NL2016258A - Werkwijze voor het vervaardigen van een inrichting welke een bed omvat - Google Patents

Abstract

Werkwijze voor het vervaardigen van een inrichting welke een bed omvat, welke inrichting een frame omvat dat wordt voorzien van een bedbodem. Voor het verschaffen van een veelzijdige werkwijze, welke geschikt is voor het vervaardigen van bijvoorbeeld een stapelbed of een tent die een bed omvat, hebben ten minste twee frame-elementen van het frame de vorm van een profiel met een groef die is ingericht om door vormsluiting aan te grijpen op een verdikking van een element dat is gekozen uit i) een afscheidingselement, en ii) de bedbodem.

Description

Werkwijze voor het vervaardigen van een inrichting welke een bed omvat

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een inrichting welke een bed omvat, welke inrichting een frame omvat, en het frame een framesectie omvat voor het bed, welke framesectie voor het bed twee parallelle zich in de lengterichting uitstrekkende eerste frame-elementen omvat; en het frame verder twee zich in een richting dwars op de eerste frame-elementen uitstrekkende tweede frame-elementen omvat; waarbij de eerste frame-elementen van de framesectie voor het bed worden voorzien van een bedbodem.

Een werkwijze volgens de aanhef is in het vak bekend, bijvoorbeeld voor de vervaardiging van een bed. De bedbodem wordt gebruikt voor het ondersteunen van een matras, of kan eventueel ook zonder matras worden gebruikt, bijvoorbeeld in combinatie met een slaapzak.

De onderhavige uitvinding beoogt een veelzijdige werkwijze te verschaffen voor het vervaardigen van een inrichting welke een bed omvat.

Hiertoe wordt een werkwijze volgens de aanhef gekenmerkt doordat ten minste twee frame-elementen van het frame de vorm hebben van een profiel, welk profiel een zich in de lengterichting van het profiel uitstrekkende groef omvat welke groef is ingericht om door vormsluiting aan te grijpen op een verdikking; waarbij de werkwijze de stap omvat van het in de groeven van de ten minste twee frame-elementen aanbrengen van een element dat aan elk van twee tegenover elkaar gelegen langsranden van het element een verdikking omvat, welk element is gekozen uit i) een afscheidingselement, en ii) de bedbodem; waarbij het frame - aan de uiteinden van de eerste frame-elementen van de frame-sectie voor het bed staanders omvat welke boven de frame-sectie voor het bed uitsteken, en - boven de frame-sectie voor het bed een tweede frame-sectie voor een tweede bed omvat, welke tweede frame-sectie voor een tweede bed twee verdere eerste frame-elementen omvat welke zich parallel uitstrekken ten opzichte van de eerste frame-elementen van de eerste frame-sectie voor het eerste bed; waarbij voor het vervaardigen van de inrichting de verdere eerste frame-elementen van de tweede frame-sectie voor het tweede bed worden voorzien van een bedbodem..

Aldus wordt een stapelbed verschaft. In het algemeen omvat het frame twee verdere zich in een richting dwars op de eerste frame-elementen uitstrekkende frame-elementen. Hierdoor kan een grotere mate van stabiliteit van het stapelbed worden bereikt. In plaats daarvan kunnen de onderste uiteinden van de staanders ook ten opzichte van de ondergrond worden gefixeerd.

De verdikte langsranden kunnen zijn gevormd door een reeks plaatselijke verdikkingen van of bevestigd aan de langsrand. Bij voorkeur is de verdikking een zich over de langsrand uitstrekkende langwerpige verdikking, waardoor plaatselijke spanningen op het element worden vermeden.

Een gunstige uitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat de verdikte langsranden van het element elk een zich in de lengterichting uitstrekkende pees omvatten.

De pezen kunnen vormloze pezen zijn (bijv. touw), maar zijn bij voorkeur vormvaste pezen, zoals veerkrachtige pezen (bijv. van kunststof) of rigide pezen (buizen of stangen).

Een gunstige uitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat het element een lichaam uit doek omvat.

Het doek kan textiel zijn zoals katoen of kunststof (bijv. nylon), maar is met voordeel een gecoat doek, zoals voorzien van een laag PVC als coating. Pezen kunnen gemakkelijk aan het doek worden bevestigd, bijvoorbeeld in een holle zoom. Aldus worden verdikte langsranden verschaft voor het doelmatig vasthouden van het element en in geval van een bedbodem het stevig ondersteunen van een op de bedbodem gelegen persoon.

Een gunstige uitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat de bedbodem een veerkrachtige laag met een dikte van ten minste 0.5 cm omvat.

Aldus wordt de logistiek van het plaatsen van de inrichting vergemakkelijkt, aangezien niet met een apart matras hoeft te worden gesleept. De veerkrachtige laag is bijvoorbeeld schuim. Voor meer comfort kan de veerkrachtige laag dikker zijn, zoals ten minste 1 cm en bij voorkeur ten minste 2 cm. De veerkrachtige laag bevindt zich bij voorkeur onder een voor water ondoordringbare deklaag (zoals een met een laag PVC gecoat weefsel, zoals van katoen of nylon, waarbij het weefsel treksterkte verschaft). Voor de eenvoud van fabricage van de dekbodem bevindt de veerkrachtige laag zich tussen twee deklagen, waarbij de pezen in zomen zijn ingenaaid. De deklaag van de bedbodem kan zijn voorzien van een of meer stroken klittenband-helft. In dat geval kan een laken dat is voorzien van een of meer complementaire stroken klittenband-helft gemakkelijk op de bedbodem worden aangebracht.

Een gunstige uitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat het frame aan elk hoekpunt van de framesectie voor het bed staanders omvat welke aan de uiteinden van ten minste één van de eerste frame-elementen boven de framesectie voor het bed uitsteken, en aan tussen de boven de framesectie voor het bed uitstekende staanders een verder frame-element wordt verschaft, welk verdere frame-element een naar de frame-sectie voor het bed gekeerde verdere groef omvat, waarbij de verdere groef van het verdere frame-element van een gordijn wordt v'oorzien.

Aldus kan meer priv'-acy worden verschaft. Het verdere frame-element heeft bij voorkeur hetzelfde profiel als dat van de eerste frame-elementen. Dit vergemakkelijkt de assemblage van de inrichting.

Een gunstige uitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat de staanders voor een uiteinde van een bed-sectie onderling vast zijn verbonden door ten minste één van de tweede frame-elementen en een staande frame-sectie vormen; waarbij voor het vervaardigen van de inrichting twee staande frame-secties door ten minste een paar eerste frame-elementen wordt verbonden.

Aldus wordt een logistiek zeer eenvoudige oplossing verschaft waarmee snel een inrichting kan worden opgebouwd. In het algemeen zal de staande frame-sectie twee tweede frame-elementen omvatten voor vergrote stevigheid van de inrichting. Het verbinden zal in het algemeen geschieden nadat de bedbodem is aangebracht.

Een gunstige uitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat ten minste tv?ee inrichtingen met elkaar worden verbonden middels een afscheidingselement, waarbij de ten minste twee inrichtingen elk ten minste een staander omvatten met een zich in de lengterichting van de staander uitstrekkende groef; waarbij de verdikkingen van het afscheidingselement in de genoemde zich in de lengterichting van de staander uitstrekkende groeven wordt ingebracht.

Volgens een eerste mogelijke uitvoeringsvorm zullen de twee inrichtingen, zoals twee stapelbedden, parallel ten opzichte van elkaar worden geplaatst voor het verschaffen van een grotere inrichting volgens de uitvinding. Hierbij zullen de tweede frame-elementen in eikaars verlengde liggen. In plaats daarvan kunnen de inrichtingen ook versprongen worden geplaatst, waardoor nissen worden gevormd welke privacy verschaffen. Het aantal inrichtingen dat met elkaar wordt verbonden is bij voorkeur ten minste drie, met meer voorkeur ten minste vier en met nog meer voorkeur ten minste vijf.

Een gunstige uitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat het frame aan elk hoekpunt van de framesectie voor het bed staanders omvat welke aan de uiteinden van ten minste één van de eerste frame-elementen boven de framesectie voor het bed uitsteken, waarbij - de boven de framesectie v^oor het bed uitstekende staanders aan naar elkaar gerichte zijden daarvan, en - twee zich in een richting dwars op de eerste frame-elementen uitstrekkende tweede frame-elementen aan de bovenste uiteinden van de uiteinden die boven de staanders zijn bevestigd en aan naar elkaar gerichte zijden daarvan, zijn voorzien van groeven die zijn ingericht om door vormsluiting aan te grijpen op een verdikking van een element, waarbij een afscheidingselement dat twee verdikte langsranden omvat met de verdikte langsranden in de genoemde groeven van de staanders en de tweede frame-elementen wordt gebracht.

Aldus wordt een doorgaande afscherming gevormd, welke zelfs waterkerend kan zijn. Hierdoor kan een tent worden gevormd of een deel daarvan. Dat wil zeggen, de inrichting die een bed omvat zorgt tevens voor het dragen van ten minste een deel van het tentdak. Dit verschaft naast gemak voor de vervaardiging van de inrichting ook een logistiek voordeel.

Een gunstige uitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat ten minste de eerste frame-elementen, en de staanders zijn gevormd uit identieke profielen, waarbij een profiel een ü-vormige profielsectie omvat, welke ü-vormige profiel-sectie is opgebouwd uit - een eerste zijde voorzien van een eerste groef die zich in de lengterichting van het profiel uitstrekt en is ingericht om door vormsluiting aan te grijpen op een verdikking van een element, - een tweede zijde dwars op de eerste zijde, welke tweede zijde een verdere groef omvat voor het opnemen van een verder element gekozen uit een plaat en gordijnrunners, en - een derde zijde voorzien van een tweede groef die zich in de lengterichting van het profiel uitstrekt en is ingericht om door vormsluiting aan te grijpen op een verdikking van een element; waarbij de eerste groef en de tweede groef op een afstand van ten minste 4 cm van de tweede zijde zijn afgelegen.

Dit vereenvoudigt niet alleen de fabricage van de onderdelen van de inrichting, maar ook de assemblage ervan. Eventuele gaten voor het koppelen van een eerste frame-element zullen zich in de eerste zijde tussen de eerste groef en de tweede zijde bevinden.

Het profiel dat de ü-vormige profielsectie omvat zal in het algemeen een rechthoekige vorm hebben, doch de vierde zijde hoeft niet plat te zijn.

Ook voor het tweede frame-element wordt bij voorkeur hetzelfde profiel gebruikt, in het bijzonder wanneer wordt gewenst een cubicle of tent te vervaardigen.

De groeven in de profielen vervullen afhankelijk van of zij deel uitmaken van een staander, een eerste frame-element of een tweede frame-element een andere functie. Voor de staander maken zij de vorming van een afscheidingselement in de vorm van een wand mogelijk. V^or een eerste frame-element maken zij het bevestigen van de bedbodem mogelijk. Voor een tweede frame-element maken zij de doorvoer van een afscheidingselement als dak mogelijk, waardoor een goede afscherming tegen licht (privacy) en indien toegepast als tent ook regen mogelijk.

Bij voorkeur omvat de inrichting aan elke hoek van de frame-sectie voor het bed een staander. De eerste frame-elementen hebben bij voorkeur een lengte tussen 1,70 m en 3 m, met meer voorkeur tussen 1,85 m en 2,50 m.

Een gunstige uitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat de staanders in een zijwand ervan elk een gat omvatten, vraarbij frame-elementen gekozen uit de eerste frame-elementen en de tweede frame-elementen aan de uiteinden ervan worden voorzien van een verbindingsstuk dat een haak omvat welke haak in het gat van een staander wordt gebracht teneinde het betreffende frame-element aan de staander op te hangen.

Aldus kan, eventueel zonder gereedschap, een inrichting worden opgebouwd. Verder kan de inrichting ook weer uiteen worden genomen, zodat deze weer kan worden opgeslagen en/of naar een andere locatie waar deze nodig is worden vervoerd.

Een gunstige uitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat een staander de vorm heeft van een profiel dat een U-vormige profielsectie omvat, welke U-vormige profiel-sectie is opgebouwd uit - een eerste zijde voorzien van een eerste groef die zich in de lengterichting van het profiel uitstrekt en is ingericht om door vormsluiting aan te grijpen op een verdikking, - een tweede zijde dwars op de eerste zijde, welke tweede zijde een verdere groef omvat voor het opnemen van een element gekozen uit een plaat en gordijnrunners, en - een derde zijde voorzien van een tweede groef die zich in de lengterichting van het profiel uitstrekt en is ingericht om door vormsluiting aan te grijpen op een verdikking; waarbij het gat zich in de eerste zijde bevindt en de tegenover de genoemde eerste zijde gelegen derde zijde is voorzien van een tweede gat, waarbij de gaten tussen de eerste groef respectievelijk de tweede groef enerzijds en de tweede zijde anderzijds zijn gelegen; waarbij het gat en het tweede gat beide worden voorzien van een eerste frame-element.

Aldus kunnen meer bedden, welke in eikaars verlengde zijn gelegen, worden verschaft met een beperkt aantal staanders. Voor n bedden zijn twee keer n+1 staanders nodig. Dit betekent niet alleen een kostenbesparing maar maakt het ook mogelijk meer slaapplaatsen per eenheid te transporteren lading te verschaffen, hetgeen zeer wenselijk is, bijvoorbeeld in geval van noodopvang na een ramp. Het profiel zal in het algemeen een rechthoekige (daaronder ook begrepen vierkante) doorsnede hebben.

De onderhavige uitvinding zal thans worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin

Fig. 1 een zijaanzicht van een inrichting volgens de uitvinding toont;

Fig. 2Ά en Fig. 2B respectievelijk een eerste frame-element en een staande frame-sectie tonen waaruit het frame van de inrichting van

Fig. 1 is opgebouwd;

Fig. 3 een verticale doorsnede door de inrichting van Fig. 1 toont;

Fig. 4 een horizontale doorsnede door de inrichting van Fig. 1 toont;

Fig. 5 een doorsnede in zijaanzicht toont van een detail van Fig. 1; en

Fig. 6 een perspectivisch aanzicht op een alternatieve inrichting volgens de uitvinding toont, welke vier slaapplaatsen omvat.

Fig. 1 toont een zijaanzicht van een inrichting 100 volgens de uitvinding, hier een stapelbed 100. Het stapelbed 100 omvat een frame 105 met een eerste framesectie 110 voor een eerste bed en een tweede framesectie 120 voor een tweede bed.

De eerste framesectie 110 omvat eerste frame-elementen 111 welke zich in de lengterichting van het bed uitstrekken, parallel met de eerste frame-elementen 111 van het eerste bed.

De tweede framesectie 120 omvat verdere eerste frame-elementen 121 welke zich in de lengterichting van het bed uitstrekken.

Het frame 105 omvat verder staande frame-secties 130 welke staanders 131 omvatten, en de frame-elementen zijn aan de staanders 131 bevestigd.

Fig. 2Ά en Fig. 2B tonen respectievelijk een eerste frame-element 111 en een staande frame-sectie 130 waaruit het frame 105 van de inrichting van Fig. 1 is opgebouwd.

Bij de getoonde uitvoeringsvorm is elk uiteinde van het eerste frame-element 111 voorzien van een verbindingsstuk 240, welk verbindingsstuk 240 is voorzien van drie neerwaarts gerichte haken 241 welke worden opgenomen in overeenkomstige gaten 231 van de staanders 131 (Fig. 2B).

Het verdere eerste frame-element 121 is identiek aan het eerste frame-element 111, waardoor de productie en de logistiek worden vereenvoudigd.

Hierdoor kan het frame 105 van de inrichting 100 zonder gereedschap in elkaar worden gezet en uit elkaar worden genomen.

Fig. 2B toont de staande frame-sectie 130 en laat zien dat de staanders 131 onderling zijn verbonden door een tweede frame-element 220, dat aan de bovenzijde van de beide staanders 131 is vast gelast.

Aan de onderzijde zijn de staanders 131 voorzien van voeten 250 waarmee het frame 105 aan een ondergrond zoals een multiplex plaat kan worden vastgezet, bijvoorbeeld door middel van schroeven.

Bij de hier getoonde uitvoeringsvorm is de staande frame-sectie 130 voorzien van een kunststof afschermingsplaat 232, zoals hierna nog zal worden toegelicht. Deze afschermingsplaat 232 zal bij voorkeur niet-lichtdoorlatend zijn.

Fig. 3 toont een verticale doorsnede door de inrichting van Fig. 1. Te zien is dat de frame-elementen voor het bed de vorm hebben van een profiel. Dat profiel omvat een zich in de lengterichting van het profiel uitrekkende groef 311; bij deze voorkeursuitvoeringr twee aan weerszijden van elk frame-element 111 voor een bed. De groeven 311 zijn ingericht om door vormsluiting aan te grijpen op een bedbodem 360 welke aan de langsranden ervan pezen 361 omvat vraardoor de langsranden verdikt zijn en door de groeven 311 middels vormsluiting kunnen worden vastgehouden. De bedbodem 360 zal voorafgaande aan het koppelen van de eerste frame-elementen 111 voor het bed aan de staanders 131 met de langsranden ervan in de groeven 311 worden aangebracht.

In de hier getoonde uitvoeringsvorm is de bedbodem 360 uit twee lagen PVC doek 362 gevormd, met daartussen een veerkrachtige laag 363 schuim waardoor een comfortabele bedbodem 360 wordt verschaft waarop zonder matras kan worden geslapen. Het doek 362 is bij voorkeur ondoordringbaar voor vocht (met een laagje plastic gecoat weefsel, of een vezel-versterkte folie als doek), waardoor het schuim niet vies zal worden en de bedbodem 360 gemakkelijk kan worden gereinigd.

In Fig. 3 is te zien dat de frame-elementen 111 voor het bed nog een verdere groef 312 omvatten welke door vormsluiting is ingericht om een gordijn 370 in op te hangen.

Fig. 4 toont een horizontale doorsnede door de inrichting van Fig. 1. De staande frame-sectie 130 en de frame-elementen 111 zijn bij voorkeur van hetzelfde profiel vervaardigd. Dat maakt het mogelijk om de afschermingsplaat 232 in de verdere groeven 312 te schuiven.

Fig. 5 toont een detail van de inrichting van Fig. 1, en laat in het bijzonder een doorsnede zien waarbij haken 241 van het verbindingsstuk 240, dat in het uiteinde van een eerste frame-element is geschoven, op de staander 131 aangrijpen.

Fig. 6 toont een een perspectivisch aanzicht op een alternatieve inrichting 100' volgens de uitvinding in de vorm van een tent 100', welke vier slaapplaatsen verschaft en is opgebouwd uit twee stapelbedden zoals hiervoor omschreven welke verbonden zijn door, in deze uitvoeringsvorm, boogvormige liggers 680 welke ook van groeven voor vormsluiting zijn voorzien.

De groeven van de staanders 131 welke zich op de hoekpunten bevinden van de inrichting zijn voorzien van een element 632 dat op dezelfde wijze als de bedbodem 360 is opgebouwd uit doek en aan de langsranden aangebrachte verdikkingen in de vorm van pezen. Dit element 632 wordt in naar elkaar gekeerde groeven van - de staanders 131 van de hoekpunten van de inrichting, - de tweede frame-elementen 220, en - de boogvormige liggers 680; gebracht voor het vormen van opstaande afscheidingswanden en een dak.

Evenzo kan een dergelijk element in een van de twee staanders 131 van elke stapelbed worden gebracht voor het verschaffen van een achterwand 632'.

Bij de hier getoonde uitvoeringsvorm is de tent 100' met de voeten 250 bevestigd aan een bodemplaat 699.

De tent 100' verschaft een ruimte met privacy voor de bewoners, en dankzij de gordijnen 370 ook enige individuele privacy. Het element 632 en de achterwand 632' zijn daartoe bij voorkeur niet-lichtdoorlatend uitgevoerd.

Claims (11)

1. Werkwijze voor het vervaardigen van een inrichting (100) welke een bed omvat, welke inrichting een frame (105) omvat, en het frame (105) een framesectie omvat voor het bed, welke framesectie voor het bed twee parallelle zich in de lengterichting uitstrekkende eerste frame-elementen (111) omvat; en het frame (105) verder twee zich in een richting dwars op de eerste frame-elementen (111) uitstrekkende tweede frame-elementen (220) omvat; waarbij de eerste frame-elementen (111) van de framesectie voor het bed worden voorzien van een bedbodem (360); waarbij ten minste twee frame-elementen (111) van het frame (105) de vorm hebben van een profiel, welk profiel een zich in de lengterichting van het profiel uitstrekkende groef omvat welke groef is ingericht om door vormsluiting aan te grijpen op een verdikking; waarbij de werkwijze de stap omvat van het in de groeven van de ten minste twee frame-elementen (111) aanbrengen van een element dat aan elk van twee tegenover elkaar gelegen langsranden van het element een verdikking omvat, welk element is gekozen uit i) een afscheidingselement (632), en ii) de bedbodem (360); waarbij het frame (105) - aan de uiteinden van de eerste frame-elementen (111) van de frame-sectie (130) voor het bed staanders (131) omvat welke boven de frame-sectie (130) voor het bed uitsteken, en - boven de frame-sectie (130) voor het bed een tweede frame-sectie (130) voor een tweede bed omvat, welke tweede frame-sectie (130) voor een tweede bed twee verdere eerste frame-elementen (121) omvat welke zich parallel uitstrekken ten opzichte van de eerste frame-elementen (111) van de eerste frame-sectie (130) voor het eerste bed; waarbij voor het vervaardigen van de inrichting de verdere eerste frame-elementen (121) van de tweede frame-sectie (130) voor het tweede bed worden voorzien van een bedbodem (360)..

2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij de verdikte langsranden van het element elk een zich in de lengterichting uitstrekkende pees (361) omvatten.

3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarbij het element een lichaam uit doek (362) omvat.

4. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de bedbodem (360) een veerkrachtige laag (363) met een dikte van ten minste 0.5 cm omvat.

5. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het frame (105) aan elk hoekpunt van de framesectie voor het bed staanders (131) omvat welke aan de uiteinden van ten minste één van de eerste frame-elementen (111) boven de framesectie voor het bed uitsteken, en aan tussen de boven de framesectie voor het bed uitstekende staanders (131) een verder frame-element wordt verschaft, welk verdere frame-element een naar de frame-sectie (130) voor het bed gekeerde verdere groef (312) omvat, waarbij de verdere groef (312) van het verdere frame-element van een gordijn (370) wordt voorzien.

6. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de staanders (131) voor een uiteinde van een bed-sectie onderling vast zijn verbonden door ten minste één van de tweede frame-elementen (220) en een staande frame-sectie (130) vormen; waarbij voor het vervaardigen van de inrichting twee staande frame-secties (130) door ten minste een paar eerste frame-elementen (111) wordt verbonden.

7. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij ten minste twee inrichtingen met elkaar worden verbonden middels een afscheidingselement (632), waarbij de ten minste twee inrichtingen elk ten minste een staander (131) omvatten met een zich in de lengterichting van de staander (131) uitstrekkende groef; waarbij de verdikkingen van het afscheidingselement (632) in de genoemde zich in de lengterichting van de staander (131) uitstrekkende groeven (311) wordt ingebracht.

8. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het frame (105) aan elk hoekpunt van de framesectie voor het bed staanders (131) omvat welke aan de uiteinden van ten minste één van de eerste frame-elementen (111) boven de framesectie voor het bed uitsteken, waarbi j - de boven de framesectie voor het bed uitstekende staanders (131) aan naar elkaar gerichte zijden daarvan, en - twee zich in een richting dwars op de eerste frame-elementen (111) uitstrekkende tv/eede f rame-elementen (220) aan de bovenste uiteinden van de uiteinden die boven de staanders (131) zijn bevestigd en aan naar elkaar gerichte zijden daarvan, zijn voorzien van groeven die zijn ingericht om door vormsluiting aan te grijpen op een verdikking van een element, waarbij een afscheidingselement (632) dat twee verdikte langsranden omvat met de verdikte langsranden in de genoemde groeven (311) van de staanders (131) en de tweede frame-elementen (220) wordt gebracht.

9. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij ten minste de eerste frame-elementen (111), en de staanders (131) zijn gevormd uit identieke profielen, waarbij een profiel een U-vormige profielsectie omvat, welke ü-vormige profiel-sectie is opgebouwd uit - een eerste zijde voorzien van een eerste groef die zich in de lengterichting van het profiel uitstrekt en is ingericht om door vormsluiting aan te grijpen op een verdikking van een element, - een tweede zijde dwars op de eerste zijde, welke tweede zijde een verdere groef (312) omvat voor het opnemen van een verder element gekozen uit een plaat (232) en gordijnrunners, en - een derde zijde voorzien van een tweede groef die zich in de lengterichting van het profiel uitstrekt en is ingericht om door vormsluiting aan te grijpen op een verdikking van een element; waarbij de eerste groef en de tweede groef op een afstand van ten minste 4 cm van de tweede zijde zijn afgelegen.

10. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de staanders (131) in een zijwand ervan elk een gat omvatten, waarbij frame-elementen (111) gekozen uit de eerste frame-elementen (111) en de tweede frame-elementen (220) aan de uiteinden ervan worden voorzien van een verbindingsstuk (240) dat een haak omvat welke haak in het gat van een staander (131) wordt gebracht teneinde het betreffende frame-element aan de staander (131) op te hangen.

11. Werkwijze volgens conclusie 10, waarbij een staander (131) de vorm heeft van een profiel dat een ü-vormige profielsectie omvat, welke U-vormige profiel-sectie is opgebouwd uit - een eerste zijde voorzien van een eerste groef die zich in de lengterichting van het profiel uitstrekt en is ingericht om door vormsluiting aan te grijpen op een verdikking, - een tweede zijde dwars op de eerste zijde, welke tweede zijde een verdere groef (312) omvat voor het opnemen van een element gekozen uit een plaat en gordijnrunners, en - een derde zijde voorzien van een tweede groef die zich in de lengterichting van het profiel uitstrekt en is ingericht om door vormsluiting aan te grijpen op een verdikking; waarbij het gat zich in de eerste zijde bevindt en de tegenover de genoemde eerste zijde gelegen derde zijde is voorzien van een tweede gat, waarbij de gaten (231) tussen de eerste groef respectievelijk de tweede groef enerzijds en de tv/eede zijde anderzijds zijn gelegen; waarbij het gat en het tweede gat beide worden voorzien van een eerste frame-element.