingers kunnen bewegen.

5. Inrichting volgens conclusie 4,met het kenmerk, dat de buitenste ringvlakken zijn voorzien van een wrijving veroorzakend oppervlak, bijvoorbeeld door middel van de bekleding van een wrijvings-materiaal of een ruwe oppervlaktebehandeling.

6. Inrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de zwaaihoek van de afzonderlijke schrapervingers in de draairichting van het wiel is beperkt zodat wordt voorkomen dat het aanrakingseinde van de vinger loopt door het radiale vlak door de draaias van de schrapervinger.

7. Inrichting volgens êén of meer der voorgaande conclusies, m e t het kenmerk, dat de buitenste einddelen van de schrapervingers zijn gebogen in de draairichting van het wiel.

8. Inrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, met 7920108 r y het kenmerk, dat het buitenste einddeel van de schrapervingers een hoek vormt van tussen 50° en 65° met een vlak door het aanrakings-einde van de vinger en de as van het wiel.

9. Inrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, met 5 het kenmerk, dat de afstand tussen de zwaaias en het aanra-kingseinde van een vinger tussen 0,6 en 1,6 maal de straal van het wiel bedraagt, en dat de afstand van de draaias van de vinger ten opzichte van de draaias van het wiel tussen 0,2 en 0,8 maal de straal van het wiel bedraagt.

10. Inrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies en conclusie 5, en met stellen van vier schrapervingers, met het kenmerk, dat de zwaaihoek van de schrapervinger zodanig is beperkt dat het aanrakingseinde van de vinger wordt bewogen in een hoek-ruimte liggend tussen 45° en 90° vanaf een vlak dat de draaias van de 15 vinger bevat en de draaias van het wiel met de laatstgenoemde als top en gemeten in een richting tegengesteld aan de draairichting van het wiel.

11. Inrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, m e t het kenmerk, dat deze middelen bevat voor het toevoeren van 20 water gedurende z'n draaiing. 7920108