NL2016595B1 - Hulpmiddel voor het aantrekken van een elastisch compressiemiddel. - Google Patents

Hulpmiddel voor het aantrekken van een elastisch compressiemiddel. Download PDF

Info

Publication number
NL2016595B1
NL2016595B1 NL2016595A NL2016595A NL2016595B1 NL 2016595 B1 NL2016595 B1 NL 2016595B1 NL 2016595 A NL2016595 A NL 2016595A NL 2016595 A NL2016595 A NL 2016595A NL 2016595 B1 NL2016595 B1 NL 2016595B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
aid
elastic compression
compression means
connection
magnets
Prior art date
Application number
NL2016595A
Other languages
English (en)
Inventor
Joosten Erik
Otte Jacobus
Original Assignee
Arion Holding B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Arion Holding B V filed Critical Arion Holding B V
Priority to NL2016595A priority Critical patent/NL2016595B1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2016595B1 publication Critical patent/NL2016595B1/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47GHOUSEHOLD OR TABLE EQUIPMENT
    • A47G25/00Household implements used in connection with wearing apparel; Dress, hat or umbrella holders
    • A47G25/90Devices for domestic use for assisting in putting-on or pulling-off clothing, e.g. stockings or trousers
    • A47G25/905Devices for domestic use for assisting in putting-on or pulling-off clothing, e.g. stockings or trousers for stockings
    • A47G25/907Smooth and flexible temporary foot covers, e.g. sock-shaped
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47GHOUSEHOLD OR TABLE EQUIPMENT
    • A47G25/00Household implements used in connection with wearing apparel; Dress, hat or umbrella holders
    • A47G25/90Devices for domestic use for assisting in putting-on or pulling-off clothing, e.g. stockings or trousers
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47GHOUSEHOLD OR TABLE EQUIPMENT
    • A47G25/00Household implements used in connection with wearing apparel; Dress, hat or umbrella holders
    • A47G25/90Devices for domestic use for assisting in putting-on or pulling-off clothing, e.g. stockings or trousers
    • A47G25/904Devices for domestic use for assisting in putting-on or pulling-off clothing, e.g. stockings or trousers for gloves

Landscapes

  • Magnetic Treatment Devices (AREA)

Abstract

Beschreven wordt een hulpmiddel voor het aantrekken van een elastisch compressiemiddel. Het hulpmiddel omvat een uit een glad materiaal gemaakt flexibel kokervormig lichaam dat in gebruik voorafgaand aan het elastisch compressiemiddel om het lichaamsdeel wordt aangebracht. Het kokervormig lichaam kan langs een verbreekbare omtreksverbinding worden gescheiden in een eerste en een tweede deel die na verbreking van de omtreksverbinding elk afzonderlijk kunnen worden verwijderd van tussen het lichaamsdeel en het aangebrachte elastisch compressiemiddel. Het hulpmiddel is voor bepaalde toepassingen eenvoudiger en handiger in het gebruik dan het bekende hulpmiddel.

Description

HULPMIDDEL VOOR HET AANTREKKEN VAN EEN ELASTISCH
COMPRESSIEMIDDEL
TECHNISCH GEBIED VAN DE UITVINDING
De uitvinding heeft betrekking op een hulpmiddel voor het aantrekken van elastische compressiemiddelen, zoals steunkousen bijvoorbeeld. Hoewel het hulpmiddel in het bijzonder is ontwikkeld voor het aantrekken van elastische compressiemiddelen, heeft de uitvinding eveneens betrekking op een hulpmiddel voor het aantrekken van protheses, liners voor protheses, sportbeschermingsmiddelen, sokken, schoenen, skischoenen, rijlaarzen en wetsuits.
ACHTERGROND VAN DE UITVINDING
Een elastisch compressiemiddel wordt als medisch hulpmiddel toegepast, onder andere voor het behandelen van varicosis en lymfoedeem in ledematen, doorgaans benen, of voor het behandelen van de gevolgen van brandwonden bijvoorbeeld. In de laatste toepassing kan in beginsel elk lichaamsdeel zijn getroffen, zoals het hoofd, schouders, romp, armen, benen, enzovoorts.
Voor een goede werking is het van belang dat het elastische compressiemiddel strak om het betreffende lichaamsdeel wordt aangebracht zodat op het lichaamsdeel een betrekkelijk grote spankracht wordt uitgeoefend. De spankracht bemoeilijkt het aantrekken van het hulpmiddel, onder andere omdat de afmetingen van het hulpmiddel tenminste in een omtreksrichting in niet opgerekte toestand kleiner zijn dan de afmetingen van het lichaamsdeel. De wrijving tussen elastisch compressiemiddel en lichaamsdeel kan onder andere hierdoor aanzienlijk zijn.
Een aantrekhulpmiddel voor elastische compressiemiddelen is bijvoorbeeld bekend uit EP 0681442B1. Het beschreven hulpmiddel wordt voorafgaandelijk aan het elastische compressiemiddel om een been aangebracht, en - na gebruik - van onder het elastische compressiemiddel weggetrokken via de naar de knie gerichte opening van het compressiemiddel.
Hoewel het verwijderen van het bekende hulpmiddel relatief goed verloopt, is dit voor bepaalde toepassingen voor verbetering vatbaar. Dit is in het bijzonder het geval voor elastische compressiemiddelen met een relatief ingewikkelde vorm, zoals toepasbaar bij het behandelen van lymf oedeem of de gevolgen van brandwonden voor lichaamsdelen als arm/handcombinaties bijvoorbeeld.
Onderhavige uitvinding heeft onder andere als doel een hulpmiddel te verschaffen voor het aantrekken van een elastisch compressiemiddel dat eenvoudiger is te verwijderen.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
Dit en andere doelen worden bereikt door een hulpmiddel te verschaffen volgens conclusie 1. Het hulpmiddel voor het aantrekken van een elastisch compressiemiddel omvat in het bijzonder een uit een glad materiaal gemaakt flexibel kokervormig lichaam dat in gebruik voorafgaandelijk aan het elastische compressiemiddel om het lichaamsdeel wordt aangebracht, waarbij het kokervormig lichaam langs een verbreekbare verbinding kan worden gescheiden in een eerste en een tweede deel die na verbreking van de verbinding elk afzonderlijk kunnen worden verwijderd van tussen het lichaamsdeel en het aangebrachte elastische compressiemiddel.
Door het kokervormig lichaam op te delen in een aantal (ten minste twee) delen die onderling zijn verbonden door middel van een verbreekbare verbinding wordt een gemakkelijker van onder een rond een lichaamsdeel opgespannen elastisch compressiemiddel te verwijderen hulpmiddel verkregen. De noodzakelijkerwijs ten opzichte van het gehele kokervormig lichaam kleinere delen kunnen met minder kracht worden verwijderd, onder andere omdat de totale wrijving met het lichaamsdeel van een deel kleiner is dan de wrijving van het gehele kokervormig lichaam. Door de verbreekbare verbinding wordt het tevens mogelijk de delen via verschillende (bij voorkeur vanaf de verbinding meest dichtbij zijnde) openingen in het elastische compressiemiddel vanonder het compressiemiddel te trekken. Zo kan elke opening in het compressiemiddel worden benut en wordt voorkomen dat een onnodig groot deel over een onnodig grote afstand van tussen het lichaamsdeel en het aangebrachte elastische compressiemiddel verwijderd dient te worden.
De plaatsing van de verbreekbare verbinding(en) in het kokervormig lichaam kan in beginsel vrij worden gekozen, bijvoorbeeld afhankelijk van de vorm van het betreffende lichaamsdeel en/of van het elastische compressiemiddel. Bij voorkeur is de verbreekbare verbinding een omtreksverbinding, die zich dus in een omtreksrichting van het kokervormig lichaam uitstrekt. Hierbij kan de verbreekbare verbinding zich in een vlak onder een hoek met een lengteas van het kokervormig lichaam uitstrekken, of bij voorkeur in een vlak dat in hoofdzaak loodrecht staat op de lengteas van het kokervormige lichaam. Een verbreekbare omtreksverbinding kan bijvoorbeeld worden toegepast in een hulpmiddel voor een elastisch compressiemiddel voor een nagenoeg compleet been, waarbij het compressiemiddel van de lies tot aan de voet verloopt. Een ter hoogte van bijvoorbeeld de knie aangebrachte verbreekbare omtreksverbinding laat toe een eerste deel via een liesopening van het elastische compressiemiddel te verwijderen, en een tweede deel via een voetopening van het elastische compressiemiddel.
Een verbreekbare omtreksverbinding kan eveneens met voorkeur worden toegepast in een hulpmiddel voor een elastisch compressiemiddel voor een arm inclusief hand, waarbij het compressiemiddel zich bijvoorbeeld van de elleboog of van de oksel tot en met de vingertoppen uitstrekt. Ter hoogte van de vingeraanhechtingen aan gebrachte, met de rest van de hand verbreekbare, omtreksverbindingen laten toe een eerste deel via een elleboog- of okselopening van het elastische compressiemiddel te verwijderen, en tweede tot zesde delen (voor de duim en vier vingers) via vijf vingeropeningen van het elastische compressiemiddel.
Volgens de uitvinding is het niet noodzakelijk dat een omtreksverbinding over de gehele omtrek een verbinding vormt. Een omtreksverbinding tussen een eerste en een tweede deel kan ook slechts over een deel van de omtrek een verbinding vormen tussen het eerste en het tweede deel. Ook een punt- of lijnverbinding is mogelijk.
In een uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt een hulpmiddel verschaft waarbij het eerste en/of het tweede deel is voorzien van trekmiddelen waarmee het eerste en/of het tweede deel kan worden verwijderd van tussen het lichaamsdeel en het aangebrachte elastische compressiemiddel. Verwijdering van de delen vindt in deze uitvoeringsvorm plaats door de via openingen van het elastische compressiemiddel toegankelijke trekmiddelen vast te nemen en de betreffende delen van tussen het lichaamsdeel en het aangebrachte elastische compressiemiddel te trekken totdat de delen los zijn gekomen van het compressiemiddel en hierdoor niet meer worden omklemd.
Geschikte trekmiddelen kunnen een materiaalstrook omvatten die aan een deel van het kokervormige lichaam en/of andere delen van het hulpmiddel is bevestigd, en die dusdanig lang is dat deze via een compressiemiddel-opening toegankelijk is. De trekmiddelen zijn bij voorkeur voorzien van een tijdelijk verbindingsmiddel, zoals bijvoorbeeld een magneet die kan worden gekoppeld met een magneet van een deel van het lichaam. Hierdoor wordt een trekmiddel in een vaste positie ten opzichte van het hulpmiddel gepositioneerd wat het gebruiksgemak verbetert. Het is ook mogelijk in plaats van de magneet een andere tijdelijke manier van verbinden toe te passen. Een tijdelijke verbinding kan bijvoorbeeld een klittenbandsluiting omvatten.
In een andere praktische uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt een hulpmiddel verschaft waarbij de trekmiddelen in gebruik van onder het elastische compressiemiddel uitstekende gedeelten van het eerste en/of het tweede deel omvatten. In een dergelijke uitvoering wordt gebruik gemaakt van gedeelten van kokervormige lichaamsdelen of andere (eventueel niet-kokervormige) delen van het hulpmiddel zodat geen bijkomende materiaalstroken nodig zijn.
Een hulpmiddel volgens een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding omvat, in het bijzonder als eerste deel, een kokervormig lichaam dat is gevormd door tegenoverliggende randen van een in hoofdzaak vlak lichaam naar elkaar toe te brengen en in een axiale richting van het kokervormig lichaam met elkaar te verbinden. Het in hoofdzaak vlakke lichaam is ook gemaakt van een flexibel glad materiaal. Een dergelijke uitvoeringsvorm wordt met voordeel toegepast bij het aantrekken van elastische compressiemiddelen voor lichaamsdelen waarvan de omtrek relatief sterk varieert in een lengterichting, zoals dat bijvoorbeeld het geval is bij een been. De omtrek van een enkel is immers kleiner dan de kuitomtrek, die weer kleiner is dan de omtrek van het dijbeen. Bij voorkeur is de axiale verbinding verbreekbaar om omtreksverbreding van het lichaamsdeel tijdens het verwijderen van het hulpmiddel gemakkelijker te kunnen accommoderen.
Het is volgens de uitvinding niet noodzakelijk dat tweede en verdere delen van het hulpmiddel een kokervormig lichaam vormen. In een uitvoeringsvorm van het hulpmiddel omvat een tweede deel een in hoofdzaak vlak lichaam. Een dergelijk tweede (en verder) deel kan in gebruik als een vlak lichaam worden toegepast of bijvoorbeeld ten minste deels worden omgeslagen om een betreffend lichaamsdeel, bijvoorbeeld een vinger of hand.
In nog een andere uitvoeringsvorm omvat de verbreekbare verbinding van het hulpmiddel op tegenoverliggende randen van het eerste en het tweede deel aangebrachte sluitmiddelen, die in gebruik samenwerken om de tegenoverliggende randen aan elkaar te koppelen. De verbinding is tijdelijk en kan worden verbroken door een kracht uit te oefenen op de gekoppelde delen waardoor de sluitmiddelen worden ontkoppeld.
Een andere uitvoeringsvorm van het uitgevonden hulpmiddel heeft het kenmerk dat de verbreekbare axiale verbinding op de tegenoverliggende randen van het vlakke lichaam aangebrachte sluitmiddelen omvat, die in gebruik samenwerken om de tegenoverliggende randen aan elkaar te koppelen waardoor het kokervormige lichaam wordt gevormd. De sluitmiddelen van de eerste en tweede delen, en deze van de axiale verbinding kunnen dezelfde sluitmiddelen omvatten maar kunnen ook verschillende sluitmiddelen zijn.
De sluitmiddelen werken in gebruik samen om tegenoverliggende randen aan elkaar te koppelen. Elke rand omvat derhalve een sluitmiddel dat samenwerkt met een sluitmiddel van de tegenoverliggende rand. Tezamen vormen deze de sluitmiddelen.
Geschikte sluitmiddelen omvatten maar zijn niet beperkt tot klittenbandsluitingen, waarbij mannelijke uitsteeksels aangrijpen op een vrouwelijk substraat in de vorm van een textiele mat met geluste vezels. Een voorkeursuitvoeringsvorm omvat een hulpmiddel waarbij de sluitmiddelen in een rand opgenomen magneten omvatten die worden aangetrokken door overeenkomstige magneten of metalen delen in een tegenoverliggende rand.
In een andere uitvoeringsvorm wordt een hulpmiddel verschaft waarbij tenminste één van de sluitmiddelen een strook magnetisch materiaal omvat dat zich langs ten minste een deel van de tegenoverliggende randen uitstrekt.
De magneten kunnen in beginsel op elke wijze worden bevestigd in, op of aan het hulpmiddel. De magneten worden bij voorkeur in aparte ‘pockets’ uit een flexibel glad materiaal geplaatst die vervolgens in een rij aan de zijranden worden vast gestikt. Het hulpmiddel volgens de uitvinding kan echter ook sluitmiddelen in de vorm van stroken uit een buigzaam glad materiaal omvatten, waarin de magneten zijn opgenomen. Een dergelijke materiaalstrook, -strip of -band kan desgewenst een aantal ‘pockets’ omvatten waarin de magneten kunnen worden geplaatst. Deze materiaalband wordt dan met de magneten aan de zijranden bevestigd, bijvoorbeeld door stikken. Volgens de uitvinding kan een hulpmiddel worden verschaft waarin de te koppelen zijde van de stroken een ruwere oppervlaktestructuur heeft dan de niet te koppelen zijde.
Het aantal magneten kan binnen brede grenzen worden gekozen. In een voorkeursuitvoeringsvorm bevinden zich in elke zijrand drie tot vijf magneten. Ook de vorm van de magneten is in beginsel vrij hoewel het de voorkeur heeft ronde magneten toe te passen.
De afmetingen van de magneten kunnen binnen brede grenzen worden gekozen. Bijzonder geschikte afmetingen van de magneten liggen tussen diameters van 0,5 tot 1,5 cm, een dikte tussen 0,5 en 1,5 mm en een gewicht tussen 0,5 en 1 gram. De afmetingen van de ‘pockets4 waarin de magneten worden geplaatst worden aangepast aan de afmetingen van de magneten maar hebben typische afmetingen van 3.7 bij 3.0 cm. Een geschikte tussenafstand tussen de ‘pockets’ op een zijrand is gelegen tussen ongeveer 3 en 10 cm, bij voorkeur tussen 4 en 5 cm. De tussenafstand tussen twee opeenvolgende magneten is bij voorkeur gelegen tussen 6 en 12 cm, en met meer voorkeur tussen 8 en 9 cm. Het heeft voordelen de afmetingen van de ‘pockets’ dusdanig te kiezen dat deze aan elke zijde maximaal 2 mm groter zijn dan de afmeting van een erin opgenomen magneet, of in totaal maximaal 4 mm. Een dergelijke voorkeursuitvoeringsvorm zorgt er voor dat de magneten in hoofdzaak hun positie behouden en niet gemakkelijk kunnen verschuiven. De voor de verbreekbare verbinding tussen tegenoverliggende randen van het eerste en het tweede deel toegepaste magneten kunnen, bijvoorbeeld met betrekking tot de sterkte, verschillen van de voor de verbreekbare axiale verbinding tussen de tegenoverliggende randen van het vlakke lichaam aangebrachte sluitmiddelen. Desgewenst kunnen voor beide verbindingen ook dezelfde magneten worden toegepast.
De magnetische kracht van de magneten kan vrij worden gekozen waarbij enerzijds een voldoende mate van koppeling wordt bereikt en anderzijds wordt vermeden dat de magneten elkaar te snel aantrekken met een te grote kracht wat het gebruiksgemak kan schaden. Bovendien is het handig wanneer de magneten met minimale krachtsinspanning los gekoppeld kunnen worden door een gebruiker.
Het hulpmiddel volgens de uitvinding is in het bijzonder geschikt voor het aantrekken van een elastisch compressiemiddel voor een arm, bijvoorbeeld ter vermindering van lymfoedeem en vermindering of zelfs voorkoming van de bijverschijnselen van brandwonden, zoals littekenvorming.
In een dergelijke uitvoeringsvorm omvat het eerste deel van het kokervormige lichaam een handdeel, en het tweede deel een armdeel. Beide delen zijn onderling verbonden door middel van een verbreekbare verbinding, in het bijzonder een verbreekbare omtreksverbinding tussen het eerste en het tweede deel. Het handdeel kan hierbij een reeks vingerdelen omvatten, die eventueel onderling tijdelijk zijn gekoppeld. Ook is het mogelijk een hulpmiddel voor de arm uit te voeren als een kokervormig lichaam dat ter hoogte van de vingeraanhechtingen is voorzien van, met de rest van de hand verbreekbare, omtreksverbindingen met tweede tot zesde delen voor de duim en vier vingers. Een overeenkomstig elastisch compressiemiddel omvat vijf vingerdelen die aan een eindzijde zijn voorzien van vingeropeningen. De tweede tot zesde delen van het hulpmiddel kunnen na aanbrengen van het elastische compressiemiddel via de vingeropeningen worden verwijderd waarbij de verbindingen met het eerste deel worden verbroken.
In een ander aspect van de uitvinding wordt een werkwijze voor het aantrekken van een elastisch compressiemiddel verschaft waarbij het uitgevonden hulpmiddel wordt toegepast. De werkwijze omvat het om een lichaamsdeel aanbrengen van het hulpmiddel, het vervolgens om het van het hulpmiddel voorziene lichaamsdeel aanbrengen van een elastisch compressiemiddel, en het aan verschillende zijden van het elastische compressiemiddel verwijderen van het kokervormig lichaam, waarbij het kokervormig lichaam hierbij langs een verbreekbare omtreksverbinding wordt gescheiden in een eerste en een tweede deel die na verbreking van de omtreksverbinding elk afzonderlijk worden verwijderd van tussen het lichaamsdeel en het aangebrachte elastische compressiemiddel. De verschillende zijden van het compressielichaam omvatten bij voorkeur openingen waarlangs een deel van het hulpmiddel kan worden verwijderd van onder het compressiemiddel.
Tenslotte wordt aangegeven dat de in deze octrooiaanvraag beschreven uitvoeringsvormen van de uitvinding gecombineerd kunnen worden in elke mogelijke combinatie van deze uitvoeringsvormen, en dat elke uitvoeringsvorm afzonderlijk het voorwerp uit kan maken van een afgesplitste octrooiaanvrage.
KORTE BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN
De uitvinding zal nu verder worden toegelicht aan de hand van de volgende figuren en beschrijving van een voorkeursuitvoeringsvorm, zonder dat de uitvinding daar overigens toe is beperkt. In de figuren toont:
Fig. 1 een vooraanzicht van een hulpmiddel volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding in, met uitzondering van het grijporgaan, uitgevouwen toestand;
Fig. 2 een vooraanzicht van het hulpmiddel volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding in deels opgevouwen toestand;
Fig. 3 een vooraanzicht van het in figuur 2 getoonde hulpmiddel volgens de uitvinding in volledig opgevouwen toestand (een bedrijfstoestand); en tenslotte Fig. 4 een achteraanzicht van het in figuur 2 getoonde hulpmiddel volgens de uitvinding in volledig opgevouwen toestand (een bedrijfstoestand).
BESCHRIJVING VAN UITVOERINGSVOORBEELDEN
Onder verwijzing naar figuur 1 wordt een uitvoeringsvorm van een hulpmiddel 1 volgens de uitvinding getoond. Dit hulpmiddel 1 is geschikt om een van open vingers voorzien elastisch compressiemiddel om een onderarm aan te brengen. Het hulpmiddel 1 omvat in hoofdzaak een enkel vel 110 met in zijn algemeenheid in opengevouwen toestand de vorm van een parallellogram met eventueel schuin verlopende bovenrand 101. Het enkele vel 110 is vervaardigd uit een materiaal met een lage wrijvingscoëfficiënt. Een voorbeeld van een dergelijk materiaal is een nylon kunststof doek, dat is voorzien van een wrijvingsarme coating. Een dergelijk materiaal is op zich bekend en commercieel verkrijgbaar.
Het hulpmiddel 1 heeft een bovenrand 101, en twee in hoofdzaak rechte zijranden 102 en 103 die elkaar ontmoeten bij een onderrand 104 die zich in gebruik ter hoogte van de hand bevindt, meer in het bijzonder ter hoogte van de aanhechting van de vingers aan de hand. De bovenrand 101 wijst in gebruik in de richting van de schouder. Aan de onderrand 104 is een aangrijporgaan (105, 107) bevestigd, waardoor een gebruiker de onderrand 104 kan grijpen en daarop een (naar boven gerichte) trekkracht kan uitoefenen. In een vanwege de eenvoud de voorkeur genietende uitvoeringsvorm omvat het aangrijporgaan (105, 107) een lus 105 die is bevestigd aan een teruggevouwen gedeelte 107 van het vel 110. Het gedeelte 107 wordt in een uitvoeringsvorm gevormd door het vel 110 bij de onderrand 104 over een bepaalde lengte terug te vouwen dusdanig dat een uiteinde 106 van het vel 110 verder reikt dan de bovenrand 101. In de in figuur 1 getoonde uitvoeringsvorm verlopen de zijranden van het teruggevouwen gedeelte 107 naar boven taps toe maar het is ook mogelijk wanneer deze zijranden evenwijdig aan elkaar verlopen. In een andere uitvoeringsvorm wordt het gedeelte gevormd door een apart stuk doek, welk doek kan verschillen van het in vel 110 toegepaste doek, waarbij het gedeelte 107 aan de onderrand 104 is bevestigd, bijvoorbeeld door een stikverbinding. In de getoonde uitvoeringsvorm van figuur 1 verloopt het teruggevouwen gedeelte 107 van het aangrijporgaan aan de achterzijde van het lichaam 110. In de getoonde uitvoeringsvorm wordt het teruggevouwen gedeelte 107 ter hoogte van de bovenrand 101 voorzien van een magneet 10 die kan samen werken met een magneet 11 die in, op of onder het vel 110 op een in hoofdzaak overeenkomstige positie is aangebracht. In figuur 1 is de negatieve pool van de magneten (10, 11) zichtbaar, terwijl de positieve pool zich aan de (niet zichtbare) achterzijde van de magneten (10,11) bevindt. Bij plaatsing van andersoortige polen van de magneten (10, 11) in eikaars buurt worden de magneten tot elkaar aan getrokken waardoor een koppeling ontstaat en het aangrijporgaan (105, 107) in een vaste positie ten opzichte van het lichaam 110 is gebracht. Hierbij is de sterkte van de magneten bij voorkeur dusdanig gekozen dat een koppeling wordt teweeggebracht wanneer andersoortige polen van de magneten (10, 11) binnen een afstand van enkele cm van elkaar worden gebracht. Dit verhoogt het gebruiksgemak van het hulpmiddel.
Uitgaande vanaf de bovenrand 101 zijn langs een gedeelte van de zijranden 102 en 103 continue sluitstroken 12 en 13 bevestigd. Deze continue sluitstroken 12 en 13 uit een buigzaam glad materiaal zijn ingericht om over hun volledige lengte met elkaar in positieve aangrijping gebracht te worden door deze te voorzien van een aantal magneten (120, 130). In een andere uitvoeringsvorm omvatten de sluitstroken (12, 13) een strook magnetisch materiaal dat zich uitstrekt langs ten minste een deel van de lengte van de zijranden (102, 103) van het lichaam 110.
Elk van de sluitstroken (12, 13) omvat in de getoonde uitvoeringsvorm een reeks naast elkaar opgestelde magneten 120, resp. 130. De reeksen strekken zich uit langs ten minste een deel van de lengte van de zijranden (12, 13) van het lichaam 110. De magnetische kracht van de magneten kan vanaf de bovenzijde of bovenrand 101 van het lichaam 110 naar het handgedeelte of onderrand 104 ervan afnemen. De magnetische kracht van een magneet (120, 130) zal in een dergelijke uitvoeringsvorm groter zijn dan de magnetische kracht van een lager gelegen magneet (120, 130). In een andere uitvoeringsvorm is de magnetische kracht van de magneten (120, 130) nagenoeg gelijk. De sterkte van de magneten (120, 130) is hierbij bij voorkeur dusdanig gekozen dat een koppeling wordt teweeggebracht wanneer andersoortige polen van de magneten (120, 130) binnen een afstand van enkele cm van elkaar worden gebracht.
In het in figuur 1 getoond aanzicht heeft de te koppelen zijde van de stroken (12, 13) een ruwere oppervlaktestructuur dan de niet te koppelen zijde, bijvoorbeeld door in de te koppelen zijde een grover weefsel toe te passen. Dit zorgt naast de magnetische koppeling voor een mechanische koppeling doordat een hogere wrijving ontstaat op de contactvlakken. In figuur 1 is de ruwere achterzijde van strook 13 zichtbaar, daar waar de ruwere zijde van strook 12 aan het oog is onttrokken en enkel de gladde niet te koppelen zijde zichtbaar is. Het ruwere oppervlak kan zich over de gehele lengte van de stroken (12, 13) uitstrekken doch kan zich ook beperken tot discrete gebieden waar de magneten zijn ingenaaid, zoals getoond in figuur 1. De lengte van de sluitstroken 12 en 13 kan willekeurig worden gekozen doch is typisch nagenoeg gelijk aan de totale lengte van de zijranden 102 en 103, gerekend vanaf de basis 101 tot aan de onderrand 104.
In figuur 1 is de positieve pool van de magneten (120, 130) zichtbaar, terwijl de negatieve pool zich aan de (niet zichtbare) achterzijde van de magneten (120,130) bevindt. In gebruik worden de zijranden naar elkaar toegebracht en in overlapping gebracht waarbij andersoortige polen van de magneten (120, 130) in eikaars buurt komen en de magneten tot elkaar worden aangetrokken waardoor een koppeling ontstaat tussen beide zijranden (102, 103). Op deze wijze ontstaat een flexibel kokervormig lichaam met een axiale richting 108 en een omtreksrichting 109. Het kokervormig lichaam vormt een eerste deel 2 van het hulpmiddel 1, waarbij het eerste deel 2 een armdeel vormt dat in gebruik ten minste gedeeltelijk over de arm van de gebruiker wordt aangebracht.
Het hulpmiddel 1 omvat tevens verdere delen (3-7) uit een flexibel glad materiaal, bij voorkeur hetzelfde materiaal als toegepast voor het eerste deel. De verdere delen (3-7) kunnen langs een verbreekbare verbinding worden gescheiden van het eerste deel 2, en na verbreking van de verbinding elk afzonderlijk worden verwijderd van tussen een lichaamsdeel en het aangebrachte elastisch compressiemiddel. De verdere delen (3-7) omvatten in de getoonde uitvoeringsvorm een reeks vingerdelen die in gebruik over respectievelijk de duim (deel 3), de middelvinger (deel 5) en de pink (deel 7) worden geschoven. Het hulpmiddel is zowel voor de linker- als voor de rechterhand toepasbaar omdat de vingerdelen in elke mogelijke volgorde op het eerste deel bevestigd kunnen worden.
De verbreekbare verbindingen tussen het eerste deel 2 en de andere delen (3-7) worden gevormd door van magneten (30-70) voorziene pockets uit een flexibel glad materiaal. De magneten (30-70) zijn langs de onderrand 104 van het eerste deel 2 opgesteld en werken samen met in de verdere delen (3-7) opgenomen magneten (31-71). De sterkte van de magneten (30-70, 31-71) is hierbij bij voorkeur dusdanig gekozen dat een koppeling wordt teweeggebracht wanneer andersoortige polen van de magneten (30-70, 31-71) binnen een afstand van enkele cm van elkaar worden gebracht.
In figuur 1 is de negatieve pool van de magneten (30-70, 31-71) zichtbaar, terwijl de positieve pool zich aan de (niet zichtbare) achterzijde van de magneten bevindt. In gebruik worden de verdere delen (3-7) naar de onderrand 104 van het eerste deel 2 gebracht waarbij andersoortige polen van de magneten (30-70, 31-71) in eikaars buurt komen en de magneten tot elkaar worden aangetrokken (zoals schematisch is weergegeven door de pijlen in figuur 1) waardoor een koppeling ontstaat tussen het eerste deel 2 en de verdere delen (3-7). De verbinding is verbreekbaar door de magneten (30-70, 31-71) van elkaar af te trekken. Het middelvingerdeel 5 is voorzien van twee magneten (51, 52), waarbij magneet 52 samen werkt met de onderste magneten (120, 130) van de zijstroken (12, 13) bij het vormen van het kokervormige lichaam.
De vingerdelen (3-7) zijn dusdanig gedimensioneerd dat deze in gebruik van onder het elastische compressiemiddel uitstekende gedeelten omvatten die als trekmiddelen fungeren om het betreffende vingerdeel (3-7) na verbreking van de verbinding (30-70, 31-71) van onder het compressiemiddel uit te trekken.
Zoals eerder werd opgemerkt is het mogelijk in plaats van de magneet een andere tijdelijke sluitingswijze, eventueel in combinatie met de magneet toe te passen. Een tijdelijke sluitingswijze kan bijvoorbeeld een (niet getoonde) klittenbandsluiting omvatten.
Thans zal onder verwijzing naar figuren 2 tot en met 4 de werking van het hulpmiddel 1 volgens de onderhavige uitvinding worden besproken.
In een eerste stap vouwt de gebruiker de sluitstroken 12 en 13 naar elkaar toe in de richting van de van het teruggevouwen gedeelte 107 af gekeerde zijde. Zoals in figuur 2 getoond wordt de sluitstrook 12 aldus om een vouwnaad 124 tot tegen het lichaam 110 gebracht. Vervolgens wordt de sluitstrook 13 op dezelfde wijze om een vouwnaad 134 tot tegen het lichaam 110 gebracht, totdat de onderlinge afstand tussen de sluitstroken (12, 13) dusdanig klein is geworden dat de sluitstroken 12 en 13 als vanzelf door onderlinge aantrekking van de magneten (120, 130) ten minste tijdelijk op elkaar worden bevestigd. De vingerdelen (3-7) worden via koppeling van de magneten (30-71) aan het eerste deel 2 bevestigd.
Zoals geïllustreerd in figuur 4 heeft het hulpmiddel 1 nu de vorm van een taps toelopende koker met een insteekmond 140 en een handuiteinde gevormd door de vingerdelen (3-7). Het teruggevouwen gedeelte 107 van het hulpmiddel 1 (en dus het verwijdermiddel (105, 107)) bevindt zich aan de buitenkant van de koker (figuur 4 toont het hulpmiddel 1 aan de achterzijde).
Vervolgens steekt de gebruiker zijn arm in de insteekmond 140 en zijn vingers in de vingerdelen (3-7), waarbij het hulpmiddel 1 zich gedraagt als een ruim zittend glad omhulsel. De gebruiker trekt vervolgens een elastisch compressiemiddel aan over het gladde omhulsel van de arm, wat vrij makkelijk zal gaan omdat het elastische compressiemiddel daarbij vrijwel zonder wrijving zal glijden over het gladde materiaal van het hulpmiddel 1. Het elastische compressiemiddel wordt niet getoond in de figuren maar heeft de vorm van een arm met vingers, waarbij openingen zijn aangebracht aan een bovenzijde van de arm en aan de vingertoppen.
Wanneer het compressiemiddel voldoende ver over de arm is getrokken en de vingers tot tegen de vingeraanhechting met de rest van hand zijn aangetrokken, kan het hulpmiddel 1 worden verwijderd. De gebruiker trekt hiertoe aan elk vingerdeel (3-7) waarbij de verbreekbare verbinding tussen de magneten (30-70, 31-71) verbreekt en de vingerdelen (3-7) eenvoudig van onder het compressiemiddel worden uitgetrokken via de vingeropeningen van het compressiemiddel. Vervolgens trekt de gebruiker aan de lus 105 waarbij ook het eerste deel 2 van het hulpmiddel 1 weg wordt getrokken van tussen de arm en het compressiemiddel, dit keer via de armopening van het compressiemiddel. Hierbij kan de koppeling tussen de sluitstroken (12, 13) als vanzelf teniet worden gedaan omdat het hulpmiddel bij het wegtrekken als het ware binnenstebuiten wordt gekeerd en de weliswaar geringe krachten die hierbij ontstaan voldoende blijken om de magneetkracht tussen de overeenkomstige magneetreeksen (120, 130) te overwinnen.
Bij het verwijderen treedt vrijwel geen wrijving op omdat het gladde verwijdermiddel (105, 107) immers aan de onderrand 104 is bevestigd aan het lichaam 110 en dus bij het naar boven trekken ervan over het gladde lichaam 110 glijdt. Door deze dubbellaagsheid wordt weinig wrijving ondervonden. Eens het verwijdermiddel (105, 107) voldoende ver is doorgetrokken zal het bewegende deel van het vel 110 van het hulpmiddel 1 met één oppervlak contact maken met de kous waarbij eveneens weinig wrijving wordt ondervonden. In een uitvoeringsvorm waarbij het vel 110 dubbelwandig is zal het bewegende deel van het vel 110 met het andere oppervlak in contact zijn met het stationaire deel van zichzelf: dit glijdende contact van twee lagen van het gladde materiaal onderling veroorzaakt vrijwel geen wrijving. Dat deel van het vel 110 dat in contact is met de arm, welk contact in principe een relatief grote wrijvingskracht zou kunnen veroorzaken, blijft stationair, totdat dat deel wordt bereikt door het bewegende deel van het vel 110 en van de arm weg over zich zelf wordt teruggevouwen. Het vel 110 wordt dus als het ware onder het elastische compressiemiddel af gestroopt van de arm.
Een voordeel van het hulpmiddel 1 volgens de onderhavige uitvinding is dat het oppervlak van het eerste deel 2 en van de vingerdelen (3-7) afzonderlijk kleiner is dan het oppervlak van het complete hulpmiddel 1. Het vergt dus minder inspanning (minder kracht en/of minder tijd) om deze delen vanonder een aangebracht compressiemiddel te verwijderen.
Het zal voor een deskundige duidelijk zijn dat het mogelijk is de weergegeven uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding te veranderen of te modificeren binnen de door de aangehechte conclusies bepaalde beschermingsomvang van de uitvinding.

Claims (16)

1. Hulpmiddel voor het aantrekken van een elastisch compressiemiddel, omvattende een uit een glad materiaal gemaakt flexibel kokervormig lichaam dat in gebruik voorafgaand aan het elastische compressiemiddel om het lichaamsdeel wordt aangebracht, waarbij het kokervormig lichaam langs een verbreekbare verbinding kan worden gescheiden in een eerste en een tweede deel die na verbreking van de verbinding elk afzonderlijk kunnen worden verwijderd van tussen het lichaamsdeel en het aangebrachte elastisch compressiemiddel.
2. Hulpmiddel volgens conclusie 1, waarbij het eerste en/of het tweede deel is voorzien van trekmiddelen waarmee het eerste en/of het tweede deel kan worden verwijderd van tussen het lichaamsdeel en het aangebrachte elastische compressiemiddel.
3. Hulpmiddel volgens conclusie 2, waarbij de trekmiddelen in gebruik van onder het elastische compressiemiddel uitstekende gedeelten van het eerste en/of het tweede deel omvatten.
4. Hulpmiddel volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het kokervormig lichaam is gevormd door tegenoverliggende randen van een in hoofdzaak vlak lichaam naar elkaar toe te brengen en in een axiale richting van het kokervormig lichaam met elkaar te verbinden.
5. Hulpmiddel volgens conclusie 4, waarbij de axiale verbinding verbreekbaar is.
6. Hulpmiddel volgens één der voorgaande conclusies, waarin het eerste deel kokervormig is, en een tweede deel een in hoofdzaak vlak lichaam omvat.
7. Hulpmiddel volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de verbreekbare verbinding een omtreksverbinding is.
8. Hulpmiddel volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de verbreekbare verbinding op tegenoverliggende randen van het eerste en het tweede deel aangebrachte sluitmiddelen omvat, die in gebruik samenwerken om de tegenoverliggende randen aan elkaar te koppelen.
9. Hulpmiddel volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de verbreekbare axiale verbinding op de tegenoverliggende randen van het vlakke lichaam aangebrachte sluitmiddelen omvat, die in gebruik samenwerken om de tegenoverliggende randen aan elkaar te koppelen waardoor het kokervormige lichaam wordt gevormd.
10. Hulpmiddel volgens één der conclusies 8 en 9, waarbij de sluitmiddelen in een rand opgenomen magneten omvatten die worden aangetrokken door overeenkomstige magneten in een tegenoverliggende rand.
11. Hulpmiddel volgens één der conclusies 8-10, waarbij tenminste één van de sluitmiddelen een strook magnetisch materiaal omvat dat zich langs ten minste een deel van de tegenoverliggende randen uitstrekt.
12. Hulpmiddel volgens één der conclusies 8-11, waarbij tenminste één van de sluitmiddelen een reeks naast elkaar opgestelde magneten omvat, waarbij de reeks zich langs ten minste een deel van de tegenoverliggende randen uitstrekt.
13. Hulpmiddel volgens één der conclusies 8-12, waarbij de sluitmiddelen stroken, strips of ‘pockets’ uit een buigzaam glad materiaal omvatten, waarin magneten zijn opgenomen.
14. Hulpmiddel volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het eerste deel een handdeel omvat, en het tweede deel een armdeel.
15. Hulpmiddel volgens conclusie 14, waarbij het handdeel een reeks vingerdelen omvat.
16. Werkwijze voor het aantrekken van een elastisch compressiemiddel met behulp van een hulpmiddel volgens één der voorgaande conclusies, omvattende het om een lichaamsdeel aanbrengen van het hulpmiddel, het vervolgens om het van het hulpmiddel voorziene lichaamsdeel aanbrengen van een elastisch compressiemiddel, en het aan verschillende zijden van het elastische compressiemiddel verwijderen van het kokervormig lichaam, waarbij het kokervormig lichaam hierbij langs een verbreekbare omtreksverbinding wordt gescheiden in een eerste en een tweede deel die na verbreking van de omtreksverbinding elk afzonderlijk worden verwijderd van tussen het lichaamsdeel en het aangebrachte elastische compressiemiddel.
NL2016595A 2016-04-13 2016-04-13 Hulpmiddel voor het aantrekken van een elastisch compressiemiddel. NL2016595B1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2016595A NL2016595B1 (nl) 2016-04-13 2016-04-13 Hulpmiddel voor het aantrekken van een elastisch compressiemiddel.

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2016595A NL2016595B1 (nl) 2016-04-13 2016-04-13 Hulpmiddel voor het aantrekken van een elastisch compressiemiddel.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2016595B1 true NL2016595B1 (nl) 2017-11-07

Family

ID=56800324

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2016595A NL2016595B1 (nl) 2016-04-13 2016-04-13 Hulpmiddel voor het aantrekken van een elastisch compressiemiddel.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2016595B1 (nl)

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5826274A (en) * 1996-07-25 1998-10-27 Thompson; Michael Method and apparatus for facilitating the application and removal of a wet suit
EP0878156A1 (de) * 1997-04-07 1998-11-18 Rudolf Fenkl Anziehhilfe für Kompressionsstrümpfe
US20060217646A1 (en) * 2005-03-28 2006-09-28 Wy-Tech, Inc. Appendage cover with inflatable ring and method of using same
DE102009034545A1 (de) * 2009-07-23 2011-02-03 Ofa Bamberg Gmbh Anzieherleichterung für Hand- und Fußorthesen
EP2478800A1 (en) * 2011-01-20 2012-07-25 Arion Holding B.V. Aid for putting on elastic stockings in particular

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5826274A (en) * 1996-07-25 1998-10-27 Thompson; Michael Method and apparatus for facilitating the application and removal of a wet suit
EP0878156A1 (de) * 1997-04-07 1998-11-18 Rudolf Fenkl Anziehhilfe für Kompressionsstrümpfe
US20060217646A1 (en) * 2005-03-28 2006-09-28 Wy-Tech, Inc. Appendage cover with inflatable ring and method of using same
DE102009034545A1 (de) * 2009-07-23 2011-02-03 Ofa Bamberg Gmbh Anzieherleichterung für Hand- und Fußorthesen
EP2478800A1 (en) * 2011-01-20 2012-07-25 Arion Holding B.V. Aid for putting on elastic stockings in particular

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP1059907B1 (fr) Dispositif pour enfiler sur un membre une orthese compressive tubulaire telle que bas, collant ou chaussette en materiau textile elastique tricote
AU2007209776B2 (en) Applicator for compression stockings and the like
US9498077B2 (en) Footwear application assisting apparatus
US11712360B2 (en) Self-donning powered orthotic device
NL2006039C2 (nl) Hulpmiddel voor het aantrekken van (met name) elastische kousen.
US3727812A (en) Device for applying stockings and the like
NL2016595B1 (nl) Hulpmiddel voor het aantrekken van een elastisch compressiemiddel.
US20120298701A1 (en) Device to dress socks on and off
US6234370B1 (en) Foot covering assistance device
WO2008102398A1 (en) Auxiliary device for wearing a terapeutic elastic stocking
EP2113179A1 (en) Aid for pulling off elastic stockings
WO2011085439A1 (en) Dressing aid
FR2921552A1 (fr) Dispositif d'aide a l'habillement
JP2004105292A (ja) 靴下等の装着補助具
NL1043010B1 (en) Aid device for elastic support stockings
JP4033172B2 (ja) 布製靴下すべり
NL9000361A (nl) Kous-aan/uittrekhulp.
JP2007244790A (ja) 下半身用衣類装着補助具
ES2445757T3 (es) Dispositivo auxiliar mejorado para colocarse una media elástica terapéutica
RU222189U1 (ru) Устройство для надевания носков
US2483714A (en) Girdle applying device
JP2004337234A (ja) ソックス着用具
US11337844B2 (en) Mobility enhancement device for attachment to foot or footwear
CN115845333A (zh) 一种老年内科多功能锻炼设备
JP2011212393A (ja) 上肢把持補助等リング