NL2018858B1 - Teeltsysteem - Google Patents

Teeltsysteem Download PDF

Info

Publication number
NL2018858B1
NL2018858B1 NL2018858A NL2018858A NL2018858B1 NL 2018858 B1 NL2018858 B1 NL 2018858B1 NL 2018858 A NL2018858 A NL 2018858A NL 2018858 A NL2018858 A NL 2018858A NL 2018858 B1 NL2018858 B1 NL 2018858B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
cultivation
growing
tray
cultivation system
temperature
Prior art date
Application number
NL2018858A
Other languages
English (en)
Inventor
Antonius Akerboom Theodorus
Original Assignee
Akerboom Freesia Productie B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Akerboom Freesia Productie B V filed Critical Akerboom Freesia Productie B V
Priority to NL2018858A priority Critical patent/NL2018858B1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2018858B1 publication Critical patent/NL2018858B1/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/24Devices or systems for heating, ventilating, regulating temperature, illuminating, or watering, in greenhouses, forcing-frames, or the like
    • A01G9/245Conduits for heating by means of liquids, e.g. used as frame members or for soil heating
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/02Receptacles, e.g. flower-pots or boxes; Glasses for cultivating flowers
    • A01G9/027Pots connected in horizontal rows
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/02Receptacles, e.g. flower-pots or boxes; Glasses for cultivating flowers
    • A01G9/029Receptacles for seedlings
    • A01G9/0295Units comprising two or more connected receptacles
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02ATECHNOLOGIES FOR ADAPTATION TO CLIMATE CHANGE
    • Y02A40/00Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production
    • Y02A40/10Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production in agriculture
    • Y02A40/25Greenhouse technology, e.g. cooling systems therefor

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Soil Sciences (AREA)
  • Cultivation Receptacles Or Flower-Pots, Or Pots For Seedlings (AREA)

Abstract

Teeltsysteem voor het telen van gewassen in een teeltmedium, omvattende een warmtegeleidende teeltbak voor het daarin telen van de gewassen in het teeltmedium en met de teeltbak verbonden warmteuitwisselingsmiddelen die Zijn ingericht om de temperatuur van een binnenoppervlak van de teeltbak aan te passen teneinde de temperatuur van het teeltmedium aan te passen.

Description

Teeltsysteem
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een teeltsysteem voor het telen van gewassen in een teeltmedium.
Bij grondgebonden teelt, ook wel vollegrondsteelt genoemd, wordt het teeltmedium waarin de gewassen worden geteeld, in dit geval grond, doorgaans meermaals per jaar gestoomd om deze te ontsmetten teneinde deze geschikt te maken voor de teelt.
Voorts wordt bij de grondgebonden teelt van diverse gewassen de grond kunstmatig op temperatuur gehouden middels met warm of koud water gevulde leidingen in de grond om de temperatuur nabij de bol, knol of wortel van de telen gewassen te beheersen teneinde de groei en ontwikkeling van deze gewassen te optimaliseren.
Een nadeel van het stomen van de grond is echter dat het veel energie kost alsook dat het ongewenste verstoringen in het kasklimaat, zoals condensvorming, veroorzaakt.
Bovendien blijft de warmte van de ingebrachte stoom lang in de grond zitten, hetgeen koeling van de grond na stomen noodzakelijk maakt om een voor de teelt wenselijke grondtemperatuur te verkrijgen. Dientengevolge wordt voor de benodigde optimalisatie van het kasklimaat en koeling van de grond na het stomen een ongewenst grote hoeveelheid energie verbruikt. Bovendien gaan deze optimalisatie en koeling ten koste van de tijd waarin geteeld kan worden; oftewel, de doorlooptijd wordt hierdoor ongewenst verlengd.
Voorts bestaan er ondanks de hierboven beschreven temperatuurbeheersing van de grond nog steeds ongewenste onderlinge verschillen in groei en kwaliteit tussen de in de genoemde grond geteelde gewassen.
Het is een doel van de uitvinding om de bovengenoemde nadelen van de bekende technieken weg te nemen of althans te verminderen.
Daartoe voorziet de onderhavige uitvinding in een teeltsysteem van de in de aanhef vermelde soort met als bijzonderheid dat het een warnnegeleidende teeltbak omvat voor het daarin telen van de gewassen in het teeltmedium en met de teeltbak verbonden warmteuitwisselingsmiddelen die zijn ingericht om de temperatuur van een binnenoppervlak van de teeltbak attn te passen teneinde de temperatuur van het teeltmedium aan te passen. De bijzondere voordelen van een dergelijk teeltsysteem zijn als volgt.
Enerzijds wordt door gebruik te maken van een warmtegeleidende teeltbak met daarmee verbonden warmteuitwisselingsmiddelen warmte zeer lokaal overgedragen aan de gewassen, waardoor weinig energie naar de kasomgeving en daarbuiten verloren gaat. Tevens is door het gebruik van een teeltbak grondstomen niet meer nodig, daar het teeltmedium, bij voorkeur een natuurlijk of kunstmatig substraat, vooraf aan een nieuwe teelt op eenvoudige wijze kan worden vervangen. Op deze wijze wordt de voor het gewenste kasklimaat benodigde hoeveelheid verbruikte energie alsmede de doorlooptijd van de teelt drastisch gereduceerd.
Anderzijds is verrassenderwijs gebleken dat de onderlinge uniformiteit in de groei en teeltkwaliteit van de te telen en vervolgens te oogsten gewassen met het teeltsysteem volgens de onderhavige uitvinding aanzienlijk is toegenomen. In dat verband wordt aangenomen dat in de grondgebonden teelt onderlinge gelijkheid van temperatuur bij het groeipunt van de bollen, knollen c.q. wortels van de te telen gewassen in de grond moeilijk te realiseren is. Dit zou worden veroorzaakt door het feit dat met plantmachines gewerkt wordt die de knollen laten vallen op een bepaalde afstand van de in de grond aangebrachte verwarmings- c.q. koelingsleidingen voor verwarming c.q. koeling van de grond. Indien een bol c.q. knol 1 cm verder van een leiding komt te liggen dan een andere bol c.q. knol net naast de leiding, zou er een onderling temperatuurverschil van circa 0,5 °C ontstaan bij de groeipunten van de bollen c.q. knollen. Onderlinge verschillen in locatie ten opzichte van de leiding tot 3 cm, dit zou overeenkomen met een onderling temperatuurverschil van 1,5°C, zijn niet ongebruikelijk. Het gevolg hiervan is een verlate knopaanleg van de bollen c.q. knollen die verder van de leiding verwijderd liggen en dientengevolge een verlating van de bloei, hetgeen leidt tot een ongewenste hoeveelheid nabloei in de laatste fase van de teelt. Hierdoor dient de belichtingsperiode te worden verlengd teneinde een hoge kwaliteit van de laatste takken te verkrijgen. Bovendien is voor de latere oogst tot en met de laatste tak relatief veel tijd en arbeid benodigd.
Met andere woorden kan met het teeltsysteem volgens de onderhavige uitvinding nauwkeuriger v/orden gestuurd op temperatuur bij iedere bol c.q. knol. waardoor de onderlinge gelijkheid in groei en ontwikkeling toeneemt met een verbeterde gemiddelde kwaliteit van het te oogsten gewas en een verhoogde oogstopbrengst tot gevolg. Anders gezegd, door de warmtegeleidende eigenschappen van de teeltbak en de daarmee verbonden warmteuitwisselingsmiddelen wordt de temperatuur van de warmteuitwisselingsmiddelen op zeer efficiënte wijze uniform over ten minste het binnenoppervlak van de teeltbak verdeeld, zodat het teeltmedium ruimtelijk gezien zeer gelijkmatig verwarmd of gekoeld wordt op de gewenste teelttemperatuur, hetgeen resulteert in een zeer uniforme temperatuurverdeling in het teeltmedium met een hoge uniformiteit in de teeltkwaliteit van de te telen en vervolgens te oogsten gewassen tot gevolg. In het bijzonder bij knolgewassen, zoals freesia’s, die gebruikelijk in de volle grond worden geteeld, levert een dergelijke gelijkmatigheid van de temperatuur van het teeltmedium een bijzonder voordeel op. Bovendien wordt tevens een verdere energiebesparing alsmede een verhoging van de teeltcapaciteit gerealiseerd, daar respectievelijk de bovengenoemde verlenging van de belichtingsperiode achterwege kan blijven en de gewassen nagenoeg tegelijkertijd kunnen worden geoogst.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding omvat het teeltsysteem voorts een in het teeltmedium aangebrachte temperatuursensor voor het meten van de temperatuur van het teeltmedium en een regelaar voor het op basis van de temperatuur van het teeltmedium aansturen van de warmteuitwisselingsmiddelen. Een bijzonder voordeel van een dergelijke temperatuursensor en regelaar is dat daarmee de temperatuur van het teeltmedium zeer nauwkeurig op de gewenste temperatuur wordt gehouden, waardoor de groei van de gewassen verder wordt geoptimaliseerd met als resultaat een verbeterde gemiddelde kwaliteit van het te telen en daarna te oogsten gewas en een verhoogde oogstopbrengst.
In een voorkeursuitvoeringsvorm omvat het teeltsysteem voorts een in hoofdzaak met de teeltbak corresponderend gedimensioneerde warmte-isolerende houder waarin de teeltbak althans gedeeltelijk is aangebracht. In het meest gunstige geval wordt alle koude of warmte die door de warmteuitwisselingsmiddelen worden aangevoerd aan de bollen, knollen c.q. wortels overgedragen. Daarom dienen koude- of warmteverliezen, bijvoorbeeld koude- of warmteoverdracht aan de lucht buiten de teeltbak, te worden voorkomen. Een dergelijke warmte-isolerende houder heeft als bijzonder voordeel dat wordt voorkomen dat de via de teeltbak tussen de warmteuitwisselingsmiddelen en het teeltmedium over te dragen warmte naar de omgeving van de teeltbak wegvloeit. Dit vergroot de efficiënte van energieoverdracht, waardoor de temperatuur van het teeltmedium nog nauwkeuriger over het gehele teeltmedium op de gewenste temperatuur kan worden gehouden. Bovendien wordt de tussen de houder en de teeltbak aanwezige lucht ruimtelijk gezien gelijkmatig verwarmd of gekoeld, waardoor een constant klimaat ontstaat in de nabije omgeving van de teeltbak. Op deze wijze wordt de constantheid van de temperatuur van de teeltbak verder geoptimaliseerd.
In een voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de warmteuitwisselingsmiddelen een warmtegeleidende leiding en een daardoorheen te voeren fluïdum, waarbij de leiding in warmtegeleidend contact staat met de teeltbak. Een dergelijke uitvoeringsvorm heeft als voordeel dat veelal reeds in kassen aanwezige op grondkoel- en verwarmingssystemen aangesloten als warmteuitwisselingsmiddelen fungerende leidingen kunnen worden toegepast in de teeltbak volgens de onderhavige uitvinding. Bij voorkeur is de warmtegeleidende leiding van een metaal vervaardigd. Meer bij voorkeur is deze van aluminium of koper vervaardigd, vanwege de uitstekende warmtegeleidende eigenschappen van deze materialen. Hierdoor kan de teeltbak op nauwkeurige wijze op de gewenste temperatuur worden gebracht dan wel gehouden.
In een voorkeursuitvoeringsvorm is de teeltbak zodanig gevormd dat het een met de leiding corresponderend gevormde holte omvat voor het daarin opnemen van de leiding en is de leiding in de holte aangebracht. Door een dergelijke met de leiding corresponderend gevormde holte en de daarin aangebrachte leiding, staat de leiding over een deel van zijn buitenoppervlak in contact met de teeltbak, waardoor de warmteoverdracht op zeer efficiënte wijze plaatsvindt. Dit draagt wederom bij aan een nauwkeurige sturing van de over het teeltmedium uniform te verdelen streeftemperatuur. Bovendien heeft de genoemde holte en de plaatsing van de leiding daarin als voordeel dat het mogelijk is de leiding ononderbroken in de teeltbak te voeren, hetgeen een eenvoudige, elegante en snelle uitvoeringsvorm oplevert.
In een voorkeursuitvoeringsvorm is de leiding tussen de houder en de teeltbak aangebracht. Een bijzonder voordeel hiervan is dat de warmteoverdracht tussen de leiding en het teeltmedium via de teeltbak zeer efficiënt verloopt, daar nauwelijks of geen warmteoverdracht tussen de leiding en de directe omgeving van de leiding ten gevolge van de naastliggende warmte-isolerende houder kan plaatsvinden.
In een voorkeursuitvoeringsvorm is de leiding althans in hoofdzaak centraal ten opzichte van een verdeling van de telen gewassen aangebracht. Een bijzonder van een dergelijke centrale ligging van de leiding is dat de spreiding van de wortels, bollen c.q. knollen van de te telen gewassen ten opzichte van de leiding geminimaliseerd is, waardoor de uniformiteit van de verdeling van de temperatuur bij de genoemde bollen, knollen c.q. wortels optimaal is.
In een voorkeursuitvoeringsvorm omvat de houder een binnenschaal, een buitenschaal en een of meer tussen de binnenschaal en de buitenschaal met lucht gevulde kanalen. Een bijzonder voordeel is dat lucht een goede thermische isolator is en tevens een laag soortelijk gewicht heeft, zodat de houder zeer goed thermisch isoleert en tegelijkertijd licht van gewicht is, hetgeen bij uitstek voordelig is bij de productie, distributie, installatie en de-installatie van het teeltsysteem volgens de onderhavige uitvinding. Bij voorkeur is de houder tussen de binnen-en buitenschaal daarvan voorzien van ribben of dergelijke, die de genoemde luchtkanalen of luchtcompartimenten vormen. Een bijzonder voordeel van dergelijke verstijvingselementen is dat de houder een zodanige sterkte bezit, dat deze (zv/aar) belast kan worden. Op deze wijze kunnen de teeltbakken volgens de onderhavige uitvinding worden aangewend als geleiding voor bijvoorbeeld een transportsysteem voor het over de teeltbak transporteren van een inrichting voor het in de teeltbak planten van bollen en knollen en/of dergelijke.
In een voorkeursuitvoeringsvorm omvat het teeltsysteem voorts een met de warmteuitwisselingsmiddelen te koppelen thermische buffer voor het opslaan van thermische energie. Een bijzonder voordeel van een dergelijke thermische buffer is dat door het teeltmedium aan de warmteuitwisselingsmiddelen afgegeven warmte in een later stadium kan worden aangewend om het teeltmedium te verwarmen, waardoor er nog meer energie wordt bespaard.
In een voorkeursuitvoeringsvorm is de teeltbak aan een onderzijde daarvan van afvoergaten voorzien voor het daardoorheen afvoeren van drainwater en is de houder op afschot aangebracht. Op deze wijze wordt voedingswater dat niet door de gewassen wordt opgenomen op gecontroleerde wijze afgevoerd, waarbij wordt voorkomen dat het grondwater en/of oppervlaktewater verontreinigd wordt door in het voedingswater aanwezige gewasgroeibevorderende nutriënten.
In een voorkeursuitvoeringsvorm omvat het teeltsysteem voorts nabij het teeltmedium aangebrachte slangen die zijn ingericht om het teeltmedium al dan niet druppelsgewijs van voedingswater voor de gewassen te voorzien. Dergelijke druppelslangen, ook wel druppelaars genoemd, garanderen een ononderbroken en constante afgifte van een gewenste hoeveelheid voedingswater, opdat het klimaat in het teeltmedium wordt geoptimaliseerd voor de groei van de te telen gewassen.
In een voorkeursuitvoeringsvorm omvat het teeltmedium een kokosmengsel. Een kokosmengsel is bij uitstek geschikt voor het telen van knolgewassen, zoals freesia’s, in een teeltsysteem volgens de uitvinding. Opgemerkt wordt dat het teeltmedium ook een ander gewasspecifiek substraat of mengsel van substraten kan zijn. Voorbeelden daarvan zijn (Baltisch) veen, steenwol, grond, papiersnippers, perliet, schelpen en dergelijke of een mengsel daarvan.
In een voorkeursuitvoeringsvorm omvat de warmtegeleidende leiding een van tyleen vervaardigde slang. Dergelijke tyleenslangen worden reeds in de grondgebonden teelt toegepast, vanwege het voordeel dat deze het milieu niet belasten. Een voordeel van het gebruik van dergelijke tyleenslangen in het teeltsysteem volgens de uitvinding is derhalve dat deze doorgaans al beschikbaar zijn in huidige teeltsystemen, waardoor ze voor het teeltsysteem volgens de uitvinding kunnen worden hergebruikt. Bovendien zijn ze flexibel en bezitten ze tegelijkertijd voldoende warmtegeleidende eigenschappen, waardoor ze enerzijds faciliteren in de installatie van het teeltsysteem en anderzijds geschikt zijn voor de beoogde nauwkeurige sturing van de uniform over het teeltmedium te verdelen temperatuur. Opgemerkt wordt overigens dat door het oppervlakcontact van de leiding met de teeltbak er voldoende warmtetransport plaatsvindt via de teeltbak. ondanks de matige warmtegeleiding van tyleen.
In een voorkeursuitvoeringsvorm is de teeltbak vervaardigd van metaal, bij voorkeur van aluminium. Metaal en bij uitstek aluminium heeft een uitstekend warmtegeleidingsvermogen, waardoor de warmteoverdracht tussen het teeltmedium en de warmteuitwisselingsmiddelen zeer efficiënt is, waardoor de temperatuur van het teeltmedium zeer nauwkeurig over het gehele teeltmedium op de gewenste temperatuur kan worden gehouden. Bovendien heeft aluminium ten opzichte van andere metalen een relatief laag soortelijk gewicht, zodat een lichtgewicht teeltbak kan worden vervaardigd, hetgeen bij uitstek voordelig is bij de productie, distributie, installatie en de-installatie van het teeltsysteem volgens de onderhavige uitvinding. Bovendien is aluminium corrosiebestendig, zodat een van aluminium vervaardigde teeltbak duurzaam is.
In een voorkeursuitvoeringsvorm omvat het teeltsysteem voorts een op de teeltbak aan te brengen deksel die is voorzien van een opening die corresponderend met een dwarsdoorsnedevorm van een pot van een te telen potgewas is gevormd, zodanig dat de pot door de opening althans gedeeltelijk in de teeltbak aanbrengbaar is. Een bijzonder voordeel van een dergelijke deksel is dat het teeltsysteem tevens geschikt is voor het telen van potgewassen in potten. Dit brengt met zich dat het teeltsysteem kan worden aangewend als een zogeheten eb-vloedsysteem, waarbij de houder gedurende een vloedperiode van bijvoorbeeld 5 tot 10 minuten gevuld is met voedingswater voor de genoemde potgewassen en nadien wordt geleegd middels het laten wegvloeien van het niet opgenomen deel van het genoemde voedingswater. In de daarop volgende ebperiode zorgen de warmtegeleidende teeltbak en de daarmee verbonden warmteuitwisselingsmiddelen voor een egale verwarming of koeling van de lucht in de teeltbak teneinde de lucht zeer constant op de voor het gewas optimale groeitemperatuur te houden.
Bij voorkeur is de opening zodanig gedimensioneerd, dat de pot de bodem van de teeltbak niet raakt, wanneer de pot in de teeltbak is aangebracht. Op deze wijze wordt bereikt dat het gedeelte van de pot dat zich in de teeltbak bevindt geheel is omgeven met de genoemde geconditioneerde lucht, hetgeen ten goede komt aan de uniformiteit van de temperatuursverdeling van deze lucht. Voorts sluit de pot op deze wijze de opening zodanig goed af, dat er een nagenoeg gesloten ruimte in de teeltbak wordt bewerkstelligd, hetgeen ervoor zorgt dat het klimaat in de genoemde ruimte zo constant mogelijk gehouden kan worden. Bovendien hangt de pot vanwege de genoemde maat van de opening als het ware in de deksel, waardoor deze mechanisch stabiel in de teeltbak is aangebracht en derhalve niet kan omvallen, hetgeen van belang is indien het gewas gaat groeien en het zwaartepunt van het gewas ten opzichte van de teeltbak hoger komt te liggen.
De onderhavige uitvinding wordt verder toegelicht aan de hand van de volgende figuren, die voorkeursuitvoeringsvormen van het teeltsysteem volgens de onderhavige uitvinding tonen en niet bedoeld zijn om de beschermingsomvang van de uitvinding op enigerlei wijze te beperken, waarbij: figuur 1 een perspectivisch aanzicht van een uitvoeringsvorm van het teeltsysteem volgens de onderhavige uitvinding toont; figuur 2 een dwarsdoorsnede in zijaanzicht van het in figuur 1 getoonde teeltsysteem laat zien; en figuur 3 een perspectivisch aanzicht toont van een uitvoeringsvorm van het teeltsysteem volgens de onderhavige uitvinding.
Figuren 1 en 2 tonen een voorkeursuitvoeringsvorm van een teeltsysteem 100 volgens de uitvinding. Het teeltsysteem 100 omvat een thermisch geleidende teeltbak 101 en een thermisch isolerende houder 102 waarin de teeltbak 101 is aangebracht. De teeltbak 101 is aan zijn onderzijde zodanig gevormd, dat het een holte 103 vormt voor het daarin opnemen van de een leiding 104, in dit geval een tyleenslang, waardoorheen een koud of warm fluïdum, dat wil zeggen een gas of een vloeistof zoals water, wordt geleid om de teeltbak 101 respectievelijk te koelen of te verwarmen. De holte 103 is corresponderend met de leiding 104 gevormd, opdat de leiding 104 goed warmtegeleidend contact maakt met de teeltbak 101. Voorts is de teeltbak 101 volledig van aluminium vervaardigd, zodat de door de leiding 104 opgenomen of afgegeven warmte zodanig van c.q. naai' het binnenoppervlak 105 van de teeltbak 101 wordt geleid, dat het binnenoppervlak 105 van de teeltbak 101 overal dezelfde temperatuur heeft, zodanig dat het in de teeltbak 101 aan te brengen teeltmedium overal dezelfde optimale temperatuur voor de ontwikkeling van de in teeltmedium te planten bollen en knollen van het te telen gewas heeft. Opgemerkt wordt dat de teeltbak 101 aanvullend of in een alternatieve uitvoeringsvorm respectievelijk tevens of alternatief van een ander materiaal dan aluminium met een hoog warmtegeleidingsvermogen vervaardigd kan zijn, zolang de verdeling van de aan te brengen temperatuur langs ten minste het binnenoppervlak van de teeltbak 101 uniform is.
Zoals gezegd is de teeltbak 101 voorts in een thermisch isolerende houder 102 geplaatst om de teeltbak 101 thermisch te isoleren van zijn directe omgeving, hetgeen ten goede komt aan de efficiëntie van de warmteoverdracht tussen het fluïdum en het teeltmedium en daarmee aan de nauwkeurigheid van het aanpassen en constant houden van de temperatuur nabij de bol, knol c.q. wortel van het te telen gewas. De teeltbak 101 is ten behoeve van zijn plaatsing in de houder 102 langs zijn bovenranden omgezet om te steunen op bovenranden van de houder 102. De houder 102 is van een kunststof vervaardigd met een laag warmtegeleidingsvermogen. Voorts is de houder 102 niet massief, maar voorzien van luchtkanalen 106, die zich in de lengterichting van de houder 102 uitstrekken. De luchtkanalen 106 dragen - in aanvulling op de thermisch isolerende eigenschappen van het materiaal van de houder 102 - bij aan het isolatievermogen van de houder 102. De luchtkanalen 106 worden begrensd, met andere woorden gevormd, door ribben 108 die stijfheid verschaffen aan de houder 102, waardoor de houder 102 (zwaar) belast kan worden.
In de uitvoeringsvorm van figuren 1 en 2 is de leiding 104 tussen de houder 102 en de teeltbak 101 in de daarin gevormde holte 103 geplaatst. Een bijzonder voordeel hiervan is dat de warmteoverdracht tussen de leiding 104 en het teeltmedium via de teeltbak 101 zeer efficiënt verloopt, daar nauwelijks of geen warmteoverdracht tussen de leiding 104 en de directe omgeving van de leiding 104 ten gevolge van de naastliggende warmte-isolerende houder 102 kan plaatsvinden. De dimensies en vorm van de teeltbak 101, de houder 102 en de leiding 104 zijn voorts zodanig, dat goed in en op elkaar passen en derhalve op eenvoudige wijze in en op elkaar kunnen worden geïnstalleerd. De getoonde leiding 104 is een van tyleen vervaardigde slang. Een voordeel van het gebruik van dergelijke tyleenslangen is dat deze doorgaans al beschikbaar zijn in huidige teeltsystemen, waardoor ze voor het teeltsysteem 100 kunnen worden hergebruikt. Bovendien zijn ze buigzaam en bezitten ze tegelijkertijd voldoende warmtegeleidende eigenschappen, waardoor ze enerzijds faciliteren in de installatie van het teeltsysteem 100 en anderzijds geschikt zijn voor de beoogde nauwkeurige sturing van de uniform over het in de teeltbak 101 aan te brengen teeltmedium te verdelen temperatuur. Overigens is leiding 104 centraal ten opzichte van de teeltbak 101 en daarmee centraal ten opzichte van de verdeling van in de teeltbak 101 de telen gewassen aangebracht, waardoor de spreiding van de wortels, bollen c.q. knollen van de te telen gewassen ten opzichte van de leiding geminimaliseerd is met een optimale uniformiteit van de verdeling van de temperatuur bij de genoemde bollen, knollen c.q. wortels van de gewassen tot resultaat.
Verder is de teeltbak 101 aan een onderzijde daarvan van afvoergaten 107 voorzien voor het daardoorheen afvoeren van drainwater en is de houder 102 op afschot aangebracht. Op deze wijze wordt voedingswater dat niet door de gewassen wordt opgenomen op gecontroleerde wijze afgevoerd, waarbij wordt voorkomen dat het grondwater en/of oppervlaktewater verontreinigd raakt door in het voedingswater aanwezige gewasgroeibevorderende nutriënten.
Figuur 3 toont een voorkeursuitvoeringsvorm van het teeltsysteem 100, waarbij op de teeltbak 101 een deksel 110 is aangebracht. De deksel 110 is voorzien van meerdere openingen 112, die corresponderend met een dwarsdoorsnedevorm van potten 114 van te telen potgewassen 116 is gevormd, zodanig dat de potten 114 door de openingen 112 (gedeeltelijk) in de teeltbak 101 zijn aangebracht. De deksel 110 maakt het telen van potgewassen 116 in potten 114 met het teeltsysteem 100 op deze wijze mogelijk. Dit brengt met zich dat het teeltsysteem 100 kan worden aangewend als een zogeheten eb-vloedsysteem, waarbij de houder 102 gedurende een vloedperiode gevuld is met voedingswater voor de potgewassen 116 en nadien wordt geleegd middels het laten wegvloeien van het niet opgenomen deel van het genoemde voedingswater. In de daarop volgende ebperiode zorgen de warmtegeleidende teeltbak 101 en de daarmee in contact staande leiding 104 voor een egale verwarming of koeling van de lucht in de teeltbak 101 om zo de lucht zeer constant op de voor het gewas 116 optimale groeitemperatuur te houden.
Openingen 112 zijn zodanig gedimensioneerd, dat de potten 114 de bodem van de teeltbak 101 niet raakt, wanneer de potten 114 in de teeltbal< zijn aangebracht. Er bevindt zich derhalve een laagje lucht 113 tussen de potten 114 en de teeltbak 101. Op deze wijze wordt bereikt dat de gedeeltes van de potten 114 die zich in de teeltbak 101 bevinden geheel zijn omgeven met de genoemde geconditioneerde lucht, hetgeen ten goede komt aan de uniformiteit van de temperatuursverdeling van deze lucht.
Opgemerkt wordt overigens dat het teeltsysteem volgens de onderhavige uitvinding, dat in de figuren 1 tot en met 3 is uitgevoerd als onder meer een langwerpige teeltbak en een langwerpige houder, op velerlei manieren gedimensioneerd en gevormd kan zijn.
De onderhavige uitvinding is niet beperkt tot de getoonde uitvoeringsvormen, doch strekt zich tevens uit tot andere uitvoeringsvormen vallende binnen de beschermingsomvang van de bijgevoegde conclusies.

Claims (16)

1. Teeltsysteem voor het telen van gewassen in een teeltmedium, gekenmerkt door een warmtegeleidende teeltbak voor het daarin telen van de gewassen in het teeltmedium en met de teeltbals verbonden warmteuitwisselingsmiddelen die zijn ingericht om de temperatuur van een binnenoppervlak van de teeltbak aan te passen teneinde de temperatuur van het teeltmedium aan te passen.
2. Teeltsysteem volgens conclusie 1, voorts omvattende een in het teeltmedium aangebrachte temperatuursensor voor het meten van de temperatuur van het teeltmedium en een regelaar voor het op basis van de temperatuur van het teeltmedium aansturen van de warmteuitwisselingsmiddelen.
3. Teeltsysteem volgens conclusie 1 of 2, voorts omvattende een in hoofdzaak met de teeltbak corresponderend gedimensioneerde wannte-isolerende houder waarin de teeltbak althans gedeeltelijk is aangebracht.
4. Teeltsysteem volgens conclusie 1, 2 of 3, waarbij de warmteuitwisselingsmiddelen een warmtegeleidende leiding en een daardoorheen te voeren fluïdum omvatten, waarbij de leiding in warmtegeleidend contact staat met de teeltbak.
5. Teeltsysteem volgens conclusie 4, waarbij de teeltbak zodanig is gevormd dat het een met de leiding corresponderend gevormde holte omvat voor het daarin opnemen van de leiding en waarbij de leiding in de holte is aangebracht.
6. Teeltsysteem volgens conclusie 4 of 5, waarbij de leiding tussen de houder en de teeltbak is aangebracht.
7. Teeltsysteem volgens een van de conclusies 4 tot en met 6, waarbij de leiding althans in hoofdzaak centraal ten opzichte van een verdeling van de telen gewassen is aangebracht.
8. Teeltsysteem volgens een van de conclusies 3 tot en met 7, waarbij de houder een binnenschaal, een buitenschaal en een of meer tussen de binnenschaal en de buitenschaal met lucht gevulde kanalen omvat.
9. Teeltsysteem volgens een van de voorgaande conclusies, voorts omvattende een met de warmteuitwisselingsmiddelen te koppelen thermische buffer voor het opslaan van thermische energie.
10. Teeltsysteem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de teeltbak aan een onderzijde daarvan van afvoergaten is voorzien voor het daardoorheen afvoeren van drainwater en de houder op afschot is aangebracht.
11. Teeltsysteem volgens een van de voorgaande conclusies, voorts omvattende nabij het teeltmedium aangebrachte slangen die zijn ingericht om het teeltmedium al dan niet druppelsgewijs van voedingswater voor de gewassen te voorzien.
12. Teeltsysteem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het teeltmedium een kokosmengsel omvat.
13. Teeltsysteem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de warmtegeleidende leiding een van tyleen vervaardigde slang omvat.
14. Teeltsysteem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de teeltbak is vervaardigd van metaal, bij voorkeur van aluminium.
15. Teeltsysteem volgens een van de voorgaande conclusies, voorts omvattende een op de teeltbak aan te brengen deksel die is voorzien van een opening die corresponderend met een dwarsdoorsnedevorm van een pot van een te telen potgewas is gevormd, zodanig dat de pot door de opening althans gedeeltelijk in de teeltbak aanbrengbaar is.
16. Teeltsysteem volgens conclusie 15, waarbij de opening zodanig is gedimensioneerd, dat de pot de bodem van de teeltbak niet raakt, wanneer de pot in de teeltbak is aangebracht.
NL2018858A 2017-05-05 2017-05-05 Teeltsysteem NL2018858B1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2018858A NL2018858B1 (nl) 2017-05-05 2017-05-05 Teeltsysteem

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2018858A NL2018858B1 (nl) 2017-05-05 2017-05-05 Teeltsysteem

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2018858B1 true NL2018858B1 (nl) 2018-11-14

Family

ID=58737836

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2018858A NL2018858B1 (nl) 2017-05-05 2017-05-05 Teeltsysteem

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2018858B1 (nl)

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP4289261A1 (de) * 2022-06-08 2023-12-13 Hofstätter, Helmut Heizsystem für pflanzenkulturen
AT526188A1 (de) * 2022-06-08 2023-12-15 Helmut Hofstaetter Heizsystem für Pflanzenkulturen

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2509125A1 (fr) * 1981-07-10 1983-01-14 Socar Bac pour la culture de plants
EP0165356A1 (fr) * 1983-05-19 1985-12-27 de Bentzmann, Bertrand Louis Tablette chauffante pour la culture de plantes en serres
FR2790911A1 (fr) * 1999-03-18 2000-09-22 Sarl Barre Systeme de culture hors sol
EP1424003A1 (en) * 2002-11-27 2004-06-02 Ecofys BV Holder assembly
WO2005051074A2 (en) * 2003-11-19 2005-06-09 Prescott Mark R Plant growth container

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2509125A1 (fr) * 1981-07-10 1983-01-14 Socar Bac pour la culture de plants
EP0165356A1 (fr) * 1983-05-19 1985-12-27 de Bentzmann, Bertrand Louis Tablette chauffante pour la culture de plantes en serres
FR2790911A1 (fr) * 1999-03-18 2000-09-22 Sarl Barre Systeme de culture hors sol
EP1424003A1 (en) * 2002-11-27 2004-06-02 Ecofys BV Holder assembly
WO2005051074A2 (en) * 2003-11-19 2005-06-09 Prescott Mark R Plant growth container

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP4289261A1 (de) * 2022-06-08 2023-12-13 Hofstätter, Helmut Heizsystem für pflanzenkulturen
AT526188A1 (de) * 2022-06-08 2023-12-15 Helmut Hofstaetter Heizsystem für Pflanzenkulturen

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CA2842284C (en) System and method for growing plants
US8234814B2 (en) Plant growing assembly
FI124499B (fi) Järjestelmä, menetelmä ja kouru kasvien kasvatusta varten
NL2018858B1 (nl) Teeltsysteem
CN102870662A (zh) 营养液栽培系统和使用其的营养液栽培方法、以及营养液栽培用盆
JP3679053B2 (ja) 縦型養液栽培装置
KR102516525B1 (ko) 포식성 천적 사육에 필요한 긴꼬리볼록진딧물 대량사육방법 및 저장방법
CN111970919A (zh) 花盆接水托盘
KR102121023B1 (ko) 식물재배용기를 이용한 재배 시스템
JP2017205023A (ja) 水耕栽培用の栽培ベッド及び該栽培ベッドを用いた水耕栽培方法
WO2005081889A2 (en) Improved greenhouse system and method
KR100354963B1 (ko) 패드상자를 이용한 냉풍장치
KR20000062152A (ko) 재배용 용기
JP6305226B2 (ja) 移動栽培装置
JP3199233U (ja) 木質チップ発酵熱を利用した水耕栽培システム
EP3873192B1 (en) Open-top gutter
CN211458233U (zh) 一种种植棚中果蔬的根部供热保温装置
JP2007275001A (ja) 植物栽培土の温度調節用シート
JP2008000132A (ja) 植栽物の茎部乃至茎部近傍土壌の温度調節用ホース
CN111034503A (zh) 一种种植棚中果蔬的栽培系统
JP3070740U (ja) 栽培棚
JPH01247016A (ja) 作物育成装置並びに該装置に用いる育成室、培土容器、作業台
NL1037136C2 (nl) Kweekbed voor paddestoelen, en inrichting en werkwijze voor het kweken van paddestoelen.
CN115768254A (zh) 用在水培系统中的沟槽系统和套件及栽培农作物的方法
JP2003339237A (ja) 植物苗貯蔵システム及び植物苗貯蔵方法