NL2019443B1 - Afscherminrichting - Google Patents

Afscherminrichting Download PDF

Info

Publication number
NL2019443B1
NL2019443B1 NL2019443A NL2019443A NL2019443B1 NL 2019443 B1 NL2019443 B1 NL 2019443B1 NL 2019443 A NL2019443 A NL 2019443A NL 2019443 A NL2019443 A NL 2019443A NL 2019443 B1 NL2019443 B1 NL 2019443B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
screen
screening device
air
cloth
bend
Prior art date
Application number
NL2019443A
Other languages
English (en)
Inventor
Bernadus Cornelius Aarts Petrus
Original Assignee
A W A Van Den Biggelaar Beheer B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by A W A Van Den Biggelaar Beheer B V filed Critical A W A Van Den Biggelaar Beheer B V
Priority to NL2019443A priority Critical patent/NL2019443B1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2019443B1 publication Critical patent/NL2019443B1/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G5/00Component parts or accessories for scaffolds
    • E04G5/12Canopies
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G21/00Preparing, conveying, or working-up building materials or building elements in situ; Other devices or measures for constructional work
    • E04G21/24Safety or protective measures preventing damage to building parts or finishing work during construction
    • E04G21/28Safety or protective measures preventing damage to building parts or finishing work during construction against unfavourable weather influence
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G21/00Preparing, conveying, or working-up building materials or building elements in situ; Other devices or measures for constructional work
    • E04G21/24Safety or protective measures preventing damage to building parts or finishing work during construction
    • E04G21/30Safety or protective measures preventing damage to building parts or finishing work during construction against mechanical damage or dirt, e.g. guard covers of stairs
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04HBUILDINGS OR LIKE STRUCTURES FOR PARTICULAR PURPOSES; SWIMMING OR SPLASH BATHS OR POOLS; MASTS; FENCING; TENTS OR CANOPIES, IN GENERAL
    • E04H15/00Tents or canopies, in general
    • E04H15/20Tents or canopies, in general inflatable, e.g. shaped, strengthened or supported by fluid pressure
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G5/00Component parts or accessories for scaffolds
    • E04G5/12Canopies
    • E04G2005/125Roof for scaffolds, e.g. extending to the adjacent building
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G21/00Preparing, conveying, or working-up building materials or building elements in situ; Other devices or measures for constructional work
    • E04G21/24Safety or protective measures preventing damage to building parts or finishing work during construction
    • E04G2021/248Tarpaulins specially adapted therefor
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04HBUILDINGS OR LIKE STRUCTURES FOR PARTICULAR PURPOSES; SWIMMING OR SPLASH BATHS OR POOLS; MASTS; FENCING; TENTS OR CANOPIES, IN GENERAL
    • E04H15/00Tents or canopies, in general
    • E04H15/20Tents or canopies, in general inflatable, e.g. shaped, strengthened or supported by fluid pressure
    • E04H2015/201Tents or canopies, in general inflatable, e.g. shaped, strengthened or supported by fluid pressure with inflatable tubular framework, with or without tent cover

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Fluid Mechanics (AREA)
  • Tents Or Canopies (AREA)

Abstract

Een afscherminrichting, bestemd en ingericht voor het afschermen van een façade van een bouwwerk, omvat een scherm (100,200), welke scherm een stel ruimtelijk gescheiden, langwerpige inflateerbare luchtkanalen (10,40) omvat die zich althans in hoofdzaak onderling evenwij dig in een hoogterichting uitstrekken onder tussenkomst van een doek (150) dat aan weerszij den met een luchtkanaal is verbonden. Aan de luchtkanalen wordt tussen een basissegment van het scherm (100) en een overstaand uiteinde van het scherm door een geleidingsinrichting (71,74) een bocht opgelegd om voorbij de bocht, onder een hoek met het basissegment van het scherm, een deksegment (200) te vormen. Het deksegment is voorzien van koppelmiddelen ter verbinding van het scherm met het bouwwerk. De koppelmiddelen omvatten een of meer buislichamen (3500 die zich in een dwars op de hoogterichting gerichte breedterichting over althans nagenoeg een volle breedte van het scherm uitstrekken en met het scherm zijn. De koppelmiddelen omvatten voorts een althans koord-achtig bevestigingsorgaan (330) dat door een longitudinale lichaamsholte van de buislichamen voert en met overstaande uiteinden (335) met het bouwwerk verbindbaar is.

Description

Afscherminrichting
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een afscherminrichting, bestemd en ingericht voor het afschermen van een facade van een bouwwerk, omvattende een scherm, welke scherm een stel ruimtelijk gescheiden, langwerpige inflateerbare luchtkanalen omvat die zich althans in hoofdzaak onderling evenwijdig in een hoogterichting uitstrekken onder tussenkomst van een doek dat aan weerszijden met een luchtkanaal is verbonden, waarbij aan de luchtkanalen tussen een basissegment van het scherm en een overstaand uiteinde van het scherm door een geleidingsinrichting een bocht wordt opgelegd om voorbij de bocht, onder een hoek met het basissegment van het scherm, een deksegment te vormen, en waarbij ten minste het deksegment is voorzien van koppelmiddelen ter verbinding van het scherm met het bouwwerk.
Een dergelijke inrichting wordt ook wel aangeduid als doorwerkscherm en vindt met name toepassing bij herstel- en oprichtingswerkzaamheden aan een gevel van een gebouw, opdat ook onder ongunstige weersomstandigheden kan worden door gewerkt. Bovendien beschermt het scherm de omgeving tegen eventueel vallende objecten, zoals gereedschappen en bouwmateriaal.
Een afscherminrichting van de in de aanhef beschreven soort is bekend uit een eerdere octrooiaanvrage van aanvraagster, welke onder nummer NL 2002227 voor het publiek ter inzage werd gelegd. De daaruit bekende afscherminrichting omvat een stelsel van verticale luchtkanalen waartussen steeds een folie is opgespannen om tezamen het scherm te vormen. Aan een top van het scherm is een deksegment gevormd doordat de luchtkanalen, en daarmee de folie, nabij het uiteinde in een bocht worden gedwongen door middel van daartoe voorziene gootlichamen waarin het luchtkanaal ter plaatse wordt ingesnoerd en ligt ingeklemd. Dit deksegment vormt bijvoorbeeld een dak aan het scherm dat daaronder beschutting biedt. Desgewenst kan het scherm ook tegenovergesteld worden opgesteld in welk geval het deksegment een opgaande wand zal vormen.
Hoewel het bekende scherm in de praktijk zijn dienst heeft bewezen, blijkt het bevestigen daarvan aan het bouwwerk niet in alle gevallen zonder sinecure. Het bekende scherm omvat daartoe een reeks bevestigingsogen aan het uiteinde die elk individueel dienen te worden vast gezet, hetgeen tijdrovend en soms niet op iedere positie mogelijk is.
Met de onderhavige uitvinding wordt daarom onder meer beoogd om te voorzien in een afscherminrichting met verbeterde koppelmiddelen ter bevestiging van het scherm aan het bouwwerk.
Om het beoogde doel te bereiken, heeft een afscherminrichting van de in de aanhef beschreven soort volgens de uitvinding als kenmerk dat de koppelmiddelen ten minste één althans in hoofdzaak vormstijf buislichaam omvatten dat zich in een dwars op de hoogterichting gerichte breedterichting over althans nagenoeg een volle breedte van het scherm uitstrekt en met het scherm is verbonden, en dat de koppelmiddelen een althans koord-achtig bevestigingsorgaan omvatten dat door een longitudinale lichaamsholte van het ten minste ene buislichaam voert en met overstaande uiteinden met het bouwwerk verbindbaar is. Aldus behoeven nog slechts de uiteinden van het koord-achtige bevestigingsorgaan te worden gekoppeld en zorgt het ten minste ene vormstijve buislichaam daartussen voor stijfheid en stabiliteit. hi een voorkeursuitvoeringsvorm van de afscherminrichting is het ten minste ene buislichaam niet vast met het scherm verbonden, maar is de afscherminrichting volgens de uitvinding integendeel gekenmerkt doordat het ten minste ene buislichaam vrijneembaar van het scherm is. Een bijzondere uitvoeringsvorm van de afscherminrichting heeft daartoe volgens de uitvinding als kenmerk dat het ten minste ene buislichaam in één of meer in of aan het doek gevormde tunnels steekt en daaruit uitneembaar is. Aldus kan het ten minste ene buislichaam ten behoeve van transport en opslag worden uitgenomen, opdat het overige deel van het scherm tot een compacte stapeling kan worden samengevouwen.
Een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de afscherminrichting is volgens de uitvinding gekenmerkt doordat het ten minste ene buislichaam een reeks opeenvolgende buisdelen omvat die met hun lichaamsholten onderling althans nagenoeg in lijn liggen en die in één of meer in of aan het doek gevormde tunnels worden ontvangen. Hierbij steekt het koord-achtige bevestigingsorgaan niet slechts door één of enkele buislichamen, maai- voert het door de lichaamsholte van een gehele reeks aan buislichamen, die aldus ieder voor zich relatief kort kunnen zijn. Dit laatste blijkt bijzonder praktisch bij het transport en bij opslag van het scherm. Hoewel de buislichamen uit uiteenlopende materialen hun gewenste vormstijfheid kunnen verkrijgen, heeft een bijzondere uitvoeringsvorm van de afscherminrichting volgens de uitvinding in dit verband als kenmerk dat de buisdelen een reeks opeenvolgende kunststof pijplichamen omvat.
Desgewenst kan het scherm behalve met het althans koord-achtige bevestigingorgaan tevens op tussenliggende positie met het bouwwerk worden gekoppeld. Daartoe heeft een verdere bijzondere uitvoeringsvorm van de afscherminrichting volgens de uitvinding als kenmerk dat de buisdelen worden afgewisseld door in of aan het doek gevormde bevestigingsogen. De bevestigingsogen bieden elk een aanhechtingspunt voor eventuele additionele bevestigingkoorden of -lijnen.
Een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de afschermim'ichting volgens de uitvinding heeft als kenmerk dat de geleidingsinrichting een gebogen gootelement omvat met een geul waarin het desbetreffende luchtkanaal door middel van fixatiemiddelen wordt gedwongen, dat het doek aangrenzend aan elk van de luchtkanalen, over althans een deel van een lengte daarvan en althans ter hoogte van de geleidingsinrichting, een reeks bevestigingsogen omvat die zich in de hoogterichting uitstrekt, en dat de fixatiemiddelen via één of meer bevestigingsogen van de reeks bevestigingsogen met het gootelement is verbonden. De reeks bevestigingsogen voorzien aldus in opeenvolgende posities waarin een luchtkanaal in het respectieve gootelement kan worden gefixeerd en in de bocht wordt gedwongen. Aldus is een desbetreffende lengte van het deksegment varieerbaar en aanpasbaar aan de concrete omstandigheden. Een verdere bijzondere uitvoeringsvorm van de afschermim'ichting heeft in dit verband verder als kenmerk dat de fixatiemiddelen een klem omvatten die zich aan een van het gootelement afgewende zijde van het desbetreffende luchtkanaal zich over het luchtkanaal uitstrekt en aan weerszijden van het luchtkanaal met het gootelement is verbonden, en dat de klem door middel van verbindingsorganen met het gootlichaam is verbonden, welke verbindingsorganen elk door een in het doek voorzien bevestigingsoog steken.
Niet alleen een lengte waarmee, maar ook een hoek waaronder het deksegment vanaf het aangrenzende deel van het scherm vertrekt, dient in de praktijk bij voorkeur instelbaar te zijn om het scherm aan de concrete omstandigheden te kunnen aanpassen. Daartoe heeft een afschermingsinrichting van de in de aanhef beschreven soort in een verder aspect van de uitvinding als kenmerk dat de geleidingsinrichting een gebogen gootelement omvat met een geul waarin het desbetreffende luchtkanaal door middel van fixatiemiddelen wordt gedwongen, en dat het gootelement een aantal onderling scharnierende schaaldelen omvat die vanuit een relatief compacte en vlakke uitgangstoestand in een uitgezette toestand brengbaar zijn, in welke uitgezette toestand de schaaldelen de bocht definiëren. Aldus kan het gootelement meer of minder worden uitgezet teneinde daarmee een langere dan wel kortere bocht te definiëren over een overeenkomstig grotere dan wel kleinere hoek. In volledig ingeschoven toestand is het gootelement bovendien praktisch compact en neemt het daarmee minder plaats in bij opslag en transport. Een bijzonder praktische uitvoeringsvorm van de afscherminrichting heeft daarbij als kenmerk dat het gootelement althans in hoofdzaak volledig uit een geschikte kunststof of metaal is gevormd, in het bijzonder uit roestvast staal of polyvinylchloride (PVC). Deze materialen blijken voldoende vormstijf en duurzaam voorjarenlang gebruik.
Teneinde het scherm snel en praktisch te kunnen opzetten, heeft een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de afscherminrichting volgens de uitvinding als kenmerk dat aan een basis van het scherm een verder inflateerbaar luchtkanaal zich in de breedterichting uitstrekt en in open communicatie met de overige luchtkanalen verkeert, welk verdere luchtkanaal van een aansluiting voor inflateermiddelen is voorzien. Aldus kunnen de afzonderlijke luchtkanalen via dit verdere luchtkanaal en de daaraan te koppelen inflateermiddelen in een enkele bedrijfsgang gemeenschappelijk worden opgepompt en volstaat een enkele luchtaansluiting.
Een verdere bijzondere uitvoeringsvorm van de afscherminrichting heeft daarbij als kenmerk dat nabij het uiteinde van het scherm een verder inflateerbaar luchtkanaal zich in de breedterichting uitstrekt en in open communicatie met de overige luchtkanalen verkeert. Ook dit verdere luchtkanaal aan het uiteinde (de top) van het scherm zal aldus mee worden opgeblazen, zodra het scherm aan de inflateermiddelen wordt aangesloten. Dit verdere luchtkanaal aan de top geeft extra vorm en stabiliteit aan het scherm.
De inflateermiddelen kunnen afzonderlijk van het scherm worden voorzien en daaraan worden gekoppeld zodra het scherm dient te worden opgepompt. In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat het scherm echter de inflateermiddelen zodat deze steeds beschikbaar zullen zijn en geen externe luchtaansluiting daarmee nodig is. Daartoe heeft een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van het scherm volgens de uitvinding als kenmerk dat de luchtkanalen onderling in open communicatie verkeren en dat in één van de luchtkanalen inflateermiddelen zijn ondergebracht met een luchtinlaat die is verbonden met een al of niet afsluitbare luchttoevoeropening van het scherm, welke naar een uitwendige omgeving van het scherm opent.
De uitvinding zal navolgend nader worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld en een bijbehorende tekening. In de tekening toont: Figuur 1 in een aanzicht een uitvoeringsvoorbeeld van de afscherminrichting volgens uitvinding;
Figuur 2 een doorsnede van de inrichting van figuur 1 volgens de lijn II-II in figuur 1;
Figuur 3 een doorsnede van de inrichting van figuur 1 volgens de lijn III-III in figuur 1;
Figuur 4 een doorsnede van de inrichting van figuur 1 volgens de lijn IV-IV in figuur 1;en
Figuur 5 een doorsnede van een deel van de inrichting van figuur 1 volgens de lijn II-II in figuur 1.
Overigens zij daarbij opgemerkt dat de figuren zuiver schematisch en niet steeds op (eenzelfde) schaal zijn getekend. Met name kunnen terwille van de duidelijkheid sommige dimensies in meer of mindere mate overdreven zijn weergegeven. Overeenkomstige delen zijn in de figuren met eenzelfde verwijzingscijfer aangeduid.
De in figuur 1 getoonde afscherminrichting omvat een doorwerkscherm 100,200 met typisch een breedte vanaf 5 meter en een vergelijkbare hoogte tot een veelvoud daarvan. Het scherm omvat een aantal langwerpige luchtkanalen 10,40 die elk inflateerbaar zijn en in opgepompte toestand de in de figuur getoonde in een lengterichting opgaande zuilen (kolommen) vormen. Teneinde de luchtkanalen te inflateren is het scherm in een basissegment 100 van een verder luchtkanaal 50 voorzien met een aansluiting 55 voor een geschikte luchtpomp, ook wel aangeduid als compressor. Inwendig verkeert dit verdere luchtkanaal 50 in open communicatie met de overige luchtkanalen 10,40 zodat alle luchtkanalen gelijktijdig worden geïnflateerd. De luchtkanalen 10,40,50 zijn vervaardigd uit een luchtdichte kunststof folie, zoals het hier toegepaste soepele acryl, met een toereikende wanddikte om de uiteindelijk daarin heersende luchtdruk te kunnen weerstaan. Het gaat daarbij om een luchtdruk die typisch van de orde van 0,1 tot 0,5 atmosfeer. In dit voorbeeld is in dit verband uitgegaan van een luchtdruk van circa 0,5-1 atmosfeer in de luchtkanalen.
De kolommen hebben typisch een doorsnede van de orde van 25 centimeter en bevinden zich op een onderlinge afstand van elkaar. Tussen de kolommen 10,40 en daarbuiten omvat het scherm 100,200 een doek 150 dat daarbij steeds met flanken van de kolommen 10,40 is verbonden, zodat het in de figuur getoonde geheel ontstaat. Voor het doek is in dit voorbeeld uitgegaan van een kunststof folie, waarbij in dit geval is gekozen voor een brandwerende folie van polyvinylchloride (PVC). Teneinde aan een uiteinde in een dak 200 te voorzien, is aan het scherm een deksegment gevormd dat onder een hoek ten opzichte van het basissegment 100 staat. Hiertoe zijn de luchtkanalen 10,40 elk door een geleidingsinrichting 71,74 gevoerd die aan de luchtkanalen een bocht oplegt.
Het gaat hierbij om een gootelement 75, zie ook figuur 5, met een geul waarin het desbetreffende luchtkanaal wordt ontvangen en waarin het luchtkanaal wordt opgesloten door middel van een klem die aan een van de geul afgewende zijde over het luchtkanaal wordt aangebracht. Aan het gootelement bevinden zich uitgaande lippen of vleugels die door middel van bouten of soortgelijke bevestigingsorganen met de klem worden verbonden onder insluiting van het luchtkanaal, dat aldus in de door het gootelement gedefinieerde bocht wordt gedwongen. Voornoemde eerdere octrooiaanvrage van aanvraagster geeft een meer gedetailleerde omschrijving van deze inklemming die daarmee voor een vakman bekend wordt verondersteld. De inhoud van die aanvrage wordt te dien aanzien hier als aangehaald en ingelast beschouwd. Anders dan bij die eerdere aanvrage omvat het gootelement 75 dat uit een aantal onderling scharnierende schaaldelen 7 is samengesteld. Deze schaaldelen zijn uitzetbaar van een compacte samengevouwen toestand, waarin de schaaldelen volledig over elkaar heen liggen, naar de getoonde volledig uitgezette toestand waarin daardoor een hoek van circa 90 graden aan het luchtkanaal wordt opgelegd. Daartussen kan het gootelement 75 in een tussenliggende bocht worden gefixeerd om een tussenliggende hoek te definiëren. Voor de schaaldelen 7 is hier uitgegaan van roestvast staal, hoewel daarvoor ook een geschikte kunststof, bijvoorbeeld PVC of ABS, kan worden gekozen.
Het geleidingselement 71,74 kan in hoogte worden versteld doordat aan weerszijden daarvan reeksen bevestigingsogen 110 die in het doek 150 zijn gevormd en waardoorheen de bevestigingsorganen tussen het gootelement en de klem op elke gewenste hoogte kunnen worden gevoerd. Zijdelings eindigt het scherm 100,200 met een vleugel van het doek 150 die over een volledige hoogte van een verdere reeks 120 van dergelijke bevestigingsogen is voorzien, waarmee het scherm 100,200 desgewenst zijdelings kan worden vastgezet.
In het deksegment 200 is aan een rugzijde eveneens een verder luchtkanaal 60 aan het scherm gevormd dat zich over nagenoeg een volledige breedterichting van het scherm uitstrekt en inwendig met de overige luchtkanalen communiceert, zie figuur 3. Ook dit luchtkanaal zal bij het oppompen van het scherm met lucht worden gevuld en vormt aldus in de breedterichting een ribbe die verder bijdraagt aan de vormvastheid en stabiliteit van het scherm, gelijk ook het andere luchtkanaal 50 in de breedterichting dat aan de inflatiemiddelen wordt gekoppeld.
Teneinde het scherm 100,200 relatief eenvoudig en betrouwbaar aan een gevel of dergelijke van een gebouw of ander bouwwerk te kunnen bevestigen, zijn aan het uiteinde koppelmiddelen voorzien waarmee het scherm bijvoorbeeld met een goot van een gebouw kan worden verbonden. Deze koppelmiddelen omvatten hier een aantal opeenvolgende buislichamen 350 die elk in een daartoe aan het scherm voorziene tunnel 300 steken en daaruit uitneembaar zijn, zie ook figuur 4. De tunnels 300 omvatten bijvoorbeeld een uit het doek 150 gevormde omslag of hoes waarin de buislichamen kunnen worden geschoven.
De buislichamen, bijvoorbeeld pijpen van dikwandig PVC of een andere kunststof, liggen daarbij met hun lichaamsholten praktisch in lijn zodat daardoorheen een koord-achtig bevestigingsorgaan, zoals het in de figuur getoonde koord 330 kan worden gevoerd. Aan overstaande uiteinde omvat dit koord een bevestigingsring 335 of ander bevestigingsmiddel en is het koord bevestigbaar aan de gevel. In de figuur is uitgegaan van een enkel koord 330 dat door alle buislichamen 350 reikt, maar in plaats daarvan kan ook avo reien gekozen voor een aantal van dergelijke koorden die elk door slechts één of enkele buislichamen steken. Hier is uitgegaan van een nylon koord, maar in plaats daarvan lenen zich ook andere materialen zoals sisal en andere kunststof lijnen. Ook kan voor een ketting of band worden gekozen waar het om het koord-achtige bevestigingsorgaan gaat. Waar het om gaat, is dat dit bevestigingsorgaan soepel is en zich door de lichaamsholten van de buislichamen laat voeren. De buislichamen 350 worden afgewisseld door één of meer in het doek gevormde verdere bevestigingsogen 130. Deze voorzien in een extra bevestigingsbasis voor het scherm.
Hoewel de uitvinding hiervoor aan de hand van louter een enkele uitvoeringsvoorbeeld nader werd toegelicht, moge het duidelijk zijn dat de uitvinding daartoe geenszins is beperkt. Integendeel zijn binnen het kader van de uitvinding voor een gemiddelde vakman nog vele variaties en verschijningsvormen mogelijk.

Claims (17)

1. Afscherminrichting, bestemd en ingericht voor het afschermen van een facade van een bouwwerk, omvattende een scherm, welke scherm een stel ruimtelijk gescheiden, langwerpige inflateerbare luchtkanalen omvat die zich althans in hoofdzaak onderling evenwijdig in een hoogterichting uitstrekken onder tussenkomst van een doek dat aan weerszijden met een luchtkanaal is verbonden, waarbij aan de luchtkanalen tussen een basissegment van het scherm en een overstaand uiteinde van het scherm door een geleidingsinrichting een bocht wordt opgelegd om voorbij de bocht, onder een hoek met het basissegment van het scherm, een deksegment te vormen, en waarbij ten minste het deksegment is voorzien van koppelmiddelen ter verbinding van het scherm met het bouwwerk, met het kenmerk dat de koppelmiddelen ten minste één althans in hoofdzaak vormstijf buislichaam omvatten dat zich in een dwars op de hoogterichting gerichte breedterichting over althans nagenoeg een volle breedte van het scherm uitstrekt en met het scherm is verbonden, en dat de koppelmiddelen een althans koord-achtig bevestigingsorgaan omvatten dat door een longitudinale lichaamsholte van het ten minste ene buislichaam voert en met overstaande uiteinden met het bouwwerk verbindbaar is.
2. Afscherminrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het ten minste ene buislichaam vrijneembaar van het scherm is.
3. Afscherminrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk dat het ten minste ene buislichaam in één of meer in of aan het doek gevormde tunnels steekt en daaruit uitneembaar is.
4. Afscherminrichting volgens conclusie 1, 2 of 3, met het kenmerk dat het ten minste ene buislichaam een reeks opeenvolgende buisdelen omvat die met hun lichaamsholten onderling althans nagenoeg in lijn liggen en die in één of meer in of aan het doek gevormde tunnels worden ontvangen.
5. Afscherminrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk dat de reeks buisdelen een reeks opeenvolgende kunststof pijplichamen omvat.
6. Afscherminrichting volgens conclusie 4 of 5, met het kenmerk dat de buisdelen worden afgewisseld door in of aan het doek gevormde bevestigingsogen.
7. Afscherminrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de geleidingsinrichting een gebogen gootelement omvat met een geul waarin het desbetreffende luchtkanaal door middel van fixatiemiddelen wordt gedwongen, dat het doek aangrenzend aan elk van de luchtkanalen, over althans een deel van een lengte daarvan en althans ter hoogte van de geleidingsinrichting, een reeks bevestigingsogen omvat die zich in de hoogterichting uitstrekt, en dat de fixatiemiddelen via één of meer bevestigingsogen van de reeks bevestigingsogen met het gootelement is verbonden.
8. Afscherminrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk dat de fixatiemiddelen een klem omvatten die zich aan een van het gootelement afgewende zijde van het desbetreffende luchtkanaal zich over het luchtkanaal uitstrekt en aan weerszijden van het luchtkanaal met het gootelement is verbonden, en dat de klem door middel van verbindingsorganen met het gootlichaam is verbonden, welke verbindingsorganen elk door een in het doek voorzien bevestigingsoog steken.
9. Afscherminrichting volgens conclusie 7 of 8, met het kenmerk dat het gootelement een aantal onderling scharnierende schaaldelen omvat die vanuit een relatief compacte en vlakke uitgangstoestand in een uitgezette toestand brengbaar zijn, in welke uitgezette toestand de schaaldelen de bocht definiëren.
10. Afscherminrichting, bestemd en ingericht voor het afschermen van een facade van een bouwwerk, omvattende een scherm, welke scherm een stel ruimtelijk gescheiden, langwerpige inflateerbare luchtkanalen omvat die zich althans in hoofdzaak onderling evenwijdig in een hoogterichting uitstrekken onder tussenkomst van een doek dat aan weerszijden met een luchtkanaal is verbonden, waarbij aan de luchtkanalen tussen een basissegment van het scherm en een overstaand uiteinde van het scherm door een geleidingsinrichting een bocht wordt opgelegd om voorbij de bocht, onder een hoek met het basissegment van het scherm, een deksegment te vormen, en waarbij ten minste het deksegment is voorzien van koppelmiddelen ter verbinding van het scherm met het bouwwerk, met het kenmerk dat de geleidingsinrichting een gebogen gootelement omvat met een geul waarin het desbetreffende luchtkanaal door middel van fixatiemiddelen wordt gedwongen, en dat het gootelement een aantal onderling scharnierende schaaldelen omvat die vanuit een relatief compacte en vlakke uitgangstoestand in een uitgezette toestand brengbaar zijn, in welke uitgezette toestand de schaaldelen de bocht definiëren.
11. Afscherminrichting volgens conclusie 7, 8, 9 of 10 met het kenmerk dat het gootelement althans in hoofdzaak volledig uit een geschikte kunststof of metaal is gevormd, in het bijzonder uit roestvast staal of polyvinylchloride (PVC ).
12. Afscherminrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat aan een basis van het scherm een verder inflateerbaar luchtkanaal zich in de breedterichting uitstrekt en in open communicatie met de overige luchtkanalen verkeert, welke verder luchtkanaal van een aansluiting voor inflateermiddelen is voorzien.
13. Afscherminrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat nabij het uiteinde van het scherm een verder inflateerbaar luchtkanaal zich in de breedterichting uitstrekt en in open communicatie met de overige luchtkanalen verkeert.
14. Afscherminrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies met het kenmerk dat het althans koord-achtige bevestigingsorgaan een koord omvat, in het bijzonder een nylon® koord.
15. Afschermingsinrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies met het kenmerk dat de luchtkanalen onderling in open communicatie verkeren en dat in één van de luchtkanalen inflateermiddelen zijn ondergebracht met een luchtinlaat die is verbonden met een al of niet afsluitbare luchttoevoeropening van het scherm, welke naar een uitwendige omgeving van het scherm opent.
16. Afscherminrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies met het kenmerk dat de luchtkanalen door één of meer wanden zijn omsloten, welke wanden uit een in hoofdzaak luchtdicht kunststof folie zijn gevormd, in het bijzonder uit een soepele acryl folie.
17. Afscherminrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies met het kenmerk dat het doek een soepele kunststof folie omvat, in het bijzonder een brandwerende kunststof folie, meer in het bijzonder een brandwerende folie van polyvinylchloride (PVC).
NL2019443A 2017-08-24 2017-08-24 Afscherminrichting NL2019443B1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2019443A NL2019443B1 (nl) 2017-08-24 2017-08-24 Afscherminrichting

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2019443A NL2019443B1 (nl) 2017-08-24 2017-08-24 Afscherminrichting

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2019443B1 true NL2019443B1 (nl) 2019-03-07

Family

ID=61003305

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2019443A NL2019443B1 (nl) 2017-08-24 2017-08-24 Afscherminrichting

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2019443B1 (nl)

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPH08319722A (ja) * 1995-05-24 1996-12-03 Kensetsusho Chugoku Chiho Kensetsukyoku 全天候型仮設屋根
NL1002230C2 (nl) * 1996-02-02 1997-08-05 Buitink Beheer B V Opblaasbaar zuilenstelsel voor een wanddeel.
US20090020146A1 (en) * 2003-11-26 2009-01-22 Kim Ki Bong Collapsible tentpole
NL2002227C2 (nl) * 2008-11-20 2010-05-21 Peter Aarts Beheer B V Doorwerkscherm voor het afschermen van een gevel.

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPH08319722A (ja) * 1995-05-24 1996-12-03 Kensetsusho Chugoku Chiho Kensetsukyoku 全天候型仮設屋根
NL1002230C2 (nl) * 1996-02-02 1997-08-05 Buitink Beheer B V Opblaasbaar zuilenstelsel voor een wanddeel.
US20090020146A1 (en) * 2003-11-26 2009-01-22 Kim Ki Bong Collapsible tentpole
NL2002227C2 (nl) * 2008-11-20 2010-05-21 Peter Aarts Beheer B V Doorwerkscherm voor het afschermen van een gevel.

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5487402A (en) Portable shelter with expandable frame
US5752297A (en) Method and apparatus for securing flexible sheeting to a cylindrical structure
CN101091036B (zh) 覆盖系统
US20170254203A1 (en) Mobile conveyor device for the delivery of tunnel liners
NL2019443B1 (nl) Afscherminrichting
CA2897427C (en) Collapsible support structure for flexible hoses
US3857209A (en) Inflatable shelter and flexible wall therefor
US20210189758A1 (en) Canopy frame including tension member system
US20100096094A1 (en) Fastening device for attaching a flexible material to a structure
US11846081B2 (en) Trench shoring apparatus and its method of use
GB2110261A (en) Telescopic lightweight folding frames
NL193091C (nl) Afscherming te bevestigen tegen de buitenzijde van een gebouw.
US9849572B1 (en) Method and apparatus for making up a plurality of joints of pipe
EP0810339A1 (en) Device for forming an elongated roof construction, and method device for erecting said roof construction
US4205461A (en) Sealing device
NL2015327B1 (nl) Bevestigingsinrichting en Scherminstallatie voor een Kas of Warenhuis, alsmede Werkwijze voor het Bevestigen van een Doek of Scherm.
NL1002230C2 (nl) Opblaasbaar zuilenstelsel voor een wanddeel.
US9497906B2 (en) Method of assembling a platform to support a tree and rootball for tree relocation
US20200288648A1 (en) Apparatus and system for moving suspended objects
US3177925A (en) Portable and adjustable fence for manholes, openings and the like
US314387A (en) Device for forming the interior of wells
DE20109417U1 (de) Hochwassersperre aus Systemboxen
CN220505119U (zh) 适用于煤矿采空区的挡风气囊本体
NL1042430B1 (nl) Telescopisch en inklapbaar doorwerksysteem
BE1022568B1 (nl) Inrichting voor het bouwen van een tijdelijke constructie

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20230901