NL2006456C2 - Werkwijze voor het bouwen van een gebouw, prefab sandwichpaneel en bekisting. - Google Patents

Description

Werkwijze voor het bouwen van een gebouw, prefab sandwichpaneel en bekisting 5 De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het bouwen van een gebouw, welke werkwijze de volgende, in geschikte volgorde uit te voeren stappen omvat: (a) het plaatsen van een eerste constructie-element, dat bestemd is om althans een deel van een buitenwand van 10 het gebouw te vormen; (b) het plaatsen van een tweede constructie-element, dat bestemd is om althans een deel van een binnenwand van het gebouw te vormen; (c) het bevestigen van een afstandhouder enerzijds aan 15 het eerste constructie-element en anderzijds aan het tweede constructie-element; (d) het zodanig plaatsen van een bekisting met een holle ruimte, dat hij zich aan de binnenzijde van het eerste constructie-element en aan de buitenzijde van het tweede 20 constructie-element bevindt; (e) het gieten van beton in de holle ruimte van de bekisting voor het vormen van een betonnen constructie-element; (f) het laten uitharden van het beton; en 25 (g) het verbinden van het beton met ten minste één van het eerste constructie-element, het tweede constructie-element en de afstandhouder.

Gewoonlijk wordt bij het bouwen van een gebouw aangevangen met het opstellen van betonnen of stalen 30 constructie-elementen, die het gebouw de vereiste constructiestevigheid verschaffen. Betonnen constructie-elementen kunnen worden opgesteld door het gieten van vloeibaar beton in een daartoe bestemde holle ruimte in een 2 bekisting en het laten uitharden van het beton. Na het uitharden kan eventueel de bekisting worden verwijderd. Stalen constructie-elementen worden in hun geheel naar een bouwplaats vervoerd en aldaar opgesteld. Na het opstellen 5 van de betonnen of stalen constructie-elementen worden gewoonlijk muren vervaardigd, bijvoorbeeld door metselen, welke muren verbonden worden met de betonen of stalen constructie-elementen.

Een nadeel van de bekende werkwijze is, dat het bouwen 10 van het gebouw en/of het aanpassen van een gedeeltelijk gebouwd gebouw veel tijd kan kosten.

Het is een doel van de uitvinding een verbeterde werkwijze voor het bouwen van een gebouw te verschaffen en het genoemde nadeel althans gedeeltelijk te ondervangen.

15 Hiertoe wordt een werkwijze voor het bouwen van een gebouw van de in de aanhef vermelde soort verschaft, waarbij volgens de uitvinding de volgende stap wordt uitgevoerd: (h) het zodanig uitvoeren van de stappen (a)-(g), dat stap (g) plaatsvindt door het, na het uitvoeren van ten 20 minste één van de stappen (a) -(c) en stap (d) en voorafgaand aan de stappen (e) en (f), het zodanig aanbrengen van bevestigingsmiddelen tussen de bekisting en ten minste één van het eerste constructie-element, het tweede constructie-element en de afstandhouder, dat de bevestigingsmiddelen 25 zich althans over enige afstand in de holle ruimte uitstrekken, zodanig, dat, wanneer na stap (g) de stappen (e) en (f) zijn uitgevoerd, de verbinding tussen het betonnen constructie-element en ten minste één van het eerste constructie-element, het tweede constructie-element 30 en de afstandhouder tot stand is gebracht.

Doordat volgens de uitvinding ten minste één van de stappen (a)-(c), en de stappen (d) en (g) zijn uitgevoerd voorafgaand aan het gieten en uitharden van het beton in de 3 holle ruimte van de bekisting volgens de stappen e) en f), kan het verbinden van het beton met ten minste één van het eerste constructie-element, het tweede constructie-element en de afstandhouder eenvoudig en/of snel tot stand worden 5 gebracht. Dit wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat het verbinden plaatsvindt door het zodanig aanbrengen van de bevestigingsmiddelen tussen de bekisting en ten minste één van het eerste constructie-element, het tweede constructie-element en de afstandhouder, dat de bevestigingsmiddelen 10 zich althans over enige afstand in de holle ruimte uitstrekken.. Wanneer na het gieten van het beton in de holle ruimte van de bekisting het beton uithardt, zal het beton de bevestigingsmiddelen omgeven en daarop aangrijpen, zodat de verbinding tussen het betonnen constructie-element 15 en ten minste één van het eerste constructie-element, het tweede constructie-element en de afstandhouder tot stand wordt gebracht. Op deze wijze worden de bevestigingsmiddelen ingebed in het beton, waardoor het betonnen constructie-element krachtenoverbrengend verbonden is met ten minste één 20 van het eerste constructie-element, het tweede constructie-element en de afstandhouder.

Wanneer volgens de beschreven bekende werkwijze eerst de betonnen constructie-elementen worden opgesteld, kan het tijdrovend zijn om in de uitgeharde betonnen constructie-25 elementen bevestigingsmiddelen aan te brengen, omdat het niet eenvoudig is om bevestigingsmiddelen in hard beton aan te brengen. Volgens de uitvinding wordt dit voorkomen doordat het beton juist uithardt om de bevestigingsmiddelen en geen boorbewerkingen of iets dergelijks nodig zijn.

30 Tevens moet volgens de bekende werkwijze worden gewacht met het aanbrengen van de muren, ofwel de afbouw, tot het beton is uitgehard, wat lange wachttijden met zich mee kan brengen. Volgens de uitvinding is de afbouw onmiddellijk met 4 de betonnen constructie-elementen verbonden wanneer het beton is uitgehard, waardoor tijd wordt bespaard.

De werkwijze volgens de uitvinding kan flexibiliteit in de bouw van het gebouw verschaffen, doordat eerst de 5 afwerking van het gebouw, zoals de muren en dergelijke, althans gedeeltelijk wordt gerealiseerd, voordat betonnen constructie-elementen worden opgesteld. Wanneer na het plaatsen van de afbouw een verplaatsing van de reeds geplaatste afbouw wenselijk is, kan deze verplaatsing 10 eenvoudig plaatsvinden, omdat men niet afhankelijk is van reeds geplaatste betonnen constructie-elementen, die moeilijk verplaatsbaar zijn.

Bij voorkeur zijn de bevestigingsmiddelen over althans een deel van hun lengte van schroefdraad voorzien. Een 15 voordeel van bevestigingsmiddelen die althans over een deel van hun lengte van schroefdraad voorzien zijn is, dat het beton zich stevig zal hechten aan dergelijke bevestigingsmiddelen tijdens het uitharden. De bevestigingsmiddelen worden bijvoorbeeld gekozen uit de 20 groep, omvattende ankers, bouten, schroeven en pennen.

In een uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding vertonen de bevestigingsmiddelen een zodanige lengte, dat ze zich over de gehele lengte van de doorsnede van de holle ruimte uitstrekken. Hierdoor wordt een stevige 25 verbinding tussen het betonnen constructie-element en ten minste één van het eerste constructie-element, het tweede constructie-element en de afstandhouder tot stand gebracht.

In een andere uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding vormen het eerste constructie-element, het 30 tweede constructie-element en de afstandhouder een prefab sandwichpaneel. Een voordeel hiervan is, dat het prefab sandwichpaneel op afstand van de bouwplaats kan worden vervaardigd, en daarna in zijn geheel op de bouwplaats kan 5 worden geplaatst. Hierdoor kan op de bouwplaats tijd worden bespaard.

Eventueel kan de bekisting verbonden zijn met het prefab sandwichpaneel, waardoor de bekisting deel is van het 5 prefab sandwichpaneel, zodanig, dat na het plaatsen van de sandwichpanelen op de bouwplaats alleen het volgieten van de bekistingen nog hoeft plaats te vinden. Hierdoor kan op de bouwplaats tijd worden bespaard.

Optioneel omvat de werkwijze volgens de werkwijze de 10 volgende stappen: (i) het plaatsen van een in hoofdzaak horizontale bekisting met een tweede holle ruimte aan bovenste eindzones van ten minste twee betonnen constructie-elementen; (j) het verbinden van de in hoofdzaak horizontale 15 bekisting met de betonnen constructie-elementen door het zodanig aanbrengen van tweede bevestigingsmiddelen tussen de in hoofdzaak horizontale bekisting en de betonnen constructie-elementen, dat de bevestigingsmiddelen zich althans over enige afstand in de tweede holle ruimte 20 uitstrekken; en (k) het gieten van beton in de tweede holle ruimte van de in hoofdzaak horizontale bekisting voor het vormen van een betonnen koppelelement, zodanig, dat na uitharding van het beton de verbinding tussen de betonnen constructie- 25 elementen en het koppelelement tot stand is gebracht.

De stappen (i) - (k) bieden het voordeel, dat de betonnen constructie-elementen over hun bovenste eindzones onderling verbonden zijn door koppelelementen, zodanig, dat een stevige constructie wordt verschaft.

30 Alternatief omvat de werkwijze volgens de werkwijze de volgende stappen: (1) het plaatsen van een in hoofdzaak horizontale bekisting met een tweede holle ruimte aan bovenste eindzones 6 van ten minste twee betonnen constructie-elementen, waarbij openingen in de in hoofdzaak horizontale bekisting aansluiten op de holle ruimtes van ten minste twee bekistingen; en 5 (m) het gieten van beton in de tweede holle ruimte van de in hoofdzaak horizontale bekisting voor het vormen van een betonnen koppelelement, zodanig, dat, door het uitvoeren van stap (m), stap (e) wordt uitgevoerd, zodanig, dat na uitharding van het beton de betonnen constructie-elementen 10 en het koppelelement zijn gevormd.

De stappen (1) en (m) bieden het voordeel, dat de betonnen constructie-elementen één integraal geheel vormen met de koppelelementen, zodanig, dat een stevige constructie wordt verschaft.

15 De koppelelementen kunnen optioneel van een wapening worden voorzien.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een prefab sandwichpaneel, dat bestemd is om althans een deel van een muur van een gebouw te vormen dat gebouwd wordt volgens de 20 hiervoor beschreven werkwijze, welk sandwichpaneel omvat: een eerste constructie-element, dat bestemd is om althans een deel van een buitenwand van het gebouw te vormen; een tweede constructie-element, dat bestemd is om 25 althans een deel van een binnenwand van het gebouw te vormen; en een afstandhouder die is aangebracht tussen beide constructie-elementen, welke afstandhouder enerzijds aan het eerste constructie-element is bevestigd en anderzijds aan 30 het tweede constructie-element is bevestigd.

Bij voorkeur omvat het sandwichpaneel een bekisting met een holle ruimte, die zodanig is opgesteld, dat hij zich aan de binnenzijde van het eerste constructie-element en aan de 7 buitenzijde van het tweede constructie-element bevindt, waarbij bevestigingsmiddelen zodanig zijn aangebracht tussen de bekisting en ten minste één van het eerste constructie-element, het tweede constructie-element en de afstandhouder, 5 dat de bevestigingsmiddelen zich althans over enige afstand in de holle ruimte uitstrekken.

Door gebruik van een dergelijk prefab sandwichpaneel kan een gebouw eenvoudig en/of snel op de bouwplaats worden vervaardigd met de werkwijze volgens de uitvinding. Hierdoor 10 worden kosten bespaard.

De uitvinding betreft verder een bekisting met een holle ruimte, die bestemd is voor het ontvangen van gietbaar beton voor het vormen van een betonnen constructie-element van een gebouw dat gebouwd wordt volgens de uitvinding, 15 welke bekisting is verbonden met ten minste één van een eerste constructie-element, een tweede constructie-element en een afstandhouder, waarbij bevestigingsmiddelen zodanig zijn aangebracht tussen de bekisting en ten minste één van het eerste constructie-element, het tweede constructie-20 element en de afstandhouder, dat de bevestigingsmiddelen zich althans over enige afstand in de holle ruimte uitstrekken..

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van in een tekening weergegeven figuren, waarin 25 figuur 1 een schematisch aanzicht van een gebouw, dat gebouwd is volgens een werkwijze volgens de uitvinding, toont; figuur 2 een horizontale doorsnede van een hoekzone van twee muren van het gebouw volgens figuur 1 toont; en 30 de figuren 3A en 3B twee opeenvolgende stappen volgens een werkwijze volgens de uitvinding tonen.

Figuur 1 toont een gebouw 1, dat volgens een werkwijze volgens de uitvinding is gebouwd. Het gebouw 1 omvat een 8 eerste constructie-element 2, dat althans een deel van een buitenwand van het gebouw 1 vormt, een tweede constructie-element 3, dat althans een deel van een binnenwand van het gebouw 1 vormt, en afstandhouders 5 (zie figuur 2) die zich 5 uitstrekken tussen de constructie-elementen 2,3. Uit figuur 2 blijkt, dat de afstandhouders 5 enerzijds aan het eerste constructie-element 2 zijn bevestigd en anderzijds aan het tweede constructie-element 3 zijn bevestigd. Het gebouw 1 omvat verder een aantal betonnen constructie-elementen 4, 10 die elk krachtenoverbrengend verbonden zijn met ten minste één van het eerste constructie-element 2, het tweede constructie-element 3 en de afstandhouder 5. De betonnen constructie-elementen 4 strekken zich in hoofdzaak verticaal uit. De onderste constructie-elementen 4, die bestemd zijn 15 om samen de constructie van de benedenverdieping van het gebouw 1 te vormen, zijn over hun bovenste eindzones onderling verbonden door koppelbalken 6, zodanig, dat een stevige constructie wordt verschaft. De onderste constructie-elementen 4 en de koppelbalken 6 ondersteunen 20 een vloer 7, welke vloer 7 de vloer van de eerste verdieping van het gebouw 1 vormt. Aan de bovenzijde van de vloer 7 strekken zich bovenste constructie-elementen 4 uit, die bestemd zijn om samen de constructie van de eerste verdieping van het gebouw 1 te vormen. Deze bovenste 25 constructie-elementen 4 zijn nabij hun bovenste eindzones onderling verbonden door koppelbalken 6, zodanig, dat een stevige constructie wordt verschaft. Het is ook mogelijk, dat althans een deel van de constructie-elementen 4 zich uitstrekt over de lengte van zowel de benedenverdieping als 30 de eerste etage van het gebouw 1. Met de werkwijze volgens de uitvinding kan op de hiervoor beschreven wijze eenvoudig een gebouw met meerdere bouwlagen worden gebouwd.

9

Het gebouw 1 volgens figuur 1 is gebouwd volgens een werkwijze volgens de uitvinding, welke werkwijze de volgende, in geschikte volgorde uit te voeren stappen omvat: (a) het plaatsen van het eerste constructie-element 2; 5 (b) het plaatsen van het tweede constructie-element 3/ (c) het bevestigen van de afstandhouder 5 enerzijds aan het eerste constructie-element 2 en anderzijds aan het tweede constructie-element 3; (d) het zodanig plaatsen van een bekisting 10 met een 10 holle ruimte 11, dat hij zich aan de binnenzijde van het eerste constructie-element 2 en aan de buitenzijde van het tweede constructie-element 3 bevindt; (e) het gieten van beton 12 in de holle ruimte 11 van de bekisting voor het vormen van een betonnen constructie- 15 element 4; (f) het laten uitharden van het beton 12; en (g) het verbinden van het beton 12 met ten minste één van het eerste constructie-element 2, het tweede constructie-element 3 en de afstandhouder 5.

20 Zoals blijkt uit figuur 3A, wordt de bekisting 10 verbonden met, in dit geval, de binnenmuur 3 en de buitenmuur 2 van het gebouw 1 door middel van pennen 13 met een verbreed einde, die zich althans over enige afstand in de holle ruimte 11 van de bekisting 10 uitstrekken. De 25 pennen 13 zijn bij voorkeur over een deel van hun lengte van schroefdraad voorzien. Daarna wordt gietbaar beton 12 in de holle ruimte 11 van de bekisting 10 gegoten. Wanneer het beton uithardt, zal het beton de pennen 13 omgeven en daarop aangrijpen, zodat een krachtenoverbrengende verbinding 30 tussen het betonnen constructie-element 4 en de binnenmuur 3 en de buitenmuur 2 tot stand wordt gebracht, zoals is weergegeven in figuur 3B.

10

Tijdens het uitvoeren van de stappen (a) en (b) kan/kunnen het eerste constructie-element 2 en/of het tweede constructie-element 3 althans tijdelijk worden ondersteund, bijvoorbeeld door het afschoren van het eerste constructie-5 element 2 en/of het tweede constructie-element 3.

De koppelbalken 6 kunnen bijvoorbeeld worden gevormd door het plaatsen van een in hoofdzaak horizontale bekisting (niet afgebeeld) aan de bovenste eindzones van de betonnen constructie-elementen 4, en het verbinden van de horizontale 10 bekisting met de betonnen constructie-elementen 4. De bekisting kan vervolgens met beton worden volgegoten, zodat na uitharding van het beton de in hoofdzaak horizontale koppelbalk 6 is gevormd, die krachtenoverbrengend verbonden is met de constructie-elementen 4. Ook kan er sprake van 15 zijn, dat de horizontale bekisting wordt geplaatst op de bekistingen 10, waarbij een opening in de horizontale bekisting aansluit op de holle ruimtes 11 van de bekistingen 10, zodanig, dat tijdens het gieten van het beton in de horizontale bekisting en verticale bekistingen 11, de 20 constructie-elementen 4 en de koppelbalken 6 worden gevormd, welke derhalve één integraal geheel zijn. De koppelbalken 6 kunnen optioneel van een wapening worden voorzien.

Alternatief zijn de bevestigingsmiddelen bijvoorbeeld ankers, bouten of schroeven, die al dan niet van 25 schroefdraad voorzien kunnen zijn. Een voordeel van bevestigingsmiddelen die van schroefdraad voorzien zijn is, dat het beton stevig zal hechten aan de bevestigingsmiddelen tijdens het uitharden.

In de figuren 2, 3A en 3B is de lengte van de pennen 13 30 zodanig, dat deze zich over enige afstand in de holle ruimte 11 van de bekisting 10 uitstrekken. Ook kunnen de bevestigingsmiddelen zich over de gehele lengte van de holle 11 ruimte 11 van de bekisting uitstrekken, waardoor een stevige verbinding wordt verschaft.

Opgemerkt wordt, dat in de figuren 1, 2, 3A en 3B de betonnen constructie-elementen 4 als kolommen met een ronde 5 doorsnede zijn weergegeven, maar dat de doorsnede elke gewenste vorm kan vertonen, zoals bijvoorbeeld een vierkante of rechthoekige vorm.

De afmetingen van de doorsnede van de betonnen constructie-elementen 4 kan naar wens gekozen worden, en kan 10 bijvoorbeeld worden bepaald aan de hand van de gewenste constructiestevigheid en de te verwachten belasting.

In figuur 2 is een hoekzone van twee muren van het gebouw 1 in doorsnede getoond. Hieruit blijkt, dat de buitenmuur 2 een sandwichpaneel omvat, dat de volgende 15 lagen, van buiten naar binnen gezien, omvat: - een gevelbekledinglaag 20, die bijvoorbeeld steenstrips, stucwerk of kunststofplaten omvat en/of (natuur)steen, hout, gips of metaal bevat; - een constructielaag 21, die bijvoorbeeld een 20 houtspaan- of houtvezelplaat, dat al dan niet cementgebonden is, of een vezelcementplaat omvat; - optioneel een water- en dampwerende laag 22; en - een isolatielaag 23, die bijvoorbeeld PIR-schuim of PU-schuim omvat.

25 Uit figuur 2 blijkt verder, dat de binnenmuur 3 een sandwichpaneel omvat, dat de volgende lagen, van buiten naar binnen gezien, omvat: - een afwerklaag 27, die bijvoorbeeld gips, hout, of kunststof bevat en/of stucwerk omvat; 30 - een constructielaag 26, die bijvoorbeeld een houtplaat omvat; en - een isolatielaag 25, die bijvoorbeeld PIR-schuim of PU-schuim omvat.

12

Dergelijke sandwichpanelen bieden het voordeel, dat ze op afstand van de bouwplaats kunnen worden vervaardigd, en in hun geheel op de bouwplaats kunnen worden geplaatst, waardoor op de bouwplaats tijd kan worden bespaard. Een 5 ander voordeel is, dat de verschillende lagen van de sandwichpanelen naar wens kunnen worden gekozen. Hierdoor is elke gewenste afwerking aan de buitenzijde van het gebouw mogelijk door het kiezen van een gewenst type gevelbekledinglaag 20. Ook aan de binnenzijde van het gebouw 10 is elke gewenste afwerking mogelijk, door het kiezen van een gewenst type afwerklaag 27. De hierboven genoemde lagen dienen slechts ter illustratie.

De diktes van de verschillende lagen kunnen naar wens gekozen worden. Bijvoorbeeld kan de gevelbekledinglaag 20 15 12,5 mm dik zijn, kan de constructielaag 21 12,5 mm dik zijn, kunnen de isolatielagen 23 en 25 50 mm dik zijn, kan de constructielaag 26 9 mm dik zijn, en kan de afwerklaag 27 12,5 mm dik zijn. Afhankelijk van de gewenste isolatiewaarde van het gebouw 1 kunnen de dikte en gebruikte materialen van 20 de isolatielagen 23 en 25 naar wens gekozen worden.

Tussen de binnenmuur 3 en buitenmuur 2 zijn afstandhouders 5 bevestigd, die de twee muren 2, 3 onderling verbinden. De ruimte 24 tussen de twee muren 2,3 doet dienst als spouw. In de spouw 24 kunnen eventueel leidingen of 25 dergelijk worden aangebracht.

Het sandwichpaneel dat de buitenmuur 2 vormt en het sandwichpaneel dat de binnenmuur 3 vormt, kunnen samen met de afstandhouders 5 een sandwichpaneel vormen, dat een deel van de muur van het gebouw 1 zal vormen. Op deze wijze kan 30 de gehele muur op afstand van de bouwplaats worden vervaardigd, en daarna op de bouwplaats worden geassembleerd. Hierdoor kan op de bouwplaats tijd worden bespaard. Eventueel kunnen ook de bekistingen 10 reeds 13 tussen de twee muren 2, 3 zijn bevestigd, zodat na het plaatsen van de sandwichpanelen op de bouwplaats alleen het volgieten van de bekistingen 10 nog hoeft plaats te vinden.

De bekistingen 10 kunnen profielen zijn, die 5 bijvoorbeeld zijn vervaardigd van metaal, kunststof, hout of karton.

Het aantal betonnen constructie-elementen 4 en de onderlinge afstand tussen twee constructie-elementen 4 kan naar wens gekozen worden, en kan bijvoorbeeld worden bepaald 10 aan de hand van de gewenste constructiestevigheid en de te verwachten belasting. Bijvoorbeeld kan een steekafstand tussen twee bekistingen 10 tussen 500 mm en 2000 mm zijn, of tussen 800 mm en 1500 mm, of tussen 1000 mm en 1200 mm.

Met behulp van de werkwijze volgens de uitvinding 15 kunnen op eenvoudige wijze gebouwen met een hoge isolatiewaarde gebouwd worden, die bij voorkeur tochtdicht zijn. Wanneer zonnepanelen en/of grondwaterverwarming en/of -koeling en/of (drie-) dubbele beglazing gebruikt wordt/worden, kan een energieneutraal gebouw gebouwd worden. 20 De uitvinding beperkt zich niet tot de getoonde uitvoeringsvormen, maar strekt zich tevens uit tot varianten binnen het bereik van de aangehechte conclusies.

Claims (9)

1. Werkwijze voor het bouwen van een gebouw, welke werkwijze de volgende, in geschikte volgorde uit te voeren 5 stappen omvat: (a) het plaatsen van een eerste constructie-element, dat bestemd is om althans een deel van een buitenwand van het gebouw te vormen; (b) het plaatsen van een tweede constructie-element, 10 dat bestemd is om althans een deel van een binnenwand van het gebouw te vormen; (c) het bevestigen van een afstandhouder enerzijds aan het eerste constructie-element en anderzijds aan het tweede constructie-element; 15 (d) het tussen het eerste constructie-element en het tweede constructie-element plaatsen van een bekisting met een holle ruimte; (e) het zodanig aanbrengen van bevestigingsmiddelen tussen de bekisting en ten minste één van het eerste 20 constructie-element, het tweede constructie-element en de afstandhouder, dat de bevestigingsmiddelen zich althans over enige afstand in de holle ruimte uitstrekken (f) het gieten van beton in de holle ruimte van de bekisting voor het vormen van een betonnen constructie- 25 element; (g) het laten uitharden van het beton, waarbij een verbinding tussen het betonnen constructie-element en ten minste één van het eerste constructie-element, het tweede constructie-element en de afstandhouder tot stand wordt 30 gebracht door aangrijping van het beton op de zich althans over enige afstand in de holle ruimte uitstrekkende bevestigingsmiddelen, met het kenmerk, dat de bevestigingsmiddelen over althans een deel van hun lengte van schroefdraad zijn voorzien.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij de 5 bevestigingsmiddelen een zodanige lengte vertonen, dat deze zich over de gehele lengte van de doorsnede van de holle ruimte uitstrekken.

3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarbij het eerste 10 constructie-element, het tweede constructie-element en de afstandhouder een prefab sandwichpaneel vormen.

4. Werkwijze volgens conclusie 3, waarbij de bekisting deel uitmaakt van het prefab sandwichpaneel en door de 15 bevestigingsmiddelen daarmee is verbonden.

5. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, omvattende de stappen: (i) het plaatsen van een in hoofdzaak horizontale 20 bekisting met een tweede holle ruimte aan bovenste eindzones van ten minste twee betonnen constructie-elementen; (j) het verbinden van de in hoofdzaak horizontale bekisting met de betonnen constructie-elementen door het zodanig aanbrengen van tweede bevestigingsmiddelen tussen de 25 in hoofdzaak horizontale bekisting en de betonnen constructie-elementen, dat de bevestigingsmiddelen zich althans over enige afstand in de tweede holle ruimte uitstrekken; en (k) het gieten van beton in de tweede holle ruimte van 30 de in hoofdzaak horizontale bekisting voor het vormen van een betonnen koppelelement, zodanig, dat na uitharding van het beton de verbinding tussen de betonnen constructie-elementen en het koppelelement tot stand is gebracht.

6. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies 1-4, omvattende de stappen: (1) het plaatsen van een in hoofdzaak horizontale 5 bekisting met een tweede holle ruimte aan bovenste eindzones van ten minste twee betonnen constructie-elementen, waarbij openingen in de in hoofdzaak horizontale bekisting aansluiten op de holle ruimtes van ten minste twee bekistingen; en 10 (m) het gieten van beton in de tweede holle ruimte van de in hoofdzaak horizontale bekisting voor het vormen van een betonnen koppelelement, zodanig, dat, door het uitvoeren van stap (m) stap (e) wordt uitgevoerd, zodanig, dat na uitharding van het beton de betonnen constructie-elementen 15 en het koppelelement zijn gevormd.

7. Prefab sandwichpaneel, dat bestemd is om althans een deel van een muur van een gebouw te vormen dat gebouwd wordt volgens een der voorgaande conclusies, welk sandwichpaneel 20 omvat: een eerste constructie-element, dat bestemd is om althans een deel van een buitenwand van het gebouw te vormen; een tweede constructie-element, dat bestemd is om 25 althans een deel van een binnenwand van het gebouw te vormen; en een afstandhouder die is aangebracht tussen beide constructie-elementen, welke afstandhouder enerzijds aan het eerste constructie-element is bevestigd en anderzijds aan 30 het tweede constructie-element is bevestigd.

8. Sandwichpaneel volgens conclusie 7, omvattende een bekisting met een holle ruimte, die tussen het eerste constructie-element en het tweede constructie-element is opgesteld, waarbij bevestigingsmiddelen zodanig zijn aangebracht tussen de bekisting en ten minste één van het eerste constructie-element, het tweede constructie-element 5 en de afstandhouder, dat de bevestigingsmiddelen zich althans over enige afstand in de holle ruimte uitstrekken, waarbij de bevestigingsmiddelen over althans een deel van hun lengte van schroefdraad zijn voorzien.

9. Bekisting met een holle ruimte, die bestemd is voor het ontvangen van gietbaar beton voor het vormen van een betonnen constructie-element van een gebouw dat gebouwd wordt volgens een der voorgaande conclusies, welke bekisting is verbonden met ten minste één van een eerste constructie-15 element, een tweede constructie-element en een afstandhouder, waarbij bevestigingsmiddelen zodanig zijn aangebracht tussen de bekisting en ten minste één van het eerste constructie-element, het tweede constructie-element en de afstandhouder, dat de bevestigingsmiddelen zich 20 althans over enige afstand in de holle ruimte uitstrekken, waarbij de bevestigingsmiddelen over althans een deel van hun lengte van schroefdraad zijn voorzien.