NL2025839B1 - Transportinrichting voor het transporteren van een kwetsbaar object - Google Patents

Transportinrichting voor het transporteren van een kwetsbaar object Download PDF

Info

Publication number
NL2025839B1
NL2025839B1 NL2025839A NL2025839A NL2025839B1 NL 2025839 B1 NL2025839 B1 NL 2025839B1 NL 2025839 A NL2025839 A NL 2025839A NL 2025839 A NL2025839 A NL 2025839A NL 2025839 B1 NL2025839 B1 NL 2025839B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
transport container
jacket
segments
container according
edge
Prior art date
Application number
NL2025839A
Other languages
English (en)
Inventor
Kaiser Alina
Kornelis Van Der Laan Teun
Hoogland Peter
Original Assignee
Rollor I P B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority to NL2025839A priority Critical patent/NL2025839B1/nl
Application filed by Rollor I P B V filed Critical Rollor I P B V
Priority to US18/010,959 priority patent/US20230219743A1/en
Priority to BR112022025812A priority patent/BR112022025812A2/pt
Priority to CN202180061152.0A priority patent/CN116234756A/zh
Priority to PCT/NL2021/050378 priority patent/WO2021256925A1/en
Priority to AU2021293073A priority patent/AU2021293073A1/en
Priority to KR1020237000583A priority patent/KR20230025692A/ko
Priority to EP21733585.0A priority patent/EP4164956A1/en
Priority to CA3182378A priority patent/CA3182378A1/en
Priority to MX2022016168A priority patent/MX2022016168A/es
Priority to JP2022577383A priority patent/JP2023530332A/ja
Application granted granted Critical
Publication of NL2025839B1 publication Critical patent/NL2025839B1/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D85/00Containers, packaging elements or packages, specially adapted for particular articles or materials
    • B65D85/30Containers, packaging elements or packages, specially adapted for particular articles or materials for articles particularly sensitive to damage by shock or pressure
    • B65D85/307Local shock-absorbing elements, e.g. elastic rings
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D5/00Rigid or semi-rigid containers of polygonal cross-section, e.g. boxes, cartons or trays, formed by folding or erecting one or more blanks made of paper
    • B65D5/02Rigid or semi-rigid containers of polygonal cross-section, e.g. boxes, cartons or trays, formed by folding or erecting one or more blanks made of paper by folding or erecting a single blank to form a tubular body with or without subsequent folding operations, or the addition of separate elements, to close the ends of the body
    • B65D5/029Rigid or semi-rigid containers of polygonal cross-section, e.g. boxes, cartons or trays, formed by folding or erecting one or more blanks made of paper by folding or erecting a single blank to form a tubular body with or without subsequent folding operations, or the addition of separate elements, to close the ends of the body the tubular body presenting a special shape
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D5/00Rigid or semi-rigid containers of polygonal cross-section, e.g. boxes, cartons or trays, formed by folding or erecting one or more blanks made of paper
    • B65D5/009Rigid or semi-rigid containers of polygonal cross-section, e.g. boxes, cartons or trays, formed by folding or erecting one or more blanks made of paper the container body comprising a set of interconnected cells, e.g. hinged one to another
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D5/00Rigid or semi-rigid containers of polygonal cross-section, e.g. boxes, cartons or trays, formed by folding or erecting one or more blanks made of paper
    • B65D5/42Details of containers or of foldable or erectable container blanks
    • B65D5/44Integral, inserted or attached portions forming internal or external fittings
    • B65D5/50Internal supporting or protecting elements for contents
    • B65D5/5002Integral elements for containers having tubular body walls
    • B65D5/5011Integral elements for containers having tubular body walls formed by folding inwardly of extensions hinged to the upper or lower edges of the body
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65DCONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
    • B65D5/00Rigid or semi-rigid containers of polygonal cross-section, e.g. boxes, cartons or trays, formed by folding or erecting one or more blanks made of paper
    • B65D5/42Details of containers or of foldable or erectable container blanks
    • B65D5/44Integral, inserted or attached portions forming internal or external fittings
    • B65D5/50Internal supporting or protecting elements for contents
    • B65D5/5002Integral elements for containers having tubular body walls
    • B65D5/5016Integral elements for containers having tubular body walls formed by folding inwardly of extensions hinged to the side edges of the body

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Rigid Containers With Two Or More Constituent Elements (AREA)
  • Details Of Rigid Or Semi-Rigid Containers (AREA)
  • Buffer Packaging (AREA)
  • Cartons (AREA)
  • Packaging Of Annular Or Rod-Shaped Articles, Wearing Apparel, Cassettes, Or The Like (AREA)
  • Sampling And Sample Adjustment (AREA)
  • Chain Conveyers (AREA)
  • Control And Other Processes For Unpacking Of Materials (AREA)

Abstract

Deze uitvinding is gericht op een transporthouder, voor het transporteren van een kwetsbaar object, omvattende een mantel, in een lengterichting opgedeeld in mantelsegmenten, voorzien van ten minste twee zich in een zich dwars op de lengterichting uitstrekkende breedterichting op afstand van elkaar bevindende opstaande randen, opgedeeld in met de mantelsegmenten corresponderende randsegmenten, waarbij twee aangrenzende mantelsegmenten tezamen met de corresponderende randsegmenten vouwbaar zijn om een gemeenschappelijke rotatie-as die in het vlak van de mantel gelegen is, waarbij de randsegmenten rigide zijn in ten minste een richting loodrecht op het vlak van de corresponderende mantelsegmenten.

Description

Transportinrichting voor het transporteren van een kwetsbaar object De onderhavige uitvinding betreft een transporthouder voor het transporteren van een kwetsbaar object, in het bijzonder voor het transporteren per postverzending.
Transporthouders voor het transporteren van kwetsbare objecten zijn bekend uit de stand van de technieken dienen er in hun algemeenheid voor om te zorgen dat kwetsbare objecten goed verpakt zitten, en zo tijdens transport niet breken.
Dergelijke transporthouders zijn veelal voorzien van middelen om het object te beschermen. Zo kan een houder zijn voorzien van een schuim, zo uitgesneden dat het object exact hierin past. Voorts kan een dergelijke houder zijn voorzien van verzegelingsmiddelen, zoals bijvoorbeeld een lus die om het object heen wordt gebonden. Doorgaans dienen deze middelen aangebracht te worden in of op de transporthouder, teneinde een object veilig te transporteren. Een groot nadeel dat hiermee gepaard gaat is het feit dat voor elk object andere middelen nodig zijn voor het beschermen. Daarnaast zijn de verpakkingen vaak nodeloos complex, en nemen in het bijzonder verpakkingen met voorgevormde plastic of piepschuimhouders ook voor en na gebruik voor transport veel ruimte in beslag.
Daarnaast hebben kunststof en piepschuim verpakkingen het nadeel milieubelastend te zijn.
Het is daarom het doel van de onderhavige uitvinding om een transporthouder te verschaffen die de bovengenoemde nadelen weg te nemen, of ten miste een bruikbaar alternatief te bieden voor de houders volgens de stand van de techniek. De onderhavige uitvinding realiseert dit doel door middel van een transporthouder, voor het transporteren van een kwetsbaar object, omvattende een mantel, in een lengterichting opgedeeld in mantelsegmenten, voorzien van ten minste één opstaande rand en bij voorkeur ten minste twee zich in een zich dwars op de lengterichting uitstrekkende breedterichting op afstand van elkaar bevindende opstaande randen, opgedeeld in met de mantelsegmenten corresponderende randsegmenten, waarbij twee aangrenzende mantelsegmenten tezamen met de corresponderende randsegmenten vouwbaar zijn om een gemeenschappelijke rotatie-as die in het vlak van de mantel gelegen is, waarbij de randsegmenten rigide zijn in ten minste een richting loodrecht op het vlak van de corresponderende mantelsegmenten. Door middel van de opstaande randen, die in een richting loodrecht op de mantel rigide zijn, vormt de onderhavige uitvinding in een eerste uitvoeringsvorm bij het vouwen een transportruimte. Deze transportruimte kan al naar gelang het te transporteren object dat vraagt in afmeting worden geconfigureerd. Door de opstaande randen te groter te kiezen kan een grotere transportruimte worden gevormd. Voorts kan door middel van het vergroten van de segmenten, of het aantal segmenten, de lengte van de transportruimte worden vergroot. Derhalve is de onderhavige uitvinding geschikt om voor een diversiteit aan objecten een veilige transporthouder te vormen. Bij voorkeur staan de opstaande randen in hoofdzaak parallel aan elkaar, maar in een alternatieve uitvoering is het denkbaar dat de opstaande randen in de lengterichting taps naar elkaar toe lopen, om zo een taps toelopend object goed te kunnen bergen in de transportruimte. In een verdere uitvoeringsvariant van de onderhavige uitvinding is het gebied dat zich in de breedterichting uitstrekt tussen de ten minste twee opstaande randen vrij van obstakels, bij voorkeur over een gedeelte, bij voorkeur over twee mantelsegmenten of meer mantelsegmenten en bij verdere voorkeur over de gehele lengterichting van de mantel. Dat wil zeggen dat de transportruimte die ontstaat in een opgevouwen toestand een aaneengesloten ruimte vormt, voor het herbergen van het object of voor het vormen van een bescherming voor het object, al naar gelang de uitvoeringsvorm.
In een alternatieve uitvoeringsvariant is de transporthouder vervaardigd uit een materiaal met een gewicht dat gelegen is tussen de 0 en de 500 g/m? en/of een dichtheid die gelegen is tussen de 0 en de 0,04 g/cm3. Hiermee kan een lichte, maar door zijn constructie toch sterke, transporthouder worden vervaardigd. Dat houdt de transportkosten laag en voorkomt onnodig energieverbruik. In weer een alternatieve uitvoeringsvariant van de onderhavige uitvinding is een breedte van elk van de randsegmenten ten minste aan de mantelzijde hoofdzakelijk gelijk aan de breedte van het corresponderende mantelsegment. Hierdoor sluiten de aaneengesloten randsegmenten ten minste aan de mantelzijde in hoofdzaak naadloos op elkaar aan. Deze aansluiting zorgt niet alleen voor stevigheid omdat de delen onderling door elkaar geborgd worden, maar voorkomt ook dat het inwendige van de houder in opgevouwen vorm, dat wil zeggen, transportvorm, niet voor vuil bereikbaar is.
In wederom een alternatieve uitvoeringsvariant van de onderhavige uitvoering is een breedte van elk van de randsegmenten aan een van de mantel afgekeerde zijde van het randsegment smaller dan het corresponderende mantelsegment. Dit zorgt ervoor dat er ten minste aan een van de mantel afgekeerde zijde van de opstaande rand een ruimte ontstaat tussen de aansluitende randsegmenten. Deze ruimte stelt de onderhavige uitvinding in staat dat twee aangrenzende mantelsegmenten tezamen met de corresponderende randsegmenten makkelijker vouwbaar zijn om de gemeenschappelijke as. Bij voorkeur is de smallere zijde van het randsegment dusdanig smaller dat, in een opgevouwen toestand, de lijn die zich uitstrekt van een eindpunt van het randsegment aan de mantelzijde naar een eindpunt van het randsegment aan de van de mantel afgekeerde zijde in hoofdzaak aanlicht op dezelfde lijn van het aangrenzende randsegment. Zo wordt in een opgevouwen toestand een zijvlak van de transporthouder gevormd waarin de randsegmenten volledig op elkaar aanliggen. Een terugkerend voordeel is dat een dergelijk afgesloten zijvlak meer stevigheid biedt, en dat het daardoor niet mogelijk is dat vuil de transporthouder binnenkomt. In weer een verdere uitvoeringsvariant omvat een gebied dat zich uitstrekt tussen twee aangrenzende randsegmenten een plooibaar element, waarbij de twee aangrenzende randsegmenten met elkaar zijn verbonden onder tussenkomst van het plooibare element. Deze verdere uitvoeringsvariant zorgt voor meer stevigheid in opgevouwen toestand. Door het plooibare element zijn alle randsegmenten met elkaar verbonden, hetgeen voor een meer solide geheel zorgt. In weer een verdere uitvoeringsvariant is het plooibare element plooibaar met ten minste een richtingscomponent in een richting loodrecht op de mantel. Bij voorkeur plooit het plooibare element in een richting naar de mantel toe. Zo zullen alle plooibare elementen tijdens het vouwen van de transporthouder inwaarts plooien, en is van buitenaf in een opgevouwen toestand niets te zien van de plooibare element. Het is denkbaar dat de plooibare elementen in een opgevouwen toestand rusten op de mantel, zo dragen de plooibare elementen bij aan de rigide eigenschap van de randsegmenten.
In een alternatieve verdere uitvoering is het plooibare element een brug tussen aangrenzende randsegmenten, waarbij de brug plooibaar is in een richting loodrecht op de mantel, en waarbij de brug zich in een niet geplooide toestand uitstrekt in een vlak hoofdzakelijk parallel aan een vlak waarin de mantel zich uitstrekt.
Deze uitvoering is in het bijzonder geschikt voor een randsegment waarbij zich aan de van de mantel afgekeerde zijde een vlak bevindt, waarbij een dwarsdoorsnede vierhoekig is.
De brug zorgt ervoor dat de mantel tijdens het uitvouwen niet verder uitvouwt dan tot een vlak.
Dat is, vanuit een opgevouwen toestand, waarbij de brug naar binnen zit geplooid, is de mantel van de transporthouder uitvouwbaar tot een vlak, waarbij de bruggen zich zullen ontplooien, totdat deze zich in een vlak parallel aan dat van de mantel uitstrekken,
zodanig dat verder uitvouwen niet mogelijk is.
Eveneens geldt hier het voordeel dat de bruggen alle randsegmenten met elkaar verbinden, waardoor een in zijn geheel meer rigide transporthouder ontstaat.
In weer een alternatieve uitvoeringsvariant heeft de opstaande rand een hoofdzakelijk driehoekige dwarsdoorsnede.
Voorts in een verdere uitvoeringvorm staan naar elkaar toe gekeerde vlakken van de opstaande randen hoofdzakelijk loodrecht op de mantel.
Een driehoek is doorgaans in minstens één richting rigide, en derhalve een geschikte doorsnedevorm voor de opstaande rand.
Voorts is een driehoek te vervaardingen uit relatief weinig materiaal in vergelijking met andere denkbare vormen.
In weer een alternatieve uitvoeringsvorm is een uiteinde in de lengterichting van de mantel voorzien van een kernstuk, waarbij het kernstuk ten minste een eerste en een tweede eindvlak omvat, waarbij het eerste en tweede eindvlak hoofdzakelijk loodrecht op het vlak van de mantel staan, en waarbij de transporthouder vouwbaar is om het kernstuk.
Het kernstuk brengt met zich mee dat de transporthouder makkelijk vouwbaar is om het kernstuk.
Zo is de transporthouder intuïtief op te vouwen.
De eindvlakken van het kernstuk zijn voorzien van vlakken die loodrecht op de mantel staan, om stijfheid te bieden aan het kernstuk.
In een bijzondere verdere uitvoeringsvariant liggen na het vouwen het eerste en tweede eindviak van het kernstuk aan op de twee naar elkaar toegekeerde vlakken van de opstaande randen.
Een dergelijke configuratie voorkomt dat de transporthouder kan torderen.
Verder draagt dit bij aan het intuïtief opvouwen van 5 de transporthouder, daar het duidelijk is dat de vlakken op elkaar aanliggen.
Zo vormen de naar elkaar toegekeerde vlakken van de opstaande randen een geleiding voor de twee eindvlakken van het kernstuk.
In een verdere bijzondere uitvoeringsvariant is het kernstuk geconfigureerd voor het aangrijpen van een fles op verschillende posities in de breedterichting van de houder, waarbij het kernstuk is voorzien van aangrijpmiddelen voor het beperken of belemmeren van een radiale bewegingsvrijheid van de fles.
In het bijzonder is het kernstuk geconfigureerd voor het om de fles aangrijpen, waarbij de fles zich in het kernstuk bevindt.
Dit zorgt ervoor dat de fles extra is beschermd ten tijden van transport in de transporthouder.
In weer een verdere uitvoeringsvariant zijn de aangrijpmiddelen ten minste voorzien van; een eerste aangrijpdeel, waarbij het eerste aangrijpdeel een eerste binnendiameter heeft, een tweede aangrijpdeel, waarbij het tweede aangrijpdeel een tweede binnendiameter heeft, waarbij de eerste en tweede binnendiameter verschillend zijn.
Een dergelijke aangegrepen fles zal in de transporthouder niet meer bewegen en genieten van maximale bescherming tijdens het transport.
Zo is het denkbaar de een eerste aangrijpdeel zich aangrijpt op breed deel van de fles, en waarbij het tweede aangrijpdeel zich aangrijpt op een tweede, smaller, deel van de fles zoals de hals van de fles.
Door het kernstuk te voorzien van ten minste twee aangrijpdelen kan de positie van de fles ten opzichte van de mantel worden vastgelegd.
In een verdere bijzondere uitvoering zijn het eerste en het tweede aangrijpdeel gevormd uit een deel van het kernstuk, en zorgen de vorm van het kernstuk en de aangrijpdelen tezamen ervoor dat de fles in een opgevouwen transporthouder niet tegen de mantel aanligt.
In een verder uitvoeringsvariant is ten minste het eerste en/of het tweede eindvlak van het kernstuk tevens voorzien van versteviging, voor het dragen van een bodem van de fles, waarbij de versteviging aanligt op het eerste en/of tweede eindvlak.
De versteviging zorgt ervoor dat de bodem van de fles voldoende steun heeft.
Tijdens het transport ligt de bodem van de fles aan op het eindvlak dat is voorzien van een versteviging.
In het bijzonder is het denkbaar dat in een opgevouwen toestand de bodem van een fles op een eerste zijde aanligt op het eindvlak van het kernstuk, waarbij een tweede van de eerste zijde afgekeerde zijde aanligt op twee naar elkaar toegekeerde vlakken van de opstaande rand, waarbij de naar elkaar toegekeerde vlakken van de opstaande rand zich op een afstand van de rand van de mantel bevinden.
Daardoor bevind de bodem van de fles zich eveneens op een afstand van de rand van de mantel.
Dit zorgt ervoor dat de fles zich in de transporthouder in opgevouwen toestand aan alle kanten op een afstand van de mantel van de transporthouder bevindt.
In weer een alternatieve uitvoeringsvariant de transporthouder volledig vouwbaar is vanuit één vlak.
Dat heeft als voordeel dat transporthouders volgens de uitvinding zowel opgevouwen als als plano kunnen worden vervoerd.
Het vervoeren ais plano neemt minder volume in beslag, zo kunnen grote hoeveelheden van de transporthouder in een relatief beperkt volume worden getransporteerd.
Het vlak waaruit de transporthouder kan worden gevouwen kan zijn voorzien van uitsparingen en insneden om het opvouwen te versimpelen.
Zo kan een opstaande rand met een driehoekige dwarsdoornede al vanuit twee vouwlijnen worden gevormd, vaak is echter een derde vouwlijn wenselijk; die derde vouwlijn zorgt ervoor dat zich een bodemvlak vormt voor de opstaande rand die aanligt op de mantel.
In weer een verdere uitvoeringsvariant omvat de opstaande rand tevens een vergrendeling, voor het in een gevouwen toestand aan de mantel vergrendelen van de opstaande rand, waarbij de vergrendeling gevormd wordt door ten minste één eerste lip in de mantel, welke bij voorkeur vouwbaar aangrijpt op ten minste één tweede lip in de opstaande rand, waarbij de ten minste ene tweede lip is aangebracht in naar elkaar toe gekeerde vlakken van de opstaande rand.
Het uit één vlak opvouwen van de transporthouder is mogelijk, maar om ervoor te zorgen dat de transporthouder goed kan worden opgezet zijn vergrendelingen wenselijk.
Zo kan bijvoorbeeld eerst de opstaande rand worden gevouwen vanuit het vlak, gevolgd door het vergrendelen van de opstaande rand.
Dit zorgt ervoor dat de opstaande rand wordt verbonden met de mantel, en kan vervolgens het kernstuk worden gevouwen vanuit het vlak zonder dat de opstaande rand zich uitvouwt door de interne spanning. Vervolgens kan het kwetsbare object zorgvuldig in de ruimte tussen de opstaande randen worden gelegd, of in het kernstuk worden vergrendeld, al naar gelang de uitvoeringsvariant.
In een verdere uitvoeringsvariant omvat de ten minste ene eerste lip een uitkraging, welke aangrijpt op een corresponderende uitsparing in de ten minste ene tweede lip. De eerste en tweede lip kunnen tevens worden vervaardigd uit het ene vlak, door middel van het uitsnijden van de contour van de lip kan deze worden omgevouwen om aan te grijpen op een met de uitkraging corresponderende uitsparing in de tweede lip. Bij voorkeur is de eerste lip op de opstaande rand geplaatst en de tweede lip geplaatst op de mantel, hierdoor ontstaat bij het aangrijpen een verankering van de opstaande rand op de mantel. De op elkaar aangrijpende lippen zijn eveneens losneembaar, waardoor het ook mogelijk is de opstaande rand meerdere keren op en uit te vouwen.
In een alternatieve verdere Uitvoeringsvorm wordt de vergrendeling gevormd door ten minste één lip in de mantel, waarbij de lip aangrijpt op een uitsparing in de opstaande rand. De uitsparing in de opstaande rand bevind zich bij voorkeur volledig in één van de segmenten, en correspondeert met een contour van de lip.
Het aangrijpen van de lip op de uitsparing resulteert in een verankering van de opstaande rand op de mantel. Het is verder mogelijk om de lip los te maken, waardoor de opstaande rand meerdere keren op en uit te vouwen is.
In een alternatieve uitvoeringsvariant van de onderhavige uitvoering omvat de mantel tevens een afdekking, voor het ten minste gedeeltelijk, en bij voorkeur volledig, afdekken van een zijvlak van de transporthouder na het vouwen. Een dergelijke afdekking geeft een mooie uniforme uitstraling van de transporthouder, tevens wordt het zijvlak van de transporthouder in opgevouwen toestand verder beschermd door de afdekking waardoor het te verschepen product beter beschermd is.
In weer een andere uitvoeringsvariant heeft de transporthouder vanuit een zijaanzicht een hoofdzakelijk polygone vorm na het vouwen. In nog een alternatieve uitvoering is de lengte van de afzonderlijke randsegmenten verschillend, waarbij de verschillende randsegmenten na het vouwen in een in hoofdzaak helixvormige holle ruimte ontstaat. Daarbij kan ervoor gekozen worden om de lengte van de mantel zodanig te kiezen dat er meerdere omwentelingen door de mantel gemaakt kunnen worden. In een variant waarbij er slechts één omwenteling noodzakelijk is, is een helixvorm niet altijd nodig en kan er ook voor gekozen worden om de omwenteling op te bouwen uit gelijke segmenten. De transporthouder volgens de uitvinding kan tevens voorzien zijn van een afsluitmiddel. Dat kan gevormd worden door een plakstrook, of een uitkraging of flap, die zich uitstrekt vanaf een uiteinde van de mantel en verbonden kan worden met een op één omwenteling afstand van de flap gelegen gedeelte van de mantel. De onderhavige uitvinding zal hierna kort worden toegelicht aan de hand van de volgende figuren, waarin: - figuur 1 een weergave geeft van een eerste uitvoeringsvorm van de transporthouder, en - figuur 2 een weergave geeft van een tweede uitvoeringsvorm van de transporthouder, en - figuur 3 een schematische weergave geeft van het vlak waaruit de transporthouder is vervaardigd.
Figuur 1 laat een eerste voorkeursuitvoering zien van de onderhavige uitvinding. De figuur laat een transporthouder 8 zien, voor het transporteren van een kwetsbaar object, omvattende; een mantel 7, in een lengterichting opgedeeld in mantelsegmenten 1, voorzien van; ten minste twee zich in een zich dwars op de lengterichting uitstrekkende breedterichting op afstand van elkaar bevindende opstaande randen 6, opgedeeld in met de mantelsegmenten 1 corresponderende randsegmenten 1, waarbij, twee aangrenzende mantelsegmenten 1 tezamen met de corresponderende randsegmenten 1 vouwbaar zijn om een gemeenschappelijke rotatie-as die in het vlak van de mantel 7 gelegen is, waarbij de randsegmenten 1 rigide zijn in ten minste een richting loodrecht op het vlak van de corresponderende mantelsegmenten 1. Voorts is een uiteinde in de lengterichting van de mantel 7 van de transporthouder 8 volgens deze uitvoeringsvariant voorzien van een kernstuk 11, waarbij het kernstuk 11 ten minste een eerste 2 en een tweede eindvlak omvat, waarbij het eerste 2 en tweede eindvlak hoofdzakelijk loodrecht op het vlak van de mantel 7 staan, en waarbij de transporthouder 8 vouwbaar is om het kernstuk 11. Na het vouwen liggen het eerste 2 en tweede eindvlak van het kernstuk 11 aan op de twee naar elkaar toegekeerde vlakken 9 van de opstaande randen 6, In deze uitvoeringsvorm is het kernstuk 11 geconfigureerd voor het aangrijpen van een fles op verschillende posities in de breedterichting van de houder 8, waarbij het kernstuk 11 is voorzien van aangrijpmiddelen 3,4 voor het beperken of belemmeren van een radiale bewegingsvrijheid van de fles. In deze variant zijn de aangrijpmiddelen zijn voorzien van een eerste aangrijpdeel 3, waarbij het eerste aangrijpdeel een eerste binnendiameter heeft, en een tweede aangrijpdeel 4, waarbij het tweede aangrijpdeel een tweede binnendiameter heeft.
De opstaande randen 6 zijn vanuit het vlak van de mantel opgevouwen, en om deze te vergrendelen met de mantel zijn de opstaande randen 6 omvat de transporthouder 8 een vergrendeling 10, welke de opstaande randen verbind met de mantel. Figuur 2 geeft een tweede voorkeursvariant van de transporthouder weer, waarbij het uit het vlak van de mantel vervaardigde kernstuk ten minste een eerste 2 en een tweede 12 eindvlak omvat, waarbij het eerste 2 en tweede 12 eindvlak hoofdzakelijk loodrecht op het vlak van de mantel 7 staan, en waarbij de transporthouder vouwbaar is om het kernstuk. Na het vouwen liggen het eerste 2 en tweede 12 eindvlak van het kernstuk aan op de twee naar elkaar toegekeerde vlakken van de opstaande randen. Het kernstuk is verder voorzien van een versteviging 13, welke bij het opvouwen van het kernstuk aanliggen op het eerste 2 en het tweede 12 eindvlak. In deze uitvoeringsvariant is het kernstuk voorzien van een bevestigingsmiddel, waarbij het bevestigingsmiddel is voorzien van op elkaar aangrijpende lippen, waarbij het bevestigingsmiddel een te transporteren object omsluit. Figuur 3 geeft een plano aan waaruit de transporthouder opvouwbaar is. Daarbij is de plano voorzien van een vergrendeling 16,17 voor de opstaande rand, waarbij de vergrendeling gevormd wordt door ten minste één eerste lip 16 in de mantel, welke vouwbaar aangrijpt op ten minste één tweede lip 17 in de opstaande rand, waarbij de ten minste ene tweede lip is aangebracht in naar elkaar toe gekeerde vlakken van de opstaande rand. De opstaande rand is opgedeeld in randsegmenten, waarbij een breedte 19 van elk van de randsegmenten ten minste aan de mantelzijde hoofdzakelijk gelijk is aan de breedte 19 van het corresponderende mantelsegment. En waarbij een breedte 20 van elk van de randsegmenten aan een van de mantel afgekeerde zijde van het randsegment smaller is dan het corresponderende mantelsegment 19. Door het verschil in de breedte van delen van het randsegment ontstaat een gebied 18 dat zich uitstrekt tussen twee aangrenzende randsegmenten, en waarbij het gebied 18 een plooibaar element 5 omvat, waarbij de twee aangrenzende randsegmenten met elkaar zijn verbonden onder tussenkomst van het plooibare element 5. Het kernstuk in deze plano omvat een eerste 2 en een tweede 12 eindvlak, welke na het opvouwen van het kernstuk in hoofdzaak loodrecht op de mantel staan.
Verder is het kernstuk voorzien van een versteviging, welke bij het opvouwen aan komen te liggen aan binnenzijden van de respectievelijk eerste 2 en tweede 12 eindviakken.
Om een kwetsbaar object zoals een fles te kunnen transporteren is het kernstuk geconfigureerd voor het aangrijpen van een fles op verschillende posities 3,4 in de breedterichting van de houder, waarbij het kernstuk is voorzien van aangrijpmiddelen 3,4 voor het, na het opvouwen, beperken of belemmeren van een radiale bewegingsvrijheid van de fles.
De aangrijpmiddelen zijn in deze uitvoeringsvariant ten minste voorzien van;
een eerste aangrijpdeel 3, waarbij het eerste aangrijpdeel een eerste binnendiameter heeft, een tweede aangrijpdeel 4, waarbij het tweede aangrijpdeel een tweede binnendiameter heeft.

Claims (22)

Conclusies
1. Transporthouder, voor het transporteren van een kwetsbaar object, omvattende; - een mantel, in een lengterichting opgedeeld in mantelsegmenten, voorzien van; - ten minste één en bij voorkeur ten minste twee zich in een zich dwars op de lengterichting uitstrekkende breedterichting op afstand van elkaar bevindende opstaande randen, opgedeeld in met de mantelsegmenten corresponderende randsegmenten, waarbij, - twee aangrenzende mantelsegmenten tezamen met de corresponderende randsegmenten vouwbaar zijn om een gemeenschappelijke rotatie-as die in het vlak van de mantel gelegen is, met het kenmerk dat de randsegmenten rigide zijn in ten minste een richting loodrecht op het vlak van de corresponderende mantelsegmenten.
2. Transporthouder volgens conclusie 1, waarbij het gebied dat zich in de breedterichting uitstrekt tussen de ten minste twee opstaande randen vrij is van obstakels, ten minste over een gebied dat zich over meerdere mantelsegmenten uitstrekt en bij voorkeur over de gehele lengterichting van de mantel.
3. Transporthouder volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de transporthouder is vervaardigd uit een materiaal met een gewicht dat gelegen is tussen de 0 en de 500 g/m? en/of een dichtheid die gelegen is tussen de 0 en de 0,04 g/cm:.
4. Transporthouder volgens één der voorgaande conclusies, waarbij een breedte van elk van de randsegmenten ten minste aan de manteizijde hoofdzakelijk gelijk is aan de breedte van het corresponderende mantelsegment.
5. Transporthouder volgens een der voorgaande conclusies, waarbij een breedte van elk van de randsegmenten aan een van de mantel afgekeerde zijde van het randsegment smaller is dan het corresponderende mantelsegment.
6. Transporthouder volgens conclusie 5, waarbij een gebied dat zich uitstrekt tussen twee aangrenzende randsegmenten een plooibaar element omvat, waarbij de twee aangrenzende randsegmenten met elkaar zijn verbonden onder tussenkomst van het plooibare element.
7. Transporthouder volgens conclusie 6, waarbij het plooibare element plooibaar is met ten minste een richtingscomponent in een richting loodrecht op de mantel.
8. Transporthouder volgens een van de conclusies 5 - 8, waarbij het plooibare element een brug is tussen aangrenzende randsegmenten, waarbij de brug plooibaar is in een richting loodrecht op de mantel, en waarbij de brug zich in een niet geplooide toestand uitstrekt in een vlak hoofdzakelijk parallel aan een vlak waarin de mantel zich uitstrekt.
9. Transporthouder volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de opstaande rand een hoofdzakelijk driehoekige dwarsdoorsnede heeft.
10. Transporthouder volgens conclusie 9, waarbij naar elkaar toe gekeerde vlakken van de opstaande randen hoofdzakelijk loodrecht op de mantel staan.
11. Transporthouder volgens een der voorgaande conclusies, waarbij een uiteinde in de lengterichting van de mantel is voorzien van een kernstuk, waarbij het kernstuk ten minste een eerste en een tweede eindvlak omvat, waarbij het eerste en tweede eindviak hoofdzakelijk loodrecht op het vlak van de mantel staan, en waarbij de transporthouder vouwbaar is om het kernstuk.
12, Transporthouder volgens de conclusies 10 en 11, waarbij na het vouwen het eerste en tweede eindvlak van het kernstuk aanliggen op de twee naar elkaar toegekeerde vlakken van de opstaande randen.
13. Transporthouder volgens conclusie 11 of 12, waarbij het kernstuk is geconfigureerd voor het aangrijpen van een fles op verschillende posities in de breedterichting van de houder, waarbij het kernstuk is voorzien van aangrijpmiddelen voor het beperken of belemmeren van een radiale bewegingsvrijheid van de fles.
14. Transporthouder volgens conclusie 13, waarbij de aangrijpmiddelen ten minste zijn voorzien van; - een eerste aangrijpdeel, waarbij het eerste aangrijpdeel een eerste binnendiameter heeft, - een tweede aangrijpdeel, waarbij het tweede aangrijpdeel een tweede binnendiameter heeft.
15. Transporthouder volgens een van de conclusies 12-14, waarbij ten minste het eerste en/of het tweede eindvlak van het kernstuk tevens is voorzien van versteviging, voor het dragen van een bodem van de fles, waarbij de versteviging aanligt op het eerste en/of tweede eindvlak.
16. Transporthouder volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de transporthouder volledig vouwbaar is vanuit één vlak.
17. Transporthouder volgens conclusie 16, waarbij de opstaande rand tevens een vergrendeling omvat, voor het in een gevouwen toestand aan de mantel vergrendelen van de opstaande rand, waarbij de vergrendeling gevormd wordt door ten minste één eerste lip in de mantel, welke vouwbaar aangrijpt op ten minste één tweede lip in de opstaande rand, waarbij de ten minste ene tweede lip is aangebracht in naar elkaar toe gekeerde vlakken van de opstaande rand.
18. Transporthouder volgens conclusie 17, waarbij de ten minste ene eerste lip een uitkraging omvat, welke aangrijpt op een corresponderende uitsparing in de ten minste ene tweede lip.
19. Transporthouder volgens conclusie 17, waarbij de vergrendeling gevormd wordt door ten minste één lip in de mantel, waarbij de lip aangrijpt op een uitsparing in de opstaande rand.
20. Transporthouder volgens een der voorgaande conclusie, waarbij de mantel! tevens een afdekking omvat, voor het ten minste gedeeltelijk, en bij voorkeur volledig, afdekken van een zijvlak van de transporthouder na het vouwen.
21. Transporthouder volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de transporthouder vanuit een zijaanzicht een hoofdzakelijk polygonen vorm heeft na het vouwen.
22. Transporthouder volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de lengte van de afzonderlijke randsegmenten verschillend is, waarbij de verschillende randsegmenten na het vouwen in een in hoofdzaak helixvormige holle ruimte ontstaat.
NL2025839A 2020-06-16 2020-06-16 Transportinrichting voor het transporteren van een kwetsbaar object NL2025839B1 (nl)

Priority Applications (11)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2025839A NL2025839B1 (nl) 2020-06-16 2020-06-16 Transportinrichting voor het transporteren van een kwetsbaar object
BR112022025812A BR112022025812A2 (pt) 2020-06-16 2021-06-16 Dispositivo de transporte para transportar um objeto delicado
CN202180061152.0A CN116234756A (zh) 2020-06-16 2021-06-16 用于运输易碎物品的运输装置
PCT/NL2021/050378 WO2021256925A1 (en) 2020-06-16 2021-06-16 Transport device for transporting a delicate object
US18/010,959 US20230219743A1 (en) 2020-06-16 2021-06-16 Transport Device for Transporting a Delicate Object
AU2021293073A AU2021293073A1 (en) 2020-06-16 2021-06-16 Transport device for transporting a delicate object
KR1020237000583A KR20230025692A (ko) 2020-06-16 2021-06-16 섬세한 물체를 운반하기 위한 운반 디바이스
EP21733585.0A EP4164956A1 (en) 2020-06-16 2021-06-16 Transport device for transporting a delicate object
CA3182378A CA3182378A1 (en) 2020-06-16 2021-06-16 Transport device for transporting a delicate object
MX2022016168A MX2022016168A (es) 2020-06-16 2021-06-16 Dispositivo de transporte para transportar un objeto delicado.
JP2022577383A JP2023530332A (ja) 2020-06-16 2021-06-16 繊細な物体を輸送するための輸送装置

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2025839A NL2025839B1 (nl) 2020-06-16 2020-06-16 Transportinrichting voor het transporteren van een kwetsbaar object

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2025839B1 true NL2025839B1 (nl) 2022-02-16

Family

ID=72179111

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2025839A NL2025839B1 (nl) 2020-06-16 2020-06-16 Transportinrichting voor het transporteren van een kwetsbaar object

Country Status (11)

Country Link
US (1) US20230219743A1 (nl)
EP (1) EP4164956A1 (nl)
JP (1) JP2023530332A (nl)
KR (1) KR20230025692A (nl)
CN (1) CN116234756A (nl)
AU (1) AU2021293073A1 (nl)
BR (1) BR112022025812A2 (nl)
CA (1) CA3182378A1 (nl)
MX (1) MX2022016168A (nl)
NL (1) NL2025839B1 (nl)
WO (1) WO2021256925A1 (nl)

Family Cites Families (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB773675A (en) * 1953-08-24 1957-05-01 Zoltan Deshaw Improvements relating to electric incandescent lamp packages
US3082864A (en) * 1960-06-22 1963-03-26 Stan M Silver Packaging and display box
US3438482A (en) * 1967-03-09 1969-04-15 Albemarle Paper Co Shipping container
FR2681579A1 (fr) * 1991-09-25 1993-03-26 Rochette Cenpa Emballage pour bouteille individuelle couchee.
US5806683A (en) * 1996-12-16 1998-09-15 Gale; Gregory W. Wrapped package and method using molded fiber inner structure
US6926196B2 (en) * 2002-10-31 2005-08-09 M-D Building Products, Inc. Triangular shipping container
AU2010326095B2 (en) * 2009-12-03 2014-11-27 Jason S. Erdie Triangular shipping container with polygonal inner support

Also Published As

Publication number Publication date
KR20230025692A (ko) 2023-02-22
JP2023530332A (ja) 2023-07-14
AU2021293073A1 (en) 2023-02-02
BR112022025812A2 (pt) 2023-05-02
CN116234756A (zh) 2023-06-06
MX2022016168A (es) 2023-04-24
US20230219743A1 (en) 2023-07-13
WO2021256925A1 (en) 2021-12-23
CA3182378A1 (en) 2021-12-23
EP4164956A1 (en) 2023-04-19

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL2025839B1 (nl) Transportinrichting voor het transporteren van een kwetsbaar object
CH648523A5 (fr) Enveloppe en carton ondule pour la protection du fut d'une bouteille.
EP0231682A1 (fr) Coiffe de protection des extrémités des tuyaux et flan découpé pour sa réalisation
EP3070017B1 (fr) Element d'emballage et flan pour element d'emballage avec dispositif de calage perfectionne
FR2545446A1 (fr) Container carton agrafe et replie sur palette
FR2931803A1 (fr) Etui de conditionnement a volets de compartimentation
FR2550764A1 (fr) Carton d'emballage pour recipients tels que bouteilles
EP0268541B1 (fr) Emballage modulaire adaptable
EP0965530B1 (fr) Conteneur en matériau pliable, pour magasinage à plat
EP1260448A1 (fr) Emballage de forme parallélépipédique comportant des rabats articules, et flan pour sa mise en oeuvre
FR3072662B1 (fr) Systeme d'emballage avec partitionnement interieur
FR2618410A1 (fr) Boite presentoir pliable munie d'un element de calage integre
CA2211339A1 (fr) Boite d'emballage de securite
FR2799438A1 (fr) Boite d'emballage comportant un dispositif de calage integre
FR3140871A1 (fr) Caisse repliable munie d’une ouverture formant poignée
FR2702454A1 (fr) Emballage de type fourreau pour grouper une pluralité d'objets comportant des bandeaux d'extrémités .
FR2727384A1 (fr) Emballage pour volailles
FR2687638A1 (fr) Conditionnement, notamment pour pieces de rechange de vehicules automobiles.
FR2804410A1 (fr) Carton d'emballage pour deux bouteilles
FR2656592A1 (fr) Caisse-palette en un materiau semi-rigide, utilisable comme systeme de distribution des objets ou materiaux qu'elle contient.
FR2858305A1 (fr) Contenant utilise pour le transport et le stockage d'objets divers.
FR2626251A1 (fr) Boite pour l'emballage et la presentation de conditionnement, notamment en verre, tels que bouteilles, flacons ou carafes
EP1231153B1 (fr) Emballage avec bec verseur renforcé présentant des moyens de rabat dudit bec verseur à l'interieur de l'emballage
EP1736362B1 (fr) Dispositif escamotable pour compartimenter une zone de chargement de véhicule automobile et véhicule correspondant
FR2639615A1 (fr) Boite de conditionnement etanche a verrouillage interne ou externe a poignee de manutention escamotable incorporee