NL7811752A - Rioleringsput. - Google Patents

Description

78 5159/vdV/ki ^ \ ““ »► _Ir J.A. van der Veken

Nering Bögel B.V., Weert "Riqleringsput"

De uitvinding heeft betrekking op een rioleringsput, omvattende een puttoevoer, alsmede een putafvoer en een in de put bevestigd stankafsluitelement.

Dergelijke putten, in het bijzonder kolken, zijn algemeen 5 bekend. In deze bekende putten zijn.de stankafsluitelementen opgehangen door middel van een ophangconstructie, meestal in de vorm van een halfrond oog.

Deze bekende constructie heeft het nadeel dat het stankaf-sluitelement gemakkelijk uit de put verwijderd kan worden na afnemen 10 van het putafsluitdeksel, ofwel tijdens het schoonmaken van de put verloren gaat of op andere wijze uit de ophangconstructie valt. Verwijdering van het stankafsluitelement gaat gepaard met een verbrekint van het stankslot, met alle daaraan verbonden overlast, zoals het ontwijken van kwalijk ri’èkende dampen.

15 Een nog ander bezwaar is, dat bij het vervaardigen van de gietstukken voor de ^putten in de'gieterij-techniek kernen nodig zijn voor het vervaardigen van de ophangconstructie.

Tenslotte treden bij het aanbrengen van de stankafsluitele-mentophangorganen in betonbakken voor dergelijke putten veelvuldig 20 problemen op, daar de holte, waar het stankafsluitelement opgehangen moet worden door middel van het ophangoog, steeds vol mortel loopt.

Dit betekent, dat later deze holte uitgekrabd of zelfs uitgekapt moet worden. In de praktijk blijkt dat deze verharde mortel zelden in haar geheel weggekrabd of weggekapt kan worden, waardoor resten blijven 25 zitten en een deugdelijke ophanging niet meer mogelijk is en derhalve ook geen goede stankafsluiting verkregen wordt.

Tenslotte bestaat bij deze bekende putten het nadeel dat hei 73 1 1 7 52 & - 2 - stankafsluitelement door de scharnierende ophanging geen goede stank-afsluiting geeft, vooral bij het in de praktijk veel voorkomende schuin verzakken van de putten. Er ontstaan dan grote kieren ten opzichte van het draagvlak waarop het stankafsluitelement aansluit, wa : 5 ook weer gepaard gaat met stankoverlast.

De uitvinding beoogt nu een rioleringsput van het bovenge-inoemde type te verschaffen waarbij de genoemde nadelen niet optreden ,

Dit oogmerk wordt volgens de uitvinding bereikt doordat het stankafsluitelement verwijderbaar in een vaste stand evenwijdig aan 10 de eindwand in de rioleringsput bevestigd is.

Door deze vaste fixering van het stankafsluitelement is het wegnemen van het stankafsluitelement veel moeilijker en treden vooral bij verzakkingen, in welke richting dan ook, geen kieren op tussen het stankafsluitelement en het hieimee samenwerkende draagvlak, waar-· 15 door stankoverlast achterwege blijft. Zelfs bij hellingen van de kolk van 30° in welke richting dan ook, blijft het stankscherm op zijn plaats, waardoor een optimale stankafsluitihg verkregen wordt.

Door het in een vaste stand bevestigen van het stankafsluit-· element, is het bovendien ook mogelijk om het stankafsluitelement op 20 betrouwbare wijze sanen te laten werken met een gietijzeren zitting ter verkrijging van een goede stankafsluiting. Een dergelijke afsluiting kan niet verkregen worden bij de bekende constructie, daar het loshangende stankafsluitelement een dermate slechte aansluiting geef·; met de gietijzeren zitting, dat ook bij juiste opstelling van de 25 kolk meerdere millimeters speling tot een hinderlijke stankoverlast leiden.

Een ander voordeel van de rioleringsput volgens de uitvinding is hierin gelegen dat geen speciale kernen meer nodig zijn, noch kernverschuivingen bij de gieterij kunnen plaatsvinden bij de 30 · ophangconstructie van het stankafsluitelement die nodig is om de » 781 1 7 52 'V* 3 w( halfronde ophangconstructie door middel van een oog te vormen.

Een nog ander voordeel is, dat geen holten meer vol kunnen lopen met mortel bij het vastzetten van de stankafsluitelementop-hangorganen in een betonbak die voor het vervaardigen van de riole-5 ringsput gebruikt wordt.

Met bijzonder voordeel is het stankafsluitelement bevestigd op de putwand die de putafvoer bezit en wel bij voorkeur door middel van een snapbevestiging.

Met bijzonder voordeel is het stankafsluitelement bevestigd 10 op een binnenflens van een met de putafvoerwand verbonden buisver- bindingselement in het bijzonder van flexibel materiaal. Een dergelijk flexibel buisverbindingselement heeft het grote voordeel dat men door middel van een U-vormige flens de rand van de kolkafvoer op kan nemen in deze U-voimige flens, onder verkrijging van een eenvoudige aansluip 15 ting, zonder dat men gebruik behoeft te maken van afzonderlijk aan te gieten buisstompen die later verbonden worden met rioleringsbuizen.

Door gebruik te maken van een buisverbindingselement van flexibel materiaal is bovendien een relatieve beweging tussen put en een met de put te verbinden rioleringsbuis mogelijk, zonder dat be-20 schadigingen optreden in het buisverbindingselement.

Het buisverbindingselement bestaat met voordeel uit elastomeer of kunststofmateriaal, welke materialen zich ook zeer goed lenen voor het vormen van een snapverbinding tussen het stankafsluitelement en de genoemde binnenflens van het buisverbindingselement.

25 De uitvinding zal nu worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld met behulp van de tekening, waarin fig. 1 een doorsnede toont van een kolk volgens de uitvinding en fig. 2 een deel van een dergelijke kolk op vergrote schaal.

30 In de figuren is een kolk 1 weergegeven omvattende een kolk afvoer 2 en een kolktoevoer 3 in de vorm van een deksel 12 met zij- 781 1 7 52 r’ 4 openingen.

In de kolk 1 is bovendien een verwijderbaar stankafsluitelement in de vorm van een stankafsluitplaat 5 bevestigd. Deze stankafsluit-plaat werkt samen aan zijn randen met een zitting 13.

5 Voor de bevestiging van het plaatvormige stankafsluitelement 5 is dit voorzien van in de tekening getoonde drie staven 14, voorzien van afgeknot kegelvormige eindpunten 15. Deze eindpunten 15 zijn door middel van een snapverbinding opgenomen in de uitsparing 8 van een flens 7, welke zich aan de binnenzijde van de kolk 1 bevindt. De 10 binnenflens 7, waarmee de snapverbinding tot stand gebracht wordt met het plaatvormige stankafsluitelement,vormt deel van een buisverbin-dingselement 6 van flexibel materiaal, of een kunststofmateriaal, zoals rubber of polyvinylchloride of een andere kunststof. Noodzakelijk is natuurlijk dat het buisverbindingsdeel 6 een zodanige sterkte 15 in radiale richting bezit, dat het niet vervormd wordt door grond en daarmee samenhangende gronddrukken bij of na het plaatsen van de kolk in de grond.

Het buisverbindingsdeel omvat bovendien een buiten flens 7a, · die tezamen met de binnenflens een U-vormige uitsparing 16 vormt, voor 20 het opnemen van de rand 11 van de opening 2 in de buitenwand 4 van de kolk.

Voor het verkrijgen van een relatieve axiale en radiale beweging van het buisverbindingsstuk is dit met voordeel balgvormig uitgevoerd met een balgvormige verhoging 18. Zoals men ziet, kan hierdoor 25 het buisverbindingsdeel zowel in axiale richting als in radiale richting bewegingen ondergaan.

Anderzijds is het buisverbindingsdeel 9 voorzien van een derde flens 8 en een^vierde'^flens 8a, die tezamen een U-vormige uitsparing voor het opnemen van een eindflens 10 van een riole- ringsbuis 9, die verbonden wordt met de rioleringshoofdleiding.

Zoals men ziet, is het stankafsluitelement 5 door middel van # Dit buisverbindingselement bestaat bijvoorbeeld uit een elastomeer materiaal 781 1 7 52 5 symmetrisch rondom de putafvoer aangebrachte bevestigingen evenwijdig aan de kolkeindwand 4 vastgehouden en wel bij voorkeur door middel van drie symmetrisch rondom de kolkafvoer aangebrachte bevestigingen.

Het grote voordeel van de put volgens de uitvinding is dat hei; 5 op de eindwand 4 vangietstuk geen aansluitstomp behoeft te worden aangegoten, waardoor het gietstuk voor het vervaardigen van de kolk aanzienlijk vereenvoudigd kan worden. Bovendien kunnen kernmodellen en kerninzetten vervallen, terwijl kernverschuivingen ook uitgesloten zijn. Tenslotte kunnen de vormkasthoogten van de inrichtingen voor het 10 vormen van de kolken aanzienlijk verminderd worden door het vervallen van de aansluitstompen.

Het is duidelijk, dat door de snapbevestiging het stankaf-sluitelement 5 goed vastgehouden wordt in de kolk, doch door de toegepaste snapverbinding kan men bij het uitvoeren van ontstoppingen 15 toch deze verbinding gemakkelijk verbreken. Hierdoor is het mogelijk om putten en kolken volgens de uitvinding op eenvoudige wijze te reinigen zonder dat dit bezwaren oplevert.

Een nog ander voordeel is dat men gebruik kan maken van een stankafsluitelement 5 van kunststof, wat aanzienlijk minder zwaar is 20 en bovendien gemakkelijker passend op de zitting 13 aangebracht kan worden.

78 1 1 7 5 2

Claims (15)

1. Rioleringsput omvattende een puttoevoer, alsmede een putaf- voer en een in de put bevestigd stankafsluitelement, met het kenmerk, dat het stankafsluitelement (5) verwijderbaar in een vaste stand, evenwijdig aan een kolkeindwand (4) in de put (1) bevestigd is.

2. Put volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het stankaf sluitelement bevestigd is op een-met de putafvoer (2) verbonden wand-deel (4).

3. Put volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het stankafsluitelement door middel van symmetrisch rondom de putafvoer aange- 10 brschte bevestigingen (8) vastgehouden wordt.

4. Put volgens conclusie 1-3, met het kenmerk, dat het stankafsluitelement door middel van snapbevestigingen bevestigd is.

5. Put volgens conclusie 1-4, met het kenmerk, dat het stankafsluitelement bevestigd is door middel van een. schroefdraadbeves- 15 tiging.

6. Put volgens conclusie 1-5, met het kenmerk, dat het stankafsluitelement bevestigd is op een binnenflens (7) van een met de put-afvoerrand (11) verbonden buisverbindingselement4

7. Put volgens conclusie 1-6, met het kenmerk, dat het buisver-20 bindingselement (6) een eerste U-vormige flens (7, 7a) omvat, waarin de omtreksrand van een putafvoer (2) opgenomen is.

8. Put volgens conclusie 1-7, met het kenmerk, dat het buisverbindingselement een tweede U-voimige flens (8) omvat voor het opnemen van een buisdeel (9) voorzien van een eindflens (10).

9. Put volgens conclusie 1-8, met het kenmerk, dat het buisver- bindingsstuk (6) manchetvormig uitgevoerd is. » 781 1 7 52 N*.

10. Put volgens conclusie 1-8, met het kenmerk, dat het buisverbindingsstuk (6) bolvormig uitgevoerd is.

11. Put volgens conclusie 1-10 met het kenmerk, dat het buisver-bindingsstuk (6) flexibel uitgevoerd is.

12. Put volgens conclusie 1-11, met het kenmerk, dat het buis-verbindingsstuk (6) uit een elastomeer of kunststofmateriaal bestaat.

13. Put volgens conclusie 1-12, met het kenmerk, dat het stank-afsluitelement (5) uit kunststof bestaat.

14. Buisverbindingsstuk geschikt voor toepassing bij een put volgens conclusie 1-13.

15. Stankafsluitelement geschikt voor toepassing bij een put volgens conclusie 1-13. A 4 4 ! r rt / ö 1 1 / o Z