NL2009611C2 - Mal voor het vervaardigen van pulpproducten en werkwijze. - Google Patents
Mal voor het vervaardigen van pulpproducten en werkwijze. Download PDFInfo
- Publication number
- NL2009611C2 NL2009611C2 NL2009611A NL2009611A NL2009611C2 NL 2009611 C2 NL2009611 C2 NL 2009611C2 NL 2009611 A NL2009611 A NL 2009611A NL 2009611 A NL2009611 A NL 2009611A NL 2009611 C2 NL2009611 C2 NL 2009611C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- mold
- suction chamber
- wall
- perforations
- outside
- Prior art date
Links
Classifications
-
- D—TEXTILES; PAPER
- D21—PAPER-MAKING; PRODUCTION OF CELLULOSE
- D21J—FIBREBOARD; MANUFACTURE OF ARTICLES FROM CELLULOSIC FIBROUS SUSPENSIONS OR FROM PAPIER-MACHE
- D21J7/00—Manufacture of hollow articles from fibre suspensions or papier-mâché by deposition of fibres in or on a wire-net mould
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Manufacturing & Machinery (AREA)
- Paper (AREA)
Description
P99547NL00
Titel: Mal voor het vervaardigen van pulpproducten en werkwijze
De uitvinding heeft betrekking op een mal voor het vervaardigen van pulpproducten, omvattende een aanzuigkamer voorzien van een wand met perforaties voor het via de perforaties binnenwaarts zuigen van vloeistof naar de aanzuigkamer, voorts omvattende een gaas, op gesteld aan 5 de buitenzijde van de wand en in hoofdzaak evenwijdig daaraan.
Een dergelijke mal is bekend voor het produceren van een groot aantal identieke pulpproducten. Hierbij wordt de mal inclusief het gaas ondergedompeld in een vloeistof met pulp, bijvoorbeeld water met papierpulp. De vloeistof wordt via de perforaties naar binnen, in de 10 aanzuigkamer gezogen zodat het pulp nabij het gaas ophoopt. Wanneer zich voldoende pulp bij het gaas bevindt, wordt de mal uit de vloeistof gehaald, en kan het pulpproduct van het gaas van de mal worden verwijderd. Daarna is de mal gereed voor vervaardiging van een volgend pulpproduct. Het verwijderde pulpproduct wordt eventueel nabehandeld voor het verkrijgen 15 van een product in vaste vorm.
Bij het scheiden van pulpproduct en gaas loopt eerst de vloeistof uit de aanzuigkamer. Daarna wordt een overdruk in de aanzuigkamer aangebracht, zodat een luchtlaagje wordt opgebouwd tussen de buitenzijde van de aanzuigkamer en de aangezogen pulp. Zo laten pulpproduct en mal 20 elkaar los.
De uitvinding beoogt een mal te verkrijgen van de in de aanhef genoemde soort, waarbij met behoud van de voordelen, een voordeliger productieproces kan worden bereikt. In het bijzonder wordt een mal beoogd waarbij de productietijd kan worden verkort. Overeenkomstig een aspect 25 van de uitvinding heeft althans een deel van de perforaties aan de binnenzijde van de wand een groter doorstroomoppervlak dan aan de buitenzijde van de wand.
2
Door het doorstroomoppervlak aan de binnenzijde groter te kiezen dan aan de buitenzijde van de mal stroomt de vloeistof sneller uit de aanzuigkamer, na de mal uit de vloeistof te hebben gehaald. Immers, de stromingsweerstand in de perforaties is nu geringer. Bijgevolg kan het 5 losmaken van het pulpproduct eveneens sneller plaatsvinden, hetgeen tot een aanzienlijk snellere cyclus, en daarmee tot een kortere productietijd leidt.
De uitvinding heeft ook betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van pulpproducten.
10 Verdere voordelige uitvoeringsvormen van de uitvinding zijn weergegeven in de volgconclusies.
De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van uitvoeringsvoorbeelden die in de tekening zijn weergegeven. In de tekening toont: 15 Figuur 1 een schematisch aanzicht van een dwarsdoorsnede van een mal overeenkomstig de uitvinding;
Figuur 2 een schematisch detailaanzicht van de binnenzijde van de wand van de mal van Figuur 1;
Figuur 3 een schematisch detailaanzicht van een dwarsdoorsnede 20 van de wand van de mal van Figuur 1;
Figuur 4 een schematisch aanzicht van een dwarsdoorsnede van een andere mal overeenkomstig de uitvinding, en
Figuur 5 een schematisch detailaanzicht van de buitenzijde van nog een andere mal overeenkomstig de uitvinding.
25 De figuren zijn slechts een schematische weergave van voorkeursuitvoeringen van de uitvinding. In de figuren zijn gelijke of corresponderende onderdelen met dezelfde verwijzingscijfers aangegeven.
Figuur 1 toont een schematisch aanzicht dwarsdoorsnede van een mal 1 overeenkomstig de uitvinding. De mal 1 heeft een aanzuigkamer 2. De 30 kamer 2 heeft een wand die is uitgevoerd als een bodemwand 3, een zijwand 3 4 en een bovenwand 5. De mal is voorts voorzien van een gaas 30, opgesteld aan de buitenzijde van de wand en in hoofdzaak evenwijdig daaraan. De wand is voorzien van perforaties 6a,b waarvan een aantal zijn getoond in Fig. 1. De perforaties 6a, b dienen voor het binnenwaarts zuigen van 5 vloeistof naar de aanzuigkamer 2 zoals hieronder in meer detail is beschreven.
De perforaties hebben een specifieke structuur. In de uitvoeringsvorm zoals getoond in Fig. 1 zijn de perforaties 6a,b conisch gevormd, zodanig dat het doorstroomoppervlak Di aan de binnenzijde 7 van 10 de wand 3, 4 groter is dan het doorstroomoppervlak Du aan de buitenzijde 8 van de wand 3, 4. Aldus neemt het doorstroomoppervlak van de perforaties 6a,b toe, bezien vanaf de buitenzijde 8 van de aanzuigkamer naar de binnenzijde 7 van de aanzuigkamer 2. Hierdoor blijft de vloeistof relatief kort achter in die perforaties 6a,b bij het leeglopen van de aanzuigkamer, 15 tijdens het verwijderen van het pulpproduct ten opzichte van de mal 1.
Opgemerkt wordt dat de perforaties 6a,b ook voor een deels conisch gevormd kunnen zijn, en deels anders, bijvoorbeeld met een constante diameter. Zo is een kanaal gevormd dat althans plaatselijk verbreedt. Ook kunnen de perforaties een niet-conisch profiel hebben, bijvoorbeeld een 20 trompetvormig profiel, echter zodanig dat de perforaties 6a,b aan de binnenzijde van de wand 3, 4 een groter doorstroomoppervlak hebben dan aan de buitenzijde van de wand 3, 4. Voorts kan een deel van de perforaties zijn gevormd zoals hierboven beschreven, en een ander deel op conventionele wijze, met constante diameter in de gehele perforatie.
25 Figuur 2 toont een schematisch detailaanzicht van de binnenzijde van de wand 3, 4 van de mal 1 van Figuur 1. De conische profielen van de perforaties 6a,b zijn zeskantig uitgevoerd, zodat een honingraadstructuur is verkregen. De wanden 9 van de perforatiekanalen 6 sluiten zo op elkaar aan en maken een compacte opbouw mogelijk. In Fig. 2 is naast de 30 uitstroomopening 10b, gevormd door het doorstroomoppervlak Di aan de 4 binnenzijde 7 van de wand, eveneens de instroomopening 10a, gevormd door het doorstroomoppervlak aan de buitenzijde 8 van de wand, zichtbaar. Opgemerkt wordt dat de wandprofielen van de perforaties ook een andere geometrie kunnen hebben, bijvoorbeeld een vierkant, een driehoek of een 5 cirkel.
In de wand 3, 4, 5 van de mal 1 is bovendien een eerste en een tweede kanalennetwerk 11; 12 voorzien voor het genereren van overdruk aan de buitenzijde 8 van de aanzuigkamer 2. De kanalennetwerken 11; 12 zijn afzonderlijk van elkaar uitgevoerd en hebben elk een eerste uiteinde 13; 10 14, stroomopwaarts, voor aansluiting op een overdrukkanaal 15; 16, en een meervoudig aantal tweede uiteinden 17, 18; 19, 20, stroomafwaarts, gevormd als openingen aan de buitenzijde 8 van de aanzuigkamer 2.
Figuur 3 toont een schematisch detailaanzicht van een dwarsdoorsnede van de wand 4 van de mal 1, waarin twee perforaties 6 en 15 een tweede uiteinde 17 van het eerste kanalennetwerk 11 in meer detail zichtbaar is.
Door via het eerste en tweede kanalennetwerk 11; 12 een overdruk aan de buitenzijde van de aanzuigkamer te genereren kan de op te bouwen druk, en daarmee de kracht waarmee het pulp wordt ‘afgeblazen’, worden 20 gedoseerd. Een geschikte dosering van de op te bouwen druk levert een stabieler productieproces op omdat de kans van defecten, zoals het optreden van scheuren in het pulpproduct, kan worden verkleind. Bovendien kan het productieproces beter worden geoptimaliseerd. Zo kan scheuren van het product worden tegengegaan door extra druk op de bodemwand uit te 25 oefenen en juist een geringere druk op de zijwand.
In een specifieke uitvoeringsvorm kan het scheidingsproces tussen mal 1 en pulpproduct verder worden versneld. Immers, het genereren van een luchtlaagje tussen pulpproduct en mal kan in principe door de gescheiden structuur al worden gestart voordat al het vloeistof uit de kamer 30 2 is weggelekt. Dit verbetert de snelheid en betrouwbaarheid van het 5 scheidingsproces verder. Bijgevolg kan de productiesnelheid van de pulpproducten significant worden vergroot.
Op gemerkt wordt dat de wand 3, 4, 5 een ander aantal kanalennetwerken kan omvatten, bijvoorbeeld drie, vier of meer 5 kanalennetwerken. Ook kan de wand slechts één kanalennetwerk omvatten. Verder kan één of een meervoudig aantal kanalennetwerken althans gedeeltelijke aangebracht zijn op een andere locatie van de mal, bijvoorbeeld aan de binnenzijde van de wand, niet erin. Door een meervoudig aantal kanalennetwerken te implementeren kunnen verschillende wandsegmenten 10 met een verschillend overdrukprofiel worden bediend. De kanalennetwerken kunnen overdruk genereren op specifieke delen aan de buitenzijde van de kamer die zijn geassocieerd met de respectievelijke kanalennetwerken. Zo heeft in het getoonde uitvoeringsvoorbeeld het eerste kanalennetwerk 11 tweede uiteinden, openingen, in de zijwand 4, terwijl het tweede 15 kanalennetwerk 12 tweede uiteinden, openingen, heeft in de bodemwand 3 van de mal 1. De verschillen in overdrukprofiel kunnen bijvoorbeeld betrekking hebben op het tijdsverloop, of op de kracht van de drukopbouw. Zo kan de overdruk ter plaatse van de bodemwand 3 later worden opgebouwd dan op de zijwand 4, of juist andersom. Ook kan de drukkracht 20 afzonderlijk worden ingesteld, bijvoorbeeld een grotere drukkracht op de zijwand, in vergelijking met de bodemwand, of juist andersom. De drukkracht kan bijvoorbeeld worden ingesteld door een specifieke keuze van de geometrie van de tweede uiteinden 17, 18; 19, 20, de openingen aan de buitenzijde van de wand.
25 Voor het genereren van verschillende overdrukprofielen kunnen de openingen van de beide netwerken 11, 12 of de openingen van één specifiek netwerk 11, 12 aan de buitenzijde 8 van de aanzuigkamer verschillende afmetingen hebben. Daarnaast kan een kanalennetwerk deelnetwerken hebben met een onderling verschillend doorstroomoppervlak. De locale 6 diameter beïnvloedt zodoende de op gebouwde druk aan het tweede uiteinde, stroomafwaarts.
In een specifieke uitvoeringsvorm van de mal kan de wand overigens zonder kanalennetwerk zijn gerealiseerd, bijvoorbeeld voor het 5 verkrijgen van een gewenste eenvoudige structuur.
Hierbij wordt opgemerkt dat een hierboven beschreven kanalennetwerk niet alleen kan worden toegepast in combinatie met de mal volgens conclusie 1, maar ook meer algemeen in combinatie met een mal voor het vervaardigen van pulpproducten, omvattende een aanzuigkamer 10 voorzien van een wand met perforaties voor het via de perforaties binnenwaarts zuigen van vloeistof naar de aanzuigkamer.
De mal 1 omvat voorts een enkelvoudig aansluitstuk 21 dat is aangesloten op de kamer 2. Het aansluitstuk 21 heeft een aanzuigkanaal 22 dat via een aanzuigopening 23 in de wand van de kamer 2 is aangesloten op 15 de kamer 2 voor het genereren van een onderdruk in de kamer 2. Het aansluitstuk 21 heeft ook een eerste en een tweede overdrukkanaal 15, 16 voor aansluiting op het eerste uiteinde 13, 14 van respectievelijk het eerste en tweede kanalennetwerk 11, 12.
Het aansluitstuk 21 en de aanzuigkamer 2 zijn integraal gevormd. 20 In principe kunnen het aansluitstuk 21 en de aanzuigkamer 2 ook separaat zijn geproduceerd, en via verbindingsmiddelen met elkaar zijn verbonden. De aanzuigkamer 2 omsluit een afgesloten ruimte. De aanzuigkamer 2 kan integraal zijn gevormd of uit afzonderlijke delen, bijvoorbeeld uit een komvormig deel een dekselvormig deel dat permanent of losneembaar aan 25 het komvormige deel is bevestigd.
De specifieke implementatie van de mal kan ook anders worden gekozen, bijvoorbeeld zodanig dat het overdrukkanaal of de overdrukkanalen afzonderlijke zijn vervaardigd en aangesloten op de afzuigkamer, en/of dat het aanzuigkanaal separaat is vervaardigd en 30 aangesloten op de afzuigkamer.
7
Zoals getoond in Fig. 1 omvat de aanzuigkamer voorts een ruimte-innemend object 25 dat de kamer 2 althans gedeeltelijk opvult. Hierdoor versnelt het leeglopen van de aanzuigkamer verder, tijdens het scheidingsproces van pulpproduct en mal. Immers het totale volume 5 vloeistof in de kamer is nu geringer. Ook zal het aanzuigproces van de vloeistof, bij onderdompeling in de vloeistof, eerder starten. Bijgevolg neemt de productsnelheid verder toe. Optioneel strekt één of een meervoudig aantal van de kanaalnetwerken 11, 12 zich althans gedeeltelijk uit door het ruimte-innemend object 25.
10 Optioneel is de wand 3, 4, 5 van de aanzuigkamer 2 voorts voorzien van afgesloten inwendige holtes 26 zoals getoond in Fig. 1 zodat bespaart kan worden op gewicht en kostprijs van de mal.
Op gemerkt wordt dat een aanzuigkamer met een ruimte-innemend object of met een wand die is voorzien van afgesloten inwendige holtes niet 15 alleen kan worden toegepast in combinatie met de mal volgens conclusie 1, maar ook meer algemeen in combinatie met een mal voor het vervaardigen van pulpproducten, omvattende een aanzuigkamer voorzien van een wand met perforaties voor het via de perforaties binnenwaarts zuigen van vloeistof naar de aanzuigkamer.
20 Over het algemeen gaat de productie van pulpproducten als volgt in zijn werk. Allereerst wordt voorzien in een hierboven beschreven mal 1. Zoals hierboven beschreven is de mal voorzien van een gaas 30 aan de buitenzijde 8 van de wand 3, 4, 5 van de aanzuigkamer 2. De mal 1 inclusief het gaas 30 wordt ondergedompeld in een vloeistof met pulp. Vervolgens 25 wordt gedurende een bepaalde tijdsperiode vloeistof in de aanzuigkamer 2 aangezogen, via de perforaties 6. Als er voldoende pulp 31 aanwezig is bij het metaalgaas 30 wordt de mal 1 uit het vloeistofbad gehaald. De tegen het gaas 30 gezogen pulp 31 wordt van het gaas 30 gescheiden.
Bij het scheiden van het pulpproduct ten opzichte van de 30 buitenzijde 8 van de wand 3, 4, 5 wordt via de afzonderlijke netwerken een 8 overdruk op de buitenzijde van de wand aangebracht. De mal 1 kan hierbij worden omgekeerd, zodat de vloeistof gemakkelijker de aanzuigkamer 2 kan uitstromen.
Het gaas 30 kan vervaardigd zijn uit een metaal en/of een ander 5 materiaal, bijvoorbeeld kunststof. Bij voorkeur is het gaas 30 zodanig aan de wand 3, 4 aangebracht dat vervanging ervan mogelijk is, bijvoorbeeld na overmatige slijtage van het gaas 30. Door het gaas 30 losneembaar uit te voeren kan vervanging eenvoudig worden uitgevoerd.
Figuur 4 toont een schematisch aanzicht van een dwarsdoorsnede 10 van een andere mal 1 overeenkomstig de uitvinding. De mal 1 heeft een enigszins complexere vorm. Opgemerkt wordt dat de geometrie van de mal kan variëren. Zo kan de mal bijvoorbeeld rotatiesymmetrisch zijn.
Figuur 5 toont een schematisch detailaanzicht van de buitenzijde van nog een andere mal overeenkomstig de uitvinding. De perforaties 6a, 6b 15 zijn aan de buitenzijde van de wand 3, 4, 5, nabij de instroomopening 10a, voorzien van blokkademiddelen ter ondersteuning van het gaas 30. Hierdoor wordt tegengegaan dat het gaas 30 de perforatiekanalen in wordt gezogen. Bij voorkeur zijn relatief grote perforaties voorzien van dergelijke blokkademiddelen. In de getoonde uitvoeringsvorm zijn de blokkademiddelen 20 uitgevoerd als doorlopende structuren die integraal zijn gevormd met de wand 3, 4, 5. De doorlopende structuren zijn bijvoorbeeld kruisvormig 40 en verdelen aldus de instroomopening 10a in vier deel-instroomopeningen 41-44 of stervormig 50, met bijvoorbeeld drie zich radiaal uitstrekkende benen, een Y-profiel, en verdelen aldus de instroomopening 10a in drie deel-25 instroomopeningen 51-53. Uiteraard zijn ook andere geometrieën mogelijk, bijvoorbeeld een enkele doorgaande strook die de instroomopening 10a in twee deel-instroomopeningen verdeelt of een stervormig profiel met vijf zich radiaal uitstrekkende benen. Voorts kunnen de blokkademiddelen separaat gevormd zijn, bijvoorbeeld als een kruisvormig element dat klemmend in 30 een perforatie is op genomen.
9
In een voordelige uitvoeringsvorm overeenkomstig de uitvinding waarbij van tenminste twee perforaties de debietcapaciteit onderling verschilt. Door perforaties met verschillende debietcapaciteit te realiseren is de hoeveelheid vloeistof die in de aanzuigfase door beide perforaties stroomt 5 ook verschillend. Zo varieert de lokale hoeveelheid vloeistof die door de perforaties de aanzuigkamer 2 instroomt. Door de hoeveelheid vloeistofstroom plaatselijk te reguleren kan de aangroei van pulp eveneens plaatselijk worden gestuurd. Op voordelige wijze kunnen andere perforaties ook onderling verschillende debietcapaciteiten hebben. Zo kan een 10 pulpproduct worden gerealiseerd met een variërende wanddikte, zodat een efficiënter gebruik van de grondstof wordt behaald. Immers, slechts de onderdelen van het pulpproduct die relatief zwaar mechanisch worden belast, kunnen dan extra zwaar, dik, uitgevoerd worden. De minder belaste onderdelen van het pulpproduct kunnen relatief licht, dun, uitgevoerd 15 worden. Dit levert een significante besparing in grondstof op. In een concrete uitvoeringsvorm kan een bodemwand bijvoorbeeld met relatief veel pulp aangroeien terwijl een zijwand bijvoorbeeld met relatief weinig pulp aangroeit. De bodemwand heeft dan perforaties met een relatief groot debiet terwijl de zijwand perforaties heeft met een relatief gering debiet. In een 20 praktische uitvoeringsvorm zijn de perforaties onderverdeeld in verschillende klassen waarbij per klasse de debietcapaciteit constant is, terwijl de grootte van de debietcapaciteit van perforaties uit verschillende klassen varieert.
De debietcapaciteit kan bijvoorbeeld worden ingesteld door een 25 keuze van de geometrie van de perforatie en/of van de afmetingen zoals de diameter van een cylindervormige perforatie met een constante cirkelvormige dwarsdoorsnede.
Op gemerkt wordt dat een ontwerp met tenminste twee perforaties waarvan de debietcapaciteit onderling verschilt niet alleen kan worden 30 toegepast in combinatie met de mal volgens conclusie 1, maar ook meer 10 algemeen in combinatie met een mal voor het vervaardigen van pulpproducten, omvattende een aanzuigkamer voorzien van een wand met perforaties voor het via de perforaties binnenwaarts zuigen van vloeistof naar de aanzuigkamer.
5 Daarnaast kan een eerste mal perforaties hebben met een eerste debietcapaciteit, terwijl een tweede mal perforaties heeft met een tweede debietcapaciteit, waarbij de eerste en tweede debietcapaciteit onderling verschilt. Hierdoor verschilt ook het debiet aan vloeistof, de hoeveelheid vloeistof per tijdseenheid, dat de perforaties doorstroomt. Wanneer beide 10 mallen gedurende dezelfde tijdsperiode in de vloeistof zijn gedompeld ontstaat toch een onderling verschillende aangroeidikte van het pulp. Immers, de hoeveelheid aangezogen vocht verschilt per perforatie. Zo kunnen bij gelijkblijvende aanzuigtijd, in één gang, pulpproducten met verschillende pulpdikte worden geproduceerd, hetgeen het beheer en de 15 efficiëntie van de productie aanzienlijk vereenvoudigt.
Opgemerkt wordt dat een productiesysteem omvattende tenminste twee mallen, waarbij een eerste mal is voorzien van perforaties met een eerste debietcapaciteit, terwijl een tweede mal is voorzien van perforaties met een tweede debietcapaciteit, waarbij de eerste en tweede 20 debietcapaciteit onderling verschilt, niet alleen kan worden toegepast in combinatie met de mal volgens conclusie 1, maar ook meer algemeen in combinatie met een mal voor het vervaardigen van pulpproducten, omvattende een aanzuigkamer voorzien van een wand met perforaties voor het via de perforaties binnenwaarts zuigen van vloeistof naar de 25 aanzuigkamer.
Om een kortere productietijd van een pulpproduct te bewerkstelligen kunnen overeenkomstig aspecten van de uitvinding verschillende mogelijkheden worden overwogen. Zo kan de debietcapaciteit van de perforaties worden vergroot, bijvoorbeeld door grotere perforaties toe 30 te passen. Overeenkomstig een ander aspect van de uitvinding kunnen de 11 perforaties aan de binnenzijde van de wand een groter doorstroomoppervlak hebben dan aan de buitenzijde van de wand. Verder kan overeenkomstig een nog ander aspect van de uitvinding de aanzuigkamer althans gedeeltelijk zijn opgevuld met een massief object, zodat de mal sneller 5 leegstroomt na uit het vloeistofbad te zijn genomen. De uitvinding is niet beperkt tot de hier beschreven uitvoeringsvoorbeelden. Vele varianten zijn mogelijk.
De mal kan worden vervaardigd uit een kunststof, bij voorkeur nylon, of uit andere grondstoffen, Op voordelige wijze kan de mal worden 10 geproduceerd met behulp van een driedimensionale printtechniek, ook bekend als 3D-rapid prototyping. Optioneel is het gaas integraal gevormd met de wand van de mal, bijvoorbeeld uit hetzelfde basismateriaal als de wand.
Dergelijke varianten zullen de vakman duidelijk zijn en worden 15 geacht te liggen binnen het bereik van de uitvinding zoals verwoord in de hiernavolgende conclusies.
Claims (23)
1. Mal voor het vervaardigen van pulpproducten, omvattende een aanzuigkamer voorzien van een wand met perforaties voor het via de perforaties binnenwaarts zuigen van vloeistof naar de aanzuigkamer, voorts omvattende een gaas, opgesteld aan de buitenzijde van de wand en in 5 hoofdzaak evenwijdig daaraan, waarbij althans een deel van de perforaties aan de binnenzijde van de wand een groter doorstroomoppervlak heeft dan aan de buitenzijde van de wand.
2. Mal volgens conclusie 1, waarbij het doorstroomoppervlak van althans een deel van de perforaties toeneemt, bezien vanaf de buitenzijde 10 van de aanzuigkamer naar de binnenzijde van de aanzuigkamer.
3. Mal volgens conclusie 1 of 2, waarbij althans een deel van de perforaties althans deels een conisch profiel heeft.
4. Mal volgens één der voorgaande conclusies, waarbij althans een deel van de doorstroomoppervlakken aan de binnenzijde van de 15 aanzuigkamer een honingraatstructuur vormt.
5. Mal volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de aanzuigkamer integraal is gevormd en een afgesloten volume omsluit.
6. Mal volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de wand van de aanzuigkamer een aanzuigopening omvat die aansluitbaar is op een 20 afzuigkanaal.
7. Mal volgens conclusie 6, waarbij de aanzuigkamer en het afzuigkanaal integraal zijn gevormd.
8. Mal volgens één der voorgaande conclusies, voorts omvattende een kanalennetwerk, bij voorkeur in of aan de wand van de aanzuigkamer, voor 25 het genereren van overdruk aan de buitenzijde van de aanzuigkamer, waarbij het kanalennetwerk een eerste uiteinde heeft, stroomopwaarts, voor aansluiting op een overdrukkanaal, en een meervoudig aantal tweede uiteinden, stroomafwaarts, gevormd als openingen aan de buitenzijde van de aanzuigkamer.
9. Mal volgens conclusie 8, waarbij de openingen van het kanalennetwerk aan de buitenzijde van de aanzuigkamer verschillende 5 afmetingen hebben.
10. Mal volgens conclusie 8 of 9, waarbij het kanalennetwerk deelnetwerken heeft met een onderling verschillend doorstroomoppervlak.
11. Mal volgens één der voorgaande conclusies 8-10, waarbij het afzuigkanaal en het overdrukkanaal in een enkelvoudig aansluitstuk zijn 10 geïntegreerd.
12. Mal volgens één der voorgaande conclusies 8-11, voorts omvattende een meervoudig aantal kanalennetwerken, bij voorkeur in of aan de wand van de aanzuigkamer, voor het genereren van overdruk aan met elk van de kanalennetwerken geassocieerde delen van de buitenzijde van de 15 aanzuigkamer.
13. Mal volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de aanzuigkamer althans gedeeltelijk is opgevuld met een massief object.
14. Mal volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de wand van de aanzuigkamer is voorzien van afgesloten inwendige holtes.
15. Mal volgens één der voorgaande conclusies, vervaardigd uit een kunststof, bij voorkeur nylon.
16. Mal volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het gaas losneembaar aan de wand van de mal is bevestigd.
17. Mal volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het gaas 25 integraal is gevormd met de wand van de mal.
18. Mal volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de perforaties aan de buitenzijde van de wand zijn voorzien van blokkademiddelen ter ondersteuning van het gaas.
19. Mal volgens één der voorgaande conclusies, waarbij van tenminste 30 twee perforaties de debietcapaciteit onderling verschilt.
20. Productiesysteem voor het vervaardigen van pulpproducten, omvattende tenminste twee mallen volgens één der voorgaande conclusies, waarbij een eerste mal is voorzien van perforaties met een eerste debietcapaciteit, terwijl een tweede mal is voorzien van perforaties met een 5 tweede debietcapaciteit, waarbij de eerste en tweede debietcapaciteit onderling verschilt.
21. Werkwijze voor het vervaardigen van pulpproducten, omvattende de stappen van: - het voorzien in een mal, omvattende een aanzuigkamer voorzien van een 10 wand met perforaties voor het via de perforaties binnenwaarts zuigen van vloeistof naar de aanzuigkamer, voorts omvattende een gaas, op gesteld aan de buitenzijde van de wand en in hoofdzaak evenwijdig daaraan, waarbij althans een deel van de perforaties aan de binnenzijde van de wand een groter doorstroomoppervlak heeft dan aan de buitenzijde van de wand, 15. het onderdompelen van de mal in een vloeistof met pulp, - het gedurende een tijdsperiode aanzuigen van vloeistof in de aanzuigkamer, via de perforaties, - het uit de vloeistof verwijderen van de mal, en - het scheiden van de pulp die tegen het gaas is aangezogen.
22. Werkwijze volgens conclusie 21, waarbij de stap van het scheiden het aanbrengen van een overdruk aan de buitenzijde van de wand van de aanzuigkamer omvat, via een afzonderlijk kanalennetwerk, in de wand van de aanzuigkamer.
23. Werkwijze volgens conclusie 22, waarbij de overdruk op 25 verschillende locaties aan de buitenzijde van de wand van de aanzuigkamer op onderlinge verschillende tijdstippen wordt opgebouwd.
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2009611A NL2009611C2 (nl) | 2012-10-11 | 2012-10-11 | Mal voor het vervaardigen van pulpproducten en werkwijze. |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2009611A NL2009611C2 (nl) | 2012-10-11 | 2012-10-11 | Mal voor het vervaardigen van pulpproducten en werkwijze. |
NL2009611 | 2012-10-11 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL2009611C2 true NL2009611C2 (nl) | 2014-04-14 |
Family
ID=47190097
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL2009611A NL2009611C2 (nl) | 2012-10-11 | 2012-10-11 | Mal voor het vervaardigen van pulpproducten en werkwijze. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL2009611C2 (nl) |
Citations (10)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR2270373A1 (nl) * | 1974-05-09 | 1975-12-05 | Int Paper Co | |
DE4424936A1 (de) * | 1993-07-14 | 1995-01-19 | Jujo Paper Co Ltd | Pulpepreßform und Herstellungsverfahren für diese und geformter Pulpeartikel und Herstellungsverfahren für diesen |
GB2284380A (en) * | 1993-11-09 | 1995-06-07 | Bowater Plc | Process for making pulp mouldings |
JPH08218300A (ja) * | 1995-02-10 | 1996-08-27 | Sintokogio Ltd | パルプモ−ルド成形用型 |
JPH09195200A (ja) * | 1996-01-25 | 1997-07-29 | Noritake Co Ltd | パルプ繊維成形体用抄造型、パルプ繊維成形体の成形方法、およびパルプ繊維成形体 |
JP2001098500A (ja) * | 1999-09-27 | 2001-04-10 | Kawasaki Heavy Ind Ltd | 湿式抄紙用金型 |
EP1219748A1 (en) * | 1999-08-04 | 2002-07-03 | Kao Corporation | Molded body with projected part, dry mold for manufacturing the molded body, and method and device for manufacturing the molded body |
US6576089B1 (en) * | 1999-03-26 | 2003-06-10 | Kao Corporation | Paper making mold for pulp mold molding production and method and device for producing pulp mold molding |
JP2004052164A (ja) * | 2002-07-22 | 2004-02-19 | Mitsui Eng & Shipbuild Co Ltd | 抄造成形方法およびその装置 |
WO2006057609A1 (en) * | 2004-11-26 | 2006-06-01 | Pakit International Trading Company Inc | Pulp mould and use of pulp mould |
-
2012
- 2012-10-11 NL NL2009611A patent/NL2009611C2/nl not_active IP Right Cessation
Patent Citations (10)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR2270373A1 (nl) * | 1974-05-09 | 1975-12-05 | Int Paper Co | |
DE4424936A1 (de) * | 1993-07-14 | 1995-01-19 | Jujo Paper Co Ltd | Pulpepreßform und Herstellungsverfahren für diese und geformter Pulpeartikel und Herstellungsverfahren für diesen |
GB2284380A (en) * | 1993-11-09 | 1995-06-07 | Bowater Plc | Process for making pulp mouldings |
JPH08218300A (ja) * | 1995-02-10 | 1996-08-27 | Sintokogio Ltd | パルプモ−ルド成形用型 |
JPH09195200A (ja) * | 1996-01-25 | 1997-07-29 | Noritake Co Ltd | パルプ繊維成形体用抄造型、パルプ繊維成形体の成形方法、およびパルプ繊維成形体 |
US6576089B1 (en) * | 1999-03-26 | 2003-06-10 | Kao Corporation | Paper making mold for pulp mold molding production and method and device for producing pulp mold molding |
EP1219748A1 (en) * | 1999-08-04 | 2002-07-03 | Kao Corporation | Molded body with projected part, dry mold for manufacturing the molded body, and method and device for manufacturing the molded body |
JP2001098500A (ja) * | 1999-09-27 | 2001-04-10 | Kawasaki Heavy Ind Ltd | 湿式抄紙用金型 |
JP2004052164A (ja) * | 2002-07-22 | 2004-02-19 | Mitsui Eng & Shipbuild Co Ltd | 抄造成形方法およびその装置 |
WO2006057609A1 (en) * | 2004-11-26 | 2006-06-01 | Pakit International Trading Company Inc | Pulp mould and use of pulp mould |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
EP2392225B1 (en) | Process for preparing tablet powder or poured cosmetic products | |
RU2688697C1 (ru) | Способ и машина для изготовления сырых изделий из керамического и / или металлического материала по технологии аддитивного производства | |
JP2020182952A (ja) | セラミックフィルタ | |
Devendran et al. | Separation of particles using acoustic streaming and radiation forces in an open microfluidic channel | |
JP6589072B2 (ja) | 3次元プリンタ用の微粉末リコータ | |
US11969913B2 (en) | Method for material additive manufacturing of an inorganic filter support from a hot-melt composition and resulting membrane | |
US20160107386A1 (en) | Device and method for constructing a laminar body comprising at least one position-adjustable body defining the working area | |
CN108601496A (zh) | 用于从空气和流体中分离颗粒的装置、方法和系统 | |
CN107848020A8 (zh) | 通过增材制造复合材料整体模具来直接浇铸铸造元件的方法和系统 | |
JP2018530427A5 (nl) | ||
RU2017107769A (ru) | Новые геометрические формы многоканальных трубчатых элементов, предназначенных для тангенциальной сепарации, содержащих встроенные усилители турбулентности, и способ их изготовления | |
CA2569222A1 (en) | Process for producing nanoparticle or nanostructure with use of nanoporous material | |
CN108468654A (zh) | 一种半开式叶轮及其制造方法 | |
NL2009611C2 (nl) | Mal voor het vervaardigen van pulpproducten en werkwijze. | |
JP4483673B2 (ja) | セラミック成形体の製造方法および製造装置 | |
WO2018013091A1 (en) | Bead packing in microfluidic channels | |
US9896945B2 (en) | Process of producing a ceramic matrix composite turbine bucket, insert for a ceramic matrix composite turbine bucket and ceramic matrix composite turbine bucket | |
CN103212226B (zh) | 微孔滤膜过滤器 | |
CN206854052U (zh) | 一种新型分沙和均匀可控出沙装置 | |
TWI626954B (zh) | 利用抽氣過濾製備可溶性或生物可降解的高分子微針貼片的製法 | |
Ali | Anti-clogging drip irrigation emitter design innovation | |
Vecherkovskaya et al. | Comparative analysis of mathematical models forming filter elements | |
CN107206625B (zh) | 制造陶瓷蜂窝主体的方法和设备 | |
TW200840706A (en) | A filling shoe and method for powder filling and compaction | |
WO2018067178A1 (en) | Additive manufacturing system fluid ejector |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
MM | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20151101 |