NL2012099C2 - Werkwijze en inrichting voor het aanbrengen van ontkistingvloeistof. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het aanbrengen van ontkistingvloeistof. Download PDF

Info

Publication number
NL2012099C2
NL2012099C2 NL2012099A NL2012099A NL2012099C2 NL 2012099 C2 NL2012099 C2 NL 2012099C2 NL 2012099 A NL2012099 A NL 2012099A NL 2012099 A NL2012099 A NL 2012099A NL 2012099 C2 NL2012099 C2 NL 2012099C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
liquid
pump
formwork
pressure
atomizing
Prior art date
Application number
NL2012099A
Other languages
English (en)
Inventor
Edwin Buijsman
Original Assignee
Edwin Buijsman
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Edwin Buijsman filed Critical Edwin Buijsman
Priority to NL2012099A priority Critical patent/NL2012099C2/nl
Priority to PCT/US2015/011813 priority patent/WO2015109225A1/en
Priority to US14/598,789 priority patent/US9452453B2/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2012099C2 publication Critical patent/NL2012099C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B08CLEANING
    • B08BCLEANING IN GENERAL; PREVENTION OF FOULING IN GENERAL
    • B08B3/00Cleaning by methods involving the use or presence of liquid or steam
    • B08B3/02Cleaning by the force of jets or sprays
    • B08B3/026Cleaning by making use of hand-held spray guns; Fluid preparations therefor
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B05SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
    • B05BSPRAYING APPARATUS; ATOMISING APPARATUS; NOZZLES
    • B05B12/00Arrangements for controlling delivery; Arrangements for controlling the spray area
    • B05B12/004Arrangements for controlling delivery; Arrangements for controlling the spray area comprising sensors for monitoring the delivery, e.g. by displaying the sensed value or generating an alarm
    • B05B12/006Pressure or flow rate sensors
    • B05B12/008Pressure or flow rate sensors integrated in or attached to a discharge apparatus, e.g. a spray gun
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B05SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
    • B05BSPRAYING APPARATUS; ATOMISING APPARATUS; NOZZLES
    • B05B13/00Machines or plants for applying liquids or other fluent materials to surfaces of objects or other work by spraying, not covered by groups B05B1/00 - B05B11/00
    • B05B13/005Machines or plants for applying liquids or other fluent materials to surfaces of objects or other work by spraying, not covered by groups B05B1/00 - B05B11/00 mounted on vehicles or designed to apply a liquid on a very large surface, e.g. on the road, on the surface of large containers
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B05SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
    • B05BSPRAYING APPARATUS; ATOMISING APPARATUS; NOZZLES
    • B05B9/00Spraying apparatus for discharge of liquids or other fluent material, without essentially mixing with gas or vapour
    • B05B9/007At least a part of the apparatus, e.g. a container, being provided with means, e.g. wheels, for allowing its displacement relative to the ground
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B05SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
    • B05BSPRAYING APPARATUS; ATOMISING APPARATUS; NOZZLES
    • B05B9/00Spraying apparatus for discharge of liquids or other fluent material, without essentially mixing with gas or vapour
    • B05B9/03Spraying apparatus for discharge of liquids or other fluent material, without essentially mixing with gas or vapour characterised by means for supplying liquid or other fluent material
    • B05B9/04Spraying apparatus for discharge of liquids or other fluent material, without essentially mixing with gas or vapour characterised by means for supplying liquid or other fluent material with pressurised or compressible container; with pump
    • B05B9/08Apparatus to be carried on or by a person, e.g. of knapsack type
    • B05B9/085Apparatus to be carried on or by a person, e.g. of knapsack type with a liquid pump
    • B05B9/0855Apparatus to be carried on or by a person, e.g. of knapsack type with a liquid pump the pump being motor-driven
    • B05B9/0861Apparatus to be carried on or by a person, e.g. of knapsack type with a liquid pump the pump being motor-driven the motor being electric
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B08CLEANING
    • B08BCLEANING IN GENERAL; PREVENTION OF FOULING IN GENERAL
    • B08B15/00Preventing escape of dirt or fumes from the area where they are produced; Collecting or removing dirt or fumes from that area
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B28WORKING CEMENT, CLAY, OR STONE
    • B28BSHAPING CLAY OR OTHER CERAMIC COMPOSITIONS; SHAPING SLAG; SHAPING MIXTURES CONTAINING CEMENTITIOUS MATERIAL, e.g. PLASTER
    • B28B7/00Moulds; Cores; Mandrels
    • B28B7/38Treating surfaces of moulds, cores, or mandrels to prevent sticking
    • B28B7/388Treating surfaces of moulds, cores, or mandrels to prevent sticking with liquid material, e.g. lubricating

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Analytical Chemistry (AREA)
  • Manufacturing & Machinery (AREA)
  • Ceramic Engineering (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Fluid Mechanics (AREA)
  • Application Of Or Painting With Fluid Materials (AREA)
  • Nozzles (AREA)

Description

Werkwijze en inrichting voor het aanbrengen van ontkistingvloeistof
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het aanbrengen van ontkistingvloeistof, omvattende de stappen: - het vanuit een vloeistofvoorraadvat aanvoeren van een ontkistingvloeistof aan een vernevelmondstuk, - het onder ten opzichte van de omgeving verhoogde druk vernevelen van de aangevoerde vloeistof door het uit het vernevelmondstuk te laten stromen, - het op een bekisting spuiten van met het vernevelmondstuk vernevelde ontkistingvloeistof.
Een dergelijke werkwijze is bekend uit het vakgebied. In de bekende werkwijze, waarbij het vloeistofvoorraadvat op een trolley is geplaatst, wordt de lucht in het vloeistofvoorraadvat door middel van een handpomp onder verhoogde druk gebracht en gehouden, waarna deze luchtdruk zorg draagt voor het aan het vernevelmondstuk aanvoeren van ontkistingvloeistof, en het vernevelen van de ontkistingvloeistof. Uit het vernevelmondstuk ontsnapt nevel, via een of meer uitstroomopeningen ervan, met een snelheid, en wanneer de nevel een bekistingoppervlak raakt zal het daarop neerslaan.
De gedeponeerde ontkistingvloeistof vormt aldus een laag op de bekisting, die voorkomt dat in de bekisting gestort beton zich, bijvoorbeeld tijdens het uitharden van het beton, aan de bekisting hecht en zo het na het uitharden gebruikelijke verwijderen van de bekisting belemmert.
Ontkistingvloeistof is op zich bekend, en dient om bekisting gemakkelijker te laten losraken van gestort en daarna uitgehard beton.
De bekende werkwijze heeft als nadeel dat er een aanzienlijke hoeveelheid ontkistingvloeistof nodig is om een dekkende laag te verkrijgen.
De uitvinding heeft als een doel om een verbeterde werkwijze te verschaffen voor het aanbrengen van coating op een bekisting, in het bijzonder een verbeterde werkwijze volgens de aanhef die een verlaagd gebruik van ontkistingvloeistof met zich meebrengt, bij gelijk gebleven te behandelen bekistingoppervlak.
Hiertoe wordt een werkwijze voor het aanbrengen van ontkistingvloeistof volgens de aanhef gekenmerkt doordat het vanuit het vloeistofvoorraadvat aanvoeren van een ontkistingvloeistof aan het vernevelmondstuk wordt uitgevoerd door de ontkistingvloeistof te verpompen met een machinaal aangedreven pomp, en het aansturen van de werking van de pomp wordt bewerkstelligd door middel van een regeling van de werking van de pomp in afhankelijkheid van een door een sensor afgegeven meetsignaal van een vloeistofdruk of vloeistofdebiet tussen de perszijde van de pomp en het vernevelmondstuk.
Door de ontkistingvloeistof te verpompen met een machinaal aangedreven pomp, zoals bijvoorbeeld een elektrische pomp, in plaats van een met de bekende handpomp, die met tussenpozen wordt aangedreven, wordt een constantere druk van de vloeistof mogelijk, hetgeen leidt tot een constantere hoeveelheid ontstane nevel per tijdeenheid. Aldus wordt het gemakkelijker om een constante laagdikte te verkrijgen van de gedeponeerde ontkistingvloeistof, als gevolg waarvan er minder plaatsen ontstaan waar de laag onnodig dik is. Aldus is minder ontkistingvloeistof nodig voor eenzelfde hoeveelheid te bespuiten bekistingoppervlak. Middels de sensor is het mogelijk om een nog beter beheerste druk en met name debiet te verkrijgen van de uit het vernevelmondstuk afgegeven vloeistof en aldus is er nog minder ontkistingvloeistof nodig.
Een druksensor kan dicht bij het vernevelmondstuk worden geplaatst, voor een betrouwbare meting, in het bijzonder nabij de uitstroomopening(en) voor ontkistingvloeistof daarvan. Een druksensor kan ook nabij of aan de pomp zijn bevestigd, hetgeen voordelig is bijvoorbeeld uit oogpunt van lage productiekosten.
Voor een debietsensor is in beginsel elke plaats tussen vloeistofvoorraadvat en vernevelmondstuk geschikt.
De regeling kan daarbij momentaan instelbaar zijn, om met weinig tijd en/of inspanning de druk of het debiet te kunnen aanpassen aan veranderde omstandigheden, zoals een andere vloeistof met hogere of lagere viscositeit of chemische samenstelling, of een andere bekisting, of een leegrakende accu.
De term "machinaal aangedreven pomp" betekent in dit document "niet-handmatig aangedreven pomp". In de praktijk houdt dit een continu aangedreven pomp in, in die zin dat periodiek in- en uitschakelen van een aandrijvende elektromotor niet telt als continu aandrijven maar elektronische sturing van een aandrijvende elektromotor met pulsbreedtemodulatie wel telt als continu aandrijven.
De reden voor dit laatste is dat de door pulsbreedtemodulatie veroorzaakte onderbrekingen van de energietoevoer aan de motor zodanig kort zijn dat de motor, door de inertie ervan, deze onderbrekingen niet doorgeeft aan de pomp.
De voor de werkwijze volgens de uitvinding gebruikte inrichting, omvattende de genoemde pomp, het vloeistofvoorraadvat en het vernevelmondstuk, is bij voorkeur draagbaar uitgevoerd, hetgeen inhoudt dat deze licht genoeg van gewicht is om door een persoon die de werkwijze uitvoert gedurende het gebruik ervan voortdurend op de rug gedragen te worden, of op de grond te staan en met tussenpozen door een persoon die de werkwijze uitvoert te worden verplaatst door middel van tillen teneinde een ander deel van een bekisting te kunnen bereiken en te voorzien van ontkistingvloeistof. Een typisch gewicht van een dergelijke inrichting is minder dan 10 kg met leeg vloeistofvoorraadvat, bij voorkeur minder dan 20 kg met volledig gevuld vloeistofvoorraadvat, het laatste mede in verband met bescherming van personen tegen fysieke overbelasting.
Een voorkeursuitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat de pomp uitsluitend de ontkistingvloeistof uit het voorraadvat verpompt.
Door de pomp alleen ontkistingvloeistof te laten verpompen, zonder lucht, wordt een rechtstreekser verband tussen pompactiviteit en vloeistofdruk verkregen, en wordt het nog gemakkelijker om de druk constant te houden, eventueel op een specifieke gekozen waarde.
Bovendien wordt door het verpompen van ontkistingvloeistof in plaats van lucht voorkomen dat het vloeistofvoorraadvat onder druk komt te staan, en mag dit derhalve een minder sterke constructie hebben.
Een gunstige uitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat het vernevelen van de aangevoerde vloeistof wordt uitgevoerd met behulp van een vernevelmondstuk van het type met vlakke neus.
Een vernevelmondstuk van het type met vlakke neus wordt in het vakgebied ook wel aangeduid met de Engelstalige term "flat tip nozzle".
Door een vernevelmondstuk van het type met vlakke neus toe te passen, kan een nauwkeurig gedefinieerde nevelbundel worden verkregen, bij voorkeur een vlakke bundel, of een gevulde kegelvormige bundel, eventueel een holle kegelvormige bundel, welke nevelbundel bovendien een in hoge mate homogene verdeling van zeer fijne neveldruppels omvat. Deze fijne neveldruppels maken op zich weer een fijn spuitbeeld mogelijk. Dit laatste houdt in dat de laagdikte van neergeslagen bekistingsvloeistof relatief constant is, en derhalve wordt het mogelijk om met een kleinere laagdikte te volstaan om toch op alle plaatsen een voldoende grote laagdikte te houden voor goede werking van de bekistingsvloeistof. Als een gevolg hiervan is een nog kleinere hoeveelheid ontkistingvloeistof nodig voor een gelijkmatig bespoten oppervlak.
Een gunstige uitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat de door de pomp opgewekte druk hoger dan 6 Bar is, bij voorkeur hoger dan 8 Bar en met meer voorkeur hoger dan 10 Bar.
Een dergelijke druk, die relatief hoog is ten opzichte van de in vernevelinrichtingen met handpompen gangbare drukken, leidt, in het bijzonder in combinatie met het gebruik van een vernevelmondstuk van het type met vlakke neus, tot zeer kleine druppels die een extra fijn spuitbeeld mogelijk maken, en zo ook een efficiënter gebruik van de ontkistingvloeistof.
Een gunstige uitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat het vernevelen van de aangevoerde vloeistof wordt uitgevoerd met een accugevoede pomp, en bij een druk lager dan 15 Bar, met voorkeur lager dan 12 bar.
Wanneer in de werkwijze een accugevoede pomp wordt gebruikt, is het in verband met de beperkte hoeveelheid energie die aanwezig is in praktisch hanteerbare accu's, met betrekking tot gewicht en omvang, gunstig om een druk toe te passen die slechts een beperkte hoeveelheid energie vergt. Ook is een beperking van de druk voordelig uit veiligheidsoverwegingen; een zeer hoge druk kan leiden tot het verwonding van de persoon die de bij de werkwijze gebruikte inrichting hanteert, en ook van omstanders.
Tenslotte heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een inrichting voor het vernevelen van ontkistingvloeistof, omvattende: - een vloeistofvoorraadvat, - een vernevelmondstuk dat in vloeistofverbinding staat met het vloeistofvoorraadvat, - een pomp ingericht om vloeistof uit het vloeistofvoorraadvat onder verhoogde druk te doen verplaatsen naar het vernevelmondstuk.
Een dergelijke inrichting is bekend en heeft soortgelijke nadelen als de eerder beschreven uit de stand van de techniek bekende werkwi j ze .
Hiertoe wordt een inrichting voor het vernevelen van ontkistingvloeistof volgens de aanhef gekenmerkt doordat de pomp een machinaal aangedreven pomp is, en het vernevelmondstuk een exemplaar van het type met vlakke neus is, en de inrichting - een sensor omvat die is ingericht om een druk of debiet van tussen het vloeistofvoorraadvat en het vernevelmondstuk aanwezige te vernevelen vloeistof te meten, en - een stuurinrichting omvat die is verbonden met de sensor en met de pomp, en is ingericht voor het aansturen van de werking van de pomp op basis van een door de sensor afgegeven meetsignaal.
Door een machinaal aangedreven pomp toe te passen, in combinatie met een vernevelmondstuk van het type met een vlakke neus, wordt het mogelijk om met minder ontkistingvloeistof dan in de bekende inrichting mogelijk was eenzelfde oppervlak te bedekken met een voor de hechting voorkomende werking ervan afdoende dikke laag ontkistingvloeistof. Dit is mogelijk doordat een onverwacht fijn spuitbeeld wordt verkregen.
Zoals reeds is opgemerkt bij de werkwijze volgens de uitvinding, is de inrichting bij voorkeur draagbaar uitgevoerd.
Weliswaar is uit het Amerikaanse octrooi US 4.801.088, uitgegeven op 31 januari 1989, een draagbare vernevelinrichting bekend, die is voorzien van een behuizing met daarin een vloeistoftank, een herlaadbare accu en een in de vloeistoftank geplaatste elektrische pomp, waarbij uit de behuizing een buigzame slang reikt, op het uiteinde waarvan een handgreep met een vernevelkop is gemonteerd. In een uitvoeringsvorm wordt de druk van de vloeistof die de vernevelkop bereikt gemeten door middel van een druksensor in de vernevelkop, waarbij deze druksensor een schakelaar bedient die de elektrische pomp, wanneer deze in werking is, in- en uitschakelt. Deze bekende vernevelinrichting is echter beschreven voor het vernevelen van pesticiden en herbiciden, niet voor het egaal bekleden van grotere oppervlakken, en maakt geen melding van maatregelen voor het bevorderen van efficiënte benutting van de te vernevelen vloeistof.
Door de toepassing van de aansturing van de werking van de pomp op de beschreven wijze, wordt het mogelijk om een druk- of debietverloop te verkrijgen dat wenselijk is, met name voor een zo efficiënt mogelijk gebruik van ontkistingvloeistof. Doorgaans zal dit een constant drukverloop zijn of een constant debietverloop.
Een gunstige uitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat de stuurinrichting instelmiddelen omvat voor het tijdens het gebruik van de inrichting aanpassen van het instelpunt van de vloeistofdruk in het vernevelmondstuk.
Door de aanwezigheid van de instelmiddelen wordt het mogelijk om de hoeveelheid vernevelde vloeistof momentaan aan te passen aan de aard van het te bekleden oppervlak, en zo telkens een geschikte juist voldoende grote laagdikte te verkrijgen.
Een gunstige uitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat de stuurinrichting is ingericht om tijdens het gebruik van de inrichting een druk hoger dan 6 Bar op te wekken in de aan het vernevelmondstuk toegevoerde vloeistof, met voorkeur hoger dan 8 Bar en met meer voorkeur hoger dan 10 Bar.
Op deze wijze wordt een efficiënter gebruik van de ontkistingvloeistof mogelijk, zoals besproken voor de overeenkomstige maatregel in de werkwijze volgens de uitvinding.
Een gunstige uitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat de inrichting een elektrische accu omvat, en is ingericht om tijdens het gebruik van de inrichting een druk lager dan of gelijk aan 15 Bar op te wekken in de aan het vernevelmondstuk toegevoerde vloeistof, met voorkeur lager dan 12 Bar.
Op deze wijze wordt een inrichting mogelijk die zuinig omspringt met de ontkistingvloeistof. De inrichting is met voordeel draagbaar; dit wordt doelmatig bereikt indien de accu een Li-Fe accu is.
Een gunstige uitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat de sensor is ingericht om een vloeistofdruk of een vloeistofdebiet in het vernevelmondstuk te meten.
Door de druk of het debiet in het vernevelmondstuk te meten wordt een betrouwbaardere meetwaarde verkregen dan bij meting op grotere afstand. Daarbij kan zowel de statische druk in de vloeistofruimte van het vernevelmondstuk worden gemeten, als de dynamische druk van nabij of door de uitstroomopeningen stromende vloeistof. De meting kan rechtstreeks plaatsvinden, of via een meting van een andere parameter die nauw gerelateerd is aan de druk of het debiet.
Een gunstige uitvoeringsvorm wordt hierdoor gekenmerkt dat de pomp een vloeistofpomp is, waarvan de inlaat voor vloeistofcommunicatie in verbinding staat met het vloeistofvoorraadvat en de uitlaat voor vloeistofcommunicatie in verbinding staat met het vernevelmondstuk.
Door een vloeistofpomp, bijvoorbeeld een membraanpomp of schottenpomp, toe te passen die is verbonden met het vernevelmondstuk, al dan niet via een slang, wordt een directere regeling mogelijk van de druk aan het mondstuk dan wanneer, bijvoorbeeld, de pomp een luchtpomp is en het voorraadvat onder overdruk plaatst door er lucht in te pompen.
Bovendien wordt door gebruik te maken van een vloeistofpomp die is aangesloten op het vernevelmondstuk voorkomen dat het voorraadvat onder druk komt te staan, en kan dit derhalve een minder sterke constructie hebben en dus een lagere kostprijs.
De onderhavige uitvinding zal thans worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin
Figuur 1 een voorbeeld toont van het uitvoeren van de werkwijze volgens de uitvinding; en
Figuur 2 een opengewerkt zijaanzicht toont van een uitvoeringsvoorbeeld van de inrichting volgens de uitvinding die ook in Figuur 1 is getoond.
In Figuur 1 is een op een ondergrond 101 staand bekistingpaneel 102 getoond van een te storten brugpeiler. Een tweede, derde en vierde paneel zijn nog te plaatsen, om zo een rechthoekige gietvorm voor beton te doen ontstaan tussen de bekistingpanelen 102. Er wordt een laag ontkistingvloeistof aangebracht op het bekistingpaneel 102, om zo te waarborgen dat na het storten en vervolgens uitharden van het gestorte beton, het beton gemakkelijk loslaat van de bekistingpanelen bij het weghalen van de laatste. Het na het storten van beton weghalen van bekistingpanelen is gebruikelijk, aangezien deze niet langer nodig zijn wanneer het gestorte beton is uitgehard.
In de Figuur 1 is tevens een persoon 103 zichtbaar, die een vernevelinrichting 104 volgens de uitvinding bij zich heeft welke op een trolley verrijdbaar is. Deze vernevelinrichting heeft, zoals in Figuur 2 wordt getoond, een behuizing 105 die tevens als frame dient, en in de hand een vernevelpistool 106 draagt, welk vernevelpistool 106 via een slang 107 is verbonden met een in Figuur 2 getoonde elektrisch aangedreven vloeistofpomp 201 die binnen en aan de behuizing 105 is bevestigd. De vloeistofpomp 201 is aangesloten op een eveneens in
Figuur 2 getoond vloeistofvoorraadvat 202. Wanneer de vloeistofpomp 201 in werking is, dat wil zeggen wordt aangedreven, en er ontkistingvloeistof in het vloeistofvoorraadvat 202 aanwezig is, zal de vloeistofpomp 201 ontkistingsvloeistof onder druk brengen en zo naar het vernevelpistool 106 doen stromen, om vervolgens via een in het vernevelpistool 106 aanwezig vernevelmondstuk 203 (zie Figuur 2) te vernevelen.
De persoon 103 heeft het vernevelpistool 106 in de richting van het bekistingpaneel 102 gericht, als gevolg waarvan de vernevelde ontkistingvloeistof tegen dat bekistingpaneel zal botsen en daar aan blijven hangen door middel van adhesiekrachten. In de Figuur 1 zijn de zichtbare gevolgen van deze stappen getoond in de vorm van een nevelbundel 108 en een op het middelste bekistingpaneel 102 gelegen laag 109 uit ontkistingvloeistof.
Een ander gevolg van het gebruik van de vernevelinrichting 104, echter niet zichtbaar in de Figuur 1, is dat de laag 109 is gevormd uit zeer fijne druppels en een relatief regelmatige dikte heeft in vergelijking met een laag die zou zijn verkregen volgens de beschreven stand van de techniek, waarin een handpomp is toegepast.
In Figuur 2 is de vernevelinrichting 104 nader getoond, met een kant van de behuizing 105 weggelaten om zo het inwendige te tonen. De behuizing 105 is rechthoekig en bevat het reeds genoemde vloeistofvoorraadvat 202 dat geschikt is om een gebruikshoeveelheid ontkistingsvloeistof te bevatten en dat via een vulopening 204 kan worden bijgevuld wanneer de vuldop 205 er van is weggenomen.
Onder het vloeistofvoorraadvat 202 is een elektromotor 206 aangebracht, die mechanisch is gekoppeld met de vloeistofpomp 201 om deze aan te drijven. De vloeistofpomp 201 is in dit voorbeeld een membraanpomp met drie kamers, maar zou in plaats daarvan een ander geschikt type pomp kunnen zijn voor het te verpompen materiaal en debiet, en de te verkrijgen druk.
Het vloeistofvoorraadvat 202 staat via een kanaal 207 in vloeistofcommunicatie met de aanzuigzijde van de vloeistofpomp 201.
Aan de perszijde van de vloeistofpomp 201 is de slang 107 aangesloten, die naar het vernevelpistool 106 leidt.
Het vernevelpistool 106 is in dit uitvoeringsvoorbeeld een metalen nagenoeg balkvormig voorwerp, dat een vloeistofkamer 208 bevat, die gestippeld is weergegeven aangezien deze zich in het inwendige van het vernevelpistool 106 bevindt, en die aan een eerste uiteinde ervan uitkomt op de slang 107 en aan het tegen het eerste uiteinde gelegen uiteinde ervan uitkomt op het vernevelmondstuk 203 en verder voor vloeistof dicht is; het is een zogenaamd "airless pistool". Het mondstuk is er een van het type met vlakke neus. In dit uitvoeringsvoorbeeld is dit een in de handel verkrijgbaar mondstuk van het merk Lechler, type series 652 maat 403, met een debiet van 1.0 liter/minuut bij een vloeistofdruk van 2 Bar.
Onderin de behuizing 105 bevindt zich een elektrische accu 209, vanwaaruit de elektromotor 206 wordt gevoed bij ingeschakelde vloeistofpomp 201.
Voorts is een elektronische stuurinrichting 210 aangebracht, in dit uitvoeringsvoorbeeld in de vorm van een elektronische schakeling, naast het vloeistofvoorraadvat 202. Deze stuurinrichting 210 is via een sleutelslotschakelaar 211, die door middel van een sleutel 212 te bedienen is, aangesloten op de elektrische accu 209 om daardoor gevoed te worden. Een in het vernevelpistool 106 aanwezige aan-/uit-schakelaar is eveneens aangesloten op de stuurinrichting 210 en is geschikt om in samenwerking met de sleutelslotschakelaar 211 de vloeistofpomp 201 in respectievelijk uit te schakelen.
In het vernevelpistool 106 bevindt zich binnen de vloeistofkamer 208 een druksensor 214, die in werking in dit voorbeeld een druksignaal in een elektrische weerstandswaarde omzet, en is aangesloten op de stuurinrichting 210.
De stuurinrichting 210 bevat een microcontroller (niet getoond) die is geprogrammeerd om de elektromotor 206 continu te regelen, in afhankelijkheid van de door de druksensor 214 gemeten momentane druk, om aldus de druk in de vloeistofkamer in hoge mate constant te houden. In het huidige uitvoeringsvoorbeeld bedraagt de druk van de inrichting in werking 11 Bar.
In dit voorbeeld is de stuurinrichting 210 uitgevoerd als een digitale schakeling, en vindt de drukmeting met de druksensor 214 met regelmatige intervallen plaats, bijvoorbeeld elke 20 milliseconden. De sturing van de elektromotor 206 wordt eveneens elke 20 ms bijgesteld.
In een alternatieve uitvoeringsvorm kan de stuurinrichting 210 een eenvoudige aan-/uitregeling hebben, die is geïntegreerd met de druksensor 214; in dat geval is de stuurinrichting 210 niet opgenomen in de behuizing 105. De vloeistofpomp 201 wordt in dit geval niet continu aangedreven, maar wel nagenoeg continu; dit is toelaatbaar omdat de tussen de vloeistofpomp 201 en het vernevelmondstuk 203 toch al aanwezige vloeistof als een drukbuffer functioneert die onder geschikte omstandigheden voldoende groot is om enige drukfluctuatie op te vangen. Bovendien is deze drukbuffer geheel of nagenoeg constant van capaciteit, en daarmee wordt de druk relatief gemakkelijk constant te houden, in tegenstelling tot een door in het vloeistofvoorraadvat 202 aanwezige lucht, waarvan de hoeveelheid immers sterk varieert tijdens het gebruik van de vernevelinrichting 104.
De trolley is ingericht voor het dragen en verrijden van de er los op geplaatste vernevelinrichting 104, die met gevuld vloeistofvoorraadvat een gewicht van ongeveer 19,5 kg heeft, zodat de laatste naar keuze op de rug kan worden gedragen (met behulp van een niet getoonde draagband) of op de trolley kan rusten. Bovendien is de slang 107 verwisselbaar uitgevoerd, in uitvoeringen met een lengte van bijvoorbeeld 3 m en 20 m. De lengte van 20 m is met name bedoeld voor gebruik met de inrichting 104 op de trolley, zodat de bedienende persoon tijdens het gebruik over een praktisch bruikbaar bereik kan rondlopen.
De vernevelinrichting 104 in het getoonde uitvoeringsvoorbeeld is bio-resistent uitgevoerd, hetgeen inhoudt dat alle gebruikte onderdelen bio-resistent zijn, met andere woorden geschikt zijn om bio-resistente vloeistoffen mee te verspuiten, en niet enkel (schoon) water, in die zin dat de onderdelen bij het gebruik van bio-resistente vloeistof geen of nagenoeg geen slijtageverschijnselen of degradatie ondergaan die ze bij andere vloeistof niet zouden ondergaan.
De uitvinding is niet beperkt tot het getoonde uitvoeringsvoorbeeld. Zo kan bijvoorbeeld de elektromotor 206 zijn vervangen door een persluchtmotor, en de accu 209 door een persluchtcilinder, waarbij de stuurinrichting 210 en druksensor 214 niet elektrisch werken maar op lucht of wel elektrisch werken, met behulp van een hulpaccu, en luchtkleppen aansturen.
Tevens kan de druksensor 214 zijn opgenomen direct bij de perszijde van de vloeistofpomp 201, in plaats van op enige afstand daarvan in het vernevelpistool 106. Bij praktische afmetingen van de slang 107 zal de drukval over de lengte hiervan tijdens gebruik van de inrichting voldoende klein zijn om op voldoende betrouwbare wijze de druk te kunnen meten nabij de vloeistofpomp 201 in plaats van in het vernevelpistool 106.
Ook kan de in de behuizing 105 ingebouwde accu 209 zijn vervangen door een externe energievoorziening, zoals een snoer aangesloten op een op de grond of de trolley geplaatste accu, die in dat geval een grotere energie-inhoud kan hebben zonder dat de persoon die de vernevelinrichting bedient deze tijdens het gebruik van de inrichting voortdurend hoeft te dragen.
Bovendien kan het vloeistofvoorraadvat 202, hoewel draagbaar, net als de accu 209 op de grond of trolley zijn geplaatst buiten de behuizing 105, eveneens om de genoemde persoon te ontlasten.

Claims (11)

1. Werkwijze voor het aanbrengen van ontkistingvloeistof, omvattende de stappen: - het vanuit een vloeistofvoorraadvat aanvoeren van een ontkistingvloeistof aan een vernevelmondstuk, - het onder ten opzichte van de omgeving verhoogde druk vernevelen van de aangevoerde vloeistof door het uit het vernevelmondstuk te laten stromen, - het op een bekisting spuiten van met het vernevelmondstuk vernevelde ontkistingvloeistof, met het kenmerk, dat het vanuit het vloeistofvoorraadvat aanvoeren van een ontkistingvloeistof aan het vernevelmondstuk wordt uitgevoerd door de ontkistingvloeistof te verpompen met een machinaal aangedreven pomp, en het aansturen van de werking van de pomp wordt bewerkstelligd door middel van een regeling van de werking van de pomp in afhankelijkheid van een door een sensor afgegeven meetsignaal van een vloeistofdruk of vloeistofdebiet tussen de perszijde van de pomp en het vernevelmondstuk.
2. Werkwijze voor het aanbrengen van ontkistingvloeistof volgens conclusie 1, waarbij de pomp uitsluitend de ontkistingvloeistof uit het voorraadvat verpompt.
3. Werkwijze voor het aanbrengen van ontkistingvloeistof volgens conclusie 1 of 2, waarbij het vernevelen van de aangevoerde vloeistof wordt uitgevoerd met behulp van een vernevelmondstuk van het type met vlakke neus.
4. Werkwijze voor het aanbrengen van ontkistingvloeistof volgens conclusie 3, waarbij de door de pomp opgewekte druk hoger dan 6 Bar is, bij voorkeur hoger dan 8 Bar en met meer voorkeur hoger dan 10 Bar.
5. Werkwijze voor het aanbrengen van ontkistingvloeistof volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het vernevelen van de aangevoerde vloeistof wordt uitgevoerd met een accugevoede pomp, en bij een druk lager dan 15 Bar, met voorkeur lager dan 12 bar.
6. Inrichting voor het vernevelen van ontkistingvloeistof, omvattende: - een vloeistofvoorraadvat, - een vernevelmondstuk dat in vloeistofverbinding staat met het vloeistofvoorraadvat, - een pomp ingericht om vloeistof uit het vloeistofvoorraadvat onder verhoogde druk te doen verplaatsen naar het vernevelmondstuk, met het kenmerk, dat de pomp een machinaal aangedreven pomp is, en het vernevelmondstuk een exemplaar van het type met vlakke neus is, en de inrichting - een sensor omvat die is ingericht om een druk of debiet van tussen het vloeistofvoorraadvat en het vernevelmondstuk aanwezige te vernevelen vloeistof te meten, en - een stuurinrichting omvat die is verbonden met de sensor en met de pomp, en is ingericht voor het aansturen van de werking van de pomp op basis van een door de sensor afgegeven meetsignaal.
7. Inrichting voor het vernevelen van ontkistingvloeistof volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de stuurinrichting instelmiddelen omvat voor het tijdens het gebruik van de inrichting aanpassen van het instelpunt van de vloeistofdruk in het vernevelmondstuk.
8. Inrichting voor het vernevelen van ontkistingvloeistof volgens een van de conclusies 6 of 7, waarbij de stuurinrichting is ingericht om tijdens het gebruik van de inrichting een druk hoger dan 6 Bar op te wekken in de aan het vernevelmondstuk toegevoerde vloeistof, met voorkeur hoger dan 8 Bar en met meer voorkeur hoger dan 10 Bar.
9. Inrichting voor het vernevelen van ontkistingvloeistof volgens een van de conclusies 6 tot 8, waarbij de inrichting een elektrische accu omvat, en is ingericht om tijdens het gebruik van de inrichting een druk lager dan of gelijk aan 15 Bar op te wekken in de aan het vernevelmondstuk toegevoerde vloeistof, met voorkeur lager dan 12 Bar.
10. Inrichting voor het vernevelen van ontkistingvloeistof volgens een van de conclusies 6 tot 9, waarbij de sensor is ingericht om een vloeistofdruk of een vloeistofdebiet in het vernevelmondstuk te meten.
11. Inrichting voor het vernevelen van ontkistingvloeistof volgens een van de conclusies 6 tot 10, waarbij de pomp een vloeistofpomp is, waarvan de inlaat voor vloeistofcommunicatie in verbinding staat met het vloeistofvoorraadvat en de uitlaat voor vloeistofcommunicatie in verbinding staat met het vernevelmondstuk.
NL2012099A 2014-01-17 2014-01-17 Werkwijze en inrichting voor het aanbrengen van ontkistingvloeistof. NL2012099C2 (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2012099A NL2012099C2 (nl) 2014-01-17 2014-01-17 Werkwijze en inrichting voor het aanbrengen van ontkistingvloeistof.
PCT/US2015/011813 WO2015109225A1 (en) 2014-01-17 2015-01-16 System and method for uniformly applying a wetting agent to a treatment surface
US14/598,789 US9452453B2 (en) 2014-01-17 2015-01-16 System and method for uniformly applying a wetting agent to a treatment surface

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2012099A NL2012099C2 (nl) 2014-01-17 2014-01-17 Werkwijze en inrichting voor het aanbrengen van ontkistingvloeistof.
NL2012099 2014-01-17

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2012099C2 true NL2012099C2 (nl) 2015-07-20

Family

ID=50687570

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2012099A NL2012099C2 (nl) 2014-01-17 2014-01-17 Werkwijze en inrichting voor het aanbrengen van ontkistingvloeistof.

Country Status (2)

Country Link
US (1) US9452453B2 (nl)
NL (1) NL2012099C2 (nl)

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US10434525B1 (en) * 2016-02-09 2019-10-08 Steven C. Cooper Electrostatic liquid sprayer usage tracking and certification status control system
CN106693565A (zh) * 2017-03-09 2017-05-24 北京东方新星石化工程股份有限公司 除尘装置及浆液搅拌系统
US10800644B2 (en) * 2017-09-15 2020-10-13 Hiketron Inc. Metering apparatus for dispensing household and industrial fluids and methods for making and using same
IT201800003372A1 (it) * 2018-03-16 2019-09-16 Pietro Calderaro Dispositivo con finalita' di pulizia di escrementi animali con getto d'acqua
US11484900B2 (en) 2021-01-07 2022-11-01 S. C. Johnson & Son, Inc. Dispenser

Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2639213A (en) * 1950-03-21 1953-05-19 Price Driscoll Corp Mold parting surface and method of application
US3556049A (en) * 1968-04-16 1971-01-19 Little Inc A Cleaning and oiling system for molding apparatus
DE2451113A1 (de) * 1973-11-09 1975-06-26 Pedershaab Maskinfabrik As Vorrichtung zum transportieren von untermuffen zu einer betonrohr-giessmaschine
US20060193973A1 (en) * 2005-02-11 2006-08-31 Lafay Victor S Method for treating aluminum forms
WO2012020012A1 (en) * 2010-08-11 2012-02-16 Lafarge Concrete article comprising a surface with low open-porosity
WO2013181159A1 (en) * 2012-05-29 2013-12-05 JM Harwood LLC Power trigger sprayer

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3354180A (en) * 1962-06-21 1967-11-21 Exxon Research Engineering Co Method for the treatment of forms for molding concrete with wax emulsion release agent
US4562088A (en) * 1984-06-06 1985-12-31 Nordson Corporation Process and apparatus for maintaining a constant flow rate in a painting system
US4705429A (en) * 1986-04-10 1987-11-10 Gpac, Inc. Method of disposing of asbestos waste material
US4801088A (en) 1987-06-08 1989-01-31 Baker Wesley L Portable battery powered sprayer
EP1438506B1 (en) * 2001-09-28 2007-01-03 Environ Products, Inc. Fuel transfer pump
US9981200B2 (en) * 2011-02-28 2018-05-29 Gea Process Engineering A/S External mixing pressurized two-fluid nozzle and a spray drying method

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2639213A (en) * 1950-03-21 1953-05-19 Price Driscoll Corp Mold parting surface and method of application
US3556049A (en) * 1968-04-16 1971-01-19 Little Inc A Cleaning and oiling system for molding apparatus
DE2451113A1 (de) * 1973-11-09 1975-06-26 Pedershaab Maskinfabrik As Vorrichtung zum transportieren von untermuffen zu einer betonrohr-giessmaschine
US20060193973A1 (en) * 2005-02-11 2006-08-31 Lafay Victor S Method for treating aluminum forms
WO2012020012A1 (en) * 2010-08-11 2012-02-16 Lafarge Concrete article comprising a surface with low open-porosity
WO2013181159A1 (en) * 2012-05-29 2013-12-05 JM Harwood LLC Power trigger sprayer

Also Published As

Publication number Publication date
US9452453B2 (en) 2016-09-27
US20150202661A1 (en) 2015-07-23

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL2012099C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het aanbrengen van ontkistingvloeistof.
CN110191762B (zh) 用于结构的自动移动涂装的系统
US11305305B2 (en) Method for controlling an electrostatic atomizer for liquids
CN110234438B (zh) 用以检测表面和表面特征的带有传感器的分配器
US20100139652A1 (en) Dispensing Device and Method
JP2019525750A (ja) 非加圧式噴射材料容器を備える噴霧装置
US7060137B2 (en) Method for applying cleaning liquid to a bowling lane using a reciprocating dispensing head
DE60024992D1 (de) Richtungsverstellbarer ehd- aerosol-zerstäuber
CA2144752A1 (en) Dispensing apparatus
WO2006071562A3 (en) Replaceable electrostatically sprayable material reservoir design having electrostatic spraying and method for using same
JP2014525755A (ja) 農薬を射出する方法及びスプレーガン
ATE267389T1 (de) Kontinuierliches flüssigkeitsströmungssystem
US11235343B2 (en) Portable spray device
BR9402007A (pt) Dispositivos para descarregar um material líquido,para ministrar um material viscoso ou semiviscosso, para descarregar material proveniente de uma caixa e para ministrar quantidades predeterminadas de um produto líquido
WO2015109225A1 (en) System and method for uniformly applying a wetting agent to a treatment surface
CA2077449A1 (en) Device for applying a solder paste, a glue or the like in patches on a substrate
CN106999966A (zh) 具有改善的压力控制的液体分配系统
RU2010107385A (ru) Устройство для нанесения покрытий из жидких материалов
KR20160033972A (ko) 균일한 도막 두께 형성이 가능한 도료 분사 장치
US8128313B2 (en) Zero velocity bead dispenser
NL1001919C1 (nl) Werkwijze en inrichting voor het aanbrengen van olie op bowlingbanen en kegelbanen.
KR20120038714A (ko) 도로 특수문자 인쇄 장치
US20220362427A1 (en) Battery powered self-adjusting sanitizer/disinfectant sprayer
JP2000024576A (ja) ローラー塗装機
KR20180133238A (ko) 이종도료의 동시 살포가 가능하게 구비되는 라인 마킹 장치