NL2007243C2 - Inrichting voor het zeven van korrelvormig materiaal, combinatie van zeefinrichting en silo, en werkwijze voor het identificeren van een zeeforgaan in een dergelijke inrichting. - Google Patents

Inrichting voor het zeven van korrelvormig materiaal, combinatie van zeefinrichting en silo, en werkwijze voor het identificeren van een zeeforgaan in een dergelijke inrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL2007243C2
NL2007243C2 NL2007243A NL2007243A NL2007243C2 NL 2007243 C2 NL2007243 C2 NL 2007243C2 NL 2007243 A NL2007243 A NL 2007243A NL 2007243 A NL2007243 A NL 2007243A NL 2007243 C2 NL2007243 C2 NL 2007243C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
silo
mixing
screen member
information
type
Prior art date
Application number
NL2007243A
Other languages
English (en)
Inventor
Josephus Peter Hubertes Maria Roij
Erik Nieuwelaar
Original Assignee
Helmondse Internationale Levensmiddelen Holding B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Helmondse Internationale Levensmiddelen Holding B V filed Critical Helmondse Internationale Levensmiddelen Holding B V
Priority to NL2007243A priority Critical patent/NL2007243C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2007243C2 publication Critical patent/NL2007243C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B07SEPARATING SOLIDS FROM SOLIDS; SORTING
    • B07BSEPARATING SOLIDS FROM SOLIDS BY SIEVING, SCREENING, SIFTING OR BY USING GAS CURRENTS; SEPARATING BY OTHER DRY METHODS APPLICABLE TO BULK MATERIAL, e.g. LOOSE ARTICLES FIT TO BE HANDLED LIKE BULK MATERIAL
    • B07B13/00Grading or sorting solid materials by dry methods, not otherwise provided for; Sorting articles otherwise than by indirectly controlled devices
    • B07B13/14Details or accessories
    • B07B13/18Control
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B01PHYSICAL OR CHEMICAL PROCESSES OR APPARATUS IN GENERAL
    • B01FMIXING, e.g. DISSOLVING, EMULSIFYING OR DISPERSING
    • B01F27/00Mixers with rotary stirring devices in fixed receptacles; Kneaders
    • B01F27/80Mixers with rotary stirring devices in fixed receptacles; Kneaders with stirrers rotating about a substantially vertical axis
    • B01F27/95Mixers with rotary stirring devices in fixed receptacles; Kneaders with stirrers rotating about a substantially vertical axis with stirrers having planetary motion, i.e. rotating about their own axis and about a sun axis
    • B01F27/953Mixers with rotary stirring devices in fixed receptacles; Kneaders with stirrers rotating about a substantially vertical axis with stirrers having planetary motion, i.e. rotating about their own axis and about a sun axis using only helical stirrers
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B07SEPARATING SOLIDS FROM SOLIDS; SORTING
    • B07BSEPARATING SOLIDS FROM SOLIDS BY SIEVING, SCREENING, SIFTING OR BY USING GAS CURRENTS; SEPARATING BY OTHER DRY METHODS APPLICABLE TO BULK MATERIAL, e.g. LOOSE ARTICLES FIT TO BE HANDLED LIKE BULK MATERIAL
    • B07B1/00Sieving, screening, sifting, or sorting solid materials using networks, gratings, grids, or the like
    • B07B1/18Drum screens
    • B07B1/22Revolving drums

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • Combined Means For Separation Of Solids (AREA)

Description

Korte aanduiding: Inrichting voor het zeven van korrelvormig materiaal, combinatie van zeefinrichting en silo, en werkwijze voor het identificeren van een zeeforgaan in een dergelijke inrichting.
5 BESCHRIJVING
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het zeven van korrelvormig materiaal.
De onderhavige uitvinding heeft verder betrekking op een combinatie van een inrichting voor het zeven volgens de uitvinding en een met diens 10 uitgangsopening op de aanvoeropening van de zeefinrichting aangesloten silo voor korrelvormig materiaal.
De onderhavige uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het identificeren van een zeeforgaan in een dergelijke inrichting.
De onderhavige uitvinding is in het bijzonder gericht op het zeven 15 van korrelvormig materiaal zoals kruiden, specerijen, additieven en hulpstoffen voor de levensmiddelenindustrie.
Een bekende inrichting voor het mengen van korrelvormig materiaal, waaronder tevens poedervormig materiaal wordt begrepen, betreft een menginrichting die is geopenbaard in US 3,109,633. Deze bekende menginrichting 20 heeft een omgekeerd-kegelvormige mengsilo met aan de onderzijde, ofwel ter plaatse van de top van de kegelvorm, een uitgangsopening voor het uit de silo afvoeren van materiaal en is aan de bovenzijde, ofwel ter plaatse van de basis van de kegelvorm, open waardoor een ingangsopening voor het in de silo brengen van materiaal is verschaft. De inrichting heeft verder een in de silo aangebrachte 25 mengschroef die rond diens langsas roteerbaar is voor het mengen van het materiaal in de silo.
Bij dergelijke menginrichtingen is het op zich bekend om stroomafwaarts van de uitgangsopening een zeefinrichting toe te passen om de deeltjesgrootte van de uit de mengsilo afgevoerde korrels te verkleinen dan wel te 30 reguleren. Deze zeefinrichting heeft een zeef die cilindervormig is waarbij de omtrekswand van doorgangen van een vooraf bepaalde grootte is voorzien, welke omtrekswand aldus als zeefmedium werkt. De zeef wordt hierbij rond diens langsas roterend aangedreven waardoor een efficiënte zeving van de korrels onder invloed 2 van middelpuntvliedende kracht, ofwel centrifugaalkracht plaatsvindt.
Een nadeel van deze bekende zeefinrichting is dat de inrichting onvoldoende betrouwbaar is. Het wisselen van de zeef bij omschakeling van de inrichting op een ander te zeven materiaal is foutgevoelig. Het in de inrichting 5 geplaatst zijn van een zeef van het verkeerde type kan leiden tot storing door verstopping en daarmee tevens tot stilstand van de inrichting. In dit kader wordt vermeld dat voor een bepaald materiaal of een mengsel van materialen een specifiek type zeef met voor dat materiaal of voor die materialen afgestemde zeefeigenschappen dient te worden gehanteerd. Indien een zeef met een te grove 10 maaswijdte in de inrichting aanwezig is kan het zijn dat de inrichting niet stilvalt, maar dat het materiaal onvoldoende fijn wordt gezeefd, hetgeen enerzijds zeer lastig te constateren is en anderzijds als consequentie heeft dat het gezeefde materiaal opnieuw dient te worden gezeefd, hetgeen veel extra tijd kost. In de levensmiddelenindustrie zijn er in het algemeen strenge eisen aan maximale 15 deeltjesgrootte in een korrelvormig materiaal.
Een doel van de onderhavige uitvinding is derhalve het verschaffen van een inrichting voor het zeven van korrelvormig materiaal, welke inrichting in hogere mate betrouwbaar is.
Het genoemde doel is bereikt met de inrichting volgens de 20 uitvinding, omvattende een aanvoeropening die is ingericht voor aansluiting op een uitgangsopening van een silo voor korrelvormig materiaal, bij voorkeur van een mengsilo voor het mengen van korrelvormig materiaal, waarbij de inrichting stroomafwaarts van de aanvoeropening een uitwisselbaar zeeforgaan heeft voor het zeven van materiaal, waarbij het zeeforgaan een contactloos identificeerbaar 25 identificatie-element omvat, waarbij de inrichting is voorzien van een uitlees-inrichting die is ingericht voor het contactloos uitlezen van het identificatie-element van het zeeforgaan ten behoeve van het identificeren van het in de inrichting aanwezige zeeforgaan.
Een voordeel van de inrichting volgens de uitvinding is dat door 30 toepassing van het contactloos identificeerbaar identificatie-element op het uitwisselbare zeeforgaan in combinatie met de uitlees-inrichting eenvoudig het in de inrichting aanwezige type zeeforgaan kan worden geïdentificeerd, en of überhaupt een zeeforgaan in de inrichting aanwezig is. De operator van de inrichting kan 3 vervolgens controleren of het type zeeforgaan overeenkomt met het gewenste type zeeforgaan op basis van gegevens over het te zeven korrelvormig materiaal.
Bovendien kan in een gunstige uitvoeringsvorm de informatie over het aanwezige zeeforgaan in een geheugen worden opgeslagen, bij voorkeur 5 gekoppeld aan informatie over het met dat zeeforgaan gezeefde of te zeven materiaal. Enerzijds is daarmee achteraf eenvoudig te controleren met welk zeeforgaan een batch materiaal is gezeefd en bovendien kan bij het ontdekken van een mankement aan het zeeforgaan eenvoudig worden vastgesteld welke batches materiaal met dat zeeforgaan zijn gezeefd sinds bijvoorbeeld een laatste inspectie of 10 wisseling daarvan. Met name in de levensmiddelenindustrie is deze informatie zeer waardevol.
Bij voorkeur omvat de inrichting een afsluitelement dat tussen de aanvoeropening en het zeeforgaan is geplaatst, welk afsluitelement in een gesloten stand het vanaf de aanvoeropening naar het zeeforgaan stromen van materiaal 15 blokkeert en dat in een open stand het vanaf de aanvoeropening naar het zeeforgaan stromen van materiaal vrijgeeft.
In een gunstige voorkeursuitvoeringsvorm heeft de inrichting besturingsmiddelen die werkzaam met de uitlees-inrichting zijn verbonden en hebben de besturingsmiddelen tevens invoermiddelen voor het in de besturingsmiddelen 20 invoeren van informatie over het te zeven materiaal en informatie over het gewenste bijbehorende type zeeforgaan. Hierdoor kan een operator bijvoorbeeld tijdens het zeven of direct voorafgaand aan het zeven nagaan of het juiste type zeeforgaan wordt gebruikt.
Bij voorkeur zijn de besturingsmiddelen tevens ingericht voor het 25 tussen de gesloten en de open stand verplaatsen van het afsluitelement, en hebben de besturingsmiddelen vergelijkingsmiddelen die zijn ingericht voor het vergelijken van de ingevoerde informatie over het gewenste type zeeforgaan met de door de uitlees-inrichting uitgelezen informatie over het in de inrichting aanwezige type zeeforgaan, waarbij de besturingsmiddelen zijn ingericht voor het op basis van de 30 vergelijking automatisch in de open stand plaatsen van het afsluitelement als een zeeforgaan van het ingevoerde type in de inrichting aanwezig is en het automatisch in de gesloten stand plaatsen van het afsluitelement als er geen zeeforgaan van het ingevoerde type in de inrichting aanwezig is. Hierdoor kan de inrichting in zeer hoge 4 mate autonoom in bedrijf zijn, waardoor de betrouwbaarheid bijzonder hoog is.
Het is verder gunstig indien de uitleesinrichting ter plaatse van het zeeforgaan, op een behuizingswand die het zeeforgaan omgeeft, is aangebracht.
Bij grote voorkeur is het identificatie-element een langs 5 elektromagnetische weg identificeerbaar identificatie-element. Met een dergelijk identificatie-element, in de Engelstalige vakliteratuur algemeen RFID-tag, “Radio Frequency IDentification-tag”, genoemd, kan een hoge mate van identificatie van het zeeforgaan worden gerealiseerd.
Het langs elektromagnetische weg identificeerbare identificatie-10 element omvat in een uitvoeringsvorm van de uitvinding een elektrische resonantiekring, bijvoorbeeld een hoogfrequent elektrische resonantiekring, die op een specifieke frequentie energie absorbeert. Het identificatie-element kan dan worden geïdentificeerd door met behulp van een geschikte detectie-inrichting, voorzien van een radiogolfzender, elektromagnetische energie naar het 15 detectie-element uit te stralen. Wanneer de frequentie van de uitgezonden radiogolf overeenkomt met die van het identificatie-element, wordt energie aan de radiogolf en dus aan de zender in de detectie-inrichting onttrokken, hetgeen langs elektrische weg kan worden gedetecteerd en aan de gebruiker van de detectie-inrichting kenbaar worden gemaakt, bijvoorbeeld optisch, akoestisch of anderszins.
20 Door detectie-elementen of RFID-tags met onderling verschillende resonantiefrequenties te gebruiken en een detectie-inrichting die een radiogolf kan uitzenden welke al deze frequenties omvat, kan draadloos en op afstand bijvoorbeeld informatie betreffende het type zeeforgaan zoals hierboven toegelicht eenvoudig worden vastgesteld. Voor dit doel geschikte RFID-tags en 25 detectie-inrichtingen zijn op zichzelf in de praktijk bekend en verkrijgbaar.
In een nog meer geavanceerde uitvoeringsvorm omvat het langs elektromagnetische weg identificeerbaar identificatie-element een geïntegreerde elektronische schakeling met hierin opgeslagen en langs elektromagnetische weg uitleesbare data.
30 Dergelijke, in de praktijk op zichzelf bekende, RFID-tags kunnen zowel van het passieve als van het actieve type zijn. Een passieve RFID-tag heeft geen eigen energievoorziening voor het voeden van de geïntegreerde elektronische schakeling, ofwel kortweg chip genoemd, maar onttrekt deze aan de radiogolf 5 waarmee het identificatie-element wordt uitgelezen. Een actieve RFID-tag heeft een eigen energievoorziening, in de vorm van een batterij en kan zelfstandig en/of op afroep zijn data draadloos aan een uitleesinrichting overdragen. Voor de onderhavige uitvinding hebben passieve RFID-tags de voorkeur, omdat deze ook na 5 lange tijd (vele jaren) uitleesbaar zijn.
De opgeslagen data kunnen op zichzelf informatie omvatten over een betreffend zeeforgaan en middels geschikte, in de praktijk bekende, programmeermiddelen in de chip worden opgeslagen.
In een weer verdere uitvoeringsvorm voorziet de uitvinding daarin, 10 dat de data een voor elk zeeforgaan unieke identificatie omvatten. Door deze identificatie in een computergestuurd administratiesysteem via een databestand te koppelen aan informatie van het zeeforgaan, zoals de maasgrootte / grofheid van het zeeforgaan, de productiedatum, het materiaal waarvoor het zeeforgaan in het bijzonder geschikt is, enz. kunnen na identificatie van het zeeforgaan de betreffende 15 gegevens gemakkelijk en zo nodig via telecommunicatie-middelen op locatie voor bijvoorbeeld controledoeleinden beschikbaar worden gesteld. Bij voorkeur zijn de identificatiedata in versleutelde vorm in de RFID-tag opgeslagen, om misbruik hiervan zoveel mogelijk te verhinderen. Voor dit doel geschikte cryptografische technieken zijn op zichzelf in de praktijk beschikbaar.
20 Bij voorkeur is het zeeforgaan door een aandrijfelement roterend aandrijfbaar, en is het zeeforgaan ingericht voor het in bedrijf ten minste onder invloed van middelpuntvliedende kracht zeven van materiaal.
De onderhavige uitvinding heeft tevens betrekking op een combinatie van een hierboven omschreven inrichting voor het zeven volgens de 25 uitvinding en een met diens uitgangsopening op de aanvoeropening van de zeefinrichting aangesloten silo voor korrelvormig materiaal, waarbij de uitgangsopening van de silo aan de onderzijde van de silo is voorzien voor het afvoeren van materiaal, de silo verder omvattende aan de bovenzijde een ingangsopening voor het in de silo brengen van materiaal.
30 In een gunstige voorkeursuitvoeringsvorm betreft de silo een mengsilo waarin mengmiddelen zijn aangebracht voor het mengen van materiaal in de mengsilo, welke mengsilo bij voorkeur althans in hoofdzaak omgekeerd-kegelvormig is.
6
Bij voorkeur heeft de inrichting een in de mengsilo aangebrachte mengarm die rond diens langsas roteerbaar is, welke mengarm bij voorkeur schroefvormig is.
Het is hierbij gunstig indien de langsas van de mengarm zich langs 5 de kegelvormige wand van de mengsilo, in de mengsilo uitstrekt, waarbij de mengarm ter plaatse van een hoger gelegen uiteinde ervan aan een dwarsarm die zich tussen de mengarm en een centraal ophangpunt uitstrekt, waarbij de inrichting bij voorkeur een aandrijfeenheid heeft voor het via de dwarsarm roterend aandrijven van de mengarm, waarbij de mengarm via een in hoofdzaak haakse koppeling met 10 de dwarsarm is verbonden, en waarbij bij verdere voorkeur de aandrijfeenheid tevens is ingericht voor het rond de langsas van de silo roteren van de dwarsarm.
Voor het verkrijgen van een efficiënte menging van het materiaal, waaronder overigens tevens wordt begrepen het mengen van meerdere materiaalsoorten, is het gunstig indien de langsas van de mengarm zich langs de 15 kegelvormige wand van de mengsilo, in de mengsilo uitstrekt. Aldus is de mengarm direct nabij de wand gelegen, hetgeen de menging ten goede komt.
Het is gunstig indien de mengarm schroef-vormig is.
De onderhavige uitvinding heeft verder betrekking op een werkwijze voor het identificeren van een zeeforgaan in een bovenomschreven inrichting 20 volgens de uitvinding, omvattende de stappen van het sturen van de uitlees-inrichting voor het uitlezen van een identificatie-element van een zeeforgaan, het contactloos uitlezen van informatie van het identificatie-element met de uitlees-inrichting, en het verwerken van de uitgelezen informatie voor het identificeren van het in de inrichting aanwezige zeeforgaan.
25 Bij voorkeur omvat de inrichting verder een afsluitelement dat tussen de aanvoeropening en het zeeforgaan is geplaatst, welk afsluitelement in een gesloten stand het vanaf de aanvoeropening naar het zeeforgaan stromen van materiaal blokkeert en dat in een open stand het naar het zeeforgaan stromen van materiaal vrijgeeft, de werkwijze verder omvattende de stap van het op basis van 30 door de uitlees-inrichting uitgelezen informatie over het in de inrichting aanwezige type zeeforgaan in de open stand plaatsen van het afsluitelement indien een zeeforgaan van het gewenste type aanwezig is, of het in de gesloten stand plaatsen van het afsluitelement indien geen zeeforgaan van het gewenste type aanwezig is.
7
Het is verder gunstig indien de werkwijze verder de stappen omvat van het in besturingsmiddelen van de inrichting invoeren van informatie over het te zeven materiaal en informatie over het gewenste type zeeforgaan, het met de besturingsmiddelen vergelijken van door de uitlees-inrichting uitgelezen informatie 5 over het in de inrichting aanwezige type zeeforgaan met ingevoerde informatie over het gewenste type zeeforgaan, en het door de besturingsmiddelen automatisch in de open stand plaatsen van het afsluitelement indien een zeeforgaan van het ingevoerde type aanwezig is, of het in de gesloten stand plaatsen van het afsluitelement indien geen zeeforgaan van het ingevoerde type aanwezig is.
10 Voordelen van de werkwijze volgens de uitvinding zijn analoog aan de hierboven besproken voordelen van de inrichting volgens de uitvinding.
De onderhavige uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van de beschrijving van een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding, onder verwijzing van de navolgende figuren, waarin 15 - Figuur 1 in driedimensionale weergave en schematisch een voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding toont in combinatie met een mengsilo, - Figuur 2 schematisch een voorkeursuitvoeringsvorm van een gedeelte van de zeefinrichting van de inrichting volgens figuur 1 in gedeeltelijk 20 opengewerkte toestand toont, en - Figuur 3 een stroomschema van een voorkeursuitvoeringsvorm van een werkwijze volgens de uitvinding toont.
Figuur 1 toont een voorkeursuitvoeringsvorm van een menginrichting 1 met een mengsilo 2 voor het mengen van korrelvormig materiaal voor 25 samenwerking met een zeefinrichting volgens de uitvinding of als onderdeel van een combinatie van mengsilo en zeefinrichting volgens de uitvinding. Menginrichting 1 heeft een mengsilo 2 die omgekeerd-kegelvormig is, ofwel trechtervormig is. Aan de onderzijde heeft de mengsilo 2 een uitgangsopening 3. Ter plaatse van de uitgangsopening 3 is een klep 4 aangebracht die verplaatsbaar is tussen een 30 gesloten stand, waarin materiaal niet uit de mengsilo kan stromen, en een open stand, die de uitgangsopening vrijgeeft zodat materiaal uit de mengsilo 2 kan stromen. Onder de klep 4 is een afvoerleiding 5, 6 voorzien. Stroomafwaarts van afvoerleiding 5, 6 is een hieronder nader te omschrijven zeefinrichting 30 8 aangebracht. In figuur 2 is de zeefinrichting 30 in meer detail en schematisch getoond. Zeefinrichting 30 is ingericht voor het zeven van materiaal dat uit de mengsilo 2 stroomt. In gebruik kan de mengsilo 2 inclusief klep 4 reeds op afvoerleiding 5, 6 en daarmee op een aanvoeropening 36 van de zeefinrichting 30 5 zijn aangesloten, of kan deze na het mengen, met gesloten klep 4, vanaf een andere positie naar de zeefinrichting 30 worden verplaatst en op de zeefinrichting 30 worden aangesloten.
Aan de bovenzijde van de mengsilo 2 is deze door een losneembaar deksel 10 afgesloten. Materiaal kan in de mengsilo worden gebracht via een op een 10 ingangsopening aangesloten materiaalaanvoerleiding 7. In de mengsilo 2 is een schroef-vormige mengarm 12 voorzien met een langsas 14 die zich parallel aan de kegelvormige wand van de mengsilo uitstrekt. De mengarm 12 is zodanig voorzien dat diens schroef juist langs de kegelvormige wand passeert, met een geringe spleet tussen de schroef en de wand. De mengarm 12 is ter plaatse van een hoger gelegen 15 uiteinde via een althans nagenoeg haakse koppeling 16 met een dwarsarm 18 verbonden. Dwarsarm 18 strekt zich vanaf de koppeling naar het centrum, d.w.z. naar de hartlijn 20, van de mengsilo 20. In het centrum is de dwarsarm 18 via een verdere haakse koppeling 22 met een aandrijfas verbonden die door het deksel 10 verloopt en welke aandrijfas met een op de mengsilo voorziene aandrijfeenheid 24 is 20 verbonden zodanig dat de mengarm 12 via de dwarsarm 18 door de aandrijfeenheid 24 roterend aandrijfbaar is. De aandrijfeenheid 24 omvat een aandrijfmotor 26 die via een overbrenging 28, bij voorkeur een riem-, ketting of tandwieloverbrenging, met de aandrijfas is verbonden. De aandrijfeenheid 24 is tevens ingericht voor het om de hartlijn 20 van de mengsilo roteren van het samenstel van de dwarsarm 18 en 25 mengarm 16. Aldus verplaatst de mengarm 12 in bedrijf langs het binnenoppervlak van de mengsilo 2 terwijl deze tevens om diens langsas 14 roteert.
In bedrijf wordt de mengsilo 2 via leiding 7 gevuld met een te mengen korrel-vormig materiaal, of met meerdere te mengen materialen, waaronder ook kan worden begrepen het mengen van een relatief grote hoeveelheid 30 korrelvormig (droog) materiaal met een relatief kleine hoeveelheid vloeibaar materiaal. Tijdens het vullen is klep 4 gesloten. Vervolgens wordt de mengarm 12 in bedrijf genomen en wordt het materiaal dan wel worden de materialen gedurende een bepaalde tijd gemengd. Indien het materiaal voldoende gemengd is wordt klep 4 9 geopend en stroomt het gemengde materiaal door het afvoerleidingstuk 6 naar de zeefinrichting 30. Het materiaal wordt gezeefd en vervolgens verder in zakken 47 afgevoerd door het via een op zeefinrichting 30 aangesloten trechter 45 naar een zakkenvulinrichting 46 te brengen. Via een transporteur 48 worden de gevulde 5 zakken naar een sealinrichting 49 getransporteerd, waarna de zakken verder worden afgevoerd.
De zeefinrichting 30 heeft een uitwisselbaar zeeforgaan 32 dat in het binnenste van een afgesloten cilindrisch buisstuk 34 is aangebracht. Zeeforgaan 32 is cilindrisch met een open bovenzijde en een gesloten onderzijde. De cilindrische 10 omtrekswand is van doorgangen voorzien waardoorheen materiaalkorrels van een vooraf bepaalde grootte nog kunnen passeren. Aan het stroomopwaarts uiteinde heeft buisstuk 34 een aanvoeropening 36 voor aansluiting van de zeefinrichting op afvoerleiding 6. Een omtrekswand die als flens is uitgevoerd van aanvoeropening 36 heeft een zodanig versmalde diameter dat deze op de open bovenzijde van het in 15 buisstuk 34 aangebrachte zeeforgaan aansluit, zodanig dat materiaal dat door afvoerleidingstuk 6 via de opening 36, via de open bovenzijde van het zeeforgaan 32 in het zeeforgaan 32 terecht komt zodat het gezeefd kan worden. Boven de aanvoeropening 36 heeft de inrichting een als klep uitgevoerd afsluitelement 31.
Zeeforgaan 32 is met diens gesloten onderzijde via een haakse 20 koppeling 38 en een aandrijfas 39 aansloten op een aandrijfmotor 40. Door bekrachtiging van de aandrijfmotor 40 kan zeeforgaan 32 om diens langsas 41 roterend worden aangedreven. Door het in bedrijf roterend aandrijven van het zeeforgaan 32 wordt zich in het zeeforgaan 32 bevindend materiaal effectief door de doorgangen in de cilindrische wand gedrongen onder invloed van 25 middelpuntvliedende kracht en daarmee gezeefd. Het gezeefde materiaal stroomt vervolgens neerwaarts uit het buisstuk 34 en wordt daarna verder afgevoerd naar trechter 45.
Het is relevant om voor een bepaald te mengen materiaal, bijvoorbeeld kruiden, een specifiek type zeeforgaan 32 toe te passen. Hiermee kan 30 een effectieve zeving van het materiaal naar een gewenste maximale korrelgrote worden verkregen. Om op een eenvoudige en effectieve wijze te controleren of, en zo ja, welk type zeeforgaan 32 is gemonteerd, is op de cilindrische wand 32 een RFID-tag aangebracht. Deze tag omvat informatie over het zeeforgaan zoals 10 bijvoorbeeld de maaswijdte ervan. Op buisstuk 34 is een uitleeseenheid 44 aangebracht die is ingericht voor het uitlezen van informatie uit de tag 42. Op deze wijze kan het type zeeforgaan 32 effectief worden bepaald door het met de uitleeseenheid 44 uitlezen van de tag 42.
5 Als alternatief voor toepassing van een RFID-tag kan bijvoorbeeld ook worden gedacht aan een barcode of QR-code, een magneetstrip of -strips, een inductief element of een optisch element.
De uitleeseenheid 44 kan in een eenvoudige uitvoeringsvorm op een visueel indicatiemiddel zoals een lichtbron zijn aangesloten. Hierbij kan de eenheid 10 44 zijn ingericht voor het doen oplichten van de lichtbron indien er geen zeeforgaan 42 aanwezig is. Een operator van de inrichting wordt hierdoor er op gewezen dat er geen zeving van materiaal kan plaatsvinden en dat hij bijvoorbeeld de inrichting niet in bedrijf dient te nemen, of geen materiaal in de inrichting dient te vullen, of klep 31 die het naar het zeeforgaan 32 stromen van materiaal blokkeert, niet dient te openen 15 totdat er een zeeforgaan is geïnstalleerd. Alternatief kan bijvoorbeeld een geluidsbron worden toegepast.
In een verdere uitvoeringsvorm kan de inrichting zijn voorzien van besturingsmiddelen die werkzaam met de uitlees-inrichting zijn verbonden en tevens invoermiddelen hebben voor het in de besturingsmiddelen invoeren van informatie 20 over het te zeven materiaal en informatie over het gewenste bijbehorende type zeeforgaan. De invoermiddelen kunnen zijn gevormd door middelen voor het manueel invoeren van de genoemde informatie, of kunnen bijvoorbeeld zijn gevormd door middelen voor het via een externe besturing verkrijgen van informatie over het te zeven materiaal, waarbij de besturingsmiddelen tevens langs deze weg informatie 25 verkrijgen over het gewenste bijbehorende type zeeforgaan. Deze laatste data kunnen bijvoorbeeld alternatief uit een in de besturingsmiddelen opgeslagen database worden opgehaald. Hierbij kan bijvoorbeeld op een display worden getoond welk type zeeforgaan er daadwerkelijk in de inrichting is aangebracht en welk type zeeforgaan gewenst is, d.w.z. zou moeten zijn aangebracht in verband met het te 30 zeven materiaal. Een operator kan deze informatie controleren en zo nodig actie ondernemen in de vorm van het vervangen van het zeeforgaan, of het na het mengen openen van de klep 31 zodat het materiaal kan worden gezeefd.
In een verdere uitvoeringsvorm kunnen de besturingsmiddelen 11 tevens zijn ingericht voor het tussen de gesloten en de open stand verplaatsen van het afsluitelement 31, waarbij de besturingsmiddelen tevens vergelijkingsmiddelen omvatten die zijn ingericht voor het vergelijken van de ingevoerde informatie over het gewenste type zeeforgaan met de door de uitlees-inrichting uitgelezen informatie 5 over het in de inrichting aanwezige type zeeforgaan en het, op basis van de vergelijking, automatisch in de open stand plaatsen van het afsluitelement 31 als een zeeforgaan 32 van het ingevoerde type in de inrichting aanwezig is en het in de gesloten stand plaatsen van het afsluitelement als er geen zeeforgaan van het ingevoerde type in de inrichting aanwezig is. In dit geval kan de inrichting autonoom 10 werkzaam zijn voor zolang er geen zeeforgaan dient te worden verwisseld.
Figuur 3 toont een stroomschema van de hierboven besproken voorkeursuitvoeringsvorm van een werkwijze volgens de uitvinding. Stap 50, “invoer type zeeforgaan”, betreft het in besturingsmiddelen invoeren van informatie over het gewenste type zeeforgaan. Stap 52, “Sturen van uitlees-inrichting”, betreft het door 15 de besturingsmiddelen aansturen van de uitlees-inrichting voor het uitlezen van de RFID-tag op het zeeforgaan. Stap 54, “Uitlezen identificatie-element”, betreft het met de uitlees-inrichting uitlezen van de RFID-tag (zijnde een uitvoeringsvorm van een identificatie-element) van het zeeforgaan. Optioneel kan stap 54 de stap omvatten van het tijdelijk roteren van het zeeforgaan 32 zodat het identificatie-element de 20 uitlees-inrichting passeert ten behoeve van het uitlezen. In dit geval kan het bereik van de uitleesinrichting uitermate beperkt worden ingesteld, hetgeen gunstig is indien dan de kans van het oppikken van stoorsignalen of foutieve signalen van buiten de inrichting zeer klein is. Stap 56, “Identificeer type zeeforgaan”, is het op basis van de uitgelezen informatie bepalen van het type zeeforgaan. Dit kan plaatsvinden door het 25 direct uit de uitgelezen informatie bepalen van het type zeeforgaan, of bijvoorbeeld door het onder raadpleging van een geheugen of database vaststellen van het type zeeforgaan (optionele stap 58). Stap 60, “Bepaal correct type zeeforgaan”, is het vergelijken van aan de hand van de uitgelezen informatie bepaalde in de inrichting aanwezige type zeeforgaan, met de in stap 50 ingevoerde informatie. Indien uit de 30 vergelijking blijkt dat het juiste type zeeforgaan aanwezig is, volgt stap 62, “Open klep”, waarin door de besturingsmiddelen automatisch de klep 31 wordt geopend (wanneer het materiaal voldoende gemengd is) zodat het materiaal kan worden gezeefd. Indien uit de vergelijking blijkt dat het juiste type zeeforgaan niet aanwezig 12 is, volgt stap 64, “Sluit klep”, waarin de klep 31 gesloten wordt of althans gesloten blijft. Optioneel kan bijvoorbeeld ook een stap 66, “waarschuw operator” plaatsvinden, waarbij bijvoorbeeld visueel aan de operator wordt getoond, door een waarschuwingslamp of informatie op een display, dat het zeeforgaan dient te worden 5 verwisseld voor een zeeforgaan van het juiste type.

Claims (16)

1. Inrichting voor het zeven van korrelvormig materiaal, omvattende een aanvoeropening die is ingericht voor aansluiting op een uitgangsopening van 5 een silo voor korrelvormig materiaal, waarbij de inrichting stroomafwaarts van de aanvoeropening een uitwisselbaar zeeforgaan heeft voor het zeven van materiaal, waarbij het zeeforgaan een contactloos identificeerbaar identificatie-element omvat, waarbij de inrichting is voorzien van een uitlees-inrichting die is ingericht voor het contactloos uitlezen van het identificatie-element van het zeeforgaan ten behoeve 10 van het identificeren van het in de inrichting aanwezige zeeforgaan.
2. Inrichting volgens conclusie 1, verder omvattende een afsluitelement dat tussen de aanvoeropening en het zeeforgaan is geplaatst, welk afsluitelement in een gesloten stand het vanaf de aanvoeropening naar het zeeforgaan stromen van materiaal blokkeert en dat in een open stand het naar het zeeforgaan stromen van 15 materiaal vrijgeeft.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij de inrichting besturingsmiddelen heeft die werkzaam met de uitlees-inrichting zijn verbonden en welke besturingsmiddelen tevens invoermiddelen omvatten voor het in de besturingsmiddelen invoeren van informatie over het te zeven materiaal en informatie 20 over het gewenste bijbehorende type zeeforgaan.
4. Inrichting volgens conclusie 3, waarbij de besturingsmiddelen tevens zijn ingericht voor het tussen de gesloten en de open stand verplaatsen van het afsluitelement, en waarbij de besturingsmiddelen vergelijkingsmiddelen hebben die zijn ingericht voor het vergelijken van de ingevoerde informatie over het gewenste 25 type zeeforgaan met de door de uitlees-inrichting uitgelezen informatie over het in de inrichting aanwezige type zeeforgaan, waarbij de besturingsmiddelen zijn ingericht voor het op basis van de vergelijking in de open stand plaatsen van het afsluitelement als een zeeforgaan van het ingevoerde type in de inrichting aanwezig is en het in de gesloten stand plaatsen van het afsluitelement als er geen zeeforgaan 30 van het ingevoerde type in de inrichting aanwezig is.
5. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de uitleesinrichting ter plaatse van het zeeforgaan, op een behuizingswand die het zeeforgaan omgeeft, is aangebracht.
6. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het identificatie-element een langs elektromagnetische weg identificeerbaar identificatie-element betreft.
7. Inrichting volgens conclusie 6, waarbij het langs elektromagnetische 5 weg identificeerbaar identificatie-element een elektrische resonantiekring omvat die op een specifieke frequentie energie absorbeert.
8. Inrichting volgens conclusie 6 of 7, waarbij het langs elektromagnetische weg identificeerbaar identificatie-element een geïntegreerde elektronische schakeling met hierin opgeslagen en langs elektromagnetische weg 10 uitleesbare data omvat.
9. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het zeeforgaan door een aandrijfelement roterend aandrijfbaar is, en is ingericht voor het in bedrijf ten minste onder invloed van middelpuntvliedende kracht zeven van korrelvormig materiaal.
10. Combinatie van een inrichting voor het zeven volgens een van de voorgaande conclusies en een met diens uitgangsopening op de aanvoeropening van de zeefinrichting aangesloten silo voor korrelvormig materiaal, waarbij de uitgangsopening van de silo aan de onderzijde van de silo is voorzien voor het afvoeren van materiaal, de silo verder omvattende aan de bovenzijde een 20 ingangsopening voor het in de silo brengen van materiaal.
11. Combinatie volgens conclusie 10, waarbij de silo een mengsilo betreft waarin mengmiddelen zijn aangebracht voor het mengen van materiaal in de mengsilo, welke mengsilo bij voorkeur althans in hoofdzaak omgekeerd-kegelvormig is.
12. Combinatie volgens conclusie 11, waarbij de inrichting een in de mengsilo aangebrachte mengarm omvat die rond diens langsas roteerbaar is, welke mengarm bij voorkeur schroef-vormig is.
13. Combinatie volgens conclusie 12, waarbij de langsas van de mengarm zich langs de kegelvormige wand van de mengsilo, in de mengsilo uitstrekt, 30 waarbij de mengarm ter plaatse van een hoger gelegen uiteinde ervan aan een dwarsarm die zich tussen de mengarm en een centraal ophangpunt uitstrekt, waarbij de inrichting bij voorkeur een aandrijfeenheid heeft voor het via de dwarsarm roterend aandrijven van de mengarm, waarbij de mengarm via een in hoofdzaak haakse koppeling met de dwarsarm is verbonden, en waarbij bij verdere voorkeur de aandrijfeenheid tevens is ingericht voor het rond de langsas van de silo roteren van de dwarsarm.
14. Werkwijze voor het identificeren van een zeeforgaan in een 5 inrichting volgens één van de conclusies 1 tot en met 9, omvattende de stappen van het sturen van de uitlees-inrichting voor het uitlezen van een identificatie-element van een zeeforgaan, het contactloos uitlezen van informatie van het identificatie-element met de uitlees-inrichting, en het verwerken van de uitgelezen informatie voor het identificeren van het in de inrichting aanwezige zeeforgaan.
15. Werkwijze volgens conclusie 14, waarbij de inrichting verder een afsluitelement dat tussen de aanvoeropening en het zeeforgaan is geplaatst omvat, welk afsluitelement in een gesloten stand het vanaf de aanvoeropening naar het zeeforgaan stromen van materiaal blokkeert en dat in een open stand het naar het zeeforgaan stromen van materiaal vrijgeeft, de werkwijze verder omvattende de stap 15 van het op basis van door de uitlees-inrichting uitgelezen informatie over het in de inrichting aanwezige type zeeforgaan in de open stand plaatsen van het afsluitelement indien een zeeforgaan van het gewenste type aanwezig is, of het in de gesloten stand plaatsen van het afsluitelement indien geen zeeforgaan van het gewenste type aanwezig is.
16. Werkwijze volgens conclusie 15, verder omvattende de stappen van het in besturingsmiddelen van de inrichting invoeren van informatie over het te zeven materiaal en informatie over het gewenste type zeeforgaan, het met de besturingsmiddelen vergelijken van door de uitlees-inrichting uitgelezen informatie over het in de inrichting aanwezige type zeeforgaan met ingevoerde informatie over 25 het gewenste type zeeforgaan, en het door de besturingsmiddelen automatisch in de open stand plaatsen van het afsluitelement indien een zeeforgaan van het ingevoerde type aanwezig is, of het in de gesloten stand plaatsen van het afsluitelement indien geen zeeforgaan van het ingevoerde type aanwezig is. 30
NL2007243A 2011-08-10 2011-08-10 Inrichting voor het zeven van korrelvormig materiaal, combinatie van zeefinrichting en silo, en werkwijze voor het identificeren van een zeeforgaan in een dergelijke inrichting. NL2007243C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2007243A NL2007243C2 (nl) 2011-08-10 2011-08-10 Inrichting voor het zeven van korrelvormig materiaal, combinatie van zeefinrichting en silo, en werkwijze voor het identificeren van een zeeforgaan in een dergelijke inrichting.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2007243A NL2007243C2 (nl) 2011-08-10 2011-08-10 Inrichting voor het zeven van korrelvormig materiaal, combinatie van zeefinrichting en silo, en werkwijze voor het identificeren van een zeeforgaan in een dergelijke inrichting.
NL2007243 2011-08-10

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2007243C2 true NL2007243C2 (nl) 2013-02-12

Family

ID=44801091

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2007243A NL2007243C2 (nl) 2011-08-10 2011-08-10 Inrichting voor het zeven van korrelvormig materiaal, combinatie van zeefinrichting en silo, en werkwijze voor het identificeren van een zeeforgaan in een dergelijke inrichting.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2007243C2 (nl)

Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB720082A (en) * 1950-05-24 1954-12-15 Adolf Muller Improvements relating to sifters
US3109633A (en) * 1959-06-02 1963-11-05 Nautamix N V Mixing apparatus
WO2000058032A1 (en) * 1999-03-25 2000-10-05 Pq Holding, Inc. Particle size classifier
DE19921409A1 (de) * 1999-05-08 2000-11-09 Hosokawa Alpine Ag & Co Luftstrahlsieb zur Korngrößenanalyse und zugehöriger Siebeinsatz
WO2002092245A1 (en) * 2001-05-15 2002-11-21 Melwire Pty Ltd Modular screen panel
WO2008130939A1 (en) * 2007-04-19 2008-10-30 M-I Llc Use of radio frequency identification tags to identify and monitor shaker screen life and performance

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB720082A (en) * 1950-05-24 1954-12-15 Adolf Muller Improvements relating to sifters
US3109633A (en) * 1959-06-02 1963-11-05 Nautamix N V Mixing apparatus
WO2000058032A1 (en) * 1999-03-25 2000-10-05 Pq Holding, Inc. Particle size classifier
DE19921409A1 (de) * 1999-05-08 2000-11-09 Hosokawa Alpine Ag & Co Luftstrahlsieb zur Korngrößenanalyse und zugehöriger Siebeinsatz
WO2002092245A1 (en) * 2001-05-15 2002-11-21 Melwire Pty Ltd Modular screen panel
WO2008130939A1 (en) * 2007-04-19 2008-10-30 M-I Llc Use of radio frequency identification tags to identify and monitor shaker screen life and performance

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US11269304B2 (en) System and method for monitoring storage conditions in particulate goods
AU759268B2 (en) Passive integrated transponder tag with unitary antenna core
US20180218373A1 (en) Pet Feeding System
US6736272B2 (en) System and method for recycling identification tags
CN102362183B (zh) 生物样本中磁性颗粒的操控
WO2008067972A1 (de) Verfahren und system zur überwachung eines behälters
JP2015096437A (ja) 容器およびこれを用意する方法
US20190271681A1 (en) System and Method for Providing Fluidic Performance Characteristics to a Diagnostic Platform
US20140174368A1 (en) Plunger gate animal feeder attachment
US20160379024A1 (en) Apparatus, System and Method for Tracking Agricultural Grain
US11351730B2 (en) Stereolithography device
RU2013111755A (ru) Устройство раздачи корма для животных и система раздачи корма для животных
US11523618B2 (en) X-ray inspection of meat
NL2007243C2 (nl) Inrichting voor het zeven van korrelvormig materiaal, combinatie van zeefinrichting en silo, en werkwijze voor het identificeren van een zeeforgaan in een dergelijke inrichting.
JP2012507729A (ja) 媒体の計量システム及び計量方法
WO2021111328A1 (en) Xrt equipment auditing system and method of using same
US20170079882A1 (en) Use of a device and a method for preparing mixtures of pharmaceutical substances
JP2004093519A (ja) 試験管及び分注システム
CN206857622U (zh) 震动料斗零件批次区分装置及使用该装置的零件输送设备
US20050247206A1 (en) Proximity link controller for equipment and product
CN104075980A (zh) 细胞分析装置、细胞回收装置、细胞分析装置的精度管理方法
JP4556177B2 (ja) 造粒方法及び造粒装置
JPS62175645A (ja) 粉粒体粒度オンライン自動分析装置
WO2017011657A1 (en) Apparatus, system and method for tracking agricultural grain
EP3453004A1 (en) Self-standing mobile detection device, related system and process for the detection and the monitoring of chemical-physical parameters inside a container for the storage and/or the transportation of solid material

Legal Events

Date Code Title Description
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20150301