NL2031519A

NL2031519A - Cultivation system for edible insect larvae, breeding station.

Info

Publication number: NL2031519A
Application number: NL2031519A
Authority: NL
Inventors: Moret Michiel
Original assignee: Feed And Food Production Bv
Priority date: 2021-05-04
Filing date: 2022-04-06
Publication date: 2022-11-09
Also published as: NL2031519B1; NL2028144B1; NL2031518A; NL2031518B1

Abstract

Kweeksysteem voor het kweken van eetbare insectenlarven, bevattende een voedersysteem voor het toevoeren van voeder en transportmiddelen voor het door het kweeksysteem 5 transporteren van insectenlarven en een controlesysteem voor het aansturen van het toevoeren van voeder en het transporteren van insectenlarven. Het kweeksysteem bevat een kweekstation en stapels kweekkratten (55), parallelle transportlijnen (21) met aan beide uiteinden daarvan dwarstransportlijnen (22) transportmiddelen voor het transporten van stapels kratten en een lezer (23) voor het lezen van een herkenningsmiddel (551). Het 10 kweeksysteem bevat een regelsysteem (41) met een middel voor het ontvangen van herkenningssignaal en het zenden van besturingssignalen naar de transportmiddelen en het voedersysteem. Het kweekstation bevat drie of meer parallelle transportlijnen (2la‚ 2lb‚ 2lc‚ 2ld) ‚ aan beide uiteinden onderling verbonden door dwarstransportlijnen (22a‚ 22b) en/of het kweekstation een dwarstransportlijn (22c) tussen de dwarstransportlijnen (22a‚ 22b) aan 15 beide uiteinden van de transportlijnen..Breeding system for cultivating edible insect larvae, comprising a feeding system for supplying feed and transport means for transporting insect larvae through the breeding system 5 and a control system for controlling the supply of feed and transporting insect larvae. The breeding system comprises a breeding station and stacks of breeding crates (55), parallel transport lines (21) with transverse transport lines (22) at both ends thereof for transporting stacks of crates and a reader (23) for reading a recognition means (551). The breeding system comprises a control system (41) with means for receiving a recognition signal and sending control signals to the transport means and the feeding system. The breeding station contains three or more parallel transport lines (21a, 2lb, 2lc, 2ld) ‚ interconnected at both ends by cross transport lines (22a, 22b) and/or the breeding station has a cross transport line (22c) between the cross transport lines (22a, 22b) at 15 both ends of the transport lines.

Description

Kweeksysteem voor eetbare insectenlarven, kweekstation. De uitvinding heeft betrekking op een kweeksysteem voor het kweken van eetbare insectenlarven, waarbij het kweeksysteem een voedersysteem voor het toevoeren van voeder aan de eetbare insectenlarven en transportmiddelen voor het door het kweeksysteem transporteren van insectenlarven en een controlesysteem voor het aansturen van het toevoeren van voeder en het transporteren van insectenlarven bevat. De uitvinding heeft tevens betrekking op een kweekstation voor een kweeksysteem waarbij de basis het transporteren van de insecten naar de voerplaats is.Cultivation system for edible insect larvae, breeding station. The invention relates to a breeding system for breeding edible insect larvae, the breeding system comprising a feeding system for supplying feed to the edible insect larvae and transport means for transporting insect larvae through the breeding system and a control system for controlling the supply of feed and transporting insect larvae. The invention also relates to a breeding station for a breeding system, the basis of which is transporting the insects to the feeding place.

Eetbare insectenlarven vormen een goede bron van dierlijk eiwit. Eetbare insectenlarven zijn gezonde, voedzame altematieven dierlijke producten als kip, varkensvlees, rundvlees en zelfs vis (van oceaanvangst). Zij zijn rijk aan eiwitten en goede vetten en mineralen. Tijdens het kweekproces komen aanzienlijk minder schadelijke gassen zoals broeikasgassen en methaan vrij. Zij kunnen kleinschalig en op een klein oppervlak gekweekt worden. Op een zeer efficiënte wijze wordt voer omgezet in voedsel, veel efficiënter dan voor vee. Kweken kan overal geschieden ook in bevolkte gebieden en in steden.Edible insect larvae are a good source of animal protein. Edible insect larvae are healthy, nutritious alternatives to animal products such as chicken, pork, beef and even fish (from ocean catch). They are rich in proteins and good fats and minerals. During the cultivation process, considerably less harmful gases such as greenhouse gases and methane are released. They can be grown on a small scale and on a small surface. Feed is converted into food in a very efficient way, much more efficiently than for cattle. Breeding can take place anywhere, even in populated areas and in cities.

Eetbare insectenlarven zijn bijvoorbeeld de larven van kevers zoals meelwormen (Tenebrio molitor), de buffaloworm of kleine meelworm (alphitobius diaperinus), de sagoworm (Rhynchophorus Ferrugineus), en larven van vlinders zoals de zijdeworm, en de larve van de zijdemot (Bombyx mori). Bovenstaande lijst is niet als beperkend te zien, er zijn honderden kever-, mot- en vlinder-larven eetbaar en worden gegeten over de hele wereld, verdere voorbeelden zijn de mopane worm (Gonimbrasia belina) die in Zuid-Afrika veel gegeten wordt, en de larven van de neushoornkever (Oryctes rhinoceros).Edible insect larvae include the larvae of beetles such as mealworms (Tenebrio molitor), the buffalo or lesser mealworm (Alphitobius diaperinus), the sago worm (Rhynchophorus Ferrugineus), and butterfly larvae such as the silkworm, and the larva of the silk moth (Bombyx mori) . The above list is not to be seen as limiting, there are hundreds of beetle, moth and butterfly larvae edible and eaten all over the world, further examples are the mopane worm (Gonimbrasia belina) which is widely eaten in South Africa, and the larvae of the rhinoceros beetle (Oryctes rhinoceros).

Het Chinese octrooischrift CN111109204A beschrijft een kweeksysteem voor meelwormen bevattende een aantal stapels kweekplekken. Ieder kweekplek in een eerste stapel bevat een transportband voor het transporteren van meelwormenlarven van het kweekplek naar een naast de eerste stapel geplaatste tweede stapel kweekplekken, waarvan ieder van de kweekplekken een transportband bevat voor het transporteren van larven naar een derde stapel kweekplekken. De kweekplekken van de derde stapel bevatten transportbanden voor het transporteren van de larven naar een vierde stapel. De kweekplekken in de opeenvolgende stapels verschillen in grootte, waarbij de eerste stapel de kleinste kweekplekken bevat en de laatste de grootste. De kweekplekken van de eerste stapel staan hoger dan die van de tweede stapel, welke hoger staan dan die van de derde enzovoort. De eerste stapel bevat larven in het Jongste stadium en, gedurende de kweekcyclus van de larven, worden de larven getransporteerd doorheen het systeem om, ten slotte, bij de laatste stapel de volgroeide larven te kunnen oogsten. Langs de stapels kweekplekken is een op rails beweegbaar voedersysteem voorzien.Chinese patent CN111109204A describes a mealworm culture system comprising a number of stacks of culture sites. Each breeding spot in a first stack contains a conveyor belt for transporting mealworm larvae from the breeding spot to a second stack of breeding spots placed next to the first stack, each of the breeding spots containing a conveyor belt for transporting larvae to a third stack of breeding spots. The breeding sites of the third stack contain conveyor belts for transporting the larvae to a fourth stack. The grow spots in the successive stacks differ in size, with the first stack containing the smallest grow spots and the last the largest. The grow spots of the first stack are higher than those of the second stack, which are higher than those of the third, and so on. The first stack contains Youngest stage larvae and, during the breeding cycle of the larvae, the larvae are transported through the system to finally harvest the mature larvae at the last stack. A feeding system that can be moved on rails is provided along the stacks of breeding places.

Dit voedersysteem wordt langs de stapels bewogen en is voorzien van een op- en neer beweegbare voedertoevoerbuis. De voedertoevoerbuis wordt tussen de kweekplekken geschoven om voeder toe te voeren.This feeding system is moved along the stacks and is provided with a feed supply tube that can be moved up and down. The feed supply tube is slid between the breeding places to supply feed.

Hoewel het bekende systeem als doel heeft om arbeid zo veel mogelijk uit te sluiten en de gebruikte oppervlakte zo klein mogelijk te houden blijft er een streven om de efficiëntie te verhogen. Het is een doel van de uitvinding een kweeksysteem en kweekstation te verschaffen met een verhoogde efficiëntie en een vereenvoudigde structuur. Hiertoe heeft het kweeksysteem volgens de uitvinding het kenmerk dat het kweeksysteem een kweekstation en stapels kweekkratten bevat waarbij het kweekstation - parallelle transportlijnen met ten minste aan beide uiteinden daarvan dwarstransportlijnen die dwars op de parallelle transportlijnen staan en de parallelle transportlijnen verbinden, - transportmiddelen voor het transporten van stapels kratten over de transportlijnen en de dwarstransportlijnen en - een lezer voor het lezen van een herkenningsmiddel voor het herkennen van een stapel en het genereren van een herkenningssignaal; bevat het voedersysteem een aantal voedertoevoerlansen, waarbij deze zodanig beweegbaar zijn dat het zich tijdens het toevoeren van voeder aan een kweekkrat ten minste ten dele in een open plek op of naast een transportlijn of dwarstransportlijn bevindt en ten dele tussen kweekkratten en na het toevoeren van voeder tot geheel buiten de transportlijnen beweegbaar is. en dat het kweeksysteem verder een regelsysteem bevat met een middel voor het ontvangen van herkenningssignaal en het zenden van besturingssignalen naar de transportmiddelen en het voedersysteem. Het kweekstation bevat drie of meer parallelle transportlijnen, aan beide uiteinden onderling verbonden door dwarstransportlijnen en/of bevat het kweekstation een dwarstransportlijn tussen de dwarstransportlijnen aan beide uiteinden van de tansportlijnen. Dit maakt gecontroleerd verspreiden van stapels kweekkratten met insectenlarven in verschillende stadia, d.w.z. van verschillende leeftijd over de transport- en dwarstransportlijnen mogelijk. - Bij gebruik van slechts twee transportlijnen met dwarstransportlijnen aan beide uiteinden 1s een enkele kringloop gevormd. De onderlinge posities van stapels kratten ligt dan vast, de kratten vormen een trein waarin de onderlinge positie van de stapels niet eenvoudig veranderd kan worden. Bevat het kweekstation meer dan twee, bij voorbeeld drie, bij voorkeur vier parallelle transportlijnen, aan beide uiteinden onderling verbonden door dwarstransportlijnen en/of bevat het kweekstation een dwarstransportlijn tussen de transportlijnen aan beide uiteinden dan bevat het kweekstation twee of meer gekoppelde kringlopen. Hierdoor is een gecontroleerde en aanpasbare verdeling van kweekkratten van verschillende cyclusleeftijd over de transport- en dwarstransportlijnen mogelijk.Although the known system aims to exclude labor as much as possible and to keep the surface area used as small as possible, there is still an aim to increase efficiency. It is an object of the invention to provide a breeding system and breeding station with increased efficiency and a simplified structure. To this end, the cultivation system according to the invention is characterized in that the cultivation system comprises a cultivation station and stacks of cultivation crates, the cultivation station having - parallel transport lines with transverse transport lines at least at both ends thereof, which are transverse to the parallel transport lines and connect the parallel transport lines, - transport means for transporting of stacks of crates over the conveyor lines and the cross conveyor lines and - a reader for reading a recognition means for recognizing a stack and generating a recognition signal; the feeding system contains a number of feed supply lances, whereby these are movable in such a way that, during the supply of feed to a breeding crate, it is at least partly in an open space on or next to a transport line or transverse transport line and partly between breeding crates and after the supply of feed can be moved completely outside the transport lines. and in that the breeding system further comprises a control system with means for receiving a recognition signal and sending control signals to the transport means and the feeding system. The breeding station contains three or more parallel transport lines, interconnected at both ends by transverse transport lines and/or the breeding station contains a transverse transport line between the transverse transport lines at both ends of the transport lines. This allows controlled spreading of stacks of breeding crates with insect larvae of different stages, i.e. of different ages, over the transport and cross-transport lines. - When using only two transport lines with transverse transport lines at both ends, a single cycle is formed. The mutual positions of stacks of crates are then fixed, the crates form a train in which the mutual position of the stacks cannot easily be changed. If the breeding station contains more than two, for example three, preferably four parallel transport lines, mutually connected at both ends by transverse transport lines and/or the breeding station contains a transverse transport line between the transport lines at both ends, then the breeding station contains two or more linked cycles. This allows a controlled and adaptable distribution of breeding crates of different cycle ages over the transport and cross transport lines.

- Insectenlarven produceren warmte en zij produceren meer warmte naarmate ze ouder zijn. In het bekende systeem wordt aan een kant van het systeem, daar waar de insectenlarven in het laatste stadium zich bevinden, veel warmte geproduceerd. Het kweeksysteem volgens de geprefereerde uitvoering maakt het mogelijk de onderlinge positie van kweekkratten van verschillende stadia van ontwikkeling te controleren te wisselen en daarmee de verdeling van warmteproductie door de insectenlarven zelf over het kweekstation te regelen. Dit verbetert de warmtehuishouding, het vermindert ook de hoeveelheid warmte of koelte die dient te worden toegevoerd in zeer koude of warme omstandigheden.- Insect larvae produce heat and they produce more heat as they get older. In the known system, a lot of heat is produced on one side of the system, where the insect larvae are located in the last stage. The rearing system according to the preferred embodiment makes it possible to control the mutual position of rearing crates of different stages of development and thus to control the distribution of heat production by the insect larvae themselves over the rearing station. This improves the heat management, it also reduces the amount of heat or cool that needs to be supplied in very cold or hot conditions.

- Bij voorkeur is het regelsysteem ingesteld voor het naar keuze door elkaar plaatsen van kweekkratten van verschillende cyclusleeftijd worden over de transportlijnen en dwarstransportlijnen.Preferably, the control system is arranged to selectively intermix breeding crates of different cycle ages over the transport lines and cross transport lines.

- De verspreiding zorgt ervoor dat stapel kweekkratten van verschillende leeftijd naar keuze over het kweeksysteem verdeeld worden. Dit verbetert de warmtehuishouding.- The distribution ensures that stacks of breeding crates of different ages are distributed as desired over the cultivation system. This improves heat management.

- Bij voorkeur bevat het kweeksysteem vier parallelle transportlijnen (21a, 21b, 21c, 21d) bevat, aan beide uiteinden onderling verbonden door twee dwarstransportlijnen (22a, 22b) en één voedersysteem bevat.- Preferably, the breeding system comprises four parallel transport lines (21a, 21b, 21c, 21d), interconnected at both ends by two transverse transport lines (22a, 22b) and contains one feeding system.

- Het herkenningsmiddel kan op of aan, naast of onder een kweekkrat geplaatst zijn. De kweekkratten staan bij voorbeeld en bij voorkeur op een tray die voorzien 1s van een herkenningsmiddel, waardoor de stapel als geheel en het onderste kweekkrat voorzien is van een herkenningsmiddel. Er worden bij voorbeeld 16 kratten op elkaar tegelijkertijd gevoerd waarbij een of meer voerlansen een van te voren geprogrammeerde route volgt in de kweekkratDe stapels kratten zijn beweegbaar door het systeem. Hierdoor behoeven de kweekplekken zelf geen bewegende delen te bevatten. Dit vereenvoudigt het kweeksysteem aanmerkelijk. Verder worden in gebruik de stapels kweekkratten van en naar het voedersysteem getransporteerd. Hierdoor kan het systeem compacter uitgevoerd worden omdat de rails voor het bewegen van het voedersysteem niet meer nodig zijn. Het kweeksysteem bevat parallelle transportlijnen met ten minste aan beide uiteinden daarvan dwarstransportlijnen die dwars op de parallelle transportlijnen staan en de parallelle transportlijnen verbinden.- The means of recognition can be placed on or on, next to or under a breeding crate. The breeding crates are for instance and preferably on a tray which is provided with a means of identification, as a result of which the stack as a whole and the bottom breeding crate are provided with a means of identification. For example, 16 crates are fed on top of each other at the same time, with one or more feed lances following a pre-programmed route in the breeding crate. The stacks of crates are movable through the system. As a result, the growing areas themselves need not contain any moving parts. This simplifies the cultivation system considerably. Furthermore, in use, the stacks of breeding crates are transported to and from the feeding system. As a result, the system can be made more compact because the rails for moving the feeding system are no longer necessary. The culture system includes parallel transport lines having transverse transport lines at least at both ends thereof that are transverse to the parallel transport lines and connect the parallel transport lines.

Hierdoor wordt een kringloop gemaakt.This creates a cycle.

Door ten minste een positie in de kringloop vrij te houden kan achtereenvolgens steeds een stapel kweekkratten naar het voedersysteem worden getransporteerd, van voeder worden voorzien, waarna het voedersysteem geheel buiten de transportlijnen wordt gebracht, de stapel kratten die van voeder 1s voorzien getransporteerd kan worden, een nieuwe stapel kratten op de voederplek kan worden getransporteerd en van voeder worden voorzien.By keeping at least one position free in the cycle, a stack of breeding crates can be successively transported to the feeding system, provided with feed, after which the feeding system is moved completely outside the transport lines, the stack of crates provided with feed can be transported, a new stack of crates on the feeding area can be transported and supplied with feed.

Op verschillende wijzen kunnen de stapels getransporteerd worden, door een lopende band, door aangedreven rollers, of gebruik makend van duw-of trekapparaten.The stacks can be transported in various ways, by a conveyor belt, by driven rollers, or by using push or pull devices.

De kracht om de stapel te transporteren kan onderop de stapel worden uitgeoefend, een lopende band constructie is daarvan een voorbeeld.The force to transport the stack can be exerted at the bottom of the stack, a conveyor belt construction is an example of this.

De kracht kan ook van bovenaf worden uitgeoefend door trek- en duwsystemen aan het plafond.The force can also be applied from above by pull and push systems on the ceiling.

Het systeem is bij voorkeur voorzien van correctie geleiders om de kratten in positie te houden gedurende de beweging door het kweeksysteem. - Het voedersysteem bevat een voedertoevoer, beweegbaar over 2 assen, waarbij de voedertoevoer zodanig beweegbaar is dat het zich tijdens het toevoeren van voeder aan een kweekkrat ten minste ten dele in een open plek boven of naast en transportlijn of dwarstransportlijn bevindt en ten dele tussen kweekkratten en na het toevoeren van voeder tot geheel buiten de transportlijnen beweegbaar is.The system is preferably provided with correction guides to keep the crates in position during movement through the cultivation system. - The feeding system contains a feed supply, movable over 2 axes, whereby the feed supply is movable in such a way that during feed supply to a breeding crate it is at least partly in an open space above or next to a transport line or cross transport line and partly between breeding crates and after supplying feed is movable completely outside the conveyor lines.

De een of meer voerlansen zijn beweegbaar over twee assen die bij voorkeur aangestuurd worden met cilinders.The one or more feed lances are movable over two axes, which are preferably controlled by cylinders.

Hierdoor is vrijwel ieder patroon met voer neer te leggen in de krat.As a result, almost every cartridge with feed can be placed in the crate.

Bijkomend voordeel is dat het voer beter verspreid wordt in de krat waardoor de beweegafstand van de meelwormen in de krat vrijwel gelijk is voor alle insecten en dat er geen berg met het stapelbare verpompbare voer in de krat ontstaat.An additional advantage is that the feed is better distributed in the crate, so that the movement distance of the mealworms in the crate is almost the same for all insects and that there is no mountain of stackable pumpable feed in the crate.

Elk van de voedertoevoeren is bij voorkeur afzonderlijk afsluitbaar en er wordt bij voorkeur in gebruik één krat tegelijk gevoerd waarbij ook de druk in het systeem gemeten wordt.Each of the feed supplies can preferably be closed separately and, in use, preferably one crate is fed at a time, whereby the pressure in the system is also measured.

Dit heeft als voordeel dat kan worden gecontroleerd in real time dat er daadwerkelijk voer door de voedertoevoer is gegaan.This has the advantage that it can be checked in real time that feed has actually passed through the feed supply.

De voedertoevoerbeweging wordt herhaald tot alle voedertoevoeren in het systeem gebruikt zijn en successievelijk de complete stapel met kratten is gevoerd.The feed supply movement is repeated until all feed supplies in the system have been used and the complete stack of crates has been fed successively.

De voedertoevoer draait weer in de rust positie, de gevoerde stapel kratten wordt verplaatst in het systeem en een nieuwe stapel te voeren kratten wordt aangeboden aan de voedertoevoer, die vervolgens indraait.The feed supply rotates back into the rest position, the fed stack of crates is moved in the system and a new stack of crates to be fed is offered to the feed supply, which then rotates.

Het systeem heeft een herkenningssysteem waarbij op basis van het moment van plaatsing van de kratten in de kweekcontainer en het actuele moment van voeren bepaald wordt hoeveel voer gedoseerd moet worden.The system has a recognition system that determines how much feed must be dosed based on the moment the crates are placed in the breeding container and the current moment of feeding.

Elke week wordt meer voer gedoseerd omdat de insecten in de voorafgaande week gegroeid zijn en meer behoefte hebben aan voer.Each week more food is dosed because the insects have grown in the previous week and need more food.

Er wordt dagelijks leeftijdsafhankelijk gevoerd.Feeding is done daily according to age.

Het gebruik van twee assen maakt het mogelijk om in een kleine ruimte een gecompliceerde beweging te maken met de voermond van de voedertoevoer. Hierdoor is een compact design mogelijk, en kan voeder over het kweekkrat verspreid worden. Na het toevoeren van voeder aan een stapel kweekkratten wordt de beweegbare voedertoevoer geheel buiten de 5 transportlijnen gebracht en kunnen de stapels kweekkratten bewogen en verschoven worden zodat een volgende stapel kweekkratten van voeder voorzien kan worden. Dit proces kan herhaald worden.The use of two axes makes it possible to make a complicated movement with the feed mouth of the feed supply in a small space. This makes a compact design possible, and feed can be spread over the breeding crate. After feed has been supplied to a stack of breeding crates, the movable feed supply is moved completely outside the conveyor lines and the stacks of breeding crates can be moved and shifted so that a next stack of breeding crates can be provided with feed. This process can be repeated.

Omdat de stapels bewogen kunnen worden kunnen de stapel ook naar een- en dezelfde plek bewogen worden voor enerzijds het inladen van kratten bevattende eitjes of heel kleine larven en anderzijds voor het oogsten van volgroeide larven door het uitladen van stapels kratten met volgroeide larven.Because the stacks can be moved, the stack can also be moved to one and the same place for, on the one hand, loading crates containing eggs or very small larvae, and, on the other hand, for harvesting fully grown larvae by unloading stacks of crates with fully grown larvae.

Dat maakt de opstelling, in vergelijking met de bekende opstelling waarbij aan de ene kant van de opstelling geladen en aan de andere kant van de opstelling geoogst wordt, waarvoor ruimte nodig is voor toegang aan begin- en eindzijde van de opstelling, beduidend compacter.This makes the set-up considerably more compact compared to the known set-up in which loading takes place on one side of the set-up and harvesting takes place on the other side, which requires space for access at the start and end of the set-up.

Het kweekstation is voorzien van een lezer voor het lezen van een herkenningsmiddel. Hiermee kunnen stapels herkend worden. De signalen worden naar het regelsysteem gestuurd. Het regelsysteem kan zo bijhouden waar in het kweekstation bepaalde stapels kweekkratten zich bevinden, en wanneer de kratten toegevoegd zijn. Op basis hiervan wordt de hoeveelheid toe te dienen voer bepaald .The breeding station is provided with a reader for reading an identification means. Stacks can be recognized with this. The signals are sent to the control system. The control system can thus keep track of where certain stacks of breeding crates are located in the breeding station, and when the crates have been added. Based on this, the amount of feed to be administered is determined.

De kweekkratten zijn bij voorkeur geplaatst op een tray met bij voorkeur een ruwe onderkant zodat er voldoende grip is om de stapels kratten te transporteren in het kweeksysteem. De tray kan voorzien zijn van voorzien van het herkenningsmiddel Voorbeelden van herkenningsmiddelen zijn QR code, Barcode, RFID tag, NFC tag, Snaptags, Bluetooth beacon, Infrared or wifi RTLS. Voorbeelden van lezers voor het lezen van herkenningsmiddelen zijn QR code lezer, barcode lezer, RFID lezer, bluetooth receiver. Het aangebrachte herkenningsmiddel kan een passief middel zijn, dat wil zeggen een code drager met vaste gegevens, of programmeerbaar, onder meer RFID tags kunnen van gegevens worden voorzien. Indien het kweekstation voorzien is van een middel voor het doen opslaan van gegevens op een aangebracht herkenningsmiddel, zoals een codeerbare RFID-tag, dan is het mogelijk om de voedergeschiedenis van de betreffende stapel op te slaan. Hierdoor is na oogsten van een stapel kratten op een tray af te lezen hoeveel voer wanneer is toegediend. Van elke voerbeurt wordt bij voorkeur een rapportage gemaakt. Dit maakt het mogelijk om het toevoeren van voeder proefondervindelijk te verbeteren en waar mogelijk te optimaliseren.The cultivation crates are preferably placed on a tray with preferably a rough bottom so that there is sufficient grip to transport the stacks of crates in the cultivation system. The tray can be provided with the means of recognition. Examples of means of recognition are QR code, Barcode, RFID tag, NFC tag, Snaptags, Bluetooth beacon, Infrared or wifi RTLS. Examples of readers for reading recognition means are QR code reader, barcode reader, RFID reader, bluetooth receiver. The applied recognition means can be a passive means, i.e. a code carrier with fixed data, or programmable, inter alia RFID tags can be provided with data. If the breeding station is provided with a means for storing data on an applied recognition means, such as a coded RFID tag, then it is possible to store the feeding history of the relevant stack. As a result, after harvesting a stack of crates on a tray, it is possible to read how much feed has been administered and when. A report is preferably made of each feeding. This makes it possible to improve the feed supply experimentally and to optimize it where possible.

Het regelsysteem kan een regelsysteem zijn exclusief voor een bepaald kweekstation, al dan niet als vast onderdeel van het kweekstation, een centrale computer voor meerdere kweekstations, het kan ook een centrale “general purpose” computer zijn voorzien van een geschikt computerprogramma. Het kan ook een internet site zijn waarmee via een app contact gemaakt wordt en voorzien van een geschikt computerprogramma.The control system can be a control system exclusively for a particular breeding station, whether or not as a fixed part of the breeding station, a central computer for several breeding stations, or it can be a central "general purpose" computer provided with a suitable computer program. It can also be an internet site that is contacted via an app and provided with a suitable computer program.

Het zenden en ontvangen van signalen van en naar het regelsysteem kan draadloos gebeuren of via draden of door een combinatie van beide.Sending and receiving signals to and from the control system can be done wirelessly or via wires or a combination of both.

In uitvoeringsvormen het kweekstation twee of meer voedersystemen. Meer dan een voedersysteem maakt het mogelijk om een van de voedersystemen als back-up voedersysteem te gebruiken, als er verstopping zou optreden tijdens de kweekcyclus dan kan het back-upsysteem direct ingezet worden.In embodiments, the breeding station has two or more feeding systems. More than one feeding system makes it possible to use one of the feeding systems as a back-up feeding system, if clogging should occur during the breeding cycle, the back-up system can be used immediately.

In uitvoeringsvormen met een kweekstation met twee of meer voedersystemen zijn de voedersystemen uitgerust voor het toevoeren van twee of meer verschillende substanties en het kweeksysteem houders en/of toevoerlijnen bevat voor de verschillende substanties.In embodiments with a breeding station with two or more feeding systems, the feeding systems are equipped for supplying two or more different substances and the breeding system contains containers and/or supply lines for the different substances.

De twee of meer verschillend substanties kunnen twee of meer verschillende voederrecepten zijn of voeder en medicijnen, bij voorbeeld ter bestrijding van schimmel, mijtbestrijding. Ook kan een van de substanties (koel) water of koele lucht zijn of juist warme lucht in koude omstandigheden.The two or more different substances can be two or more different feed recipes or feed and medicines, e.g. for combating mold, mite control. One of the substances can also be (cooling) water or cool air or, conversely, warm air in cold conditions.

Als de temperatuur op uitzonderlijk hete dagen te hoog zou oplopen is het mogelijk om koele lucht in de container zelf blazen, maar die koeling komt dan in de hele ruimte, niet daar waar het het hoogst nodig is, direct op de insectenlarven.If the temperature were to rise too high on exceptionally hot days, it is possible to blow cool air into the container itself, but that cooling then reaches the entire room, not where it is most needed, directly on the insect larvae.

Een van de twee of meer voedersystemen (of in noodsituaties zelfs het enige voedersysteem) kan gebruikt worden voor het toevoeren van koele lucht of water of waternevel direct op de insectenlarven ter voorkoming van oververhitting of uitdroging of onderkoeling. Omdat in het kweeksysteem volgens de uitvinding de stapels kweekkratten naar keuze naar een voedersysteem getransporteerd kunnen worden kan daar waar het nodig is warmte, koeling, medicijnen of voeder naar maat worden toegevoerd.One of the two or more feeding systems (or even the single feeding system in emergency situations) can be used to supply cool air or water or water mist directly to the insect larvae to prevent overheating or dehydration or hypothermia. Because in the breeding system according to the invention the stacks of breeding crates can be transported as desired to a feeding system, heat, cooling, medicines or feed can be supplied as required where necessary.

Het voedersysteem is bij voorkeur gemonteerd op de deur van het kweekstation zodat schoonmaken buiten het kweekstation kan plaatsvinden door het openen van de deur. Het voedersysteem kan ook in een middendeel van het kweekstation verplaatssysteem geplaatst zijn als het bijvoorbeeld een voedertoevoer bevat dat zich van boven laat zakken, of van onderen omhoog komt. Het beweegbare toevoerdeel komt dan niet van opzij maar bijvoorbeeld van boven of van onderen. Dat noodzaakt in het algemeen een meer ingewikkelde opstelling maar kan handig zijn als er enige ruimte 1s boven de stapels, en er net voldoende ruimte voor het kweekstation gewonnen kan worden om een extra rij of kolom stapels in een beschikbare ruimte te plaatsen.The feeding system is preferably mounted on the door of the breeding station so that cleaning can take place outside the breeding station by opening the door. The feeding system can also be placed in a middle part of the breeding station moving system if, for instance, it contains a feed supply that lowers from above or rises from below. The movable supply part then does not come from the side, but for instance from above or below. This generally necessitates a more complex arrangement, but can be useful if there is some space above the stacks, and just enough space can be gained for the breeding station to fit an additional row or column of stacks in an available space.

Bij voorkeur bevat de voedertoevoer een aantal boven elkaar geplaatste voedertoevoerbuizen, welke tijdens het toevoeren van voeder zich in een ruimte tussen twee kweekkratten gestoken zijn. Het aantal is bij voorkeur gelijk aan het aantal kweekkratten in een stapel.The feed supply preferably comprises a number of feed supply tubes placed one above the other, which are inserted into a space between two breeding crates during the supply of feed. The number is preferably equal to the number of breeding crates in a stack.

In uitvoeringsvormen zijn de voedertoevoerbuizen omhoog en omlaag beweegbaar.In embodiments, the feed supply tubes are movable up and down.

Dan kan men met bijvoorbeeld een vijfde, vierde, derde of de helft van het aantal voedertoevoerbuizen toeln de uitvinding de voedertoevoer voorzien van middelen voor het heen en weer zwaaien van de voedertoevoerbuizen en het regelsysteem van middelen voor het doen heen en weer zwaaien van de voedertoevoerbuizen waarbij er over twee verticale assen gedraaid kan worden zodat vrijwel elke denkbare vorm aan voer neergelegd kan worden in een krat.Then, with for instance a fifth, fourth, third or half the number of feed supply tubes added to the invention, the feed supply can be provided with means for swinging the feed supply tubes back and forth and the control system with means for causing the feed supply tubes to swing back and forth. which can be rotated over two vertical axes so that almost any conceivable form of feed can be deposited in a crate.

Hierdoor wordt het voeder beter over de kratten verdeeld.As a result, the feed is better distributed over the crates.

In geprefereerde uitvoeringsvormen is het kweeksysteem voorzien van middelen voor het tijdens het toevoeren van voeder heen en weer zwaaien van de toevoerbuizen en het bewegen van stapels kratten. Hierdoor kan het voeder nog beter verdeeld worden over een krat, In geprefereerde uitvoeringsvormen is het kweekstation is van middelen voor het regelen van de kweektemperatuur, de kweekvochtigheidsgraad en/of het CO, gehalte en voorzien is een of meer sensoren voor het meten van de temperatuur, het vochtigheidsgehalte en/of het CO: gehalte en het regelsysteem een middel bevat voor het ontvangen van een of meer meetsignalen van de een of meer temperatuur- vochtigheidsgraad- of CO,-sensor. Hierdoor kan het kweekproces verbeterd worden.In preferred embodiments, the cultivation system is provided with means for swinging the supply tubes back and forth during the supply of feed and for moving stacks of crates. As a result, the feed can be distributed even better over a crate. In preferred embodiments, the breeding station is equipped with means for regulating the breeding temperature, the breeding humidity and/or the CO content and is provided with one or more sensors for measuring the temperature. , the humidity level and/or the CO2 level and the control system includes a means for receiving one or more measurement signals from the one or more temperature, humidity or CO2 sensor. This allows the breeding process to be improved.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een kweekstation voor een kweeksysteem volgens de uitvinding en op een kweekkrat voor een kweeksysteem volgens de uitvinding.The invention also relates to a breeding station for a breeding system according to the invention and to a breeding crate for a breeding system according to the invention.

In een geprefereerde uitvoeringsvorm van de uitvinding is het kweekstation geplaatst ineen vervoerscontainer en is de uitvinding belichaamd in een vervoerscontainer voorzien van een kweekstation volgens de uitvinding.In a preferred embodiment of the invention, the breeding station is placed in a transport container and the invention is embodied in a transport container provided with a breeding station according to the invention.

De uitvinding geeft een zeer compacte opstelling waarbij een en dezelfde zijde van de opstelling kan worden gebruikt voor het laden van op te kweken insectenlarven en het oogsten van gekweekte insectenlarven.The invention provides a very compact set-up in which one and the same side of the set-up can be used for loading insect larvae to be reared and harvesting reared insect larvae.

Dit maakt het mogelijk om het kweekstation in een vervoerscontainer te plaatsen en een hoge opbrengst op een klein oppervlak te verkrijgen.This makes it possible to place the breeding station in a transport container and to obtain a high yield on a small surface.

Bij voorkeur is de transportcontainer van een klimaatbeheersingssysteem en isolatie voorzien.The transport container is preferably provided with a climate control system and insulation.

Hierdoor is het mogelijk de temperatuur en/of de vochtigheidsgraad te beheersen tijdens het kweken van de insectenlarven.This makes it possible to control the temperature and/or the humidity level during the cultivation of the insect larvae.

Vervoerscontainers zijn er in vele maten, met een lengte van 10, 20, 40, 45 en 53 voet.Shipping containers come in many sizes, ranging in length from 10, 20, 40, 45, and 53 feet.

De breedtemaat is vaak 8 voet, maar er zijn ook wide pallet vervoerscontainers en grotere breedtematen.The width is often 8 feet, but there are also wide pallet transport containers and larger widths.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het kweken van insectenlarven gebruik makend van een kweeksysteem volgens de uitvinding.The invention also relates to a method for breeding insect larvae using a breeding system according to the invention.

Deze en verdere aspecten van de uitvinding worden hier volgend beschreven en geïllustreerd aan de hand van de tekening:These and further aspects of the invention are described and illustrated below with reference to the drawing:

In de tekening toont: Figuur 1 een voorbeeld van een bekend systeem; Figuren 2A tot en met 2C een verder voorbeeld van een bekend systeem.In the drawing: Figure 1 shows an example of a known system; Figures 2A to 2C show a further example of a known system.

Figuur 3 een eenvoudige uitvoeringsvorm van een deel van een kweeksysteem volgens de uitvinding; Figuur 4 een deel van een kweeksysteem voorzien van sensoren; Figuur 5 een voorbeeld van een regelsysteem volgens de uitvinding; Figuur 6 een zijaanzicht van een voorbeeld van een kweekstation volgens de uitvinding; Figuur 7 een voorbeeld van een kweekstation in een vervoerscontainer; Figuur 8 een bovenaanzicht van een kweekstation in een container, Figuur 9 een transportcontainer voorzien van een kweekstation in perspectivisch aanzicht; Figuur 10 een krat voor een kweeksysteem volgens de uitvinding; Figuur 11 een voedertoevoer met voedertoevoerbuizen.Figure 3 shows a simple embodiment of part of a cultivation system according to the invention; Figure 4 shows part of a cultivation system provided with sensors; Figure 5 shows an example of a control system according to the invention; Figure 6 shows a side view of an example of a breeding station according to the invention; Figure 7 shows an example of a breeding station in a transport container; Figure 8 shows a top view of a breeding station in a container, Figure 9 shows a transport container provided with a breeding station in perspective view; Figure 10 shows a crate for a cultivation system according to the invention; Figure 11 shows a feed supply with feed supply tubes.

Figuren 12 tot en met 15 het verwisselen van de onderlinge posities van stapels kratten Figuren 16 een verder voorbeeld van een uitvoeringsvorm van een kweekstation volgens de uitvinding.Figures 12 to 15 show the interchanging of the mutual positions of stacks of crates. Figures 16 show a further example of an embodiment of a breeding station according to the invention.

Figuur 17 een stapel kratten Figuren 18A tot en met 18D een voorbeeld van een 2-assige beweging van een voedertoevoer illustreren.Figure 17 a stack of crates. Figures 18A to 18D illustrate an example of a 2-axis movement of a feed supply.

Figuren 19A en 19B twee voedercycli gebruikmakend van een voederstation illustreren.Figures 19A and 19B illustrate two feeding cycles using a feeding station.

Gelijke verwijzingscijfers verwijzen in de regel naar gelijke onderdelen. De figuren zijn niet op schaal getekend en dienen ter illustratie van de uitvinding.Like reference numerals generally refer to like parts. The figures are not drawn to scale and serve to illustrate the invention.

Figuur 1 toont een voorbeeld van een bekend systeem, een systeem bekend uit het Chinese octrooischrift CN111109204A voor het kweken van meelwormen. Het kweeksystem bevatte een aantal stapels 4, 5, 6 en 7 kweekplekken. Ieder kweekplek in een eerste stapel 4 bevat een transportband voor het transporteren van meelwormenlarven van de kweekplek naar een naast de eerste stapel geplaatste tweede stapel 5 kweekplekken, waarvan ieder van de kweekplekken ook een transportband bevat voor het transporteren van meelwormenlarven naar een derde stapel 6 kweekplekken. De kweekplekken van de derde stapel 6 bevatten ieder ook een transportband voor het transporteren van de larven naar een vierde stapel 7. De kweekplekken in de opeenvolgende stapels 4, 5, 6 en 7 verschillen in grootte, waarbij de eerste stapel de kleinste kweekplekken bevat en de laatste de grootste. De kweekplekken van de eerste stapel 4 staan hoger dan die van de tweede stapel 5, welke hoger staan dan die van de derde stapel 6 enzovoort. De eerste stapel 4 bevat larven in het jongste stadium en, gedurende de kweekcyclus van de larven, worden de larven getransporteerd doorheen het systeem om, ten slotte, bij de laatste stapel 7 de volgroeide larven te kunnen oogsten.Figure 1 shows an example of a known system, a system known from Chinese patent CN111109204A for breeding mealworms. The culture system contained a number of stacks of 4, 5, 6 and 7 culture spots. Each breeding spot in a first stack 4 contains a conveyor belt for transporting mealworm larvae from the breeding spot to a second stack of 5 breeding spots placed next to the first stack, of which each of the breeding spots also contains a conveyor belt for transporting mealworm larvae to a third stack of 6 breeding spots . The breeding spaces of the third stack 6 each also contain a conveyor belt for transporting the larvae to a fourth stack 7. The breeding spaces in the successive stacks 4, 5, 6 and 7 differ in size, with the first stack containing the smallest breeding spaces and the last the largest. The grow spots of the first stack 4 are higher than those of the second stack 5, which are higher than those of the third stack 6 and so on. The first stack 4 contains larvae in the youngest stage and, during the rearing cycle of the larvae, the larvae are transported through the system to finally harvest the fully grown larvae at the last stack 7.

Langs de stapels kweekplekken is een op rails 1 beweegbaar voedersysteem 2 voorzien. Dit voedersysteem wordt langs de stapels 4, 5,6 en 7 die samen een stellage 3 vormen bewogen en is voorzien van een op- en neerbeweegbare voedertoevoerbuis. De voedertoevoerbuis wordt tussen de kweekplekken geschoven om voeder toe te voeren.A feeding system 2 movable on rails 1 is provided along the stacks of breeding places. This feeding system is moved along the stacks 4, 5, 6 and 7, which together form a rack 3, and is provided with a feed supply tube that can be moved up and down. The feed supply tube is slid between the breeding places to supply feed.

Hoewel het bekende systeem als doel heeft om arbeid zo veel mogelijk uit te sluiten en de gebruikte oppervlakte zo klein mogelijk te houden blijft er een streven om de efficiëntie te verhogen.Although the known system aims to exclude labor as much as possible and to keep the surface area used as small as possible, there is still an aim to increase efficiency.

Veel ruimte die nodig is voor het systeem wordt niet gebruikt voor het kweken van insectenlarve an sich. Naast de stellage 3 is een baan nodig voor de rails en het voedersysteem. Aan de voorkant van de stellage 3 is een ruimte nodig voor het laden van te eitjes of jonge larven, aan de achterkant van de stellage 3 is een ruimte nodig voor het oogsten van gekweekte larven.Much of the space required for the system is not used for cultivating insect larvae per se. In addition to the rack 3, a track is required for the rails and the feeding system. At the front of the gantry 3 a space is needed for loading eggs or young larvae, at the back of the gantry 3 a space is needed for harvesting the grown larvae.

Onder de eerste stapel 4 bevindt zich een loze ruimte en boven de laatste stapel 7 bevindt zich ook een loze ruimte. Larven produceren warmte en de laatste stapel 7 zal beduidend warmer zijn de eerste stapel.Under the first stack 4 there is an empty space and above the last stack 7 there is also an empty space. Larvae produce heat and the last pile 7 will be significantly warmer than the first pile.

Figuren 2A tot en met 2C illustreert een systeem bekend uit de Chinese octrooiaanvraag CN1 12400809.Figures 2A through 2C illustrate a system known from Chinese patent application CN1 12400809.

Het kweekstation bevat twee parallelle transportlijnen 21 aan beide uiteinden daarvan dwarstransportlijnen 22 die dwars op de parallelle transportlijnen staan en de parallelle transportlijnen verbinden. Aan een kop van de installatie bevindt zich een voederstation 23. Het voederstation heeft rechte voedertoevoeren, het station 23 kan heen en weer bewegen en daarmee de rechte voedertoevoeren in en uit de stapels bewegen. Via de rechte voedertoevoeren wordt voer toegevoerd.The breeding station contains two parallel transport lines 21 at both ends of which are transverse transport lines 22 which are transverse to the parallel transport lines and connect the parallel transport lines. A feeding station 23 is located at one head of the installation. The feeding station has straight feed supplies, the station 23 can move back and forth and thus move the straight feed supplies into and out of the stacks. Feed is supplied via the straight feed inlets.

Figuren 3 en verder illustreren een kweeksysteem en kweekstation volgens de uitvinding.Figures 3 and further illustrate a culture system and culture station according to the invention.

Voor productie voor consumptie van insecten of verwerking van insectenlarven in voedselproducten wordt een vol- of ten minste gedeeltelijk automatische schaalbaar, bij voorkeur mobiel, kweeksysteem verschaft. Bij voorkeur wordt een plug-and-operate systeem verschaft dat gemakkelijk ter plaatse te installeren is, om het voor de gebruikers van het systeem gemakkelijk te maken insectenlarven, als bij voorbeeld meelwormen, te kweken. Eieren kunnen worden ingeladen en de oogstrijpe larven kunnen tijdens de oogsttijd uit het systeem genomen worden. De input (eieren) en de output (insectenlarven) kan geregeld worden zodat een gewenste output aan het einde van de productieketen van hoogwaardige insectenlarven als basis voor producten voor consumptie kan worden verzekerd.For production for consumption of insects or processing of insect larvae in food products, a fully or at least partially automatic scalable, preferably mobile, breeding system is provided. Preferably, a plug-and-operate system is provided that is easy to install on site, to make it easy for the users of the system to breed insect larvae, such as mealworms, for example. Eggs can be loaded and the harvest-ready larvae can be taken out of the system at harvest time. The input (eggs) and the output (insect larvae) can be controlled to ensure a desired output at the end of the production chain of high-quality insect larvae as a basis for products for consumption.

Figuur 3 illustreert een eenvoudige uitvoeringsvorm van de uitvinding.Figure 3 illustrates a simple embodiment of the invention.

Het kweekstation bevat ten minste drie parallelle transportlijnen 21 met ten minste aan beide uiteinden daarvan dwarstransportlijnen 22 die dwars op de parallelle transportlijnen staan en de parallelle transportlijnen verbinden. Met stippellijnen is een mogelijke bewegingsrichting op de transportbanen en dwarstransportbanen aangegeven. De beweging kan zowel linksom, als rechtsom zijn, of naar wens linksom of rechtsom zijn of heen en weer. Bij gebruik van slechts twee transportlijnen met dwarstransportlijnen aan beide uiteinden die een kringloop vormen is slechts een enkele kringloop gevormd, zoals bijvoorbeeld in figuur 2 te zien is. De onderlinge posities van stapels kratten ligt dan vast, de kratten vormen een trein waarin de onderlinge positie van de stapels niet eenvoudig veranderd kan worden. Bevat het kweekstation meer dan twee, bij voorbeeld drie, bij voorkeur vier parallelle transportlijnen, aan beide uiteinden onderling verbonden door dwarstransportlijnen en/of bevat het kweekstation een dwarstransportlijn tussen de transportlijnen aan beide uiteinden dan bevat het kweekstation twee of meer gekoppelde kringlopen. Hierdoor is een gecontroleerde en aanpasbare verdeling van kweekkratten van verschillende cyclusleeftijd over de transport- en dwarstransportlijnen mogelijk.The breeding station contains at least three parallel transport lines 21 with transverse transport lines 22 at least at both ends thereof, which are transverse to the parallel transport lines and connect the parallel transport lines. A possible direction of movement is indicated with dotted lines on the conveyor belts and cross conveyor belts. The movement can be both left and right, or left or right or back and forth as desired. When using only two transport lines with cross transport lines at both ends forming a loop, only a single loop is formed, as can be seen for example in Figure 2. The mutual positions of stacks of crates are then fixed, the crates form a train in which the mutual position of the stacks cannot easily be changed. If the breeding station contains more than two, for example three, preferably four parallel transport lines, mutually connected at both ends by transverse transport lines and/or the breeding station contains a transverse transport line between the transport lines at both ends, then the breeding station contains two or more linked cycles. This allows a controlled and adaptable distribution of breeding crates of different cycle ages over the transport and cross transport lines.

Insectenlarven produceren warmte en zij produceren meer warmte naarmate ze ouder zijn.Insect larvae produce heat and they produce more heat as they get older.

In het bekende systeem wordt aan een kant van het systeem, daar waar de insectenlarven in het laatste stadium zich bevinden, veel warmte geproduceerd. Het kweeksysteem volgens de geprefereerde uitvoering maakt het mogelijk de onderlinge positie van kweekkratten van verschillende stadia van ontwikkeling te controleren te wisselen en daarmee de verdeling van warmteproductie door de insectenlarven zelf over het kweekstation te regelen. Dit verbetert de warmtehuishouding, het vermindert ook de hoeveelheid warmte of koelte die dient te worden toegevoerd in zeer koude of warme omstandigheden.In the known system, a lot of heat is produced on one side of the system, where the insect larvae are located in the last stage. The rearing system according to the preferred embodiment makes it possible to control the mutual position of rearing crates of different stages of development and thus to control the distribution of heat production by the insect larvae themselves over the rearing station. This improves the heat management, it also reduces the amount of heat or cool that needs to be supplied in very cold or hot conditions.

Het kweekstation bevat, hier niet getoond, onder, naast of in de nabijheid van de transportlijnen bevindende transportmiddelen voor het transporten van stapels kratten over de transportlijnen en de dwarstransportlijnen.The breeding station, not shown here, comprises transport means located below, next to or in the vicinity of the transport lines for transporting stacks of crates over the transport lines and the transverse transport lines.

Het kweekstation bevat ook een lezer (24) voor het lezen van een herkenningsmiddel en het genereren van een herkenningssignaal Si. het voedersysteem bevat een voedertoevoer bevat, waarbij de voedertoevoer (23) zodanig beweegbaar is dat het zich tijdens het toevoeren van voeder aan een kweekkrat ten minste ten dele in een open plek op of naast een transportlijn of dwarstransportlijn bevindt en ten dele tussen kweekkratten, in de figuur 2 aangegeven door dikke lijnen, en na het toevoeren van voeder tot geheel buiten de transportlijnen, in figuur 2 aangegeven door stippellijnen, beweegbaar is. De eerste stand,The breeding station also includes a reader (24) for reading a recognition means and generating a recognition signal Si. the feeding system contains a feed supply, wherein the feed supply (23) is movable in such a way that it is located at least partly in an open space on or next to a transport line or cross transport line and partly between breeding crates, in in figure 2 indicated by thick lines, and after the supply of feed is movable completely outside the transport lines, indicated in figure 2 by dotted lines. The first position,

aangegeven in figuur 2 door de dikke lijnen, kan de voederstand worden genoemd, in welke stand voeder in bedrijf wordt toegevoerd. De tweede stand, aangegeven door gestippelde lijnen is de vrije-bewegingsstand, in welke stand een of meer kratten langs de voedertoevoer (23) bewogen kunnen worden. Na een dergelijke beweging van kratten kan een volgende krat van voeder worden voorzien.indicated in figure 2 by the thick lines, the feeding position can be mentioned, in which position feed is supplied during operation. The second position, indicated by dotted lines, is the free-movement position, in which position one or more crates can be moved along the feed supply (23). After such a movement of crates, a following crate can be provided with feed.

- De voedertoevoer 23 bevat bij voerkeur twee verticale draai-assen, een draai-as 23a die het mogelijk maakt om uiteinden van de voedertoevoer heen en weer te zwaaien en draai- as 23b die het mogelijk maakt de voedertoevoer weg te draaien van een positie boven een transportbaan of dwarstransportbaan. De een of meer voerlansen zijn beweegbaar over twee assen die bij voorkeur aangestuurd worden met cilinders. Hierdoor is vrijwel ieder patroon met voer neer te leggen in de krat. Bijkomend voordeel is dat het voer beter verspreid wordt in de krat waardoor de beweegafstand van de meelwormen in de krat vrijwel gelijk is voor alle insecten en dat er geen berg met het stapelbare verpompbare voer in de krat ontstaat.- The feed supply 23 preferably comprises two vertical pivot shafts, a pivot shaft 23a which makes it possible to swing ends of the feed supply back and forth and pivot shaft 23b which makes it possible to pivot the feed supply away from a position above a conveyor belt or transverse conveyor belt. The one or more feed lances are movable over two axes, which are preferably controlled by cylinders. As a result, almost every cartridge with feed can be placed in the crate. An additional advantage is that the feed is better distributed in the crate, so that the movement distance of the mealworms in the crate is almost the same for all insects and that there is no mountain of stackable pumpable feed in the crate.

- Bij voorkeur is elk van de voerlansen afzonderlijk afsluitbaar en wordt een voederwerkwijze gebruikt waarbij één krat tegelijk gevoerd waarbij ook de druk in het systeem gemeten wordt. Dit heeft als voordeel dat kan worden gecontroleerd in real time dat er daadwerkelijk voer door de voerlans is gegaan.- Preferably, each of the feeding lances can be closed separately and a feeding method is used in which one crate is fed at a time, whereby the pressure in the system is also measured. This has the advantage that it can be checked in real time that feed has actually passed through the feed lance.

- De 2-assige voerlansbeweging wordt herhaald tot alle voerlansen in het systeem gebruikt zijn en successievelijk de complete stapel met kratten is gevoerd. De voedertoevoer draait weer in de rust positie, de gevoerde stapel kratten wordt verplaatst in het systeem en een nieuwe stapel te voeren kratten wordt aangeboden aan de voedertoevoer, die vervolgens de draaibeweging en het toevoeren van voeder gaat uitvoeren. Het systeem heeft een herkenningssysteem waarbij op basis van het moment van plaatsing van de kratten in de kweekcontainer en het actuele moment van voeren bepaald wordt hoeveel voer gedoseerd moet worden. Elke week wordt meer voer gedoseerd omdat de insecten in de voorafgaande week gegroeid zijn en meer behoefte hebben aan voer. Er wordt dagelijks leeftijdsathankelijk gevoerd.- The 2-axis feed lance movement is repeated until all feed lances in the system have been used and the complete stack of crates has been fed successively. The feed supply turns back into the rest position, the fed stack of crates is moved in the system and a new stack of crates to be fed is offered to the feed supply, which then carries out the rotational movement and the supply of feed. The system has a recognition system that determines how much feed must be dosed based on the moment the crates are placed in the breeding container and the current moment of feeding. Each week more food is dosed because the insects have grown in the previous week and need more food. Feeding is age-dependent on a daily basis.

Het gebruik van twee assen (23a; 23b) maakt het mogelijk om in een kleine ruimte een gecompliceerde beweging te maken met de voermond van de voedertoevoer. Hierdoor is een compact ontwerp mogelijk, en kan voeder over het kweekkrat verspreid worden. Dit is met name van belang wanneer hst systeem in een kleine ruimte zoals in een container geplaatst is.The use of two shafts (23a; 23b) makes it possible to make a complicated movement with the feeding mouth of the feed supply in a small space. This enables a compact design and feed can be spread over the breeding crate. This is particularly important when the hst system is placed in a small space such as in a container.

In dit voorbeeld is de voedertoevoer aan een dwarstransportbaan geplaatst. Dat is een geprefereerde positie, maar is niet als beperkend te zien, de voedertoevoer kan ook aan een transportbaan of op een hoek, d.w.z. gedeeltelijk aan een transportbaan en aan dwarstransportbaan geplaatst zijn.In this example, the feed supply is placed on a transverse conveyor. This is a preferred position, but cannot be seen as limiting, the feed supply can also be placed on a conveyor track or at a corner, i.e. partially on a conveyor track and on a transverse conveyor track.

Figuur43 toont een kweekstation met enige geprefereerde toevoegingen.Figure 43 shows a breeding station with some preferred additions.

Het kweekstation bevat verder een of meer van de volgende sensoren: - een temperatuursensor 25 voor het meten van de temperatuur en het genereren van een temperatuursignaal Sys ; - een vochtigheidsgehaltesensor 26 voor het meten van het vochtigheidsgehalte en het genereren van een vochtigheidsgehaltesignaal Sy ; - een CO;-gehaltesensor 27 voor het meten van het CO:-gehalte en het genereren van een CO:-gehaltesignaal Sy.The breeding station further comprises one or more of the following sensors: - a temperature sensor 25 for measuring the temperature and generating a temperature signal Sys ; - a moisture content sensor 26 for measuring the moisture content and generating a moisture content signal Sy ; - a CO2 content sensor 27 for measuring the CO2 content and generating a CO2 content signal Sy.

Schematisch is steeds een sensor aangegeven. Dit is geen beperking: er kunnen meer sensoren zijn aangebracht. Bij voorbeeld: er kunnen meerdere temperatuursensoren zijn aangebracht om op verschillende punten in of in de nabijheid van het station of systeem de temperatuur te meten. Ook kunnen verschillende typen sensoren gebruikt worden. Bij voorbeeld, naast elektronische temperatuursensoren kan of kunnen een of meerdere infrarood sensoren gebruikt worden met direct zicht op de larven om de temperatuur op de larven te meten. Er kan ook een fijnstofmeter zijn aangebracht.A sensor is always indicated schematically. This is not a limitation: more sensors can be fitted. For example, multiple temperature sensors may be provided to measure the temperature at different points in or near the station or system. Different types of sensors can also be used. For example, in addition to electronic temperature sensors, one or more infrared sensors can be used with a direct view of the larvae to measure the temperature on the larvae. A particulate matter meter may also be fitted.

Verder is schematisch aangegeven dat het systeem en/of het station een tweede of alternatieve lezer 24b voor het voor het lezen van een herkenningsmiddel en het genereren van een herkenningssignaal S,4, kan bevatten.It is further schematically indicated that the system and/or the station may comprise a second or alternative reader 24b for reading a recognition means and generating a recognition signal S,4.

Een dergelijke tweede of alternatieve lezer kan bij voorbeeld een draagbare QR-code lezer, of andere code lezer als hierboven beschreven, zijn die gebruikt wordt voor het aflezen van een QR code op een krat bij het inladen van een stapel kratten in het station en/of het uitladen van een stapel kratten uit het station. In een uitvoeringsvorm kan een enkele draagbare lezer gebruikt worden voor meerdere stations in een fabriek, of meerdere lezer voor een enkel station. De QR lezer kan eerst een stationsherkenningsmiddel lezen, dat wil zeggen in dit voorbeeld een QR code die typisch is voor het station lezer, deze stationscode naar het regelsysteem sturen, opdat het regelsysteem weet in of uit welk station geladen wordt, om daarna het kratherkenningsmiddel, de QR code op een krat, af te lezen en de gegevens hiervan naar het regelsysteem te zenden.Such a second or alternative reader can for instance be a portable QR code reader, or other code reader as described above, which is used for reading a QR code on a crate when loading a stack of crates into the station and/or or unloading a stack of crates from the station. In one embodiment, a single portable reader can be used for multiple stations in a plant, or multiple readers for a single station. The QR reader can first read a station identifier, i.e. in this example a QR code that is typical for the station reader, send this station code to the control system, so that the control system knows in or from which station is being loaded, and then the crate identifier, read the QR code on a crate and send the data to the control system.

De lezer kan een voor het aflezen van de code specifiek middel zijn, zoals een laserscanner, maar ook bijvoorbeeld een mobiel telecommunicatiemiddel, zoals een mobiele telefoon of ander draagbaar telecommunicatiemiddel zijn, voorzien van een camera voor het lezen van de QR codes en verbinding hebbend of voorzien zijn van een app voor het lezen van de codes en het versturen van de uitgelezen gegevens. In een fabriek of plaats waar meerdere stations aanwezig zijn kunnen werkers stapels in/ en uitladen, en bij het in- en uitladen met de camera van de mobiele telefoon, Ipad, Iphone etc , waarop de juiste app is gedownlaod de QR codes van de stations en de QR codes, of streepjescodes of andere codes, aflezen en de gegevens naar een centraal regelsysteem sturen. In dergelijke voorbeeld geval bevat het systeem als geheel een lezer, in casu een of meer mobiele telecommunicatieapparaat voorzien van een camera en de juiste app.The reader can be a means specific to reading the code, such as a laser scanner, but also, for example, a mobile telecommunication means, such as a mobile telephone or other portable telecommunication means, provided with a camera for reading the QR codes and having a connection or equipped with an app for reading the codes and sending the read data. In a factory or place where there are several stations, workers can load and unload piles, and when loading and unloading, use the camera of the mobile phone, iPad, iPhone, etc., on which the correct app has been downloaded, to read the QR codes of the stations. and read the QR codes, or barcodes or other codes, and send the data to a central control system. In such an example case, the system as a whole contains a reader, in this case one or more mobile telecommunication devices equipped with a camera and the appropriate app.

Bij voorkeur bevat het kweekstation ten minste op een positie dichtbij de voedertoevoer 23 een lezer 24.Preferably, the breeding station contains a reader 24 at least at a position close to the feed supply 23.

Figuur 5 toont schematisch een regelsysteem voor een kweeksysteem volgens de uitvinding.Figure 5 schematically shows a control system for a culture system according to the invention.

Het regelsysteem 41 bevat middelen voor het ontvangen van de sensorsignalen S23, Sys vanuit het kweekstation. Voor de duidelijkheid is voor teder signaal in de fig. S een aparte ingang getekend. Dit is geen beperking, een ontvanger kan gebruikt worden voor de ontvangst van meerdere signalen. Een kweekstation kan bijvoorbeeld een eenheid bevatten die de verschillende meetsignalen van de sensoren ontvangt, codeert en optioneel versleutelt en in een dragersignaal multiplext. Multiplexing (MUX) of kortweg muxing is een proces waarbij meerdere analoge signalen of digitale datastromen worden gecombineerd tot één signaal. Het multiplex signaal wordt vervolgens bij voorbeeld door een zender uitgezonden en ontvangen door een ontvanger gekoppeld aan het regelsysteem. Het dragersignaal kan ook bijvoorbeeld via een glasvezelverbinding verzonden worden. Na ontvangst wordt het gemultiplexte signaal gedemultiplext. Ieder van de aldus verkregen signalen worden gedecodeerd en ontsleuteld.The control system 41 includes means for receiving the sensor signals S23, Sys from the breeding station. For the sake of clarity, a separate input is drawn for the tender signal in Fig. S. This is not a limitation, one receiver can be used to receive multiple signals. For example, a breeding station may contain a unit that receives, encodes and optionally encrypts the various measurement signals from the sensors and multiplexes them into a carrier signal. Multiplexing (MUX) or simply muxing is a process in which multiple analog signals or digital data streams are combined into one signal. The multiplexed signal is then transmitted, for example, by a transmitter and received by a receiver coupled to the control system. The carrier signal can also be sent, for example, via a glass fiber connection. After reception, the multiplexed signal is demultiplexed. Each of the signals thus obtained are decoded and decrypted.

Er kunnen nog meer signalen aan het regelsysteem worden toegevoerd, bijvoorbeeld een signaal Sp, een planningssignaal. Het systeem dient te worden beladen met stapels kratten en ontladen, ook kan het systeem aan een onderhoudsbeurt worden onderworpen. In zekere mate is de snelheid waarmee de larven volgroeien afhankelijk van de condities en het gegeven voer. In weekenden en op feestdagen plant men liefst zo weinig mogelijk arbeid in. Het regelsysteem kan tot op een zeker niveau de omstandigheden zo regelen dat aan een planning voldaan kan worden.Further signals can be applied to the control system, for example a signal Sp, a scheduling signal. The system must be loaded with stacks of crates and unloaded, and the system can also be subjected to maintenance. To some extent, the rate at which the larvae mature depends on the conditions and the feed given. It is preferable to schedule as little work as possible on weekends and public holidays. The control system can, to a certain degree, control conditions to meet a schedule.

Het regelsysteem 41 geeft signalen af. Bij voorbeeld: Een eerste signaal S419 voor het sturen van de beweging van de stapels kratten over de transportlijnen en dwarstransportlijnen.The control system 41 outputs signals. For example: A first signal S419 for controlling the movement of the stacks of crates over the transport lines and cross transport lines.

Een verder signaal S412 voor het sturen van de beweging van de voedertoevoer.A further signal S412 for controlling the movement of the feed supply.

Een signaal S413 voor het sturen van de toevoer van voeder aan de voedertoevoer. Dit signaal kan zowel informatie over de hoeveelheid toe te voeren voeder als over de samenstelling van het voeder bevatten.A signal S413 for controlling the supply of feed to the feed supply. This signal may contain information about the quantity of feed to be supplied as well as about the composition of the feed.

Een signaal S414 voor het sturen van temperatuurregelingsmiddelen.A signal S414 for controlling temperature control means.

Temperatuurregelingsmiddelen kunnen verwarmingselementen zijn en/of koelelementen.Temperature control means can be heating elements and/or cooling elements.

Een signaal Sy;5 voor het sturen van luchtverversingsapparatuur.A signal Sy;5 for controlling air-conditioning equipment.

Daarnaast kan het regelsysteem nog een of meer signalen, in figuur 4 schematisch aangeduid door S:1s, naar een gebruiker van het systeem sturen. Voorbeelden van dergelijke signalen zijn signalen die planning aangeven: “over x dagen kan geoogst worden” opdat de gebruiker voorbereiding kan treffen of alarmsignalen. Als het regelsysteem 41 constateert dat er en storing is opgetreden of er dermate uitzonderlijke waarnemingen zijn gedaan, zoals een langdurig uitzonderlijk hoge temperatuur , kan een alarmsignaal naar de mobiele telefoon van de gebruiker gestuurd worden aangevende dat er een probleem is, en aangeven dat ingrijpen noodzakelijk is. De gebruiker kan dan bijvoorbeeld uitzonderlijke middelen inzetten, zoals het met koud water nathouden van het hele kweeksysteem, om schade te voorkomen.In addition, the control system can send one or more signals, indicated schematically by S:1s in Figure 4, to a user of the system. Examples of such signals are signals that indicate planning: “in x days can be harvested” so that the user can make preparations or alarm signals. If the control system 41 detects that a malfunction has occurred or such exceptional observations have been made, such as a prolonged exceptionally high temperature, an alarm signal can be sent to the user's mobile phone indicating that there is a problem and that intervention is necessary. is. The user can then, for example, use exceptional means, such as keeping the entire cultivation system wet with cold water, to prevent damage.

Figuur 6 toont een zijaanzicht van een kweekstation volgens de uitvinding voorzien van stapels kweekkratten 55. In deze tekening worden stapels kweekkratten 55 bewogen op de transportlijnen 21 en 22. In een transportcontainer, in dit voorbeeld een 40 ft transportcontainer worden een groot aantal stapels kweekkratten, bijvoorbeeld 60 stapels, geplaatst. De beweging van de kweekkratten kan vol- of indien gewenst semi-automatisch geschieden door stuursignalen vanuit hett regelsysteem 41. De kweekkratten worden achtereenvolgens naar de voedertoevoer getransporteerd. Dit voedertoevoer wordt vol- of indien gewenst semi-automatisch aangestuurd door het regelsysteem 41. Het voer wordt door middel van toevoerbuizen 231 die tussen de kratten woerden gestoken automatisch van voeder zonder de kratten te ontstapelen.Figure 6 shows a side view of a breeding station according to the invention provided with stacks of breeding crates 55. In this drawing, stacks of breeding crates 55 are moved on the transport lines 21 and 22. A large number of stacks of breeding crates are placed in a transport container, in this example a 40 ft transport container. e.g. 60 piles, placed. The movement of the breeding crates can take place fully or, if desired, semi-automatically by control signals from the control system 41. The breeding crates are successively transported to the feed supply. This feed supply is fully or, if desired, semi-automatically controlled by the control system 41. The feed is automatically fed from feed by means of supply pipes 231 inserted between the crates, without unstacking the crates.

De hoeveelheid voer is gebaseerd op het moment in de levenscyclus van de insectenlarven, bij voorbeeld meelwormen, op basis van signalen gegenereerd door de lezer (23) herkenningssysteem op basis van bijvoorbeeld een QR-code scansysteem.The amount of feed is based on the moment in the life cycle of the insect larvae, e.g. mealworms, based on signals generated by the reader (23) recognition system based on e.g. a QR code scanning system.

De lezer 24, bijvoorbeeld een laser, herkent de stapel kratten, zend signaal S24 naar het regelsysteem en het regelsysteem kan, bijvoorbeeld in een opgeslagen tabel, aflezen hoe oud de meelwormen zijn, op basis hiervan worden een signaal gegenereerd dat de voedertoevoer stuurt om de juiste hoeveelheid voeder, en indien van toepassing van de juiste samenstelling aan de betreffende stapel kweekkratten toe te voeren.The reader 24, for example a laser, recognizes the stack of crates, sends signal S24 to the control system and the control system can read, for example in a stored table, how old the mealworms are, on the basis of this a signal is generated that controls the feed supply to supply the correct amount of feed and, if applicable, the correct composition to the relevant stack of breeding crates.

Figuur 7 toont een kweekstation ineen transportcontainer 61.Figure 7 shows a breeding station in a transport container 61.

De uitvinding geeft een zeer compacte opstelling waarbij een en dezelfde zijde van de opstelling kan worden gebruikt voor het laden van op te kweken insectenlarven en het oogsten van gekweekte insectenlarven. Dit maakt het mogelijk om het kweekstation in een vervoerscontainer te plaatsen en een hoge opbrengst op een klein oppervlak te verkrijgen.The invention provides a very compact set-up in which one and the same side of the set-up can be used for loading insect larvae to be reared and harvesting reared insect larvae. This makes it possible to place the breeding station in a transport container and to obtain a high yield on a small surface.

In een geprefereerde uitvoeringsvorm is het kweekstation aan de naar de deuren gewende kant voorzien van een uitschuifbare of uitklapbare rolband of loopplank. Dit maakt het mogelijk na het openen van een deur of de deuren deze uit te vouwen of uit te schuiven, een te laden stapel erop te zetten, die vervolgens in de container te schuiven en/of bij uitladen een uit te laden stapel uit de container te schuiven op de rolband of loopplank. Hierdoor is het mogelijk het eigenlijke in- en uitladen althans gedeeltelijk buiten de container te laten plaatsvinden. Dat verkleint de kans op beschadiging.In a preferred embodiment, the breeding station is provided with an extendable or foldable roller conveyor or gangway on the side facing the doors. This makes it possible to unfold or extend a door or doors after opening, to place a stack to be loaded on it, to then slide it into the container and/or to remove a stack to be unloaded from the container when unloading sliding on the conveyor belt or gangway. This makes it possible to have the actual loading and unloading take place at least partly outside the container. That reduces the risk of damage.

Bij voorkeur is de transpartcontainer van een klimaatbeheersingssysteem en isolatie voorzien. Bij voorbeeld is de container voorzien van vloerverwarming onder de stapels kweekkratten. Larven genereren warmte, de onderste kratten zijn daardoor soms iets kouder hoger geplaatste kratten. De kratten die het koudste zijn, zullen in het algemeen de laagste opbrengst hebben. Dat zijn in die gevallen de kratten die onderaan staan. Bij gebruik van vloerverwarming komt de warmte van onderen, en de eerste krat staat bijvoorbeeld op ca 15- 20cm van de vloer af. Het voordeel van verwarming van onderen is een voordeel dat onafhankelijk optreedt van de andere voordelen van de uitvinding. Ook in andere opstelling waarin gestapelde kweekkratten gebruikt worden zou dit voordeel optreden.The transport container is preferably provided with a climate control system and insulation. For example, the container is provided with underfloor heating under the stacks of breeding crates. Larvae generate heat, the lower crates are therefore sometimes slightly colder, higher crates are placed. The crates that are the coldest will generally have the lowest yield. In those cases, these are the crates at the bottom. When using underfloor heating, the heat comes from below, and the first crate, for example, is about 15-20 cm from the floor. The advantage of heating from below is an advantage that occurs independently of the other advantages of the invention. This advantage would also occur in other arrangements in which stacked breeding crates are used.

Vloerverwarming is dan voordelig. De container kan voorzien zijn van een vloerverwarmingsverdelingsunit. De warmtebehoefte kan verschillen in delen van de container afhankelijk van de leeftijd van de larven. Gebruik makend van de vloerverwarmingsunit kan een verdeling van toegevoerde warmte over de container worden bewerkstelligd.Underfloor heating is then advantageous. The container can be equipped with an underfloor heating distribution unit. The heat requirement may differ in parts of the container depending on the age of the larvae. Using the underfloor heating unit, a distribution of the supplied heat over the container can be achieved.

De breedtemaat is vaak 8 voet, maar er zijn ook wide pallet vervoerscontainers en grotere breedtematen. De vervoerscontainer is bij voorkeur voorzien van isolatie, zoals vloer-, wand- en plafondisolatie. In dit voorbeeld is de container een 40 voet high cube container.The width is often 8 feet, but there are also wide pallet transport containers and larger widths. The transport container is preferably provided with insulation, such as floor, wall and ceiling insulation. In this example the container is a 40 foot high cube container.

Bij voorkeur is de container aan de kant tegenover de deuren voorzien van een toegang. Dit maakt het mogelijk toegang te verkrijgen tot de voedertoevoer.Preferably, the container is provided with an entrance on the side opposite the doors. This makes it possible to access the feed supply.

Figuur 8 toont een bovenaanzicht van een kweekstation volgens de uitvinding in een transportcontainer 61. Figuur 8 illustreert ook schematisch het heen en weer zwaaien van voedertoevoerbuizen 231. Tijdens het voederen kan ook de stapel kweekkratten waar voeder wordt toegevoerd van en/of naar de voedertoevoer 4 worden bewogen. Hierdoor wordt het voeder beter over de krat verdeeld.Figure 8 shows a top view of a breeding station according to the invention in a transport container 61. Figure 8 also schematically illustrates the swinging back and forth of feed supply tubes 231. During feeding, the stack of breeding crates where feed is supplied can also be moved from and/or to the feed supply 4. be moved. As a result, the feed is better distributed over the crate.

Het klimaatsysteem bevat bij voorkeur een vloerverwarmingssysteem gevoed vanuit een bij voorkeur een warmtepompsysteem of afvoerwarmte uit koelsystemen van melkkoeien of mest, gecombineerd met een luchtcirculatie- en verversingssysteem 62. De laatste twee worden aangestuurd op basis van metingen van vochtigheid |, warmte en CO: in de container.The climate system preferably contains a floor heating system fed from a preferably heat pump system or exhaust heat from cooling systems of dairy cows or manure, combined with an air circulation and ventilation system 62. The latter two are controlled on the basis of measurements of humidity, heat and CO: in the container.

Figuur 8 toont een transportcontainer voorzien van een kweekstation in perspectivisch aanzicht.Figure 8 shows a transport container provided with a breeding station in perspective view.

De container is voorzien van deuren 63. Bij een geopende deur of geopende deuren kan een stapel kweekkratten in de container geladen worden of uit de container gehaald worden. De container kan voorzien zijn van een houder, bijvoorbeeld aan de binnenzijde van de deur, of aan de wand van de container dicht bij de deur, voor een draagbare lezer, bijvoorbeeld een QR-code lezer, voor het aflezen van een kratherkenningsmiddel, zoals een QR code, bij het inladen of uitladen van een stapel, en het doorzenden van de gelezen kratgegevens nar het regelsysteem 41. Alternatief kan bij een deur een vaste lezer zijn aangebracht voor het aflezen van een kratherkenningsmiddel tijdens het laden of uitnemen van een stapel kratten.The container is provided with doors 63. When the door or doors are open, a stack of breeding crates can be loaded into the container or removed from the container. The container can be provided with a holder, for example on the inside of the door, or on the wall of the container close to the door, for a portable reader, for example a QR code reader, for reading a crate identification means, such as a QR code, when loading or unloading a stack, and forwarding the read crate data to the control system 41. Alternatively, a fixed reader can be arranged at a door for reading a crate identification means during loading or unloading of a stack of crates.

Figuur 10 toont een kweekkrat 55 voorzien van een herkenningsmiddel 55 op een kweekkrat. In dit voorbeeld is het kweekkrat van een herkenningscode voorzien. In uitvoeringsvormen kan het kweekkrat van twee of meer codes voorzien zijn, bijvoorbeeld indien en verschillende lezers in het kweekstation zijn aangebracht die ten opzichte van de oriëntatie van het kweekkrat op verschillende posities geplaatst zijn.Figure 10 shows a breeding crate 55 provided with a recognition means 55 on a breeding crate. In this example, the breeding crate is provided with a recognition code. In embodiments, the breeding crate can be provided with two or more codes, for instance if different readers are arranged in the breeding station, which are placed at different positions with respect to the orientation of the breeding crate.

Figuur 11 toont een voedertoevoer met een aantal boven elkaar geplaatste voedertoevoerbuizen voor het toevoeren van voeder in een ruimte tussen twee kweekkratten. In dit voorbeeld bevat de voedertoevoer evenveel voedertoevoerbuizen als er kweekkratten in een stapel worden geplaatst. In uitvoeringsvormen kan ook een kleiner aantal voedertoevoerbuizen 231 voorzien zijn, dan wordt dit aantal op en neer bewogen om eerst een onderste deel van een stapel van voeder te voorzien, dan een daarop gelegen volgend deel, totdat de hele stapel van voeder voorzien is.Figure 11 shows a feed supply with a number of feed supply tubes placed one above the other for supplying feed in a space between two breeding crates. In this example, the feed supply contains as many feed supply tubes as breeding crates are placed in a stack. In embodiments, a smaller number of feed supply tubes 231 can also be provided, in which case this number is moved up and down to first provide a lower part of a stack with feed, then a subsequent part, until the entire stack has been provided with feed.

In dit voorbeeld zijn de voedertoevoerbuizen aan het uiteinde voorzien van een enkele uitstroomopening. In uitvoeringsvormen kan ieder buis voorzien zijn van twee of meer uitstroomopeningen, bijvoorbeeld aan het uiteinde en op 2/3 van de lengte van de voedertoevoerbuis.In this example, the feed supply tubes are provided with a single outflow opening at the end. In embodiments, each tube can be provided with two or more outflow openings, for instance at the end and at 2/3 of the length of the feed supply tube.

De uitvinding verschaft een kweeksysteem met een verhoogde efficiëntie.The invention provides a culture system with increased efficiency.

In geprefereerde uitvoeringsvormen kan, binnen het kweekstation de onderlinge positie van stapels kweekkratten van verschillende leeftijd veranderd worden. In de eenvoudig uitvoering, als getoond in figuur 2 ligt de onderlinge positie vast, tenzij men stapels uit het station neemt en dan herplaatst.In preferred embodiments, the mutual position of stacks of breeding crates of different ages can be changed within the breeding station. In the simple embodiment, as shown in figure 2, the mutual position is fixed, unless stacks are removed from the station and then replaced.

Figuren 12 tot en met 15 illustreren een verandering van de onderlinge positie. Schematisch zijn drie stapel 55a, 55b en 55c getekend. Deze stapels worden bewogen over de transportlijnen 21a, 22b, 21c, en 21 d en dwarstransportlijnen 22a en 22b. Figuren 12 tot en met 15 illustreren hoe, door gecontroleerd bewegen van de stapels, de onderlinge volgorde kan worden veranderd. Opgemerkt wordt dat het door elkaar zetten van stapels kratten van verschillend leeftijd waardoor de warmtehuishouding kan worden verbeterd een technisch aspect is en een voordeel geeft, dat ook bij andere opstelling zou optreden. Ook als men een opstelling in een garage, of andere ruimte dan een transportcontainer, zou gebruiken waarbij in een afgesloten ruimte verschillende leeftijden larven op een controleerbare en te veranderen volgorde bij elkaar worden gezet zou dit voordeel optreden.Figures 12 through 15 illustrate a relative position change. Three stacks 55a, 55b and 55c are shown schematically. These stacks are moved along the transport lines 21a, 22b, 21c, and 21d and cross transport lines 22a and 22b. Figures 12 to 15 illustrate how, by controlled movement of the stacks, the relative order can be changed. It is noted that placing stacks of crates of different ages together, so that the thermal management can be improved, is a technical aspect and provides an advantage that would also occur with a different arrangement. This advantage would also occur if one were to use an arrangement in a garage, or space other than a transport container, in which different ages of larvae are placed together in a controllable and changeable sequence in a closed space.

Figuur 16 illustreert een opstelling waarmee het ook mogelijk is de onderlinge posities te veranderen.Figure 16 illustrates an arrangement with which it is also possible to change the mutual positions.

In deze uitvoeringsvorm bevat het kweekstation transportlijnen 21a en 21 b en drie dwarstransportlijnen 22a, 22b en 22c.In this embodiment, the breeding station includes transport lines 21a and 21b and three cross transport lines 22a, 22b and 22c.

Insectenlarven produceren warmte en zij produceren meer warmte naarmate ze ouder zijn. In het bekende systeem wordt aan een kant van het systeem, daar waar de insectenlarven in het laatste stadium zich bevinden, veel warmte geproduceerd. Het kweeksysteem volgens de geprefereerde uitvoering maakt het mogelijk de onderlinge positie van kweekkratten van verschillende stadia van ontwikkeling te controleren te wisselen en daarmee de verdeling van warmteproductie door de insectenlarven zelf over het kweekstation te regelen. Dit verbetert de warmtehuishouding, het vermindert ook de hoeveelheid warmte of koelte die dient te worden toegevoerd in zeer koude of warme omstandigheden.Insect larvae produce heat and they produce more heat as they get older. In the known system, a lot of heat is produced on one side of the system, where the insect larvae are located in the last stage. The rearing system according to the preferred embodiment makes it possible to control the mutual position of rearing crates of different stages of development and thus to control the distribution of heat production by the insect larvae themselves over the rearing station. This improves the heat management, it also reduces the amount of heat or cool that needs to be supplied in very cold or hot conditions.

Figuur 17 toont een stapel kweekkratten. Het herkenningsmiddel 551 kan op of aan, naast of onder een kweekkrat 55 geplaatst zijn. De kweekkratten staan bij voorbeeld en bij voorkeur op een tray die voorzien is van een herkenningsmiddel, waardoor de stapel als geheel en het onderste kweekkrat voorzien is van een herkenningsmiddel. In figuur 17 is staat het onderste kweekkrat 55 op een tray 552 die voorzien is van bijvoorbeeld een QT code als herkenningsmiddel. Hierdoor is het onderste kweekkrat en daarmee de stapel voorzien is van een herkenningsmiddel voor het herkennen van de stapel.Figure 17 shows a stack of breeding crates. The recognition means 551 can be placed on or on, next to or under a breeding crate 55 . The breeding crates are, for instance and preferably, on a tray provided with a means of identification, as a result of which the stack as a whole and the bottom breeding crate are provided with a means of identification. In figure 17 the bottom breeding crate 55 stands on a tray 552 which is provided with, for example, a QT code as means of recognition. As a result, the bottom breeding crate and thus the stack is provided with a recognition means for recognizing the stack.

Figuren 18A tot en met 18D illustreren een voorbeeld van een 2-assige beweging van een voedertoevoer. De voedertoevoer is bevestigd aan een steun, wand of deur, in dit voorbeeld een deur D van een container via deel 23C. Tussen draai-as 23A en draai-as 23B bevindt zich een tussenstuk 23D, deel 231 is de voedertoevoerbuis, of meer precies het laatste deel van de voedertoevoerbuis. Aan een uiteinde of dicht bij een uiteinde van buis 231 bevindt zich een mond waardoor voeder kan worden neergelegd in een kweekkrat. Fig. 18A illustreert de voedertoevoer in een rustpositie. Figuur 18B is een positie waarin voedertoevoerbuis 231 in een kweekkrat gestoken is.. Figuren 18C illustreert een beweging die de mond van de voedertoevoerbuis 231 kan maken,, De gebogen pijlen illustreren een beweging om draai-assen 23a en23c. Omdat de voedertoevoer twee draai-assen bevat kan het voeder in een patroon worden toegevoerd in de kweekkrat. Figuur 18C illustreert door middel van de pijlen dat het voeder in de vorm van een vierkant wordt toegevoerd, figuur 18D illustreert een zig-zag vorm. In vergelijking met de bekende standen van de techniek, als hierboven getoond wordt het voer beter verspreid in de krat waardoor de beweegafstand van de insectenlarven in de krat vrijwel gelijk 1s voor alle insecten en wordt voorkomen dat een berg of streep met het stapelbare verpompbare voer in de krat ontstaat. Het patroon is aan te passen aan de leeftijd van de insectenlarven of het type insectenlarven. Twee draai-assen sluit niet uit dat er meer draai-assen gebruikt kunnen worden. Twee draai-assen is een geprefereerde uitvoeringsvorm.Figures 18A through 18D illustrate an example of a 2-axis movement of a feed supply. The feed supply is attached to a support, wall or door, in this example a door D of a container via part 23C. Between the rotary shaft 23A and the rotary shaft 23B there is an intermediate piece 23D, part 231 is the feed supply tube, or more precisely the last part of the feed supply tube. At one end or close to one end of tube 231 is a mouth through which feed can be deposited into a breeding crate. fig. 18A illustrates the feed supply in a rest position. Figure 18B is a position in which feed supply tube 231 is inserted into a breeding crate. Figure 18C illustrates a movement that the mouth of feed supply tube 231 can make. The curved arrows illustrate movement about rotational axes 23a and 23c. Because the feed supply contains two rotary shafts, the feed can be supplied in a pattern in the breeding crate. Figure 18C illustrates by means of the arrows that the feed is supplied in the shape of a square, figure 18D illustrates a zig-zag shape. Compared to the known prior art, as shown above, the feed is better distributed in the crate, so that the moving distance of the insect larvae in the crate is almost equal to 1s for all insects and it is prevented that a pile or stripe with the stackable pumpable feed in the crate is created. The pattern can be adapted to the age of the insect larvae or the type of insect larvae. Two rotary axes does not preclude the use of more rotary axes. Two axes of rotation is a preferred embodiment.

Bij voorkeur bevatten een aantal verticaal boven elkaar gepositioneerde voedertoevoeren gemeenschappelijke draai-assen.Preferably, a number of feed supplies positioned vertically above each other comprise common rotary axes.

Figuren 19A en 19B illustreren een uitvoeringsvorm waarin het kweekstation meer vier parallelle transportlijnen, aan beide uiteinden onderling verbonden door dwarstransportlijnen 22A en 22B bevat. Hierdoor kan met één voederstation twee kringlopen, in dit voorbeeld de kringlopen rij R1 en rij R3 (figuur 19B), en de kringloop rij R2 en rij R4, van voer worden voorzien. Dit is niet mogelijk met de bekende standen van de techniek.Figures 19A and 19B illustrate an embodiment in which the breeding station includes more than four parallel transport lines, interconnected at both ends by cross transport lines 22A and 22B. As a result, two cycles, in this example the cycles row R1 and row R3 (figure 19B), and the cycle row R2 and row R4, can be supplied with feed with one feeding station. This is not possible with the known prior art.

Kort samengevat kan de uitvinding beschreven worden door:Briefly, the invention can be described by:

Kweeksysteem voor het kweken van eetbare insectenlarven, bevattende een voedersysteem voor het toevoeren van voeder en transportmiddelen voor het door het kweeksysteem transporteren van insectenlarven en een controlesysteem voor het aansturen van het toevoeren van voeder en het transporteren van insectenlarven. Het kweeksysteem bevat een kweekstation en stapels kweekkratten (55). Het kweekstation bevat parallelle transportlijnen (21) met ten minste aan beide uiteinden daarvan dwarstransportlijnen (22) transportmiddelen voor het transporten van stapels kratten en een lezer (24) voor het lezen van een herkenningsmiddel (551)van een kweekkrat. Het kweeksysteem bevat verder een regelsysteem (41) met een middel voor het ontvangen van herkenningssignaal en het zenden van besturingssignalen naar de transportmiddelen en het voedersysteem.Breeding system for cultivating edible insect larvae, comprising a feeding system for supplying feed and transport means for transporting insect larvae through the breeding system and a control system for controlling the supply of feed and transporting insect larvae. The breeding system contains a breeding station and stacks of breeding crates (55). The breeding station comprises parallel transport lines (21) with transverse transport lines (22) at least at both ends thereof, transport means for transporting stacks of crates and a reader (24) for reading a recognition means (551) of a breeding crate. The breeding system further comprises a control system (41) with means for receiving a recognition signal and sending control signals to the transport means and the feeding system.

Het kweekstation bevat drie of meer parallelle transportlijnen (21a, 21b, 21e, 21d), aan beide uiteinden onderling verbonden door dwarstransportlijnen (22a, 22b) en/of het kweekstation een dwarstransportlijn (22¢) tussen de dwarstransportlijnen (22a, 22b) aan beide uiteinden van de transportlijnen.The breeding station contains three or more parallel transport lines (21a, 21b, 21e, 21d), interconnected at both ends by cross transport lines (22a, 22b) and/or the breeding station has a cross transport line (22¢) between the cross transport lines (22a, 22b) at both ends of the transport lines.

Het zal duidelijk zijn dat in het kader van de uitvinding vele variaties mogelijk zijn en de uitvinding niet beperkt is tot de hierboven gegeven voorbeelden.It will be clear that many variations are possible within the scope of the invention and that the invention is not limited to the examples given above.

Claims

Claims: L. Breeding system for cultivating edible insect larvae, comprising a feeding system for supplying feed to the edible insect larvae and transport means for transporting insect larvae through the breeding system and a control system for controlling feeding and transporting insect larvae characterized in that the breeding system comprises a breeding station and stacks of breeding crates (55), the breeding station - parallel transport lines (21) having, at least at both ends thereof, transverse transport lines (22) transverse to the parallel transport lines and the parallel transport lines ( 21), - transport means for transporting stacks of crates over the transport lines (21) and the transverse transport lines (22), the system also comprising - a reader (23) for reading a recognition means (551) for recognizing a stack and generating a recognition signal (S23); wherein the feeding system comprises a feed supply (23), wherein the feed supply (23) is movable such that it is located at least partly in an open space on or next to a transport line or transverse transport line during feed supply to a breeding crate (55), and is movable partly between breeding crates and after feed has been supplied completely outside the transport lines, and that at least one stack of breeding crates (55) is provided with a means of identification (551) and that the breeding system further comprises a control system (41) with a means for receiving the recognition signal (S23) and transmitting control signals to the transport means and the feeding system, characterized in that the breeding station comprises three or more parallel transport lines (21a, 21b, 21e, 21d) interconnected at both ends by cross transport lines (22a, 22b) and/or the breeding station a cross transport line (22c) between the cross transport lines (22a, 22b) at both ends of the tran sports lines..

A breeding system according to claim 1, characterized in that the breeding system comprises four parallel transport lines (21a, 21b, 21e, 21d) mutually connected at both ends by two transverse transport lines (22a, 22b) and comprises one feeding system.

A breeding system according to claim 1 or 2, characterized in that the control system is arranged to selectively mix breeding crates of different cycle ages (55a, 55b, 55¢) over the transport lines and cross transport lines.

A breeding system according to any one of the preceding claims 1 or 3, characterized in that the breeding station contains two or more feeding systems (24).

5. Culture system according to claim 4, wherein the two or more feeding systems are equipped for supplying two or more different substances and the culture system contains containers and/or supply lines for the different substances.

A breeding system according to any one of the preceding claims, characterized in that the feed supply (23) comprises two vertical rotary shafts, a first rotary shaft (23a) and a second rotary shaft (23b) for reciprocating movement of the ends of the feed supply and for turning away and screwing in the feed supply from a position above a conveyor track or transverse conveyor track.

A breeding system according to any one of the preceding claims, characterized in that the feed supply comprises a number of feed supplies with feed supply tubes (231) placed one above the other for feeding feed into a space between two breeding crates in a stack of breeding crates.

8. Breeding system according to claim 7, wherein the number of feed supplies placed one above the other contain common rotary axes (23a, 23b).

9. Breeding system as claimed in claim 7 or 8, wherein the number of feed supply tubes placed one above the other is equal to the number of crates in a stack.

10. Breeding system according to claim 7 or 8, wherein the number of feed supply tubes is less than the number of crates in a stack and the station is provided with means for moving the number of feed supply tubes up and down.

11. A breeding system according to any one of claims 7 to 10, characterized in that the feed supply is provided with means for swinging the feed supply tubes back and forth and the control system is provided with means for causing the feed supply tubes to swing back and forth.

12. Breeding system as claimed in claim 11, characterized in that the breeding system is provided with means for swinging the supply tubes back and forth during the supply of feed and for moving stacks of crates.

A cultivation system according to any one of the preceding claims, characterized in that the cultivation station is provided with means for regulating the cultivation temperature, the cultivation humidity and/or the CO2 content and one or more sensors (25, 26, 27) are provided. for measuring the temperature, the humidity content and/or the CO2 content and the control system includes a means for receiving one or more measurement signals from the one or more temperature, humidity or CO2 sensor.

14. Breeding station for a breeding system according to any one of the preceding claims.

15. Transport container provided with a breeding station according to claim 14.

16. Transport container as claimed in claim 15, provided with wall and ceiling insulation.

17. Method for supplying feed in a breeding system according to any one of the preceding claims, wherein the system comprises a number of feed supplies placed one above the other and each of the feed supplies can be closed separately, whereby one breeding crate is supplied with feed at the same time, whereby the pressure in the system is measured and the feed supply movement is repeated until all feed supplies in the system have been used and the stack of breeding crates has been supplied with feed.

A method of supplying feed in a culture system according to claim 2, wherein the culture system has a first, second, third and fourth parallel conveyor line (R1, R2, R3, R4) wherein in use the first (R1) and the third (R3 ) of the four parallel transport lines are contained in a first loop and the second (R2) and the fourth (R4) of the four parallel transport lines are contained in a second loop.